De Nationale Loterij steunt jaarlijks honderden projecten, organisaties en/of instellingen. Het beschikbare bedrag voor de subsidies wordt jaarlijks bepaald naargelang de opbrengst van de Nationale Loterij, de monopolierente die ze aan de Staat betaalt en de voorwaarden die in de beheersovereenkomst van de Nationale Loterij opgenomen zijn. De verdeling wordt dan opgemaakt via een koninklijk besluit overlegd in Ministerraad. De subsidies onder de rubriek ‘Nationaal Prestige’ vertegenwoordigen volgens de minister van Begroting minder dan 5 % van de bedoelde bedragen in de koninklijke verdelingsbesluiten en worden geanalyseerd door een subsidie-comité. De toewijzingen door dit subsidie-comité gebeuren niet op basis van een verdeling per provincie. Uitzonderlijk werden de dossiers uitzonderlijk vanuit deze optiek geklasseerd . Het resultaat is opmerkelijk. Zo zien we bijvoorbeeld dat de provincie Limburg systematisch achtergesteld wordt bij de toekenning van deze subsidies van ‘Nationaal Prestige’. Het verschil met de provincies Antwerpen en Namen is erg groot en systematisch. Een rationele verklaring voor dit verschil zou erg wenselijk zijn.