SlideShare uma empresa Scribd logo
1 de 112
Baixar para ler offline
VOORBERICHT
V A N DE
UITGEVERS ENBEKOSTIGERS
V A N D I T WERK.
Y geven den Oeffenaaren der Kunft van 't Molen-maken, en in
't algemeen allen Liefhebberen der edele en uitmuntende Bouw-
kunft thans het EERSTE DEEL van ons GROOT VOLKOMEN.
MOOLENBOEK, waar aan wy fedeit verfcheidejaaren met veel vlyt en naauw-
keurigheid hebben laten arbeiden, en 't welk wy ondervGods zegen zoovol-
maakt hopen in 't licht te brengen, dat het, afgedaan zynde, aan zynenTy-
tel zal voldoen.
Ondertuflchen is ons oogmerk in 't uitgeven van een zoo koftbaar Werk,,
als het tegenwoordige is; zoo wel het Voordeelalshet Nut der Kunftminnaa-
ren te behartigen, en Hen het zelve voor eenzoolaagen pryste doenmachtig
worden; als maar eenigzins kan gefchieden.
Wy zoeken derhalven het Werk niet door eenemenigte van Plaaten te ver-
grooten, maar het zelve alleen met de nodige te voorzien; dat is te zeggen,
dat wy al wat van Moolens bekendis, en tot het Moolenwerk behoort, in 't
licht zullen geven, en wel zoo net, naauwkeurig en duidelyk, als men het
zalwenfchen; maardatwy geenevier PlaatenzMen.gebruiken,als wy de-
zelve zaaken met gelyke naauwkeurigheid en duidelykheid op een Plaatkun-
nen voorftellen; het welk buiten twyffel tot zeer groot voordeel voor de
Liefhebbers en Koopers ftrekt, ja Hen daar en boven groot gemakgeeft, als
ziende dus met weinig moeite vërfcheide zaaken, tot elkander behorende,in
een beftek by een.
By voorbeelt, wy hadden van den Modder-Moolen, dewelke, met al 't
geene van ftukje tot beetje; zoo als men fpreekt, daar toe behoort, zeer
naauwkeurig in twee Plaaten is verbeeld, wel vyf, zes, en zelfs meer Plaa-
ten kunnen maken, als wy de vërfcheide dingen, die daar op worden ver-
toont, ieder op een afzonderlyke Plaat hadden willen brengen. Maar waar
toe zou dat anders gedient hebben, dan alleen om het Werk onnodiger wy-
ze grooter te maaken? terwyl die dingen immers daar, met meer gemak,
al zoo klaar en duidelyk in 't klein by malkander worden gezien, alsof ieder
4erzelven;afz;ondèrlykop een Plaat was verbeeld
ê^ ^::J^,: • % % • • Op
V O O R B E R I C H £V
Op dezelve wyze is het met de zeven en twmtigfte, en trouwens niet de
tneefte andere Plaateii gelegen.
Over de byzondere zaaken, welke by ieder Moolen vertoont Worden, zul-
len wy ons hier ïiïet uitlaten, doordien zulks uit de Befchryving, welke door
Mr. LEENDERT VAN NATRUS hier byisgevoegt, en uit de Plaaten zelf;
waar in die dingen geïioemt Worden», genoegzaam zal biyken. Alleeïi moeten
Wy nog zeggen, dat deGronden der Moolens overal zeer net zyn aangetoont,
en dat die> en andere zaakenj nooit te voren zoo volkomen zyn fa 't licht
gebragt en voor oogen geftelt.
Wy zullen met denzelven vïyt en naauwkeurigheid met dit Werk voort-
gaan, en het volgende TWEEÖE DEEL, waar van de Tekeningen by ons
al gereed leggen, en van de Liefhebbers kunnen gezien worden-, met ver-
fcheide zeer raare Stukkenvan de Bouw^en Tekenkunft, en onder anderen
ook met aanzienlyke Sluiswerken, verryken; zullende voor 't overige niets
verzuimen, wat aangaande dit Onderwerp tot nut en gemak der Oeffenaaren
tn Liefhebbers der Bouwkunft kan verftrekkenv
Amfierdantt deti ÏO Septemhe?
NAAUWKEURIG ONTWERP
V A N : •
ALLERHANDE SOORTEN
V A N
M O O L E N S.
Êefchryvlng vaneenzeskant Sommer of&alk-Zaag-
Moolen, genaamt H E TFoRT U I N , jlaande buy-
ten Ariifterdam, ftgvertoonende doorgefneeden
met deplatte grond daar onder.
N deze plaat vertoont fig voor eerft de Platte
Grond onder de Moolen, met zyn Balken en
Muur-plaaten op de Penanten, welke Muur-
plaaten niet Swaaluwe-ftaarten op de Balken
leggen, van welke hier een is aangetoont
niet Stippels, en op die Muur-plaaten ziet
men geftippelt alle de flylen van de Moolen
en Lootfen : op de Balken leggen de ilee
ftukke mét Voorloeven ingezonken daar de Neutjes ingewerkt
zyn daar de fleyen over gaan, en aan het eynde zyn drie Rol-
len vertoont, om het Hout uyt de Moojen te haaien: in 'tmid-
den van de grond zyn vertoont deRaamen, doorgefneeden, met
het Onderhooft daar aan, en de Neutjes voor de ftylen? en daar
bv de yzere Spillen, Schyfloopen en Krabbelraderen, die de fle-
yen doen voortdryven: de grond moet men Waterpas leggen
ievens de Neutjes, daar de fleyen over gaan.
Befihryoing van den Opjlal doorgefneeden.
Voor eerft ziet men de Penanten opgemetfelt, en een zyvan
de Moolen, met de Grondflag, Binten en Balken voor 't end,
en op de Balken ziet men de Muur plaaren, ingezonken met
SwaaW-ftaarten, gelyk in de grond vertoont isj en dan ziet
jnen de Slee met zyn Pollen, Leyer en Krarnbouten geflooten,
en de hoofden met Swaaluwe-ftaarten daar in gewerkt: men
ziet ook het Krabbelrat, de Krabbelyzers en Krabbelftokken op
een bequaame order, die de Slee voortdryven om te zaagen:
verder ziet menook hoe men de Balken uycde Moolen haalt, als
dezelve gezaagt zyn, met het Opwinders-rat$ook haalt men met
het zelve de Slee agter uyt, en de Balken in de Slee; men ziet
ook de twee halve Bintten van de Lootfen, met een Pen in t
Konines-bint gewerkt, en dezelve met Pennen, Gaten enTan-
den gtflooten; gelyk in den Opflal van de Lootfen vertoont is.
NOK ziet menhet Konings Bint, dat midden in de Moolen ftaat,
vertoont, met vier Laagen Balken en Krombeels op een bequaa-
me order; het zelve gewerkt met Pennen, Gaten en Tanden,
gelvk ver oont is; de twee andere Binten ziet men de Balken en
Krombeels voor 't endt, en hoediep de Balken gekeept moeten
v/orden in 't legeren, en hier binnen zyn vertoont de Raamen
Set de Kolder-ftokken, of Wyffeha», en de Kruk voor tendt,
met een Kruk-balk en Pollen daar in; ookziet men het: Scheer-
bint, daar de Spil op drayt, boven met een Lip aan de Balk vaft
gemaakt; men ziet aangetoont hoe de bovenfte Balken van tKo-
nings-bint met halve Balken met een Pen in den anderen zyn ge-
werkt, en komt aan yder zyde van de Spil een Kalf ingewerkt,
om dat de Spil in 't midden komt te ftaan; ook ziet men op de
sSlen de Boven-Tafelmenten en de Vloer, daar de Rollen op
draven, en buyten tegen de Vloer ziet men de Kuyp, daar de
H i n g tegen drayt, om de Rollen in goede order te houden,
en OPde Rollen ziet men den Oernng, en daar op de Voeg-
ïTnnrpn metVoorloeven daar opgezonken; ook zietmen't Wint
IZ5 Si de lange Sprayt-balk? de Yzerbalk, de Penbalk, en
E n f s p m y t b l voor't endt, xvelke men in de volgende ftaat
S e r zalkunnen zien; ookziet menhet gaande Werk, alsBon-
S a r Schyfloopen, Booven-Wiel, As, Roede, Staartbalk,
S f t e i n S Vangftok, en Vangtouw, in een goede order,
en dfVangb'alk daar in geftippelc, dismeede de Vang bovenop
% r K l b e i . S e n , groot over 'tDiametertf«voet, deDee-
fin? duymT de Ophaalders-Raden over 't Diameter 44 voet, en
d ? D e e E 1" duym. Vorder is allesvolgensdeVoetmaat ftip-
Èyk aangl^ezJ; het Boven-Wid heeft 62 b o n i deDee-
I. Deel.
ling is groot 5 duym; het Booven Bonkelaar heeft 30 Kammen;
de Deeling is het zelve; het Onder Bonkelaar heeft 44Kammen;
de Deeling is groot 45 duym; het Onder-Schyfloop heeft 41
Staven; de Deeling is het zelve.
Befchrping van de zeskant Zaag-Moplen,
Voor eerft ziet men de Grond ofMuur-PIaaten geftippelt, daar
de Stylen koomen te ftaan van 'c Zeskant, en hier binnen Inzyn
geflippelt de Booven-Tafelmenten, met dé Kuyp daar om, en
het Zeskant daar net op gezet met ftippeis en de middelt op de
Velden, aantoonende dat alles uytde middelt voortkomt; alsdan
legt men de Planken daar op, om de Bint-Mallen en deVelt-Mal-
len te maaken, gelyk hier is aangeweezen; men ftrykt een kant
regt van de Mal, die kant, die na binnen de Moolen komt tot
de Bint-Mallen, en dan legt men de geftreelce Kant even fchoon
uyt het Kruys, van 't Gat en de Velt-Mallen legt mendegeftree-
ken kant na buyten toe, om dat men die kant boven legt, en
als men de Binten en Velden timmert, om van Scheelte over de
regter kant te kyken. Hier is ook vertoont een Bint zoo alshet
getimmert moet worden, alsmen de Mallen aan de Pennen van
de ftylen doet, en Wiggen die net, dat het Kruys van de Mal
en het Kruys van de Styl overeenkomt; en dan uw Bint in zyn
overhoeks geleit; dat gedaan zynde fpykert men vier reyen aan
yder hoek van 't Bint, een aan de Mallen na het Kruys vande
Mallen, dat het op de middel van de Styl correfpondeert, en
zet die reyen van Scheelte, neemt dan een rey en hout die net
op de middelt van de flylen tegen de Ba|ken, en gaat dan een
van u aan het endt van 'c Bint. en ziet of diereyen aliegaar net
van fcheelten zyn, en fchrapt al de Balken onder en boven om na
te leegeren, als meede de middelt op yder Balk; neemt vervol-
gens een Lat, legt die op het midden van de ftyl; houdt die on-
der met de Voeting van deflyl gelyk; zet dan net op uwLat,
en hoe.diep alsgy de Balken gekeept wilt hebben, en fteekt dan
zoo deLeegering op,gelyk aangetoont isinden Opftat, hoe diep,
en als gy de leegering op het Komngs-Bint fteekt; dan moetmen
het ookop de middelt van de ftylen opfteeken, maar nietteloot,
gelyk men een Agtkant wel doen kan. Hier op dit Bint zynver-
toont de Raamen, zo als de zelve gemaakt moeten worden, en
hoe dezelve haare werkzaamheit moeten doen met de Zaageu
en Klugten daar in, en de Kolderftokken inde Dray-Aflè, en
boven de Kruk hoede Raamen op en neder gaan, metde Kruk-
balken daar onder; ook ziet men het Schyfloop omde Kruk, en
het Bonkelaar dat om de Spil is, om te zien hoe de^aagery gë-
dreeven wordt.
Hier nevens isvertoont een Laag Balken, daar de Krük-Balken
op leggen, welke Kruk-Balken daar met Voorloeven leggen inge-
zonken, ge|yk in de Opftal vertoontist men vertoont de Gaten
in de Kruk-Balken voor de Pollen, en een Kruk-Balk op zyde
met zyn Pollen; daar nevens de Kap op zyn Plat; verder ziet
men de Overring, zwaar 1 a 13 duym met Pennen en Gaten
in den anderen gewerkt, als meede de Kuyp daar om, zwa,ar 6
a 18 duym, welke met Haak-Tanden aan malkander gewerkt
moet worden; ookisalles in de Teekening hoede be.werkzaam- ,
heyt van de Kap is te zien, welke van voren en van agteren
vertoont is. De Moolen is boven wyd binpen de Kuyp x6 voet,
en onder op de Muur-plaat 30 voet. Hier boven is aangetoont
het Bint, hoemen de dikte van deRollen aan de binnenkantkry*
gen moet, dat hy uyt de natuur vanzelfs na decirkel rondloopt,
en hoe men den Overring en de Vloer buyten moet of werien;
ook is hier aangetoont op wat manier mende ftylen van deMóo-
ien in zyn Opftal kan brengen. Voor eerft bepaalt men delangtë
van de ftylen, en dan de hoogte van dePunt, daar de Zeeg be-
gint en verdeelt dat in zesDeelen, geiyk hier gedaan is, of in
meeJ, nadat de ftylen groot zyn; dan bepaalt men de Zeegvan
de buytenfte ftyl, en laat dan op de deelen, dat inde: hoogte
verdeelt is, op de buyten en binnen kant van de ftyt mdegrond
N A A U W K E U R I G O N T W E R P V A N
te loot nedervallen, gelyk hier met Stippelingen en ook met
Nommers in de grond en op de ftylen aangetoont is: vorders i
alles naauwkeurig iia de Voetmaat.
Bêfchryvmg van de Grond van een Eyh Waagefchot-
%aager,Jlaande buyten Jmjlerdam, engenaamt
het A M S T E R D A M S E W A A T E N .
Voor eerft dé Heygrond, met de Maften in 't rond, en de
bmnenfte Maften, daar de Koning op ruften moet: op de Maf-
ten in 't rond moet op yder twee Paaien een Kespeleggen, zwaar
5 a 10 duym, en op yder Paal met een houtenagel va'neenduym
geilooten of vaft gemaakt worden. Op die Kespe legt men de
Fondaments-Planken, zwaar 4 duym, en die ook wel vaft ge-
maakt met houte nagels; daar de muur op gemetfelt in 'c rond,
felyk in de Opftal vertoont word: hier beneevens ziet mende
:rays Balken, half en half in malkander gekeept, en de Zwaar-
' den daar in gezonken, met verlooren Lippen en Tanden inge-
werkt, daar de Spruyten met Pen en Gaten in fchieten, en met
houte Nagels geflooten: men ziet ook de Vloer op deKruys-Bal-
ken met bedekte Swaaluwe-ftaarten ingezonken, een duym diep
met Stippels aangetoont. Deze Vloer is met Pen en Gaten in
malkander gewerkt, als hier vertoont is, en met een DuymsBout
geflooten, en dan nog met een kleyn Duyms Pennetje voor het
gelyk houden van de Vloer, en de Kruys-Balken, welke zo veel
korter moeten zyn, dat daar buyten een Kliflöor van 3 duym
lean voorgemetfelt worden voor den reegen of voor 't inwateren
Vorders ziet men de grootte van die Penant, dieonder deKruys
Balken leyt, en hoe de Koning met vier gaten en Pennen en vier
Lippen om de Kruys-Balken gewerkt word. Vorders ziet men
de halve Rolring die op de Vloer komt te leggen, met zyn Rol-
len en Bouten daar in, en de Kraag om de Koning en de Latten
• op de Rolring aan de Kraag vaft gelpykert, die om de Koning
draayt, om den Rolring op zyn Centrum te houden op de Vloer.
- N°. 4.
Befchryving van de Ske-Stetting.
Voor eerft ziet men de Overring onder deSlee-ftelling leggen,
't welk getoont met Pennen en Gaten in den anderen gewerkt;
' ook ziet men op de Overring leggen twee Kot-Balken, met den
Staart.Balk, of Koning-Balk, het welk hier legt ingezonkenmet
Voorloeven van i* duym diep; ook ziet men tuflehen de Ko-
ning-Balk en de Kot-Balken nog vier Leggers, die dienen tot de
Kot-planken; ook voert men den Overring op de hoogte van de
Kot-Balken, om de Kot-planken daar op vaft te fpykeren; men
buygt ook daar dan wel een  duyms blat Waagefchot om de O-
verring en de Voering, en dat wel gefpykert; ook is vertoontop
• de Kot-Balken met ftippels, daar de ftylen van de Moolen moet
itaan, met Pen en Gat in de Kot-Balken, ea hier boven op is
vertoont de Slee-Stelling. Voor eerlt'ziet men twee Slee-ftelling-
ftukken, en daar zyn ingewerkt 14 Triemen boven gelyk met
Pennen en Gaten, en met bedekte" Tanden en houte Nagels
'geflooten; daar leggen pok nog drie Schroten in, of Planken,
ook boven gelyk, en hier tuflehen in zyn vertoont dertien Rol-
len, yder op zyn plaats, en in goede ordre; ook isyder Rolvoor
't endt ingewerkt een yzere Pen, die in een yzere Plaat paft, en
:
ora déze yzere Plaat is een yzere Ring, die om de Plaat paft,
•welke Plaat en Ring is voor het endt van de Rol gelykingelaten,
en dan de Pen net na de midden van de Rol ingewerkt, gelyk
hier een Rol aangetoont is met zyn Plaat en Ring, en de Pen
daar by. Deze Rollen moet men in de Slee-ftelling-ftukken laa-
ten zakken zo laag datzylij- duymboven deSlee-ftukkenbly ven,
en Waterpas leggen; de Rollen moet men aan beyde enden e-
ven dik maaken, en wel zuyver regt, dan in de Winkelhaak ge-
leyt onder dè Rey in 't midden van de Moolen. By deRaam-
ftylen leyt men de Rol een weynig hooger, om dat de Slee daar
makkelylc over zal gaan; ook is hier boven op vertoont de Slee,
welke hier ónder een Sponning in moet zyn van 1  duym wyt' en
diep in de midde van de Slee-ftukken; ook zyn op de Triemen
"Neuten vertoont, daar men dezelve zien kan, welke ïn de Spon-
ning van de Slee paffen, om die regt in den haak te houden,
op de;Rollen; ook is vertoont de Heugel in de Slee, met de y-
zere Prooken daar in, en de yzere Spil en de Schyfloopdaarom,
en vier Pannen daar de Spil ïn ruft, daar aan het Krabbel-ratmet
"de Krukken, om de Slee mede uyt en in te winden; ook wor-
den vertoont de Raam-ftylen en de Koning-ftyl in 't midden,
daar de Heugel door gaat, met Stippels; men ziet tuflehen de
Raam-ftylen en de Slee-ftukken No. 1 tot 8 incluys hoe veel
duym yder wyt is: voor aan de Punt is de Borft-naalt met de
Ranken en de Hang -Luyffels de Planken in den anderen ge-
ploegt aangewezen, aan de ftaart twee Trappen, en twee dito
aan de Slee-ftelling om op te klimmen vertoont. Ook legt hier
' de Hengel op zy, met twee Schyfloopjes, een van zeeven ftaa-
•ven en de ander van sgt ftaaven. De Deeling is groot twee
duym, een duym voor de Staf, en een duym voor de, Tant
van,de Heugel. Ook is bier de Staart-Balk op zy vertoont,
met zyn Pollen en Wint-koppel daar door, en een Pol op
zyn plat hoe hy gewerkt word. Ook ziet men daar onder de
Koning en de Pen met ftippels daar in, en de Kraag daar om
met yzere ftroppen.' ook ziet men hoe de Koning op,de Kruys-
Balk gewerkt word : ook word aangewezen hoe den Over-
ring met een Voorloef in den Staart Balk leyt, en hoe dezel-
ve met de Yzers vaft gehouden word, want als men de Vloer
op de Kruys-Balk heeft gelegt, legt men de Rol-ring met de
Rollen daar boven op, en dan legt men onder yder Roleen twee
duyms end Plank, gelyk aangetoont is dat de Rollen twee duym
van de Vloer af zyn. Als de Moolen nu klaar is, dan neemt
men de twee duyms ftukken uyt de Rollen, moetende de Moo-
len meeft op de Koning zyn dragt hebben, gelyk vorder in de
Opftal kan gezien worden: het Moolenaars Gereedfchap is'hier
mede by vertoont.
Bejchryvmg van eenWaagefchot-Zaag-Mooien van ter
zyde te zien, met zyn Muur in en boven
deGrond.
Voor eerfl ziet men de Muur in zyn Opftal onder de Moo-
len, die tot de Stippeling in de grondt komt te ftaan; ook ishief
boven op de Muur de Vloer en de Rollen daar op met de Rol-
ring, en daar op den Overring, en daar op is vertoont de Kot-
Balïc met de Staart-of Koning-Balk, het welk hier vooren al is
verklaart. Men ziet het Zy-Bint in den Opftal, onder wyt 25
voet 8 duym, boven wyt 12 voet 9 duym buytens werk. Ookia
dit Bint de Balken met Pennen, Gaten en Tanden in de ftylen
gewerkt, gelyk aangewezen is, en met houte Nagels geflooten;
ook ziet men de Kruyflèn en Schooren met Tanden, Swaaluwe-
ftaarten en Lippen in de Balken en Stylen gewerkt, gelyk mee-
de aangewezen is; ook zyn binnen onder eerft vertoont de Slee-
ftelling-ftukken voor 't end, en het voor- enagter-Raammetzyn
Hoofde en Draay-Affe, en de Zaage daar in aangetoont. Deze
Raamen zyn met halve Hoofden gewerkt: ook ziet men nog een
derde de Pomp-Raam boven op de Zolder, 't welk dient om de
Kruk te balanceeren,* men maakt yder Raam even zwaar, om
de Zaagery makkelyk te doen gaan, en dat de Moolen ook lig-
ter draayt. Men ziet hier nog vertoont de Luyffels in 't zy-Bint,
met de Gaaten daar onder; ook vertoont men de boven-Koning-
Balk voor 't end, als meede de Vang-Balk, Vang-ftok en Touw
daar aan, en het Saabel-yzer', dat aan de Vang vaft is, gelyk
aangewezen is; ook ziet men de Kruk met zyn bogten, die de
Raamen doet op en needer gaan, en de Kruk-Balken daar on-
der, met de Pollen daar in, de Bos om de Kruk met het Schyf-
loop daar om; ook ziet men de Borft-Naald boven met een Pen
en Gat in en onder de Steunder, en onder met eenKeepenBorft
op de Staart-of Koning-Balk. Ook word aangewezen aande Borft-
Naald de Swigtftelling; ook vertoont men de Kap op zyde, de
Dak-lyften op de ftylen, en de Spante daar op, als meede hec
boven-Wiel, dat om de As hangt, nog de As met de Scheenen,
daar in, en de Stroppen daar om, met een Roe daar door; ter
zyde word de Vang uytgeleyt vertoont; eyndelyk word alles ia
een goede ordre gevonden, en kan corre&na de Voetmaatge-
meeten worden.
N°. 6.
Befchryving van den Opflalder Moolen deWaagefchot-
%aager van agteren te sten.
Voor eerft vertoont men de Moolen van onderen doorgefnee-
den, en men ziet de dikte van de Muur, die in de rontte zo op-
gemetfelt moet worden, ook ziet men de Penantindemidden van
de Moolen, en twee dikte Planken dwars over den anderen ge-
legt, en daar op gelegt de Kruys-Balken, en hier op de Vloet
en de Rolring mee de Rollen en de Orerring, met de Kot-Bal-
ken voor 't end, de Koning met de Staart-Balk en de Kot-Plan-
ken, daar voorheen Berigt van gedaan is; ook vertoont zig de
Slee-ftelling op zy, met de Leuning en de Schoore daar onder,
de Wig onder den Koning-ftyl, daar men de Moolen meede op-
zet, en de Kraan op de Slee (telling, welke op een yzere Taats
draayt in een Poe, en boven in een houte Pen; in den Uytlegger
daar wind men het hout mede in de Moolen. Vo ier ziet men
een dubbel Krabbel-rat, het eene wat kleinder als het andere;
de Deeling is groot J duym, en als men wil, dat het watgaau-
wer zaagt, dan moet men de Krabbel-yzers op het kleyne Rat
leggen, zonder dat men de Palftok verfteekt; en deze Paiftokken
hebben haar bewerkzaamheyd aan 't Pomp-Raam,' ook ziet men
het Opwinders-Rat met de Rol voor 't end, en het Touw daar
om, om het Hout in de Moolen te winden, en de Pal onder het
Rat en een Palftok daar aan om het hout te ftryken, als hethoog
genoeg gewonden is: ook ziet men den Uytlegger op zyde, met
hec Blok daar boven op, daar het Touw door gaat; ook zietmen
de
A L L E R H A N D E M O O L E N S .
<?e Konitlg-ftyl en twee Krombeels met de Sleutel onder de Ko-
ning-Balk, en daar op vier Stutten onder de boven-Balken tot
ftyften van de Eruk-Balk; als meede de Kruk voor 't end in een
yafte Pol met Slothouten daar in, ook ziet men het Agterbint in
jmalkanderen, en boven 10 voet 10 duym buytenwerks, wyt on-
der buyten-werks 20J voet: de Balken in de jftylen met Pennen,
Gaten en Tanden in den anderen gewerkt, en de Kruyflèn met
verlooren Lippen en Swaaluwe-ftaarten en Tanden: ook zyn de
Trappen daar in vertoont om na boven te klimmen; ook ziet
men boven op die fty lende Kap, de Dak-Lyft voor't end, de
Wolf-Balken daar agter, de Pen-Balk, en daar de Asopleyt,
welke men van agteren zien kan met de Scheenen in de Pen;
ook ziet men met ftippels aangetoont op wat manier men een Kap
kan trekken; het zyn driederley foorten, yder in 't byzonder;
ook vertoont zig de Kap op zyn plat met het Wiel en As zonder
Kop, en de Gaten in de Dak-Lyften, daar de Spante van de
kap moeten ftaan, de Wind peulen daar op, en de Gaten van
Keren-Weerftyl daar in; ook is hier by vertoont het Wiel met
het Schyfloop. Vorder kan men het naauwfceurig na de Voet-
maat nameeten, en men timmert het voorfle Bint net als het
agterfle. De kanting van de Stylen is klaar aangetoont in het
Bindt van de Wip-Moolen.
N°. 7.
Èefcbryving vande Grondt vaneen agtkante Waatet-
Moolen^gemaakt te Amfierdam^ ënjlaande
tujjcheLoenen en Éleuwer-Sluys.
Voor eerft fiet men de grondt op zyn plat, en de agtPenan-
ten; in yder Penant zyn geheyt 13 Juffers, lang 36 voet, ook
ziet men de Heygrondt van den draag-Balk en de Bak, en de
Bak daar op vertoont, dat de Hey-Maften daar door fchynen:
ook ziet men de Bak op zyde voor 't end en de Muur van den
Draag-balk en 't halve Wiel in de Bak; ook ziet men de Hey-
grondt van de voor en agter Waater-Loop, en de Vleugels met
de buyte Stoel, de Hey-Maften in een goede order vertoont,
die langzyn 30"a 34. Voet: ook is hier op de Mafte-grondt ver-
toont cje dikte onder van de Muur van de Water-Loop en een
fteene Rol laag, die op de Muur moet koomen daar booven op,
dog men kan de Maften daar door zien: ook ziet men in de voor
en agter Waater Loop aangetoont de Kefpen: deze Kefpen moe-
ten foo lang zyn, dat dezelve onder de Muur moeten komen, zo
dat de Fondaments Planken daar op kannen leggen, de Fonda-
ments-Planken en de Vloer-Planken van 4 Duyms hout, en on-
der de Muur moet men een Schroet van 11 a 4 duym met hou-
te nagels daar op vaft maaken om het verfchuyven van de Muur,
en dan de Muur daar opgemetfelt, en onder de Penanten van
de Moolén legt men 2. duyras Planken, twee dik, dwars over
den anderen, en dan de Planken en Kefpen op yder Paal meteen
houte nagel geflooten of vaft. gemaakt: ook ziet men in degrondt
de feeven onder-Tafelmenten geflippelc en aangetoont de Deu-
ren met agt Stylen daar op van de Moolen; vorder ziet men de
halve boove-Tafelmenten met de Blokkeels in den anderen ge-
werkt met Pennen, Gaten en Tanden, daar op de halve Kuyp,
welke vorder verklaert fal worden: ook ziet men het Scheer-
Bint, dat midden in die Moolen komt te ftaan in den Draag-Balk
gewerkt met Pennen en Gaten, en deWater Asop den Draagbalk
met de Steen daer onder metflop-Blokken wel voorzien; in het
Bint is gewerkt het Spil-Kalfmet dubbelde Pennen, daar op de
Wervel daar een endt van de Spil op ftaat, met hetonder-Schyf-
loop daar om; men ziet de Waater-As met de Scheenen in de
Schrooi-Blokken, daar naaft het Schep-Rat en zyn bewerking,
de Kruys-Armen welke men met dubbelde Pennen en Ga-
ten in den anderen moet werken, de kalven en de Schoepen ook
met dubbelde Pennen en Gaten, en de Kalven en de Gordinge
half en halfin de Schoepen gekeept Het is groot over Diame-
ter 18. Voet: vorders ziet men het onder en booven Wiel, de
Schyfloopen daar by, met de Kam-Gaten en Staave Gaten daar
in. De Kap op zyn plat; voor eerfl: ziet men de Overringonder
de Voeghouten, welke met Pennen en Gaten in denanderen ge-
werkt moeten worden; men moet met fes of feevan tokken rond
zyn; daar onder komt de Vloer fwaar 4 a 14 duym, daar dé
Rollen op draayen, die op de booven- Tafelmenten met houte
treknagels vafl worden geflooten, en met 8 ftukken rond op de
midden van de Tafelmenten tegen den anderen geftuykt, en
vlak op de boven-Tafelmenten needer gevoegt; deïtoI-Ring,
fwaër 31- a ia duym, moet ook van 6 a 7 ftukken rond zyn,
en teegen den anderen aangeftuykt, op yder.vergaaring met
twee drie quarts bouten geilooten, en die van binnen met een
yzere Plaat geflooten is, en dan nog een endt drie quarts Plank
op yder vergaaderinggefpykert, daar in 38 Rollen, dik 8 en
lang 7 duym: ook ziet men om den Overring de Kuyp, welke
ook moet ö a 7 ftukken rond zyn, en met haak-Tanden aan den
anderen geflooten, de Laffen lang 14. duym, en onder teegen
de Vloer aangevoegt met 16 duyms bouten geflooten door de
Vloer, en booven om de Kuyp een yzere Spylbant vanvier ftukr
ken rondt: vorders ziet men de Voeghouten op den Overring:
men laatze i | duym diep finken met Voorloeven daar in, dan
werkt men de Roofter-houtcn daar in, dat zy f duym in de O-
verring finken met Voorloeven, Pen en Gat in de Voeghouten;
dan werkt men de Spanring op de Roofter-houten met Swaaluwe-
ftaarten, diep | duym, en een Tandt in 't Vocghout; men leyc
ook het Wind-Peuiuvv en de korte Sprayt met bedekte Swaal-
uwe-ftaarten op de Voeghouten, en de lange Spruyt met Voor-
loeven op de Voeghouten gefonken, de Penbalk meten kort pen-
netje in een Lip op de Voeghouten, den Yferbalk met pen en
gat daar in, vorders de Kapfpante daar by. De Moolen is on-
der wyt over zyn Tafelmenten 27. Voet, en booven binnen de
Kuyp JE8 Voet, de Waaterloop en Bak moet met goede Sement
gemetfelt worden.
N°. 8.
Bcfchryving vandeze agtkant Waater-Moolen in ü)'ti Op-
Jlal met eenjieene Waaterloop,
Voor eerfl ziet men de fteene Waaterloop op fyde vertoont
doorgefneden, en de Fopdament-planken, Kefpen en Paaien daar
onder, gelyk in de vorige grondt aangetoont is: ook ziet men
de Leggers tuffchen de Rollaag vertoont, welke booven op de
Waaterloop koomen te leggen, en de planken daar op; ookziec
men de Penant, daar de onder-Tafelmenten op komen te leg-
gen , daar de Stylen van de Moolen op ftaan; onder het Schep-
radt ziet men de reyfing met een Rpllaag opgemetfelt, gélyk
ook in de grondt aangetoont is; ook ziet men het Scheprat, met
de Waater-As voor 't endt, en de fteen onderde Waater-As»
en agter het Scheprat ziet men het Onderwiel van agteren, ook
ziet men het Scheerbint, daar de Spil op draayt, de Vangbalk,
Trappen om na boven te klimmen, alles in een goede order;
ook ziet men de Reegels met Pen en Gat in de Stylen en aan 't
ander endt met een Lip en Swaaluwe-flaart in de Styl, en de
Kruyffen aan de enden op een Tant, en op de Reegels half en
halfin den anderen gekeept een duyms treknagel daar door, ge-
lyk aangetoont is»
Ook ziet men deJCap op fyde in zyn Opflal met de As en
Scheenen daar in, e*n de Stroppen daar om, met de Roe door
de As, en het boovenwiel om de As, met de Kammen daar iii;
ook ziet men de ftaart met de Schooren daar aan vertoont met
{tippels hoe men de langte van de langeSchoor kanUrygen. Voor
eerft neemt de halve langte van delangeSpruyt, en laat die haak-
waarts na de lange Schoor nedervallen, en dan onder op de
Schoor die langte dan gemeeten, 't welk is de langte van de
Schoor. Vorder is hier by aangetoont het booren van' een Roe,
't welk op deze wyze gefchiet,- men neemt een plankje van i |
Voet lang, 1 voet breet, dat men aan de eene kant regtfehaafi:,
men neemt dan een Winkel-haak en fchrapt dan een fchreeFin
den Haak op dat plankje; men neemt dan de Pafler, oopent
hem 1 voet, zet de Pafïèr met de Punt onder aan de Haak-
fchreef, en trekt zo ver als de Nommers ftaan, en men plaaüt
dit plankje of malletje als de Roe op zy legt; daar de Roe inden
As komt moet men zuyver in 't midden na de agterkant in den
Haak maaken; dan /laat men een Lyn-flag op het korte Hek,
booven r duym van de voorkant aan't boven-Hek, en onder
i | duym van de voorkant, dan nommert men de Rooy-gaten
gelyk op de Mal en de Roe gedaan is, dan hout men een Rey
onder aan de punt van de Haakfchreef, en booven na de Noni*'
mers daar zy na van Scheelte moeten gebooit worden, en als<le
Rooy-gaten geboort zyn, dan fteekt men in yder gat een houte
Nagel, en doet daar een Slag-lyn aan, 1 voet hoog, booven'
de Roe in de haak. na de Roe, en boort dan alle andere na de
Lyn ,• deze Mal is na de wezentlyke Amfterdamfè voetmaat van
ix duym, waar uyt men alle andere korte of lange Roeden kan
vinden om te booren. -
Befchryvïng van deGrondt en(*aande<werk van een
kante Waater-Moolen • flaande tnjfchen
JJJendeift en Üytgeejl. ,
Voor eerfl ziet men de Heygrondt van de Moolen, dë agt
Penanten geheyt met 18 a 20 voets Juffers of Maften, efldaar
op geleyt de Fondaments-Plank'en van twee duym dik en twee
dik dwars over den anderen, ^en die op yder Paal met een houte
nagel vaft gemaakt; ook ziet men de Heygrondt van de binnen
Stoel in 't midden, daar de- Spil van de Moolen op ftaat, zyndé
met dezelve langte van Juffers geheyt, en daar kefpen Van 4 a
6. duym opgeleyt, en daar op uw Fondaments-Planken van 3
duym, en dan de Muur daar op gemetfelc onder de Stoel: de
Bak ziet men van booven op zyn Plat, hier neevens de Water-
loop van de Moolen, de Sandplanken die op zyn paaien moeten
leggen, en de Kefpen daar op, daar de Stylen van de Water-:
loop met een gat en pen moeten ingewerkt worden (gélyk in den
Opftal getoont is;) dan de Vloer van de Waterloop daar op, en
door de Sandplanien van de Waterloop en den Dorpel van 't
A.a • ' • , : -Slög.
N A A UW K E U R I G O N T W E R P V A
Slag-Bintzyn deHyJPaalengetoont; o f
ten op de Penanten met Stippels aangewezen, het Ondew
ven-Wiel met de Schyfloop-Plaaten hierby; voor eerfblCTtmen
de Krays-Armen toe Waterpas van hetBovenwiel, en het gat,
daar de As in komen moet, leyt men in den haak en van icneel-
te en dan werkt men de Kriiys-Armen met ï anden in den an-
deren, en men keept de Kruys-Armen die boven leggen een
duym meer als die onder leggen, dan maakt men een koning in
't midden van het gat van de Krüys-Armen, en men-doet de
Centrum-ftok aan den Koning, en dan leyt men de twee Ploo-
ven daar op, de twee bovenite Kruys-Armen even fchoon uyt
de Kruys Armen in den haak, en zo ver uytgeleyf als men het
Wiel groot wil hebben, en uw Plooyen dangekantonder deKey,
en van Scheelten met een Zink-ftok even hoog uyt de Kruys-
Armen geleyt, dan uw Plooyen drie en een half duym diep ge-
zonken , half in de Kruys-Armen en halfin de Plooyen, met een
Voorloef en een Tant, de Plooyen daar op gewerkt, dan de an-
dere Plooyen daar op, gelyk de andeïe,deze Plooyen werktmen
met Lippen over den anderen een en een halfduymverloorenen
boven gelyk, dan legt men de Deeling op de Plooyen zo veel
Deelen als gy hebben moet, de midden van uw Kam-gat moet
uw Deeling beginnen en eindigen, en dan leyt men de Vellin-
gen daar op invy f of zes rondt tegen malkanderen geltuykt,men
moet ze vergaaren op de midden van uw Kam-gat, en dan de
Deeling op uw Velling geleyt, als het regtenWaterpas gefchaaft
js, de midden van uw Kam-gat moet op de midden van uw Ko-
ning of Centrum aanlchieten, en dan uw grootte van uw Kam-
gat agter en voor uytgeftooken. Vorders ziet men in malkander
gewerkt het Schep-rat; het is groot over Diameter 15J voet,
hier by is uytgelegt een fchoep met een kalf, en hoemen'cmoet
bewerken, als meede de Waater-As met zyn Scheenen daar in
geleyt, ook ziet men het Kruys of de Moolen-roeden met dekop
van cie As van voren, de Hekken en Zoomen daar in vertoont5
ook is hier aangetoont het booren van deze Roeden, 't welk met
Nommers aangewezen is op de Mal en op de Roedej de vorde-
re beïchryving op de Plaat.
N°. 10.
Befchrjvhg overden Opjlalvan deagtkante Waaier'
Moolen, dejjelfsWaaterloop, Kap, Tafelmentens
enz. opzynplat i Jiaandetuffèhen Affendelften
Uytgeeft.
Eerflelyk ziet men de zeven Onder-Tafelmenten indengrondi
leggen; dezelve worden half en half over den anderen gekeept,
boven gelyk, en met een Haak-Tant van een duym diep inden
anderen gewerkt; ook zyn op deze Tafelmenten aangetoont de
ftylen in zyn Agtkant, en de Gaten daar in, daar de ftylen met
een Pen van drie 'duym lang in komen te ftaan, én de Deuren;
ook ziet men de Boven-Tafelmenten het zelfde getoont; de Pen-
nen van de ftylen móeten boven lang zyn 3 en een half duym,
ieder flyl met een Kram-bout geflooten, boven door de Tafel-
inenten; ook ziet mep de Water-loop in de grondt, waar van in
de voorige Plaat berigt is gegevei}. Men ziet hier vorders de
Buyten-en Binnen-ftoel en Onder-Dorpels, de Binnen ftoel is in
malkander gewerkt met Pennen, Gaten en Tanden,; de Steen
en Water-As daar op tuffchen in, meteen Wervel op de Stoel
daar een end van de Spil op ftaatj de Kap legt hier op zyn Plat
zo als hy gewerkt moer, worden is alvoorens aangetoont; he
Slag-Bint hier in malkander gewerkt met Pennen en Gaten, de
Vleugels beplankt, en onder den Dorpel ootmet Planken voor
het lekken van 't water; men ziet hier de Bakvan zyn end en op
zy, het Onder-Wiel daar in, alsmede deWaateMoop voor en
agter, de Penanten daar de Moolen ftylen op ftaan moeten, het
Schep-rat dat het Water tegen de Ryzing op moet brengen, de
Buyten-ftoel, daar de Water-As op vertoont word met de Steen
daar onder; ook heeft men het Onder-Wiel in den Opftal niet
vertoont, om dat men het Schyfloop met de Binnen-ftoel dan
niet konde zien, gelyk men in de vorige Moolen gedaan heeft
de Spil op de Binnen-ftoel met het Onder-fchyfloop daarom, dit.
het Onder-Wiel met hetSchep-rat doet gaan, de Onder-Tafel
menten op de Penanten; onder de Tafelmenten ziet men Stop.
f!:ukken leggen; vorders ziet men de Moolen in zyn Opftal, d
vatte Binten en detoffeBinten komen daar boven over gekeept
de onjerfte Balken moet men faamen keepen vier en een half
duym diep ,• dat is yder Balk aj dnym diep; vervolgens ziet men
deKruyfTen, Regels,Trappen, de Vang-Balk,deboven-Tafelmen
ten opdeftylen,daarop deVloerjdaardeKuypmetveertien duymi
boutenmoetvaft geflooten worden;de Vloer iszwaar4a i2duym
deRolring 3 a 11 duym, de Rollen zyn dik zeven duym en lans
zes en een half dnym, daar op komt den Overring 7 a 11duym,
daar op de Voeghouten, welke in den Overring leggen gezon
ken, met Voorloeven van een en een halfduym diep, danwerkt
men de Roofterhouten met Pen en Gat in 't Voeghout, en zo
laag dat ze met j duyms Voorloeven in den Overring zakken;
dan werkt men de Spanring op de Roofterhoinen met Swaaluwe-
ftaarten | duym diep; men 'ziet ook het Wint-Pentaw op jé
Voeghouten, de lange Spruyt, de korte Spruyt, of agter-Balk,
de pfn-Balk de y z e M , §» Kap op.zy, de bovenAs en zyn
fcheenen in de hals en Pen, vorders ziet men de Roe ndenAs
met zyn yzere Stroppen oni de zelve, het boven-Wiel met den
Staart, Schooren, het Wind-As door de Staart, Vangftok en
Touw' ook is hier a,angetoont met Stippels, om de langte van
uw lange Schoor te krygen, waar van alvoorens gezegt isj vor-
ders is alles na de voetmaat getèekent en kanftiptelyk nagemee*
ten 'worden.
N°. II.
Befchryvlng van deWip-Waater-Moolen, van deon*
der-ïafelmenten en het toeleggen van "tToorn'
Bint >met deWaaterloop.
Voor eerft ziet men hier de vier onder-Tafelmenten, getoont
in de gron'd op zyn plat» deze moet men half en half over den
anderen keepen, en met bedekte.en pverhoekfe Swaalmve ftaar-
tenvan I Ï duym diep, gelyk met Stippels aangeweezen is, ook
ziet men de Gaaten van de vier ftylen op de hoeken, en de 8
Gaaten van de Mander-ftylen daarin getoont op zyn order, en
daar binnen in den Draag-balk, daar op de Steen daar de Waa-
ter-As op draayen moet, hier neffens de Gaaten van de Scheer-
ftylen daar in, ook ziet men neffens den Draag-balk de Bak mee
zyn ftylen en klampen van boven te zien, daar het Onder Wiel
zyn bewerking door heeft.
Hier neffens ziet men een Bint van den Toom inmalkanderen
gewerkt, met zyn Balken en Krombeels Honts-Ooren Mandel-
ftylen 20 als het gewerkt moet werden, en als men eên Bint
moet toeleggen, dan fleekt onder en boven aan de buytenkann
van de Stylen een Vooifteek 2 duym van de kant, en daar een
Vooiflag geflaagen die regt is, en met een lange Rey opge-
fchrapt, en bepaalt dan de langte van uw Stylen op den Vooi-
flag en fteekt daar onder en boven een fteek, dat gedaan heb-
bende bepaalt de wytte onder en boven, en legt uw Stylen
onder en boven op de wytte van 't Bint, en neemt dan een lan-
ge Lat en legt die Stylen net in zyn overhoeks na die fteeken die
op de Vooiilaagen ftaan, die de langte van de Stylen zyn, en
van Scheelte gelyt, ook trekt onder en boven aan de voeting
van de Stylen op de langte van de Stylen een Lyn over om
de voeting te krygen, en als men de voering dan heeft, dan
fchryft onder aan de voeting van de Styl een Haak-fchreef na de
Vooifchrap of na de buytenkant van de Styl, als hy regt is, die
binnen met de voeting van de Styl te niet komt, gelyk op de
Stylen is getoont, en dat gemeeten op de Haak-fchreef en op
de fchuynte na de voeting, en al wat de Voetingfchreef langer
is als de Haak-fchreef, dat is uw kanting van de Styl, zoveel
moet uw Styl buyten opkanten en binnewaarts in, dat gedaan
hebbende, dan leyt men de Balken daarop, én menbedraagC
ze daar in.
Ook ziet men de voor en agter Waater loop in de grond met!
den Dorpel, Vleugel van *tSlag bint, en de Waaterdeur; meti
ziet de 'onder Slooven of Zantllrooken met de Kefpen daar in,
met Pennen en Gaaten gewerkt en met houte Nagels geflooten,
ook zyn in dezen Zamftrooken aangewezen de Gaaten van de
Stylen van de Waater-loop, ook ziet ipen aangetoont de Zant-
ftrooken die na de Moolen 'komt dat die 4 duym onder het Ta»
felment komt te leggen', gelyk in den Opftal aangewezen wort.
Ook ziet men de planken met Stippels aangewezen, en men
moet dé Waaterloop van binnen met 2 duyms eyke planken be-
planken, en moeten met een Sponning in de Styl van 't S|ag-
bint fchieten, en buyten moet men ze beplanken rnet ijf duyms
greene planken, hier neffens ziet men de voor en agter Waater-
loop op zy met zyn Paaien geflooten, aan de onder en boven
Slooven met Pennen en Gaaten; ook zyn vertoont in de onder-
fte Zantftrooken de Gaaten van de Kefpen die in de grond op
zyn plat leggen, men ziet de leggers en de planken op de Waa-
ter-loop voor en agter, ook ziet men het Scheprat in de Waa-
ter-loop en de Reizing daar onder daar het Waater tegen op
moet als het Schep-radt omdraayt, men ziet debewerkfaamheidc
van t Schep-radt. Hier lydt by uytgeleydt een Kruys-Arm, een
gording, ft halveKalyers en een Schoep, zo dat men de bewer-
king zeer naauwkeurig aantoont, men ziet ook het Slag-bindt in
malkanderen met een Vleugel, vorders kan alles ftiptelyk na de
voetmaat ;gemeeten worden.
' • N ° . 1 4 . •
Befchtyvïngvan den Opfialvan de Wip-Waater-
Moolen, zig doorgejneeden vertoonende.
Voor eerft sBet men de Muur met deffelfs dikte onder en bo-
ven onder de Moolen, daar de onder-Tafelmenten op leeeen,
als mede de Muur daar de Draag-Ballc oplyt,inwelkedeScheer-
«yl met Pen en Gaaten ingewerkt zyn, in de Scheer-ftyl is ge-
werkt
t
'V
A L L E R H A N D E M O O L E N S.
werkt het Spil*Ka!f daar deSpil op ruft, opdenDraag-Balk de
Waater-As met de Steenen daar onder, en hec Onder-Wiel daar
om met het Scheprat, daar neffens de Vleugel van 't Slag-Bint;
de planken moet men in malkanderen ploegen voor het doorlek-
ken van 'c Waater, en voor den dorpel van 't Slag-Bint moet men
het ook met zulke planken beheyen,»gelyk in eenvandeagt-
kante Waater-Moolens gedaan is; hier neffens ziet men de Bak
met het onder-Wiel daar in, ook ziet men de Spil op de Wer-
, vel op het Spil-Kalf, en het Scbyfioop daar onder om de Spil
5n de Kooker en het boven Schyfloop daar om, die in 't boven-
Wiel werkt dat om de boven-As is; men liet de As met de
Scheenen daar in, de Steenen daar onder, de yzere Stroppen
daar om, en een Roe daar in, verdérs den Toorn, de Balken
met de Krorabeels Mandelfleylen Honts-Ooren, de Balken die
men voor 't ent ziet met de, Krombeels, de Kooker-Balken daar
op, daar de Kooker-Stukken met Pennen van 3 duym lang in
ftaan, op de boven-Balken ziet men de loofe Kooker-Balk, wel-
ke dienen tot flyfte van de Kooker, ook ziet men de boven-
Tafelmenten met Pennen en Gaaten op de Stylen en de onder-
Seetel 2 duym daar in gezonken, het boven-Huys daarop, dat
om de Kooker ront draayen moet, de Voeghouten, de voor ag-
ter en Middel-Soomers, en de Zolder daar op tegen de Waater-
Lyfl met een Sponning in de voor- en agter-Soomer, men ziet
de boven-Seetel om de Kooker met de Kloflen daar onder, en
met bouten geflooten, door de Kooker-Stikken daar de Steen-
Burrie met het gantfcne boven-Huys op draayen moet, daar op
de Steen-Lyfte met de Swaaluwe*ftaarten op de Steen-Burrie ge-
zonken gelyk aangewezen is, verder ziet men de Borft-Naak in
de Balken gekeept, en met 1 duyms bouten geflooten, en bo-
ven met een Pen en Gat in een Blok-Keel dat onder de Wint-
Peuluw komt, en in deze Borfl-Naait een Sponning van 1 duym
diep daar de Baarc-Planken in komen, ook ziet men daar de
voorden agter*Soomers aan de fteylen met Schortbouten vafl
gemaakt, en aan ycter deur-ftyl van 't Trap-bïnt onder en boven
ten, en een Bout door de ftaait met een Beugel daar om, men
z:ec ook de Dak-Lyft daar 't Wint-Peulnvv op leyt, en den Pen-
Balk en Agter-Balk ingewerkt wort, de Yzer-Balk daar de kroon
vzn de Spil in draayt, men ziet ook voor aan 't Wint-Peuluw
en den Agter-Balk 2 yzere Zwaans-halzen met Krammen aan de
Dak-Lyit vafl: gemaakt, de Kap op zyde met het Vorfl-naalt
daar op, en de Geevel daar met Pen en Gat geflooten, verders
ziet men de Vang op 't Wiel en het Sabel^yzer, in de Vang-
Balk de Vang-llok, Vang-Tou, de Trap met de Leuning daar
aan, en de Hang-boomen om de Trap om hoog te houden, on-
der aan de Sleep-Trap vafl; met Rram-bouten gefloten, vorders
is.hier alles naauwkeurig aangeweezen.
Befchrjving over de Bewerking van V Boven-Huys.
In het toeleggen van de Voegburri moet men 't Huys van de
jVIoolen balanferen, om dat het regt op zyn Zeetels zal hangen;
als het boven-Huys lang is op de Voeghouten IOÏvoet, dan
moet men de Middelt § duyrn na vooren (teeken, dat is, op
de voet 5 duvm, het toeleggen van de Voeg-Burrie; voor eerït
lyt men de Voeghouten Waater-Pas, en Van Scheelte en op
zyn wyite, en men flaat daar Vooy-flaagen op de buytenkanten
even fchoon uyt de kant, en mén bepaalt dan de Middelt van
't Gat daar de Kooker in draayen moet, en fteekc dan eeven
fehoon uyt uw Middelt fteeken op dé Vooyflaagen, en dan na
die fteeken overhoeks geleyt met een Lat, en dan leyt men
de Kalven daar op, en men bedraagtfe in de Voeghouten
niet dubbelde Pennen, Gaaten en een Tant, dat gedaan heb-
bende dan leyt men de voor- en agter-Soomer daar op, ert van
Scheelte; dan flaat men daar Vooyflagen op, eeven ichoon uyt
de buytekant dieop deMiddelt van de Stylen Van 't boven-Huys
overeenkomen, dan zet men de Middelt in de langte op de voor
en agter-Soomers, en dan leyt men de middelt van de Soomers
en de middelt van de Voeg-Bume over een, dan (leekt men
Steeken uyt de middelt van de Soomers eeven fchoon, en roea,
leyt ze in zyn overhoeks, dan laat men ze n| duyrrt diep tinken
op de Voeghouten met Swaaluwe-ftaarten, gelyk de Stippels
aanwyzen, en dan leyt men de middel-Soomers daar op, en
men zinkt ze met Voorloeven op de Voeghouten, dan leyt men
de Waater-Lyfte daar op en laat ze i duym diep met Swaalu-
•we-ftaarten daar in zakken, en met een Pen in de Styl, ook
ziet men op de hoeken van de voor- en agter-Soomer de Gaaten
daar de Hoék-ftylen van't boven-Huys in moet ftaan, en de
Gaaten voor de Schort-bouten daar in getoont, gelyk men aan
het Agter-Bint van 't boven Huys zien kan, de Steen-Burrie
moet men op de zelve manier toeleggen, men ziet de Steen-
Burrie met de Steen-Lyften daar op met Swaaluwe flaarten daar
in gezonken van aj• duym diep met de Kooker daar in. De toe-
leg van 'c Zy-bint van 't boven-Huys, voor eerfl flaat men de
middelt op de Stylen, en men maakt de Pennen aan de Stylen,
en men leyt de ftylen in zyn overhoeks, dan bepaalt men de
hoogte van de Steen-Lyft om de onder en boven-Seetels op zyn
fchorting te verdeelen voor het makkelyk kruyen van 't boven-
I. 'Deel.
Huys, zo neemt een Lat en die leyt men op het 2y-Bint op da
Styl, en men fnyd een maat onder van de voering van de Styl
tot de bovenkant van de Steen-Lyft, dan trekt men twee Lyno
overhoeks over de Steen-Lyfte daar die Lynen malkanderen be-
fnyden, daar fnyd men een maat van de Lynen tot de onder-
kant van de Steen-Burrie, ook trekt men de Lynen over de
Soomers die op de Voeg-Burrie gewerkt zyn, en daar die mal-
kanderen befnyden, fnyt men een maat van de Lyn tot de un-
derkant van de Voeg Burrie, dan fteekt men daar nog 2 duym
by, voor de Schorting en de maat van de Steen-Burrie, fnyd
van dezen Lat af, en de maat van de Vocg-Burrie doet men
daar by met die » duym, dan zal het huys zeer fraay op zyn
zeetels hangen, ook ziet men de onder en boven Zectcls op de
Kooker gewerkt met Swaaluwe-(laarten van 2 duym diep, en
yder fhik met 2 Bouten geflooten, en de Volling-ftikkcn met
Spykerbouten vafl gemaakt gelyk het aangewezen is, ook leyt
onder de Kooker de boven-Zeetels met de Kooker daar tuflchèn
in, en hoe'de Kooker aan de Zeetels wort vallgemaakt is zeer
naauwkeurig aangeweezen, ook ziet men de onder-Zeetels op
de boven Tafelmencen leggen, en yder een ftak uytgeleyt, en
hoe de bewerking is, deze onder en "boven Zeetel moet men aan
de bovenkanten op de hoeken afronden 2 duym diep voor hec
makkelyk kruyen gelyk getoont is, ook ziet men het Trnp-Bmc
met de Staart en Voeghouten daar onder, en hoediemetSchort-
Bouten vaftgemaakt worden, en boven de Klonen op de Stylen
die met een klyn Pennetje in de Dak-Lyflen komen, en hec
Waay Spant op de Dak-Lyften, en men toont aan met Stippels
op wat manier men de Kap trekken kan, ook ziet men hec
Storm-Bint met de Bürft-Naait daar op, welk hier 3;.duym diep
wort ingezonken, en liet Keepen half in de Bord Naait en half
in de Balken met 3 Bouten geilooten, ook ziet men de Schort-
bouten aan de Stylen en door de Voeghouten, men ziet daar
onder de Baart daar aangetoont en de Kloflln op de Iïorfl>Nua!t
en de Stylen, deze Kloïlèn van de Kooker en de Stylen en do
Bord-Naait moet men alle mee bedekte Trdcfchuyf-Tanden daar
op werken onder tl duym diep, en boven te niet, ook ziet men
hier een Kap-Spant op de Dak-Lyften getoonc, en de Vang
daar in uytgtieyt met zyn yzerwerk daar by, ook is iiier aange-
wezen dat tot nut van het Moolen-maaken dient, en kan iïipte-
lyk na de Voetmaat gemeeten worden.
Het Boven-Wiel heeft ös Kammen, de Deeling is groot
6 duym, het Schyfloop heeft 27 Staaven, de Deding het
zelve, het onder-Wiel heeft 73 Kammen, de Deejing is groot
7$duym, het onder-Schyfloop heeft 25 Staaven en de Deding
het zelve.
N". 13.
Befchryvingvan de Alotjder-AJooIen, van deBak. en
. Ketting, en het Bint daar wen deBak hooger
of laager meêkan laatm zakken, worden-
.. ;•,... üegebruykt te Jvijlenlam.
Voor eerfl ziet men de Bak doorgefneeden met een Schep on-
der en boven daar in, Zo als ze in de Bak moeten werken met
de Ketting-balkjes op de Leyers, ook ziet men de Steylen van
de Bak onder met een yzere Beugel om den onderlegger vafl: ge-
maakt, en dan de boodetn van de Bak daarop, en dan uw on-
der Leyers op de boodem en dan uw Leyers r duym diep in
de Stylen gewerkt reet Voorloeven , <?n boven die. Leyer is
een drie duymfe plank ingewerkt, binnen met de Stylen gelyk
en half en half gekeept met Voorloeven gezonken in de Styl,
ook is de boven Leyer en plank ook 20 gewerkt, ook ziet
men een Legger in de boven Leyer gewerkt, daar de mid-
del Leyer ook met Voorloeven ingezonken leyt, ook zien
men den Bak hier op zy leggen met zyn Stylen, Planken
en Leyers en de binhen Leggers geftippelt, en aan yder
Styl een yzere beugel om de onderlegger gelyk voorheen ge-
toont is, ook ziet men aan de agter Stylen van de Bak een
yzere Haak roet een ent Ketting, welke dient om aan de
loofe Bloks vafl: te maaken , om de Bak hooger of Jaager te
laaten zakken in de Modder, ook ziet men de Bak van agte-
ren af geront en met yzer beflaagen, ook ziet men vooraan de
Bak hét Slag-bint met de As en Steen, daar tuflen ook ziet men
vooraan de Stylen by 't Slag-bint een Bak hangen in een yzere
Beugel die boven aan een Overlegger hangt een Tou en Blokom
die hooger en laager te kunnen laaten zakken, alsdeModder-
fchouweïi daar onder koomen te vaaren. •
Ziet ook hier neffens de Ketting uytgeleyt, met zyn Schep-
pen daar aangefloóten, ea.de byde zeskante daarin vertoont,
en door het ageerde zeskant is een yzere Spil door en aan wee-
renden een ronde Nok aan, die loopt agter in de Bak in een
metaalén Bos, ook ziet men het vöorfte zeskaflt om de As» dac
tufleu het Slag.bint in lyt, hier by het yzerwerk vertoont van de
Ketting na een grooter voetmaat? en van vooren en op zy te
zien met de Scheppen daar jn geflippdt en een Ketting-Êalkie,
B hier
I A A UW K E U R I G O N T W E R P V A N
hier neffens hoe de ewrigte in malkanderen draayen, het Bint
met Tou en Bloks e deAs boven op de hoofde van t Bintom
de Bak daar de Ketngin hangt omdie hooger en laager mede
te kunnen laaten zaken, ookmoet mende zeskanten met yze-
re banden beilaan, e Krambouten fluyten.
Beféryvlng va een Modder- Moolen} géruykt te
Amjlerdain.
Voor eerft ziet ren in de grond de boven Leggers vande
Moolen, tn hier orier Ieyt het gaande Werk, welke Leggers
vertoont als doorgeieeden om dat men deSehyfloopen Raade-
ren beeter zouden onnen zien opzynorder ,• ookziet mep het
kaabekouw opgefeboten, de Ketting metzynScheppen in de
grond leggen, en t>or omde As: die tuffen hetSlag bint Ieyt,
en de Bakken daarle Modder door gaè, en valt in fchouwen;
ook zfec menvoort 't Slag-bint aan de bak vandeketting twee
yzere haaken, en aar aan een tou em de Asjes, welke dient
om deBakagter inle Modder te houden alsde Moolen gaat en
het Kabcl-tou de Boolen agter uythaalt danzoude de Bak met
de Ketting voor utfchuyven, door de kragt vande Modder,
ook toont menderumgang der Paarden boven opÜeLeggers.
Btfchryving wndeze Modder-Moofen, den Opftaï
doorgejheedm.
Voor eerft: ziet nen de onder Leggers vande Moolen tuffen
de onder en bovc Boodum in leggen, en daar opziet men de
Spillen met yzere iatfen diein poccen draayen, daar de Schyf-
loopan en ïlaadera aan vaft gewigt zyn, ookziet mendeAs
of lange Spil aanleerenden een yzere Pen, welke draak ineen
metaalen Bos, en i 't midden draait hyopeen Steen, ook ziet
men deKetting mezynScheppen omdezeskante, en daar on-
der de Boodum va deBakdaar deModder in opgehaalt wort,
en boven onder d< Ketting ziet mende booven Leggers vande
Bak, en daar op e middel Leyer daar de Scheppen op ruften,
ook ziet men hetünt daar de AsmethetRat oprullen, ook
ziet menhier deB>ks tegen dezen Styl aan metde touwen daar
in die boven om en Askoomen, welke dient omdenBak roet
de Ketting hoogerïn laager te kunnen laaten zakken gelyk voor-
heen getoont is, ok ziet men hoedePaarden daar omdeSpil
gaao, die ds Schfloopen en Raaderen doen gaan metde Ket-
ting, men ziet oa de Paarden in de Stallen, verder isallesna
de Voetmaat.
N°. if.
Befihryving.'aneenVerf, ofSnu^fTolah-Maolen
net zyn Gronden Opjlah
Voor eerfl: zietmen degrond onder de Vloer van de Moolen
en Lootfen met yn Pylaren doorflaagen en Regels, men toont
aan in de grond ah de Moolen metllippels waar gy ü Leggers
van de Kant-ftee moet leggen, mentoont in de grond vande
Loots het Rootte-werk van de Eeft daar men het Vuur op
ftookt, hier neffas ziet mende Kapvande Loots met ftippels
aangeweezen, alsmede de Vloer vandeMoolen metde fteene
Leggers van deLoopers en Boven-As. Het Raam daar de
Loopers toflcheriloopen met de flrykers daar onder, ookziet
men de Kapper met de Rees en Stampers van boven te
zien, hier neffas de Stoel van de Rollen van de Plettery,
men ziet de Zevery en de Spil die de Zeevery doet gaan,
en met flippels geweezen hoe de Touwen om de Schyven
komen, men zieden Opftal van 't Vierkant met dePylaaren
daar onder, meiziet de Steene Loopers op zyn kant op de
Legger in denOtlal met hetRaam daar om, ookziet men do
Wentel-As met yn gaande Werk van de Plettery en Spillen
met den Opftal-an de Rollen Stampers van de kappery met
de Meden in e Ton en de Spaaken ia de Wentel-As die
de Stampers opaten. Het Vierkant van boven metdeSpoor-
, Wielen die de ieen doen gaan en de Wentel-As die in den
Opftal vertoont ivan't Piet-werk, ookziet menonder de Wen-
tei-As een klynsggent Spilletje welke dient omde Zeevervte
doen gaan. J
Men ziet detiOpftal van de Loots doorgefneeden metden
Eelt, en metSupels deSchoorfteen aangetoont, ook ziet men
boven de Loonde Vloer metdenEeft van boven te zien daar
men het goet ojdroogen moet, en daar neffens nog io Kaflen
om Tobak in teloen.
Befchryvrng VndenOpjial vands Moolen doorgejneeden.
, Voor eerft zit men onder het Vierkant de fteene Pylaaren
«e doorüaagen n Regel-werk daarop, ookziet mendeSteen
met de Kaamendaar om, degroote Spoorwielen. omdeSpillen
die in het Schyfloop werken dat aande boven-Spil is, ook ziet
mer- de Wentel-As voor 't entmetzyn Spaaken van deKappe-
1T, daar voorheen berigt van gedaan is, menziet de Zeevery
in zyn Opftal metzynSpillen en Touwen omde Schyven» ook
le? men het Agtkant o|het Vierkant getoont met zyn Stylen,
Balken en Kruyflln, Vang-Balk, As, Roeden .boven-Wiel om
den V, Bonkelaar omde Spil datin't boven-Wiel werkt ook
ziet mén de Kap, de Staart, Schooren, Vangftok, en het
Wint-Koppel door de Haart; verder is alles genoegfaam aan-
geieoen en kan ftiptelyk na de Voetmaat gemeeten worden.
In 't boven-Wiel omden As. ' ^ TCmm™.  deDee-
In 't Bonkelaar boven om deSpil.
In 't Schyfloop onder omde Spil tot
de Spoor-wielen.
2 Spoor-wielen tot de fteenen yder
heeft
In 't Wieltje onderom deSpil tegen
het Schyfloop,
In 't Wieltje om de wentel*As.
2 Wieltjes omde wentel-As totde
Pletrollen yder
2 Dito omde bovenenden vande
Spillen.
a Dito omde onderenden vande
Spillen.
2 Dito aande Rollen van't Piet-
werk.
In 't wieltje omde wentel-Astot
de Zeevery.
In 't wieltje omhet klyne wentel-
Asje.
In 't wieitjs aan 't ander ent.
In 't wieltje aan 't Spilletje.
N°. i<S.
.,.„ Kammen.  de Dee-
25 Dollen, f Ung5d.
ï3 Staaven.-  de Dee-
ƒ Iing4'd.
34 Kammen.
14 Dollen.  deDee-
45 Kammen.
28 Kammen.
15 Kammen.
14 Kammen.
i"l Kammen
28 Kammen.
11 Kammen,
ip'Kammen.
13 Kammen.
' deDee-
fling 3|
 duim.
| de Dee*
>Hng 3 |
duym.
Befchrfoing van de Gronden, als Vodde-fchunry Mookil
Werkhuys Pak-Kamer &?<?. hehoorende tot een Wit-
te Papier'Moolen.
Voor eerft vertoont de platte Grond onder de Vloer met zyn
Pylaaren doorflaagen en Regel-werk van boven te zien, men
ziet neffens de Grond den Opüal van de Pylaaren en het Regel-
werk en doorflaagen daar op, aandeandere zyde de Vloer die
op de platte grond komt met al hetbinnenwerk van 't entvan
de Vodde-fchuur tot aan de Vaklengtens van de Droog-fchuur
toe, welk hier een Vakaangetoont is ter langte van 10 voet het
Vak, de Moolen in zyn geheel met de Plaating na hetwerk-
Huys toe ter lengte faamen 76 voer, ook Ieyt hier neffens de
Vloer den Opöal van de Vodde-fchuur tot de Droog-fchuur
toe, van de Vloer tot net Dak toe vertoonen zig de Deuren,
Venfteren, en Glazen, metde opftandt vande Schoor/teenen,
van de Lym-Keetels, verders is alles fchriftelyk in de grondaan-
geweezen" en de benaaming daar by.
BefchryvingvandenOpjial van deBroog-fchuuren Parf-
Jen> welkebehooren tot de JVittePapier-Moolen.
Voor eerft vertoont de platte grond van een Vak Droog-
fchuur ter langte van io voet en wyt 26 voet, als mede de
Droog-fchuur in zyn Opftal voor 't endt metzynBint en Kap-
fpant daar op, hier onder in is eenLyn gefchooren vande Mid-
del Styl tot de Kambas toe, en 2 Krukken daar by omhet Pa-
pier op te hangen, als men het op deKambas-Lyn zalhangen
geryk men in de grond kanzien hoemendeLyndoor de Kam-
baflè fcheerr, hier nevens ziet men de 3 PariTen deDorpels inde
grond, boven ziet mendenOpftal metde Schyven onder omde
Spillen daar men de Parffen mede in toedraayt, verders is hier
alles duydelyk aangetoont.
N°. 18.
Befchryving van de Wryfbak en Roer-Bak metzyn Rol-
Ufh enverder toebehorentot deWitte.Papier-Moolen.
_Voor eerft ziet men de Roerbak op zyn plat van boven te
zien, en deBak getermynt gelyk met Stippels aangewezen is,
ook Ieyt hier boven op de Roer-rol metde yzere Spil daar door
en aan het end het wieltje dat de Roldoet gaan, hier nevens
ziet men_de Bak op zy metde Roldaar in, en boven dien ziet
men de Bak in 't verfchiet getoont zeer fraay, nog ziet men de
Koer-balc voor 't entmetzynRoer-rol en wieltje aan deSpi], de
Wryt bak opzyn plat met de yzere Spil en wieltje daar om ook
ieyt hier neffens de Rol voor 't endt metzynScheen en Ring,
deze
A L L E R H A N D E M O O L E N S .
deze Rol daar maalt men de Vodde klyn mede in de Bak, men
stiet de Bak op zyde in den Opftal en voor 't ent, en de Bak in
't verfchiec, verder is al de benaaminge daar by getoont.
N°. lp.
Befchryving vandegrond van het eerjle Tafehmntmetkn
Opjial doorgefneeden met het binnen-Werk daar in
van een Witte Papier-Moolen,
Voor eerft ziet men de Balken boven van 't Vierkant in de
grond leggen met de Tafdmenten daar op, daar de Stylen van
• t Agtkant op komen te ftaan, ook ziet men men met Stippels
aangewezen de Stylen onder en boven van het Agtkanc, men
ziet op yder hoek boven van 't Vierkant een Schoor ingewerkt
tot ftyfte van 't Vierkant, men ziet 2 heele maal-bakken met
een halve, in de grond met de Pomp en een groote Waater
Bak, men ziet hier nevens het Vierkant in de grond en 2 Roer-
bakken rnet zyn toebehooren.
Hier benevens een Bint van 't Vierkant op zyn Pylaaren in
zyn Opftal een heele maal-bak, in zyn Opftal daar in en zyn
toebehooren, de Pomp en een endt van de lange Spil met het
onder Wiel daar om.
Den Opjial doorgefneeden. '
Voor eerft: ziet men de Pylaaren onderde Moolen, de Bal-
ken van 't Vierkant met de Krombeels van vooren, de lange
Spil en daar onder aan het onder-wiel daar de. kleyne wieltjes
Van de heele en halve maal-bakken van onderen in moeten wer-
ken , de Pomp met de Mam daar in die het Water in de bakken
moet geeven, men ziet boven het onder-wiel agter de Water-
bak om de Spil een kleyn wieltje, dat in het wencel As wieltje
werkt tot de Roer-bakken, ook toonc men de Bakken in zyn
Opftal in de Moolen die in de grond zyn in het midden van de
Spiï een wieltje, en een wieltje aan de kruk, welke de Pomp
doet gaan, vorder de ftylen van 't agtkant met de balken en
krombeels,welke geflooten zyn met Pennen, Gaaten en Tanden,
de balken van 't vafte Bint voor 't endt met de Krom-beels daar
onder, en hoe diep zy gekeept moeten werden in 't leegeren,
ook ziet men het boven-Wiel om den As met het Bonkelaar om
de Spil, de Kap-Spant en Reegels de Steenen agter en voor on-
der de As, men ziet een.Roe daar in, de Vang-balk in de Mpo-
Ien geftippelc, de ftaart daar aan met zyn Schooren, het Winc-
Koppel door de ftaarc en de Zwigtftelling, ook ziec men hier al-
les op een goede order.
Begaande Werken vande Witte Papier-Moolen.
In 't Boven-Wiel om den Boven-
As.
In 't Bonkelaar om 't bovenend
van de Spil.
Het Wieltje om de Spil cot de
Potnpery.
Het Wieltje om de kruk toe de
Pompery.
In 't Onder-wiel om de Spil.
ïn 't halve Baks-wieltje.
In 'c heele Baks-wieltje.
Het Wieltje om de Spil tot hec
Roerwerk.
Hec wieltje om de Wentel-As
daartoe.
Het wieltje om 't andere end van
de wentel-As.
Het wieltje om, 't bovenend van
'c klyne Spilletje.
Het wieltje om 't onderend van
't Spilletje.
Hec wieltje aan de Roer-rol.
 deDee.Cl
3a Dollen.
28 Kammen,
25 Kammen, j —a
'"•
57 Kammen. ^ de Dee-
ió Dollen. j»ling si
14 Dollen. ) duym.
29 Kammen. 
22 Kammen.
28 Kammen.
19 Kammen.
20 Kammen, j
17 Kammen, j
NV 20.
Befchrping vandegrond van een dubbelde Oly'Moolen
enzyn toebebooren.1 1
Voor eerfl; ziet men de grond met zyn Pylaaren doorflaagen,
en Regelwerk daar de Vloer op komt te leggen, men ziet ook
de 5 Stayt-blokken tuffen de Pylaaren daar de Oly-blokken op
komen te leggen, men ziet aan 't end van de grond de Hey-
maften die onder de Stuyt-blokken fcotnen, men toont aan met
Stippels waar de Legger van de Kantfteenen moeten leggen, als
mede 3 Oly-Bakken om Oly in te doen, en de plaats aangetoont
daar de Vuyfters moeten komen, hier nevens de grond van de
Vloer en al het werk daar op met zyn benaaming daar by ge-
fthreven, verders de Wal mee de Kraam daar by om hec goet
af te baden, ookziet men den Opftal van dePylaaren van't Vier-
kant en de Schuur met zyn dooriJaage Regelwerk daarop, men
sec her op het Vierkant in zyn Opftal daar het agtkant op komt
te liaan en het Binnewerk daar in uiffchen de Schuur en het
Vierkant, de Oly-Bakken met een Pomp daar in ora de Oly
daar mede uyt te pompen, hier nevens de Schuur in zyn Opftel
met zyn Balken, Stylen en Regels, en verders alles in een Koe-
de order aangewezen. "
N°, 21. :
Bejchryving over het binnenwerk van eendubbelde Oly-
Moolen.
t Voor eerfl; ziec men de Stampers van de Potten en Heyen van
t voor en naflag tuffen de onder Rees, daar onder de Blokken
doorgefneeden met de Potten daar de Stampers in vallen, hier
nevens de Stampers en Heyen tiytgeleyt met zyn toebehooren,
de Kantfteenen op de Legger met het Raam daar om, en een
ftuk van t Raam uytgeleyt vanboven te zien, hier nevens leg-
gen de Spillen met de Tappen daarin, de Kanc-fteencn leggen
in 't verfchiec met hec Raam daar om, en dé Ringen van de:
Kuyp om de fleen &c.
N°. 22. ,
Befchryving vandeplatte grond enzyn Opjial van een
dubbelde Oly-Moolen.
Voor eerft ziet men de Balken van 't Vierkant ïn de grond en
de Tafelmenten van 't agtkant, daar op met Stippels aangewe-
zen waar de ftylen van 't agtkanc, moeten ftaan, hier op de
Wentel-As met zyn gaande wejk, de Rees, de Stampers, He-
yen en Kloffen van boven te zien, als mede het Spoonviid van
de Kantfteenen met Stippels in de grond leggen.
Befchryving van den Opjial zig doorgefneeden vertoonendc.
Voor eerft vertoont men de Blokken onder de Stampers daar
de Potten ingewerkt zyn, daar men voorheen al berigcvan heeft,
ook de Stampers en^ Heyen van 'c Voor-en Naflagt tuffen de on-'
der en boven Rees in, de Wencel-As met zyn Spaaken en gaan-
de werk daar om, en twee Schyfloopen om de Spil, ook heeft
men het binnen-werk hier zeer fraai in getoont, verder liet agc-
kanc met zyn Balken, Krorubeds en Ktuyffen, welkers bewer-
king aan de voorige Moolens getoonc is, men ziet de As met
zyn Boven-wiel daar om dat in het Bonkelaar werkt dat om de
Spil is, de bnyten Roe in den As met Stroppen daar om, de
ftaarten fchooren daar aan met het Wint-Aas door de ftaart met
een Tou om, daar men de Moolen roede in de Wind kan win-
den.
Het gaande werk tot dendubbelde Oly-Moolen.
In 't Boven-wiel om den As zyn.
In 't Bonkelaar boven om de Spil.
In 't Schyf-loop van het Spo w-wiel
tot de ftenen.
In 't Spoor-wiel van da Stenen zyn
In 't Schyf-loop tot het wentelas-
wiel.
In 't wiel om de wentelas zyn
4 Wieltjes om de as tot 't voorflag
Roerwerk.
4 Wieltjes om de RoerftoL
4 Wieltjes om de wentelas tot het naflag v,
Roerwerk. 39 Kammen, i
Wieltje om de Rperftok. ' 13 Kammen,/
De midéëgangersin 't differente maat geftelc.'
59 Kammen,
34 Kammen.
13 Staaven.">
86 Kammen,/
26 Staaven. "
öo Kammen.,/
45 Kamtnen.V
de Dee-
deDee-,
lïng 5 d.
<JeDee-
lingj|d.
de Dee-
ling 4 d.
Befchryving van degrond van eendubbelde Vol-Moolen,
Voor eerft ziet men de grond met zyn doorflaage en Regels,
tuffen in zyn vertoont de StuytJBlokken daar de Komblokken op
komen te leggen, en hier nevens ziec men dezelve in de grond
getoont, de'Komblokken met de Gaten daar in, de Waskom-
men en de Volkommen yder in 't byzonder aangetoont, men
ziet getoont in de grand de Water Bak met a Pompen, die't
water met een loófe Goot na de Komme leyt, hier nevens de
grond den Opftal van de Komblokkea voor Jiet endt tot deonder
Rees toe, de Pompen en de Water-bak daar by met een löofe
Goot die 't Water na de andere Kommen toe leyc, aan de ande-
re zyde de Komblokken in zyn Optol van vooten te zien tot de
onder Rees toe, tuffen yder Kom en aan yder end van tBlok
en vzere Klinkbout doorgeklonken voor heticheuren.van 'tBlok.
J
Ba No. 24,
8 NAAUWKEURIG ONTWERP VAN ALLERHANDE MOOLENS.
N3
. 24.. .
Mefchryvlngvan de Wentel-As-Zolder en denOpfiat van
een agihmte dubbelde Vol-Mookn opeenVierkant>
vertoonende zig doorgefneedtn.
Voor eerft ziet men het Vierkant in de grond met de Tafel-
.inenten van 'c agtkant daar op, en met Stippels anngetoont waar
de ftylen van 't agtkant liaan moeten, hier in is de groote Wen-
tel-As met een kleyne, met zyn gaande werk en ipaaken, de
ftampers en Rees van boven te zien, de Pompen met dePomp-
ilokken, die met de fpaken van de Wentel-As moeten gaan;
hier nevens den Opftal van 't Vierkant doorgefneeden met een
gedeelte van 't Agtkant en het gaande werk, de wentel-As voor
't endt met de wielen daar om, en de Komblokken daar onder
met de ftampers, daar booven de twee Pompen in den Opftal
die ia de grond vertoont zyn,
Ben Opftal doorgefneeden.
Men ziet de Pyharen onder de Moolen, en de Stuytblokken
onder de Komblokken getoont, hier neven de ftampers van de
groote wentel-As tuflen de onder en boven Rees, dewentel-As
met een dubbelt wiel dat agter en voor Kammen heeft, en de
Touwe woelings daar om met de fpaaken daar in en een dubbel
Schyfloop, onder om de fpil daar men de Moolen Krapper of
Loomen mee kan laaten gaan, ook ziet men de Steylen, Balken
en Krombeels met Pennen en Gaten in malkanderen gewerkt,
en de Kruyffèn met Tanden in de ftylen, men ziet het boven
wiel om den As dat in 't Bonkelaar werkt dat om de Spil is, de
' flroppen om den As met een Roe daar in, de Vangbalk, de
Vangftok en Touw, de ftaart en fchooren mee de Wintkoppel
daar door, met Zwigtftellingen daar onder.
't Boven-wiel heeft
't Boven Bonkelaar boven om
de Spil
't Groot Schyf-loop tot het
: Wentel-As wiel.
't Kleyne Sehyfloop tot het
Wentel-As wiel.
't Wentel As-wiel heeft
6ö Kammen. " de Dee-
31 Kammen. > duym.
34Staaven. ^ ^e Dee
s6 Staaven. j J
99 Kammen, j
2J.
Hejèhryving van een Waaier-Moolenin Holland gebruf
kclyk, welke baar Water opmaalt op4,0 6 met boog.
A. Het groote wiel met zyn Kammen, als mede As en Kap.
B. Het bovenfte Tafelment met ?,yn Bloitkeels.
G. Den Opftal van het agtkant werk en drie Lang Balken, ge-
merkt 1. 2. 3, en in den doorgefneeden grond als aangewe
zen wort.
D. Het onderfte Tafelment dat op de Muur leyt, daar het agt
kant werk op ftaat.
Ë. Het Schyfloop aan'de Spil$ en dat in den grond leyt.
F. Het groote wiel aan den Water-As en in den grond.
G. Den,Water-As, Scheen en Steen.
H. Het Scheprat vertoont hem op tweederley manieren.
I. De Schutdeur voor het Schep-rat.
. K. Het Muurwerk onder den Moolen aan de andere zyden, al;
mede de Kom voor het groote Wiel.
De Cyfers als 9. 10. 16, betekenen de treden van de Trappen,
:;•.. ;
, ' ' . ' • :
N ° . 2 6 . 
Èefchryving van een Water-Fyfel ofSlang-Moolen, wel
kehet Water opmaalt 12'voethoog.
A. de Kap op den Moolen met zyn uytleggïng en Trek.
B. b. den As met zyn groot wiel of Kam-rat.
C. het bovenfte Tafelment met zyn Blokkeels.
D. drie laag balken in den Moolen met zyn Karbeelen.
• E. den Opftal van een agtkant werk met zyn Regels en
Kruysbanden.
F. het onderfte Tafelment daar het agtkant werk op ftaat.
G. het Muurwerk onder den Moolen op zyn agtkant ver-
toont.
; H. de Spil van onder tot boven.
; I, het Bonkei-Rat, de fteek 6 duym, en boven Schyfloop e-
ven grqot.
K. het Wiel aan den water-As met zyn bewerking gelylc ver-
toont.
1. den water-As met zyn Raden vertoont drie draden, den
As is zwaar na dat hy groot is.
M. de Uaamen gelyk zy vertoonen, en de werkzaamheyt.
N. de Gording daar al de Raamen met platkopte bouten aange-
flooten zyn, als mede n. het gat van da water-Peuluw of
Pen-Balk.
O. de water-Peuluw en de metalen Pot, weegt vyftig Pont.
P. den ftroombalk door den Moolen daar de water-As zyn
berufting op heeft; een fteen p. den ingelaaten Pen daar
den water-As aan draayt met een Kruys van yzer ingezon-
ken.
Q. de Schutdeur voor het buytenwater en zyn uytloop.
R". Uytloopen van 't water.
De Cyffers, als 10. ri. 17. bsteekenen de treeden
van de Trappen.
N°. 27.
Befchryving of Naauwkcurig Onderrïgt van een WMoih
Jlige order opbetgaande Werk.
Voor eerfl; ziet men een Bonkelaar met 40 Kammen, vertoo-
nende zig met de Kammen omhoog, het afcirkelen en bewerken
van dien is op s Kammen aangewezen, van agteren en van
vooren met Stippels daar uw Paflir ftaan moet, ook is hier tegen
het Bonkelaar uytgeleyt een Schyfloop van 3a ftaaven, men legt
den zelven Bonkelaar met de Kammen op_ zy, het Sehyfloop*
daar in, verwonende hoe diep de Kammen in zyn werk zyn, en
hoe de Kammen geduurig werken, ook vertoont na eygenfehap-
pen of draaying van het in en uyt zyn werk koomen, gelyk mee
itippels aangewezen wort; deze Kammen moet men van agte-
ren en van vooren afwerken, en wel zuyver de Deelen net daar
op leggen, gelyk het ook aanwyft, ook moet men de Deeling
op de middelt van de Kammen leggen gelyk met ftippels aan-
gewezen wort, als mede op de buyten en binnen kant van de
Kammen afgecirkelt met ftippels, hier nevens wort geleert hoe
men de grootte van een wiel of Schyfloop vinden kan als men
de Steek of Deeling bepaalt, het zy 3. 4 of 5 duym, dat is ee-
ven veel hoe groot of klyn gy 't wik hebben, bepaalt dan met u
Pafler een deel, en fleekt dan zeven deelen op een regte Schreef
en verdeelt diezeeven deelen in 11. as of in 44 Deelen, gelyk
hier alle drie getoont is, zo is yder deel van die 11 deelen 4
deelen op de cirkelftok geftooken uyt de middelt van uw Koning
tot de middelt van het Karngat, bepaalt dan maar hoe veel Kam-
men gy hebben wilt, en reekent zo meenigraaal als gy voort
fteekt 4 deelen of 4 Kammen, en yder deel van die van 22
deelen is 2 Kammen op de Cirkelftok, en yder deel van die vait
44 deelen is 1Kam op de Cirkelftok, ook'dient het om te wee-
ten als men een Cirkel getrokken heeft zo groot of zo kleyn als
gy hebben wilt, en gy bepaalt dan maar hoe veel deelen dat gy
in die Cirkel hebben wilt, als by exempel, gy wilt 36 Kammen
in een Cirkel hebben, neemt uw Paffer en verdeelt uyt uw Mid-
del-punt daar de Cirkel uyt getrokken is, en verdeelt dat in 9
deelen tot zo ver als gy de Cirkel getrokken hebt, en reekent
yder deel 4 Kammen, dat is door de reekeninge van elven,
neemt dan een van die negen deelen en fteekt die 11 maal op
een regte Schreef, en verdeelt die 11 deelen in 7 deelen en een
van die 7 deden, dat is in 36 deelen ront, deeze reekening i3
by ondervinding goec bevonden en dient tot nut van 't Moolen-
maaken.
Men ziet hier by een Spoor-wiel uytgeleyt, hebbende 34
'Kammen, daar in een Schyfloop geleyt van 2a Staaven vertoo,-
nende zig in malkanderen zo als het werken moet, het afcirkelen
van de Kammen aangewezen met Stippels waar uw Paflèr ftaan
moet, ook leyt hier in het zelve Spoor-wiel een Schyfloop van
9 ftaaven, welke de Deeling vergroot, het welk zeer nootzaa-
kelyk is als men 2 Schyfloopen op een Spoor-wiel wil laaten
werken dat het een groot is, en het andere kleyn, en gy hebt
uw Kammen afgewerkt na het groote Schyfloop dan moet het
kleyne nootzakelyk vergrooten gelyk getoont is, ook ziet men
nier nefiens het zelve Spoor-wiel uytgeleyt met het zelve Schyf-
loop om te toonen dat men de Deeling eeven groot maaken kan,
men moet deze koppen, van de Kammen dan wat ronder afcir-
kelen gelyk getoont is, ook ziet men twee Spoor-wielen in mal-
kanderen yder van 20 ftaaven, hoe dezelve bewerkt moeten
worden, het afcirkelen van de Kammen gelyk met ftippels aan-
geweezen waar uw Pafler ftaan moet; ook wort genoegzaam
aangetoont dat de middelt van uw Kam op de middelt van mv
Centrum aan moet ftrooken.
EYNDE,
NAAUWKEURIG ONTWERP
VAN
ALLERHANDE SOORTEN
M O O L E N S.EN VAN DE
S L U Y S
OP HALFWËGEN HAARLEM.
No. i.
fóaau-wkeurig Ondemgt ia iaat order eenZts-ef Jgtkctnt Meo-
len van de Grondt tot zyn volkomene Jlant getimmert en
in malkander gejlooten moetworden.
(jLsmen een Moolen zal timmeren,is het
noodzakelyk dat men degrootte van de
Gront, welke daar toe vereyft werdt,
bepaalt, wanneer men gaat tot deVer-,
deling der Tafelmenten > welke met
Stippels, namentlyk de onderfte ,
middelde en bovenfte, op deze plaat
aangewezen werden, daar op twee
y de Bint en Velt-mallen de manier hoe die ge-
maakt werden. Op het eene ent met een Winkel-haak,'
en het andere ene met het trekken van het Kruys, zónde?
Winkel-haak; als men een acht- of zeskant Moolen zal cim-
Jtaeren, ftelcmen in het midden van het achtkant:, of daar
Kien het zelve wil toeleggen, een yzere Koning, met een
Centrum-ftok daaraan: de eene kant van de Centrum-ftok,
moet regt op het middelpunt va"n deKoning aanftrooken^en
bepaalt degrootte van het achtkant, en werkt het ondcr-
achtkant, ofTatelment, met overhoekfe Swaluwe-ftaarten
in malkander: men draagt,zorg dat het water-pas legt, en
men fchryft net, waar de ftcylen moeten ftsan', wanneer
het toeleggen van het,midden en boven Tafeltncnt mak-
Icelykcr zal vallen, als dat men eerft het boven Tafel-
toent toeley. Deze manier is goed bevonden, de Tafel-
inenten in malkander gewerkt zynde , werdt het acht-
tant daar op gezet, en het Kruys op yder hoek, daar
Jiet Kruys van de fteyl ftaan moet; tuflehen ieder fteyi
Jfcet men het midden op het Tafelmentj uyt deze drie acht-
Jcanten maakt men de Moolen. Als men de Bint en Vek-
mallen maakt moet men aan de eene kant regt ftryken^
, de Bint-mallen de regte kant na binnen leggen, en de Velt-
mallen de regte kant na buyten, met de buytenkant van het
TTWelment gelyk, de regte kant moeten aanweêr ende even
fchoon uyt het Kruys leggen, men legt deze kant in het
toeleggen van een Bint of Velt boven om van Scheelte,
daarovertezien,de kantenvan de Mallen, die boven leggen,
moeten tegen'de borft van de Steylcn aan komen, en onder
klampen opgelegt werden voor het fcheuren als men de
Mallen aan de Steylen wigt om toe te leggen. Op de hoek
van deze Plaat is op twee manieren aangetoont, hoe men
de Mal maakt van de voering van de Steylen van het
bovenfte achtkant, bet,welk hier toegelegc werdt. Voor
éerftmoea men weten, dat het achtkanc hec fondament is, en
dierhalven alles uyt het zejye voort moet komen. Men
neemt dan de maat uyt het middelpunt of Centrum van het
achtkant tot het Kruys van de Steylen dat op het boven Ta-
fclment gefchreyen ftsutt» iet welk 8* voet, en op het
umi.
inidden Tafelment n Voet is, menflaatdan een rechte lyrP
flag, en men legt onder en boven een Winkelhaak tegen
de Lyn aan, dan fteekt men boven 8| voet in den haak uyt
de rechte Lyni en onder 12. voet, maar men moet een ene
van een lat of veer hebben, het welk zo lang moet zyh als
mende Stey1hebbenwil, dat hier 3i voetenis,danmoeten de
Winkelhaaks-fchreeven zo ver van elkander ftaan, dat men
op de fchuynè fchreef 3! voeten opfteekt, ook kan de
regte fchreef vermindert worden, als men onder en boven
even veel voeten uyt de regte fchreef, daar de Winkelhaa-
ken aan leggen, fteekt, en onder èn boven het getal be-
hout, men neemt dan een ent van ëen Zaagded van 6 3 f
voeten lang, ftrykt een kant regt, die regte kant werdt na
de fehuyne fchreef gelegt, fchuyfc deze plank van onderen
na boven na de Winkelhaaks-fchreeven *en fchryftfe daar na
net af, dit is de rechte wiskunft van de Voeting der Steylen,
Bot men de Steylenmoetf enne», en de Binten Uileggen,
Eerftelyk maakt men de Steylen klaar, onder en bovenop
zyh zwaarte of dikte in den haak, zet het midden op^dc
Steylen net in het Kruys, en fchryft dat aan beyde de enden
van lcheeke na malkanderen met lange ryen op5 dan neemt
men een Lat, die zo lang is als de Steylen tuflehen de Bor-
fteh zyn, legt alle de Steylen op zy, en men leyt de Lat op
de midden,en zet onder en boven een fteek, dat is de lang-
te,* dan neemt men de Mal van de Voeting van de Steylen,
legt die wet de regte kant na de midden, en met de ruyge
kant dat! na binnen in de Moolen komt, verders fchuyft
men de Mal van het onderendt na boven, na de Stekjens
met een Rey tegens de Mal,om zo de Voeting aan de Stey-
len tefthryven, dan kant men alle de Steylen, omde Kant
booven die na binnen moeten ftaan, en men legt een Win-
kel-haak na de midden van de Steylen, gelyk hier getoons
werdt met een Rey daar tegens, zo fchryft men al de Stey-
len na de midden in den haak over,en verders met tweeJan-
ge Reyen de Borften van fcheeke overgefchreeven, de
Pennen van de Steylen moet men na de Borit m.-dea
Haak fnuyten, of na de Voeting en de Pennen uyt de mid-
den gefchreven, gelyk hier vrcl duydelyk aangewezen
werdt. • .
Als men eer» Bint zal toeleggen om te "romeren,
neemt men de Lat van de tangie der Steylen, men
fchryft daar de hoogte van de bovenkant de Bal-
de Mookn wilde.Kttcn, ten
A
. fluyt
N A U W K E U R I G O N T W E R P r>N
onder,' daar menin deVolgende Plaat ren, enWer kilkanderen &éjen aftj b o r e t r ^ , éj
' hier vertoont werdt. Tulichen het onder 1arclment de
verder berigt van zalgeven,
Verders maakt men 4 Keep-blokken, gelyk hier 4;onder
het Bint vertoont zyn,en eenop zyde tufichen het Binthoe
de zelve gemaakc zyn, als de Steylen in de Keep-blokken
le<wen, lege men onder en boven de Mal van de Binten,
iiwh Ichuyftfe van wydte dat de Gaten van de Mallen aan
dê'Pennen van de,Steylen kotinen gedaan werden, gelyk
hier vertoont w r d ,
Balken op malkanderen. Men fpykert op yder hoek van
het achtkant eenRey buyten tegen het Tafelmentj die net
recht te Loot en van Scheelte na malkander ftaan, dannog
vier Reyen op de midden van de Tafelmenten, ^het welk
men met Stippels aartwyft over de Balken^ hoe men de
Lyneu daar a.i,« vaft .maaken moet, hier naait ziet men
het zelfde acfitkant in het verfchict met de Reyen efdezelve.-ondes en boven daar dan aanftcekt, en men -— , , -
wï^t het Kruys, dat het net met het Krays van de Steyl Balken aangeweezen , ook zyn daar aan uytgeleyt de
K e n k d m t , als dan neemt men een lange Lat,fenleytI Leger-Balken op malkanderen op zy te zien. Als men de
h è 3 netto zyn overhoeks, gelyk hieTgedaan weïdt,! Balten wfl toeleggen, te legere moeten de twee Bal-
men moet ook over de bovenkamen van de Mallen zien ken van het vatte Bmt eerft vergoet leggen, welke zyn
dat ha Bint net van Scheelte leyt, (hetwelk in 't maa-,de onderfte,. men fpykert aan yder endt van de Balk
' ken Van de Mallen reets gezegt is,) en ziet,nog eens twee Reyen, een onder en eenboven nade Legerfchreeyen,
of het'&'ruys van de Mal riie.c het Kruys van de.Steyl v/cl die menin het timmeren van de Bmten opgezet ^heeft, zo
overeenkomt, vervolgens neemt mende Lat,daar dehoog- als men hier ziet;, ook tnoet mende onderfte Water-pas
te vandfcBalken op verdeelt is",gelyfc menhier aanwyft aan leggen, en van Scheelte moetende aan beydede enden nade
de-Steyl naaft het Bint, enImen fteekt üe hoogte van de Reyen te Loot gehouden werden
bovenkant van de Balken op de midden van fle Steylen, en
ïeat de Balken na defchreeven, als men de'Balken -regt te
, o—- /ennadeLynengeleydt,
datze met de midden vande Balken en Legerfchreven over-
eenkomen, verders legt, men de looze Balken daar op, eri
loot wil gekant hebben. Als de'Móolen overend ftaat,moe- na de'Leyne als de onderfte, ^menftoptfe aanalle beyde de
ten al de Balken de bovenkanten in den Haak na demid^ enden even hoog na de Legerfchreven op, en dan bedraagt
Hen van de Steyl gekant werden, eer dat mendezelve Hè- men de Balken, in het toeleggen draagt men wel zorg dat
draagt of gefchreeven heeft. Tot de Krombeels werdt een'yder endt by zyn nommer komt, welkop.dehoek van hec
Mal gemaakt, om,die te fnüyten van yder laag Balken een,ITafelment ftaat, dan z*J_het van zelfs wyzen hos.deBalken
'tóen tnuyt die eev'ft, en dan legt men die op deBalken en in het legeren toemoeten leggen. Alsde velden getimmerc
Steylen, en men ftopt het Kronibeel zo hoog aan de Stey-
len op, als de Balk dik i s , Scn fnydt dan een Zin,fcftok
vaa de Bulk zo lang als de Balk dik is, of zo lang als men
de Balk wil gezonken hebben, vervolgens neemt menhet
Punt-loot, fteekt het zo lang als da Zinkftok is, enmen
bjCdfaagt dat ent, danlegt meri het Krombeelt vo'or goet,
en fneyt een Zinkftok aan hetent$ dat op de Balk komt
te leggen, zo lang als het Krombeel dik is, of zo veel
langer als men het Krombeel beneeden de bovenkant van;
de Balk wil gezonken hebben, byde deze manieren zyn
goet, vervolgens neemt mep deze twee Zinkftokken, en
men fnydt een.diezo lang ii' als die twee, dan fteekt meri
het Punt-loot zó lang als die lange Zinkftok isjuienlegt het
daar mede goet,en bedraagt het aan de Steyl met het Punt-
''lóotj en aan de Balk met het Pkt-loot, dit werdt genaatnt
:t>yee hoog bedraagen, anders bedraagt men deBalk alleen,
:werkt; dieeerft in. malkanderen, en dan de Krombeels daar
eerft opgelegt, maar danmoet men het Bint tweemaal toe-
. leggen j én als dat Bint bedraagen enbefchreeven is, doet
werden,legt men dieook in vier Keep-blokken, gclyk men
een Bint doet, en wigt het Kruys van de JS/lal dat het mee
het Kruys van de Steyl overeenkomt in zyn Overhoeks, ea
van Scheelte,dan begint men met de Steyl van Nommer 11
2., en 3, en zo verder tot men t en 8 heeft, ook moet men
op ieder endt van de Kruyzen en Regels het nommer tekci
nen dat op de Steyl getekent is, om eider weer op zyn
plaats te brengen in het opzetten van de Moolen.
~~ N ° . *... •• • •
Manier oïh een Moolen vp ie regten.
Men heeft hier de Penanten vertoont, fonder de Tafelt
menten daar op? om de zelve Penanten zo veel te klaarde?
te konnen zien, maar het is zeker dat men in het regte eerlfc
de Ondertafelmenten moet leggen op de Penanten na de
Centrum-ftokj daar mendezelve na getiminert heeft, enwel
Water-pas, dan zet men de Schalk in het midden daar de1
m?n de onderfte Maleerft af, en flaat een regte lynflag on- Moolen ftaan moet om hoog, en mendoet daaf vier tuygerj
der tegen de voeting van deSteyl, even fchoon uyt demid- aan,zo als hier aangeweezen Wordtf doch alsrrieneenzwaar-
den om daar Reyen tegens aan te fpykeren, om de Gaten der Moolen timmert, doet men tfel zestuygen daar aan,en
; van Balken,en Krombeels na re maken, verders doet men moet zo lang zyn dat iöen deBlokken 11' a n voeten bo-
de boven Malook af,endangaat her op eenhakken enboo-
ren,Waafrofede'trienöp deze Plaat yverig bezig is,het Bint
: ittyt.maikauderen, leggen de Steylen omgekant^ de Balken
:, ;_cnEroipbèels daartuuchenin^otn hét in malkander tewer-
"ken, met Pen,"Gaten en Tanden; als:
het in malkander
,;'; gewerkt is, )cgt men het weer vafi Scheelte in zyn Over-
',; hoclcs,1
en men neemt.de.Lat van de langté der Steylen,';
•:, daar nïen ook dë'Lcgeifchreéven op gezet heeft, ofge-
•;: i.f•.»••».•- » het keepen, van de Balkenj' het welk men opr
j ', de zelfde Lat aaxiwyft., en met Stippels door laaten gaan tot
.; :
op het Bint, dan moet m?a hét legeven van-de Balken ook
: .. opfteekcii, als mcn.de hoogten van de,Balken opfteekt nA
:, de midden van de 'Src'/l, ook ka!
n men een agt-of eenzes-
k a t h L f'h K d Blk l i
/ , g eenzes
kant het Legeren of'het Keepen van de Balken welin deii
• Haak of teLoot oplleeken, maar danmoet eenanderen maat1
voeren, dog deze, welke men hier aantoont,rzahvel dege-
; makkelykfte ayn om niet te.dwaaien na de midden van de
Steylen óp te Iteeken. Qok leydt•tuflchen deze Bmteneen
Steyl omgekant met zyn óaaten enTanden, daar na is uyt-
geleyt een Bindt met Reyen daar aan om de Legevfchree-
-j' ven-op deenden vande Balken te zetten, van Scheelte nade
•i.midden van de Styl?, onder het Biadt de Mal omgekant, en
aan het eene endt niet Stippels aangeweezen, op wat rna-
•.. .nfermetf de Reyen tegen de Mal aanfpykei-t, om deandere
>«a.yaii Scheelte te houden j en op'de middel van de Steyl
en den As kan hangen, dan fluyt inen de z vafte Binten in
malkanderen $ met de Werlczy onder en tegen malkander,
overgeleydt,.mèt de booven enden van de Steylen na de
Schalk,' en op het Tafelment, menzet de twee vafte Bin-
ten eerft om hopg, gelyk de Werklieden vertoonen, met
een Kaapftandt te winden, maar als men eenzwaare Moo-
len van j a4 laagc Balken zalrechten, zo windt men met
twee Kaapftanden en Stellen tegens over deze nog een
Kaapftand, men ziet nu een Blok booven voor de Schalk
hangen,een onder aanhet Bint,en een Leyblok onderaande
Schalk, maar alsmen met twee Kaapftanden windt, danzya'
boven aan de Schalk twee Blokken, aan ieder zy een,onder
aan het Bint;twee, en onder aan de Schalk twee Ley-blofc-
ken, als men de twee vaftc Binten om hoog gezet heeft,;
dan flaat menaan de eene zyde, daar men de bcha|k nietuyê
wil brengen, wat Kruyfen en Regels in,en mén legt aan de
zelve zyde de looze Balken met deKrombeels daar in ge-
flöoten op devafte Binten, en men brengt de twee Steylen
daaraan, verders brengt mende Schalie uyt het midden,zo
yer,» dat men de andere looze Balken kan opleggen, dan
brengt men'er detweelaatfte Steylen ook aan,en de Schalie
na; buyten de Moolen, nu flaat men de Kruyfen en Regels
in, en menlegt deboven Tafelmenten daar op, met Kratn-
bouten aan de Steylen vaftgeflö'oten, 't welk in de voJeea
•öpk moetrde midden op heCBindt ftaan over deBalken,en de
•boven en kahten van Scheelte neergefchreeven , het welk
, metStippels'aanwyft, als txi'ede deReyen, tegen de Balken
en Mallen, dan nommert men het onder Tafelment van No.
1, z,
ten I
4 , y, <J,7, 8, en menneemt tot deloozeBin-
1 en 6, No.- " "
N". j ' en 8 en 4 en 7;'
g?ns in malkanderen gewerkt,1
en genommert, yder Steyl
°p 'iyaplaats daar zyftasm.tnoetem - Dari' de Balken JGége-
f, en tot dé vafte Binten
de vafte Binten werden vervol-
de Plaat werdt aangetoont,' op de boven Tafelmenten.
legt mea de vloer met houte Trek-nagels daar op gena-
gelt, dan de Kuyp om de Vloer. Menfluytfemet yzerc
Bomen vaft, en over eider Las'twee yzere Banden, meii
maakt ook wel éen Speyl-bant' om de Kuyp aan4 ftukken,
•die zyn zo goet als deyzers over de Laflen, als men de kof*
ten niet ontziet, verders legt menden Rolring tuflchen de
Kuyp, deRollen in de Gaten met de Yzer-PlaaténeriBou1
-
ten vaft geflooten, vervolgens legt men de Overririg op dé
Rolnng en men fluyt hem'met.Pennen én Gaten inmal-
ian»
P A N D E M O O L E N S,
ltsmctei1
', het welk men hier aanwyft, dan draayt men den
pverring die kant na de Schalk daar het Windt-Peuluw
moetleggeni ehlegtde Voeghouten, Yzer-Balk, enPen-
-oalk daar op, als mede de Achter-Balk^, dejange Spruyt,
Iaagen Balken, daar op de middel Tafclmenten, en daar op
met Stippels aangewezen waar de Steylen van het boven
Agtkant moeten ltaan, hier om ziet men de Leggers vande
Swigt-ftelling met een Raam daar onder. In de doorgefne-
het Windt-Peuluw, den As, dan de Roedenj verdersde den~Öpftal ziet men het Agtkant met zyn Steylen,"Bal-
Kapfpanten Reegels en daar toe behoorendé. ken^, Kruyffen en Krombeels, de Swigt-ftclling daarom,
Op deze Plaat v/yftmenook aan, hoe men de
Blokken endeSchooVendaar onder, het boven Agtkant metzyn Stey-
nioet röaaken die men in het rigten van een Moolen nodig len',Éaiken, Krombeelsj de Kruyffen, Regels, de Kap met
heeft, als een Roe-blok yan 3 Schyven, een Leyblok met zyn As en een Roe daar in, met de Staart en Schoorendaar
cenScliyf, een Bint- of As-blok van 4 Schyven op haar aen, het Wind:Aas door de Staart, ook ziet men het Agt-
"Icatit en plat, daar boven een Schyf op zyn plat met een me-;kant bpde Steylen opgefchegt om het fatzoen of beloopvan
'taaie Bos, op zyn kant en plat, een Kaap-fpant van boven[ de Zeeg te krygeii in het dekken, men heeft in dit en het
te zien, daar nevens eenzy in den Opftal met de Spil daar .eerfte, deel •vericheide Moolens met kromme Sceylen ver-
in geftippelt, verders de ftukken en de bewerkzaamheydt toont', welke van groot nut zynjohi dat het grooteruymte
nazyneys, verders de boven Tafelment met de Vloer daar in de Moolen.geeft, men kon ze,ook met Schalyen betep
opgenagelt, en de Kuyp daarom geftippelt, daar nevens dekken als de Moolens metrechte Steylen;
teei} Tafclment-ftuk op zyn kant en plat, eenRolring-ftuk
fop zyn kant eij plat, met de Gaten daar de Rollen in moe-
ten draayen en de yzers daar aan,hoe de zelve aan malkandery y ,
geflooten werden met Bouten daar door, aan deandere zy-
d l Vlftkk l k d
g , y
de leggen twee Vloerftukken op zyn plat en kant, daar
nevens twee Overring-ftukken op zyn plat en kant, en de
bewerking hoe de zelve in malkander geflooten moeten
werden, daar nevens twee Kuyp-ftukken op zyn kant en,daar in, van de onderfte Vloer, de Muur-plaaten daar xtl
plat,en hoede zelve met laffen aanmalkander zyn gewerkt,'gewerkt met Swaaluwe-ftaarten z duym diep, (zoals men
Beféryvihgvaiieen Apkant Mooie»,ftaand'ete Jmfterdami
waar in Snaphan geboodwrdenwaar in Snaphanen geboord-werden.
Eerftelyk ziet men degrondt op zyn plat met de Balken
dewelke met fpykers wel voorzien moeten werden, mee
twee yzere Plaaten over ieder Las.' Hier legt ook het Bo-
ven-wiel van boven te zien, op zyn plat, met de Vang daar
' om geftippelt en de Kam-Gaten daar in, ook twee Kruys-
Arraenj en twee Plooyen op haar kant en plat, als mede
hoe de"ielv'e, id malkander moeten gewerkt werden, met
Keep-Tancjen, Vóorloevén, en bedekte Swaluwe-ftaartenj
men toont ook op,een ent van de Kriiys-Arm hoe diep de
Plooyen daar op moeten zinken., en de Boven-velling daar
pp, en de Achter-velling daar tegens aan3 alsmede de Mal
wan de Kammen op twee zyden aangewezen, hoe de zelve
gemaakt werden, daar by legt eenBonfcehar van booven te
zien, met de Kam-Gaten daar in, hier van een Maan-ftuk
üytgeleyt op zyn kant en plat, mèt de Gaten daar in, hier
nevens de Kalven met de Pennen daar aan,en een Kam door
liet ent van het Bonkelaar, als mede de Mal van deKam-
men aan twee zyden hoe de zelve gemaakt werden, verders
Jfan alles ftiptelyk na de maat gevolgt werden.
N°. 5.
• fèefihryving van eenMoolenopdrkderhande Wyzen in
baar Opftalkn vertoont.
Eerftelyk toont men in de grondt de Moolen van boven
fs zien, van het bovenfte Tafelment tot het onderfte, de
Balken en Steylen, daar naaft twee Tafelment-ftukken om-
gekant met de Keepen om hoog zo als de zelve in malkan*
der gewerkt moeten werden, de manier om het zelve te
doen met Stippels aangeweezen, de grondt legt een wcynig
gedraayt om alle de Steylen in den Opftal beeter te kannen
zien. • Daarom isden Opftal gelylc de grondt, wylmsnuyt
de grondt den Opftal moet ophaalen.
, • In den Opftal in geraamt ziet men het onderfte Agt-
Sant alle de Steylen, Balken en Krombeels daar in geflpo-
•ten, hier op het middelftc Tafelment, en daar op het bo-
venfte Agtkant met alle de Balken en Krombeels daarin ge-
flooten, het booven Tafelment is met 16 Krambouteh van
ï+ duym door het' Tafelmient aan de,Steylen vaft geflooten,
daar op de Kuyp, welke ook met 18 duyms Bouten door
de Vloer vaft geflooten moet werden, en over deLaflen y-
xere Plaaten, hier op leggen de.Voeghouten mefhet Windt-
Peuluw, de lange en korte Spruyt-Balk, als micede denAs
jn het Kruys gedraayr. . " , .
Onder in het midden van déze Plaat legt ie Kap vanbo-'
yen te zien, daar men dèn Överring onder de Voeghouten
met de Kuyp daar orii, en in de Voeghouten Aaneyder 2y
$ Roofter-houten in gewerkt zieé, als mede het Windt-
. Peuluw, Steunder en Steunder-Balk, de lange Spruyt in
het midden, en de Pen-balk met de Stoel daar op, de ach-
ter of korte Spruyt-balk met de Staart en Schooren daar
aan, ook hier nevens een Voeghout met zyn Keep, en aan
de enden met Swaluwe-ftaarten., Hier boven ftaat deMoo-
len in zyn Opftal in het Kruys met de Kap, liet boven agt-
Jcant met Riet bedekt, en het onderfte meu ii duyriis deelen
die twee duym over malkander leggen gedekt.
, " Onder ter regter handt legt de halve grondt van de
Swigt-ftelling daar om, en den Opftal daar boven vertoont
zig doorgefnedca, in de grondt vcrtoönen zig de onderfte
in den Opftal ziet,) de Gaten zyn hier op met Stippels
aangewezen daar de Steylen van het Vierkantftaa'nmoeten,
en onder ieder Steyl een Penant. Verders toont menopde-
zen grondt de boven Balken van het Vierkant, behalvcn.
een om het gaande werk niet te verdüyfteren, op de Balken
ziet men de booven Plaaten van het "Vierkant met Swaalu-'
we-ftaarten z duym diep gezonken, aangetoorit mer Stip-
pels op de vier hoeken van 't Vierkant in den Opftaltezien^
op de Balken van het Vierkant zyn gewerkt 4 Tafelment-
ftukken met de Plaaten van het Vierkant gelyk, en blyven
aan deBalken zo veel hooger,datfe met de Plaaxgelyk 'Wa-
ter-pas zyn', hier op toont meti de Gaten, en geftippelt
waar <ie Steylen van het Agtkant ftaan moeten, uytgenoo-
twee om het Binnenwerk niet te verdüyfteren, op'de
itc Blk is h t gand wek in orde l
n y , p d e
onderitc Balken is het gaande werk in order op zyn plaats
als het zyn bewerking doen moet, namentlyk het groot
Bonkelradt hangende onder om degroote Spil, draayende
in een yzere Pot, onder het Bonkelaar ziet men een Schyf-
loop met een yzere Spil daar door, welke Spil 4 duym.
zwaar is, en loopt op driemetaale Neutenj daar men dö
houte Boffen om ziet, is de Spil plat vierkant, han deze
Spil zyn twee kleyne Bonkelaars, welke in devierkleyne
Schyfloopjes werken (in de grondt duydelyjj te zien) door
yder Schyfloop is eenyzere Spil,; ei^aan. de enilcn een ge-
draayt halsje, loopende in metaale Neuten, aan de enden
van de Spilletjes^ diena de Stoel .komen, is een Gat, daar
men de Boor in ziet fteekeli, de Stoel daar deloopen in ge-
boordt Werden, met de loopen, en hoede Boorën daar in
gèftobken werden van boven te zien, over eyder Boor ziet
men benKram kort by de Schyflqopjes, dair de loopen te-
gens adn ftuyten, als die door geboord zynom met een de
Booren in balans te hpuden, aan de andere zyden in de
grondt vertoont zig nog.een Shyfloop, (onder het Bonke-
laar ) daar door een yzere Spil van vier duym dik;j welke
door de Slypfteen komt, daar de loopen op.gefleepen wer-
den, de manier daar van in den Opftal te zien. Aan weer-
kantén van de grondt legt een Bindt, een buyteh en een
binlicn' Bindt, benevens dè Glaazen in het buyten Bindt,
om dat men aandie kant veel ligt nodig heeft, verders een
driekante Stoel, welke onder om de Spil komt te ftaan met
de ihetaale 3STeuten daar in, pp zy van boveti te zien, daar
de Spillen in moeten draayen. : . ,:
Jiefchryving van den goorgéfneden Opflal va» de ' '
Loop-Mookn.
Eerftelyk ziet men de opgemetzelde Muur enPenanten
met deonderfte Balken daar in geftippelt, en de Muurplaat
daar op, in den Opftal vertoont zig het gaande werk, ea
den Man bezig om een Loop te flypen, het Vier en Agt-
kant de lange Spil daar onder, en boven eenyzere kroon
moet a,an gewerkt werden,de Steylen, Balken, Krombeels,
Kvuyfl'en, Regels, en Swigtftellingj benevens de yzers op
yder hoek, werdendemet^ duyms Bouten geflooten door
deRaamen,verders de Staart metde Schooren, het Wind-
Aas door de Staart, boven de Vang-Balk geftippelt, de
toel en Sabel-yzers, het boven Tafelment, de Vloer,
Kuyp, Rolring, Rollen, O verring,.Voeghouten,Wuu'
Peuluw, lange Spruyt-Balk
A a
yzer Balk,'Pen-Balk; kort.1
Spruyt-
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK
GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK

Mais conteúdo relacionado

Mais procurados (20)

DE TJASKER
DE TJASKERDE TJASKER
DE TJASKER
 
DE VANG
DE VANGDE VANG
DE VANG
 
DE STANDERDMOLEN
DE STANDERDMOLENDE STANDERDMOLEN
DE STANDERDMOLEN
 
Pelmolen
PelmolenPelmolen
Pelmolen
 
Molenwielen
MolenwielenMolenwielen
Molenwielen
 
De vang
De vangDe vang
De vang
 
INDUSTRIEMOLENS
INDUSTRIEMOLENSINDUSTRIEMOLENS
INDUSTRIEMOLENS
 
AS en LAGERING
AS en LAGERINGAS en LAGERING
AS en LAGERING
 
HET ACHTKANT
HET ACHTKANTHET ACHTKANT
HET ACHTKANT
 
DE WEIDEMOLEN
DE WEIDEMOLENDE WEIDEMOLEN
DE WEIDEMOLEN
 
BASISCURSUS IN T KORT 2.pdf
BASISCURSUS IN T KORT 2.pdfBASISCURSUS IN T KORT 2.pdf
BASISCURSUS IN T KORT 2.pdf
 
De kruibare kap
De kruibare kapDe kruibare kap
De kruibare kap
 
KRUIWERKEN
KRUIWERKENKRUIWERKEN
KRUIWERKEN
 
Info houtzaagmolens
Info houtzaagmolensInfo houtzaagmolens
Info houtzaagmolens
 
DEPRESSIES deel 2
DEPRESSIES deel 2DEPRESSIES deel 2
DEPRESSIES deel 2
 
De kap
De kapDe kap
De kap
 
HET WEER (niet af)
HET WEER (niet af)HET WEER (niet af)
HET WEER (niet af)
 
Info oliemolens
Info oliemolensInfo oliemolens
Info oliemolens
 
Molenassen
MolenassenMolenassen
Molenassen
 
DE SPINNEKOP
DE SPINNEKOPDE SPINNEKOP
DE SPINNEKOP
 

Mais de Kees Vanger

NIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdf
NIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdfNIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdf
NIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdfKees Vanger
 
Mosterdmolen de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdf
Mosterdmolen  de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdfMosterdmolen  de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdf
Mosterdmolen de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdfKees Vanger
 
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdf
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdfMolen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdf
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdfKees Vanger
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12Kees Vanger
 
STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11
STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11
STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11Kees Vanger
 
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9 Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9 Kees Vanger
 
DE MEULE VAN WASSENS artikel in het blad De nieuwe Molenwereld
DE MEULE VAN WASSENS  artikel in het  blad De nieuwe MolenwereldDE MEULE VAN WASSENS  artikel in het  blad De nieuwe Molenwereld
DE MEULE VAN WASSENS artikel in het blad De nieuwe MolenwereldKees Vanger
 
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2Kees Vanger
 
NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)
NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)
NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)Kees Vanger
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 7
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF  deel 7MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF  deel 7
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 7Kees Vanger
 
Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt Meppel deel 6
Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt  Meppel deel 6Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt  Meppel deel 6
Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt Meppel deel 6Kees Vanger
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5Kees Vanger
 
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4Kees Vanger
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3Kees Vanger
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1Kees Vanger
 
WORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJE
WORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJEWORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJE
WORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJEKees Vanger
 
kustvaarder Pavona weer als nieuw
kustvaarder Pavona weer als nieuwkustvaarder Pavona weer als nieuw
kustvaarder Pavona weer als nieuwKees Vanger
 
Het houten achtkant
Het houten achtkantHet houten achtkant
Het houten achtkantKees Vanger
 

Mais de Kees Vanger (20)

NIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdf
NIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdfNIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdf
NIEUWSBRIEF STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT deel 15.pdf
 
Mosterdmolen de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdf
Mosterdmolen  de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdfMosterdmolen  de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdf
Mosterdmolen de Vlijt nieuwsbrief deel 14.pdf
 
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdf
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdfMolen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdf
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 13.pdf
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 12
 
STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11
STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11
STADSMOSTERDMOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 11
 
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9 Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9
Molen de Vlijt nieuwsbrief deel 9
 
DE MEULE VAN WASSENS artikel in het blad De nieuwe Molenwereld
DE MEULE VAN WASSENS  artikel in het  blad De nieuwe MolenwereldDE MEULE VAN WASSENS  artikel in het  blad De nieuwe Molenwereld
DE MEULE VAN WASSENS artikel in het blad De nieuwe Molenwereld
 
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 2
 
NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)
NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)
NIEUWSBRIEF MOLEN DE VLIJT MEPPEL (deel 8)
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 7
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF  deel 7MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF  deel 7
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 7
 
Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt Meppel deel 6
Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt  Meppel deel 6Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt  Meppel deel 6
Nieuwsbrief mosterdmolen de Vlijt Meppel deel 6
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 5
 
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4
Molen de vlijt nieuwsbrief deel 4
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF Deel 3
 
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1
MOLEN DE VLIJT NIEUWSBRIEF deel 1
 
WOLKENGIDS
WOLKENGIDSWOLKENGIDS
WOLKENGIDS
 
WORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJE
WORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJEWORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJE
WORD VRIENDJE VAN DE VLIJT VOOR EEN TIENTJE
 
Flügelwellen
FlügelwellenFlügelwellen
Flügelwellen
 
kustvaarder Pavona weer als nieuw
kustvaarder Pavona weer als nieuwkustvaarder Pavona weer als nieuw
kustvaarder Pavona weer als nieuw
 
Het houten achtkant
Het houten achtkantHet houten achtkant
Het houten achtkant
 

GROOT VOLKOOMEN MOLENBOEK

  • 1.
  • 2. VOORBERICHT V A N DE UITGEVERS ENBEKOSTIGERS V A N D I T WERK. Y geven den Oeffenaaren der Kunft van 't Molen-maken, en in 't algemeen allen Liefhebberen der edele en uitmuntende Bouw- kunft thans het EERSTE DEEL van ons GROOT VOLKOMEN. MOOLENBOEK, waar aan wy fedeit verfcheidejaaren met veel vlyt en naauw- keurigheid hebben laten arbeiden, en 't welk wy ondervGods zegen zoovol- maakt hopen in 't licht te brengen, dat het, afgedaan zynde, aan zynenTy- tel zal voldoen. Ondertuflchen is ons oogmerk in 't uitgeven van een zoo koftbaar Werk,, als het tegenwoordige is; zoo wel het Voordeelalshet Nut der Kunftminnaa- ren te behartigen, en Hen het zelve voor eenzoolaagen pryste doenmachtig worden; als maar eenigzins kan gefchieden. Wy zoeken derhalven het Werk niet door eenemenigte van Plaaten te ver- grooten, maar het zelve alleen met de nodige te voorzien; dat is te zeggen, dat wy al wat van Moolens bekendis, en tot het Moolenwerk behoort, in 't licht zullen geven, en wel zoo net, naauwkeurig en duidelyk, als men het zalwenfchen; maardatwy geenevier PlaatenzMen.gebruiken,als wy de- zelve zaaken met gelyke naauwkeurigheid en duidelykheid op een Plaatkun- nen voorftellen; het welk buiten twyffel tot zeer groot voordeel voor de Liefhebbers en Koopers ftrekt, ja Hen daar en boven groot gemakgeeft, als ziende dus met weinig moeite vërfcheide zaaken, tot elkander behorende,in een beftek by een. By voorbeelt, wy hadden van den Modder-Moolen, dewelke, met al 't geene van ftukje tot beetje; zoo als men fpreekt, daar toe behoort, zeer naauwkeurig in twee Plaaten is verbeeld, wel vyf, zes, en zelfs meer Plaa- ten kunnen maken, als wy de vërfcheide dingen, die daar op worden ver- toont, ieder op een afzonderlyke Plaat hadden willen brengen. Maar waar toe zou dat anders gedient hebben, dan alleen om het Werk onnodiger wy- ze grooter te maaken? terwyl die dingen immers daar, met meer gemak, al zoo klaar en duidelyk in 't klein by malkander worden gezien, alsof ieder 4erzelven;afz;ondèrlykop een Plaat was verbeeld ê^ ^::J^,: • % % • • Op
  • 3. V O O R B E R I C H £V Op dezelve wyze is het met de zeven en twmtigfte, en trouwens niet de tneefte andere Plaateii gelegen. Over de byzondere zaaken, welke by ieder Moolen vertoont Worden, zul- len wy ons hier ïiïet uitlaten, doordien zulks uit de Befchryving, welke door Mr. LEENDERT VAN NATRUS hier byisgevoegt, en uit de Plaaten zelf; waar in die dingen geïioemt Worden», genoegzaam zal biyken. Alleeïi moeten Wy nog zeggen, dat deGronden der Moolens overal zeer net zyn aangetoont, en dat die> en andere zaakenj nooit te voren zoo volkomen zyn fa 't licht gebragt en voor oogen geftelt. Wy zullen met denzelven vïyt en naauwkeurigheid met dit Werk voort- gaan, en het volgende TWEEÖE DEEL, waar van de Tekeningen by ons al gereed leggen, en van de Liefhebbers kunnen gezien worden-, met ver- fcheide zeer raare Stukkenvan de Bouw^en Tekenkunft, en onder anderen ook met aanzienlyke Sluiswerken, verryken; zullende voor 't overige niets verzuimen, wat aangaande dit Onderwerp tot nut en gemak der Oeffenaaren tn Liefhebbers der Bouwkunft kan verftrekkenv Amfierdantt deti ÏO Septemhe?
  • 4. NAAUWKEURIG ONTWERP V A N : • ALLERHANDE SOORTEN V A N M O O L E N S. Êefchryvlng vaneenzeskant Sommer of&alk-Zaag- Moolen, genaamt H E TFoRT U I N , jlaande buy- ten Ariifterdam, ftgvertoonende doorgefneeden met deplatte grond daar onder. N deze plaat vertoont fig voor eerft de Platte Grond onder de Moolen, met zyn Balken en Muur-plaaten op de Penanten, welke Muur- plaaten niet Swaaluwe-ftaarten op de Balken leggen, van welke hier een is aangetoont niet Stippels, en op die Muur-plaaten ziet men geftippelt alle de flylen van de Moolen en Lootfen : op de Balken leggen de ilee ftukke mét Voorloeven ingezonken daar de Neutjes ingewerkt zyn daar de fleyen over gaan, en aan het eynde zyn drie Rol- len vertoont, om het Hout uyt de Moojen te haaien: in 'tmid- den van de grond zyn vertoont deRaamen, doorgefneeden, met het Onderhooft daar aan, en de Neutjes voor de ftylen? en daar bv de yzere Spillen, Schyfloopen en Krabbelraderen, die de fle- yen doen voortdryven: de grond moet men Waterpas leggen ievens de Neutjes, daar de fleyen over gaan. Befihryoing van den Opjlal doorgefneeden. Voor eerft ziet men de Penanten opgemetfelt, en een zyvan de Moolen, met de Grondflag, Binten en Balken voor 't end, en op de Balken ziet men de Muur plaaren, ingezonken met SwaaW-ftaarten, gelyk in de grond vertoont isj en dan ziet jnen de Slee met zyn Pollen, Leyer en Krarnbouten geflooten, en de hoofden met Swaaluwe-ftaarten daar in gewerkt: men ziet ook het Krabbelrat, de Krabbelyzers en Krabbelftokken op een bequaame order, die de Slee voortdryven om te zaagen: verder ziet menook hoe men de Balken uycde Moolen haalt, als dezelve gezaagt zyn, met het Opwinders-rat$ook haalt men met het zelve de Slee agter uyt, en de Balken in de Slee; men ziet ook de twee halve Bintten van de Lootfen, met een Pen in t Konines-bint gewerkt, en dezelve met Pennen, Gaten enTan- den gtflooten; gelyk in den Opflal van de Lootfen vertoont is. NOK ziet menhet Konings Bint, dat midden in de Moolen ftaat, vertoont, met vier Laagen Balken en Krombeels op een bequaa- me order; het zelve gewerkt met Pennen, Gaten en Tanden, gelvk ver oont is; de twee andere Binten ziet men de Balken en Krombeels voor 't endt, en hoediep de Balken gekeept moeten v/orden in 't legeren, en hier binnen zyn vertoont de Raamen Set de Kolder-ftokken, of Wyffeha», en de Kruk voor tendt, met een Kruk-balk en Pollen daar in; ookziet men het: Scheer- bint, daar de Spil op drayt, boven met een Lip aan de Balk vaft gemaakt; men ziet aangetoont hoe de bovenfte Balken van tKo- nings-bint met halve Balken met een Pen in den anderen zyn ge- werkt, en komt aan yder zyde van de Spil een Kalf ingewerkt, om dat de Spil in 't midden komt te ftaan; ook ziet men op de sSlen de Boven-Tafelmenten en de Vloer, daar de Rollen op draven, en buyten tegen de Vloer ziet men de Kuyp, daar de H i n g tegen drayt, om de Rollen in goede order te houden, en OPde Rollen ziet men den Oernng, en daar op de Voeg- ïTnnrpn metVoorloeven daar opgezonken; ook zietmen't Wint IZ5 Si de lange Sprayt-balk? de Yzerbalk, de Penbalk, en E n f s p m y t b l voor't endt, xvelke men in de volgende ftaat S e r zalkunnen zien; ookziet menhet gaande Werk, alsBon- S a r Schyfloopen, Booven-Wiel, As, Roede, Staartbalk, S f t e i n S Vangftok, en Vangtouw, in een goede order, en dfVangb'alk daar in geftippelc, dismeede de Vang bovenop % r K l b e i . S e n , groot over 'tDiametertf«voet, deDee- fin? duymT de Ophaalders-Raden over 't Diameter 44 voet, en d ? D e e E 1" duym. Vorder is allesvolgensdeVoetmaat ftip- Èyk aangl^ezJ; het Boven-Wid heeft 62 b o n i deDee- I. Deel. ling is groot 5 duym; het Booven Bonkelaar heeft 30 Kammen; de Deeling is het zelve; het Onder Bonkelaar heeft 44Kammen; de Deeling is groot 45 duym; het Onder-Schyfloop heeft 41 Staven; de Deeling is het zelve. Befchrping van de zeskant Zaag-Moplen, Voor eerft ziet men de Grond ofMuur-PIaaten geftippelt, daar de Stylen koomen te ftaan van 'c Zeskant, en hier binnen Inzyn geflippelt de Booven-Tafelmenten, met dé Kuyp daar om, en het Zeskant daar net op gezet met ftippeis en de middelt op de Velden, aantoonende dat alles uytde middelt voortkomt; alsdan legt men de Planken daar op, om de Bint-Mallen en deVelt-Mal- len te maaken, gelyk hier is aangeweezen; men ftrykt een kant regt van de Mal, die kant, die na binnen de Moolen komt tot de Bint-Mallen, en dan legt men de geftreelce Kant even fchoon uyt het Kruys, van 't Gat en de Velt-Mallen legt mendegeftree- ken kant na buyten toe, om dat men die kant boven legt, en als men de Binten en Velden timmert, om van Scheelte over de regter kant te kyken. Hier is ook vertoont een Bint zoo alshet getimmert moet worden, alsmen de Mallen aan de Pennen van de ftylen doet, en Wiggen die net, dat het Kruys van de Mal en het Kruys van de Styl overeenkomt; en dan uw Bint in zyn overhoeks geleit; dat gedaan zynde fpykert men vier reyen aan yder hoek van 't Bint, een aan de Mallen na het Kruys vande Mallen, dat het op de middel van de Styl correfpondeert, en zet die reyen van Scheelte, neemt dan een rey en hout die net op de middelt van de flylen tegen de Ba|ken, en gaat dan een van u aan het endt van 'c Bint. en ziet of diereyen aliegaar net van fcheelten zyn, en fchrapt al de Balken onder en boven om na te leegeren, als meede de middelt op yder Balk; neemt vervol- gens een Lat, legt die op het midden van de ftyl; houdt die on- der met de Voeting van deflyl gelyk; zet dan net op uwLat, en hoe.diep alsgy de Balken gekeept wilt hebben, en fteekt dan zoo deLeegering op,gelyk aangetoont isinden Opftat, hoe diep, en als gy de leegering op het Komngs-Bint fteekt; dan moetmen het ookop de middelt van de ftylen opfteeken, maar nietteloot, gelyk men een Agtkant wel doen kan. Hier op dit Bint zynver- toont de Raamen, zo als de zelve gemaakt moeten worden, en hoe dezelve haare werkzaamheit moeten doen met de Zaageu en Klugten daar in, en de Kolderftokken inde Dray-Aflè, en boven de Kruk hoede Raamen op en neder gaan, metde Kruk- balken daar onder; ook ziet men het Schyfloop omde Kruk, en het Bonkelaar dat om de Spil is, om te zien hoe de^aagery gë- dreeven wordt. Hier nevens isvertoont een Laag Balken, daar de Krük-Balken op leggen, welke Kruk-Balken daar met Voorloeven leggen inge- zonken, ge|yk in de Opftal vertoontist men vertoont de Gaten in de Kruk-Balken voor de Pollen, en een Kruk-Balk op zyde met zyn Pollen; daar nevens de Kap op zyn Plat; verder ziet men de Overring, zwaar 1 a 13 duym met Pennen en Gaten in den anderen gewerkt, als meede de Kuyp daar om, zwa,ar 6 a 18 duym, welke met Haak-Tanden aan malkander gewerkt moet worden; ookisalles in de Teekening hoede be.werkzaam- , heyt van de Kap is te zien, welke van voren en van agteren vertoont is. De Moolen is boven wyd binpen de Kuyp x6 voet, en onder op de Muur-plaat 30 voet. Hier boven is aangetoont het Bint, hoemen de dikte van deRollen aan de binnenkantkry* gen moet, dat hy uyt de natuur vanzelfs na decirkel rondloopt, en hoe men den Overring en de Vloer buyten moet of werien; ook is hier aangetoont op wat manier mende ftylen van deMóo- ien in zyn Opftal kan brengen. Voor eerft bepaalt men delangtë van de ftylen, en dan de hoogte van dePunt, daar de Zeeg be- gint en verdeelt dat in zesDeelen, geiyk hier gedaan is, of in meeJ, nadat de ftylen groot zyn; dan bepaalt men de Zeegvan de buytenfte ftyl, en laat dan op de deelen, dat inde: hoogte verdeelt is, op de buyten en binnen kant van de ftyt mdegrond
  • 5. N A A U W K E U R I G O N T W E R P V A N te loot nedervallen, gelyk hier met Stippelingen en ook met Nommers in de grond en op de ftylen aangetoont is: vorders i alles naauwkeurig iia de Voetmaat. Bêfchryvmg van de Grond van een Eyh Waagefchot- %aager,Jlaande buyten Jmjlerdam, engenaamt het A M S T E R D A M S E W A A T E N . Voor eerft dé Heygrond, met de Maften in 't rond, en de bmnenfte Maften, daar de Koning op ruften moet: op de Maf- ten in 't rond moet op yder twee Paaien een Kespeleggen, zwaar 5 a 10 duym, en op yder Paal met een houtenagel va'neenduym geilooten of vaft gemaakt worden. Op die Kespe legt men de Fondaments-Planken, zwaar 4 duym, en die ook wel vaft ge- maakt met houte nagels; daar de muur op gemetfelt in 'c rond, felyk in de Opftal vertoont word: hier beneevens ziet mende :rays Balken, half en half in malkander gekeept, en de Zwaar- ' den daar in gezonken, met verlooren Lippen en Tanden inge- werkt, daar de Spruyten met Pen en Gaten in fchieten, en met houte Nagels geflooten: men ziet ook de Vloer op deKruys-Bal- ken met bedekte Swaaluwe-ftaarten ingezonken, een duym diep met Stippels aangetoont. Deze Vloer is met Pen en Gaten in malkander gewerkt, als hier vertoont is, en met een DuymsBout geflooten, en dan nog met een kleyn Duyms Pennetje voor het gelyk houden van de Vloer, en de Kruys-Balken, welke zo veel korter moeten zyn, dat daar buyten een Kliflöor van 3 duym lean voorgemetfelt worden voor den reegen of voor 't inwateren Vorders ziet men de grootte van die Penant, dieonder deKruys Balken leyt, en hoe de Koning met vier gaten en Pennen en vier Lippen om de Kruys-Balken gewerkt word. Vorders ziet men de halve Rolring die op de Vloer komt te leggen, met zyn Rol- len en Bouten daar in, en de Kraag om de Koning en de Latten • op de Rolring aan de Kraag vaft gelpykert, die om de Koning draayt, om den Rolring op zyn Centrum te houden op de Vloer. - N°. 4. Befchryving van de Ske-Stetting. Voor eerft ziet men de Overring onder deSlee-ftelling leggen, 't welk getoont met Pennen en Gaten in den anderen gewerkt; ' ook ziet men op de Overring leggen twee Kot-Balken, met den Staart.Balk, of Koning-Balk, het welk hier legt ingezonkenmet Voorloeven van i* duym diep; ook ziet men tuflehen de Ko- ning-Balk en de Kot-Balken nog vier Leggers, die dienen tot de Kot-planken; ook voert men den Overring op de hoogte van de Kot-Balken, om de Kot-planken daar op vaft te fpykeren; men buygt ook daar dan wel een duyms blat Waagefchot om de O- verring en de Voering, en dat wel gefpykert; ook is vertoontop • de Kot-Balken met ftippels, daar de ftylen van de Moolen moet itaan, met Pen en Gat in de Kot-Balken, ea hier boven op is vertoont de Slee-Stelling. Voor eerlt'ziet men twee Slee-ftelling- ftukken, en daar zyn ingewerkt 14 Triemen boven gelyk met Pennen en Gaten, en met bedekte" Tanden en houte Nagels 'geflooten; daar leggen pok nog drie Schroten in, of Planken, ook boven gelyk, en hier tuflehen in zyn vertoont dertien Rol- len, yder op zyn plaats, en in goede ordre; ook isyder Rolvoor 't endt ingewerkt een yzere Pen, die in een yzere Plaat paft, en : ora déze yzere Plaat is een yzere Ring, die om de Plaat paft, •welke Plaat en Ring is voor het endt van de Rol gelykingelaten, en dan de Pen net na de midden van de Rol ingewerkt, gelyk hier een Rol aangetoont is met zyn Plaat en Ring, en de Pen daar by. Deze Rollen moet men in de Slee-ftelling-ftukken laa- ten zakken zo laag datzylij- duymboven deSlee-ftukkenbly ven, en Waterpas leggen; de Rollen moet men aan beyde enden e- ven dik maaken, en wel zuyver regt, dan in de Winkelhaak ge- leyt onder dè Rey in 't midden van de Moolen. By deRaam- ftylen leyt men de Rol een weynig hooger, om dat de Slee daar makkelylc over zal gaan; ook is hier boven op vertoont de Slee, welke hier ónder een Sponning in moet zyn van 1 duym wyt' en diep in de midde van de Slee-ftukken; ook zyn op de Triemen "Neuten vertoont, daar men dezelve zien kan, welke ïn de Spon- ning van de Slee paffen, om die regt in den haak te houden, op de;Rollen; ook is vertoont de Heugel in de Slee, met de y- zere Prooken daar in, en de yzere Spil en de Schyfloopdaarom, en vier Pannen daar de Spil ïn ruft, daar aan het Krabbel-ratmet "de Krukken, om de Slee mede uyt en in te winden; ook wor- den vertoont de Raam-ftylen en de Koning-ftyl in 't midden, daar de Heugel door gaat, met Stippels; men ziet tuflehen de Raam-ftylen en de Slee-ftukken No. 1 tot 8 incluys hoe veel duym yder wyt is: voor aan de Punt is de Borft-naalt met de Ranken en de Hang -Luyffels de Planken in den anderen ge- ploegt aangewezen, aan de ftaart twee Trappen, en twee dito aan de Slee-ftelling om op te klimmen vertoont. Ook legt hier ' de Hengel op zy, met twee Schyfloopjes, een van zeeven ftaa- •ven en de ander van sgt ftaaven. De Deeling is groot twee duym, een duym voor de Staf, en een duym voor de, Tant van,de Heugel. Ook is bier de Staart-Balk op zy vertoont, met zyn Pollen en Wint-koppel daar door, en een Pol op zyn plat hoe hy gewerkt word. Ook ziet men daar onder de Koning en de Pen met ftippels daar in, en de Kraag daar om met yzere ftroppen.' ook ziet men hoe de Koning op,de Kruys- Balk gewerkt word : ook word aangewezen hoe den Over- ring met een Voorloef in den Staart Balk leyt, en hoe dezel- ve met de Yzers vaft gehouden word, want als men de Vloer op de Kruys-Balk heeft gelegt, legt men de Rol-ring met de Rollen daar boven op, en dan legt men onder yder Roleen twee duyms end Plank, gelyk aangetoont is dat de Rollen twee duym van de Vloer af zyn. Als de Moolen nu klaar is, dan neemt men de twee duyms ftukken uyt de Rollen, moetende de Moo- len meeft op de Koning zyn dragt hebben, gelyk vorder in de Opftal kan gezien worden: het Moolenaars Gereedfchap is'hier mede by vertoont. Bejchryvmg van eenWaagefchot-Zaag-Mooien van ter zyde te zien, met zyn Muur in en boven deGrond. Voor eerfl ziet men de Muur in zyn Opftal onder de Moo- len, die tot de Stippeling in de grondt komt te ftaan; ook ishief boven op de Muur de Vloer en de Rollen daar op met de Rol- ring, en daar op den Overring, en daar op is vertoont de Kot- Balïc met de Staart-of Koning-Balk, het welk hier vooren al is verklaart. Men ziet het Zy-Bint in den Opftal, onder wyt 25 voet 8 duym, boven wyt 12 voet 9 duym buytens werk. Ookia dit Bint de Balken met Pennen, Gaten en Tanden in de ftylen gewerkt, gelyk aangewezen is, en met houte Nagels geflooten; ook ziet men de Kruyflèn en Schooren met Tanden, Swaaluwe- ftaarten en Lippen in de Balken en Stylen gewerkt, gelyk mee- de aangewezen is; ook zyn binnen onder eerft vertoont de Slee- ftelling-ftukken voor 't end, en het voor- enagter-Raammetzyn Hoofde en Draay-Affe, en de Zaage daar in aangetoont. Deze Raamen zyn met halve Hoofden gewerkt: ook ziet men nog een derde de Pomp-Raam boven op de Zolder, 't welk dient om de Kruk te balanceeren,* men maakt yder Raam even zwaar, om de Zaagery makkelyk te doen gaan, en dat de Moolen ook lig- ter draayt. Men ziet hier nog vertoont de Luyffels in 't zy-Bint, met de Gaaten daar onder; ook vertoont men de boven-Koning- Balk voor 't end, als meede de Vang-Balk, Vang-ftok en Touw daar aan, en het Saabel-yzer', dat aan de Vang vaft is, gelyk aangewezen is; ook ziet men de Kruk met zyn bogten, die de Raamen doet op en needer gaan, en de Kruk-Balken daar on- der, met de Pollen daar in, de Bos om de Kruk met het Schyf- loop daar om; ook ziet men de Borft-Naald boven met een Pen en Gat in en onder de Steunder, en onder met eenKeepenBorft op de Staart-of Koning-Balk. Ook word aangewezen aande Borft- Naald de Swigtftelling; ook vertoont men de Kap op zyde, de Dak-lyften op de ftylen, en de Spante daar op, als meede hec boven-Wiel, dat om de As hangt, nog de As met de Scheenen, daar in, en de Stroppen daar om, met een Roe daar door; ter zyde word de Vang uytgeleyt vertoont; eyndelyk word alles ia een goede ordre gevonden, en kan corre&na de Voetmaatge- meeten worden. N°. 6. Befchryving van den Opflalder Moolen deWaagefchot- %aager van agteren te sten. Voor eerft vertoont men de Moolen van onderen doorgefnee- den, en men ziet de dikte van de Muur, die in de rontte zo op- gemetfelt moet worden, ook ziet men de Penantindemidden van de Moolen, en twee dikte Planken dwars over den anderen ge- legt, en daar op gelegt de Kruys-Balken, en hier op de Vloet en de Rolring mee de Rollen en de Orerring, met de Kot-Bal- ken voor 't end, de Koning met de Staart-Balk en de Kot-Plan- ken, daar voorheen Berigt van gedaan is; ook vertoont zig de Slee-ftelling op zy, met de Leuning en de Schoore daar onder, de Wig onder den Koning-ftyl, daar men de Moolen meede op- zet, en de Kraan op de Slee (telling, welke op een yzere Taats draayt in een Poe, en boven in een houte Pen; in den Uytlegger daar wind men het hout mede in de Moolen. Vo ier ziet men een dubbel Krabbel-rat, het eene wat kleinder als het andere; de Deeling is groot J duym, en als men wil, dat het watgaau- wer zaagt, dan moet men de Krabbel-yzers op het kleyne Rat leggen, zonder dat men de Palftok verfteekt; en deze Paiftokken hebben haar bewerkzaamheyd aan 't Pomp-Raam,' ook ziet men het Opwinders-Rat met de Rol voor 't end, en het Touw daar om, om het Hout in de Moolen te winden, en de Pal onder het Rat en een Palftok daar aan om het hout te ftryken, als hethoog genoeg gewonden is: ook ziet men den Uytlegger op zyde, met hec Blok daar boven op, daar het Touw door gaat; ook zietmen de
  • 6. A L L E R H A N D E M O O L E N S . <?e Konitlg-ftyl en twee Krombeels met de Sleutel onder de Ko- ning-Balk, en daar op vier Stutten onder de boven-Balken tot ftyften van de Eruk-Balk; als meede de Kruk voor 't end in een yafte Pol met Slothouten daar in, ook ziet men het Agterbint in jmalkanderen, en boven 10 voet 10 duym buytenwerks, wyt on- der buyten-werks 20J voet: de Balken in de jftylen met Pennen, Gaten en Tanden in den anderen gewerkt, en de Kruyflèn met verlooren Lippen en Swaaluwe-ftaarten en Tanden: ook zyn de Trappen daar in vertoont om na boven te klimmen; ook ziet men boven op die fty lende Kap, de Dak-Lyft voor't end, de Wolf-Balken daar agter, de Pen-Balk, en daar de Asopleyt, welke men van agteren zien kan met de Scheenen in de Pen; ook ziet men met ftippels aangetoont op wat manier men een Kap kan trekken; het zyn driederley foorten, yder in 't byzonder; ook vertoont zig de Kap op zyn plat met het Wiel en As zonder Kop, en de Gaten in de Dak-Lyften, daar de Spante van de kap moeten ftaan, de Wind peulen daar op, en de Gaten van Keren-Weerftyl daar in; ook is hier by vertoont het Wiel met het Schyfloop. Vorder kan men het naauwfceurig na de Voet- maat nameeten, en men timmert het voorfle Bint net als het agterfle. De kanting van de Stylen is klaar aangetoont in het Bindt van de Wip-Moolen. N°. 7. Èefcbryving vande Grondt vaneen agtkante Waatet- Moolen^gemaakt te Amfierdam^ ënjlaande tujjcheLoenen en Éleuwer-Sluys. Voor eerft fiet men de grondt op zyn plat, en de agtPenan- ten; in yder Penant zyn geheyt 13 Juffers, lang 36 voet, ook ziet men de Heygrondt van den draag-Balk en de Bak, en de Bak daar op vertoont, dat de Hey-Maften daar door fchynen: ook ziet men de Bak op zyde voor 't end en de Muur van den Draag-balk en 't halve Wiel in de Bak; ook ziet men de Hey- grondt van de voor en agter Waater-Loop, en de Vleugels met de buyte Stoel, de Hey-Maften in een goede order vertoont, die langzyn 30"a 34. Voet: ook is hier op de Mafte-grondt ver- toont cje dikte onder van de Muur van de Water-Loop en een fteene Rol laag, die op de Muur moet koomen daar booven op, dog men kan de Maften daar door zien: ook ziet men in de voor en agter Waater Loop aangetoont de Kefpen: deze Kefpen moe- ten foo lang zyn, dat dezelve onder de Muur moeten komen, zo dat de Fondaments Planken daar op kannen leggen, de Fonda- ments-Planken en de Vloer-Planken van 4 Duyms hout, en on- der de Muur moet men een Schroet van 11 a 4 duym met hou- te nagels daar op vaft maaken om het verfchuyven van de Muur, en dan de Muur daar opgemetfelt, en onder de Penanten van de Moolén legt men 2. duyras Planken, twee dik, dwars over den anderen, en dan de Planken en Kefpen op yder Paal meteen houte nagel geflooten of vaft. gemaakt: ook ziet men in degrondt de feeven onder-Tafelmenten geflippelc en aangetoont de Deu- ren met agt Stylen daar op van de Moolen; vorder ziet men de halve boove-Tafelmenten met de Blokkeels in den anderen ge- werkt met Pennen, Gaten en Tanden, daar op de halve Kuyp, welke vorder verklaert fal worden: ook ziet men het Scheer- Bint, dat midden in die Moolen komt te ftaan in den Draag-Balk gewerkt met Pennen en Gaten, en deWater Asop den Draagbalk met de Steen daer onder metflop-Blokken wel voorzien; in het Bint is gewerkt het Spil-Kalfmet dubbelde Pennen, daar op de Wervel daar een endt van de Spil op ftaat, met hetonder-Schyf- loop daar om; men ziet de Waater-As met de Scheenen in de Schrooi-Blokken, daar naaft het Schep-Rat en zyn bewerking, de Kruys-Armen welke men met dubbelde Pennen en Ga- ten in den anderen moet werken, de kalven en de Schoepen ook met dubbelde Pennen en Gaten, en de Kalven en de Gordinge half en halfin de Schoepen gekeept Het is groot over Diame- ter 18. Voet: vorders ziet men het onder en booven Wiel, de Schyfloopen daar by, met de Kam-Gaten en Staave Gaten daar in. De Kap op zyn plat; voor eerfl: ziet men de Overringonder de Voeghouten, welke met Pennen en Gaten in denanderen ge- werkt moeten worden; men moet met fes of feevan tokken rond zyn; daar onder komt de Vloer fwaar 4 a 14 duym, daar dé Rollen op draayen, die op de booven- Tafelmenten met houte treknagels vafl worden geflooten, en met 8 ftukken rond op de midden van de Tafelmenten tegen den anderen geftuykt, en vlak op de boven-Tafelmenten needer gevoegt; deïtoI-Ring, fwaër 31- a ia duym, moet ook van 6 a 7 ftukken rond zyn, en teegen den anderen aangeftuykt, op yder.vergaaring met twee drie quarts bouten geilooten, en die van binnen met een yzere Plaat geflooten is, en dan nog een endt drie quarts Plank op yder vergaaderinggefpykert, daar in 38 Rollen, dik 8 en lang 7 duym: ook ziet men om den Overring de Kuyp, welke ook moet ö a 7 ftukken rond zyn, en met haak-Tanden aan den anderen geflooten, de Laffen lang 14. duym, en onder teegen de Vloer aangevoegt met 16 duyms bouten geflooten door de Vloer, en booven om de Kuyp een yzere Spylbant vanvier ftukr ken rondt: vorders ziet men de Voeghouten op den Overring: men laatze i | duym diep finken met Voorloeven daar in, dan werkt men de Roofter-houtcn daar in, dat zy f duym in de O- verring finken met Voorloeven, Pen en Gat in de Voeghouten; dan werkt men de Spanring op de Roofter-houten met Swaaluwe- ftaarten, diep | duym, en een Tandt in 't Vocghout; men leyc ook het Wind-Peuiuvv en de korte Sprayt met bedekte Swaal- uwe-ftaarten op de Voeghouten, en de lange Spruyt met Voor- loeven op de Voeghouten gefonken, de Penbalk meten kort pen- netje in een Lip op de Voeghouten, den Yferbalk met pen en gat daar in, vorders de Kapfpante daar by. De Moolen is on- der wyt over zyn Tafelmenten 27. Voet, en booven binnen de Kuyp JE8 Voet, de Waaterloop en Bak moet met goede Sement gemetfelt worden. N°. 8. Bcfchryving vandeze agtkant Waater-Moolen in ü)'ti Op- Jlal met eenjieene Waaterloop, Voor eerfl ziet men de fteene Waaterloop op fyde vertoont doorgefneden, en de Fopdament-planken, Kefpen en Paaien daar onder, gelyk in de vorige grondt aangetoont is: ook ziet men de Leggers tuffchen de Rollaag vertoont, welke booven op de Waaterloop koomen te leggen, en de planken daar op; ookziec men de Penant, daar de onder-Tafelmenten op komen te leg- gen , daar de Stylen van de Moolen op ftaan; onder het Schep- radt ziet men de reyfing met een Rpllaag opgemetfelt, gélyk ook in de grondt aangetoont is; ook ziet men het Scheprat, met de Waater-As voor 't endt, en de fteen onderde Waater-As» en agter het Scheprat ziet men het Onderwiel van agteren, ook ziet men het Scheerbint, daar de Spil op draayt, de Vangbalk, Trappen om na boven te klimmen, alles in een goede order; ook ziet men de Reegels met Pen en Gat in de Stylen en aan 't ander endt met een Lip en Swaaluwe-flaart in de Styl, en de Kruyffen aan de enden op een Tant, en op de Reegels half en halfin den anderen gekeept een duyms treknagel daar door, ge- lyk aangetoont is» Ook ziet men deJCap op fyde in zyn Opflal met de As en Scheenen daar in, e*n de Stroppen daar om, met de Roe door de As, en het boovenwiel om de As, met de Kammen daar iii; ook ziet men de ftaart met de Schooren daar aan vertoont met {tippels hoe men de langte van de langeSchoor kanUrygen. Voor eerft neemt de halve langte van delangeSpruyt, en laat die haak- waarts na de lange Schoor nedervallen, en dan onder op de Schoor die langte dan gemeeten, 't welk is de langte van de Schoor. Vorder is hier by aangetoont het booren van' een Roe, 't welk op deze wyze gefchiet,- men neemt een plankje van i | Voet lang, 1 voet breet, dat men aan de eene kant regtfehaafi:, men neemt dan een Winkel-haak en fchrapt dan een fchreeFin den Haak op dat plankje; men neemt dan de Pafler, oopent hem 1 voet, zet de Pafïèr met de Punt onder aan de Haak- fchreef, en trekt zo ver als de Nommers ftaan, en men plaaüt dit plankje of malletje als de Roe op zy legt; daar de Roe inden As komt moet men zuyver in 't midden na de agterkant in den Haak maaken; dan /laat men een Lyn-flag op het korte Hek, booven r duym van de voorkant aan't boven-Hek, en onder i | duym van de voorkant, dan nommert men de Rooy-gaten gelyk op de Mal en de Roe gedaan is, dan hout men een Rey onder aan de punt van de Haakfchreef, en booven na de Noni*' mers daar zy na van Scheelte moeten gebooit worden, en als<le Rooy-gaten geboort zyn, dan fteekt men in yder gat een houte Nagel, en doet daar een Slag-lyn aan, 1 voet hoog, booven' de Roe in de haak. na de Roe, en boort dan alle andere na de Lyn ,• deze Mal is na de wezentlyke Amfterdamfè voetmaat van ix duym, waar uyt men alle andere korte of lange Roeden kan vinden om te booren. - Befchryvïng van deGrondt en(*aande<werk van een kante Waater-Moolen • flaande tnjfchen JJJendeift en Üytgeejl. , Voor eerfl ziet men de Heygrondt van de Moolen, dë agt Penanten geheyt met 18 a 20 voets Juffers of Maften, efldaar op geleyt de Fondaments-Plank'en van twee duym dik en twee dik dwars over den anderen, ^en die op yder Paal met een houte nagel vaft gemaakt; ook ziet men de Heygrondt van de binnen Stoel in 't midden, daar de- Spil van de Moolen op ftaat, zyndé met dezelve langte van Juffers geheyt, en daar kefpen Van 4 a 6. duym opgeleyt, en daar op uw Fondaments-Planken van 3 duym, en dan de Muur daar op gemetfelc onder de Stoel: de Bak ziet men van booven op zyn Plat, hier neevens de Water- loop van de Moolen, de Sandplanken die op zyn paaien moeten leggen, en de Kefpen daar op, daar de Stylen van de Water-: loop met een gat en pen moeten ingewerkt worden (gélyk in den Opftal getoont is;) dan de Vloer van de Waterloop daar op, en door de Sandplanien van de Waterloop en den Dorpel van 't A.a • ' • , : -Slög.
  • 7. N A A UW K E U R I G O N T W E R P V A Slag-Bintzyn deHyJPaalengetoont; o f ten op de Penanten met Stippels aangewezen, het Ondew ven-Wiel met de Schyfloop-Plaaten hierby; voor eerfblCTtmen de Krays-Armen toe Waterpas van hetBovenwiel, en het gat, daar de As in komen moet, leyt men in den haak en van icneel- te en dan werkt men de Kriiys-Armen met ï anden in den an- deren, en men keept de Kruys-Armen die boven leggen een duym meer als die onder leggen, dan maakt men een koning in 't midden van het gat van de Krüys-Armen, en men-doet de Centrum-ftok aan den Koning, en dan leyt men de twee Ploo- ven daar op, de twee bovenite Kruys-Armen even fchoon uyt de Kruys Armen in den haak, en zo ver uytgeleyf als men het Wiel groot wil hebben, en uw Plooyen dangekantonder deKey, en van Scheelten met een Zink-ftok even hoog uyt de Kruys- Armen geleyt, dan uw Plooyen drie en een half duym diep ge- zonken , half in de Kruys-Armen en halfin de Plooyen, met een Voorloef en een Tant, de Plooyen daar op gewerkt, dan de an- dere Plooyen daar op, gelyk de andeïe,deze Plooyen werktmen met Lippen over den anderen een en een halfduymverloorenen boven gelyk, dan legt men de Deeling op de Plooyen zo veel Deelen als gy hebben moet, de midden van uw Kam-gat moet uw Deeling beginnen en eindigen, en dan leyt men de Vellin- gen daar op invy f of zes rondt tegen malkanderen geltuykt,men moet ze vergaaren op de midden van uw Kam-gat, en dan de Deeling op uw Velling geleyt, als het regtenWaterpas gefchaaft js, de midden van uw Kam-gat moet op de midden van uw Ko- ning of Centrum aanlchieten, en dan uw grootte van uw Kam- gat agter en voor uytgeftooken. Vorders ziet men in malkander gewerkt het Schep-rat; het is groot over Diameter 15J voet, hier by is uytgelegt een fchoep met een kalf, en hoemen'cmoet bewerken, als meede de Waater-As met zyn Scheenen daar in geleyt, ook ziet men het Kruys of de Moolen-roeden met dekop van cie As van voren, de Hekken en Zoomen daar in vertoont5 ook is hier aangetoont het booren van deze Roeden, 't welk met Nommers aangewezen is op de Mal en op de Roedej de vorde- re beïchryving op de Plaat. N°. 10. Befchrjvhg overden Opjlalvan deagtkante Waaier' Moolen, dejjelfsWaaterloop, Kap, Tafelmentens enz. opzynplat i Jiaandetuffèhen Affendelften Uytgeeft. Eerflelyk ziet men de zeven Onder-Tafelmenten indengrondi leggen; dezelve worden half en half over den anderen gekeept, boven gelyk, en met een Haak-Tant van een duym diep inden anderen gewerkt; ook zyn op deze Tafelmenten aangetoont de ftylen in zyn Agtkant, en de Gaten daar in, daar de ftylen met een Pen van drie 'duym lang in komen te ftaan, én de Deuren; ook ziet men de Boven-Tafelmenten het zelfde getoont; de Pen- nen van de ftylen móeten boven lang zyn 3 en een half duym, ieder flyl met een Kram-bout geflooten, boven door de Tafel- inenten; ook ziet mep de Water-loop in de grondt, waar van in de voorige Plaat berigt is gegevei}. Men ziet hier vorders de Buyten-en Binnen-ftoel en Onder-Dorpels, de Binnen ftoel is in malkander gewerkt met Pennen, Gaten en Tanden,; de Steen en Water-As daar op tuffchen in, meteen Wervel op de Stoel daar een end van de Spil op ftaatj de Kap legt hier op zyn Plat zo als hy gewerkt moer, worden is alvoorens aangetoont; he Slag-Bint hier in malkander gewerkt met Pennen en Gaten, de Vleugels beplankt, en onder den Dorpel ootmet Planken voor het lekken van 't water; men ziet hier de Bakvan zyn end en op zy, het Onder-Wiel daar in, alsmede deWaateMoop voor en agter, de Penanten daar de Moolen ftylen op ftaan moeten, het Schep-rat dat het Water tegen de Ryzing op moet brengen, de Buyten-ftoel, daar de Water-As op vertoont word met de Steen daar onder; ook heeft men het Onder-Wiel in den Opftal niet vertoont, om dat men het Schyfloop met de Binnen-ftoel dan niet konde zien, gelyk men in de vorige Moolen gedaan heeft de Spil op de Binnen-ftoel met het Onder-fchyfloop daarom, dit. het Onder-Wiel met hetSchep-rat doet gaan, de Onder-Tafel menten op de Penanten; onder de Tafelmenten ziet men Stop. f!:ukken leggen; vorders ziet men de Moolen in zyn Opftal, d vatte Binten en detoffeBinten komen daar boven over gekeept de onjerfte Balken moet men faamen keepen vier en een half duym diep ,• dat is yder Balk aj dnym diep; vervolgens ziet men deKruyfTen, Regels,Trappen, de Vang-Balk,deboven-Tafelmen ten opdeftylen,daarop deVloerjdaardeKuypmetveertien duymi boutenmoetvaft geflooten worden;de Vloer iszwaar4a i2duym deRolring 3 a 11 duym, de Rollen zyn dik zeven duym en lans zes en een half dnym, daar op komt den Overring 7 a 11duym, daar op de Voeghouten, welke in den Overring leggen gezon ken, met Voorloeven van een en een halfduym diep, danwerkt men de Roofterhouten met Pen en Gat in 't Voeghout, en zo laag dat ze met j duyms Voorloeven in den Overring zakken; dan werkt men de Spanring op de Roofterhoinen met Swaaluwe- ftaarten | duym diep; men 'ziet ook het Wint-Pentaw op jé Voeghouten, de lange Spruyt, de korte Spruyt, of agter-Balk, de pfn-Balk de y z e M , §» Kap op.zy, de bovenAs en zyn fcheenen in de hals en Pen, vorders ziet men de Roe ndenAs met zyn yzere Stroppen oni de zelve, het boven-Wiel met den Staart, Schooren, het Wind-As door de Staart, Vangftok en Touw' ook is hier a,angetoont met Stippels, om de langte van uw lange Schoor te krygen, waar van alvoorens gezegt isj vor- ders is alles na de voetmaat getèekent en kanftiptelyk nagemee* ten 'worden. N°. II. Befchryvlng van deWip-Waater-Moolen, van deon* der-ïafelmenten en het toeleggen van "tToorn' Bint >met deWaaterloop. Voor eerft ziet men hier de vier onder-Tafelmenten, getoont in de gron'd op zyn plat» deze moet men half en half over den anderen keepen, en met bedekte.en pverhoekfe Swaalmve ftaar- tenvan I Ï duym diep, gelyk met Stippels aangeweezen is, ook ziet men de Gaaten van de vier ftylen op de hoeken, en de 8 Gaaten van de Mander-ftylen daarin getoont op zyn order, en daar binnen in den Draag-balk, daar op de Steen daar de Waa- ter-As op draayen moet, hier neffens de Gaaten van de Scheer- ftylen daar in, ook ziet men neffens den Draag-balk de Bak mee zyn ftylen en klampen van boven te zien, daar het Onder Wiel zyn bewerking door heeft. Hier neffens ziet men een Bint van den Toom inmalkanderen gewerkt, met zyn Balken en Krombeels Honts-Ooren Mandel- ftylen 20 als het gewerkt moet werden, en als men eên Bint moet toeleggen, dan fleekt onder en boven aan de buytenkann van de Stylen een Vooifteek 2 duym van de kant, en daar een Vooiflag geflaagen die regt is, en met een lange Rey opge- fchrapt, en bepaalt dan de langte van uw Stylen op den Vooi- flag en fteekt daar onder en boven een fteek, dat gedaan heb- bende bepaalt de wytte onder en boven, en legt uw Stylen onder en boven op de wytte van 't Bint, en neemt dan een lan- ge Lat en legt die Stylen net in zyn overhoeks na die fteeken die op de Vooiilaagen ftaan, die de langte van de Stylen zyn, en van Scheelte gelyt, ook trekt onder en boven aan de voeting van de Stylen op de langte van de Stylen een Lyn over om de voeting te krygen, en als men de voering dan heeft, dan fchryft onder aan de voeting van de Styl een Haak-fchreef na de Vooifchrap of na de buytenkant van de Styl, als hy regt is, die binnen met de voeting van de Styl te niet komt, gelyk op de Stylen is getoont, en dat gemeeten op de Haak-fchreef en op de fchuynte na de voeting, en al wat de Voetingfchreef langer is als de Haak-fchreef, dat is uw kanting van de Styl, zoveel moet uw Styl buyten opkanten en binnewaarts in, dat gedaan hebbende, dan leyt men de Balken daarop, én menbedraagC ze daar in. Ook ziet men de voor en agter Waater loop in de grond met! den Dorpel, Vleugel van *tSlag bint, en de Waaterdeur; meti ziet de 'onder Slooven of Zantllrooken met de Kefpen daar in, met Pennen en Gaaten gewerkt en met houte Nagels geflooten, ook zyn in dezen Zamftrooken aangewezen de Gaaten van de Stylen van de Waater-loop, ook ziet ipen aangetoont de Zant- ftrooken die na de Moolen 'komt dat die 4 duym onder het Ta» felment komt te leggen', gelyk in den Opftal aangewezen wort. Ook ziet men de planken met Stippels aangewezen, en men moet dé Waaterloop van binnen met 2 duyms eyke planken be- planken, en moeten met een Sponning in de Styl van 't S|ag- bint fchieten, en buyten moet men ze beplanken rnet ijf duyms greene planken, hier neffens ziet men de voor en agter Waater- loop op zy met zyn Paaien geflooten, aan de onder en boven Slooven met Pennen en Gaaten; ook zyn vertoont in de onder- fte Zantftrooken de Gaaten van de Kefpen die in de grond op zyn plat leggen, men ziet de leggers en de planken op de Waa- ter-loop voor en agter, ook ziet men het Scheprat in de Waa- ter-loop en de Reizing daar onder daar het Waater tegen op moet als het Schep-radt omdraayt, men ziet debewerkfaamheidc van t Schep-radt. Hier lydt by uytgeleydt een Kruys-Arm, een gording, ft halveKalyers en een Schoep, zo dat men de bewer- king zeer naauwkeurig aantoont, men ziet ook het Slag-bindt in malkanderen met een Vleugel, vorders kan alles ftiptelyk na de voetmaat ;gemeeten worden. ' • N ° . 1 4 . • Befchtyvïngvan den Opfialvan de Wip-Waater- Moolen, zig doorgejneeden vertoonende. Voor eerft sBet men de Muur met deffelfs dikte onder en bo- ven onder de Moolen, daar de onder-Tafelmenten op leeeen, als mede de Muur daar de Draag-Ballc oplyt,inwelkedeScheer- «yl met Pen en Gaaten ingewerkt zyn, in de Scheer-ftyl is ge- werkt t 'V
  • 8. A L L E R H A N D E M O O L E N S. werkt het Spil*Ka!f daar deSpil op ruft, opdenDraag-Balk de Waater-As met de Steenen daar onder, en hec Onder-Wiel daar om met het Scheprat, daar neffens de Vleugel van 't Slag-Bint; de planken moet men in malkanderen ploegen voor het doorlek- ken van 'c Waater, en voor den dorpel van 't Slag-Bint moet men het ook met zulke planken beheyen,»gelyk in eenvandeagt- kante Waater-Moolens gedaan is; hier neffens ziet men de Bak met het onder-Wiel daar in, ook ziet men de Spil op de Wer- , vel op het Spil-Kalf, en het Scbyfioop daar onder om de Spil 5n de Kooker en het boven Schyfloop daar om, die in 't boven- Wiel werkt dat om de boven-As is; men liet de As met de Scheenen daar in, de Steenen daar onder, de yzere Stroppen daar om, en een Roe daar in, verdérs den Toorn, de Balken met de Krorabeels Mandelfleylen Honts-Ooren, de Balken die men voor 't ent ziet met de, Krombeels, de Kooker-Balken daar op, daar de Kooker-Stukken met Pennen van 3 duym lang in ftaan, op de boven-Balken ziet men de loofe Kooker-Balk, wel- ke dienen tot flyfte van de Kooker, ook ziet men de boven- Tafelmenten met Pennen en Gaaten op de Stylen en de onder- Seetel 2 duym daar in gezonken, het boven-Huys daarop, dat om de Kooker ront draayen moet, de Voeghouten, de voor ag- ter en Middel-Soomers, en de Zolder daar op tegen de Waater- Lyfl met een Sponning in de voor- en agter-Soomer, men ziet de boven-Seetel om de Kooker met de Kloflen daar onder, en met bouten geflooten, door de Kooker-Stikken daar de Steen- Burrie met het gantfcne boven-Huys op draayen moet, daar op de Steen-Lyfte met de Swaaluwe*ftaarten op de Steen-Burrie ge- zonken gelyk aangewezen is, verder ziet men de Borft-Naak in de Balken gekeept, en met 1 duyms bouten geflooten, en bo- ven met een Pen en Gat in een Blok-Keel dat onder de Wint- Peuluw komt, en in deze Borfl-Naait een Sponning van 1 duym diep daar de Baarc-Planken in komen, ook ziet men daar de voorden agter*Soomers aan de fteylen met Schortbouten vafl gemaakt, en aan ycter deur-ftyl van 't Trap-bïnt onder en boven ten, en een Bout door de ftaait met een Beugel daar om, men z:ec ook de Dak-Lyft daar 't Wint-Peulnvv op leyt, en den Pen- Balk en Agter-Balk ingewerkt wort, de Yzer-Balk daar de kroon vzn de Spil in draayt, men ziet ook voor aan 't Wint-Peuluw en den Agter-Balk 2 yzere Zwaans-halzen met Krammen aan de Dak-Lyit vafl: gemaakt, de Kap op zyde met het Vorfl-naalt daar op, en de Geevel daar met Pen en Gat geflooten, verders ziet men de Vang op 't Wiel en het Sabel^yzer, in de Vang- Balk de Vang-llok, Vang-Tou, de Trap met de Leuning daar aan, en de Hang-boomen om de Trap om hoog te houden, on- der aan de Sleep-Trap vafl; met Rram-bouten gefloten, vorders is.hier alles naauwkeurig aangeweezen. Befchrjving over de Bewerking van V Boven-Huys. In het toeleggen van de Voegburri moet men 't Huys van de jVIoolen balanferen, om dat het regt op zyn Zeetels zal hangen; als het boven-Huys lang is op de Voeghouten IOÏvoet, dan moet men de Middelt § duyrn na vooren (teeken, dat is, op de voet 5 duvm, het toeleggen van de Voeg-Burrie; voor eerït lyt men de Voeghouten Waater-Pas, en Van Scheelte en op zyn wyite, en men flaat daar Vooy-flaagen op de buytenkanten even fchoon uyt de kant, en mén bepaalt dan de Middelt van 't Gat daar de Kooker in draayen moet, en fteekc dan eeven fehoon uyt uw Middelt fteeken op dé Vooyflaagen, en dan na die fteeken overhoeks geleyt met een Lat, en dan leyt men de Kalven daar op, en men bedraagtfe in de Voeghouten niet dubbelde Pennen, Gaaten en een Tant, dat gedaan heb- bende dan leyt men de voor- en agter-Soomer daar op, ert van Scheelte; dan flaat men daar Vooyflagen op, eeven ichoon uyt de buytekant dieop deMiddelt van de Stylen Van 't boven-Huys overeenkomen, dan zet men de Middelt in de langte op de voor en agter-Soomers, en dan leyt men de middelt van de Soomers en de middelt van de Voeg-Bume over een, dan (leekt men Steeken uyt de middelt van de Soomers eeven fchoon, en roea, leyt ze in zyn overhoeks, dan laat men ze n| duyrrt diep tinken op de Voeghouten met Swaaluwe-ftaarten, gelyk de Stippels aanwyzen, en dan leyt men de middel-Soomers daar op, en men zinkt ze met Voorloeven op de Voeghouten, dan leyt men de Waater-Lyfte daar op en laat ze i duym diep met Swaalu- •we-ftaarten daar in zakken, en met een Pen in de Styl, ook ziet men op de hoeken van de voor- en agter-Soomer de Gaaten daar de Hoék-ftylen van't boven-Huys in moet ftaan, en de Gaaten voor de Schort-bouten daar in getoont, gelyk men aan het Agter-Bint van 't boven Huys zien kan, de Steen-Burrie moet men op de zelve manier toeleggen, men ziet de Steen- Burrie met de Steen-Lyften daar op met Swaaluwe flaarten daar in gezonken van aj• duym diep met de Kooker daar in. De toe- leg van 'c Zy-bint van 't boven-Huys, voor eerfl flaat men de middelt op de Stylen, en men maakt de Pennen aan de Stylen, en men leyt de ftylen in zyn overhoeks, dan bepaalt men de hoogte van de Steen-Lyft om de onder en boven-Seetels op zyn fchorting te verdeelen voor het makkelyk kruyen van 't boven- I. 'Deel. Huys, zo neemt een Lat en die leyt men op het 2y-Bint op da Styl, en men fnyd een maat onder van de voering van de Styl tot de bovenkant van de Steen-Lyft, dan trekt men twee Lyno overhoeks over de Steen-Lyfte daar die Lynen malkanderen be- fnyden, daar fnyd men een maat van de Lynen tot de onder- kant van de Steen-Burrie, ook trekt men de Lynen over de Soomers die op de Voeg-Burrie gewerkt zyn, en daar die mal- kanderen befnyden, fnyt men een maat van de Lyn tot de un- derkant van de Voeg Burrie, dan fteekt men daar nog 2 duym by, voor de Schorting en de maat van de Steen-Burrie, fnyd van dezen Lat af, en de maat van de Vocg-Burrie doet men daar by met die » duym, dan zal het huys zeer fraay op zyn zeetels hangen, ook ziet men de onder en boven Zectcls op de Kooker gewerkt met Swaaluwe-(laarten van 2 duym diep, en yder fhik met 2 Bouten geflooten, en de Volling-ftikkcn met Spykerbouten vafl gemaakt gelyk het aangewezen is, ook leyt onder de Kooker de boven-Zeetels met de Kooker daar tuflchèn in, en hoe'de Kooker aan de Zeetels wort vallgemaakt is zeer naauwkeurig aangeweezen, ook ziet men de onder-Zeetels op de boven Tafelmencen leggen, en yder een ftak uytgeleyt, en hoe de bewerking is, deze onder en "boven Zeetel moet men aan de bovenkanten op de hoeken afronden 2 duym diep voor hec makkelyk kruyen gelyk getoont is, ook ziet men het Trnp-Bmc met de Staart en Voeghouten daar onder, en hoediemetSchort- Bouten vaftgemaakt worden, en boven de Klonen op de Stylen die met een klyn Pennetje in de Dak-Lyflen komen, en hec Waay Spant op de Dak-Lyften, en men toont aan met Stippels op wat manier men de Kap trekken kan, ook ziet men hec Storm-Bint met de Bürft-Naait daar op, welk hier 3;.duym diep wort ingezonken, en liet Keepen half in de Bord Naait en half in de Balken met 3 Bouten geilooten, ook ziet men de Schort- bouten aan de Stylen en door de Voeghouten, men ziet daar onder de Baart daar aangetoont en de Kloflln op de Iïorfl>Nua!t en de Stylen, deze Kloïlèn van de Kooker en de Stylen en do Bord-Naait moet men alle mee bedekte Trdcfchuyf-Tanden daar op werken onder tl duym diep, en boven te niet, ook ziet men hier een Kap-Spant op de Dak-Lyften getoonc, en de Vang daar in uytgtieyt met zyn yzerwerk daar by, ook is iiier aange- wezen dat tot nut van het Moolen-maaken dient, en kan iïipte- lyk na de Voetmaat gemeeten worden. Het Boven-Wiel heeft ös Kammen, de Deeling is groot 6 duym, het Schyfloop heeft 27 Staaven, de Deding het zelve, het onder-Wiel heeft 73 Kammen, de Deejing is groot 7$duym, het onder-Schyfloop heeft 25 Staaven en de Deding het zelve. N". 13. Befchryvingvan de Alotjder-AJooIen, van deBak. en . Ketting, en het Bint daar wen deBak hooger of laager meêkan laatm zakken, worden- .. ;•,... üegebruykt te Jvijlenlam. Voor eerfl ziet men de Bak doorgefneeden met een Schep on- der en boven daar in, Zo als ze in de Bak moeten werken met de Ketting-balkjes op de Leyers, ook ziet men de Steylen van de Bak onder met een yzere Beugel om den onderlegger vafl: ge- maakt, en dan de boodetn van de Bak daarop, en dan uw on- der Leyers op de boodem en dan uw Leyers r duym diep in de Stylen gewerkt reet Voorloeven , <?n boven die. Leyer is een drie duymfe plank ingewerkt, binnen met de Stylen gelyk en half en half gekeept met Voorloeven gezonken in de Styl, ook is de boven Leyer en plank ook 20 gewerkt, ook ziet men een Legger in de boven Leyer gewerkt, daar de mid- del Leyer ook met Voorloeven ingezonken leyt, ook zien men den Bak hier op zy leggen met zyn Stylen, Planken en Leyers en de binhen Leggers geftippelt, en aan yder Styl een yzere beugel om de onderlegger gelyk voorheen ge- toont is, ook ziet men aan de agter Stylen van de Bak een yzere Haak roet een ent Ketting, welke dient om aan de loofe Bloks vafl: te maaken , om de Bak hooger of Jaager te laaten zakken in de Modder, ook ziet men de Bak van agte- ren af geront en met yzer beflaagen, ook ziet men vooraan de Bak hét Slag-bint met de As en Steen, daar tuflen ook ziet men vooraan de Stylen by 't Slag-bint een Bak hangen in een yzere Beugel die boven aan een Overlegger hangt een Tou en Blokom die hooger en laager te kunnen laaten zakken, alsdeModder- fchouweïi daar onder koomen te vaaren. • Ziet ook hier neffens de Ketting uytgeleyt, met zyn Schep- pen daar aangefloóten, ea.de byde zeskante daarin vertoont, en door het ageerde zeskant is een yzere Spil door en aan wee- renden een ronde Nok aan, die loopt agter in de Bak in een metaalén Bos, ook ziet men het vöorfte zeskaflt om de As» dac tufleu het Slag.bint in lyt, hier by het yzerwerk vertoont van de Ketting na een grooter voetmaat? en van vooren en op zy te zien met de Scheppen daar jn geflippdt en een Ketting-Êalkie, B hier
  • 9. I A A UW K E U R I G O N T W E R P V A N hier neffens hoe de ewrigte in malkanderen draayen, het Bint met Tou en Bloks e deAs boven op de hoofde van t Bintom de Bak daar de Ketngin hangt omdie hooger en laager mede te kunnen laaten zaken, ookmoet mende zeskanten met yze- re banden beilaan, e Krambouten fluyten. Beféryvlng va een Modder- Moolen} géruykt te Amjlerdain. Voor eerft ziet ren in de grond de boven Leggers vande Moolen, tn hier orier Ieyt het gaande Werk, welke Leggers vertoont als doorgeieeden om dat men deSehyfloopen Raade- ren beeter zouden onnen zien opzynorder ,• ookziet mep het kaabekouw opgefeboten, de Ketting metzynScheppen in de grond leggen, en t>or omde As: die tuffen hetSlag bint Ieyt, en de Bakken daarle Modder door gaè, en valt in fchouwen; ook zfec menvoort 't Slag-bint aan de bak vandeketting twee yzere haaken, en aar aan een tou em de Asjes, welke dient om deBakagter inle Modder te houden alsde Moolen gaat en het Kabcl-tou de Boolen agter uythaalt danzoude de Bak met de Ketting voor utfchuyven, door de kragt vande Modder, ook toont menderumgang der Paarden boven opÜeLeggers. Btfchryving wndeze Modder-Moofen, den Opftaï doorgejheedm. Voor eerft: ziet nen de onder Leggers vande Moolen tuffen de onder en bovc Boodum in leggen, en daar opziet men de Spillen met yzere iatfen diein poccen draayen, daar de Schyf- loopan en ïlaadera aan vaft gewigt zyn, ookziet mendeAs of lange Spil aanleerenden een yzere Pen, welke draak ineen metaalen Bos, en i 't midden draait hyopeen Steen, ook ziet men deKetting mezynScheppen omdezeskante, en daar on- der de Boodum va deBakdaar deModder in opgehaalt wort, en boven onder d< Ketting ziet mende booven Leggers vande Bak, en daar op e middel Leyer daar de Scheppen op ruften, ook ziet men hetünt daar de AsmethetRat oprullen, ook ziet menhier deB>ks tegen dezen Styl aan metde touwen daar in die boven om en Askoomen, welke dient omdenBak roet de Ketting hoogerïn laager te kunnen laaten zakken gelyk voor- heen getoont is, ok ziet men hoedePaarden daar omdeSpil gaao, die ds Schfloopen en Raaderen doen gaan metde Ket- ting, men ziet oa de Paarden in de Stallen, verder isallesna de Voetmaat. N°. if. Befihryving.'aneenVerf, ofSnu^fTolah-Maolen net zyn Gronden Opjlah Voor eerfl: zietmen degrond onder de Vloer van de Moolen en Lootfen met yn Pylaren doorflaagen en Regels, men toont aan in de grond ah de Moolen metllippels waar gy ü Leggers van de Kant-ftee moet leggen, mentoont in de grond vande Loots het Rootte-werk van de Eeft daar men het Vuur op ftookt, hier neffas ziet mende Kapvande Loots met ftippels aangeweezen, alsmede de Vloer vandeMoolen metde fteene Leggers van deLoopers en Boven-As. Het Raam daar de Loopers toflcheriloopen met de flrykers daar onder, ookziet men de Kapper met de Rees en Stampers van boven te zien, hier neffas de Stoel van de Rollen van de Plettery, men ziet de Zevery en de Spil die de Zeevery doet gaan, en met flippels geweezen hoe de Touwen om de Schyven komen, men zieden Opftal van 't Vierkant met dePylaaren daar onder, meiziet de Steene Loopers op zyn kant op de Legger in denOtlal met hetRaam daar om, ookziet men do Wentel-As met yn gaande Werk van de Plettery en Spillen met den Opftal-an de Rollen Stampers van de kappery met de Meden in e Ton en de Spaaken ia de Wentel-As die de Stampers opaten. Het Vierkant van boven metdeSpoor- , Wielen die de ieen doen gaan en de Wentel-As die in den Opftal vertoont ivan't Piet-werk, ookziet menonder de Wen- tei-As een klynsggent Spilletje welke dient omde Zeevervte doen gaan. J Men ziet detiOpftal van de Loots doorgefneeden metden Eelt, en metSupels deSchoorfteen aangetoont, ook ziet men boven de Loonde Vloer metdenEeft van boven te zien daar men het goet ojdroogen moet, en daar neffens nog io Kaflen om Tobak in teloen. Befchryvrng VndenOpjial vands Moolen doorgejneeden. , Voor eerft zit men onder het Vierkant de fteene Pylaaren «e doorüaagen n Regel-werk daarop, ookziet mendeSteen met de Kaamendaar om, degroote Spoorwielen. omdeSpillen die in het Schyfloop werken dat aande boven-Spil is, ook ziet mer- de Wentel-As voor 't entmetzyn Spaaken van deKappe- 1T, daar voorheen berigt van gedaan is, menziet de Zeevery in zyn Opftal metzynSpillen en Touwen omde Schyven» ook le? men het Agtkant o|het Vierkant getoont met zyn Stylen, Balken en Kruyflln, Vang-Balk, As, Roeden .boven-Wiel om den V, Bonkelaar omde Spil datin't boven-Wiel werkt ook ziet mén de Kap, de Staart, Schooren, Vangftok, en het Wint-Koppel door de Haart; verder is alles genoegfaam aan- geieoen en kan ftiptelyk na de Voetmaat gemeeten worden. In 't boven-Wiel omden As. ' ^ TCmm™. deDee- In 't Bonkelaar boven om deSpil. In 't Schyfloop onder omde Spil tot de Spoor-wielen. 2 Spoor-wielen tot de fteenen yder heeft In 't Wieltje onderom deSpil tegen het Schyfloop, In 't Wieltje om de wentel*As. 2 Wieltjes omde wentel-As totde Pletrollen yder 2 Dito omde bovenenden vande Spillen. a Dito omde onderenden vande Spillen. 2 Dito aande Rollen van't Piet- werk. In 't wieltje omde wentel-Astot de Zeevery. In 't wieltje omhet klyne wentel- Asje. In 't wieitjs aan 't ander ent. In 't wieltje aan 't Spilletje. N°. i<S. .,.„ Kammen. de Dee- 25 Dollen, f Ung5d. ï3 Staaven.- de Dee- ƒ Iing4'd. 34 Kammen. 14 Dollen. deDee- 45 Kammen. 28 Kammen. 15 Kammen. 14 Kammen. i"l Kammen 28 Kammen. 11 Kammen, ip'Kammen. 13 Kammen. ' deDee- fling 3| duim. | de Dee* >Hng 3 | duym. Befchrfoing van de Gronden, als Vodde-fchunry Mookil Werkhuys Pak-Kamer &?<?. hehoorende tot een Wit- te Papier'Moolen. Voor eerft vertoont de platte Grond onder de Vloer met zyn Pylaaren doorflaagen en Regel-werk van boven te zien, men ziet neffens de Grond den Opüal van de Pylaaren en het Regel- werk en doorflaagen daar op, aandeandere zyde de Vloer die op de platte grond komt met al hetbinnenwerk van 't entvan de Vodde-fchuur tot aan de Vaklengtens van de Droog-fchuur toe, welk hier een Vakaangetoont is ter langte van 10 voet het Vak, de Moolen in zyn geheel met de Plaating na hetwerk- Huys toe ter lengte faamen 76 voer, ook Ieyt hier neffens de Vloer den Opöal van de Vodde-fchuur tot de Droog-fchuur toe, van de Vloer tot net Dak toe vertoonen zig de Deuren, Venfteren, en Glazen, metde opftandt vande Schoor/teenen, van de Lym-Keetels, verders is alles fchriftelyk in de grondaan- geweezen" en de benaaming daar by. BefchryvingvandenOpjial van deBroog-fchuuren Parf- Jen> welkebehooren tot de JVittePapier-Moolen. Voor eerft vertoont de platte grond van een Vak Droog- fchuur ter langte van io voet en wyt 26 voet, als mede de Droog-fchuur in zyn Opftal voor 't endt metzynBint en Kap- fpant daar op, hier onder in is eenLyn gefchooren vande Mid- del Styl tot de Kambas toe, en 2 Krukken daar by omhet Pa- pier op te hangen, als men het op deKambas-Lyn zalhangen geryk men in de grond kanzien hoemendeLyndoor de Kam- baflè fcheerr, hier nevens ziet men de 3 PariTen deDorpels inde grond, boven ziet mendenOpftal metde Schyven onder omde Spillen daar men de Parffen mede in toedraayt, verders is hier alles duydelyk aangetoont. N°. 18. Befchryving van de Wryfbak en Roer-Bak metzyn Rol- Ufh enverder toebehorentot deWitte.Papier-Moolen. _Voor eerft ziet men de Roerbak op zyn plat van boven te zien, en deBak getermynt gelyk met Stippels aangewezen is, ook Ieyt hier boven op de Roer-rol metde yzere Spil daar door en aan het end het wieltje dat de Roldoet gaan, hier nevens ziet men_de Bak op zy metde Roldaar in, en boven dien ziet men de Bak in 't verfchiet getoont zeer fraay, nog ziet men de Koer-balc voor 't entmetzynRoer-rol en wieltje aan deSpi], de Wryt bak opzyn plat met de yzere Spil en wieltje daar om ook ieyt hier neffens de Rol voor 't endt metzynScheen en Ring, deze
  • 10. A L L E R H A N D E M O O L E N S . deze Rol daar maalt men de Vodde klyn mede in de Bak, men stiet de Bak op zyde in den Opftal en voor 't ent, en de Bak in 't verfchiec, verder is al de benaaminge daar by getoont. N°. lp. Befchryving vandegrond van het eerjle Tafehmntmetkn Opjial doorgefneeden met het binnen-Werk daar in van een Witte Papier-Moolen, Voor eerft ziet men de Balken boven van 't Vierkant in de grond leggen met de Tafdmenten daar op, daar de Stylen van • t Agtkant op komen te ftaan, ook ziet men men met Stippels aangewezen de Stylen onder en boven van het Agtkanc, men ziet op yder hoek boven van 't Vierkant een Schoor ingewerkt tot ftyfte van 't Vierkant, men ziet 2 heele maal-bakken met een halve, in de grond met de Pomp en een groote Waater Bak, men ziet hier nevens het Vierkant in de grond en 2 Roer- bakken rnet zyn toebehooren. Hier benevens een Bint van 't Vierkant op zyn Pylaaren in zyn Opftal een heele maal-bak, in zyn Opftal daar in en zyn toebehooren, de Pomp en een endt van de lange Spil met het onder Wiel daar om. Den Opjial doorgefneeden. ' Voor eerft: ziet men de Pylaaren onderde Moolen, de Bal- ken van 't Vierkant met de Krombeels van vooren, de lange Spil en daar onder aan het onder-wiel daar de. kleyne wieltjes Van de heele en halve maal-bakken van onderen in moeten wer- ken , de Pomp met de Mam daar in die het Water in de bakken moet geeven, men ziet boven het onder-wiel agter de Water- bak om de Spil een kleyn wieltje, dat in het wencel As wieltje werkt tot de Roer-bakken, ook toonc men de Bakken in zyn Opftal in de Moolen die in de grond zyn in het midden van de Spiï een wieltje, en een wieltje aan de kruk, welke de Pomp doet gaan, vorder de ftylen van 't agtkant met de balken en krombeels,welke geflooten zyn met Pennen, Gaaten en Tanden, de balken van 't vafte Bint voor 't endt met de Krom-beels daar onder, en hoe diep zy gekeept moeten werden in 't leegeren, ook ziet men het boven-Wiel om den As met het Bonkelaar om de Spil, de Kap-Spant en Reegels de Steenen agter en voor on- der de As, men ziet een.Roe daar in, de Vang-balk in de Mpo- Ien geftippelc, de ftaart daar aan met zyn Schooren, het Winc- Koppel door de ftaarc en de Zwigtftelling, ook ziec men hier al- les op een goede order. Begaande Werken vande Witte Papier-Moolen. In 't Boven-Wiel om den Boven- As. In 't Bonkelaar om 't bovenend van de Spil. Het Wieltje om de Spil cot de Potnpery. Het Wieltje om de kruk toe de Pompery. In 't Onder-wiel om de Spil. ïn 't halve Baks-wieltje. In 'c heele Baks-wieltje. Het Wieltje om de Spil tot hec Roerwerk. Hec wieltje om de Wentel-As daartoe. Het wieltje om 't andere end van de wentel-As. Het wieltje om, 't bovenend van 'c klyne Spilletje. Het wieltje om 't onderend van 't Spilletje. Hec wieltje aan de Roer-rol. deDee.Cl 3a Dollen. 28 Kammen, 25 Kammen, j —a '"• 57 Kammen. ^ de Dee- ió Dollen. j»ling si 14 Dollen. ) duym. 29 Kammen. 22 Kammen. 28 Kammen. 19 Kammen. 20 Kammen, j 17 Kammen, j NV 20. Befchrping vandegrond van een dubbelde Oly'Moolen enzyn toebebooren.1 1 Voor eerfl; ziet men de grond met zyn Pylaaren doorflaagen, en Regelwerk daar de Vloer op komt te leggen, men ziet ook de 5 Stayt-blokken tuffen de Pylaaren daar de Oly-blokken op komen te leggen, men ziet aan 't end van de grond de Hey- maften die onder de Stuyt-blokken fcotnen, men toont aan met Stippels waar de Legger van de Kantfteenen moeten leggen, als mede 3 Oly-Bakken om Oly in te doen, en de plaats aangetoont daar de Vuyfters moeten komen, hier nevens de grond van de Vloer en al het werk daar op met zyn benaaming daar by ge- fthreven, verders de Wal mee de Kraam daar by om hec goet af te baden, ookziet men den Opftal van dePylaaren van't Vier- kant en de Schuur met zyn dooriJaage Regelwerk daarop, men sec her op het Vierkant in zyn Opftal daar het agtkant op komt te liaan en het Binnewerk daar in uiffchen de Schuur en het Vierkant, de Oly-Bakken met een Pomp daar in ora de Oly daar mede uyt te pompen, hier nevens de Schuur in zyn Opftel met zyn Balken, Stylen en Regels, en verders alles in een Koe- de order aangewezen. " N°, 21. : Bejchryving over het binnenwerk van eendubbelde Oly- Moolen. t Voor eerfl; ziec men de Stampers van de Potten en Heyen van t voor en naflag tuffen de onder Rees, daar onder de Blokken doorgefneeden met de Potten daar de Stampers in vallen, hier nevens de Stampers en Heyen tiytgeleyt met zyn toebehooren, de Kantfteenen op de Legger met het Raam daar om, en een ftuk van t Raam uytgeleyt vanboven te zien, hier nevens leg- gen de Spillen met de Tappen daarin, de Kanc-fteencn leggen in 't verfchiec met hec Raam daar om, en dé Ringen van de: Kuyp om de fleen &c. N°. 22. , Befchryving vandeplatte grond enzyn Opjial van een dubbelde Oly-Moolen. Voor eerft ziet men de Balken van 't Vierkant ïn de grond en de Tafelmenten van 't agtkant, daar op met Stippels aangewe- zen waar de ftylen van 't agtkanc, moeten ftaan, hier op de Wentel-As met zyn gaande wejk, de Rees, de Stampers, He- yen en Kloffen van boven te zien, als mede het Spoonviid van de Kantfteenen met Stippels in de grond leggen. Befchryving van den Opjial zig doorgefneeden vertoonendc. Voor eerft vertoont men de Blokken onder de Stampers daar de Potten ingewerkt zyn, daar men voorheen al berigcvan heeft, ook de Stampers en^ Heyen van 'c Voor-en Naflagt tuffen de on-' der en boven Rees in, de Wencel-As met zyn Spaaken en gaan- de werk daar om, en twee Schyfloopen om de Spil, ook heeft men het binnen-werk hier zeer fraai in getoont, verder liet agc- kanc met zyn Balken, Krorubeds en Ktuyffen, welkers bewer- king aan de voorige Moolens getoonc is, men ziet de As met zyn Boven-wiel daar om dat in het Bonkelaar werkt dat om de Spil is, de bnyten Roe in den As met Stroppen daar om, de ftaarten fchooren daar aan met het Wint-Aas door de ftaart met een Tou om, daar men de Moolen roede in de Wind kan win- den. Het gaande werk tot dendubbelde Oly-Moolen. In 't Boven-wiel om den As zyn. In 't Bonkelaar boven om de Spil. In 't Schyf-loop van het Spo w-wiel tot de ftenen. In 't Spoor-wiel van da Stenen zyn In 't Schyf-loop tot het wentelas- wiel. In 't wiel om de wentelas zyn 4 Wieltjes om de as tot 't voorflag Roerwerk. 4 Wieltjes om de RoerftoL 4 Wieltjes om de wentelas tot het naflag v, Roerwerk. 39 Kammen, i Wieltje om de Rperftok. ' 13 Kammen,/ De midéëgangersin 't differente maat geftelc.' 59 Kammen, 34 Kammen. 13 Staaven."> 86 Kammen,/ 26 Staaven. " öo Kammen.,/ 45 Kamtnen.V de Dee- deDee-, lïng 5 d. <JeDee- lingj|d. de Dee- ling 4 d. Befchryving van degrond van eendubbelde Vol-Moolen, Voor eerft ziet men de grond met zyn doorflaage en Regels, tuffen in zyn vertoont de StuytJBlokken daar de Komblokken op komen te leggen, en hier nevens ziec men dezelve in de grond getoont, de'Komblokken met de Gaten daar in, de Waskom- men en de Volkommen yder in 't byzonder aangetoont, men ziet getoont in de grand de Water Bak met a Pompen, die't water met een loófe Goot na de Komme leyt, hier nevens de grond den Opftal van de Komblokkea voor Jiet endt tot deonder Rees toe, de Pompen en de Water-bak daar by met een löofe Goot die 't Water na de andere Kommen toe leyc, aan de ande- re zyde de Komblokken in zyn Optol van vooten te zien tot de onder Rees toe, tuffen yder Kom en aan yder end van tBlok en vzere Klinkbout doorgeklonken voor heticheuren.van 'tBlok. J Ba No. 24,
  • 11. 8 NAAUWKEURIG ONTWERP VAN ALLERHANDE MOOLENS. N3 . 24.. . Mefchryvlngvan de Wentel-As-Zolder en denOpfiat van een agihmte dubbelde Vol-Mookn opeenVierkant> vertoonende zig doorgefneedtn. Voor eerft ziet men het Vierkant in de grond met de Tafel- .inenten van 'c agtkant daar op, en met Stippels anngetoont waar de ftylen van 't agtkant liaan moeten, hier in is de groote Wen- tel-As met een kleyne, met zyn gaande werk en ipaaken, de ftampers en Rees van boven te zien, de Pompen met dePomp- ilokken, die met de fpaken van de Wentel-As moeten gaan; hier nevens den Opftal van 't Vierkant doorgefneeden met een gedeelte van 't Agtkant en het gaande werk, de wentel-As voor 't endt met de wielen daar om, en de Komblokken daar onder met de ftampers, daar booven de twee Pompen in den Opftal die ia de grond vertoont zyn, Ben Opftal doorgefneeden. Men ziet de Pyharen onder de Moolen, en de Stuytblokken onder de Komblokken getoont, hier neven de ftampers van de groote wentel-As tuflen de onder en boven Rees, dewentel-As met een dubbelt wiel dat agter en voor Kammen heeft, en de Touwe woelings daar om met de fpaaken daar in en een dubbel Schyfloop, onder om de fpil daar men de Moolen Krapper of Loomen mee kan laaten gaan, ook ziet men de Steylen, Balken en Krombeels met Pennen en Gaten in malkanderen gewerkt, en de Kruyffèn met Tanden in de ftylen, men ziet het boven wiel om den As dat in 't Bonkelaar werkt dat om de Spil is, de ' flroppen om den As met een Roe daar in, de Vangbalk, de Vangftok en Touw, de ftaart en fchooren mee de Wintkoppel daar door, met Zwigtftellingen daar onder. 't Boven-wiel heeft 't Boven Bonkelaar boven om de Spil 't Groot Schyf-loop tot het : Wentel-As wiel. 't Kleyne Sehyfloop tot het Wentel-As wiel. 't Wentel As-wiel heeft 6ö Kammen. " de Dee- 31 Kammen. > duym. 34Staaven. ^ ^e Dee s6 Staaven. j J 99 Kammen, j 2J. Hejèhryving van een Waaier-Moolenin Holland gebruf kclyk, welke baar Water opmaalt op4,0 6 met boog. A. Het groote wiel met zyn Kammen, als mede As en Kap. B. Het bovenfte Tafelment met ?,yn Bloitkeels. G. Den Opftal van het agtkant werk en drie Lang Balken, ge- merkt 1. 2. 3, en in den doorgefneeden grond als aangewe zen wort. D. Het onderfte Tafelment dat op de Muur leyt, daar het agt kant werk op ftaat. Ë. Het Schyfloop aan'de Spil$ en dat in den grond leyt. F. Het groote wiel aan den Water-As en in den grond. G. Den,Water-As, Scheen en Steen. H. Het Scheprat vertoont hem op tweederley manieren. I. De Schutdeur voor het Schep-rat. . K. Het Muurwerk onder den Moolen aan de andere zyden, al; mede de Kom voor het groote Wiel. De Cyfers als 9. 10. 16, betekenen de treden van de Trappen, :;•.. ; , ' ' . ' • : N ° . 2 6 . Èefchryving van een Water-Fyfel ofSlang-Moolen, wel kehet Water opmaalt 12'voethoog. A. de Kap op den Moolen met zyn uytleggïng en Trek. B. b. den As met zyn groot wiel of Kam-rat. C. het bovenfte Tafelment met zyn Blokkeels. D. drie laag balken in den Moolen met zyn Karbeelen. • E. den Opftal van een agtkant werk met zyn Regels en Kruysbanden. F. het onderfte Tafelment daar het agtkant werk op ftaat. G. het Muurwerk onder den Moolen op zyn agtkant ver- toont. ; H. de Spil van onder tot boven. ; I, het Bonkei-Rat, de fteek 6 duym, en boven Schyfloop e- ven grqot. K. het Wiel aan den water-As met zyn bewerking gelylc ver- toont. 1. den water-As met zyn Raden vertoont drie draden, den As is zwaar na dat hy groot is. M. de Uaamen gelyk zy vertoonen, en de werkzaamheyt. N. de Gording daar al de Raamen met platkopte bouten aange- flooten zyn, als mede n. het gat van da water-Peuluw of Pen-Balk. O. de water-Peuluw en de metalen Pot, weegt vyftig Pont. P. den ftroombalk door den Moolen daar de water-As zyn berufting op heeft; een fteen p. den ingelaaten Pen daar den water-As aan draayt met een Kruys van yzer ingezon- ken. Q. de Schutdeur voor het buytenwater en zyn uytloop. R". Uytloopen van 't water. De Cyffers, als 10. ri. 17. bsteekenen de treeden van de Trappen. N°. 27. Befchryving of Naauwkcurig Onderrïgt van een WMoih Jlige order opbetgaande Werk. Voor eerfl; ziet men een Bonkelaar met 40 Kammen, vertoo- nende zig met de Kammen omhoog, het afcirkelen en bewerken van dien is op s Kammen aangewezen, van agteren en van vooren met Stippels daar uw Paflir ftaan moet, ook is hier tegen het Bonkelaar uytgeleyt een Schyfloop van 3a ftaaven, men legt den zelven Bonkelaar met de Kammen op_ zy, het Sehyfloop* daar in, verwonende hoe diep de Kammen in zyn werk zyn, en hoe de Kammen geduurig werken, ook vertoont na eygenfehap- pen of draaying van het in en uyt zyn werk koomen, gelyk mee itippels aangewezen wort; deze Kammen moet men van agte- ren en van vooren afwerken, en wel zuyver de Deelen net daar op leggen, gelyk het ook aanwyft, ook moet men de Deeling op de middelt van de Kammen leggen gelyk met ftippels aan- gewezen wort, als mede op de buyten en binnen kant van de Kammen afgecirkelt met ftippels, hier nevens wort geleert hoe men de grootte van een wiel of Schyfloop vinden kan als men de Steek of Deeling bepaalt, het zy 3. 4 of 5 duym, dat is ee- ven veel hoe groot of klyn gy 't wik hebben, bepaalt dan met u Pafler een deel, en fleekt dan zeven deelen op een regte Schreef en verdeelt diezeeven deelen in 11. as of in 44 Deelen, gelyk hier alle drie getoont is, zo is yder deel van die 11 deelen 4 deelen op de cirkelftok geftooken uyt de middelt van uw Koning tot de middelt van het Karngat, bepaalt dan maar hoe veel Kam- men gy hebben wilt, en reekent zo meenigraaal als gy voort fteekt 4 deelen of 4 Kammen, en yder deel van die van 22 deelen is 2 Kammen op de Cirkelftok, en yder deel van die vait 44 deelen is 1Kam op de Cirkelftok, ook'dient het om te wee- ten als men een Cirkel getrokken heeft zo groot of zo kleyn als gy hebben wilt, en gy bepaalt dan maar hoe veel deelen dat gy in die Cirkel hebben wilt, als by exempel, gy wilt 36 Kammen in een Cirkel hebben, neemt uw Paffer en verdeelt uyt uw Mid- del-punt daar de Cirkel uyt getrokken is, en verdeelt dat in 9 deelen tot zo ver als gy de Cirkel getrokken hebt, en reekent yder deel 4 Kammen, dat is door de reekeninge van elven, neemt dan een van die negen deelen en fteekt die 11 maal op een regte Schreef, en verdeelt die 11 deelen in 7 deelen en een van die 7 deden, dat is in 36 deelen ront, deeze reekening i3 by ondervinding goec bevonden en dient tot nut van 't Moolen- maaken. Men ziet hier by een Spoor-wiel uytgeleyt, hebbende 34 'Kammen, daar in een Schyfloop geleyt van 2a Staaven vertoo,- nende zig in malkanderen zo als het werken moet, het afcirkelen van de Kammen aangewezen met Stippels waar uw Paflèr ftaan moet, ook leyt hier in het zelve Spoor-wiel een Schyfloop van 9 ftaaven, welke de Deeling vergroot, het welk zeer nootzaa- kelyk is als men 2 Schyfloopen op een Spoor-wiel wil laaten werken dat het een groot is, en het andere kleyn, en gy hebt uw Kammen afgewerkt na het groote Schyfloop dan moet het kleyne nootzakelyk vergrooten gelyk getoont is, ook ziet men nier nefiens het zelve Spoor-wiel uytgeleyt met het zelve Schyf- loop om te toonen dat men de Deeling eeven groot maaken kan, men moet deze koppen, van de Kammen dan wat ronder afcir- kelen gelyk getoont is, ook ziet men twee Spoor-wielen in mal- kanderen yder van 20 ftaaven, hoe dezelve bewerkt moeten worden, het afcirkelen van de Kammen gelyk met ftippels aan- geweezen waar uw Pafler ftaan moet; ook wort genoegzaam aangetoont dat de middelt van uw Kam op de middelt van mv Centrum aan moet ftrooken. EYNDE,
  • 12.
  • 13.
  • 14.
  • 15.
  • 16.
  • 17.
  • 18.
  • 19.
  • 20.
  • 21.
  • 22.
  • 23.
  • 24.
  • 25.
  • 26.
  • 27.
  • 28.
  • 29.
  • 30.
  • 31.
  • 32.
  • 33.
  • 34.
  • 35.
  • 36.
  • 37.
  • 38.
  • 39.
  • 40.
  • 41. NAAUWKEURIG ONTWERP VAN ALLERHANDE SOORTEN M O O L E N S.EN VAN DE S L U Y S OP HALFWËGEN HAARLEM. No. i. fóaau-wkeurig Ondemgt ia iaat order eenZts-ef Jgtkctnt Meo- len van de Grondt tot zyn volkomene Jlant getimmert en in malkander gejlooten moetworden. (jLsmen een Moolen zal timmeren,is het noodzakelyk dat men degrootte van de Gront, welke daar toe vereyft werdt, bepaalt, wanneer men gaat tot deVer-, deling der Tafelmenten > welke met Stippels, namentlyk de onderfte , middelde en bovenfte, op deze plaat aangewezen werden, daar op twee y de Bint en Velt-mallen de manier hoe die ge- maakt werden. Op het eene ent met een Winkel-haak,' en het andere ene met het trekken van het Kruys, zónde? Winkel-haak; als men een acht- of zeskant Moolen zal cim- Jtaeren, ftelcmen in het midden van het achtkant:, of daar Kien het zelve wil toeleggen, een yzere Koning, met een Centrum-ftok daaraan: de eene kant van de Centrum-ftok, moet regt op het middelpunt va"n deKoning aanftrooken^en bepaalt degrootte van het achtkant, en werkt het ondcr- achtkant, ofTatelment, met overhoekfe Swaluwe-ftaarten in malkander: men draagt,zorg dat het water-pas legt, en men fchryft net, waar de ftcylen moeten ftsan', wanneer het toeleggen van het,midden en boven Tafeltncnt mak- Icelykcr zal vallen, als dat men eerft het boven Tafel- toent toeley. Deze manier is goed bevonden, de Tafel- inenten in malkander gewerkt zynde , werdt het acht- tant daar op gezet, en het Kruys op yder hoek, daar Jiet Kruys van de fteyl ftaan moet; tuflehen ieder fteyi Jfcet men het midden op het Tafelmentj uyt deze drie acht- Jcanten maakt men de Moolen. Als men de Bint en Vek- mallen maakt moet men aan de eene kant regt ftryken^ , de Bint-mallen de regte kant na binnen leggen, en de Velt- mallen de regte kant na buyten, met de buytenkant van het TTWelment gelyk, de regte kant moeten aanweêr ende even fchoon uyt het Kruys leggen, men legt deze kant in het toeleggen van een Bint of Velt boven om van Scheelte, daarovertezien,de kantenvan de Mallen, die boven leggen, moeten tegen'de borft van de Steylcn aan komen, en onder klampen opgelegt werden voor het fcheuren als men de Mallen aan de Steylen wigt om toe te leggen. Op de hoek van deze Plaat is op twee manieren aangetoont, hoe men de Mal maakt van de voering van de Steylen van het bovenfte achtkant, bet,welk hier toegelegc werdt. Voor éerftmoea men weten, dat het achtkanc hec fondament is, en dierhalven alles uyt het zejye voort moet komen. Men neemt dan de maat uyt het middelpunt of Centrum van het achtkant tot het Kruys van de Steylen dat op het boven Ta- fclment gefchreyen ftsutt» iet welk 8* voet, en op het umi. inidden Tafelment n Voet is, menflaatdan een rechte lyrP flag, en men legt onder en boven een Winkelhaak tegen de Lyn aan, dan fteekt men boven 8| voet in den haak uyt de rechte Lyni en onder 12. voet, maar men moet een ene van een lat of veer hebben, het welk zo lang moet zyh als mende Stey1hebbenwil, dat hier 3i voetenis,danmoeten de Winkelhaaks-fchreeven zo ver van elkander ftaan, dat men op de fchuynè fchreef 3! voeten opfteekt, ook kan de regte fchreef vermindert worden, als men onder en boven even veel voeten uyt de regte fchreef, daar de Winkelhaa- ken aan leggen, fteekt, en onder èn boven het getal be- hout, men neemt dan een ent van ëen Zaagded van 6 3 f voeten lang, ftrykt een kant regt, die regte kant werdt na de fehuyne fchreef gelegt, fchuyfc deze plank van onderen na boven na de Winkelhaaks-fchreeven *en fchryftfe daar na net af, dit is de rechte wiskunft van de Voeting der Steylen, Bot men de Steylenmoetf enne», en de Binten Uileggen, Eerftelyk maakt men de Steylen klaar, onder en bovenop zyh zwaarte of dikte in den haak, zet het midden op^dc Steylen net in het Kruys, en fchryft dat aan beyde de enden van lcheeke na malkanderen met lange ryen op5 dan neemt men een Lat, die zo lang is als de Steylen tuflehen de Bor- fteh zyn, legt alle de Steylen op zy, en men leyt de Lat op de midden,en zet onder en boven een fteek, dat is de lang- te,* dan neemt men de Mal van de Voeting van de Steylen, legt die wet de regte kant na de midden, en met de ruyge kant dat! na binnen in de Moolen komt, verders fchuyft men de Mal van het onderendt na boven, na de Stekjens met een Rey tegens de Mal,om zo de Voeting aan de Stey- len tefthryven, dan kant men alle de Steylen, omde Kant booven die na binnen moeten ftaan, en men legt een Win- kel-haak na de midden van de Steylen, gelyk hier getoons werdt met een Rey daar tegens, zo fchryft men al de Stey- len na de midden in den haak over,en verders met tweeJan- ge Reyen de Borften van fcheeke overgefchreeven, de Pennen van de Steylen moet men na de Borit m.-dea Haak fnuyten, of na de Voeting en de Pennen uyt de mid- den gefchreven, gelyk hier vrcl duydelyk aangewezen werdt. • . Als men eer» Bint zal toeleggen om te "romeren, neemt men de Lat van de tangie der Steylen, men fchryft daar de hoogte van de bovenkant de Bal- de Mookn wilde.Kttcn, ten A . fluyt
  • 42. N A U W K E U R I G O N T W E R P r>N onder,' daar menin deVolgende Plaat ren, enWer kilkanderen &éjen aftj b o r e t r ^ , éj ' hier vertoont werdt. Tulichen het onder 1arclment de verder berigt van zalgeven, Verders maakt men 4 Keep-blokken, gelyk hier 4;onder het Bint vertoont zyn,en eenop zyde tufichen het Binthoe de zelve gemaakc zyn, als de Steylen in de Keep-blokken le<wen, lege men onder en boven de Mal van de Binten, iiwh Ichuyftfe van wydte dat de Gaten van de Mallen aan dê'Pennen van de,Steylen kotinen gedaan werden, gelyk hier vertoont w r d , Balken op malkanderen. Men fpykert op yder hoek van het achtkant eenRey buyten tegen het Tafelmentj die net recht te Loot en van Scheelte na malkander ftaan, dannog vier Reyen op de midden van de Tafelmenten, ^het welk men met Stippels aartwyft over de Balken^ hoe men de Lyneu daar a.i,« vaft .maaken moet, hier naait ziet men het zelfde acfitkant in het verfchict met de Reyen efdezelve.-ondes en boven daar dan aanftcekt, en men -— , , - wï^t het Kruys, dat het net met het Krays van de Steyl Balken aangeweezen , ook zyn daar aan uytgeleyt de K e n k d m t , als dan neemt men een lange Lat,fenleytI Leger-Balken op malkanderen op zy te zien. Als men de h è 3 netto zyn overhoeks, gelyk hieTgedaan weïdt,! Balten wfl toeleggen, te legere moeten de twee Bal- men moet ook over de bovenkamen van de Mallen zien ken van het vatte Bmt eerft vergoet leggen, welke zyn dat ha Bint net van Scheelte leyt, (hetwelk in 't maa-,de onderfte,. men fpykert aan yder endt van de Balk ' ken Van de Mallen reets gezegt is,) en ziet,nog eens twee Reyen, een onder en eenboven nade Legerfchreeyen, of het'&'ruys van de Mal riie.c het Kruys van de.Steyl v/cl die menin het timmeren van de Bmten opgezet ^heeft, zo overeenkomt, vervolgens neemt mende Lat,daar dehoog- als men hier ziet;, ook tnoet mende onderfte Water-pas te vandfcBalken op verdeelt is",gelyfc menhier aanwyft aan leggen, en van Scheelte moetende aan beydede enden nade de-Steyl naaft het Bint, enImen fteekt üe hoogte van de Reyen te Loot gehouden werden bovenkant van de Balken op de midden van fle Steylen, en ïeat de Balken na defchreeven, als men de'Balken -regt te , o—- /ennadeLynengeleydt, datze met de midden vande Balken en Legerfchreven over- eenkomen, verders legt, men de looze Balken daar op, eri loot wil gekant hebben. Als de'Móolen overend ftaat,moe- na de'Leyne als de onderfte, ^menftoptfe aanalle beyde de ten al de Balken de bovenkanten in den Haak na demid^ enden even hoog na de Legerfchreven op, en dan bedraagt Hen van de Steyl gekant werden, eer dat mendezelve Hè- men de Balken, in het toeleggen draagt men wel zorg dat draagt of gefchreeven heeft. Tot de Krombeels werdt een'yder endt by zyn nommer komt, welkop.dehoek van hec Mal gemaakt, om,die te fnüyten van yder laag Balken een,ITafelment ftaat, dan z*J_het van zelfs wyzen hos.deBalken 'tóen tnuyt die eev'ft, en dan legt men die op deBalken en in het legeren toemoeten leggen. Alsde velden getimmerc Steylen, en men ftopt het Kronibeel zo hoog aan de Stey- len op, als de Balk dik i s , Scn fnydt dan een Zin,fcftok vaa de Bulk zo lang als de Balk dik is, of zo lang als men de Balk wil gezonken hebben, vervolgens neemt menhet Punt-loot, fteekt het zo lang als da Zinkftok is, enmen bjCdfaagt dat ent, danlegt meri het Krombeelt vo'or goet, en fneyt een Zinkftok aan hetent$ dat op de Balk komt te leggen, zo lang als het Krombeel dik is, of zo veel langer als men het Krombeel beneeden de bovenkant van; de Balk wil gezonken hebben, byde deze manieren zyn goet, vervolgens neemt mep deze twee Zinkftokken, en men fnydt een.diezo lang ii' als die twee, dan fteekt meri het Punt-loot zó lang als die lange Zinkftok isjuienlegt het daar mede goet,en bedraagt het aan de Steyl met het Punt- ''lóotj en aan de Balk met het Pkt-loot, dit werdt genaatnt :t>yee hoog bedraagen, anders bedraagt men deBalk alleen, :werkt; dieeerft in. malkanderen, en dan de Krombeels daar eerft opgelegt, maar danmoet men het Bint tweemaal toe- . leggen j én als dat Bint bedraagen enbefchreeven is, doet werden,legt men dieook in vier Keep-blokken, gclyk men een Bint doet, en wigt het Kruys van de JS/lal dat het mee het Kruys van de Steyl overeenkomt in zyn Overhoeks, ea van Scheelte,dan begint men met de Steyl van Nommer 11 2., en 3, en zo verder tot men t en 8 heeft, ook moet men op ieder endt van de Kruyzen en Regels het nommer tekci nen dat op de Steyl getekent is, om eider weer op zyn plaats te brengen in het opzetten van de Moolen. ~~ N ° . *... •• • • Manier oïh een Moolen vp ie regten. Men heeft hier de Penanten vertoont, fonder de Tafelt menten daar op? om de zelve Penanten zo veel te klaarde? te konnen zien, maar het is zeker dat men in het regte eerlfc de Ondertafelmenten moet leggen op de Penanten na de Centrum-ftokj daar mendezelve na getiminert heeft, enwel Water-pas, dan zet men de Schalk in het midden daar de1 m?n de onderfte Maleerft af, en flaat een regte lynflag on- Moolen ftaan moet om hoog, en mendoet daaf vier tuygerj der tegen de voeting van deSteyl, even fchoon uyt demid- aan,zo als hier aangeweezen Wordtf doch alsrrieneenzwaar- den om daar Reyen tegens aan te fpykeren, om de Gaten der Moolen timmert, doet men tfel zestuygen daar aan,en ; van Balken,en Krombeels na re maken, verders doet men moet zo lang zyn dat iöen deBlokken 11' a n voeten bo- de boven Malook af,endangaat her op eenhakken enboo- ren,Waafrofede'trienöp deze Plaat yverig bezig is,het Bint : ittyt.maikauderen, leggen de Steylen omgekant^ de Balken :, ;_cnEroipbèels daartuuchenin^otn hét in malkander tewer- "ken, met Pen,"Gaten en Tanden; als: het in malkander ,;'; gewerkt is, )cgt men het weer vafi Scheelte in zyn Over- ',; hoclcs,1 en men neemt.de.Lat van de langté der Steylen,'; •:, daar nïen ook dë'Lcgeifchreéven op gezet heeft, ofge- •;: i.f•.»••».•- » het keepen, van de Balkenj' het welk men opr j ', de zelfde Lat aaxiwyft., en met Stippels door laaten gaan tot .; : op het Bint, dan moet m?a hét legeven van-de Balken ook : .. opfteekcii, als mcn.de hoogten van de,Balken opfteekt nA :, de midden van de 'Src'/l, ook ka! n men een agt-of eenzes- k a t h L f'h K d Blk l i / , g eenzes kant het Legeren of'het Keepen van de Balken welin deii • Haak of teLoot oplleeken, maar danmoet eenanderen maat1 voeren, dog deze, welke men hier aantoont,rzahvel dege- ; makkelykfte ayn om niet te.dwaaien na de midden van de Steylen óp te Iteeken. Qok leydt•tuflchen deze Bmteneen Steyl omgekant met zyn óaaten enTanden, daar na is uyt- geleyt een Bindt met Reyen daar aan om de Legevfchree- -j' ven-op deenden vande Balken te zetten, van Scheelte nade •i.midden van de Styl?, onder het Biadt de Mal omgekant, en aan het eene endt niet Stippels aangeweezen, op wat rna- •.. .nfermetf de Reyen tegen de Mal aanfpykei-t, om deandere >«a.yaii Scheelte te houden j en op'de middel van de Steyl en den As kan hangen, dan fluyt inen de z vafte Binten in malkanderen $ met de Werlczy onder en tegen malkander, overgeleydt,.mèt de booven enden van de Steylen na de Schalk,' en op het Tafelment, menzet de twee vafte Bin- ten eerft om hopg, gelyk de Werklieden vertoonen, met een Kaapftandt te winden, maar als men eenzwaare Moo- len van j a4 laagc Balken zalrechten, zo windt men met twee Kaapftanden en Stellen tegens over deze nog een Kaapftand, men ziet nu een Blok booven voor de Schalk hangen,een onder aanhet Bint,en een Leyblok onderaande Schalk, maar alsmen met twee Kaapftanden windt, danzya' boven aan de Schalk twee Blokken, aan ieder zy een,onder aan het Bint;twee, en onder aan de Schalk twee Ley-blofc- ken, als men de twee vaftc Binten om hoog gezet heeft,; dan flaat menaan de eene zyde, daar men de bcha|k nietuyê wil brengen, wat Kruyfen en Regels in,en mén legt aan de zelve zyde de looze Balken met deKrombeels daar in ge- flöoten op devafte Binten, en men brengt de twee Steylen daaraan, verders brengt mende Schalie uyt het midden,zo yer,» dat men de andere looze Balken kan opleggen, dan brengt men'er detweelaatfte Steylen ook aan,en de Schalie na; buyten de Moolen, nu flaat men de Kruyfen en Regels in, en menlegt deboven Tafelmenten daar op, met Kratn- bouten aan de Steylen vaftgeflö'oten, 't welk in de voJeea •öpk moetrde midden op heCBindt ftaan over deBalken,en de •boven en kahten van Scheelte neergefchreeven , het welk , metStippels'aanwyft, als txi'ede deReyen, tegen de Balken en Mallen, dan nommert men het onder Tafelment van No. 1, z, ten I 4 , y, <J,7, 8, en menneemt tot deloozeBin- 1 en 6, No.- " " N". j ' en 8 en 4 en 7;' g?ns in malkanderen gewerkt,1 en genommert, yder Steyl °p 'iyaplaats daar zyftasm.tnoetem - Dari' de Balken JGége- f, en tot dé vafte Binten de vafte Binten werden vervol- de Plaat werdt aangetoont,' op de boven Tafelmenten. legt mea de vloer met houte Trek-nagels daar op gena- gelt, dan de Kuyp om de Vloer. Menfluytfemet yzerc Bomen vaft, en over eider Las'twee yzere Banden, meii maakt ook wel éen Speyl-bant' om de Kuyp aan4 ftukken, •die zyn zo goet als deyzers over de Laflen, als men de kof* ten niet ontziet, verders legt menden Rolring tuflchen de Kuyp, deRollen in de Gaten met de Yzer-PlaaténeriBou1 - ten vaft geflooten, vervolgens legt men de Overririg op dé Rolnng en men fluyt hem'met.Pennen én Gaten inmal- ian»
  • 43. P A N D E M O O L E N S, ltsmctei1 ', het welk men hier aanwyft, dan draayt men den pverring die kant na de Schalk daar het Windt-Peuluw moetleggeni ehlegtde Voeghouten, Yzer-Balk, enPen- -oalk daar op, als mede de Achter-Balk^, dejange Spruyt, Iaagen Balken, daar op de middel Tafclmenten, en daar op met Stippels aangewezen waar de Steylen van het boven Agtkant moeten ltaan, hier om ziet men de Leggers vande Swigt-ftelling met een Raam daar onder. In de doorgefne- het Windt-Peuluw, den As, dan de Roedenj verdersde den~Öpftal ziet men het Agtkant met zyn Steylen,"Bal- Kapfpanten Reegels en daar toe behoorendé. ken^, Kruyffen en Krombeels, de Swigt-ftclling daarom, Op deze Plaat v/yftmenook aan, hoe men de Blokken endeSchooVendaar onder, het boven Agtkant metzyn Stey- nioet röaaken die men in het rigten van een Moolen nodig len',Éaiken, Krombeelsj de Kruyffen, Regels, de Kap met heeft, als een Roe-blok yan 3 Schyven, een Leyblok met zyn As en een Roe daar in, met de Staart en Schoorendaar cenScliyf, een Bint- of As-blok van 4 Schyven op haar aen, het Wind:Aas door de Staart, ook ziet men het Agt- "Icatit en plat, daar boven een Schyf op zyn plat met een me-;kant bpde Steylen opgefchegt om het fatzoen of beloopvan 'taaie Bos, op zyn kant en plat, een Kaap-fpant van boven[ de Zeeg te krygeii in het dekken, men heeft in dit en het te zien, daar nevens eenzy in den Opftal met de Spil daar .eerfte, deel •vericheide Moolens met kromme Sceylen ver- in geftippelt, verders de ftukken en de bewerkzaamheydt toont', welke van groot nut zynjohi dat het grooteruymte nazyneys, verders de boven Tafelment met de Vloer daar in de Moolen.geeft, men kon ze,ook met Schalyen betep opgenagelt, en de Kuyp daarom geftippelt, daar nevens dekken als de Moolens metrechte Steylen; teei} Tafclment-ftuk op zyn kant en plat, eenRolring-ftuk fop zyn kant eij plat, met de Gaten daar de Rollen in moe- ten draayen en de yzers daar aan,hoe de zelve aan malkandery y , geflooten werden met Bouten daar door, aan deandere zy- d l Vlftkk l k d g , y de leggen twee Vloerftukken op zyn plat en kant, daar nevens twee Overring-ftukken op zyn plat en kant, en de bewerking hoe de zelve in malkander geflooten moeten werden, daar nevens twee Kuyp-ftukken op zyn kant en,daar in, van de onderfte Vloer, de Muur-plaaten daar xtl plat,en hoede zelve met laffen aanmalkander zyn gewerkt,'gewerkt met Swaaluwe-ftaarten z duym diep, (zoals men Beféryvihgvaiieen Apkant Mooie»,ftaand'ete Jmfterdami waar in Snaphan geboodwrdenwaar in Snaphanen geboord-werden. Eerftelyk ziet men degrondt op zyn plat met de Balken dewelke met fpykers wel voorzien moeten werden, mee twee yzere Plaaten over ieder Las.' Hier legt ook het Bo- ven-wiel van boven te zien, op zyn plat, met de Vang daar ' om geftippelt en de Kam-Gaten daar in, ook twee Kruys- Arraenj en twee Plooyen op haar kant en plat, als mede hoe de"ielv'e, id malkander moeten gewerkt werden, met Keep-Tancjen, Vóorloevén, en bedekte Swaluwe-ftaartenj men toont ook op,een ent van de Kriiys-Arm hoe diep de Plooyen daar op moeten zinken., en de Boven-velling daar pp, en de Achter-velling daar tegens aan3 alsmede de Mal wan de Kammen op twee zyden aangewezen, hoe de zelve gemaakt werden, daar by legt eenBonfcehar van booven te zien, met de Kam-Gaten daar in, hier van een Maan-ftuk üytgeleyt op zyn kant en plat, mèt de Gaten daar in, hier nevens de Kalven met de Pennen daar aan,en een Kam door liet ent van het Bonkelaar, als mede de Mal van deKam- men aan twee zyden hoe de zelve gemaakt werden, verders Jfan alles ftiptelyk na de maat gevolgt werden. N°. 5. • fèefihryving van eenMoolenopdrkderhande Wyzen in baar Opftalkn vertoont. Eerftelyk toont men in de grondt de Moolen van boven fs zien, van het bovenfte Tafelment tot het onderfte, de Balken en Steylen, daar naaft twee Tafelment-ftukken om- gekant met de Keepen om hoog zo als de zelve in malkan* der gewerkt moeten werden, de manier om het zelve te doen met Stippels aangeweezen, de grondt legt een wcynig gedraayt om alle de Steylen in den Opftal beeter te kannen zien. • Daarom isden Opftal gelylc de grondt, wylmsnuyt de grondt den Opftal moet ophaalen. , • In den Opftal in geraamt ziet men het onderfte Agt- Sant alle de Steylen, Balken en Krombeels daar in geflpo- •ten, hier op het middelftc Tafelment, en daar op het bo- venfte Agtkant met alle de Balken en Krombeels daarin ge- flooten, het booven Tafelment is met 16 Krambouteh van ï+ duym door het' Tafelmient aan de,Steylen vaft geflooten, daar op de Kuyp, welke ook met 18 duyms Bouten door de Vloer vaft geflooten moet werden, en over deLaflen y- xere Plaaten, hier op leggen de.Voeghouten mefhet Windt- Peuluw, de lange en korte Spruyt-Balk, als micede denAs jn het Kruys gedraayr. . " , . Onder in het midden van déze Plaat legt ie Kap vanbo-' yen te zien, daar men dèn Överring onder de Voeghouten met de Kuyp daar orii, en in de Voeghouten Aaneyder 2y $ Roofter-houten in gewerkt zieé, als mede het Windt- . Peuluw, Steunder en Steunder-Balk, de lange Spruyt in het midden, en de Pen-balk met de Stoel daar op, de ach- ter of korte Spruyt-balk met de Staart en Schooren daar aan, ook hier nevens een Voeghout met zyn Keep, en aan de enden met Swaluwe-ftaarten., Hier boven ftaat deMoo- len in zyn Opftal in het Kruys met de Kap, liet boven agt- Jcant met Riet bedekt, en het onderfte meu ii duyriis deelen die twee duym over malkander leggen gedekt. , " Onder ter regter handt legt de halve grondt van de Swigt-ftelling daar om, en den Opftal daar boven vertoont zig doorgefnedca, in de grondt vcrtoönen zig de onderfte in den Opftal ziet,) de Gaten zyn hier op met Stippels aangewezen daar de Steylen van het Vierkantftaa'nmoeten, en onder ieder Steyl een Penant. Verders toont menopde- zen grondt de boven Balken van het Vierkant, behalvcn. een om het gaande werk niet te verdüyfteren, op de Balken ziet men de booven Plaaten van het "Vierkant met Swaalu-' we-ftaarten z duym diep gezonken, aangetoorit mer Stip- pels op de vier hoeken van 't Vierkant in den Opftaltezien^ op de Balken van het Vierkant zyn gewerkt 4 Tafelment- ftukken met de Plaaten van het Vierkant gelyk, en blyven aan deBalken zo veel hooger,datfe met de Plaaxgelyk 'Wa- ter-pas zyn', hier op toont meti de Gaten, en geftippelt waar <ie Steylen van het Agtkant ftaan moeten, uytgenoo- twee om het Binnenwerk niet te verdüyfteren, op'de itc Blk is h t gand wek in orde l n y , p d e onderitc Balken is het gaande werk in order op zyn plaats als het zyn bewerking doen moet, namentlyk het groot Bonkelradt hangende onder om degroote Spil, draayende in een yzere Pot, onder het Bonkelaar ziet men een Schyf- loop met een yzere Spil daar door, welke Spil 4 duym. zwaar is, en loopt op driemetaale Neutenj daar men dö houte Boffen om ziet, is de Spil plat vierkant, han deze Spil zyn twee kleyne Bonkelaars, welke in devierkleyne Schyfloopjes werken (in de grondt duydelyjj te zien) door yder Schyfloop is eenyzere Spil,; ei^aan. de enilcn een ge- draayt halsje, loopende in metaale Neuten, aan de enden van de Spilletjes^ diena de Stoel .komen, is een Gat, daar men de Boor in ziet fteekeli, de Stoel daar deloopen in ge- boordt Werden, met de loopen, en hoede Boorën daar in gèftobken werden van boven te zien, over eyder Boor ziet men benKram kort by de Schyflqopjes, dair de loopen te- gens adn ftuyten, als die door geboord zynom met een de Booren in balans te hpuden, aan de andere zyden in de grondt vertoont zig nog.een Shyfloop, (onder het Bonke- laar ) daar door een yzere Spil van vier duym dik;j welke door de Slypfteen komt, daar de loopen op.gefleepen wer- den, de manier daar van in den Opftal te zien. Aan weer- kantén van de grondt legt een Bindt, een buyteh en een binlicn' Bindt, benevens dè Glaazen in het buyten Bindt, om dat men aandie kant veel ligt nodig heeft, verders een driekante Stoel, welke onder om de Spil komt te ftaan met de ihetaale 3STeuten daar in, pp zy van boveti te zien, daar de Spillen in moeten draayen. : . ,: Jiefchryving van den goorgéfneden Opflal va» de ' ' Loop-Mookn. Eerftelyk ziet men de opgemetzelde Muur enPenanten met deonderfte Balken daar in geftippelt, en de Muurplaat daar op, in den Opftal vertoont zig het gaande werk, ea den Man bezig om een Loop te flypen, het Vier en Agt- kant de lange Spil daar onder, en boven eenyzere kroon moet a,an gewerkt werden,de Steylen, Balken, Krombeels, Kvuyfl'en, Regels, en Swigtftellingj benevens de yzers op yder hoek, werdendemet^ duyms Bouten geflooten door deRaamen,verders de Staart metde Schooren, het Wind- Aas door de Staart, boven de Vang-Balk geftippelt, de toel en Sabel-yzers, het boven Tafelment, de Vloer, Kuyp, Rolring, Rollen, O verring,.Voeghouten,Wuu' Peuluw, lange Spruyt-Balk A a yzer Balk,'Pen-Balk; kort.1 Spruyt-