Dit is de presentatie waarin Pedro De Bruyckere en Tom Vermeylen de onderzoeksresultaten voorstellen van de PWO-studie rond de perceptie van authenticiteit bij jongeren. Hoe zien jongeren een leerkracht als authentiek? Hoe zien jongeren een begeleider authentiek?
22. “Ja. Het is heel moeilijk om iemand te volgen als hij of zij vertelt van de hak op de tak. Ineens gaf een leerkracht eens een tekst uit het niets of gaf hij vlug grammatica, omdat we te weinig tijd hadden. Toen dacht ik: ‘ik leer het gewoon niet meer.’ Ik deed op den duur dat vak ook niet meer graag.”(5ASO16M)
23. “Als je iets niet begrijpt, wat dan wel met de les of zo te maken heeft, moet de begeleider dit opnieuw kunnen uitleggen, en geduldig zijn.” (5BSO16V)
24. “Omdat wij daar zitten met het doel om iets aan te leren van die persoon die ons lesgeeft. De lessen kunnen leuk en aangenaam zijn, maar dat is niet het belangrijkste.” (6ASO18V)
26. “Als hij leeft voor zijn vak. Als je ziet dat hij werk in zijn vak gestoken heeft en op een aangename en toffe manier probeert te geven. En ja. Dat hij ziet dat het ons boeit en ook een inspanning doet.” (5ASO16V)
27. “Ja. Ik snap wel dat je als leerkracht ongeveer het leerplan moet volgen, maar ik vind dat je ook vrij moet kunnen zijn in het kiezen van je onderwerpen. Als je daar wat creatief in bent, kan je je leerlingen wel boeien.”(5ASO16M)
29. “ik had een leerkracht die alles opsomde vanuit zijn cursus. Hij had zelf moppen in de kantlijn geschreven en wanneer dat hij dat dan zag las hij dat mopje voor. Hij vertelde altijd de zelfde mopjes. Alle klassen kregen juist dezelfde lessen dat was gewoon super saai”.(4ASO15M)
30. “Alle mensen zijn zo verschillend en dat vind ik er wel leuk aan, want ze hebben eigen specialiteiten. Ze zijn zo gebeten en hebben allemaal andere interesses.”(4TSO17M)
31. “Dat is de eigenheid van alle als ’t over leerkrachten gaat, van de leerkracht, dat die zijn eigen aanpak heeft, per klas ook een andere aanpak, dat die zijn handelen een beetje aan ons aanpast, dat hij ja dat hij zijn eigen goed kent en dat hij weet wat dat hij belangrijk vindt ja.”(6TSO18V)
32. “Ik heb euh, een hekel aan euh leerkrachten die geen respect hebben voor u, want als zij u geen respect geven kan je alleszins geen teruggeven..”(5BSO17V)
35. “Jawel, dat was… ik denk vorig jaar toen ik in het vijfde zat. Dat was meneer V. S., de leerkracht informatica die opeens begon te babbelen over zijn gezin. Hij kreeg een kindje en ik vond dat wel mooi dat hij dat wou delen met ons.”(6ASO17M)
36. “De leerkrachten die toch wel wat losser zijn, maar toch nog hun grens kennen. Die dus wel eens praten met u, met de klas.”(4ASO15V)
37. “Geïnterviewde: Ja, leerkrachten mogen wel eens wat meer tijd steken in het leren kennen van hun leerlingen, dat ze weten hoe elke leerling in elkaar zit, dat vind ik toch dat ze dat moeten weten. Interviewer: Waar denk je dan dat de grens ligt in het leren kennen van leerlingen? Bijvoorbeeld facebook.Geïnterviewde: Nee, facebookenzo dat hoort er niet bij, maar als er problemen zijn op school dat die na school ook nog kunnen besproken worden.”(5BSO17M)
42. Vakkennis, weinig effect. Maar over passie: “Teachersneed to bedirective, influential, caring, and activelyengaged in the passion of teaching in learning”. (Hattie, 2009)
43. Over het herkennen van uniciteit van leerlingen: “Teachersneed to beaware of whateach and every student is thinking and knowing.” (Hattie, 2009)
44. Welke criteria gebruiken jongeren om een jeugdwerker als authentiek te zien. www.jongerenwerker.nl
48. “[… ] School en chiro dat is totaal dat is totaal iets anders. Op de chiro is het eigenlijk voor je plezier en op school is het eerder presteren omdat je iets moet bereiken.”(6TSO18V)
52. “Interviewer: En vind je dat dan niet dat het op school ook wat meer ‘fun’ kan om iets te bereiken? Geïnterviewde: Ja soms wel maar ik vind toch wel dat er nog altijd een grens moet zijn. Interviewer: Ja eum,… Waar trek je die grens dan? Geïnterviewde: Eum,… ik vind dat, school moet geen chiro worden.”(6TSO18V)
