1. BIJLAGE 4
HATERT 2.0
Wijkaanpak Hatert van 2012-2015
vervolg op het Wijkactieplan voor Hatert
2. INHOUDSOPGAVE
Inhoudsopgave ......................................................................................................................................... 2
1 Opdracht voor Hatert 2015 ................................................................................................................... 3
2 Theoretisch kader .................................................................................................................................. 6
Stijgen of stabiliseren ........................................................................................................................... 8
Binden................................................................................................................................................. 10
3 Diagnose .............................................................................................................................................. 11
4 Doelstellingen voor Hatert .................................................................................................................. 12
A. Doelstellingen op het gebied van stijgen & stabiliseren ............................................................... 12
B. Doelstellingen op het gebied van binden ....................................................................................... 13
5 Regulier beleid en extra bouwstenen .................................................................................................. 15
Regulier beleid .................................................................................................................................... 15
Extra Bouwstenen............................................................................................................................... 17
2
3. 1 OPDRACHT VOOR HATERT 2015
TERUGBLIK
In 2007 heeft de toenmalige Minister Vogelaar de afspraak gemaakt in het coalitieaccoord dat
overheid en corporaties zouden gaan investeren in een aantal zwakkere wijken. Er was verbazing dat
Hatert was aangewezen als Vogelaarwijk: fysiek stond het er prima voor. Maar in Hatert was de
problematiek vooral sociaal-economische van aard. Niet de voordeur zelf, maar daarachter.
In 2007 is in nauw overleg met bewoners, bewonersorganisaties, vele instellingen en betrokken 3
corporaties Talis, Portaal en WoonGenoot het Wijkactieplan (WAP) Hatert 2008-2017 opgesteld en
ingediend bij voormalig minister Vogelaar. In 2008 werd een Charter getekend met het rijk en de
gemeente Nijmegen. De ambitie was om van Hatert in 10 jaar tijd een prachtwijk te maken. De
gemeente Nijmegen en de betrokken corporaties Portaal, Talis en WoonGenoot hebben een
Uitvoeringsovereenkomst getekend voor de bedragen die vanuit corporaties en gemeente
beschikbaar werden gesteld voor Hatert. De partijen hebben zich verbonden aan een langdurig
samenwerkingverband voor Hatert. Er is een Uitvoeringsprogramma Wijkactieplan Hatert fase 1
(2008-2011) opgesteld, vóór 2012 zou een evaluatie worden gehouden en zouden afspraken gemaakt
worden over de volgende fase. Daarvoor is dit plan Hatert 2.0 opgesteld.
Vanaf 2008 zijn de bewoners, gemeente, corporaties en tal van instellingen intensief bezig om van
Hatert en prettige woon- en leefwijk te maken. De uitvoering van het Wijkactieplan vanaf 2008 heeft
geleid tot het opstarten van veel projecten op de sporen Werk, Ontmoet, Jong, Thuis en de
dwarssporen Veiligheid en Integratie.
EVALUATIE
In 2010 heeft een externe visitatiecommissie de aanpak geanalyseerd. De werkwijze van
Actiecentrum “Hatert Werkt” en van het Regieteam overlast- en multiprobleemhuishoudens
(voorheen: Wijkteam) worden geprezen. Vooral omdat het is ingericht op de systemen waar mensen
deel van uitmaken (huishoudens, gezinnen). De commissie had ook kritiek. Zo zouden we nog eens
heel precies naar de ontwikkelingen in de woningmarkt moeten kijken. Ook vond de commissie dat er
wel erg veel partijen in het maatschappelijk middenveld actief zijn en dat de structuren niet altijd
helder zijn; er zijn dubbelingen omdat de nieuwe zorgstructuur nog naast de oude functioneert
waardoor casussen op meerdere plekken besproken worden. Tenslotte gaf de commissie het advies
om de eigen kracht van bewoners veel meer te benutten.
Gemeente en corporaties hebben samen ook nog een eigen evaluatie uitgevoerd met bewoners en
sleutelfiguren in de wijk. Beide evaluaties bieden aanknopingspunten om vervolg te geven aan de
huidige wijkaanpak. We noemen het Hatert 2.0 om te onderstrepen dat het echt een volgende fase
betreft waarin de leerpunten van het eerste wijkactieplan worden hergebruikt. Deze leerpunten zijn:
1. Hou vast aan de integrale benadering van de wijkproblematiek.
2. Hou de focus op sociaal-economische problematiek, zet perspectiefverbetering centraal.
3. Vervolmaak de aanpak van professionals die multi-disciplinair samenwerken dichtbij de
burger. Koppel de ketens beter aan elkaar bijvoorbeeld werk en welzijn.
4. Zorg voor nog passender maatwerk aan individuen, doelgroepen en fysieke locaties.
5. Zorg voor ontdubbelingen in de extra structuren en projecten en veranker de nieuwe aanpak
in de reguliere werkwijze van gemeente, corporaties en andere partners.
3
4. 6. Stimuleer de fysieke differentiatie. De woningmarkt is van grote betekenis voor de
wijkontwikkeling.
Leerpunten wat betreft de organisatie van de wijkaanpak:
7. Blijf samenwerken als gemeente, corporaties en bewoners. Laat instellingen participeren en
ook verantwoordelijkheden en risico’s dragen.
8. Verbeter de verantwoordingsinformatie over de resultaten op individu- en doelgroep niveau.
VERVOLG
Naast inhoudelijke redenen zijn er ook financiële redenen om een nieuw plan te maken. Rijk en
gemeente zien zich de komende jaren geplaatst voor omvangrijke bezuinigingen en ook corporaties
krijgen steeds meer moeite om hun investeringsplannen, fysiek en sociaal, overeind te houden. Het
rijk zal niet verder investeren in de achterstandswijken. Wij kiezen ervoor om de resterende middelen
van het wijkactieplan in te zetten in een slanker plan met meer focus en realistische doelstellingen.
We hebben daarvoor eerst een diagnose opgesteld op basis van de meest recente wijkstatistieken en
de evaluatie. Op basis van de meest opvallende kenmerken zijn de de doelstellingen voor de
komende 4 jaar bepaald. Daaruit volgen de voorzieningen die nodig zijn in de wijk. Die voorzieningen
komen voort uit het reguliere beleid dat gemeente en corporaties voeren. Daarnaast worden in het
plan Hatert 2.0 een een aantal bouwstenen benoemd die bovenop de reguliere basis tegemoet
komen aan de specifieke behoefte en problemen van de wijk.
OPDRACHT
1
Het Bestuurlijk Overleg van het Wijkactieplan Hatert heeft voor de vervolgaanpak ingestemd met de
volgende uitgangspunten:
• Gezien de problematiek heeft Hatert nog aanvullend wijkgericht, sociaal beleid nodig gericht
op het vooruit helpen van een aantal bewoners op het gebied van:
o Wonen
o Werken
o Onderwijs
• Zorg & welzijnsvoorzieningen bieden daarbij de benodigde ondersteuning en begeleiding,
waarbij de multiprobleemhuishoudens, jeugd en de senioren extra aandacht nodig hebben
• Schoon, heel en veilig zijn basisvoorwaarden en moeten op orde zijn
• Alle inspanningen zullen ten goede komen aan de leefbaarheid in de wijk
• Benut alle kansen tot woningbouwdifferentiatie.
1
Wethouder Wijken en Werk & Inkomen, Wethouder Zorg & Welzijn en Sport, Bestuurders van
Portaal, Talis en WoonGenoot.
4
5. Daarnaast heeft het Bestuurlijk Overleg gevraagd om een wijkaanpak die duurzaam is. Daarvoor zijn
diverse definities van duurzaamheid ontwikkeld:
1. Fysieke voorzieningen met een sluitende exploitatie.
2. Sociale voorzieningen waar de komende jaren financiering voor beschikbaar is, liefst zoveel
mogelijk structureel.
3. Een investering in het professionele kader die resulteert in een blijvende
kwaliteitsverbetering. Bijvoorbeeld een training in een effectievere werkmethodiek,
verbreding van de vaardigheden, verbetering van de faciliteiten of een investering in
samenwerkingsrelaties.
4. Een blijvende ontwikkeling of tenminste een stabilisering van mensen waardoor zij beter in
staat zijn op eigen benen te staan. Ook hier gaat het om een investering die resulteert in een
blijvende verbetering van bijvoorbeeld het zelfvertrouwen of de kennis en (sociale)
vaardigheden. Het kan ook een positieverbetering zijn zoals werk of een situatie verbetering
zoals schuldenvrij zijn.
5. Een investering in de burgerkracht in de wijk. Hierdoor gaan bewoners zich inzetten voor
elkaar en voor de wijk. En wordt er minder een beroep gedaan op instanties. Denk aan een
bewonerscommissie die zich inzet voor de leefbaarheid van een complex. Of een
informatiepunt voor en door ouderen waardoor ze elkaar kunnen ondersteunen. Of een
taalbuddy waardoor niet alleen de taalvaardigheid wordt bevorderd maar ook het netwerk
wordt vergroot.
Hatert 2.0 heeft de doelstelling om de bouwstenen met aantoonbaar effect te verankeren in de
reguliere budgetten van corporaties, gemeente en andere maatschappelijke investeerders.
5
6. 2 THEORETISCH KADER
Het theoretisch kader is gebaseerd op:
• Stad en Stijging, advies van de VROM raad 2006
• Buurtbewoners in balans, Laagland’advies Klaas Mulder in opdracht van Ministerie van
VROM 2008
• De Kunst van het stijgen, door Heinz Schiller 2010
• Sociale stijging: tussen droom en daad, door Platform Corpovenista en SEV 2010
• Burgerkracht, toekomst van sociaal werk in Nederland, Raad voor Maatschappelijke
Ontwikkeling, Jos van der Lans en Nico de Boer 2011
SAMENSTELLING VAN DE WONINGVOORRAAD BEPALEND VOOR HET AMBITIENIVEAU
Fysiek gezien is Hatert geen aandachtswijk, de gebouwen en openbare ruimte liggen er goed bij. De
problematiek is voornamelijk sociaal. Toen de wijkenaanpak werd gestart was iedereen ervan
overtuigd dat het een zaak van lange adem was. Het overwinnen van sociale problematiek is soms
een kwestie van generaties. Hatert heeft daarbij een semi-permanente handicap met een sociale
woningvoorraad van 70%. De mutaties in die voorraad betekenen per saldo dat de instroom in de wijk
een sociaal-economisch profiel heeft beneden het gemiddelde Nijmeegse inkomen. In cijfers: jaarlijks
betrekken 200 nieuwe huishoudens een huurwoning in Hatert, de helft daarvan heeft een minimum
inkomen of minder. Een laag sociaal-economisch profiel kan weer gepaard gaan met andere
2
problemen zoals opvoedingsvraagstukken en gezondheidsproblemen . De ‘gedeelde-oorzaak’ theorie
verklaart waarom problemen zich concentreren bij een aantal individuen en huishoudens en ook
geografisch in een aantal buurten (zie figuur 1) .
2. In Nederland bestaan grote verschillen in gezondheid tussen personen met een lage of met een hoge
sociaal-economische status. Dit uit zich in een verschil in levensverwachting: mannen met een lage ses
leven gemiddeld 6,9 jaar korter dan mannen met een hoge ses, voor vrouwen is dit verschil 5,7 jaar.
6
7. Figuur 1
Uit: Buurtbewoners in balans, Laagland’advies Klaas Mulder in opdracht van Ministerie van VROM
2008
gedeelde-oorzaaktheorie
De overwegend goedkope woningvoorraad betekent dus dat bewoners die zich nieuw in de wijk
vestigen een lagere sociaaleconomische status hebben. De instroom in Hatert maakt het moeilijk om
een gemiddelde Nijmeegse wijk te worden op de verschillende sociaal-economische indicatoren.
Daar is op zich niets mis mee. Veel stadswijken in grote steden vervullen een springplank- of
liftfunctie. Met een goede sociaal-economische aanpak kunnen de bewoners zichzelf ontwikkelen
(stijgen of stabiliseren). Maar voor een gezonde balans in de wijk is het ook belangrijk om de
krachtige bewoners te behouden. Deze wil je binden aan de wijk en daarvoor zijn aantrekkelijke
voorzieningen, woningen en een leefbare omgeving noodzakelijk. Dan blijft er een gezonde balans
bestaan tussen sterke en zwakke huishoudens. Langs de lijn Stijgen & Stabiliseren enerzijds en Binden
anderzijds worden de doelstellingen en bouwstenen van Hatert 2.0 opgezet.
7
8. STIJGEN OF STABILISEREN
Sociale stijging is een positieverbetering van een individu of groep. Figuur 2 geeft de 4 stijgingsroutes
weer. (Overigens vonden de wijkbewoners van Hatert het wel vreemd dat in onderstaand plaatje de
stijgingsroutes van boven naar beneden lopen).
Figuur 2
Uit: De vrijblijvendheid voorbij, Luijten en Smit, 2008.
Ieder mens heeft in zijn leven te maken met sociale stijging en daling. Daarbij moet aangetekend
worden dat er ook nog kleinere tussenstapjes of alternatieve routes te bedenken zijn. Voor Hatert 2.0
hebben we de routes leren, werken en wonen centraal gesteld. Vrije tijd kan een stimulerende rol
spelen in de levenshouding van mensen waar het leren, werken en wonen ook baat bij kunnen
hebben. Bij vrije tijd denken we o.a. aan sport, cultuur, ontmoeting en sociale activering.
KWETSBARE BURGERS
De interventies in Hatert zijn gericht op mensen die aan het begin staan van de routes. Het ontbreekt
hen vaker dan gemiddeld aan opleiding, werk, bezit of sociaal kapitaal. Denk bijvoorbeeld aan
migranten, vroegtijdige uitvallers, huurders met schulden, ex-gedetineerden, werkzoekenden,
eenoudergezinnen, kwetsbare ouderen en mensen met beperkingen. Vaak betreft het mensen die
niet in staat zijn om op eigen kracht vooruit te komen, deze mensen hebben hulp van anderen nodig.
Deze hulp komt in eerste instantie vanuit de sociale omgeving (thuis, school, buurt). Als de
draagkracht van de omgeving echter onvoldoende is of de problematiek ernstiger wordt, dan moet
een beroep gedaan kunnen worden op professionele hulp.
8
9. Bij kwetsbare mensen met een meervoudige problematiek is wijkgericht werken een oplossing om
ervoor te zorgen dat de verschillende professionals korte lijnen hebben en niet langs elkaar heen
werken. Doelstelling van de hulpverlening moet zijn om ze te stabiliseren, regie te geven over hun
eigen bestaan en te activeren. Maar de ambities moeten wel getuigen van realisme: niet iedereen zal
in staat zijn stappen te maken, laat staan het einde van de stijgingsroute te bereiken. Voor een deel
geldt dat stabilisering van de problematiek en het voorkomen van verder afglijden het hoogst
haalbare is.
KINDEREN EN JONGEREN
Kinderen en jongeren vormen een aparte doelgroep omdat zij nog een basis moeten ontwikkelen
voor sociale stijging in hun latere leven. We willen dat de jeugd in Hatert hun startkwalificatie voor de
arbeidsmarkt haalt. Zonder startkwalificatie heeft een schoolverlater op de arbeidsmarkt half zoveel
kans als met. En als een kind eenmaal achterstand oploopt wordt deze moeilijk ingehaald. De inzet in
Hatert moet gericht zijn op het voorkomen van achterstanden door kinderen zo vroeg mogelijk extra
ondersteuning te bieden. Onderzoek wijst uit dat investeringen in de moeder van zwangerschap tot 3
jaar het hoogste maatschappelijk rendement op lange termijn opleveren. Een stabiele thuissituatie is
dan van groot belang evenals voorschoolse voorzieningen. In de lagere schoolleeftijd is de brede
school een belangrijke basisvoorziening. Het inkomen (liefst in de vorm van werk) van ouders is zeer
bepalend voor de schoolprestaties van leerlingen. Door inkomensondersteunende maatregelen of,
nog beter, door toeleiding naar werk, kan die inkomenssituatie verbeterd worden. Voor de jongeren
in Hatert is het van belang dat ze voldoende ontlast en gestimuleerd worden en stappen kunnen gaan
zetten richting een goede toekomst door het behalen van een startkwalificatie. Helaas geldt voor een
aantal jongeren dat ook repressie nodig is om overlast te verminderen.
SENIOREN
Bij de doelgroep 65+, is stijging vooral gericht op het prettig wonen, liefst zo lang mogelijk in het eigen
huis of de eigen omgeving. Daarbij is er natuurlijk veel vrije tijd waarin eenzaamheid maximaal wordt
voorkomen door mogelijkheden tot ontmoeting en sociale activiteiten zoals bewegen.
EIGEN KRACHT: ZELFREGIE EN SAMENREDZAAMHEID
Omdat zowel de gemeente als de corporaties de broekriem moeten aanhalen en vanwege de
vergrijzing is het huidige voorzieningenniveau niet te handhaven. In het nieuwe Wmo-beleidsplan ligt
9
10. daarom de nadruk op zelfregie en samenredzaamheid. In het nieuwe welzijnsdenken zijn mensen zelf
eigenaar van hun problemen in plaats van consument van een hulpaanbod. De hulpverlening moet de
eigen kracht en het vermogen om zelf problemen op te lossen meer gaan aanspreken. Maar het gaat
nog verder. De samenleving zou als geheel meer een rol moeten krijgen in het zelf oplossen van haar
problemen zonder instituties of overheid. Denk aan mantelzorg, informele zorg, zorg uit het sociale
netwerk en gearrangeerd vrijwilligerswerk. Het gaat om saamhorigheid. Maar het gaat ook over
burgerschap, dat burgers zich actief inzetten voor de samenleving. Zoals de bewonersverenigingen
van buurten en complexen die samen bepalen wat ze nodig hebben. Burgerschap geeft de wijk
kracht. Deze krachtige burgers wil je binden aan de wijk.
BINDEN
Het binden van mensen aan de wijk Hatert is van belang om een gezonde balans te houden tussen
kansarme en kansrijke burgers, tussen overlevers die worstelen met het bestaan en overhebbers die
mogelijk bereid en toegerust zijn om de anderen te helpen. Wanneer een wijk een te groot
percentage overlevers moet dragen, is de gebieds-draaglast te groot en kan de wijk gaan kantelen. Bij
een gezonde verhouding is de hypothese dat middenklassers de achterstandsgroepen kunnen
meetrekken. Sterke huishoudens kunnen een positieve invloed hebben op de ontwikkelingskansen
van zwakkere huishoudens. Dan moeten ze elkaar wel kennen of in de vorm van mentoring aan elkaar
gekoppeld zijn. In een wijk met cultureel- en maatschappelijk ingestelde overhebbers ontstaan
minder spanningen. De overhebbers zijn het sociale kapitaal van de wijk. Deze moeten aan de wijk
gebonden worden. Het binden van de zittende stijgers en overhebbers is makkelijker dan het
binnenhalen van sociaal kapitaal van buiten de wijk.
VOORWAARDEN VOOR BINDING
Uit onderzoek van Talis en WoonGenoot onder hun huurders in Hatert in 2011 blijkt dat mensen die
uit de wijk willen verhuizen dat vooral overwegen vanwege het gebrek aan een passende woning en
niet vanwege de wijk. Het is jammer als kansrijke bewoners vertrekken omdat ze geen wooncarriere
kunnen maken. Tegelijkertijd is het goed nieuws, het wil namelijk ook zeggen dat de leefbaarheid
geen vertrekmotief is. Leefbaarheid en veiligheid zijn belangrijke basisvoorwaarden om mensen te
binden. Als dat op orde is dan is het van belang dat er goede woningen zijn, ook in een hogere
prijsklasse en dat er goede voorzieningen zijn zoals scholen, winkels, openbaar vervoer, groen,
sportclubs en cultuur. Uit het onderzoek van Talis en WoonGenoot blijkt dat hun huurders de
voorzieningen in Hatert waarderen. Alleen de mogelijkheid tot ontmoeting, de betrokkenheid bij
buurtinitiatieven en de vervuiling scoren een kleine onvoldoende. Ontmoeting is van belang is om
overhebbers en overlevers met elkaar in contact te brengen. Vervuiling is daarbij een dissatisfier voor
de overhebbers, niemand wil wonen in een vervuilde wijk. Wil je de kansrijke mensen behouden voor
Hatert dan zal de wijk schoon, heel en veilig moeten zijn. In de stadmonitor van 2009 blijkt dat Hatert
op het gebied van veiligheid een leefbaarheid weliswaar onder het Nijmeegs gemiddelde scoort maar
op een aanvaardbaar niveau ligt.
IMAGO
Belangrijk voor het binden is ook het imago van de wijk. De vogelaarstatus en de Sirocco-affaiire
hebben de wijk geen goed gedaan. Met een nieuw plan voor Hatert moet ook in de beeldvorming een
nieuwe weg worden ingeslagen. Hatert is geen vogelaarwijk meer, er is ontzettend veel gebeurd.
Hatert heeft nog een paar uitdagingen maar zeker ook heel veel pluspunten en Hatert gaat verder. De
bewoners van Hatert weten dit al lang maar de wereld daarbuiten moet nog overtuigd worden.
10
11. 3 DIAGNOSE
Er is veel geïnvesteerd in Hatert. We maken nog een vervolg op het wijkactieplan om die zaken aan te
pakken waarvan duidelijk is dat ze in negatieve zin afwijken van een gemiddelde wijk.
1. Hatert heeft een hoog percentage inwoners met een lage sociaal-economische status: 50% heeft
een laag inkomen, het percentage werkzoekenden, werkzoekende jongeren en
bijstandsgerechtigden is 1,5 keer het Nijmeegs gemiddelde. Het betreft 644 personen in 2011.
Niet alleen het aantal is een probleem maar ook het lage opleidingsniveau omdat de afstand tot
de arbeidsmarkt daardoor groter is.
2. Kinderen die in Hatert primair onderwijs genieten hebben een lagere startkans en lagere cito-
scores: op de Klumpert heeft 70% een lage startkans en op de Vossenburcht 40%, dit betreft
ongeveer 300 kinderen. Het Nijmeegse gemiddelde voor lage startkansen in het basisonderwijs is
18%. De kansrijkere kinderen gaan buiten de wijk naar school, dit is 40% van de populatie. Het
aantal basisschool kinderen blijft de komende jaren stabiel. Er zijn ongeveer 1100 kinderen
tussen de 0-14 jaar.
3. Voortijdig schoolverlaten van jongeren in Hatert is hoog: 7,2 % versus een Nijmeegs gemiddelde
van 4,3%. In absolute aantallen valt het mee (30 per jaar versus 18) maar door de jaarlijkse
instroom is er een groep ontstaan zonder startkwalificatie die moet worden aangepakt.
4. De bevolking van Hatert is stabiel vergrijzend: het aandeel 65+ is bovengemiddeld en vooral het
aandeel 80+ zal sterk stijgen, dit zijn de bewoners die meer hulp nodig gaan hebben. Gevoelens
van eenzaamheid zijn groot: tweederde van de bewoners boven de 70 voelt zich eenzaam. In
2011 zijn er 2000 mensen van 65 en ouder.
5. Inwoners van Hatert ervaren hun gezondheid gemiddeld matig/slechter dan inwoners in de rest
van Nijmegen (18% tov 10%). 21% ervaart problemen in de psychische gezondheid ten opzichte
van 12% voor gemiddeld Nijmegen, en 32% heeft één of meer chronische aandoeningen (22%
voor Nijmegen). Ook met vergelijking met de overige krachtwijken blijkt dat Hatert slecht scoort
op gezondheid. De lagere sociaaleconomische status van de inwoners is een belangrijke
voorspeller van gezondheidsproblemen.
11
12. 4 DOELSTELLINGEN VOOR HATERT
Het Bestuurlijk Overleg heeft gevraagd een perspectief voor Hatert te ontwikkelen waarbij er
realistische doelstellingen worden geformuleerd voor eind 2015. Deze doelstellingen formuleren we
langs de 2 complementaire ambities: stijgen & stabiliseren van kansarme bewoners en binden van
kansrijke bewoners. Voordat we die ambities inhoudelijk gaan uitdiepen is het van belang het bereik
van de doelstellingen te bepalen. Er zijn 3 niveaus waarop doelstellingen geformuleerd kunnen
worden:
1. Gebiedsgerichte doelstellingen: de effecten voor de de wijk als geheel. Dit zijn de outcome-
doelstellingen die gebruikt kunnen worden om de ontwikkeling van de wijk in kaart te
brengen en de wijken te vergelijken. Bij sociale interventies is vaak geen direct oorzakelijk
verband te leggen tussen het resultaat van de interventie en de ontwikkeling van de wijk
daarom zijn aanvullende doelstellingen van belang.
2. Doelgroepgerichte doelstellingen: gericht op de resultaten (output) van interventies op een
afgebakende doelgroep bijv jongeren, kinderen, starters, uitkeringsgerechtigden, 80-
plussers. Het kan ook gaan over mensen in een een fysiek deel van de wijk zoals een complex
of straat. Fysieke interventies kunnen juist op een lager schaalniveau veel goeds doen, zeker
in combinatie met een individuele sociale interventie. In Hatert betreft het enkele plekken en
complexen die aandacht nodig hebben. Juist in de gecombineerde aanpak fysiek-sociaal
werkt de samenwerking tussen corporaties, gemeente en maatschappelijk middenveld
versterkend.
3. Individuele doelstellingen: gericht op de resultaten (output) van individuele trajecten, denk
aan de resultaten van het regieteam voor de huishoudens of de resultaten van Hatert Werkt
voor haar klanten.
Samengevat: individuele en groepsgerichte interventies leiden tot resultaten die op hun beurt
mogelijk effect hebben op de wijk als geheel.
Figuur 3: samenhang tussen doelstellingen
Wijkgerichte
effecten
Fysiek
Individuele Groepsgerichte
resultaten resultaten
Sociaal
Interventie/
Voorziening/
Project
A. DOELSTELLINGEN OP HET GEBIED VAN STIJGEN & STABILISEREN
12
13. INDIVIDUELE DOELSTELLINGEN
Trajecten voor individuen/gezinnen leiden tot resultaten:
- verbeteren schulden van individuen/gezinnen uit Hatert (geslaagde hulpverleningstrajecten,
terugval na geslaagde hulpverlening)
- arbeidsparticipatie bevordering van individuen/gezinnen uit Hatert (geslaagde
arbeidsparticipatie, geslaagde toeleiding naar betaald werk): 1000 tevreden ex-
werkzoekenden
- verbeteren schoolprestaties van kinderen van individuen/gezinnen uit Hatert (minder
individuele schooluitval, hogere uitstroom naar voortgezet onderwijs, hoger schooladvies)
- verbeteren gebruik minimabeleid en bevorderen participatie (te meten aan stijging op de
3
tredes van de participatieladder )
- multiprobleemhuishoudens bereiken binnen afzienbare tijd de low-care status en blijven
daar of gaan naar de no-care status (te meten aan het aantal gezinnen en de tijd die het
duurt in de monitoringsfase of afsluiting door het regieteam)
- er is minder terugval door voormalig multiprobleemhuishoudens in opnieuw de high-care
status (te meten aan “huishouden opnieuw in regieteam”)
GROEPSGERICHTE DOELSTELLINGEN
- Voortijdig schoolverlaten van jongeren in Hatert terugdringen: nu 7,2 % naar het Nijmeegse
gemiddelde van 4,3%, in absolute aantallen nu van 30 per jaar naar 18 per jaar.
- Jongeren in Hatert hebben een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt.
- Terugdringen van jeugdwerkloosheid.
- Vermindering eenzaamheid onder ouderen: 2015 geven ten minste 75% van de ouderen aan
dat ze beschikken over een sociaal netwerk en/of de netwerken in hun buurt. en waarop ze
een beroep kunnen doen.
- Verbeteren lage startkansen van de kinderen die in Hatert naar school gaan.
GEBIEDSGERICHTE DOELSTELLINGEN
- Voorkomen overlast in de wijk: gevoel van onveiligheid minimaal handhaven op niveau 2009
en streven richting nijmeegs gemiddelde (bron is gemeentelijke integrale
veiligheidsmonitor).
- De kloof tussen Hatert en Nijmeegs gemiddelde op het vlak van de beïnvloedbare
werkeloosheid is verkleind.
- Handhaven schoon en heel in de wijk.
B. DOELSTELLINGEN OP HET GEBIED VAN BINDEN
Omdat er geen individuele trajecten zijn op de kansrijke bewoners gelden hier vooral gebiedsgerichte
doelstellingen.
DOELGROEPGERICHTE DOELSTELLINGEN
- Meer wooncarrieres binnen Hatert in het huurdersbestand (verhuizen naar duurdere
woning).
3
De participatieladder verenigt de stijgingsroutes: niveau 1: geisoleerd levend, niveau 2: sociale contacten
buitenshuis, niveau 3: deelname aan georganiseerde activiteiten (cursus, vereniging), niveau 4: onbetaald werk,
niveau 5: betaald werk met ondersteuning, niveau 6: betaald werk
13
14. GEBIEDSGERICHTE DOELSTELLINGEN
- Verbetering woningdifferentiatie bij elke kans die zich voordoet: daling percentage sociale
woningbouw, toevoegen woningen in hogere prijsklasse (huur/koop).
- Verbeteren imago van de wijk.
- Verbeteren ontmoetingsmogelijkheden.
- Leefbaarheid handhaven: handhaven schoon en heel in de wijk.
- Voorkomen overlast in de wijk: gevoel van onveiligheid in de buurt minimaal handhaven op
niveau 2009 en streven richting nijmeegs gemiddelde.
- Betrokkenheid bij de buurt in de zin van zich verantwoordelijk voelen voor de buurt
handhaven.
14
15. 5 REGULIER BELEID EN EXTRA BOUWSTENEN
In dit hoofdstuk worden activiteiten benoemd die met elkaar moeten zorgen voor het bereiken van
de doelstellingen. Daarbij moeten we onderscheid gaan maken tussen:
- Regulier beleid: de voorzieningen in de wijk die voortkomen uit het reguliere beleid van
corporaties en gemeente. Omdat Hatert een aandachtswijk is, wordt vanuit het reguliere
beleid al extra inzet geleverd zowel door corporaties als gemeente.
- Extra bouwstenen: de extra activiteiten in Hatert die tegemoet komen aan de specifieke
behoefte van de wijk. Deze worden betaald uit de a-structurele middelen budgetten, die
resteren vanuit het Wap 2008-2011 bij de corporaties en de gemeente. We hebben hier
eerst gekeken naar de werkzame onderdelen uit de eeste fase en vervolgens naar wat er
daarnaast nog extra nodig is. In de komende periode moeten de bouwstenen met
aantoonbaar maatschappelijk effect verankerd worden in de reguliere budgetten van
corporaties, gemeente en andere maatschappelijke investeerders.
REGULIER BELEID
Hieronder worden de belangrijkste voorzieningen genoemd.
ONDERWIJS & JEUGD
In het reguliere beleid wordt al uitdrukkelijk aandacht besteed aan problemen met jeugd en jongeren.
Er zijn immers meer wijken in Nijmegen waar deze problematiek een rol speelt. In Hatert gaan veel
kansrijke kinderen buiten de wijk naar school. De 2 basisscholen in Hatert gaan onderzoeken of zij
met 1 school op 1 van de beide locaties niet een aantrekkelijker alternatief kunnen bieden aan ouders
die hun kinderen nu nog buiten de wijk naar school laten gaan. Dat zou segregatie tegengegaan en de
binding versterken. Daarnaast bestaat in Hatert al lang een Brede School die extra activiteiten biedt
voor ouders en kinderen. Op de basisscholen en het voortgezet onderwijs is een Zorgadviesteam
actief. Dit is onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin. De doorontwikkeling van het CJG moet
gezien worden in het licht van de taken van de Jeugdzorg die op de Gemeente afkomen. Hoe deze
ontwikkeling eruit gaat zien is nog onderwerp van bestuurlijk besluitvorming.
De stedelijke vernieuwing van de Voorschoolse Voorzieningen gaan ook voor Hatert gelden. Evenals
het beleid dat gaat volgen op de rijksbezuinigingen op passend onderwijs die het primair onderwijs in
Hatert zeker gaan raken.
De jongeren van Hatert houden zich uiteraard niet aan de wijkgrenzen als het om leren, werk of vrije
tijd gaat. De verbouwing van het wijkcentrum biedt een jongerencentrum dat veel beter tegemoet
komt aan de eisen van de tijd. Het jongerenwerk gaat door, de risicojongeren zijn in beeld. Voortijdig
schooluitval is een onderwerp waar met stedelijk beleid de aanval wordt ingezet met Leerplicht,
Flexcollege, ROC en Zorgadviesteams. Voor Hatert is voortijdig schoolverlaten een probleem. Om de
jongeren die aan het eind van een opleiding of aan het begin van werk staan te stimuleren gaan we
met Hatert Werkt aan de slag met stageplaatsen en werkervaringsbanen. Als dit niet genoeg is
moeten we verder zoeken naar een aanpak om ervoor te zorgen dat de jeugd van Hatert hun
startkwalicatie haalt.
De bezuinigingen op inburgering gaan hun effect hebben op het taalniveau en daarmee op de
integratie in de samenleving. Stedelijk wordt gezocht naar alternatieven zoals het informeel
taalonderwijs en volwasseneneducatie van het ROC.
VEILIGHEID
15
16. Hatert heeft een eigen wijkveiligheidsplan. Samen met het wijkveiligheidsplatform (zie verderop)
wordt nu ingezet op een veel breder door bewoners van Hatert gedragen verantwoordelijkheid voor
de veiligheid in de wijk. Het buurtpreventieproject Sirocco is stopgezet.
Naast het wijkveiligheidsplan zijn er meer blijvende maatregelen ter bevordering en handhaving van
de veiligheid:
- Wijkveiligheidsplatform: Een twee maandelijks overleg van bewonersvertegenwoordigers
(uit alle drie de buurten) met politie en gemeente op het thema veiligheid.
- Draaiboeken Mooi Weer en Jaarwisseling
- Veilig Wijkteam: extra inzet op veiligheid door een vast team van politieagenten en
toezichthouders olv de wijkagent, eventueel aangevuld met straatcoaches. Er is een korte lijn
met de jongerenwerkers.
LEEFBAARHEID
Fysieke leefomgeving
Corporaties en gemeente hebben de afgelopen jaren veel energie gestoken in het opknappen van de
fysieke leefomgeving tot een veilige, schone en groene omgeving. Zichtbare resultaten hiervan zijn de
beweegtuin, Mualketen, Parkzoom en de vernieuwde achterpaden. In 2010 bezocht de
visitatiecommissie de wijk Hatert en concludeerde dan ook dat de woningen en directe leefomgeving
op orde was. Deze conclusie in combinatie met de uitgevoerde tevredenheidsonderzoeken maken dat
de corporaties en gemeente daarom gezamenlijk blijven investeren in het standhouden van dit
behaalde kwaliteitsniveau gedurende de komende jaren. Dat wil zeggen dat de inzet van wijkbeheer
blijft bestaan en het onderhoud aan groen en grijs gehandhaafd blijft. De reguliere instrumenten
vanuit de gemeente zijn de Bel en Herstellijn, de jaarlijke wijkschouw, het Wijkbeheerplan, het
regulier overleg van de drie bewonersgroepen met de wijkbeheerder. Tegelijkertijd wordt samen met
bewoners gezocht naar burgerinitiatief zodat een deel van dit onderhoud en beheer in de toekomst
overgenomen kan worden door bewoners(groepen).
Sociale leefomgeving
Ook is er op het gebied van de sociale leefomgeving succesvol geïnvesteerd. Deze lijn van werken
wordt daarom gehandhaafd in de komende jaren. Zo zetten corporaties zich in om achter de
voordeur te komen om vroegtijdig sociale problemen te signaleren en hulp aan te (laten) bieden. In
Hatert blijft extra inzet geleverd worden op het gebied van overlast en woonfraude. Ook worden de
projecten gericht op preventie van huurschulden bij corporaties gecontinueerd en de personele inzet
blijft hiervoor gewaarborgd. Het betreft inzet van Woonconsulenten en Buurtbeheerders (Talis en
Portaal). Daarnaast zullen we inzoomen op delen van Hatert of specifieke complexen waar de
leefbaarheid meer onder druk staat. Zo brengen we focus aan in de aanpak.
Vanuit de gemeente is een budget beschikbaar van ruim € 30.000,- voor bewonersinitiatieven en de
instandhouding van de bewonersgroepen. NIM blijft hiervoor ondersteuning leveren.
PILOT SOCIAAL WIJKTEAM HATERT
De visitatiecommissie heeft de werkwijze van Hatert Werkt en het Regieteam (voorheen wijkteam)
gecomplimenteerd. Deze willen we dan ook voortzetten. Daarbij is ook aangegeven dat de
hoeveelheid hulpverlening en netwerken efficiënter zouden kunnen werken door het weghalen van
overlap in diensten en coördinatielagen. In de pilot Sociaal Wijkteam (pogramma Zorg & Welzijn)
16
17. worden de netwerken die bestaan rond de individuele- en collectieve hulpverlening beter op elkaar
aangesloten. Daarnaast zoeken we in de pilot naar een meer effectieve werkwijze door optimaal
gebruik te maken van de kracht die aanwezig is in de mensen, in hun netwerk en in de wijk.
Het benaderen van allochtone doelgroepen wordt onderdeel van het reguliere hulpaanbod in Hatert:
de specifieke benadering maakt plaats voor een veelzijdige benadering.
De aanpak van gezondheid met de Stuurgroep Hatert Gezond wordt gecontinueerd. Het belang van
preventieve maatregelen om gezondheid en daarmee participatie te bevorderen wordt uitdrukkelijk
een onderdeel van de pilot. Landelijk is er veel aandacht voor de successen van wijkgericht werken op
het gebied van gezondheid.
De pilot zal deels vanuit het reguliere gemeentelijk beleid worden opgepakt en deels nog vanuit het
WAP worden gefinancierd omdat het onderdelen zijn vanuit het oude WAP die tijd nodig hebben om
op eigen benen te gaan staan. Hiervoor zijn de extra bouwstenen Actiecentrum Hatert Werkt en
Regieteam uitgewerkt.
EXTRA BOUWSTENEN
1 BEHOUDEN EN DOORONTWIKKELEN ACTIECENTRUM HATERT WERKT
Werk en inkomen zijn cruciale factoren in het stabiliseren van huishoudens en voor de kansen van
kinderen. De groep werkzoekenden in Hatert rechtvaardigt zowel in volume als in afstand tot de
arbeidsmarkt een blijvende extra ondersteuning op het gebied van arbeidsparticipatie en
armoedebestrijding. De evaluatie en visitatie waren positief over de werkwijze. De visitatie vond dat
het actiecentrum met energie en effectief hulp bood bij de individuele vraag. Op alle
probleemgebieden die de arbeidsparticipatie belemmeren wordt ingezoomd. Niet alleen worden
verbanden gelegd met aan werk en armoede gerelateerde onderwerpen, maar ook naar sectoren
daarbuiten. Daarbij wordt goed samengewerkt met andere dienstverleners in de wijk om de mensen
echt de juiste mix aan ondersteuning te bieden. Het beeld is dat de mensen in Hatert met grote
afstand tot de arbeidsmarkt nu beter geholpen worden. De laagdrempeligheid van de voorziening
dichtbij de bewoners werkt. En de samenwerking binnen het Actiecentrum tussen medewerkers van
verschillende organisaties werkt ook. Medewerkers zijn speciaal geselecteerd om over de grenzen van
de eigen organisatie heen te springen.
De context waarin het actiecentrum Hatert Werkt opereert is roerig. De economische crisis maakt het
moeilijker om banen te vinden en re-integratie-instrumenten worden door bezuinigingen beperkt.
Het actiecentrum zal actief naar uitstroommogelijkheden moeten zoeken. Ook de bezuinigingen bij
schuldhulpverlening en Zorg&Welzijn zullen effect hebben op de ondersteuning die de bewoners
geboden kan worden in de toekomst. Om jongeren de kans op leren en werk te laten verzilveren
wordt het Jongerenloket sterker aangehaakt. Een extra impuls wordt gegeven aan stage- en
participatieplaatsen voor jongeren ism Kandinsky-college en Jongerenloket. Daarnaast is de wens om
in 2012 te anticiperen op de komst van de Wajong-ers en de gedeeltelijk arbeidsongeschikten naar de
gemeente.
Parallel aan de kerntaak van het actiecentrum moet een structurele positionering en financiering van
deze wijkgerichte vorm van reïntegratie en armoedebestrijding worden gevonden. Dan kan de
afhankelijkheid van de a-structurele WAP-middelen worden afgebouwd. Daarvoor wordt in 2012 een
maattschappelijke kosten-baten analyse gehouden om meer inzicht te krijgen in de meerwaarde van
17
18. deze laagdrempelige, gebiedsgerichte, integrale klantbenadering. Daarnaast bekijken we in
samenhang met de pilot Sociale Wijkteam in Hatert en het regieteam hoe we de hoeveelheid
hulpverlening efficiënt kunnen stroomlijnen.
Figuur 4 Financiering Actiecentrum Hatert Werkt
Actiecentrum Hatert Werkt 2012 2013 2014 2015
Kosten € 1055.000 € 1.080.000 € 1.080.000 € 1.080.000
- Gemeentelijke bijdrage € 350.000 € 350.000 € 350.000 € 350.000
- A-structureel uit Hatert 2.0 €605.000 € 730.000 € 500.000 € 250.000
- Structurele financiering €0 €0 € 230.000 € 480.000
2 BEHOUDEN EN DOORONTWIKKELEN REGIETEAM (VOORHEEN WIJKTEAM)
Met het regieteam hebben we een goede aanpak van overlast- en multiprobleemhuishoudens in
handen. Het regieteam zal duidelijkere positionering moeten krijgen tussen het geheel aan
hulpverlening en daar ook goede afspraken over moeten maken.
Het Regieteam draagt bij aan het verbeteren van de schulden van individuen/gezinnen, het
verbeteren van de schoolprestaties van kinderen van individuen/gezinnen, het verbeteren van het
gebruik minimabeleid en het bevorderen van participatie. Multiprobleemhuishoudens bereiken
binnen afzienbare tijd de low-care status en blijven daar of gaan naar de no-care. Er is minder
terugval door voormalig multiprobleemhuishoudens in opnieuw de high-care status en de overlast in
de wijk door deze gezinnen wordt aangepakt, waardoor het gevoel van onveiligheid afneemt.
Recente ontwikkelingen
Recent heeft het college van B&W besloten tot een stadsbrede dekking van de regieteams. Ook de
financiering (in samenwerking met het WAP) is voor de komende twee jaar gegarandeerd. Voor de
komende twee jaar omdat mogelijk de ontwikkeling van het sociale wijkteam tot een samenvoeging
van functies/taken kan leiden. Na 2013 kan de afhankelijkheid van de a-structurele WAP-middelen
worden afgebouwd.
Financiering
In onderstaande tabel staan de kosten uitgewerkt. De afgelopen jaren hebben we de kosten voor de
aanpak fors terug weten te dringen (in 2010 kostte het Regieteam € 255.317). Dit heeft onder ander
te maken met het inbedden van gezinscoaching in het Nijmeegse (voorheen extern ingehuurd),
afnemende ontwikkelkosten en niet meer betalen voor deelname van partijen aan de regieteams.
Daarnaast zijn structurele financieringsbronnen gevonden. De nu nog apart gefinancierde producten
voor de regieteams bij het MBZ en de NIM brengen we onder in de reguliere budgetovereenkomsten.
Daarnaast willen we de doorontwikkelkosten voor de aanpak (professionaliseringstrainingen,
kennisdeling, professionalisering registratiesysteem etc.) proberen onder te brengen in GSO IV,
verwachting is dat hier pas in de loop van het eerste kwartaal duidelijkheid over komt.
Figuur 6: Financiering Regieteam
Regieteam 2012 2013 2014 2015
Kosten € 174.000 € 174.000 € 174.000 € 174.000
- Verplichtingen uit Wap 2008-2011 € 174.000
- A-structureel uit Hatert 2.0 €0 € 174.000 € 120.000 € 70.000
- Structurele financiering € 54.000 € 104.000
18
19. 3 IMAGO HATERT
Het wijkactieplan had een eigen communicatielijn onder het motto Hou van Hatert. De imagebuilding
voor Hatert wordt voortgezet. We willen het negatieve beeld dat met de Vogelaarstatus samenhangt
ombuigen naar een meer realistisch beeld van de wijk. Daar willen en zullen de bewoners zelf graag
aan meewerken. Dit zal een geen sinecure zijn, we moeten kritisch kijken naar een effectieve vorm en
boodschap. De relatie tussen het imago van Hatert en het functioneren van de woningmarkt is heel
sterk: willen we dat ook bewoners van buiten hatert belangstelling tonen voor het wonen in deze wijk
waar zo veel voortgang is geboekt, moeten we zorgen dat deze mensen een helder beeld kunnen
krijgen van hoe het is om daar te wonen. Daarvoor wordt €40.000 uitgetrokken.
De wens is om de winkelstrip aan de Couwenberghstraat als het verloederde visitekaartje van Hatert
op te knappen. Hiervoor is vanuit het oude WAP al €260.000 gereserveerd (helft corporaties en helft
gemeente). Het wachten is op een toezegging van de particuliere eigenaren.
4 WONINGMARKT-AANPAK
Hatert heeft nu een sociale woningvoorraad van 70%. Een grotere differentiatie in de woningvoorraad
is gewenst. Sinds de financiële- en economische crisis is de verkoop van koopwoningen, zowel
bestaand als nieuwbouw, in Hatert vrijwel stil komen te liggen ondanks doorgevoerde
prijsverlagingen, de inzet van tussenvormen koop-huur en terugkoopregelingen. Maar dat betekent
niet dat er geen andere instrumenten kunnen worden ingezet op de kortere termijn. Ook de
visitatiecommissie heeft geadviseerd opnieuw na te denken over het functioneren van de
woningmarkt in Hatert. Mogelijke alternatieve strategieën zijn om goedkoper te bouwen, toch meer
huurwoningen toevoegen dan oorspronkelijk bedoeld en deze later weer te verkopen. Andere
segmenten dan nu vanuit de bestaande woningen verkopen etc. De strategieën moeten wel zo veel
mogelijk voldoen aan de voorwaarde dat het bewoners vanuit de wijk die wooncarrière willen maken
kan behouden. Een andere mogelijkheid om te werken aan een meer gedifferentieerde wijk is het
gericht toewijzen van woningen. Nog een andere is werken aan het imago van de wijk. Eén van de
zaken waar toekomstige kopers van woningen in de wijk tegen aanlopen is het negatieve imago van
de wijk.
Onderzoek moet inzicht geven in de manier waarop we we kansrijke bewoners kunnen behouden en
toevoegen aan de wijk. Daarvoor wordt €20.000 uitgetrokken.
5 BURGERKRACHT
Burgerkracht is een belangrijk thema in het reguliere beleid; denk aan het nieuwe WMO-beleidsplan.
Vanuit het programma Wijken wordt burgerkracht ook al regulier gestimuleerd, er is een budget
beschikbaar van ruim € 30.000,- voor bewonersinitiatieven en de instandhouding van de
bewonersgroepen. Hatert heeft al een sterk ontwikkelde participatiestructuur: er zijn zo’n 20
groepen en projecten waarin wijkbewoners actief zijn. Deze kracht willen we behouden omdat het
aanknopingspunten biedt om de burger mede aan het roer te zetten in de wijk. De werkgroep Fortuna
heeft de beschikking gehad over een budget om te spenderen aan ontwikkelingen die zij, als burgers,
belangrijk vonden. Begin 2012 is er van dat budget nog ongeveer € 100.000,- beschikbaar. De vraag is
wat er nodig is om deze actieve burgers actief te houden en hoe zij een grotere rol kunnen spelen bij
de bevordering van de leefbaarheid in de wijk. Een van de belangrijkste geleerde lessen is dat
wanneer burgers en professionals elkaar serieus nemen en nauw met elkaar samen werken, er
bergen verzet kunnen worden. We zullen dan ook nog meer dan voorheen inzetten op zulke vormen
van samenwerking. Dat doen we door rondom tal van voor burgers belangrijke thema’s (veiligheid,
19
20. gezondheid, openbare ruimte etc etc) mensen uit de wijk te koppelen aan professionals op deze
terreinen. Daarmee wordt de afstand tussen de uitvoering en de burgers kleiner. We zijn alert hoe
we binnen het reguliere beleid en binnen de extra bouwstenen de invloed van burgers kunnen laten
gelden. Tenslotte zullen we via andere methoden (bv de social media) andere en méér mensen dan
de nu bekende vrijwilligers trachten te bereiken en hen stimuleren zich te ontwikkelen op terreinen
waar hun belang ligt en waar hun belangstelling naar uitgaat. In de eerste fase van het WAP is al veel
gerealiseerd op het gebied van burgerparticipatie. Vanuit het budget voor Hatert 2.0 wordt hiervoor
nog €20.000 uitgetrokken.
6 BESTRIJDEN EENZAAMHEID ONDER OUDEREN
Eenzaamheid onder ouderen vormt een maatschappelijk probleem. Hatert is vergrijzend en uit
onderzoek blijkt dat 2/3 van de ouderen zich eenzaam voelt. Dat kan leiden tot lichamelijke- en
psychische klachten en problemen in de leefomgeving . Eenzaamheid kan zelfs leiden tot uitsluiting.
Ouderen beschikken vaak nog maar over een (zeer) beperkt sociaal netwerk. Ze doen niet meer mee
aan de maatschappij en zijn gedwongen een groter beroep te doen op professionele hulp en zorg.
We streven naar een doeltreffende aanpak van de eenzaamheidsproblematiek in Hatert.
Uitgangspunt is het eigen sociale netwerk van de oudere en het benutten van de bestaande
voorzieningen in de wijk. Er is een plan van aanpak opgesteld met de Stuurgroep Hatert Gezond en
de Stuurgroep Atelierprogramma (samenwerking ZZG-Zorggroep en UMC Radboud). Daarvoor wordt
€80.000 uitgetrokken.
20