1. Dit zijn mijn hoofdstukken.
1. De geschiedenis van bier.
2. De ingrediënten van bier.
3. De bereiding van bier.
4. De soorten bier.
2. De geschiedenis van bier.
De Germanen dronken als eerst bier.
Zij dronken dit uit schedels van overwonnen vijanden.
Niet echt geloofwaardig.
Iets geloofwaardiger is dat ze uit de horens van een oeros dronken dat is een
soort koe.
Het bier van de Germanen was donker en dat kwam omdat ze in het bier
eikenbast deden, hierdoor kon het bier wel langer mee.
In Egypte was wel bewijs van bier.
Ramses de 3e bezat een brouwerij die het bier leverde voor de tempels.
De egyptenaren voegden dadels toe aan hun bier waardoor het sterker en langer
houdbaar werd.
In het midden van de 10e eeuw: was het brouwen nog een vrij bedrijf; in de tijd
van Lodewijk de Vrome werden echter al verschillende beperkingen opgesteld,
die voornamelijk golden voor de kloosters.
In vele steden had de brouwindustrie haar opkomst te danken aan het slechte
drinkwater. Het water dat voor het bereiden van bier werd gebruikt, werd
namelijk gekookt en was daardoor bacterievrij.
In de middeleeuwen, waren het vooral de monniken die brouwden, om in hun
levensonderhoud te voorzien. De monniken hoorden, in die tijd, tot de hoogst
opgeleide mensen en zij brachten het bierbrouwen dan ook naar hoog niveau.
Omstreeks het jaar 800, waren het waarschijnlijk dan ook de monniken, van het
klooster van Weihenstephan in Duitsland, die als eerste hop gebruikten, om het
bier langer houdbaar te maken.
In de Gouden eeuw van het bier (1300-1400): werd er zo'n 300 tot 500 liter per
persoon gedronken per jaar om te vergelijken, nu is het gemiddeld 50 tot 150
liter per persoon per jaar.
Ook kinderen kregen in die tijd bier, het zogeheten scharrebier er zat wel minder
alcohol in maar toch nog zo”n 3.5 procent. Men dronk in die tijd zoveel bier
omdat er geen koffie, thee, of limonade was en wijn was veel te duur.
In de 18e eeuw: begonnen thee en koffie bier te verdringen. De regering wilde
hier wel iets tegen doen zoals bier goedkoper maken, maar het had geen zin.
In de 19e eeuw: wilde ze het misbruik van sterke drank tegen gaan door het
biertje weer goedkoper te maken en lekkerder.
3. Ook tegenwoordig word er niet zoveel bier gedronken dit komt voornamelijk
omdat bier wordt gezien als voor je vrije tijd om te genieten
Ook zijn er tegenwoordig veel minder soorten bier als vroeger en de onderlinge
verschillen zijn soms zo klein dat het amper te proeven is.
Na de Tweede Wereldoorlog: was de kwaliteit van het bier zeer slecht door
gebrek aan goede grondstoffen. Het verbruik van sterke drank nam weer toe,
terwijl het bierverbruik weer afnam. In 1949 was het bierweer vrij goed.
Toch ging het slechter met de verkoop van bier In 1949 waren er in Nederland
van de 148 brouwerijen nog maar 83 over.
In de naoorlogse periode krabbelde de brouwindustrie langzaam uit het dal.
Kenmerkend hiervoor waren de horizontale concentraties: veel brouwerijen
produceerden naast bier ook mineraalwater en limonades. Tevens bundelden een
aantal brouwerijen hun krachten. De opleving was echter maar van korte duur.
In 1980 stond de Nederlandse biercultuur op een dieptepunt en waren er nog
slechts negentien brouwerijen (waarvan verschillende in dezelfde handen) die
samen een zestigtal bieren brouwden.
Het positieve keerpunt in de Nederlandse biercultuur ontstond doordat de
speciaalbieren aan hun opmars begonnen. In het begin ging dat nog erg traag,
maar al snel prikkelde het succes van de één, de navolging van de ander. De
gevestigde brouwers breidden hun assortiment uit en amateur-brouwers besloten
van hun hobby hun beroep te maken. De opkomst van deze kleine brouwerijen
heeft geleid tot een grote versterking van de Nederlandse biermarkt. Inmiddels is
het aantal Nederlandse brouwerijen weer gestegen tot ruim 60. Bovendien
kunnen we nog van vele brouwerijen een uitbreidingen verwachten wegens de
toegenomen vraag.
4. De ingrediënten van bier.
Ingrediënten van bier.
Om bier te brouwen heb je minimaal 4 stoffen nodig. Met alleen water, mout,
hopen gist kun je al prima en lekker bier brouwen.
- Water:
Het grootste gedeelte van bier bestaat uit water 75%. Als je zelf bier gaat
brouwen kan je het beste water uit de kraan gebruiken. In de meeste gevallen
hoef je dat water niet verder te behandelen.
Het bekendste biertype gemaakt van zacht water is pilsener.
Voor sommige biertypes heb je echt hard water nodig, dit heb je vaak bij donker
gekleurde bieren. Om water harder te maken kan je er een beetje gips aan toe
voegen.
- Mout:
Mout is gerst dat een speciale behandeling heeft ondergaan. Het graan is eerst in
het water geweekt. In het graan ontstaat daardoor een kiem. De kiem is het begin
van het plantje dat zich kan ontwikkelen. In de graankorrel worden enzymen
gevormd die het meellichaam afbreken of oplossen zoals de mouters dat
noemen. Door het graan bij een hoge temperatuur te drogen wordt dit gestopt.
Het graan is dan mout en geschikt om bier mee te brouwen.
Afhankelijk van de temperatuur waarbij het mout gedroogd is krijg je lichte of
donkere mout. De kleur van het mout wordt uitgedrukt in EBC-waarden. Hoe
hoger het EBC-gehalte hoe donkerder het mout, hoe donkerder het bier.
- Hop:
Hop is een klimplant het heeft een gematigd klimaat nodig om te groeien. Hop
tuinen worden vooral aangelegd op leemgrond, omdat leemgrond goed vocht
vasthoudt. Hop kan zo'n 10 meter hoog worden. Alleen het vrouwelijke deel van
de plant wordt gebruikt bij het bereiden van bier. De bittere smaak van het bier
komt door de hop. De hop geeft ook een fijne geur aan het bier, het draagt bij
aan de schuimvorming en aan de houdbaarheid. Er zijn verschillende
hopvarianten.
Gist:
Gist is een heel erg klein levend organisme. Bakkersgist is een bekend soort gist.
Voor de bereiding van bier worden speciale soorten gist gebruikt. Gist zet
suikers om in alcohol en in koolzuur. Door de vergisting ontstaan allerlei smaak-
componenten. De gebruikte gist bepaald dus voor een groot gedeelte de smaak
van het bier. Verander je de gist dan verander je ook de smaak van het bier.
5. De bereiding van bier
Bier wordt dus gemaakt van 4 basisingrediënten water, mout, hop, gist. Maar om
bier te krijgen kun je ze niet zomaar bij elkaar gooien.
Eerst wordt het gerst in water geweekt, hierin laat men het een paar dagen
weken, tot het vochtgehalte 45% is. Men stort het dan in langzaam draaiende
trommels waardoor het gaat ontkiemen. Het kiemproces duurt ongeveer zes
dagen (, het resultaat heet mout). Bij het ontkiemen wordt het zetmeel in de
gerstekorrel omgezet in suikers. Vervolgens blaast men hete lucht door de gerst
(80-90ºC) daardoor stopt het kiemproces, en de suikers uit het mout lossen op in
het water. Het resulterende mengsel heet wort.
Daarna worden de gedroogde toppen en bloemen van de hop toegevoegd.
Daarna wordt de gist toegevoegd en gaat het bier gisten, waarbij de suikers
worden omgezet in alcohol.
Na het brouwen wordt het bier onder druk met koolzuur in flessen of blikjes
gedaan.
6. Biersoorten.
Pilsener
Pilsener is de meest gedronken biersoort van Nederland. Niet voor niets wordt
vaak de term bier gebruikt als men pils bedoelt. Bier is een drank die wordt
verkregen door alcoholische gisting van wort, bereid uit gerstemout en
suikerhoudende grondstoffen, hop en brouwwater. Pilsener is een van de vele
biersoorten. Volgens de Nederlandse bierwetgeving is pilsener een
lichtgekleurd, ondergistend bier in stamwortcategorieI, (11-15.5
gewichtsprocent). Het stamwortgehalte geeft de oorspronkelijke hoeveelheid
extract waarvan het bier is gebrouwen. Een hoger stamwortgehalte betekent
donkerder bier.
Pils is met 5 % alcohol de 'standaard' binnen de verschillende biersoorten. Het is
een ondergistend bier, wat betekent dat voor gisten lage temperaturen en
speciale ondergisten nodig zijn. Deze ondergisten kunnen bij lage temperatuur
alcohol vormen. Pilsener kenmerkt zich vooral door een grote helderheid,
goudgele kleur, witte schuimkraag en aangenaam bittere smaak.
Dit biertype dankt zijn naam aan het stadje Pilzen in Tsjechië. Daar heeft men te
techniek van het ondergistend bierbrouwen ontdekt. Dit leidde weer tot het
ontstaan van verschillende brouwstijlen. Brouwers in andere landen stapten ook
over op het brouwen van dit type bier, omdat het zo'n ontzettend succes was. In
Nederland is Pilsener het meest populaire bier geworden. Het aandeel van
pilsener op de totale biermarkt is van 50% in 1939, gestegen tot 90% nu.
Laagalcoholisch bier
Er zijn drie categorieën laagalcoholisch bier: alcoholvrij bier, mild bier en light
bier. Het laagalcoholische bier krijgt door een speciaal verkiezingsproces een
lager alcoholpercentage. Alcoholvrij bier wordt verkregen door aangepaste
vergisting waarbij weinig alcohol ontstaat of door een meer volledige vergisting
waarbij de alcohol aan het bier wordt onttrokken. Light bier onderscheid zich
door het lage caloriegehalte van de andere bieren. Alcoholvrije bieren hebben in
Nederland een alcoholgehalte van minder dan 0.1 vol%. Mild bier heeft een
alcoholgehalte van 2 vol% en light bier heeft 3.5 vol% alcohol.
Bokbier
Het traditioneel gebrouwen bokbier is herfstbier. Niet te verwarren met de
voorjaarsversie, oftewel meibok, dat een typisch lentebier is. Bokbier heeft een
robijnrode kleur en kent een hoger alcoholpercentage dan pils, minimaal 6.5 vol
%. Bovendien heeft het meer extract, voor de kenners: een hoger
7. stamwortgehalte. Qua smaak is het licht moutig, aromatisch met impressies van
zowel licht zoet als licht bitter. Volgens de Nederlandse Bierwetgeving is
bokbier een donker gekleurd extra zwaar bier.
Voor de oorsprong van deze biersoort gaan we enkele eeuwen terug in de tijd.
Boknier werd naar alle waarschijnlijkheid voor het eerst gebrouwen in de 14de
eeuw in het stadje Einbeck. In die beginperiode kon er, vanwege de vereiste lage
temperatuur, alleen in de koude maanden worden gebrouwen. Het bokbier was
het eerste bier dat na de zomer werd gebrouwen van het nieuwe graan. Het was
dus een soort testbier.
Het bier uit Einbeck werd in Munchen zeer op prijs gesteld. De consument weet
bokbier in toenemende mate te waarderen. In de afgelopen drie jaar is de totale
consumptie van bokbier in Nederland verdrievoudigd.
Witbier
De productie van witbier begint met zuiver water. Dan volgen in
uitgebalanceerde verhouding de geselecteerde tarwe, mout en hop. Tijdens dit
proces wordt bovendien een melange van kruiden toegevoegd. Voor de
vergisting wordt een speciale bovengist gebruikt. Die zorgt niet alleen voor het
alcoholpercentage, maar ook voor de stevige verrijking van het aroma. Het
koolzuur dat bij de vergisting ontstaat, blijft op een natuurlijke wijze in het bier
behouden. Na rijping in de lagerkelders wordt het witbier zonder filtreren
afgevuld. Zo ontstaat een mengsel van eiwit en gist, dat zorgt voor een lichte
natuurlijke troebeling.
Witbier is een bier die zijn oorsprong vindt rond 1600. Boheemse brouwers
ontdekten dat door tijdens het brouwproces een mengsel van gerst en tarwe toe
te voegen een fris bier ontstond. Het recept verspreidde zich over Europa en
regionale brouwers brachten door middel van diverse toevoegingen hun eigen
smaaknuances aan.
Oud bruin
Oud bruin bier, ook wel 'donker' genoemd, is een typisch Nederlandse biersoort.
Het is een donker lager type, dat na de gisting wordt gezoet en een laag
alcoholpercentage bevat. De smaak wordt bepaald door donker mout en suiker
toe te voegen. Een gezoet donker gekleurd bier.
De naam 'Oud' heeft betrekking op de bovengistende brouwmethode die vroeger
werd gebruikt. In de jaren kort na 1945 werd ook voor dit bier overgegaan op
ondergisting.
8. Overige speciaalbieren
Naast de hierboven genoemde bieren zijn er de speciaal bieren die elk een
specifieke smaak en specifiek karakter hebben. Deze bieren worden op hun
eigen speciale manier gebrouwen. Doordat de consument de afgelopen jaren
meer op zoek ging naar variatie, zijn de speciaal bieren steeds populairder
geworden. Speciaalbieren zijn in een aantal groepen te verdelen: het
momentbier, seizoenbier, amberkleurig bier, Belgische speciaalbier en
Nederlandse speciaalbier