SlideShare uma empresa Scribd logo
1 de 153
“Nou, dit is jullie nieuwe plekje… Vinden jullie het wat?”

Emma staat voor het graf van haar ouders. Na haar gesprek met Yasmine is ze snel op zoek gegaan
naar een goedkope kavel dicht in de buurt. Uiteindelijk heeft ze die gevonden, en samen met
Yasmine heeft ze de begraafplaats ingericht, voor zover zoiets in te richten valt. Nu is het af, en kijkt
Emma met een mengeling van tevredenheid en gemis naar het mooie graf.
Ze vindt dat het prachtig is geworden, en ze hoopt dat haar ouders dat ook vinden. Ze mist ze nog
vaak, al is hun overlijden nu al zo lang geleden. Het duurt niet lang meer voor zij en Diederik al
oudere zullen worden.

Emma zucht. “De tijd gaat hard. Eline op de universiteit, Carmen een puberende tiener… Gelukkig is
Simon nog even klein. Al duurt dat ook niet lang meer.”

Jessie blaft en kijkt Emma met een schuin hoofd aan.
“Je hebt gelijk, ik moet me niet zo aanstellen. Er is niks aan te doen, tijd gaat voorbij, zo werkt het
gewoon. Ik moet allang blij wezen dát ze opgroeien, want zo normaal is het hier niet dat men ouder
wordt.”

Jessie blaft opnieuw, nu zachtjes.

“Ik denk dat mam en pap jou wel hadden gemogen,” zegt Emma met een glimlach.
Emma knielt voor Jessie neer en aait haar over haar hoofd. “Ze liggen hier mooi, vind je ook niet?
Met al die bloemen, en natuur…”

Emma kijkt even voor zich uit. Dan staat ze weer op en zucht.
Nog even kijkt ze naar de grafstenen van haar moeder en vader. Ze denkt terug aan haar jeugd, en
aan de jaren dat ze net getrouwd was met Diederik, toen haar ouders er nog waren om haar overal in
te steunen. Nu moet ze het zelf uitzoeken, is zij zelf het hoofd van de familie. Ze schudt haar hoofd en
glimlacht. Wat een zware gedachten allemaal op de vroege morgen.
“Kom, Jessie, tijd om terug te keren naar het heden.”

Ze werpt nog één blik op het graf, en draait zich dan om. Samen met Jessie loopt ze de begraafplaats
af, en weer terug naar huis, waar het alledaagse leven op haar wacht.

                                                 ~*~
Het semester is alweer een poosje bezig, en Eline zit alweer helemaal in het ritme. Ze doet net als
het vorige semester goed haar best, en is vastbesloten om weer zo’n hoog cijfer te halen. Al houdt ze
ook nog genoeg tijd over om rond te hangen met haar vrienden op de campus. Ze hebben de laatste
tijd veel feestjes, en gaan ook vaak ‘s avonds gewoon even naar de lounge of het koffiehuis.

Ja, Eline heeft het prima naar haar zin.
“Hee,” zegt een van Elines huisgenotes, Karin, terwijl ze met haar kommetje ontbijt bij Eline aan tafel
gaat zitten.

Eline glimlacht. “Hai.”
“Heb je al plannen voor vanavond?” vraagt Karin als ze zit.

Eline schudt haar hoofd. “Nee, ik wilde vanavond eigenlijk niet al te laat mijn bed in duiken. Hoezo?”

“De Lama’s hebben een belangrijke wedstrijd, en we gaan met een groepje kijken. Ik vind er niet
zoveel aan, maar mijn zus is cheerleader, dus ik heb beloofd te kijken. Kijk je mee?”

“Aha,” zegt Eline. “Nou ja, ik heb ook niet zoveel met voetbal eigenlijk.”
“Dat maakt niet uit, joh, ‘t is gewoon gezellig! Anja maakt haar beruchte margarita’s met belachelijk
veel tequila, en de jongens nemen donuts mee. Dus, kom je ook?”

Eline haalt haar schouders op. “Is goed. Al heb ik wel college tot acht uur, dus dan ben ik wel iets
later.”

“Dat geeft niet. Behalve als je het erg vindt om het begin van de wedstrijd te missen.”
Eline lacht. “Da’s geen probleem, hoor. Ik heb er toch geen verstand van.”

“Nee, ik ook niet,” lacht Karin. “Nou, tot vanavond dan! Ik moet hollen, mijn college begint zo!”

Karin staat op van de tafel, waar ze haar halflege kommetje laat staan, en loopt gauw de keuken uit.
Eline kijkt haar lachend na. Karin is altijd te laat, zonder uitzonderingen.
Eline schudt haar hoofd en staat dan ook op. Tijd om in de boeken te duiken, je kan niet vroeg
genoeg beginnen met studeren voor de examens.
Als Eline die avond thuiskomt van haar college, hoort ze bij binnenkomst al lawaai uit de zitkamer
komen. Ze loopt er gelijk naartoe, en ziet een aantal van haar huisgenoten voor de tv zitten. De
jongens schreeuwen af en toe bedreigingen richting de tv, Anja zit helemaal in de wedstrijd en
beweegt mee, en Karin kijkt verveeld naar het scherm.

Eline werpt een blik op het televisiescherm, en ziet dat er een bokswedstrijd gaande is.
“Ik dacht dat we voetbal gingen kijken?” zegt ze fronsend.

Anja kijkt op. “Dat blijkt pas om negen uur te beginnen,” zegt ze, waarop ze haar blik gelijk weer op
het scherm richt.

Eline haalt haar schouders op. Boksen, voetbal, het maakt haar allemaal niks uit. Ze ziet dat er nog
één plekje vrij is voor de tv, naast een jongen die ze niet kent.
Nieuwsgierig kijkt ze naar hem. Hij heeft een staartje in zijn haar, en heeft een hoop tattoos op zijn
ontblote bovenlijf. Wie zou dat zijn? Eline besluit dat er maar één manier is om daar achter te
komen, en ze loopt naar het vrije plekje op de bank.
Terwijl ze gaat zitten kijkt ze de jongen met een glimlach aan. “Hoi,” zegt ze. “Ik ben Eline
Rozenbloem.”

De jongen glimlacht vriendelijk terug. “Ik ben Erik Bockinghoven.”

“Leuk je te leren kennen,” zegt Eline. “Hoe ben jij hier verzeild geraakt? Ben jij toevallig Anja’s
vriendje? Ze heeft ‘t al tijden over ‘m.”

Erik lacht. “Nee, ik ben een vriend van Adam. Hij heeft me uitgenodigd. Al weet ik niet zeker wat ik
hier doe.”
Eline kijkt hem vragend aan. “Hoezo?”

“Nou, ik hou eigenlijk helemaal niet zo van sport,” legt Erik uit. “Ik kom eigenlijk gewoon voor de
gezelligheid, maar het gaat de rest geloof ik vooral om de wedstrijd.”

Eline knikt. “Ik kom ook voor de gezelligheid, hoor. Die wedstrijd kan me niets schelen. Ik weet niet
eens tegen wie ze spelen.”
“Ik ook niet,” antwoordt Erik. “Terwijl ik al een half uur voorbeschouwing heb moeten zien. Ik heb er
geen woord van meegekregen.”

Hij grijnst, en het valt Eline op dat hij een leuke lach heeft.

“Nou ja, dan moeten we het maar met z’n tweeën gezellig maken, hè?” zegt ze opgewekt.

“Lijkt me een goed plan!” zegt Erik lachend.
Eline en Erik raken al snel verwikkeld in een leuk gesprek, en het lijkt alsof ze elkaar al jaren kennen.
Ze vertellen elkaar over hun interesses, en ze blijken een hoop gemeen te hebben.
Voor ze het weten is het negen uur en begint de voetbalwedstrijd. Daarmee laait ook de herrie weer
op. De jongens en Anja schreeuwen van alles naar de televisie, en Karin roept de hele tijd geërgerd
dat ze haar zus, de cheerleader, nergens kan zien.
“Wat een lawaai, zeg, ik kan je amper meer verstaan,” zegt Eline nadat de wedstrijd een kwartier
bezig is.

Erik knikt. “Inderdaad! En die margarita’s zijn ook niet te zuipen.”

Eline schiet in de lach. “Daar zijn al veel van mijn huisgenoten knock-out door gegaan. Je wil niet
weten hoeveel tequila Anja daarin gooit.”
“O-oh,” zegt Erik. “Dat wordt morgen een flinke kater, zeker?”

Eline lacht weer. “Je hebt er maar eentje gehad, dus de schade zal een beetje beperkt blijven,” zegt
ze. “Maar ik zou er voor de rest van de avond maar vanaf blijven.”

“Dat advies volg ik maar al te graag op,” grinnikt Erik.
Dan schrikken ze op doordat het lawaai ineens een stuk luider wordt. Coen en Adam trekken pijnlijke
gezichten en Clarence en Anja schreeuwen woedend naar het scherm. Kennelijk heeft een speler van
de tegenpartij een flinke overtreding gemaakt.
“Misschien moeten we maar een wat rustiger plekje op gaan zoeken,” roept Erik boven het lawaai
uit.

Eline kijkt naar haar huisgenoten en knikt. “Dat lijkt me wel een slim idee. Maar waar zat je aan te
denken? Hier in huis is geen rustig plekje te vinden.”

“Dat is zo. Wat dacht je van het park?”
Eline werpt een blik op haar huisgenoten. Ze had Karin beloofd dat ze zou komen. Maar niemand let
toch op haar, en ze heeft het enorm gezellig met Erik, dus waarom niet?

“Goed idee, laten we gaan.”
“Wauw, het is hier inderdaad rustig!” zegt Eline verbaasd als ze even later samen op een bankje in
het park zitten. ‘Romantisch ook’, denkt ze erachter aan, maar dat zegt ze niet hardop. Ze schrikt er
zelfs even van. Is dat Eriks bedoeling? En, misschien een nog belangrijkere vraag: zou ze dat erg
vinden?

Erik knikt. “Het is een van de weinige rustige plekjes op de campus,” zegt hij, waarmee hij Eline uit
haar gedachten haalt. “Dus,” vervolgt hij. “Waar hadden we het over voor we door die vervelende
wedstrijd gestoord werden?”
Eline denkt even na. “Weet ik niet meer,” lacht ze dan. “Maar ik heb wel een vraag voor je, eigenlijk,”
zegt ze, en ze begint te blozen.

“O?” zegt Erik nieuwsgierig. “Vraag maar raak.”

“Nou, je lijkt me helemaal niet het type voor tattoos en piercings en zo. Dus ik dacht, misschien heb
je er een bepaalde reden voor?” vraagt Eline, nog steeds blozend. “Als je het niet wil vertellen hoeft
dat niet, hoor, en ik wil je ook niet beledigen of zo,” voegt ze er snel aan toe.
Erik lacht. “Je beledigt me niet, hoor, wees maar niet bang. En je hebt een scherpe blik, want ik ben
inderdaad niet echt een jongen voor tattoos en piercings.”

“Maar waarom heb je ze dan?” vraagt Eline fronsend.

Erik haalt zijn schouders op. “Ik vond het grappig om mijn moeder te irriteren, die houdt helemaal
niet van tattoos en piercings. En ik heb ze daarna nooit meer weggehaald, daarom zitten ze er nog.”

Eline knikt. “Dat klinkt best logisch.”
Erik grinnikt. “Heb jij nooit iets gedaan om je moeder te irriteren?”

“Niet met opzet, eigenlijk,” zegt Eline. “Ik heb een hele goede band met mijn moeder. Het enige
waarmee ik haar met opzet irriteer is van haar winnen met pool.”

“Is ze er niet zo goed in?” Lacht Erik.

Eline schudt haar hoofd. “Ze is de beste pooler die ik ken. Maar ik ben gewoon beter,” zegt ze met
een grijns.
Erik schiet in de lach. “Dan zou ik wel eens een potje met jou willen poolen!”

“Dat kan geregeld worden!” antwoordt Eline.
Eline en Erik kletsen gezellig verder, en allebei voelen ze zich heel erg op hun gemak bij elkaar. Ze
hebben het over van alles, en vertellen elkaar over hun familie. Eline heeft het in tijden niet zo
gezellig gehad, en dat realiseert ze zich ook heel goed.
Ze voelt zich heel anders dan hoe ze zich voelt als ze met haar vrienden in het studentenhuis kletst
en lol heeft. Het voelt alsof het gewoon zo hoort te zijn. Maar daar schrikt ze van. Ze is nog niet over
haar paniek heen als het gaat om jongens en romantiek. Maar waarom voelt ze die paniek nu dan
helemaal niet? Dat is toch vreemd? Eline wordt gek van zichzelf. Nu raakt ze in paniek omdat ze geen
paniek voelt! Dat kan niet goed wezen…
Ze werpt een blik op Erik. Het lijkt er op dat hij een aardige jongen is, en haar hart niet zal breken.
Maar dat kan ze natuurlijk niet weten, ze kent hem nog niet eens vierentwintig uur. En wie zegt
eigenlijk dat hij haar ook leuk vindt? Eline besluit dat ze het kalm aan moet doen. Stapje voor stapje.
Rustig ademhalen. Het komt allemaal wel goed.

Eline laat haar gedachten voor wat ze zijn – voor zover dat lukt – en richt zich weer op het gesprek.
Ze moet de gezelligheid nu niet bederven door haar vervelende gedachtenspinsels.
Na nog een poosje gekletst te hebben kijkt Erik achteloos op zijn horloge, en zijn ogen worden groot.
“Het is al bijna drie uur!” zegt hij geschrokken.

“Wat? Dat meen je niet!” antwoordt Eline oprecht verbaasd. Ze had helemaal niet door dat ze al zo
lang zaten te kletsen.

Erik knikt. “Ja, toch wel. En ik heb morgen een vroeg college, dus ik moet maar eens op huis aan.”

“Dat lijkt me wel slim. Ik was eigenlijk ook van plan om vanavond vroeg naar bed te gaan. Dat zal ‘m
nu niet meer worden,” lacht ze.
Allebei staan ze op van het bankje. Even staan ze glimlachend tegenover elkaar.

“Weet je,” zegt Eline dan. “Ik heb ‘t in tijden niet zo leuk gehad. Sterker nog, ik weet niet of ik het
überhaupt ooit wel eens zo leuk gehad heb.” Ze begint een beetje te blozen, en haar hart bonkt in
haar keel.
Erik glimlacht. “Ik weet wel zeker dat ik het nog nooit zo gezellig heb gehad met iemand.”

Eline begint nog meer te blozen. Ze weet niet wat ze nu moet zeggen.

“Je bent schattig als je bloost, weet je dat?” zegt Erik met een lieve grijns.

Eline giechelt. “Die opmerking maakt het er niet bepaald beter op,” mompelt ze.

Erik doet een stapje naar voren. “Dat hoeft toch ook helemaal niet? Schattig is goed.” Hij buigt zich
nog meer naar voren, en Eline stopt met giechelen. Als betoverd kijkt ze hem aan.
Dan raken Eriks lippen de hare, en als vanzelf slaat ze haar armen om hem heen. Erik trekt haar tegen
zich aan en ze raken verstrengelt in een innige omhelzing. Elines hart bonkt als nooit tevoren, maar
ze wil niet dat het stopt. De lippen van Erik op die van haar is het fijnste wat ze ooit gevoeld heeft, en
ze zou willen dat ze voor altijd zo konden blijven staan.
Helaas kan dat niet, en na een poosje komt de zoen tot zijn eind. Zodra Erik zijn lippen van die van
haar trekt is de betovering verbroken, en lijkt Eline met een klap weer met beide benen op de grond
terecht te komen. Haar wangen kleuren knalrood als ze beseft wat er net gebeurd is. En ze wilde het
nog wel rustig aan doen…
“Wat is er?” vraagt Erik als hij haar gezicht ziet. “Wilde je dat niet? Och, sorry, ik dacht dat jij
hetzelfde voelde als ik… Ik had niet – ”

Eline glimlacht en valt hem in de rede. “Nee, dat was… geweldig, echt. Het is gewoon…”

“Ja?”

Eline zucht. “Ik wil het liever rustig aan doen. Ik heb – nou ja, ik heb niet zoveel ervaring op dit
gebied, en daarbij komt ook nog dat we elkaar nog maar zo kort kennen… Sorry.”
Erik glimlacht. “Hee, da’s toch helemaal niet erg? Ik snap ‘t wel, hoor. Het gaat ook snel, dat ben ik
met je eens. Ik vind je gewoon heel erg leuk.”

“Ik jou ook, geloof ik,” zegt Eline zachtjes, en ze glimlacht voorzichtig.
Erik streelt Eline over haar wang. “Nou, dan doen we het toch gewoon rustig aan? Dat maakt me
helemaal niets uit. Zolang ik maar tijd met jou kan doorbrengen.”

Eline pakt Eriks hand en haalt hem voorzichtig en teder van haar gezicht. “Ik wil je gewoon graag
eerst wat beter leren kennen voor we ons ergens instorten.”

Erik knikt. “Dat snap ik.”

“Dus… Vrienden?”
“Vrienden.” Erik is even stil. “Betekent dat ook dat ik je niet meer mag zoenen? Want dat beviel me
eigenlijk wel.”
Eline schiet in de lach. “Ja, dat betekent ook dat je me niet meer mag zoenen. Niet dat ik het niet fijn
vond,” voegt ze er snel aan toe. “Maar – ”

“Je wilt het rustig aan doen. Oké. Is goed,” zegt Erik en hij glimlacht om zijn woorden kracht bij te
zetten. “Zullen we dan maar op huis aan gaan?”

Eline knikt.
Samen lopen ze naar de rand van het park, waar ze allebei een andere kant op moeten.

“Zie ik je snel weer?” vraagt Erik.

“Natuurlijk,” zegt Eline. “We zijn nu immers vrienden.”

Erik lacht. “Dat is waar. Nou, tot snel dan maar.”

“Ja, tot snel.”
Om nog heel even dat fijne gevoel te kunnen ervaren buigt Eline zich vlug naar voren, en geeft ze Erik
een zoen. Verbaasd zoent hij haar terug.

“Ik dacht dat we gewoon vrienden waren?” zegt hij als zijn lippen weer vrij zijn.

Eline bloost en glimlacht. “Vanaf morgen.” Ze glimlacht nog een keer en draait zich dan om. Al lopend
kijkt ze nog een keer over haar schouder. “Tot snel!”
Dan loopt ze met een grote glimlach op haar gezicht het park uit. Nog even voelt ze Eriks ogen in
haar rug priemen, maar dan loopt hij ook weg, in de tegenovergestelde richting.
Als ze thuiskomt is het een stuk stiller in het studentenhuis. De wedstrijd is afgelopen, en de meesten
van haar huisgenoten liggen in bed, wat ook niet zo raar is op dit tijdstip. Eline loopt naar haar kamer,
trekt haar pyjama aan en gaat in bed liggen. Maar het duurt lang voordat ze eindelijk slaapt; Erik
blijft maar door haar hoofd dwalen…

                                                  ~*~
Fluitend loopt Emma naar de brievenbus. Ze heeft een paar dagen vrij, en – aangezien ze niet zo
goed is in stilzitten – die benut ze goed. Alle rekeningen moesten nog betaald worden, en dat is nu
gebeurd.
De vaatwasser is al een tijdje kapot, en nu ze eindelijk tijd heeft, diept Emma haar gereedschapskist
op en repareert ze het kreng. Het duurt een poosje, en het kost haar een hoop moeite en gevloek,
maar uiteindelijk is het klusje dan toch geklaard. Tevreden zet ze de ontbijtborden in de
afwasmachine, en zet ze hem aan. Hij doet het weer perfect.
Het laatste klusje dat ze uitvoert voor Carmen thuiskomt is gelijk ook dat wat ze het belangrijkste
vindt. Nu de graven van Maloe en Michel op de begraafplaats staan, was het mausoleum niet meer
nodig. Emma en Diederik hebben samen besloten om het af te breken, maar de schilderijen van haar
ouders werden natuurlijk bewaard. Nu heeft Emma eindelijk de tijd om ze een mooi plekje te geven,
midden in de woonkamer.

Tevreden kijkt ze ernaar. Dan hoort ze de ronkende motor van de schoolbus, die voor het huis tot
stilstand komt.
Met een glimlach stapt Carmen uit de schoolbus. Ze heeft weer een gezellige dag op school gehad.
Veel vriendinnen heeft ze niet – meisjes lijken haar niet erg aardig te vinden – maar dat maakt hier
niet uit. Met jongens heeft ze het toch vele malen gezelliger…

Ze loopt naar binnen en legt eerst haar huiswerk op haar kamer, voor ze weer naar beneden gaat, op
zoek naar haar moeder.
“Hee mam,” zegt ze vrolijk als ze de keuken binnen loopt.

Emma kijkt om en glimlacht. “Hee schat. Was het leuk op school?” Ze opent de koelkast. “Wil je ook
een boterham?”

Carmen schudt haar hoofd. “Nee hoor, dankjewel. En ‘t was wel oké op school. Gezellig.”

“Mooi zo.”
Emma maakt een boterham voor zichzelf klaar en gaat dan bij Carmen aan tafel zitten.

“Wat hangen de schilderijen van opa en oma daar mooi in de kamer,” zegt Carmen. “Heb je die
vanochtend opgehangen?”

Emma knikt. “Ja. Ik vond dat wel een mooi plekje. En ik zat zo te denken… Het zou denk ik wel leuk
zijn als er van je vader en mij ook twee schilderijen zouden zijn.”

“Dat zou wel een leuke traditie zijn, ja,” zegt Carmen.

“Precies. En aangezien jij degene bent in onze familie met kunstambities wil ik jou vragen om ze te
maken, als je wilt.”
“Ik?” vraagt Carmen verbaasd.

“Ja, waarom niet? Je kan hartstikke goed schilderen, en het is veel leuker als jij ze maakt dan een of
andere professionele schilder. Ik zou het echt heel fijn vinden als jij het zou willen doen,” zegt Emma.

Carmen knikt. “Oké, is goed. Als het zoveel voor je betekent wil ik dat best doen, hoor.”
Een grote glimlach verschijnt op Emma’s gezicht. “Dat vind ik heel lief van je, Car.”

“Ja ja, het is al goed,” zegt Carmen een beetje ongemakkelijk. “Ik ga gelijk beginnen.”
Carmen staat op en loopt de keuken uit, richting haar schildersezel. Ze pakt een nieuw doek, en zet
de grote lijnen uit voor het portret van haar moeder. Al snel begint ze te schilderen, en gaat ze
helemaal op in het werk. Het duurt niet lang voordat het schilderij duidelijke vormen begint aan te
nemen.
Emma komt de kamer in lopen en kijkt bewonderend naar het schilderij waar Carmen druk mee
bezig is.

“Wauw, Carmen! Dat ziet er echt prachtig uit! Je doet ‘t geweldig!”

Carmen glimlacht. “Dankjewel, mam. Ik doe m’n best.”

Emma kijkt even trots naar haar dochter. Ze is blij dat Carmen dit voor haar wil doen. Emma pakt een
keu en begint te poolen. Carmen is zeker weten haar meest opstandige kind, maar Emma weet dat ze
een goed hart heeft. En ze houdt ook zeker niet minder van Carmen dan van Eline en Simon. Carmen
is gewoon een beetje het buitenbeentje van het gezin, en dat kan soms best moeilijk voor haar zijn,
weet Emma.
Dan wordt Emma opgeschrikt uit haar gedachten door Simon, die binnen komt lopen.

“Hee mam, hee Carmen!” zegt hij vrolijk.

Emma geeft haar zoon een zoen. “Hee Siem, was het leuk op school?”

Simon knikt. “Ja hoor. Hee,” zegt hij dan. “Zijn dat opa en oma?” Hij wijst naar de schilderijen aan de
muur.

Emma knikt en glimlacht. “Ja, dat zijn mijn ouders.”

Even blijft Simon gefascineerd staan kijken naar de schilderijen, maar dan gaat hij op de bank tv
zitten kijken.
Dan is het weer stil – op het geluid van de tv na – en gaan Emma, Carmen en Simon verder met hun
eigen bezigheden. Een uurtje later wordt de rust verstoord door Diederik die thuis komt.

“Hee allemaal,” zegt hij met een lach als hij binnen komt.

Emma draait zich om. “Hallo meneer de Chef de Clinique,” zegt ze met een grijns. “Heb je vandaag
weer een hoop levens gered?”
Diederik grinnikt. “Nee, maar ik heb wel een hele stapel papierwerk weggewerkt. Is dat ook goed?”

Emma schiet in de lach. “Ja hoor, jij blijft altijd mijn held,” zegt ze, en ze zoent hem.
“Gadverdarre, kunnen jullie alsjeblieft ergens anders gaan kleffen?” zegt Carmen die met een blik
van afgrijzen opkijkt van haar schilderij.
“Ja, inderdaad. Er zijn hier meer mensen, hoor!” zegt Simon, die zijn blik expres op het scherm
gericht houdt. Die zoenende grote mensen, dat vindt hij maar niks.
Grinnikend laten Emma en Diederik elkaar los.

“Ik ga me even douchen en omkleden,” zegt Diederik. “Tot zo.”
Als Diederik weer beneden is, beginnen hij en Emma aan een competitief potje pool.

“Je maakt toch geen schijn van kans, pap,” zegt Carmen met een grijns. “Mama is de beste pooler in
de wijde omtrek. Zelfs Eline heeft moeite met winnen van haar.”

Emma lacht. “Ze heeft een punt, weet je. Ik bén de beste,” zegt ze met een grote grijns.

Diederik maakt een verongelijkt geluid. “Zeg, moeten jullie niet eens je huiswerk maken,” zegt hij.

Carmen zucht. “Dat is gemeen.”

Diederik lacht. “Tja. Dat krijg je ervan met die opmerkingen van je.”
Onder luid protest van Simon – “Ik heb niks gezegd!” – en verontwaardigd gemompel van Carmen
gaan de twee naar hun kamer om hun huiswerk te maken. Het is niet bepaald hun favoriete
bezigheid. Ze vinden allebei school niet echt leuk, alleen de gezelligheid bevalt hen wel. Maar ja, het
huiswerk moet natuurlijk ook gebeuren.
Terwijl hun twee jongste kinderen boven zitten te bikkelen op hun huiswerk, gaan Emma en Diederik
nog even door met hun potje pool. Diederik doet zijn uiterste best om Emma te verslaan, maar dat
valt hem nog niet mee.
Als Carmen klaar is met haar huiswerk loopt ze weer naar beneden. Ze wil Olivier nog even bellen om
hem mee uit te vragen voor het weekend. Ze is nu al een poosje druk met school, dus ze wil nu wel
eens even lekker los gaan. Hij is de afgelopen dagen ziek thuis geweest, dus toen heeft ze hem niet
kunnen vragen.
“Hee, Olivier! Hoe is het? Ben je alweer bijna beter?”

“…”

“Oké, mooi zo. Zeg, ik wil je wat vragen. Heb je zin om zaterdagavond de stad in te gaan?”

“…”

Carmen grinnikt. “Nee, gewoon gezellig met z’n tweetjes,” zegt ze zacht. Haar ouders zijn in dezelfde
kamer, en ze heeft liever niet dat die haar geflirt horen.
Helaas praatte ze toch iets te hard.

“Wie heb je aan de telefoon?” vraagt Diederik nieuwsgierig, maar ook een beetje argwanend. Hij
weet dat zijn dochter met meerdere jongens tegelijk iets heeft, en dat bevalt hem niet echt. Eén
jongen is hem al te veel. Carmen is zijn kleine meisje, die is toch nog veel te jong voor jongens! Maar
ja, hij weet ook dat ze een Romantieksim is, en dat er weinig is dat hij kan doen.
Carmen zucht. Daar heb je het al. “Olivier, ik moet ophangen. M’n vader is weer eens nieuwsgierig.
Zie ik je morgen?”

“…”

“Hm, een mobieltje… Dat is niet eens een slecht idee! Ik zie je morgen!” zegt Carmen en dan hangt ze
op, terwijl ze nadenkt over wat Olivier net voorstelde. Een mobieltje kopen. Dat is briljant! Dan heeft
ze eindelijk de privacy die ze zo graag wil.
“Mag ik nog even de stad in?” vraagt Carmen als ze de telefoon op de haak heeft gehangen.

Emma fronst haar wenkbrauwen. “Waarom?”

“Ik wil graag een mobieltje kopen, zodat ik wat meer privacy heb hier in huis,” zegt Carmen bits.

“Is dat nou wel zo’n goed idee?” vraagt Diederik.

Carmen zucht. “Ik heb nog een heleboel zakgeld, dus als ik een mobieltje wil kopen koop ik een
mobieltje. Het is mijn geld.”
Emma haalt haar schouders op. “Ik zie het probleem er ook niet zo van in. Een beetje privacy is toch
niet te veel gevraagd?” zegt ze zacht tegen Diederik. “En het is haar geld, daar heeft ze gelijk in. We
hebben de kinderen beloofd dat ze met dat geld mogen doen wat ze willen.”

Diederik zucht. “Oké, prima.”

“Ga maar,” zegt Emma. “Maar zorg dat je niet te laat thuis bent, oké? Morgen is het weer gewoon
een schooldag.”

Carmen knikt dankbaar. “Is goed. Tot straks!”
Carmen gaat op weg naar de stad, en als ze de winkel inloopt krijgt ze een glimlach op haar gezicht.
Ze heeft geluk! Er staat een knappe jongen achter de toonbank, net waar ze aan toe is. Olivier leek
niet echt zin te hebben om dit weekend met haar de stad in te gaan. Nou, dan zoekt ze toch gewoon
een ander?
Ze werpt de jongen haar mooiste en verleidelijkste glimlach toe en ze voelt dat hij haar nakijkt als ze
langs hem loopt. Ze heeft zijn aandacht, nu nog hopen dat hij ook in is voor een beetje lol.
Maar dat zal vast wel, te zien aan de manier waarop hij naar haar kijkt, denkt Carmen als ze even
voorzichtig over haar schouder kijkt. Met een glimlach stopt ze een bankbiljet in de
elektronicamachine en kiest ze een leuk mobieltje uit. Jammer dat ze niet bij de jongen hoeft af te
rekenen, nu moet ze een andere manier zoeken om hem aan te spreken. Al lukt haar dat natuurlijk
ook wel.
Zelfverzekerd stapt Carmen op de jongen af, al voelt ze toch ook wel een paar kriebels in haar maag.
Het is toch altijd best een beetje spannend, ze loopt niet graag een blauwtje. Al gebeurt dat ook
zelden, dus erg bang hoeft ze daar niet voor te zijn.

“Hee,” zegt ze met een glimlach tegen de jongen.

De jongen grijnst naar haar. “Hee. Kan ik je helpen?”

“Nou, je zag vast wel dat ik net een mobieltje gekocht heb… Het probleem is alleen dat ik nog niet
echt veel nummers heb om er in te zetten. Dus… Mag ik die van jou?” Carmen glimlacht verleidelijk.
“Zo’n mooi meisje als jij heeft niet veel nummers voor in haar mobieltje? Daar geloof ik nou echt niks
van,” zegt de jongen.

Inwendig moet Carmen een beetje lachen om de slijmerige opmerking, maar dat laat ze niet merken
aan de jongen. Ze vindt hem nog steeds leuk. “Toch is het zo.”

“Nou, dan moet ik je de mijne toch maar geven. Ik kan je natuurlijk niet met een mobieltje zonder
nummers laten vertrekken.”

“Dat dacht ik nou ook,” zegt Carmen met een grijns. Ze haalt haar mobieltje tevoorschijn. “Onder
welke naam kan ik je neerzetten?”
“Jonathan,” antwoordt de jongen. “En met welke naam moet ik jouw aanspreken als je me belt?”

“Carmen,” zegt Carmen met een glimlach. Ze mag deze jongen wel. Hij is ad rem.

“Oké. Is goed, Carmen. En wanneer kan ik een telefoontje verwachten?”

“Zeer binnenkort. Ik zoek namelijk nog een vrijwilliger om zaterdag met mij te gaan stappen.
Interesse?”

Jonathan grijnst. “Zeker weten.”
“Oké,” zegt Carmen. “Dan bel ik je nog wel om alles precies af te spreken. Tot ziens, Jonathan.”

Na dat gezegd te hebben loopt ze heupwiegend de winkel uit, waar ze Jonathan achterlaat met een
grote grijns op zijn gezicht.
Met haar mobieltje in haar zak en een tevreden glimlach op haar gezicht loopt Carmen de avond in.
Dat heeft ze ook weer geregeld, nu heeft ze tenminste leuk gezelschap als ze zaterdag de stad
onveilig gaat maken.

Dan voelt ze haar maag knorren. Ze heeft honger! Gelukkig zit een van haar favoriete restaurantjes
hier in de buurt.
Na een klein eindje lopen komt Carmen aan bij het restaurantje. Ze gaat aan de bar zitten, en
bestudeert de menukaart. Waar heeft ze zin in? Ze is al een poosje niet meer uit eten geweest, dus
nu wil ze wel even lekker kunnen genieten.
Uiteindelijk kiest ze voor de gefrituurde kip. Het duurt niet lang voor haar eten opgediend wordt, en
ondertussen geniet ze van een glas Pasoa-jus. Ze vindt het heerlijk om even het huis uit te zijn. Ze
houdt van haar familie, maar af en toe wordt ze gek van hen. Ze kan ook niet wachten om te gaan
studeren. Dan kan ze eindelijk écht haar eigen gangetje gaan, zonder dat haar ouders haar telkens op
de vingers kijken.
Terwijl Carmen van haar kip smult, begint het restaurant vol te lopen, en vult de ruimte zich met
gezellig gebabbel.
Carmen geniet er van, en besluit dan ook om niet gelijk naar huis te gaan als ze haar eten op heeft.
Ze ziet een man die in zijn eentje aan het poolen is en loopt op hem af. Hij is veel te oud voor haar,
dat ziet ze zelf ook wel, maar een potje poolen kan geen kwaad, toch?
Ze blijkt het erg goed met de man te kunnen vinden, en ze doen samen mee met de poolwedstrijd
die die avond in het restaurant wordt gehouden. Carmen vergeet helemaal de tijd, en pas als het
twaalf uur is, en de wedstrijd afgelopen is, merkt ze hoe laat ze het heeft gemaakt.

Halsoverkop gaat ze op weg naar huis. Hopelijk liggen haar ouders al in bed, en hebben ze niet
gemerkt dat ze het zo laat heeft gemaakt. Al weet Carmen dat die kans erg klein is…
Als ze thuis aankomt en naar binnen loopt hoort ze niks. Ze haalt even opgelucht adem, haar ouders
liggen kennelijk al in bed. Daar heeft ze mazzel mee, want zeker haar moeder gaat meestal niet zo
vroeg naar bed.

Carmen wil al doorlopen naar boven, maar schrikt dan op door een kuchje uit de zithoek.

“Jeetje, mam, ik schrik me een ongeluk,” zegt Carmen met een zenuwachtig lachje.
Emma zit bij de kachel, met een slapende Jessie aan haar voeten.

“Waar kom jij zo laat vandaan?” vraagt ze nors, Carmens opmerking negerend.
Carmen slikt. Ze ziet aan haar moeders gezicht dat ze flink in de problemen zit. Haar moeder is niet
vaak kwaad, maar op dit moment is het zeker weten mis.

“Uhm…” zegt Carmen. “Ik heb een mobieltje gekocht, en daarna ben ik nog even wat gaan eten,
want ik had honger. Maar het was heel gezellig in het restaurant, ze hadden een poolwedstrijd en
toen ben ik helemaal de tijd vergeten,” ratelt ze.
Emma staat langzaam op en loopt naar Carmen toe. “Ik had je toch gezegd dat je op tijd thuis moest
zijn? Sinds wanneer luister je niet meer als ik je iets opdraag?”

O-oh. Het is echt goed mis, beseft Carmen. “Sorry mam. Zoals ik al zei; ik was de tijd vergeten. Dat
kan gebeuren, toch?” Ze glimlacht voorzichtig.

“Heb je enig idee hoe ongerust je vader en ik waren? We hadden geen idee waar je was, we konden
je nergens bereiken… Wie weet wat er gebeurd had kunnen zijn zonder dat wij het wisten?!”
“Kijk, daarom heb ik nu dus een mobieltje,” zegt Carmen met een voorzichtige lach.

Emma fronst. “Dit is geen tijd voor grapjes, Carmen. Ik ben bloedserieus. Hoe haal je het in je hoofd
om zo lang weg te blijven? Als ik zeg dat je op tijd thuis moet zijn, ben je op tijd thuis, begrepen? En
dan kom je niet weer met smoesjes aanzetten over dat je de tijd was vergeten!”
Carmen slaat haar armen boos over elkaar heen. “Het is geen smoesje! Doe nou niet zo moeilijk, zeg!
Ik zal de volgende keer op de tijd letten, nou goed?”

“Niet goed genoeg. Voorlopig komt er geen volgende keer,” zegt Emma.

“Wát?”

“Je komt de komende week het huis niet uit, behalve voor school,” zegt Emma kalm.
“Wat?! Doe even normaal, zeg! Ik ben geen twaalf meer!” roept Carmen boos uit. “En ik heb plannen
voor dit weekend!”

“Dat is dan jammer. Als jij je onverantwoordelijk gedraagt, zul je de consequenties moeten
accepteren. Zo werkt het nou eenmaal.”

Carmen staat te briesen van woede en onmacht. “Mam, dit is niet eerlijk!”
“We gaan hier nu niet over discussiëren. Wat je plannen voor komend weekend ook zijn, je zegt ze
maar af, want jij zit dan thuis. En nu naar bed, het is al veel te laat.”

“Ugh,” brengt Carmen uit.
Dam draait ze zich zonder nog een woord te zeggen om en loopt ze de trap op naar boven.

Emma kijkt haar na. Ze vond het niet makkelijk om zo tegen haar dochter op te treden, maar het
moest wel. Dit gedrag kan ze niet tolereren. Ze zucht, zorgt dat het vuur in de kachel gedoofd is, en
loopt dan ook naar boven.
Ze trekt haar nachtjapon aan en gaat naast Diederik in bed liggen. Hij wilde eigenlijk niet naar bed
gaan voor Carmen thuis was, maar hij moet morgen weer vroeg op. Als Emma tegen hem aan kruipt
wordt hij wakker.

“Is ze er weer?” zegt hij.

“Ja,” antwoordt Emma. “Maar ik denk niet dat ze de komende week veel met me zal praten…”

                                                ~*~
De eerste dagen na haar avond met Erik, is Eline compleet van slag. Ze weet niet wat ze moet doen
met het vreemde gevoel in haar buik. De vlinders die er rond fladderen hebben haar helemaal in de
war gebracht. Hoe kan ze iemand nou zo snel al zo leuk vinden? Ze heeft het gevoel dat ze al verliefd
is op Erik, maar aan dat gevoel wil ze niet toegeven. Dat is bizar. Ze kent hem nog maar zo kort!
Om afleiding te zoeken van al die verwarrende gedachten die door haar hoofd razen, richt Eline zich
een paar dagen volledig op haar studie. Ze schrijft in die paar dagen haar paper, en zit veel met haar
neus in de boeken.
Maar ze kan natuurlijk niet altijd met schoolwerk bezig zijn, en dan beginnen haar gedachten weer te
razen. Ze heeft tegen Erik gezegd dat ze het rustig aan wil doen, en eerst vrienden wil zijn, en dat is
ook het beste. Maar haar hart roept iets heel anders… Ze besluit om haar hart voorlopig even te
negeren, en naar haar verstand te luisteren.
Ze heeft het echter heus wel door dat haar hart iedere keer dat de telefoon gaat een sprongetje
maakt, en hoop dat het Erik is die belt. Als het dan na een paar dagen echt Erik is, beukt datzelfde
hart zich bijna een weg naar buiten, zo hard klopt het in haar borst.

Hij verontschuldigt zich voor het feit dat hij eerder nog niet gebeld had, maar dat vindt Eline eigenlijk
helemaal niet erg. Zo had ze tenminste even de tijd om enigszins tot rust te komen. Hij vraagt haar of
ze binnenkort af wil spreken – als vrienden, natuurlijk, zoals ze wilde – en Eline stemt ermee in. Ze wil
hem graag zien, en hem beter leren kennen.
Ze kletsen nog een poosje, en de tijd vliegt voorbij, net als de vorige keer dat ze elkaar spraken. Eline
vindt het maar vreemd, dat je je zo erg op je gemakt kunt voelen bij iemand die je nog maar pas
kent. Ze hangt met tegenzin op tegen de tijd dat ze naar college moet, maar de volgende dag hangen
ze alweer een half uur aan de telefoon.
De weken daarna spreken ze regelmatig af. Gewoon als vrienden, niet als date, blijft Erik
benadrukken, om Eline op haar gemak te stellen. Eline vindt het erg lief van hem, maar hoopt dat dat
hen er niet van weerhoudt om ooit, als zij er aan toe is, echt te gaan daten.

Buiten haar gedachtenspinsels, die door haar hoofd blijven razen, heeft Eline het enorm naar haar
zin met Erik. Ze hebben een hoop lol samen, en ze heeft het gezelliger dan ze het ooit met iemand
heeft gehad. Zelfs met Alex.
Zo kabbelt het een paar maanden door. Eline spreekt elke week wel een keer met Erik af, en ze als ze
niet bij hem is, heeft ze het gevoel dat er iets mist. Ze staat steeds vaker op het punt om hem te
vertellen dat ze er klaar voor is, dat ze het aan durft, maar iedere keer als ze haar mond opent om
het te zeggen, doet ze hem weer dicht. Ze durft het gewoon niet. Ze durft de stap niet te maken.
Dan komt een van haar huisgenoten op een avond bij haar zitten als ze aan het eten is.

“Hee,” zegt Aafke. “Mag ik bij je komen zitten?”

Eline haalt haar schouders op. “Ja hoor, ga zitten.” Ze gaat niet veel met Aafke om, dus ze vraagt zich
af waarom Aafke nu bij haar wil zitten.

Aafke gaat op haar gemak zitten en neemt een hap van haar macaroni met kaas.
Even heerst er een ongemakkelijke stilte, maar dan begint Aafke te praten. “Zeg, jij bent toch
bevriend met Erik Bockinghoven?” vraagt ze.

Eline knikt langzaam. “Uhm… Ja, hoezo?”

“Nou, er gaan geruchten dat jullie meer zijn dan alleen vrienden, is dat waar?” vraagt Aafke
nieuwsgierig.

Eline gaat even verzitten. Ze voelt zich enorm ongemakkelijk en heeft het gevoel dat ze aan een
kruisverhoor onderworpen wordt. “Nou… Nee. Niet echt. Maar waarom wil je dat weten?”
Aafke haalt haar schouders op. “Ik vind Erik wel leuk, en ik wil hem graag een keer mee uit vragen.
Maar ik wilde eerst even checken of hij wat met jou had. Dat leek me wel zo gepast. Maar als jullie
niks hebben samen…”

Eline schrik. Wat nu? Wat nou als Aafke Erik mee uit vraagt, en hij ‘ja’ zegt, en ze enorm verliefd op
elkaar worden en voor altijd bij elkaar blijven en trouwen en kinderen krijgen en Eline voor altijd
alleen blijft? Elines hoofd slaat helemaal op hol. Ze weet niet wat ze moet zeggen.

“O – eh – nou… We hebben wel… soort van iets. Een paar maanden geleden hebben we gezoend en…
nou ja, toen hebben we besloten om eerst vrienden te blijven om elkaar te leren kennen en zo,
maar…”
“Jullie hebben een paar maanden geleden gezoend… En daarna niet weer? Maar jullie hebben wel
iets?” vraagt Aafke verbaasd en met gefronste wenkbrauwen.

Eline schudt haar hoofd. “Nee, maar-” Ze zit met haar mond vol tanden. Aafke heeft gelijk. Het slaat
helemaal nergens op waar ze nu mee bezig zijn. Het is al meer dan vier maanden geleden dat Eline
en Erik elkaar hebben leren kennen. Er zijn sims die dan al getrouwd zijn!

“Ik wil het voor jou niet verpesten, dus ik vraag het je toch. Heb jij er vrede mee als ik hem mee uit
vraag?”
Eline is even stil maar schudt dan haar hoofd. “Nee.” Nadat ze dat gezegd heeft verschijnt er een
glimlach van oor tot oor op haar gezicht.
Twee dagen later zitten Eline en Erik samen in een restaurantje in de stad. Eline is op van de
zenuwen, want ze wil Erik nu eindelijk vertellen dat ze er klaar voor is om een echte relatie te
beginnen. Sinds het gesprek met Aafke weet ze het zeker. Ze is verliefd op Erik, en ze wil dat nu
eindelijk wel eens echt laten merken.

Door die zenuwen vallen er veel stiltes aan tafel, maar Eline merkt dat dat niet alleen van haar kant
komt. Ook Erik is minder spraakzaam dan anders. Meteen trekt haar maag samen. Wat zou er aan de
hand zijn?
Na het eten gaan ze buiten het restaurant op een bankje zitten. Het is mooi weer, dus ze kunnen nog
even genieten van het lekkere zonnetje. Eline merkt er echter weinig van. Ze haalt even diep adem
en begint dan te praten, maar op datzelfde moment begint ook Erik met een zin.

Eline glimlacht. “Jij eerst.”

“Zeker weten?” vraagt Erik.

Eline knikt. “Ja. Wat is er aan de hand? Je doet de hele tijd al een beetje anders dan anders.”
Erik glimlacht. “Ik – eh – wil het even ergens met je over hebben. En dit is niet makkelijk voor me, dus
laat me alsjeblieft uitpraten, oké?”

Eline knikt en fronst haar wenkbrauwen. Wat zou er nou zijn?

“Oké.” Erik sluit even zijn ogen en haalt diep adem. “We hebben elkaar nu al meer dan vier maanden
geleden leren kennen. Die avond is de meest geweldige avond in mijn leven tot nu toe geweest. Hij
verslaat alle avonden die we nu al samen gehad hebben, door die zoen. Die zoen staat in mijn
geheugen gegrift, en sinds die avond verlang ik naar nog zo’n zoen.”
Eline doet haar mond open om wat te zeggen, maar Erik houdt zijn vinger omhoog. “Je zou me laten
uitpraten, weet je nog?”

Eline knikt en houdt zich stil, bang voor wat er komen gaat.

“We hebben nu vier maanden samen gehad, en ik heb het super gehad. Maar Eline, ik wil meer. Jij
wilde eerst vrienden worden, en dat vond ik best, dat snapte ik ook, en dat snap ik nog steeds. Maar
we zijn ondertussen vier maanden verder, en we zitten nog steeds in hetzelfde stadium. Dus nu wil ik
eerlijk van je weten of het tussen ons nog wat gaat worden of niet. Ik wil niet meer aan het lijntje
gehouden geworden. Ik vind je echt heel erg leuk, Eline, en ik denk zelfs dat ik verliefd op je ben,
maar als het niet meer kan worden dan wat we nu samen hebben… Dan denk ik dat het hier maar bij
moet blijven.”
“Dus wat ik eigenlijk van je wil weten is…” Erik slikt. “Of we meer zijn dan gewoon vrienden. Want als
we blijven doorgaan zoals we nu bezig zijn… Dan hoeft het voor mij niet meer. Sorry, Eline, maar dan
bezorg ik mezelf alleen maar hartzeer, en ik moet nu ook aan mezelf denken.”

Eline knikt.

“Dat is wat ik wilde zeggen, en je wil niet weten hoe moeilijk ik dat vond. Ik wil je niet kwetsen, en ik
wil je zeker niet kwijtraken. Maar alleen vriendschap is niet meer genoeg voor me.” Even is hij stil.
“Dus… Wat wordt het?”

Vol verwachting kijkt hij haar aan.
Langzaam staat Eline op.

Erik knijpt zijn ogen dicht. “O nee, ik heb je gekwetst, hè? Dat was echt mijn bedoeling niet… Ik wist
gewoon niet hoe ik het allemaal moest verwoorden. Dit zit me namelijk echt dwars, en…”

Dan sluit hij verbaasd zijn mond als Eline hem omhoog trekt van het bankje.
En hij is helemaal verbijsterd als Eline hem in haar armen trekt en hem vol passie zoent. Hij slaat zijn
armen om haar heen en allebei vergeten ze eventjes de wereld om hen heen – net als op die
geweldige avond vier maanden geleden.
“Is dat een beetje een duidelijk antwoord?” vraagt Eline als ze haar lippen weer van die van Erik
heeft getrokken.

Erik knikt, niet wetend wat hij moet zeggen.

“Om het ook nog even in woorden duidelijk te maken… Ik ben verliefd op je, Erik, dat was ik al die tijd
al. En vriendschap is ook niet genoeg meer voor mij. Ik wil meer.”
“Veel meer.”



    ~*~
“Kan je het geloven? Onze oudste zoon vertrekt vanavond naar de universiteit…”

Yasmine zucht en nestelt zich tegen Ramses aan. “Nee, het voelt zo raar! De tijd vliegt…”
Alex is het absoluut niet met zijn moeder eens. Hij wacht al tijden op het moment dat hij naar de
universiteit mag vertrekken, en vanavond is het eindelijk zo ver. Opgewekt stapt hij uit bed en wrijft
hij de slaap uit zijn ogen.
Hij houdt van zijn familie, en hij zal ze ook heus wel missen, maar dit is iets waar hij al bijna zijn hele
tienertijd naartoe leeft. En sinds Eline op de universiteit zit, heeft hij er nog meer zin in.

Fluitend kleedt Alex zich aan. Hij kan niet wachten tot vanavond.
Iemand die daar wat minder naar uitkijkt is Daan. Hij vindt het helemaal niet leuk dat zijn broer al
het huis uit gaat, want dat betekent dat hij in huis helemaal niemand meer heeft om mee te spelen.
Alex wilde ook niet altijd met hem spelen, maar het is wel zijn broer. Met alleen zijn ouders zal het
heel anders zijn…
Om een beetje minder verdrietig te zijn gaat Daan als hij zich aangekleed heeft lekker bij zijn
speeltafel zitten om met zijn blokken te spelen. Al snel is hij zijn somberheid helemaal vergeten.
Ramses besluit pannenkoeken te maken, aangezien dit voorlopig de laatste keer is dat ze met zijn
vieren zullen ontbijten. Hij doet goed zijn best, en al gauw vult de kamer zich met een heerlijke geur.
Iedereen schuift aan, en ze genieten alle vier van de pannenkoeken. Yasmine en Ramses vertellen
over hun eigen studietijd, en geven Alex een hoop tips. Ook worden er leuke anekdotes verteld. Alex
luistert geïnteresseerd, maar Daan wordt er alleen maar weer een beetje verdrietig van. Het klinkt
allemaal heel erg leuk, maar het duurt nog zo lang voordat hij ook mag gaan!
Het is zo gezellig, dat ze de tijd helemaal vergeten en Alex en Daan de toeter van de schoolbus eerst
helemaal niet horen. De bus wil al bijna wegrijden als ze hem eindelijk opmerken. Geschrokken
springen ze allebei op en rennen ze het huis uit.

“Tot vanmiddag!” roept Alex nog even naar zijn ouders.
“Sorry, sorry, sorry!” roept Daan met het schaamrood op de kaken als hij de schoolbus binnen
springt. “Mijn broer gaat vanavond naar de universiteit, dus m’n vader had nog pannenkoeken
gebakken en-”

“Ja ja,” onderbreekt de buschauffeur hem nors. “Ga nou maar zitten, en zorg dat het niet weer
gebeurt.”

Grinnikend stapt Alex achter zijn kleine broertje aan – voor de laatste keer – de schoolbus in. Hij
werpt een verontschuldigende blik naar de buschauffeur, en gaat dan bij zijn vrienden zitten.
Vrolijk loopt Alex die middag het huis weer binnen. Zijn laatste dag op de middelbare school is achter
de rug! Hij heeft het ook wel helemaal gehad met die school. Hij is klaar voor het echte werk!

Hij ziet zijn ouders – die allebei vrij zijn – niet in de kamer zitten, en wil naar de serre lopen als de
telefoon gaat.
“Met Alex.”

“…”

“Hee, Eline! Hoe is het? Hoe ging je examen?”

“…”

“Een tien? Goed zo! Ik had ook niet anders van je verwacht, hoor. Sterker nog, ik zou teleurgesteld
zijn als je geen tien had gehaald.”
“…”

Alex lacht. “Ik maak toch maar een grapje, joh.”

“…”

“Ja, ik ben net thuis. Ik moet zo nog even wat spullen inpakken, en dan ben ik er helemaal klaar voor!
Kom maar op met die universiteit!”

“…”
“Ik weet niet precies hoe laat ik er ben. De taxi komt om acht uur. Hoezo?”

“…”

“Ah, om je tien te vieren? Gezellig. Waar gaan jullie eten?”

“…”

“Oké, altijd leuk. Ik wil die Erik van je nu ook weleens ontmoeten. Ik heb al zoveel gezemel over hem
aan moeten horen!” Alex lacht.

“…”
“Jij bent wel snel op de kast te jagen, hè,” lacht Alex. “Maar even serieus. Spreken we af bij het
Rozenbloemhuis?”

“…”

“Oké. Het lijkt me wel zo leuk om samen naar binnen te gaan, dus blijf niet te lang plakken bij Erik,
hè?”

“…”

“Goed zo. Zeg, ik ga ophangen, ik heb nog wat inpakwerk te doen. Tot vanavond en veel plezier met
Erik!”
Alex hangt glimlachend op. Hij is blij dat Eline nu zo gelukkig is met Erik. Hij weet niet waarom, maar
het heeft haar veel moeite gekost om toe te geven haar gevoelens, vertelde ze in een van haar mails.
“Alex?” hoort hij dan vanuit de serre.

Alex herkent de stem van zijn vader en loopt de serre in. “Hee pap,” zegt hij.
“Hee,” zegt Ramses met een glimlach. “Was dat Eline?”

Alex knikt. “Ja. Ze belde om te vragen hoe laat ik op de campus ben.”

“Aha. Heeft ze haar examen al gehad?” vraagt Ramses.

“Ja, ze had een tien,” antwoordt Alex.
Ramses slaat zijn boek dicht. “Natuurlijk,” zegt hij lachend. “Dat hadden we kunnen verwachten.”

“Ja,” antwoordt Alex. “Ik ben benieuwd hoe ik het ga doen op de universiteit,” voegt hij er dan
nadenkend aan toe

“Je doet het vast geweldig,” zegt Ramses met een glimlach.

Alex grimast. “Heb alsjeblieft niet te hoge verwachtingen, oké? Ik ben geen Kennissim zoals jij, mama
en Eline.”

Ramses lacht. “Maak je maar geen zorgen. Wij zijn hoe dan ook trots op je.”
“Mooi zo,” zegt Alex. “Dat zorgt weer voor wat minder druk op mijn schouders.”

“Trek je je zoveel van ons aan dan?” vraagt Ramses.

Alex haalt zijn schouders op. “Dat valt wel een beetje mee. Maar ik wil jullie niet teleurstellen, dat
heeft elk kind, denk ik.”

Ramses knikt. “Daar zit wel wat in. Maar daar hoef je dus niet bang voor te zijn, mij en je moeder stel
je niet zo snel teleur.”
“Fijn om te weten,” zegt Alex. Dan staat hij op. “Nou, ik ga maar eens beginnen met inpakken, voor
we helemaal sentimenteel beginnen te worden.”

Ramses schiet in de lach. “Succes.”
Een poosje later komt Daan ook thuis van school, en na zijn ouders gedag gezegd te hebben
verdwijnt hij ook naar boven. Hij maakt gelijk eerst zijn huiswerk, en gaat daarna bij zijn beer op de
grond zitten. Hij is nog steeds beetje somber over het feit dat Alex vanavond vertrekt, maar bij zijn
beer vindt hij wat troost.
“Jij blijft tenminste voor altijd bij mij,” zegt hij tegen de beer, en hij geeft hem een knuffel.
Na alles ingepakt te hebben, doet Alex nog even de computer aan om de laatste dingetjes te regelen
en te checken voor zijn vertrek. Even later sluit hij tevreden af. Hij is er helemaal klaar voor.
“Wil jij Daan even roepen?” vraagt Ramses dan. “We gaan eten.”

Alex knikt en loopt naar boven om zijn broertje te halen. Ondertussen dient Ramses het eten op. Hij
heeft een heerlijke maaltijd klaargemaakt, vanwege Alex’ vertrek.
Het is erg gezellig aan tafel, maar Daan is wat stiller dan anders.

“Is er iets, Daan?” vraagt Alex dan ook aan hem.
Daan haalt zijn schouders op. “Ik vind het gewoon stom dat je zometeen weg gaat,” mompelt hij,

Alex glimlacht. “Tja,” zegt hij. “Het moet toch echt. En ik kom nog wel eens op bezoek, hoor, en ik ga
ook hartstikke vaak bellen.”

“Maar toch! Je bent hier niet meer elke dag.”

“Nee, dat is waar. Maar er zit niks anders op. En over een poosje mag jij ook!”

“Dat duurt nog superlang!” zegt Daan schamper.
“Voor je het weet is het zover,” zegt Ramses. “En je hebt het toch ook wel gezellig met mama en
mij?”

Daan knikt. “Dat is wel waar. En met Simon.”

“Precies,” zegt Yasmine. “Dat gaat helemaal goed komen.”

“Maar ik ga je wel missen!” zegt Daan tegen Alex.
Alex glimlacht. “Ik jou ook, hoor. Wees maar niet bang.”

De rest van de maaltijd kletsen ze gezellig over van alles en nog wat. Daan is weer opgevrolijkt en
kletst weer volop mee.

Als ze het eten op hebben wassen Alex en Daan samen af, terwijl Yasmine en Ramses de tafel
schoonmaken. Ramses en Yasmine hebben allebei een melancholisch gevoel. Het is niet niks
natuurlijk dat hun oudste zoon zometeen naar de universiteit vertrekt! Gelukkig kunnen ze Daan nog
wel een poosje bij zich houden.
Net als ze klaar zijn met opruimen komt de taxi de straat in rijden. Tijd om afscheid te nemen dus.

“Tot snel, kleintje,” zegt Alex terwijl hij zijn broertje een knuffel geeft. “En zorg een beetje voor die
ouders van ons, hè?”

Daan lacht. “Doe ik!”
Dan is Yasmine aan de beurt.

“Pas goed op jezelf, oké?” zegt Yasmine. “En bellen als je er bent!”

“Ja, mam,” zucht Alex met een grijns. “Zal ik doen, maak je maar geen zorgen.”
Als laatste omhelst hij zijn vader.

“Goed je best doen, hè,” zegt Ramses. “Maar heb vooral heel veel plezier! Je studententijd is een tijd
om van te genieten.”

“Komt goed, pap.”

Dan klinkt de ongeduldige toeter van de taxi voor de deur.

“Nu moet ik echt gaan,” zegt Alex. “Ik bel als ik er ben. Tot snel!”
Alex pakt zijn spullen en loopt naar de taxi. Gauw stopt hij alles in de kofferbak, en dan stapt hij het
taxibusje in. Hij glimlacht als hij de deur sluit. Hij heeft er zin in.

                                                   ~*~
“Je bent er!” Eline komt met een grote glimlach op haar gezicht naar Alex toelopen, en omhelst hem
stevig.

“Ja, eindelijk! Sorry dat ik zo laat ben, de taxi had een lekke band,” zegt Alex.
“Geeft toch niet, joh. Ik ben allang blij dat je er bent.” Eline laat haar neefje los. “En je bent goed
opgegroeid, zeg!”

Alex lacht. “Dank je. Ben je al binnen geweest?”

Eline schudt haar hoofd. “Nee, nog niet. Zullen we?”

“Ja, lijkt me een goed plan.”

Alex pakt zijn spullen op, en loopt vol verwachting achter Eline aan het Rozenbloemhuis in.
Maar als ze binnenkomen wacht hen een grote verrassing. Geschrokken kijken Eline en Alex naar de
Sim die op hún bank zit, in hún huis.

“Wie ben jij nou weer, en wat doe je in vredesnaam in ons huis?!”

                                                ~*~
En dat was Hoofdstuk 3.2!

  Wie is de Sim die in het Rozenbloem huis zit? En wat doet diegene daar?
                    Wat een spanning, wat een sensatie!
                                   *kuch*

Anyway, ik hoop dat jullie de update leuk vonden, en een reactie achter laten!

                                   xx Anne

Mais conteúdo relacionado

Mais procurados

10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.4
10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.410.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.4
10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.4dutch_girl2
 
Update 10; the magic of the outgoing
Update 10; the magic of the outgoingUpdate 10; the magic of the outgoing
Update 10; the magic of the outgoingSims2SNFKGGH
 
Update 5; twijfels 2
Update 5; twijfels 2Update 5; twijfels 2
Update 5; twijfels 2Sims2SNFKGGH
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: WraakBrent VD
 
Update 16; onverwachte wendingen ii
Update 16; onverwachte wendingen iiUpdate 16; onverwachte wendingen ii
Update 16; onverwachte wendingen iiSims2SNFKGGH
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest
10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest
10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: SchoolfeestBrent VD
 
Hst3
Hst3Hst3
Hst3. .
 
Update 15; new plans
Update 15; new plansUpdate 15; new plans
Update 15; new plansSims2SNFKGGH
 
Build my dream 2011, opdracht 6
Build my dream 2011, opdracht 6Build my dream 2011, opdracht 6
Build my dream 2011, opdracht 6Sims2SNFKGGH
 
10 g vb update 2.1
10 g vb update 2.110 g vb update 2.1
10 g vb update 2.1NoukLoveYou
 
Update 4; verwachtingen
Update 4; verwachtingenUpdate 4; verwachtingen
Update 4; verwachtingenSims2SNFKGGH
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 1
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 110G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 1
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 1Brent VD
 

Mais procurados (20)

10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.4
10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.410.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.4
10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.4
 
Update 10; the magic of the outgoing
Update 10; the magic of the outgoingUpdate 10; the magic of the outgoing
Update 10; the magic of the outgoing
 
1
11
1
 
Update 5; twijfels 2
Update 5; twijfels 2Update 5; twijfels 2
Update 5; twijfels 2
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.7: Wraak
 
10G 1.11B
10G 1.11B10G 1.11B
10G 1.11B
 
Update 16; onverwachte wendingen ii
Update 16; onverwachte wendingen iiUpdate 16; onverwachte wendingen ii
Update 16; onverwachte wendingen ii
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest
10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest
10G Timmermans: Hoofdstuk 3.2: Schoolfeest
 
Deelvanfamdebeer
DeelvanfamdebeerDeelvanfamdebeer
Deelvanfamdebeer
 
Hst3
Hst3Hst3
Hst3
 
Update 15; new plans
Update 15; new plansUpdate 15; new plans
Update 15; new plans
 
Build my dream 2011, opdracht 6
Build my dream 2011, opdracht 6Build my dream 2011, opdracht 6
Build my dream 2011, opdracht 6
 
10 g vb update 2.1
10 g vb update 2.110 g vb update 2.1
10 g vb update 2.1
 
9.3
9.39.3
9.3
 
Colson #31
Colson #31Colson #31
Colson #31
 
Nieuwe
NieuweNieuwe
Nieuwe
 
Update 4; verwachtingen
Update 4; verwachtingenUpdate 4; verwachtingen
Update 4; verwachtingen
 
8.10
8.108.10
8.10
 
FB van der Meer 1.7
FB van der Meer 1.7FB van der Meer 1.7
FB van der Meer 1.7
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 1
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 110G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 1
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.13: Zorgen deel 1
 

Semelhante a 10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.2

10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.11
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.1110.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.11
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.11dutch_girl2
 
Hoofdstuk 2.3
Hoofdstuk 2.3Hoofdstuk 2.3
Hoofdstuk 2.3Marieke -
 
10 g robeyn 1.5
10 g robeyn 1.510 g robeyn 1.5
10 g robeyn 1.5aphroditje
 
Hoofdstuk 2.6 onthulling van geheimen
Hoofdstuk 2.6 onthulling van geheimenHoofdstuk 2.6 onthulling van geheimen
Hoofdstuk 2.6 onthulling van geheimenBrent VD
 
10gcbruijn 3.4
10gcbruijn 3.410gcbruijn 3.4
10gcbruijn 3.4. .
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: LiefdesprikkelsBrent VD
 
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 5
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 510.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 5
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 5dutch_girl2
 
Wk hoofdstuk 26
Wk hoofdstuk 26Wk hoofdstuk 26
Wk hoofdstuk 26aphroditje
 
Wk hoofdstuk 20
Wk hoofdstuk 20Wk hoofdstuk 20
Wk hoofdstuk 20aphroditje
 
10gc 3.7 (XXL update)
10gc 3.7 (XXL update)10gc 3.7 (XXL update)
10gc 3.7 (XXL update). .
 
10gc Bruijn 3.6 B
10gc Bruijn 3.6 B10gc Bruijn 3.6 B
10gc Bruijn 3.6 B. .
 
Wk hoofdstuk 29
Wk hoofdstuk 29Wk hoofdstuk 29
Wk hoofdstuk 29aphroditje
 
Wk hoofdstuk 11
Wk hoofdstuk 11Wk hoofdstuk 11
Wk hoofdstuk 11aphroditje
 
Wk hoofdstuk 12
Wk hoofdstuk 12Wk hoofdstuk 12
Wk hoofdstuk 12aphroditje
 
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.6
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.610.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.6
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.6dutch_girl2
 

Semelhante a 10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.2 (20)

10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.11
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.1110.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.11
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.11
 
Hoofdstuk 3.1
Hoofdstuk 3.1Hoofdstuk 3.1
Hoofdstuk 3.1
 
Update 67
Update 67Update 67
Update 67
 
Hoofdstuk 2.3
Hoofdstuk 2.3Hoofdstuk 2.3
Hoofdstuk 2.3
 
10 g robeyn 1.5
10 g robeyn 1.510 g robeyn 1.5
10 g robeyn 1.5
 
Hoofdstuk 2.6 onthulling van geheimen
Hoofdstuk 2.6 onthulling van geheimenHoofdstuk 2.6 onthulling van geheimen
Hoofdstuk 2.6 onthulling van geheimen
 
PU Tfo #7
PU Tfo #7PU Tfo #7
PU Tfo #7
 
10gcbruijn 3.4
10gcbruijn 3.410gcbruijn 3.4
10gcbruijn 3.4
 
Colson #30
Colson #30Colson #30
Colson #30
 
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels
10G Timmermans: Hoofdstuk 2.11.1: Liefdesprikkels
 
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 5
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 510.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 5
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 5
 
Wk hoofdstuk 26
Wk hoofdstuk 26Wk hoofdstuk 26
Wk hoofdstuk 26
 
Wk hoofdstuk 20
Wk hoofdstuk 20Wk hoofdstuk 20
Wk hoofdstuk 20
 
10gc 3.7 (XXL update)
10gc 3.7 (XXL update)10gc 3.7 (XXL update)
10gc 3.7 (XXL update)
 
10gc Bruijn 3.6 B
10gc Bruijn 3.6 B10gc Bruijn 3.6 B
10gc Bruijn 3.6 B
 
Hoofdstuk 2.1
Hoofdstuk 2.1Hoofdstuk 2.1
Hoofdstuk 2.1
 
Wk hoofdstuk 29
Wk hoofdstuk 29Wk hoofdstuk 29
Wk hoofdstuk 29
 
Wk hoofdstuk 11
Wk hoofdstuk 11Wk hoofdstuk 11
Wk hoofdstuk 11
 
Wk hoofdstuk 12
Wk hoofdstuk 12Wk hoofdstuk 12
Wk hoofdstuk 12
 
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.6
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.610.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.6
10.G Rozenbloem - deze keer wél 10 bloeiende generaties? - Hoofdstuk 2.6
 

Mais de dutch_girl2 (20)

BaCC Flowerdale
BaCC FlowerdaleBaCC Flowerdale
BaCC Flowerdale
 
V&O update 6
V&O   update 6V&O   update 6
V&O update 6
 
V&O - update 5
V&O -  update 5V&O -  update 5
V&O - update 5
 
V&O - Update 4
V&O - Update 4V&O - Update 4
V&O - Update 4
 
V&O - Update 3
V&O -  Update 3V&O -  Update 3
V&O - Update 3
 
V&O - Update 2
V&O - Update 2V&O - Update 2
V&O - Update 2
 
V&O - update 1
V&O -  update 1V&O -  update 1
V&O - update 1
 
Update 30
Update 30Update 30
Update 30
 
Update 29
Update 29Update 29
Update 29
 
Update 28
Update 28Update 28
Update 28
 
Fundering marly
Fundering marly Fundering marly
Fundering marly
 
Fundering sandra
Fundering sandraFundering sandra
Fundering sandra
 
Fundering marieke pdf
Fundering marieke pdfFundering marieke pdf
Fundering marieke pdf
 
Fundering marieke pp
Fundering marieke ppFundering marieke pp
Fundering marieke pp
 
Fundering marieke
Fundering mariekeFundering marieke
Fundering marieke
 
Update 27
Update 27Update 27
Update 27
 
Update 26
Update 26Update 26
Update 26
 
Update 25
Update 25Update 25
Update 25
 
Update 24
Update 24Update 24
Update 24
 
Update 23
Update 23Update 23
Update 23
 

10.g rozenbloem ~ hoofdstuk 3.2

  • 1.
  • 2. “Nou, dit is jullie nieuwe plekje… Vinden jullie het wat?” Emma staat voor het graf van haar ouders. Na haar gesprek met Yasmine is ze snel op zoek gegaan naar een goedkope kavel dicht in de buurt. Uiteindelijk heeft ze die gevonden, en samen met Yasmine heeft ze de begraafplaats ingericht, voor zover zoiets in te richten valt. Nu is het af, en kijkt Emma met een mengeling van tevredenheid en gemis naar het mooie graf.
  • 3. Ze vindt dat het prachtig is geworden, en ze hoopt dat haar ouders dat ook vinden. Ze mist ze nog vaak, al is hun overlijden nu al zo lang geleden. Het duurt niet lang meer voor zij en Diederik al oudere zullen worden. Emma zucht. “De tijd gaat hard. Eline op de universiteit, Carmen een puberende tiener… Gelukkig is Simon nog even klein. Al duurt dat ook niet lang meer.” Jessie blaft en kijkt Emma met een schuin hoofd aan.
  • 4. “Je hebt gelijk, ik moet me niet zo aanstellen. Er is niks aan te doen, tijd gaat voorbij, zo werkt het gewoon. Ik moet allang blij wezen dát ze opgroeien, want zo normaal is het hier niet dat men ouder wordt.” Jessie blaft opnieuw, nu zachtjes. “Ik denk dat mam en pap jou wel hadden gemogen,” zegt Emma met een glimlach.
  • 5. Emma knielt voor Jessie neer en aait haar over haar hoofd. “Ze liggen hier mooi, vind je ook niet? Met al die bloemen, en natuur…” Emma kijkt even voor zich uit. Dan staat ze weer op en zucht.
  • 6. Nog even kijkt ze naar de grafstenen van haar moeder en vader. Ze denkt terug aan haar jeugd, en aan de jaren dat ze net getrouwd was met Diederik, toen haar ouders er nog waren om haar overal in te steunen. Nu moet ze het zelf uitzoeken, is zij zelf het hoofd van de familie. Ze schudt haar hoofd en glimlacht. Wat een zware gedachten allemaal op de vroege morgen.
  • 7. “Kom, Jessie, tijd om terug te keren naar het heden.” Ze werpt nog één blik op het graf, en draait zich dan om. Samen met Jessie loopt ze de begraafplaats af, en weer terug naar huis, waar het alledaagse leven op haar wacht. ~*~
  • 8. Het semester is alweer een poosje bezig, en Eline zit alweer helemaal in het ritme. Ze doet net als het vorige semester goed haar best, en is vastbesloten om weer zo’n hoog cijfer te halen. Al houdt ze ook nog genoeg tijd over om rond te hangen met haar vrienden op de campus. Ze hebben de laatste tijd veel feestjes, en gaan ook vaak ‘s avonds gewoon even naar de lounge of het koffiehuis. Ja, Eline heeft het prima naar haar zin.
  • 9. “Hee,” zegt een van Elines huisgenotes, Karin, terwijl ze met haar kommetje ontbijt bij Eline aan tafel gaat zitten. Eline glimlacht. “Hai.”
  • 10. “Heb je al plannen voor vanavond?” vraagt Karin als ze zit. Eline schudt haar hoofd. “Nee, ik wilde vanavond eigenlijk niet al te laat mijn bed in duiken. Hoezo?” “De Lama’s hebben een belangrijke wedstrijd, en we gaan met een groepje kijken. Ik vind er niet zoveel aan, maar mijn zus is cheerleader, dus ik heb beloofd te kijken. Kijk je mee?” “Aha,” zegt Eline. “Nou ja, ik heb ook niet zoveel met voetbal eigenlijk.”
  • 11. “Dat maakt niet uit, joh, ‘t is gewoon gezellig! Anja maakt haar beruchte margarita’s met belachelijk veel tequila, en de jongens nemen donuts mee. Dus, kom je ook?” Eline haalt haar schouders op. “Is goed. Al heb ik wel college tot acht uur, dus dan ben ik wel iets later.” “Dat geeft niet. Behalve als je het erg vindt om het begin van de wedstrijd te missen.”
  • 12. Eline lacht. “Da’s geen probleem, hoor. Ik heb er toch geen verstand van.” “Nee, ik ook niet,” lacht Karin. “Nou, tot vanavond dan! Ik moet hollen, mijn college begint zo!” Karin staat op van de tafel, waar ze haar halflege kommetje laat staan, en loopt gauw de keuken uit. Eline kijkt haar lachend na. Karin is altijd te laat, zonder uitzonderingen.
  • 13. Eline schudt haar hoofd en staat dan ook op. Tijd om in de boeken te duiken, je kan niet vroeg genoeg beginnen met studeren voor de examens.
  • 14. Als Eline die avond thuiskomt van haar college, hoort ze bij binnenkomst al lawaai uit de zitkamer komen. Ze loopt er gelijk naartoe, en ziet een aantal van haar huisgenoten voor de tv zitten. De jongens schreeuwen af en toe bedreigingen richting de tv, Anja zit helemaal in de wedstrijd en beweegt mee, en Karin kijkt verveeld naar het scherm. Eline werpt een blik op het televisiescherm, en ziet dat er een bokswedstrijd gaande is.
  • 15. “Ik dacht dat we voetbal gingen kijken?” zegt ze fronsend. Anja kijkt op. “Dat blijkt pas om negen uur te beginnen,” zegt ze, waarop ze haar blik gelijk weer op het scherm richt. Eline haalt haar schouders op. Boksen, voetbal, het maakt haar allemaal niks uit. Ze ziet dat er nog één plekje vrij is voor de tv, naast een jongen die ze niet kent.
  • 16. Nieuwsgierig kijkt ze naar hem. Hij heeft een staartje in zijn haar, en heeft een hoop tattoos op zijn ontblote bovenlijf. Wie zou dat zijn? Eline besluit dat er maar één manier is om daar achter te komen, en ze loopt naar het vrije plekje op de bank.
  • 17. Terwijl ze gaat zitten kijkt ze de jongen met een glimlach aan. “Hoi,” zegt ze. “Ik ben Eline Rozenbloem.” De jongen glimlacht vriendelijk terug. “Ik ben Erik Bockinghoven.” “Leuk je te leren kennen,” zegt Eline. “Hoe ben jij hier verzeild geraakt? Ben jij toevallig Anja’s vriendje? Ze heeft ‘t al tijden over ‘m.” Erik lacht. “Nee, ik ben een vriend van Adam. Hij heeft me uitgenodigd. Al weet ik niet zeker wat ik hier doe.”
  • 18. Eline kijkt hem vragend aan. “Hoezo?” “Nou, ik hou eigenlijk helemaal niet zo van sport,” legt Erik uit. “Ik kom eigenlijk gewoon voor de gezelligheid, maar het gaat de rest geloof ik vooral om de wedstrijd.” Eline knikt. “Ik kom ook voor de gezelligheid, hoor. Die wedstrijd kan me niets schelen. Ik weet niet eens tegen wie ze spelen.”
  • 19. “Ik ook niet,” antwoordt Erik. “Terwijl ik al een half uur voorbeschouwing heb moeten zien. Ik heb er geen woord van meegekregen.” Hij grijnst, en het valt Eline op dat hij een leuke lach heeft. “Nou ja, dan moeten we het maar met z’n tweeën gezellig maken, hè?” zegt ze opgewekt. “Lijkt me een goed plan!” zegt Erik lachend.
  • 20. Eline en Erik raken al snel verwikkeld in een leuk gesprek, en het lijkt alsof ze elkaar al jaren kennen. Ze vertellen elkaar over hun interesses, en ze blijken een hoop gemeen te hebben.
  • 21. Voor ze het weten is het negen uur en begint de voetbalwedstrijd. Daarmee laait ook de herrie weer op. De jongens en Anja schreeuwen van alles naar de televisie, en Karin roept de hele tijd geërgerd dat ze haar zus, de cheerleader, nergens kan zien.
  • 22. “Wat een lawaai, zeg, ik kan je amper meer verstaan,” zegt Eline nadat de wedstrijd een kwartier bezig is. Erik knikt. “Inderdaad! En die margarita’s zijn ook niet te zuipen.” Eline schiet in de lach. “Daar zijn al veel van mijn huisgenoten knock-out door gegaan. Je wil niet weten hoeveel tequila Anja daarin gooit.”
  • 23. “O-oh,” zegt Erik. “Dat wordt morgen een flinke kater, zeker?” Eline lacht weer. “Je hebt er maar eentje gehad, dus de schade zal een beetje beperkt blijven,” zegt ze. “Maar ik zou er voor de rest van de avond maar vanaf blijven.” “Dat advies volg ik maar al te graag op,” grinnikt Erik.
  • 24. Dan schrikken ze op doordat het lawaai ineens een stuk luider wordt. Coen en Adam trekken pijnlijke gezichten en Clarence en Anja schreeuwen woedend naar het scherm. Kennelijk heeft een speler van de tegenpartij een flinke overtreding gemaakt.
  • 25. “Misschien moeten we maar een wat rustiger plekje op gaan zoeken,” roept Erik boven het lawaai uit. Eline kijkt naar haar huisgenoten en knikt. “Dat lijkt me wel een slim idee. Maar waar zat je aan te denken? Hier in huis is geen rustig plekje te vinden.” “Dat is zo. Wat dacht je van het park?”
  • 26. Eline werpt een blik op haar huisgenoten. Ze had Karin beloofd dat ze zou komen. Maar niemand let toch op haar, en ze heeft het enorm gezellig met Erik, dus waarom niet? “Goed idee, laten we gaan.”
  • 27. “Wauw, het is hier inderdaad rustig!” zegt Eline verbaasd als ze even later samen op een bankje in het park zitten. ‘Romantisch ook’, denkt ze erachter aan, maar dat zegt ze niet hardop. Ze schrikt er zelfs even van. Is dat Eriks bedoeling? En, misschien een nog belangrijkere vraag: zou ze dat erg vinden? Erik knikt. “Het is een van de weinige rustige plekjes op de campus,” zegt hij, waarmee hij Eline uit haar gedachten haalt. “Dus,” vervolgt hij. “Waar hadden we het over voor we door die vervelende wedstrijd gestoord werden?”
  • 28. Eline denkt even na. “Weet ik niet meer,” lacht ze dan. “Maar ik heb wel een vraag voor je, eigenlijk,” zegt ze, en ze begint te blozen. “O?” zegt Erik nieuwsgierig. “Vraag maar raak.” “Nou, je lijkt me helemaal niet het type voor tattoos en piercings en zo. Dus ik dacht, misschien heb je er een bepaalde reden voor?” vraagt Eline, nog steeds blozend. “Als je het niet wil vertellen hoeft dat niet, hoor, en ik wil je ook niet beledigen of zo,” voegt ze er snel aan toe.
  • 29. Erik lacht. “Je beledigt me niet, hoor, wees maar niet bang. En je hebt een scherpe blik, want ik ben inderdaad niet echt een jongen voor tattoos en piercings.” “Maar waarom heb je ze dan?” vraagt Eline fronsend. Erik haalt zijn schouders op. “Ik vond het grappig om mijn moeder te irriteren, die houdt helemaal niet van tattoos en piercings. En ik heb ze daarna nooit meer weggehaald, daarom zitten ze er nog.” Eline knikt. “Dat klinkt best logisch.”
  • 30. Erik grinnikt. “Heb jij nooit iets gedaan om je moeder te irriteren?” “Niet met opzet, eigenlijk,” zegt Eline. “Ik heb een hele goede band met mijn moeder. Het enige waarmee ik haar met opzet irriteer is van haar winnen met pool.” “Is ze er niet zo goed in?” Lacht Erik. Eline schudt haar hoofd. “Ze is de beste pooler die ik ken. Maar ik ben gewoon beter,” zegt ze met een grijns.
  • 31. Erik schiet in de lach. “Dan zou ik wel eens een potje met jou willen poolen!” “Dat kan geregeld worden!” antwoordt Eline.
  • 32. Eline en Erik kletsen gezellig verder, en allebei voelen ze zich heel erg op hun gemak bij elkaar. Ze hebben het over van alles, en vertellen elkaar over hun familie. Eline heeft het in tijden niet zo gezellig gehad, en dat realiseert ze zich ook heel goed.
  • 33. Ze voelt zich heel anders dan hoe ze zich voelt als ze met haar vrienden in het studentenhuis kletst en lol heeft. Het voelt alsof het gewoon zo hoort te zijn. Maar daar schrikt ze van. Ze is nog niet over haar paniek heen als het gaat om jongens en romantiek. Maar waarom voelt ze die paniek nu dan helemaal niet? Dat is toch vreemd? Eline wordt gek van zichzelf. Nu raakt ze in paniek omdat ze geen paniek voelt! Dat kan niet goed wezen…
  • 34. Ze werpt een blik op Erik. Het lijkt er op dat hij een aardige jongen is, en haar hart niet zal breken. Maar dat kan ze natuurlijk niet weten, ze kent hem nog niet eens vierentwintig uur. En wie zegt eigenlijk dat hij haar ook leuk vindt? Eline besluit dat ze het kalm aan moet doen. Stapje voor stapje. Rustig ademhalen. Het komt allemaal wel goed. Eline laat haar gedachten voor wat ze zijn – voor zover dat lukt – en richt zich weer op het gesprek. Ze moet de gezelligheid nu niet bederven door haar vervelende gedachtenspinsels.
  • 35. Na nog een poosje gekletst te hebben kijkt Erik achteloos op zijn horloge, en zijn ogen worden groot. “Het is al bijna drie uur!” zegt hij geschrokken. “Wat? Dat meen je niet!” antwoordt Eline oprecht verbaasd. Ze had helemaal niet door dat ze al zo lang zaten te kletsen. Erik knikt. “Ja, toch wel. En ik heb morgen een vroeg college, dus ik moet maar eens op huis aan.” “Dat lijkt me wel slim. Ik was eigenlijk ook van plan om vanavond vroeg naar bed te gaan. Dat zal ‘m nu niet meer worden,” lacht ze.
  • 36. Allebei staan ze op van het bankje. Even staan ze glimlachend tegenover elkaar. “Weet je,” zegt Eline dan. “Ik heb ‘t in tijden niet zo leuk gehad. Sterker nog, ik weet niet of ik het überhaupt ooit wel eens zo leuk gehad heb.” Ze begint een beetje te blozen, en haar hart bonkt in haar keel.
  • 37. Erik glimlacht. “Ik weet wel zeker dat ik het nog nooit zo gezellig heb gehad met iemand.” Eline begint nog meer te blozen. Ze weet niet wat ze nu moet zeggen. “Je bent schattig als je bloost, weet je dat?” zegt Erik met een lieve grijns. Eline giechelt. “Die opmerking maakt het er niet bepaald beter op,” mompelt ze. Erik doet een stapje naar voren. “Dat hoeft toch ook helemaal niet? Schattig is goed.” Hij buigt zich nog meer naar voren, en Eline stopt met giechelen. Als betoverd kijkt ze hem aan.
  • 38. Dan raken Eriks lippen de hare, en als vanzelf slaat ze haar armen om hem heen. Erik trekt haar tegen zich aan en ze raken verstrengelt in een innige omhelzing. Elines hart bonkt als nooit tevoren, maar ze wil niet dat het stopt. De lippen van Erik op die van haar is het fijnste wat ze ooit gevoeld heeft, en ze zou willen dat ze voor altijd zo konden blijven staan.
  • 39. Helaas kan dat niet, en na een poosje komt de zoen tot zijn eind. Zodra Erik zijn lippen van die van haar trekt is de betovering verbroken, en lijkt Eline met een klap weer met beide benen op de grond terecht te komen. Haar wangen kleuren knalrood als ze beseft wat er net gebeurd is. En ze wilde het nog wel rustig aan doen…
  • 40. “Wat is er?” vraagt Erik als hij haar gezicht ziet. “Wilde je dat niet? Och, sorry, ik dacht dat jij hetzelfde voelde als ik… Ik had niet – ” Eline glimlacht en valt hem in de rede. “Nee, dat was… geweldig, echt. Het is gewoon…” “Ja?” Eline zucht. “Ik wil het liever rustig aan doen. Ik heb – nou ja, ik heb niet zoveel ervaring op dit gebied, en daarbij komt ook nog dat we elkaar nog maar zo kort kennen… Sorry.”
  • 41. Erik glimlacht. “Hee, da’s toch helemaal niet erg? Ik snap ‘t wel, hoor. Het gaat ook snel, dat ben ik met je eens. Ik vind je gewoon heel erg leuk.” “Ik jou ook, geloof ik,” zegt Eline zachtjes, en ze glimlacht voorzichtig.
  • 42. Erik streelt Eline over haar wang. “Nou, dan doen we het toch gewoon rustig aan? Dat maakt me helemaal niets uit. Zolang ik maar tijd met jou kan doorbrengen.” Eline pakt Eriks hand en haalt hem voorzichtig en teder van haar gezicht. “Ik wil je gewoon graag eerst wat beter leren kennen voor we ons ergens instorten.” Erik knikt. “Dat snap ik.” “Dus… Vrienden?”
  • 43. “Vrienden.” Erik is even stil. “Betekent dat ook dat ik je niet meer mag zoenen? Want dat beviel me eigenlijk wel.”
  • 44. Eline schiet in de lach. “Ja, dat betekent ook dat je me niet meer mag zoenen. Niet dat ik het niet fijn vond,” voegt ze er snel aan toe. “Maar – ” “Je wilt het rustig aan doen. Oké. Is goed,” zegt Erik en hij glimlacht om zijn woorden kracht bij te zetten. “Zullen we dan maar op huis aan gaan?” Eline knikt.
  • 45. Samen lopen ze naar de rand van het park, waar ze allebei een andere kant op moeten. “Zie ik je snel weer?” vraagt Erik. “Natuurlijk,” zegt Eline. “We zijn nu immers vrienden.” Erik lacht. “Dat is waar. Nou, tot snel dan maar.” “Ja, tot snel.”
  • 46. Om nog heel even dat fijne gevoel te kunnen ervaren buigt Eline zich vlug naar voren, en geeft ze Erik een zoen. Verbaasd zoent hij haar terug. “Ik dacht dat we gewoon vrienden waren?” zegt hij als zijn lippen weer vrij zijn. Eline bloost en glimlacht. “Vanaf morgen.” Ze glimlacht nog een keer en draait zich dan om. Al lopend kijkt ze nog een keer over haar schouder. “Tot snel!”
  • 47. Dan loopt ze met een grote glimlach op haar gezicht het park uit. Nog even voelt ze Eriks ogen in haar rug priemen, maar dan loopt hij ook weg, in de tegenovergestelde richting.
  • 48. Als ze thuiskomt is het een stuk stiller in het studentenhuis. De wedstrijd is afgelopen, en de meesten van haar huisgenoten liggen in bed, wat ook niet zo raar is op dit tijdstip. Eline loopt naar haar kamer, trekt haar pyjama aan en gaat in bed liggen. Maar het duurt lang voordat ze eindelijk slaapt; Erik blijft maar door haar hoofd dwalen… ~*~
  • 49. Fluitend loopt Emma naar de brievenbus. Ze heeft een paar dagen vrij, en – aangezien ze niet zo goed is in stilzitten – die benut ze goed. Alle rekeningen moesten nog betaald worden, en dat is nu gebeurd.
  • 50. De vaatwasser is al een tijdje kapot, en nu ze eindelijk tijd heeft, diept Emma haar gereedschapskist op en repareert ze het kreng. Het duurt een poosje, en het kost haar een hoop moeite en gevloek, maar uiteindelijk is het klusje dan toch geklaard. Tevreden zet ze de ontbijtborden in de afwasmachine, en zet ze hem aan. Hij doet het weer perfect.
  • 51. Het laatste klusje dat ze uitvoert voor Carmen thuiskomt is gelijk ook dat wat ze het belangrijkste vindt. Nu de graven van Maloe en Michel op de begraafplaats staan, was het mausoleum niet meer nodig. Emma en Diederik hebben samen besloten om het af te breken, maar de schilderijen van haar ouders werden natuurlijk bewaard. Nu heeft Emma eindelijk de tijd om ze een mooi plekje te geven, midden in de woonkamer. Tevreden kijkt ze ernaar. Dan hoort ze de ronkende motor van de schoolbus, die voor het huis tot stilstand komt.
  • 52. Met een glimlach stapt Carmen uit de schoolbus. Ze heeft weer een gezellige dag op school gehad. Veel vriendinnen heeft ze niet – meisjes lijken haar niet erg aardig te vinden – maar dat maakt hier niet uit. Met jongens heeft ze het toch vele malen gezelliger… Ze loopt naar binnen en legt eerst haar huiswerk op haar kamer, voor ze weer naar beneden gaat, op zoek naar haar moeder.
  • 53. “Hee mam,” zegt ze vrolijk als ze de keuken binnen loopt. Emma kijkt om en glimlacht. “Hee schat. Was het leuk op school?” Ze opent de koelkast. “Wil je ook een boterham?” Carmen schudt haar hoofd. “Nee hoor, dankjewel. En ‘t was wel oké op school. Gezellig.” “Mooi zo.”
  • 54. Emma maakt een boterham voor zichzelf klaar en gaat dan bij Carmen aan tafel zitten. “Wat hangen de schilderijen van opa en oma daar mooi in de kamer,” zegt Carmen. “Heb je die vanochtend opgehangen?” Emma knikt. “Ja. Ik vond dat wel een mooi plekje. En ik zat zo te denken… Het zou denk ik wel leuk zijn als er van je vader en mij ook twee schilderijen zouden zijn.” “Dat zou wel een leuke traditie zijn, ja,” zegt Carmen. “Precies. En aangezien jij degene bent in onze familie met kunstambities wil ik jou vragen om ze te maken, als je wilt.”
  • 55. “Ik?” vraagt Carmen verbaasd. “Ja, waarom niet? Je kan hartstikke goed schilderen, en het is veel leuker als jij ze maakt dan een of andere professionele schilder. Ik zou het echt heel fijn vinden als jij het zou willen doen,” zegt Emma. Carmen knikt. “Oké, is goed. Als het zoveel voor je betekent wil ik dat best doen, hoor.”
  • 56. Een grote glimlach verschijnt op Emma’s gezicht. “Dat vind ik heel lief van je, Car.” “Ja ja, het is al goed,” zegt Carmen een beetje ongemakkelijk. “Ik ga gelijk beginnen.”
  • 57. Carmen staat op en loopt de keuken uit, richting haar schildersezel. Ze pakt een nieuw doek, en zet de grote lijnen uit voor het portret van haar moeder. Al snel begint ze te schilderen, en gaat ze helemaal op in het werk. Het duurt niet lang voordat het schilderij duidelijke vormen begint aan te nemen.
  • 58. Emma komt de kamer in lopen en kijkt bewonderend naar het schilderij waar Carmen druk mee bezig is. “Wauw, Carmen! Dat ziet er echt prachtig uit! Je doet ‘t geweldig!” Carmen glimlacht. “Dankjewel, mam. Ik doe m’n best.” Emma kijkt even trots naar haar dochter. Ze is blij dat Carmen dit voor haar wil doen. Emma pakt een keu en begint te poolen. Carmen is zeker weten haar meest opstandige kind, maar Emma weet dat ze een goed hart heeft. En ze houdt ook zeker niet minder van Carmen dan van Eline en Simon. Carmen is gewoon een beetje het buitenbeentje van het gezin, en dat kan soms best moeilijk voor haar zijn, weet Emma.
  • 59. Dan wordt Emma opgeschrikt uit haar gedachten door Simon, die binnen komt lopen. “Hee mam, hee Carmen!” zegt hij vrolijk. Emma geeft haar zoon een zoen. “Hee Siem, was het leuk op school?” Simon knikt. “Ja hoor. Hee,” zegt hij dan. “Zijn dat opa en oma?” Hij wijst naar de schilderijen aan de muur. Emma knikt en glimlacht. “Ja, dat zijn mijn ouders.” Even blijft Simon gefascineerd staan kijken naar de schilderijen, maar dan gaat hij op de bank tv zitten kijken.
  • 60. Dan is het weer stil – op het geluid van de tv na – en gaan Emma, Carmen en Simon verder met hun eigen bezigheden. Een uurtje later wordt de rust verstoord door Diederik die thuis komt. “Hee allemaal,” zegt hij met een lach als hij binnen komt. Emma draait zich om. “Hallo meneer de Chef de Clinique,” zegt ze met een grijns. “Heb je vandaag weer een hoop levens gered?”
  • 61. Diederik grinnikt. “Nee, maar ik heb wel een hele stapel papierwerk weggewerkt. Is dat ook goed?” Emma schiet in de lach. “Ja hoor, jij blijft altijd mijn held,” zegt ze, en ze zoent hem.
  • 62. “Gadverdarre, kunnen jullie alsjeblieft ergens anders gaan kleffen?” zegt Carmen die met een blik van afgrijzen opkijkt van haar schilderij.
  • 63. “Ja, inderdaad. Er zijn hier meer mensen, hoor!” zegt Simon, die zijn blik expres op het scherm gericht houdt. Die zoenende grote mensen, dat vindt hij maar niks.
  • 64. Grinnikend laten Emma en Diederik elkaar los. “Ik ga me even douchen en omkleden,” zegt Diederik. “Tot zo.”
  • 65. Als Diederik weer beneden is, beginnen hij en Emma aan een competitief potje pool. “Je maakt toch geen schijn van kans, pap,” zegt Carmen met een grijns. “Mama is de beste pooler in de wijde omtrek. Zelfs Eline heeft moeite met winnen van haar.” Emma lacht. “Ze heeft een punt, weet je. Ik bén de beste,” zegt ze met een grote grijns. Diederik maakt een verongelijkt geluid. “Zeg, moeten jullie niet eens je huiswerk maken,” zegt hij. Carmen zucht. “Dat is gemeen.” Diederik lacht. “Tja. Dat krijg je ervan met die opmerkingen van je.”
  • 66. Onder luid protest van Simon – “Ik heb niks gezegd!” – en verontwaardigd gemompel van Carmen gaan de twee naar hun kamer om hun huiswerk te maken. Het is niet bepaald hun favoriete bezigheid. Ze vinden allebei school niet echt leuk, alleen de gezelligheid bevalt hen wel. Maar ja, het huiswerk moet natuurlijk ook gebeuren.
  • 67. Terwijl hun twee jongste kinderen boven zitten te bikkelen op hun huiswerk, gaan Emma en Diederik nog even door met hun potje pool. Diederik doet zijn uiterste best om Emma te verslaan, maar dat valt hem nog niet mee.
  • 68. Als Carmen klaar is met haar huiswerk loopt ze weer naar beneden. Ze wil Olivier nog even bellen om hem mee uit te vragen voor het weekend. Ze is nu al een poosje druk met school, dus ze wil nu wel eens even lekker los gaan. Hij is de afgelopen dagen ziek thuis geweest, dus toen heeft ze hem niet kunnen vragen.
  • 69. “Hee, Olivier! Hoe is het? Ben je alweer bijna beter?” “…” “Oké, mooi zo. Zeg, ik wil je wat vragen. Heb je zin om zaterdagavond de stad in te gaan?” “…” Carmen grinnikt. “Nee, gewoon gezellig met z’n tweetjes,” zegt ze zacht. Haar ouders zijn in dezelfde kamer, en ze heeft liever niet dat die haar geflirt horen.
  • 70. Helaas praatte ze toch iets te hard. “Wie heb je aan de telefoon?” vraagt Diederik nieuwsgierig, maar ook een beetje argwanend. Hij weet dat zijn dochter met meerdere jongens tegelijk iets heeft, en dat bevalt hem niet echt. Eén jongen is hem al te veel. Carmen is zijn kleine meisje, die is toch nog veel te jong voor jongens! Maar ja, hij weet ook dat ze een Romantieksim is, en dat er weinig is dat hij kan doen.
  • 71. Carmen zucht. Daar heb je het al. “Olivier, ik moet ophangen. M’n vader is weer eens nieuwsgierig. Zie ik je morgen?” “…” “Hm, een mobieltje… Dat is niet eens een slecht idee! Ik zie je morgen!” zegt Carmen en dan hangt ze op, terwijl ze nadenkt over wat Olivier net voorstelde. Een mobieltje kopen. Dat is briljant! Dan heeft ze eindelijk de privacy die ze zo graag wil.
  • 72. “Mag ik nog even de stad in?” vraagt Carmen als ze de telefoon op de haak heeft gehangen. Emma fronst haar wenkbrauwen. “Waarom?” “Ik wil graag een mobieltje kopen, zodat ik wat meer privacy heb hier in huis,” zegt Carmen bits. “Is dat nou wel zo’n goed idee?” vraagt Diederik. Carmen zucht. “Ik heb nog een heleboel zakgeld, dus als ik een mobieltje wil kopen koop ik een mobieltje. Het is mijn geld.”
  • 73. Emma haalt haar schouders op. “Ik zie het probleem er ook niet zo van in. Een beetje privacy is toch niet te veel gevraagd?” zegt ze zacht tegen Diederik. “En het is haar geld, daar heeft ze gelijk in. We hebben de kinderen beloofd dat ze met dat geld mogen doen wat ze willen.” Diederik zucht. “Oké, prima.” “Ga maar,” zegt Emma. “Maar zorg dat je niet te laat thuis bent, oké? Morgen is het weer gewoon een schooldag.” Carmen knikt dankbaar. “Is goed. Tot straks!”
  • 74. Carmen gaat op weg naar de stad, en als ze de winkel inloopt krijgt ze een glimlach op haar gezicht. Ze heeft geluk! Er staat een knappe jongen achter de toonbank, net waar ze aan toe is. Olivier leek niet echt zin te hebben om dit weekend met haar de stad in te gaan. Nou, dan zoekt ze toch gewoon een ander?
  • 75. Ze werpt de jongen haar mooiste en verleidelijkste glimlach toe en ze voelt dat hij haar nakijkt als ze langs hem loopt. Ze heeft zijn aandacht, nu nog hopen dat hij ook in is voor een beetje lol.
  • 76. Maar dat zal vast wel, te zien aan de manier waarop hij naar haar kijkt, denkt Carmen als ze even voorzichtig over haar schouder kijkt. Met een glimlach stopt ze een bankbiljet in de elektronicamachine en kiest ze een leuk mobieltje uit. Jammer dat ze niet bij de jongen hoeft af te rekenen, nu moet ze een andere manier zoeken om hem aan te spreken. Al lukt haar dat natuurlijk ook wel.
  • 77. Zelfverzekerd stapt Carmen op de jongen af, al voelt ze toch ook wel een paar kriebels in haar maag. Het is toch altijd best een beetje spannend, ze loopt niet graag een blauwtje. Al gebeurt dat ook zelden, dus erg bang hoeft ze daar niet voor te zijn. “Hee,” zegt ze met een glimlach tegen de jongen. De jongen grijnst naar haar. “Hee. Kan ik je helpen?” “Nou, je zag vast wel dat ik net een mobieltje gekocht heb… Het probleem is alleen dat ik nog niet echt veel nummers heb om er in te zetten. Dus… Mag ik die van jou?” Carmen glimlacht verleidelijk.
  • 78. “Zo’n mooi meisje als jij heeft niet veel nummers voor in haar mobieltje? Daar geloof ik nou echt niks van,” zegt de jongen. Inwendig moet Carmen een beetje lachen om de slijmerige opmerking, maar dat laat ze niet merken aan de jongen. Ze vindt hem nog steeds leuk. “Toch is het zo.” “Nou, dan moet ik je de mijne toch maar geven. Ik kan je natuurlijk niet met een mobieltje zonder nummers laten vertrekken.” “Dat dacht ik nou ook,” zegt Carmen met een grijns. Ze haalt haar mobieltje tevoorschijn. “Onder welke naam kan ik je neerzetten?”
  • 79. “Jonathan,” antwoordt de jongen. “En met welke naam moet ik jouw aanspreken als je me belt?” “Carmen,” zegt Carmen met een glimlach. Ze mag deze jongen wel. Hij is ad rem. “Oké. Is goed, Carmen. En wanneer kan ik een telefoontje verwachten?” “Zeer binnenkort. Ik zoek namelijk nog een vrijwilliger om zaterdag met mij te gaan stappen. Interesse?” Jonathan grijnst. “Zeker weten.”
  • 80. “Oké,” zegt Carmen. “Dan bel ik je nog wel om alles precies af te spreken. Tot ziens, Jonathan.” Na dat gezegd te hebben loopt ze heupwiegend de winkel uit, waar ze Jonathan achterlaat met een grote grijns op zijn gezicht.
  • 81. Met haar mobieltje in haar zak en een tevreden glimlach op haar gezicht loopt Carmen de avond in. Dat heeft ze ook weer geregeld, nu heeft ze tenminste leuk gezelschap als ze zaterdag de stad onveilig gaat maken. Dan voelt ze haar maag knorren. Ze heeft honger! Gelukkig zit een van haar favoriete restaurantjes hier in de buurt.
  • 82. Na een klein eindje lopen komt Carmen aan bij het restaurantje. Ze gaat aan de bar zitten, en bestudeert de menukaart. Waar heeft ze zin in? Ze is al een poosje niet meer uit eten geweest, dus nu wil ze wel even lekker kunnen genieten.
  • 83. Uiteindelijk kiest ze voor de gefrituurde kip. Het duurt niet lang voor haar eten opgediend wordt, en ondertussen geniet ze van een glas Pasoa-jus. Ze vindt het heerlijk om even het huis uit te zijn. Ze houdt van haar familie, maar af en toe wordt ze gek van hen. Ze kan ook niet wachten om te gaan studeren. Dan kan ze eindelijk écht haar eigen gangetje gaan, zonder dat haar ouders haar telkens op de vingers kijken.
  • 84. Terwijl Carmen van haar kip smult, begint het restaurant vol te lopen, en vult de ruimte zich met gezellig gebabbel.
  • 85. Carmen geniet er van, en besluit dan ook om niet gelijk naar huis te gaan als ze haar eten op heeft. Ze ziet een man die in zijn eentje aan het poolen is en loopt op hem af. Hij is veel te oud voor haar, dat ziet ze zelf ook wel, maar een potje poolen kan geen kwaad, toch?
  • 86. Ze blijkt het erg goed met de man te kunnen vinden, en ze doen samen mee met de poolwedstrijd die die avond in het restaurant wordt gehouden. Carmen vergeet helemaal de tijd, en pas als het twaalf uur is, en de wedstrijd afgelopen is, merkt ze hoe laat ze het heeft gemaakt. Halsoverkop gaat ze op weg naar huis. Hopelijk liggen haar ouders al in bed, en hebben ze niet gemerkt dat ze het zo laat heeft gemaakt. Al weet Carmen dat die kans erg klein is…
  • 87. Als ze thuis aankomt en naar binnen loopt hoort ze niks. Ze haalt even opgelucht adem, haar ouders liggen kennelijk al in bed. Daar heeft ze mazzel mee, want zeker haar moeder gaat meestal niet zo vroeg naar bed. Carmen wil al doorlopen naar boven, maar schrikt dan op door een kuchje uit de zithoek. “Jeetje, mam, ik schrik me een ongeluk,” zegt Carmen met een zenuwachtig lachje.
  • 88. Emma zit bij de kachel, met een slapende Jessie aan haar voeten. “Waar kom jij zo laat vandaan?” vraagt ze nors, Carmens opmerking negerend.
  • 89. Carmen slikt. Ze ziet aan haar moeders gezicht dat ze flink in de problemen zit. Haar moeder is niet vaak kwaad, maar op dit moment is het zeker weten mis. “Uhm…” zegt Carmen. “Ik heb een mobieltje gekocht, en daarna ben ik nog even wat gaan eten, want ik had honger. Maar het was heel gezellig in het restaurant, ze hadden een poolwedstrijd en toen ben ik helemaal de tijd vergeten,” ratelt ze.
  • 90. Emma staat langzaam op en loopt naar Carmen toe. “Ik had je toch gezegd dat je op tijd thuis moest zijn? Sinds wanneer luister je niet meer als ik je iets opdraag?” O-oh. Het is echt goed mis, beseft Carmen. “Sorry mam. Zoals ik al zei; ik was de tijd vergeten. Dat kan gebeuren, toch?” Ze glimlacht voorzichtig. “Heb je enig idee hoe ongerust je vader en ik waren? We hadden geen idee waar je was, we konden je nergens bereiken… Wie weet wat er gebeurd had kunnen zijn zonder dat wij het wisten?!”
  • 91. “Kijk, daarom heb ik nu dus een mobieltje,” zegt Carmen met een voorzichtige lach. Emma fronst. “Dit is geen tijd voor grapjes, Carmen. Ik ben bloedserieus. Hoe haal je het in je hoofd om zo lang weg te blijven? Als ik zeg dat je op tijd thuis moet zijn, ben je op tijd thuis, begrepen? En dan kom je niet weer met smoesjes aanzetten over dat je de tijd was vergeten!”
  • 92. Carmen slaat haar armen boos over elkaar heen. “Het is geen smoesje! Doe nou niet zo moeilijk, zeg! Ik zal de volgende keer op de tijd letten, nou goed?” “Niet goed genoeg. Voorlopig komt er geen volgende keer,” zegt Emma. “Wát?” “Je komt de komende week het huis niet uit, behalve voor school,” zegt Emma kalm.
  • 93. “Wat?! Doe even normaal, zeg! Ik ben geen twaalf meer!” roept Carmen boos uit. “En ik heb plannen voor dit weekend!” “Dat is dan jammer. Als jij je onverantwoordelijk gedraagt, zul je de consequenties moeten accepteren. Zo werkt het nou eenmaal.” Carmen staat te briesen van woede en onmacht. “Mam, dit is niet eerlijk!”
  • 94. “We gaan hier nu niet over discussiëren. Wat je plannen voor komend weekend ook zijn, je zegt ze maar af, want jij zit dan thuis. En nu naar bed, het is al veel te laat.” “Ugh,” brengt Carmen uit.
  • 95. Dam draait ze zich zonder nog een woord te zeggen om en loopt ze de trap op naar boven. Emma kijkt haar na. Ze vond het niet makkelijk om zo tegen haar dochter op te treden, maar het moest wel. Dit gedrag kan ze niet tolereren. Ze zucht, zorgt dat het vuur in de kachel gedoofd is, en loopt dan ook naar boven.
  • 96. Ze trekt haar nachtjapon aan en gaat naast Diederik in bed liggen. Hij wilde eigenlijk niet naar bed gaan voor Carmen thuis was, maar hij moet morgen weer vroeg op. Als Emma tegen hem aan kruipt wordt hij wakker. “Is ze er weer?” zegt hij. “Ja,” antwoordt Emma. “Maar ik denk niet dat ze de komende week veel met me zal praten…” ~*~
  • 97. De eerste dagen na haar avond met Erik, is Eline compleet van slag. Ze weet niet wat ze moet doen met het vreemde gevoel in haar buik. De vlinders die er rond fladderen hebben haar helemaal in de war gebracht. Hoe kan ze iemand nou zo snel al zo leuk vinden? Ze heeft het gevoel dat ze al verliefd is op Erik, maar aan dat gevoel wil ze niet toegeven. Dat is bizar. Ze kent hem nog maar zo kort!
  • 98. Om afleiding te zoeken van al die verwarrende gedachten die door haar hoofd razen, richt Eline zich een paar dagen volledig op haar studie. Ze schrijft in die paar dagen haar paper, en zit veel met haar neus in de boeken.
  • 99. Maar ze kan natuurlijk niet altijd met schoolwerk bezig zijn, en dan beginnen haar gedachten weer te razen. Ze heeft tegen Erik gezegd dat ze het rustig aan wil doen, en eerst vrienden wil zijn, en dat is ook het beste. Maar haar hart roept iets heel anders… Ze besluit om haar hart voorlopig even te negeren, en naar haar verstand te luisteren.
  • 100. Ze heeft het echter heus wel door dat haar hart iedere keer dat de telefoon gaat een sprongetje maakt, en hoop dat het Erik is die belt. Als het dan na een paar dagen echt Erik is, beukt datzelfde hart zich bijna een weg naar buiten, zo hard klopt het in haar borst. Hij verontschuldigt zich voor het feit dat hij eerder nog niet gebeld had, maar dat vindt Eline eigenlijk helemaal niet erg. Zo had ze tenminste even de tijd om enigszins tot rust te komen. Hij vraagt haar of ze binnenkort af wil spreken – als vrienden, natuurlijk, zoals ze wilde – en Eline stemt ermee in. Ze wil hem graag zien, en hem beter leren kennen.
  • 101. Ze kletsen nog een poosje, en de tijd vliegt voorbij, net als de vorige keer dat ze elkaar spraken. Eline vindt het maar vreemd, dat je je zo erg op je gemakt kunt voelen bij iemand die je nog maar pas kent. Ze hangt met tegenzin op tegen de tijd dat ze naar college moet, maar de volgende dag hangen ze alweer een half uur aan de telefoon.
  • 102. De weken daarna spreken ze regelmatig af. Gewoon als vrienden, niet als date, blijft Erik benadrukken, om Eline op haar gemak te stellen. Eline vindt het erg lief van hem, maar hoopt dat dat hen er niet van weerhoudt om ooit, als zij er aan toe is, echt te gaan daten. Buiten haar gedachtenspinsels, die door haar hoofd blijven razen, heeft Eline het enorm naar haar zin met Erik. Ze hebben een hoop lol samen, en ze heeft het gezelliger dan ze het ooit met iemand heeft gehad. Zelfs met Alex.
  • 103. Zo kabbelt het een paar maanden door. Eline spreekt elke week wel een keer met Erik af, en ze als ze niet bij hem is, heeft ze het gevoel dat er iets mist. Ze staat steeds vaker op het punt om hem te vertellen dat ze er klaar voor is, dat ze het aan durft, maar iedere keer als ze haar mond opent om het te zeggen, doet ze hem weer dicht. Ze durft het gewoon niet. Ze durft de stap niet te maken.
  • 104. Dan komt een van haar huisgenoten op een avond bij haar zitten als ze aan het eten is. “Hee,” zegt Aafke. “Mag ik bij je komen zitten?” Eline haalt haar schouders op. “Ja hoor, ga zitten.” Ze gaat niet veel met Aafke om, dus ze vraagt zich af waarom Aafke nu bij haar wil zitten. Aafke gaat op haar gemak zitten en neemt een hap van haar macaroni met kaas.
  • 105. Even heerst er een ongemakkelijke stilte, maar dan begint Aafke te praten. “Zeg, jij bent toch bevriend met Erik Bockinghoven?” vraagt ze. Eline knikt langzaam. “Uhm… Ja, hoezo?” “Nou, er gaan geruchten dat jullie meer zijn dan alleen vrienden, is dat waar?” vraagt Aafke nieuwsgierig. Eline gaat even verzitten. Ze voelt zich enorm ongemakkelijk en heeft het gevoel dat ze aan een kruisverhoor onderworpen wordt. “Nou… Nee. Niet echt. Maar waarom wil je dat weten?”
  • 106. Aafke haalt haar schouders op. “Ik vind Erik wel leuk, en ik wil hem graag een keer mee uit vragen. Maar ik wilde eerst even checken of hij wat met jou had. Dat leek me wel zo gepast. Maar als jullie niks hebben samen…” Eline schrik. Wat nu? Wat nou als Aafke Erik mee uit vraagt, en hij ‘ja’ zegt, en ze enorm verliefd op elkaar worden en voor altijd bij elkaar blijven en trouwen en kinderen krijgen en Eline voor altijd alleen blijft? Elines hoofd slaat helemaal op hol. Ze weet niet wat ze moet zeggen. “O – eh – nou… We hebben wel… soort van iets. Een paar maanden geleden hebben we gezoend en… nou ja, toen hebben we besloten om eerst vrienden te blijven om elkaar te leren kennen en zo, maar…”
  • 107. “Jullie hebben een paar maanden geleden gezoend… En daarna niet weer? Maar jullie hebben wel iets?” vraagt Aafke verbaasd en met gefronste wenkbrauwen. Eline schudt haar hoofd. “Nee, maar-” Ze zit met haar mond vol tanden. Aafke heeft gelijk. Het slaat helemaal nergens op waar ze nu mee bezig zijn. Het is al meer dan vier maanden geleden dat Eline en Erik elkaar hebben leren kennen. Er zijn sims die dan al getrouwd zijn! “Ik wil het voor jou niet verpesten, dus ik vraag het je toch. Heb jij er vrede mee als ik hem mee uit vraag?”
  • 108. Eline is even stil maar schudt dan haar hoofd. “Nee.” Nadat ze dat gezegd heeft verschijnt er een glimlach van oor tot oor op haar gezicht.
  • 109. Twee dagen later zitten Eline en Erik samen in een restaurantje in de stad. Eline is op van de zenuwen, want ze wil Erik nu eindelijk vertellen dat ze er klaar voor is om een echte relatie te beginnen. Sinds het gesprek met Aafke weet ze het zeker. Ze is verliefd op Erik, en ze wil dat nu eindelijk wel eens echt laten merken. Door die zenuwen vallen er veel stiltes aan tafel, maar Eline merkt dat dat niet alleen van haar kant komt. Ook Erik is minder spraakzaam dan anders. Meteen trekt haar maag samen. Wat zou er aan de hand zijn?
  • 110. Na het eten gaan ze buiten het restaurant op een bankje zitten. Het is mooi weer, dus ze kunnen nog even genieten van het lekkere zonnetje. Eline merkt er echter weinig van. Ze haalt even diep adem en begint dan te praten, maar op datzelfde moment begint ook Erik met een zin. Eline glimlacht. “Jij eerst.” “Zeker weten?” vraagt Erik. Eline knikt. “Ja. Wat is er aan de hand? Je doet de hele tijd al een beetje anders dan anders.”
  • 111. Erik glimlacht. “Ik – eh – wil het even ergens met je over hebben. En dit is niet makkelijk voor me, dus laat me alsjeblieft uitpraten, oké?” Eline knikt en fronst haar wenkbrauwen. Wat zou er nou zijn? “Oké.” Erik sluit even zijn ogen en haalt diep adem. “We hebben elkaar nu al meer dan vier maanden geleden leren kennen. Die avond is de meest geweldige avond in mijn leven tot nu toe geweest. Hij verslaat alle avonden die we nu al samen gehad hebben, door die zoen. Die zoen staat in mijn geheugen gegrift, en sinds die avond verlang ik naar nog zo’n zoen.”
  • 112. Eline doet haar mond open om wat te zeggen, maar Erik houdt zijn vinger omhoog. “Je zou me laten uitpraten, weet je nog?” Eline knikt en houdt zich stil, bang voor wat er komen gaat. “We hebben nu vier maanden samen gehad, en ik heb het super gehad. Maar Eline, ik wil meer. Jij wilde eerst vrienden worden, en dat vond ik best, dat snapte ik ook, en dat snap ik nog steeds. Maar we zijn ondertussen vier maanden verder, en we zitten nog steeds in hetzelfde stadium. Dus nu wil ik eerlijk van je weten of het tussen ons nog wat gaat worden of niet. Ik wil niet meer aan het lijntje gehouden geworden. Ik vind je echt heel erg leuk, Eline, en ik denk zelfs dat ik verliefd op je ben, maar als het niet meer kan worden dan wat we nu samen hebben… Dan denk ik dat het hier maar bij moet blijven.”
  • 113. “Dus wat ik eigenlijk van je wil weten is…” Erik slikt. “Of we meer zijn dan gewoon vrienden. Want als we blijven doorgaan zoals we nu bezig zijn… Dan hoeft het voor mij niet meer. Sorry, Eline, maar dan bezorg ik mezelf alleen maar hartzeer, en ik moet nu ook aan mezelf denken.” Eline knikt. “Dat is wat ik wilde zeggen, en je wil niet weten hoe moeilijk ik dat vond. Ik wil je niet kwetsen, en ik wil je zeker niet kwijtraken. Maar alleen vriendschap is niet meer genoeg voor me.” Even is hij stil. “Dus… Wat wordt het?” Vol verwachting kijkt hij haar aan.
  • 114. Langzaam staat Eline op. Erik knijpt zijn ogen dicht. “O nee, ik heb je gekwetst, hè? Dat was echt mijn bedoeling niet… Ik wist gewoon niet hoe ik het allemaal moest verwoorden. Dit zit me namelijk echt dwars, en…” Dan sluit hij verbaasd zijn mond als Eline hem omhoog trekt van het bankje.
  • 115. En hij is helemaal verbijsterd als Eline hem in haar armen trekt en hem vol passie zoent. Hij slaat zijn armen om haar heen en allebei vergeten ze eventjes de wereld om hen heen – net als op die geweldige avond vier maanden geleden.
  • 116. “Is dat een beetje een duidelijk antwoord?” vraagt Eline als ze haar lippen weer van die van Erik heeft getrokken. Erik knikt, niet wetend wat hij moet zeggen. “Om het ook nog even in woorden duidelijk te maken… Ik ben verliefd op je, Erik, dat was ik al die tijd al. En vriendschap is ook niet genoeg meer voor mij. Ik wil meer.”
  • 118. “Kan je het geloven? Onze oudste zoon vertrekt vanavond naar de universiteit…” Yasmine zucht en nestelt zich tegen Ramses aan. “Nee, het voelt zo raar! De tijd vliegt…”
  • 119. Alex is het absoluut niet met zijn moeder eens. Hij wacht al tijden op het moment dat hij naar de universiteit mag vertrekken, en vanavond is het eindelijk zo ver. Opgewekt stapt hij uit bed en wrijft hij de slaap uit zijn ogen.
  • 120. Hij houdt van zijn familie, en hij zal ze ook heus wel missen, maar dit is iets waar hij al bijna zijn hele tienertijd naartoe leeft. En sinds Eline op de universiteit zit, heeft hij er nog meer zin in. Fluitend kleedt Alex zich aan. Hij kan niet wachten tot vanavond.
  • 121. Iemand die daar wat minder naar uitkijkt is Daan. Hij vindt het helemaal niet leuk dat zijn broer al het huis uit gaat, want dat betekent dat hij in huis helemaal niemand meer heeft om mee te spelen. Alex wilde ook niet altijd met hem spelen, maar het is wel zijn broer. Met alleen zijn ouders zal het heel anders zijn…
  • 122. Om een beetje minder verdrietig te zijn gaat Daan als hij zich aangekleed heeft lekker bij zijn speeltafel zitten om met zijn blokken te spelen. Al snel is hij zijn somberheid helemaal vergeten.
  • 123. Ramses besluit pannenkoeken te maken, aangezien dit voorlopig de laatste keer is dat ze met zijn vieren zullen ontbijten. Hij doet goed zijn best, en al gauw vult de kamer zich met een heerlijke geur.
  • 124. Iedereen schuift aan, en ze genieten alle vier van de pannenkoeken. Yasmine en Ramses vertellen over hun eigen studietijd, en geven Alex een hoop tips. Ook worden er leuke anekdotes verteld. Alex luistert geïnteresseerd, maar Daan wordt er alleen maar weer een beetje verdrietig van. Het klinkt allemaal heel erg leuk, maar het duurt nog zo lang voordat hij ook mag gaan!
  • 125. Het is zo gezellig, dat ze de tijd helemaal vergeten en Alex en Daan de toeter van de schoolbus eerst helemaal niet horen. De bus wil al bijna wegrijden als ze hem eindelijk opmerken. Geschrokken springen ze allebei op en rennen ze het huis uit. “Tot vanmiddag!” roept Alex nog even naar zijn ouders.
  • 126. “Sorry, sorry, sorry!” roept Daan met het schaamrood op de kaken als hij de schoolbus binnen springt. “Mijn broer gaat vanavond naar de universiteit, dus m’n vader had nog pannenkoeken gebakken en-” “Ja ja,” onderbreekt de buschauffeur hem nors. “Ga nou maar zitten, en zorg dat het niet weer gebeurt.” Grinnikend stapt Alex achter zijn kleine broertje aan – voor de laatste keer – de schoolbus in. Hij werpt een verontschuldigende blik naar de buschauffeur, en gaat dan bij zijn vrienden zitten.
  • 127. Vrolijk loopt Alex die middag het huis weer binnen. Zijn laatste dag op de middelbare school is achter de rug! Hij heeft het ook wel helemaal gehad met die school. Hij is klaar voor het echte werk! Hij ziet zijn ouders – die allebei vrij zijn – niet in de kamer zitten, en wil naar de serre lopen als de telefoon gaat.
  • 128. “Met Alex.” “…” “Hee, Eline! Hoe is het? Hoe ging je examen?” “…” “Een tien? Goed zo! Ik had ook niet anders van je verwacht, hoor. Sterker nog, ik zou teleurgesteld zijn als je geen tien had gehaald.”
  • 129. “…” Alex lacht. “Ik maak toch maar een grapje, joh.” “…” “Ja, ik ben net thuis. Ik moet zo nog even wat spullen inpakken, en dan ben ik er helemaal klaar voor! Kom maar op met die universiteit!” “…”
  • 130. “Ik weet niet precies hoe laat ik er ben. De taxi komt om acht uur. Hoezo?” “…” “Ah, om je tien te vieren? Gezellig. Waar gaan jullie eten?” “…” “Oké, altijd leuk. Ik wil die Erik van je nu ook weleens ontmoeten. Ik heb al zoveel gezemel over hem aan moeten horen!” Alex lacht. “…”
  • 131. “Jij bent wel snel op de kast te jagen, hè,” lacht Alex. “Maar even serieus. Spreken we af bij het Rozenbloemhuis?” “…” “Oké. Het lijkt me wel zo leuk om samen naar binnen te gaan, dus blijf niet te lang plakken bij Erik, hè?” “…” “Goed zo. Zeg, ik ga ophangen, ik heb nog wat inpakwerk te doen. Tot vanavond en veel plezier met Erik!”
  • 132. Alex hangt glimlachend op. Hij is blij dat Eline nu zo gelukkig is met Erik. Hij weet niet waarom, maar het heeft haar veel moeite gekost om toe te geven haar gevoelens, vertelde ze in een van haar mails.
  • 133. “Alex?” hoort hij dan vanuit de serre. Alex herkent de stem van zijn vader en loopt de serre in. “Hee pap,” zegt hij.
  • 134. “Hee,” zegt Ramses met een glimlach. “Was dat Eline?” Alex knikt. “Ja. Ze belde om te vragen hoe laat ik op de campus ben.” “Aha. Heeft ze haar examen al gehad?” vraagt Ramses. “Ja, ze had een tien,” antwoordt Alex.
  • 135. Ramses slaat zijn boek dicht. “Natuurlijk,” zegt hij lachend. “Dat hadden we kunnen verwachten.” “Ja,” antwoordt Alex. “Ik ben benieuwd hoe ik het ga doen op de universiteit,” voegt hij er dan nadenkend aan toe “Je doet het vast geweldig,” zegt Ramses met een glimlach. Alex grimast. “Heb alsjeblieft niet te hoge verwachtingen, oké? Ik ben geen Kennissim zoals jij, mama en Eline.” Ramses lacht. “Maak je maar geen zorgen. Wij zijn hoe dan ook trots op je.”
  • 136. “Mooi zo,” zegt Alex. “Dat zorgt weer voor wat minder druk op mijn schouders.” “Trek je je zoveel van ons aan dan?” vraagt Ramses. Alex haalt zijn schouders op. “Dat valt wel een beetje mee. Maar ik wil jullie niet teleurstellen, dat heeft elk kind, denk ik.” Ramses knikt. “Daar zit wel wat in. Maar daar hoef je dus niet bang voor te zijn, mij en je moeder stel je niet zo snel teleur.”
  • 137. “Fijn om te weten,” zegt Alex. Dan staat hij op. “Nou, ik ga maar eens beginnen met inpakken, voor we helemaal sentimenteel beginnen te worden.” Ramses schiet in de lach. “Succes.”
  • 138. Een poosje later komt Daan ook thuis van school, en na zijn ouders gedag gezegd te hebben verdwijnt hij ook naar boven. Hij maakt gelijk eerst zijn huiswerk, en gaat daarna bij zijn beer op de grond zitten. Hij is nog steeds beetje somber over het feit dat Alex vanavond vertrekt, maar bij zijn beer vindt hij wat troost.
  • 139. “Jij blijft tenminste voor altijd bij mij,” zegt hij tegen de beer, en hij geeft hem een knuffel.
  • 140. Na alles ingepakt te hebben, doet Alex nog even de computer aan om de laatste dingetjes te regelen en te checken voor zijn vertrek. Even later sluit hij tevreden af. Hij is er helemaal klaar voor.
  • 141. “Wil jij Daan even roepen?” vraagt Ramses dan. “We gaan eten.” Alex knikt en loopt naar boven om zijn broertje te halen. Ondertussen dient Ramses het eten op. Hij heeft een heerlijke maaltijd klaargemaakt, vanwege Alex’ vertrek.
  • 142. Het is erg gezellig aan tafel, maar Daan is wat stiller dan anders. “Is er iets, Daan?” vraagt Alex dan ook aan hem.
  • 143. Daan haalt zijn schouders op. “Ik vind het gewoon stom dat je zometeen weg gaat,” mompelt hij, Alex glimlacht. “Tja,” zegt hij. “Het moet toch echt. En ik kom nog wel eens op bezoek, hoor, en ik ga ook hartstikke vaak bellen.” “Maar toch! Je bent hier niet meer elke dag.” “Nee, dat is waar. Maar er zit niks anders op. En over een poosje mag jij ook!” “Dat duurt nog superlang!” zegt Daan schamper.
  • 144. “Voor je het weet is het zover,” zegt Ramses. “En je hebt het toch ook wel gezellig met mama en mij?” Daan knikt. “Dat is wel waar. En met Simon.” “Precies,” zegt Yasmine. “Dat gaat helemaal goed komen.” “Maar ik ga je wel missen!” zegt Daan tegen Alex.
  • 145. Alex glimlacht. “Ik jou ook, hoor. Wees maar niet bang.” De rest van de maaltijd kletsen ze gezellig over van alles en nog wat. Daan is weer opgevrolijkt en kletst weer volop mee. Als ze het eten op hebben wassen Alex en Daan samen af, terwijl Yasmine en Ramses de tafel schoonmaken. Ramses en Yasmine hebben allebei een melancholisch gevoel. Het is niet niks natuurlijk dat hun oudste zoon zometeen naar de universiteit vertrekt! Gelukkig kunnen ze Daan nog wel een poosje bij zich houden.
  • 146. Net als ze klaar zijn met opruimen komt de taxi de straat in rijden. Tijd om afscheid te nemen dus. “Tot snel, kleintje,” zegt Alex terwijl hij zijn broertje een knuffel geeft. “En zorg een beetje voor die ouders van ons, hè?” Daan lacht. “Doe ik!”
  • 147. Dan is Yasmine aan de beurt. “Pas goed op jezelf, oké?” zegt Yasmine. “En bellen als je er bent!” “Ja, mam,” zucht Alex met een grijns. “Zal ik doen, maak je maar geen zorgen.”
  • 148. Als laatste omhelst hij zijn vader. “Goed je best doen, hè,” zegt Ramses. “Maar heb vooral heel veel plezier! Je studententijd is een tijd om van te genieten.” “Komt goed, pap.” Dan klinkt de ongeduldige toeter van de taxi voor de deur. “Nu moet ik echt gaan,” zegt Alex. “Ik bel als ik er ben. Tot snel!”
  • 149. Alex pakt zijn spullen en loopt naar de taxi. Gauw stopt hij alles in de kofferbak, en dan stapt hij het taxibusje in. Hij glimlacht als hij de deur sluit. Hij heeft er zin in. ~*~
  • 150. “Je bent er!” Eline komt met een grote glimlach op haar gezicht naar Alex toelopen, en omhelst hem stevig. “Ja, eindelijk! Sorry dat ik zo laat ben, de taxi had een lekke band,” zegt Alex.
  • 151. “Geeft toch niet, joh. Ik ben allang blij dat je er bent.” Eline laat haar neefje los. “En je bent goed opgegroeid, zeg!” Alex lacht. “Dank je. Ben je al binnen geweest?” Eline schudt haar hoofd. “Nee, nog niet. Zullen we?” “Ja, lijkt me een goed plan.” Alex pakt zijn spullen op, en loopt vol verwachting achter Eline aan het Rozenbloemhuis in.
  • 152. Maar als ze binnenkomen wacht hen een grote verrassing. Geschrokken kijken Eline en Alex naar de Sim die op hún bank zit, in hún huis. “Wie ben jij nou weer, en wat doe je in vredesnaam in ons huis?!” ~*~
  • 153. En dat was Hoofdstuk 3.2! Wie is de Sim die in het Rozenbloem huis zit? En wat doet diegene daar? Wat een spanning, wat een sensatie! *kuch* Anyway, ik hoop dat jullie de update leuk vonden, en een reactie achter laten! xx Anne