De premiekorting vervalt. Hiervoor komen wel weer nieuwe kortingen terug. Van welke korting kunt u vanaf 2017 gebruik maken? Staat u er bijvoorbeeld voor open om een medewerker uit een risicogroep in dienst te nemen? Hoe kunt u dit omzetten in kansen? Door de banenafspraak kunt u in 2017 gebruik maken van diverse voordelen. Tijdens deze sessie gaan wij in op de diverse premiekortingen en subsidiemogelijkheden in 2017. Daarnaast zullen ook de fiscale aspecten van beloning gericht op de vitaliteit van medewerkers aan bod komen.
3. Huidige 4 premiekortingen
1. Premiekorting jongere werknemers
2014/2015 werknemer tussen 18-27 jaar
• In dienst nemen uit uitkeringssituatie
• Minimaal contract van 32, later 24 uur per week
• Duur korting 2 jaar
Vervallen per 1 januari 2016!
6. Vier premiekortingen
4. Premiekorting arbeidsgehandicapte
werknemer voor de doelgroep
banenafspraak
In dienst nemen van iemand uit de
doelgroep
banenafspraak
6
7. Prinsjesdag 2015
Op Prinsjesdag diende het kabinet het wetsvoorstel Tegemoetkomingen in de
loon- kosten van specifieke groepen (Wet tegemoetkomingen loondomein, Wtl)
in bij de Eerste en Tweede Kamer. In het wetsvoorstel worden gefaseerd twee
voordelen ingevoerd: het lage-inkomensvoordeel (LIV) dat per 1 januari 2017
moet ingaan, en het loonkosten- voordeel dat is voorzien per 1 januari 2018.
Achtergrond
De achterliggende idee van het wetsvoorstel is werkgevers te stimuleren om
werknemers met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst te nemen.
Het gaat dan vaak om werknemers die het minimumloon of net iets meer (tot en
met 125%) verdienen. Om deze doelstelling meer slagkracht te geven, streef
het kabinet naar een vereenvoudiging van fiscale processen. Daarnaast wil het
de administratieve lasten van werkgevers terugdringen door een instrument te
introduceren dat het mogelijk maakt op basis van beschikbare gegevens en
zonder de loonaangifteketen te belasten, volledig geautomatiseerd een
tegemoetkoming in loonkosten aan werkgevers te ver- strekken. Daarbij moet
het voorgestelde lage-inkomensvoordeel werkgevers met werknemers aan de
onderkant van de arbeidsmarkt ten goede komen.
7
9. Lage-inkomensvoordeel (LIV)
• Vanaf 01-01-2017
• 100-125% van het minimumloon
• Geen aanvraag door werkgever
• Vergoeding 2017 wordt in 2018 uitgekeerd
9
10. Voorwaarden LIV
• € 0,96 per verloond uur
– Maximaal € 2.000 per werknemer/jaar
– 100 - 110% van het minimumloon
– Gemiddeld uurloon tussen 9,54 en € 10,49
– Minimaal 1.248 uur per jaar werkt
• € 0,48 per verloond uur
– Maximaal € 1.000 per werknemer/jaar
– 110 – 125% van het minimumloon
– Gemiddeld uurloon tussen €10,50 en € 11,92
– Minimaal 1.248 uur per jaar werkt
• Naar rato berekend ( bij meer dan 1248)
10
11. Wet tegemoetkomingen loondomein
(Wtl)
• Voor het lage-inkomensvoordeel geldt geen
leeftijdsgrens aan de onderkant
• De voorwaarde is dat het loon hoger is dan 100% van
het wettelijk minimumloon voor een 23-jarige of ouder
• Een werkgever komt echter wel in aanmerking voor
een tegemoetkoming, indien een jongere een salaris
verdient tussen 100 en 125% van het wettelijk
minimum loon dat geldt voor 23-jarigen of ouder
• Het recht op het lage-inkomensvoordeel stopt als
de AOW-gerechtigde leeftijd is bereikt
11
12. Voorbeeld
• Salaris € 1.650
• 40 uur per week, volledig jaar
gewerkt
• Recht op LIV?
• Zo ja hoeveel
12
13. Uitwerking casus
• € 1.650 x 12,96 = € 21.384
• Gewerkt 52 x 40 = 2080 uur
• Gemiddeld uurloon = € 10,28
• Tussen € 9,54 en 10,49
• 2080 x € 0,96 = €1996
13
14. Voorbeeld
• Salaris € 1.650
• 40 uur per week, volledig jaar
gewerkt
• Extra beloning, stel € 500.
• Recht op LIV?
• Zo ja hoeveel
14
15. Uitwerking casus
• € 1.650 x 12,96 = € 21.384 + 500
• Gewerkt 52 x 40 = 2080 uur
• Gemiddeld uurloon = € 10,52
• Tussen € 10,50 en 11,92
• 2080 x € 0,48 = € 998
15
21. Participatiewet
• Vervangt de:
• Wet werk en bijstand (Wwb)
• Wet sociale werkvoorziening (WSW)
• Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jong
gehandicapten (Wajong)
21
22. Participatiewet
• Doel:
• Zoveel mogelijk mensen met of zonder
arbeidsbeperking aan het werk te krijgen
• In een “gewone” baan
22
23. Banenafspraak
• Sociaal akkoord 11 april 2013
• Extra banen creëren voor mensen met een
arbeidsbeperking
• 125.000 extra banen
• 100.000 marktsector
• 25.000 overheid
23
24. Banenafspraak
• Hoe extra banen creëren?
• Beschikbare banen
• Door natuurlijk verloop
• Functies aanpassen (jobcarving)
• Herverdelen taken (functiecreatie)
24
25. Banenafspraak
• De doelgroep
• het WML niet kunnen verdienen
• Wsw-indicatie
• Wajongers met arbeidsvermogen
• Wiw/ID-baan
• Doelgroepenregister
25
27. Quotumheffing
• Treedt in werking als aantal banen in de
banenafspraak niet wordt gehaald.
• Wettelijke ‘stok achter de deur’
• Werkgevers met >25 werknemers
• Heffing op werkgeversniveau
• Quotumpercentage nog vast te stellen
• € 5.000 per niet ingevulde arbeidsplaats
27
28. Voorwaarden LKV
• € 3,05 per verloond uur
• Maximaal € 6.000 per jaar
• Doelgroep banenafspraak
• € 1,01 per verloond uur
• Maximaal € 2.000 per jaar
28
29. Voorwaarden LKV
• Duur Loonkostenvoordeel (LKV):
• Vanaf de aanvang van de dienstbetrekking
gedurende drie jaar – of tot de dienstbetrekking is
geëindigd - een verzoek tot tegemoetkoming
indienen.
• Één jaar voor herplaatsen arbeidsgehandicapte
• Geen recht op het loonkostenvoordeel als de
betreffende werknemer in het voorafgaande half jaar
ook al voor die werkgever heeft gewerkt.
• Deze zogenoemde ‘draaideurbepaling’ moet
voorkomen dat werknemers worden ontslagen en
daarna opnieuw in dienst komen louter vanwege het
loonkostenvoordeel 29
30. Huidige/nieuwe bedragen
Doelgroep Huidige premiekorting Straks maximum
tegemoetkoming
LIV - 100% tot 110% WML n.v.t. € 2.000
LIV – 110% tot 125% WML n.v.t. € 1.000
Ouderen (56+) € 7.000 € 6.000
Arbeidsgehandicapten
(WIA en WAO)
€ 7.000 € 6.000
Banenafspraak € 2.000
30
31. Samenloop
In 2018 recht op zowel LKV als LIV, dan
recht op maar één voordeel. Het hoogste
bedrag wordt uitgekeerd.
LIV en huidige premiekortingen in 2017,
samenloop is mogelijk.
31
32. Premievrijstelling marginale
arbeid
• Vervalt per 1 januari 2018
• Werkgevers moeten dus straks ook
premies werknemersverzekeringen
betalen voor uitkeringsgerechtigden
die voor maximaal 6 weken in dienst
komen.
32
40. Studie
• Scholingsvoucher voor werkzoekende
• Maximaal € 2.500
• Voor opleiding of ervaringscertificaat
• WW uitkering, arbeidsovereenkomst of zelfstandige
en
• Opleiding in de richting van een kansberoep ( lijst) of
ervaringstraject om geschiktheid bij toekomstige
werkgever aan te tonen.
• Wel ingeschreven staan bij UWV.nl en uiterlijk 31
december 2017 aanvragen!
40
41. Studie: Brug WW
• Brug-WW is bedoeld om een werknemer om te
scholen met behoud van zijn WW-uitkering.
Brug-WW geldt ook voor werknemers die
werkloos dreigen te worden.
• Met de regeling Brug-WW neemt u dus een
werknemer in dienst die wordt bijgeschoold met
de meest actuele kennis voor zijn nieuwe baan.
Er zijn 2 soorten Brug-WW:
• Brug-WW zonder sectorplan;
• Brug-WW met sectorplan.
41
42. Afdrachtsvermindering speur - en
ontwikkelingswerk
• De WBSO is bedoeld voor iedere ondernemer
in Nederland die onderzoek doet naar
technologische vernieuwingen.
• Subsidieert de inzet van eigen medewerker die
zicht met het S & O werk bezighouden.
• Aanvraag bij RVO
• Na beschikking toepassen in de aangifte
loonheffingen.
42
43. Loonskostensubsidie 2016
Subsidie Omvang
Premiekorting
arbeidsgehandicapte
Doelgroep WAO/WIA:€ 7.000 per jaar max. 3 jaren bij in dienst nemen, of 1 jaar bij in
dienst houden
Doelgroep banenafspraak Quotumwet: € 2.000 max. 3 jaren bij in dienst nemen
Loondispensatie Vermindering contractueel (minimum)loon
Loonkostensubsidies
Participatiewet
70% van het verschil tussen de feitelijke loonwaarde en het minimumloon
Kosten aanpassingen aan de
werkplek
Werkelijke kosten
No-riskpolis Ziektewet Overname loondoorbetalingsverplichting tijdens ziekte
No-riskpolis
Werkhervattingskas
Buiten beschouwing laten bij berekening gedifferentieerde premie
Specifiek voor arbeidsgehandicapten
44. Loonskostensubsidie 2016
Subsidie Omvang
Premiekorting oudere werknemer € 7.000 per jaar max.3 jaar bij in dienst nemen
Loonkostensubsidies
Participatiewet
70% van het verschil tussen de feitelijke loonwaarde en het minimumloon
Compensatieregeling loonkosten
bij ziekte
Langdurig werklozen > 55: overname loondoorbetalingsverplichting tijdens ziekte
vanaf 13 weken
Plaatsingssubsidie oudere
werknemer
Langdurig werklozen > 50: max. € 1.500 voor intermediair
Specifiek voor oudere werknemers
45. Loonkostensubsidie 2016
Subsidie Omvang
Premiekorting jongere werknemer € 3.500 per jaar max. 2 jaar, mits in dienst genomen 01-01-2014 / 31-12-2015
Loonkostensubsidies
Participatiewet
70% van het verschil tussen de feitelijke loonwaarde en het minimumloon
Specifiek voor jongere werknemers
46. Loonkostensubsidie 2016
Subsidie Omvang
Proefplaatsing WAO-, WIA-, WAZ-,
Wajong, Ziektewet of WW
Werken met behoud van uitkering max. 6 maanden
Premievrijstelling marginale arbeid Vrijstelling premies werknemersverzekeringen
Gemeentelijke subsidieregelingen Varieert per gemeente
Loonkostensubsidies Participatiewet 70% van het verschil tussen de feitelijke loonwaarde en het minimumloon
Niet specifiek leeftijdsgebonden
47. Loonkostensubsidie 2016
Subsidie Omvang
Subsidieregeling praktijkleren Max. € 2.700 voor opleidingskosten per studiejaar/kwalificerende pratijk- of
werkleerplaats
Scholingssubsidie oudere
werklozen
Max. € 1.000 voor korte om- of bijscholingstrajecten
Confinanciering sectorplannen Afhankelijk van sectorplan
Brug-WW tijdens om- of bijscholing
Scholing werknemers
48. Loonkostensubsidie 2016
Subsidie Omvang
Afdrachtvermindering zeevaart Zeevarenden woonachtig in Ned. of in een ander EU- of EER-land: vermindering
afdracht loonbelasting/premie volksverzekeringen met 40% van het fiscale loon uit
tegenwoordige dienstbetrekking
Zeevarenden die in andere landen wonen: vermindering afdracht
loonbelasting/premie volksverzekeringen met 10% van het fiscale loon uit
tegenwoordige arbeid
Afdrachtvermindering speur- en
ontwikkeling (WBSO)
Vermindering afdracht loonbelasting/premie volksverzekeringen met 32% per jaar van
S&O (loon)kosten tot en met € 350.000 (starters 40%)
Vermindering afdracht loonbelasting/premie volksverzekeringen met 16% per jaar van
S&O (loon)kosten vanaf € 350.000
Afdrachtsvermindering
49. Recht op premiekorting? Gebruik de
regelhulp
• Zijn er voor uw organisatie premiekortingen van toepassing, dan is dit
nu snel vast te stellen met de nieuwe regelhulp premiekortingen en
lage-inkomensvoordeel van het ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid
http://www.regelhulpenvoorbedrijven.nl/premiekortingen
• Hiervoor hoeft uw organisatie hooguit acht vragen te beantwoorden
• De regelhulp stelt ook vast of uw organisatie volgend jaar in
aanmerking komt voor het nieuwe lage-inkomensvoordeel.
• Deze nieuwe korting treedt op 1 januari 2017 in werking en gaat
gelden voor werkgevers die een werknemer in dienst hebben met een
uurloon tussen de 100% en 125% van het wettelijk minimumloon
49
51. Fiscale aspecten van beloning gericht op
de vitaliteit van medewerkers
• Fiets van de zaak
• Bedrijfsfitness
• Scholing
• Stoelmassage
• Collectieve ziektekostenverzekering
51
52. Tips
• Huidige personeelsdossiers checken
• Nieuwe werknemers goed onder de loep
nemen.
• Na 2 maanden vragen naar a.o.
achtergrond
• Overleg bij twijfels met uw adviseur
• Soms dus wel " gratis bier".
52
Deze 4 premiekortingen vervallen vanaf 1 januari 2018.
In 2017 mogen deze subsidies nog worden toegepast!
Vanaf 1 januari 2017 geldt de Wtl.
Het lage-inkomensvoordeel is bedoeld om te stimuleren mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt in dienst te nemen.
Loonkosten laag voor wn die tussen 100 en 120% van het minimumloon verdienen (van een 23-jarige)
De Belastingdienst keert op basis van gegevens van UWV de vergoeding over 2017 aan u in 2018 automatisch uit.
Geen aanvraag hiervoor in dienen.
Maximaal € 2.000 voordeel op de loonkosten per aangenomen werknemer. Dit geldt als de werknemer 38 uur per week werkt, 100-110% van het minimumloon (van een 23-jarige) verdient én dat jaar minstens 1.248 uur bij dezelfde werkgever werkt. De werknemer mag jonger zijn dan 23 jaar.
Let op er geldt geen leeftijdsgrens. Alleen voor de berekening wordt uitgegaan van het wettelijk minimumloon voor een 23-jarige. Het recht op het LIV stopt als de AOW-gerechtigde leeftijd is bereikt.
Maximaal € 1.000 voordeel op de loonkosten per aangenomen werknemer. Dit geldt als de werknemer 38 uur per week werkt, 110-120% van het minimumloon (van een 23-jarige) verdient én dat jaar minstens 1.248 uur bij dezelfde werkgever werkt. De werknemer mag jonger zijn dan 23 jaar.
Het loonkostenvoordeel wordt in verhouding (naar rato) berekend op basis van het aantal gewerkte uren per jaar.
De werkgever ontvangt bij een uurloon van 100 – 110% € 1,01 per uur met een maximum van € 2.000 per jaar.
Bij een uurloon van 110 – 120% € 0,51 per uur met een maximum van € 1.000 per jaar.
Dit wordt bekeken op jaarbasis. De werkgever weet dus pas na afloop van het jaar of hij recht heeft op een LIV.
Let op: Voor het LIV is het niet noodzakelijk dat de werknemer op of na 1 januari 2017 in dienst treedt. Ook bestaande werknemers die verder aan de voorwaarden voldoen komen per 1 januari in aanmerking voor het LIV.
In tegenstelling tot het LKV, hoeft u voor het LIV geen doelgreopverklaring van UWV of gemeente te hebben. Belastingdienst haalt de gegevens uit de aangifte loonheffingen.
Vanaf 1 januari 2017 geldt de Wtl.
Salaris € 1.600 per maand.
40 uur per week
52 weken in het jaar
Doorbetaling loon tijdens vakantie, feestdagen en bij ziekte
Vakantietoeslag 8%
Uitgaande van 40 uur per week maal 52 weken, totaal 2.080 uren, bedraagt het gemiddelde uurloon € 20.736 / 2080 dus € 9,97
Het uurloon valt in de categorie tussen € 9389 maar niet meer dan 10,88. De vergoeding is € 1,01 per uur met een maximum van € 2.000 per jaar
Let op. Stel na 30 weken ontslag. Verloonde uren minder dan 1.248 in dat jaar. Geen recht op LIV
Let op. Stuwmeer vakantiedagen. € 3.000 vakantiedagen uitlaten betalen. Gemiddelde uurloon voor de LIV stijgt dan naar € 11,41. Het recht op LIV daalt dan naar € 1.000. Voorstel uitbetalen vakantiedagen over meerdere jaren uit te betalen.
Ook bij overwerk kan iets dergelijks voorkomen. Meestal ontvangt de werknemer daar een hoger percentage over waardoor in zijn totaal misschien wel boven 110% of 120% van het minimumloon uitgekomen wordt.
Salaris € 1.600 per maand.
40 uur per week
52 weken in het jaar
Doorbetaling loon tijdens vakantie, feestdagen en bij ziekte
Vakantietoeslag 8%
Uitgaande van 40 uur per week maal 52 weken, totaal 2.080 uren, bedraagt het gemiddelde uurloon € 20.736 / 2080 dus € 9,97
Het uurloon valt in de categorie tussen € 9389 maar niet meer dan 10,88. De vergoeding is € 1,01 per uur met een maximum van € 2.000 per jaar
Let op. Stel na 30 weken ontslag. Verloonde uren minder dan 1.248 in dat jaar. Geen recht op LIV
Let op. Stuwmeer vakantiedagen. € 3.000 vakantiedagen uitlaten betalen. Gemiddelde uurloon voor de LIV stijgt dan naar € 11,41. Het recht op LIV daalt dan naar € 1.000. Voorstel uitbetalen vakantiedagen over meerdere jaren uit te betalen.
Ook bij overwerk kan iets dergelijks voorkomen. Meestal ontvangt de werknemer daar een hoger percentage over waardoor in zijn totaal misschien wel boven 110% of 120% van het minimumloon uitgekomen wordt.
De bestaande premiekortingen worden omgevormd tot loonkostenvoordelen, met uitzondering van de lopende premiekorting jongeren. De specifieke premiekorting jongeren blijft ongewijzigd, omdat het om een tijdelijke regeling gaat.
De premiekortingen en premievrijstllingen vervallen:
Premiekorting oudere werknemer
Premiekorting jongere werknemer
Premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer
Premiekorting bevordering duurzame arbeidsparticipatie
De bedragen van de premievrijstelling bij marginale arbeid
Maximum van het loonkostenvoordeel voor de ‘doelgroep banenafspraak’ is € 2.000 op jaarbasis. Dit komt overeen met het geldende maximum aan premiekorting voor arbeidsbeperkten. Dit bedrag wordt met de Wtl dan ook niet gewijzigd.
Een doelgroepverklaring is een vereiste. Die geeft aan dat iemand tot de doelgroep van kwetsbare personen op de arbeidsmarkt behoort en aan de voorwaarden voldoet. De huidige premiekortingsregelingen kennen al wel doelgroepverklaring voor de premiekorting oudere uitkeringsgerechtigden en jogneren, maar nog niet voor de premiekorting arbeidsgehandicapten.
Als de werknemer tot de doelgroep behoort, kan de werkgever vanaf de aanvang van de dienstbetrekking gedurende drie jaar – of tot de dienstbetrekking is geëindigd – een verzoek tot tegemoetkoming indienen. Er is geen recht op het loonkostenvoordeel als de betreffende werknemer in het voorafgaande half jaar ook al voor die werkgever heeft gewerkt. Deze zogenoemde ‘draaideurbepaling’ moet voorkomen dat werknemers worden ontslagen en daarna opnieuw in dienst komen louter vanwege het loonkostenvoordeel.
Het UWV beoordeelt het recht op LIV en LKV, berekent de hoogte van de tegemoetkomingen en stelt de uitkomsten ter beschikking van de inspecteur. Ook aan werkgevers wordt voor 15 maart van het volgende jaar een overzicht gestuurd met beoordeling en berekening. Mocht een werkgever fouten ontdekken dan heeft hij tot 1 mei de mogelijkheid de gegevens te laten wijzigen of aan te vullen.
Door de gefaseerde invoering van de Wet tegemoetkomingen loondomein
Het is dus in 2017 mogelijk om zowel een premiekorting te krijgen al een LIV indien aan de daarvoor geldende voorwaarden voldaan wordt.
Driedubbelvoordeel:
Werknemer die onder de doelgroep van de banenafspraak valt. Voor zo’n werknemer krijgt uw onderneming namelijk onder voorwaarden drie voordelen: premiekorting, loonkostensubsidie en lage-inkomensvoordeel
Als uw onderneming tussen 1 januari 2017 en 1 januari 2018 een werknemer in dienst neemt die onder de doelgroep van de banenafspraak valt, krijgt u voor hem op basis van de Wet harmonisering instrumenten Participatiewet € 2.000 premiekorting.
Omdat de werknemer niet in staat is om zelfstandig het minimumloon te verdienen, krijgt u ook loonkostensubsidie. Die subsidie dicht het gat tussen de loonwaarde van de werknemer en het minimumloon.
Ook het LIV is van toepassing als u een werknemer in dienst neemt die niet in staat is om zelfstandig het minimumloon te verdienen, maar aan wie u wel het minimumloon uitbetaalt.
Nog nazoeken hoe dit precies zit!!!!!!
Het huidige stelsel van premiekortingen komt door de invoering van de Wtl per 1 januari 2018 te vervallen.
Voor werkgevers betekent het invoeren van de LIV en de LKV dat zij pas na afloop van het kalenderjaar de tegemoetkomingen ontvangen, terwijl zij de korting op de premies werknemersverzekeringen in de loonaangifte mochten verrekenen.
Voor oudere, voormalig werkloze werknemers betaalt UWV soms een Ziektewet-uitkering. De uitkering betalen we meestal aan u. U kunt deze verrekenen met het loon van uw zieke werknemer. Deze regeling heet de Compensatieregeling.
Voor welke oudere werknemers krijg ik bij ziekte een Ziektewet-uitkering?
Een zieke werknemer kan via de Compensatieregeling een Ziektewet-uitkering krijgen als hij:
geboren is vóór 8 juli 1954;
in de 52 weken voor hij bij u in dienst kwam onafgebroken een WW-uitkering had;
bij u in dienst kwam na 8 juli 2009;
niet langer dan 5 jaar bij u in dienst is;
langer dan 13 weken door ziekte niet kan werken.
Voor deze werknemers kunt u na 13 weken een Ziektewet-uitkering aanvragen. De uitkering start na 13 weken arbeidsongeschiktheid, de eerste 13 weken zijn voor rekening van u.
Uitleg geven wanneer de subsidieregeling praktijkleren van toepassing is.
Uitleg geven wanneer de subsidieregeling praktijkleren van toepassing is.