3. DAADSTRAFRECHT (1)
vroege middeleeuwen
GEVOLGAANSPRAKELIJKHEID
= strafrechtelijke aansprakelijkheid van de dader voor
de gevolgen die hij met zijn daad heeft veroorzaakt
delicten objectieve bestanddelen
> dood door schuld / opzettelijke doodslag
> opzettelijke doodslag / moord
4. DAADSTRAFRECHT (2)
vroege middeleeuwen
Geen ontoerekeningsvatbaarheid/schulduitsluitingsgronden
> strafrechtelijke aansprakelijkheid van ‘dommen en dullen’
> strafprocessen tegen dieren (dierprocessen)
> strafprocessen tegen overledenen
> strafprocessen tegen zelfmoordenaars
Geen strafbaarheid van pogingshandelingen
> pogingsdelicten (b.v. trekken van een zwaard)
7. TWEEDE KADAVERPROCES (904)
Sergius III vs Formosus
Formosus Stefanus VI Theodorus II Sergius III
(891-896) (896-897) (december 897) (897-904)
8. SCHULDSTRAFRECHT (1)
late middeleeuwen
STRAFPROCESRECHT
accusatoir strafproces inquisitoir strafproces
private vervolging publieke vervolging
formalistisch bewijs rationeel bewijs
MATERIEEL STRAFRECHT
daadstrafrecht schuldstrafrecht
wederrechtelijkheid toerekenbaarheid en
van de daad verwijtbaarheid van de dader
9. SCHULDSTRAFRECHT (2)
levensdelicten
CASUS : MART MARTENS, 1777
vechtpartij met dodelijke
afloop
strafeis – doodstraf wegens
opzettelijke doodslag
vonnis – 25 jaar tuchthuisstraf,
levenslange verbanning
VERWIJTBAARHEID
gevolgaansprakelijkheid bij
gewone geweldsdelicten
= bestraffing voor de gevolgen
die zijn voortgevloeid uit een
opzettelijke geweldpleging
10. SCHULDSTRAFRECHT (3)
juridische dogmatiek
INDIRECTE DOODSLAG = doodslag met indirect opzet
> opzet gericht op de daad, niet op het resultaat
DIRECTE DOODSLAG = doodslag met direct opzet
> opzet gericht op de daad en op het resultaat
MOORD = doodslag met opzet en voorbedachte rade
11. PARRICIDIUM POENA CULLEI
vadermoord verdrinking
CASUS : ADRIAEN MAES, 1736
– Jan Maes, voerman
– Pieternel, zijn vrouw
– Guilbertus da Costa, chirurgijn
en minnaar van Pieternel
– Adriaen Maes, oudste zoon
van Jan en Pieternel
12. VOORBEREIDEND ONDERZOEK
drossaard Pieter van Hoven
Moordcomplot uitgevoerd op 3 mei 1736
Aangifte door omwonenden bij schepenbank
Visitatie (verwonding) door chirurgijn (3 mei)
Visitatie (lijkschouwing) door chirurgijn (4 mei)
Getuigenverklaringen van Adriaen Maes en
dienstmeid, nachtroeper, omwonenden (7 mei)
Verdere getuigenverklaringen (9–12 mei)
13. VERSTEKPROCEDURE (1)
Guilbertus da Costa/Pieternel Maes
Decreet van apprehensie (arrestatiebevel, 26 mei)
Indaging bij edict (openbare dagvaarding, 8 juli)
Ticht en aanspraak (tenlastelegging en strafeis, 16 juli)
Tweede indaging bij edict (16 juli)
Derde en vierde indaging bij edict (30 juli, 13 augustus)
Fourneren van de processtukken (8 september)
Vonnis crimineel (verstekvonnis, 10 september)
14. VERSTEKPROCEDURE (2)
Guilbertus da Costa/Pieternel Maes
STRAFEIS tegen GUILBERTUS DA COSTA :
Dader moet op een rad worden gelegd en van onder af aan levend worden
geradbraakt, zonder enige gratie te mogen ontvangen, waarna hem het
hoofd moet worden afgeslagen en op een pin samen met zijn lichaam op het
galgenveld ten toon moet worden gesteld en ten prooi moet worden
gegeven aan de vogels.
STRAFEIS tegen PIETERNEL MAES :
Daderes moet zodanig aan haar lijf worden gestraft dat er de dood op volgt,
of anderszins als de schepenen gepast oordelen.
15. INSTRUCTIE voor de BEUL
van de BARONIE van BREDA (1761)
Artikel 6 – Voor een persoon op het rad of kruis te leggen
en te radbraken of verbranden twaalf guldens.
– Voor het bij deze persoon het hoofd of de hand
af te slaan en op een pin te zetten, drie guldens.
Artikel 7 – Voor het afslaan van een hoofd met het zwaard
twaalf guldens.
– En voor het lichaam in de kist te leggen en te
vervoeren drie guldens.
18. CRIMINELE PROCEDURE (1)
Adriaen Maes
Getuigenverklaring van Adriaen Maes (7 mei).
Decreet van civiele gijzeling (hechtenis, 7 mei).
Verhoor en nader verhoor van Adriaen Maes (12 mei, 15 mei).
Verzoek om decreet van apprehensie en strikte detentie (…).
Advies door twee onpartijdige rechtsgeleerden (…).
Verlening van decreet van apprehensie, strikte detentie (21 mei).
Verhoor en nader verhoor van verdachte (26 mei, 20 september).
19. CRIMINELE PROCEDURE (2)
Adriaen Maes
Ticht en aanspraak crimineel (24 september) : verdachte moet op het aller
rigoreust met de dood worden bestraft.
Verzoek om verdachte aanstonds en mondeling op de punten van de
tenlastelegging te laten reageren, en bij ontkenning te onderwerpen aan
een scherp examen (verhoor onder tortuur).
Verdachte bekent sommige punten van de tenlastelegging, maar ontkent
andere punten daarvan.
Drossaard persisteert voor repliek.
Verdachte persisteert voor dupliek en verzoekt om bij procureur te mogen
procederen.
20. CRIMINELE PROCEDURE (3)
Adriaen Maes
Drossaard extraordinaire procesgang (onderzoek)
Verdachte ordinaire procesgang (debat)
Tussenvonnis (inwinnen van advies, 24 september).
Advies door twee onpartijdige rechtsgeleerden (…).
Toestemming tot een scherp examen (8 oktober).
Toestemming tot een scherp examen (26 september).
Vrijwillige nadere confessie (29 oktober).
21. CRIMINELE PROCEDURE (4)
Adriaen Maes
Verzoek om een nieuw, derde scherp examen (31 oktober).
Tussenvonnis (inwinnen van advies, 31 oktober).
Advies door twee onpartijdige rechtsgeleerden (…).
Toestemming tot scherp examen (14 november).
Fourneren van de processtukken (14 november).
Tussenvonnis (inwinnen van advies, 14 november).
Advies door twee onpartijdige rechtsgeleerden (conceptvonnis).
Vonnis crimineel (onthoofding, 27 november).
26. CRIMEN LAESAE MAIESTATIS DIVINAE
goddelijke majesteitsschennis
JEREMIA 22:19
Wanneer een zondaar is overleden, zal men hem niet bewenen.
Als een ezel wordt hij begraven: men sleept hem weg en gooit
hem buiten de poorten van Jeruzalem.
EZELSBEGRAFENIS
27. FILIPS WIELANT, Corte instructie
in materie criminele (ca. 1510)
CAPUT 56, PARAGRAAF 2 en 4
– Volgens het gewoonterecht wordt iemand die zichzelf het
leven beneemt, om wat voor reden dan ook, gehangen in
een sprietgalg en zijn goederen worden geconfisqueerd.
– De reden hiervoor is de enormiteit van deze daad, want
wie een ander doodt, die doodt slechts het lichaam, maar
wie zichzelf doodt, die doodt ziel en lichaam.
28. INSTRUCTIE voor de BEUL
van de BARONIE van BREDA (1761)
Artikel 9 – Voor een lichaam uit het gevangenhuis of van
een andere plaats naar buiten te brengen of te
slepen en het op een kar of een horde te plaatsen
en het buiten in een ketting of een mik [sprietgalg]
of aan een galg te hangen, zes guldens.
29. SCHANDSTRAF
slepen van het lichaam
GERRIT SPAENDONCK (1661)
Strafeis – Het dode lichaam moet
door de scherprechter uit het huis
worden verwijderd en op een horde
naar het galgenveld worden
gesleept en daar aan de galg
worden opgehangen.
FRANS JANSSEN GIJSBERTS (1712)
Strafeis – Het dode lichaam moet uit
het venster van de gevangenpoort
worden geworpen, op een horde
naar de stadsmuur worden gesleept,
daar vanaf worden geworpen, naar
het galgenveld worden gesleept en
daar onder de galg worden
begraven.
30. FILIPS WIELANT, Corte instructie
in materie criminele (vervolg)
CAPUT 56, PARAGRAAF 1 en 3
– Volgens het geleerde recht echter wordt degene die zichzelf het leven
beneemt omdat hij vreest zijn leven, eer en goed te verliezen, of omdat hij
een andere kwalijke reden daartoe heeft, gesleept en gehangen in een
sprietgalg, en worden zijn goederen geconfisqueerd.
– Maar degene die zulks doet wegens een pijnlijke ziekte, een grote
melancholie of een gebrek van de geest dient niet te worden gestraft, maar
te worden begraven in gewijde grond.
31. SCHULDSTRAFRECHT
late middeleeuwen
VERONTSCHULDIGBARE ZELFDODING
Gepleegd wegens fysiek lijden, gebrekkige ontwikkeling van de
geestvermogens, mistroostigheid of wanhoop stille begrafenis
VERWIJTBARE ZELFDODING
Gepleegd om te ontkomen aan de bestraffing wegens een
gepleegd delict schandstraf + confiscatie van goederen
(“subsidiaire bestraffing”)
32. VERONTSCHULDIGBARE ZELFDODING
stille begrafenis
CORNELIA GINHOVEN stak zich bij het schoonmaken van wortelen en uien
met een mes in haar keel omdat zij oud, ‘onnosel’ en ‘niet bij haer zinnen’
was (1749).
MARTINUS VAN DER LINDEN verhing zich omdat hij ‘getroubleerde
hersenen’ had (1756).
LUCAS VERAELST sprong in een waterput uit een ‘soort van
krankzinnigheijt of delirium’ (1761).
Bakkersknecht PIETER MATTIE verhing zich omdat hij levensmoe was,
aangezien hij volgens zijn baas altijd erg stil was en maar weinig at (1766).
34. CESARE BONESANA BECCARIA,
Dei Delitti e delle Pene (1764)
De Verlichting
(tweede helft 18e eeuw)
KLASSIEKE RICHTING
Rationeel strafrecht
> codificatie + humanisering
> geen bestraffing zelfdoding
37. BEDELARIJ en LANDLOPERIJ
verkorte strafprocedure
Aanstonds aanhouding door ambtenaren van justitie
Geen voorbereidend onderzoek door gerechtsofficier
Zonder beletsel scherpe examinatie (bekentenis + achterhalen
vagebonden)
Opsporingslijsten met namen en persoonsgegevens
Doorbreking van de territoriaal begrensde competentie
38. BEDELARIJ en LANDLOPERIJ
Plakkaten Staten-Generaal
Eerste aanhouding
> geseling, verbanning
Tweede aanhouding
> geseling, brandmerking, verbanning
Derde aanhouding
> doodstraf (galg / wurgpaal)
Bezit van wapens, zware misdrijven,
verenigd in groep van 5 personen of meer
> doodstraf (passende terechtstelling)
39. BEDELARIJ en LANDLOPERIJ
criminele benden
Bedelarij, landloperij, diefstal, inbraak, roof, geweldpleging,
afpersing, bedreiging met brandstichting
BENDE VAN ENGELE JANTJE, 1720-1730, Brabant en Holland
brandstichting Nonnebosche Hoeve, dodelijke afloop, 1726
Klopjachten in Brabant en Holland, arrestaties, strafprocessen
Strafvonnissen ’s-Hertogenbosch, Tilburg, Waalwijk, Heusden
40. BRANDSTICHTING
wettenrecht en gewoonterecht
Plakkaat Staten-Generaal 1707 inzake o.m. brandstichting :
terechtstelling van de dader door verbranding, radbraking
of op een andere wijze, al naar gelang het misdrijf.
Filips Wielant, Corte instructie in materie criminele, 1510 :
In Brabant is men gewoon de moordbranders een zeer
ongenadige dood te laten sterven.
vuurdood (spiegelstraf)
alle betrokkenen ongeacht hun aandeel in het misdrijf