3. Parkinson Gebrek aan dopamine dopamine
Dopamine is een
neurtransmitter
Een neurotransmitter
is een:
boodschapperstof,
stofje om een
elektrische prikkel over
te dragen van de ene
zenuwcel naar de
andere zenuwcel
7. Filmpje
Bicycling With Parkinson's
Video 1 shows a 58-year-old man with a
10-year history of idiopathic Parkinson's
disease and an incapacitating freezing of
gait. Video 2 shows his continued ability to
ride a bicycle.
http://video.nytimes.com/video/2010/03/31/
health/1247467498167/bicycling-withparkinson-s.html
8. De automatische piloot is er niet meer, handelingen
uitvoeren kost steeds meer concentratie
9. Niet motorische symptomen
symptomen van het autonome zenuwstelsel
verschijnselen
vanuit het onwillekeurig zenuwstelsel
-
RR daling
(orthostatische hypotensie)
- blaasledigingsproblemen
- erectiestoornissen
- verhoogde transpiratie
- verhoogde talgproduktie
- obstipatie
- slikstoornissen; motoriek is verstoord,
maar ook normale slikreflex kan verdwijnen!
11. een aantal mogelijke taken en aandachtspunten bij parkinson
Motorische
symptomen
aandachtspunten
tremor
• schamen
• morsen
• arts: medicatie tegen tremor, observatie
t.a.v. werking medicatie
Rigiditeit/ stijfheid
• start- stop problemen; bv. bij het lopen
• maskergelaat, droge ogen
• moeheid
• pijn
• arm/been.rompspieren ADLondersteuning, houdingsondersteuning
• voorkomen decubitus, pneumonie, trombose,
contracturen: oefeningen, fysio, medicatie
bewegingsvertraging
gestoorde
houdingsbalans
• Voorkomen van vallen
12. autonome verschijnselen
(buiten de wil om)
aandachtspunten
Orthostatische hypotensie
•rustig aan uit bed komen,
bengelen, niet te snel opstaan
•wees alert op tekenen van retentie,
cystitis, voldoende drinken, event.
catheter, incontinetie materiaal
blaasledigingsproblemen
speekselvloed
slikstoornissen
verhoogde transpiratie
Vertraagde stoelgang
•bewust leren slikken, mondlapje,
huidverzorging
•verdikken vocht, weken
broodkorsten, aangepast bestek
e.d,logopedie bij slikproblemen
•kledingadviezen, vochtverlies
aanvullen voldoende drinken
•voedinsadviezen
•voldoende vochtintake
•stimuleren tot bewegen
•nooit ontlasting ophouden
•event. Laxeermiddelen, voldoende
vocht, vezelrijke voeding
13. problemen met psychosociaal functioneren door
lichamelijke en mogelijk cognitieve veranderingen
Enerzijds motorische problemen qua psychosociaal
functioneren;
- maskergelaat (geen mimiek)
- onduidelijke montone spraak
- micro-grafie
- zachte stem ( AH minder diep en krachtig door stijfheid
spieren)
Anderzijds kan het cognitief functioneren zelf ook
veranderen:
- aandachtsproblemen
- verminderd geheugen
- niet meer 2 dingen tegelijk kunnen doen
- apathie
De draad van een verhaal vasthouden gaat niet meer
vanzelf.
14. Omgangsadviezen in de
psychosociale zin
• Concentratie op 1 doel (autorijden/ praten)
• Omschakelen gaat langzamer van het ene
onderwerk naar het andere
• Schaamte
• Denken kan vertraagd zijn!
• Ken je cliënt
Multi tasken
15. Interventies voeding
HULPMIDDELEN BIJ HET ETEN EN DRINKEN ZOALS EEN
GEBOGEN LEPEL, EEN LEPEL MET VERDIKT HANDVAT,
TUITBEKER, RIETJES
BESCHERM KLEDING TEGEN MORSEN
SCHENK KOPJES NIET TE VOL
EVENTUEEL GEMALEN VOEDING EN VERDIKTE
VLOEISTOF
BETREK ZORGVRAGERS BIJ HET ETEN EN GEEF ZE EEN
PLAATS IN DE HUISKAMER WAAR ZE ZICH OP HUN
GEMAK VOELEN
LEG DE OMGEVING UIT WAT ER AAN DE HAND IS
ZODAT ZIJ DAAR OOK REKENING MEE KUNNEN
HOUDEN
DIËTISTE/ERGOTHERAPEUT/ LOGOPEDISTE
EVENTUEEL INSCHAKELEN
16. VERZORG HUID EN HAREN MET PRODUCTEN
DIE GESCHIKT ZIJN VOOR VETTE HUID EN
HAREN
ONDERSTEUN BIJ WASSEN KLEDEN;
REGELMATIG OPFRISSEN IVM TRANSPIRATIE
GEBRUIK GEMAKKELIJK ZITTENDE KLEDING
(KLITTENBAND, DRUKKNOPEN, GROTE
KNOPEN)
ZORG VOOR SCHONE ZAKDOEKEN/TISSUES
PREVENTIE INTERTRIGO EN DECUBITUS!
17. ATTENDEER OP JUISTE LICHAAMSHOUDING
EVENTUEEL AANGEPASTE STOEL
BEGELEID BIJ START- EN STOPPROBLEMEN
LOPEN
GEBRUIK EVENTUEEL ROLLATOR
VALPREVENTIE
STIMULEREN BEWEGEN IVM
BUIGCONTRACTUUR; EVENTUEEL 3 MAAL
DAAGS BUIKLIGGING VAN 20 MINUTEN
STIMULEER GOED DOOR TE ADEMEN EN TE
HOESTEN
INSCHAKELEN FYSIO- EN ERGOTHERAPEUT
18. Anti-parkinsonmedicatie
Het functioneren van de
zorgvrager is sterk
afhankelijk van de tijden
waarop de medicatie
gebruikt wordt
Anti-parkinsonmedicatie
kan vele bijwerkingen
hebben:
overbeweeglijkheid,
hallucinaties, wanen,
slaperigheid en sufheid
bijvoorbeeld
19. 24-uurs observaties om de verschillende verschijnselen; de
fluctuaties (On/off-syndroom, de pulsies, freezing en de
valneigingen) goed in kaart te kunnen brengen.
Geel = Matig
Groen = Goed = On
Rood = slecht = Off
20. On/off-fenomeen
“Off”:
Als er sprake is van traag en schuifelend lopen, valneiging, stijfheid
of volledige onmacht (‘palsy’) om te kunnen bewegen
“On“ :
de symptomen zijn goed onder controle.
Het kan zich vooral voordoen bij het op gang moeten komen, het
veranderen en stoppen. Het uit zich in vallen of blokkeren
(‘freezing’). (Fase III en IV)
Het zware been is het been, waarop het meeste gewicht rust en
kan daarom moeilijk verplaatst worden. Als ook het andere been
geen uitweg heeft, raakt de patiënt geblokkeerd; hij bevriest als het
ware. Trek dan niet, maar help hem om eerst een stapje terug te
zetten.
http://www.youtube.com/watch?v=fgY-Y0u7pY0&feature=related onderzoek
freezing
21. houdingsverschijnselen
Pulsie : de onvrijwillige neiging om te snel te gaan.
Propulsie: de neiging om te snel naar voren te gaan en kan worden
tegengegaan door zich de loop van een ober met dienblad voor te
stellen; zoals bijv. een looprekje opgetild wordt!
Retropulsie: de neiging om juist achterover te gaan.
(bergbeklimmer met zijn zware rugzak, waarvan hij het gewicht
moet compenseren door voorover te bewegen)
In zo’n geval is de rollator goed van toepassing,
omdat die vooruit bewogen moet worden!
Lateropulsie geeft een neiging naar opzij.
Stel je voor hoe die kromme houding
gecorrigeerd kan worden door (aan de ‘holle kant’)
een (zwaar) koffer te dragen of, door
een begeleider ondersteund te worden
aan de ‘bolle kant’.