SlideShare uma empresa Scribd logo
1 de 67
Baixar para ler offline
Inventarisatie en analyse
Centrum Bergeijk
Gemeente Bergeijk
Postbus 435 – 5240 AK Rosmalen
T (073) 523 39 00 – F (073) 523 39 99
E info@croonen.nl – I www.croonenadviseurs.nl
Inventarisatie en analyse
Centrum Bergeijk
Gemeente Bergeijk
Datum:
10 november 2010
Projectgegevens:
INV01-BEG00047-01D
TEK01-BEG00047-11B
TEK01-BEG00047-12B
TEK01-BEG00047-13B
TEK01-BEG00047-14B
TEK01-BEG00047-15B
TEK01-BEG00047-16B
TEK01-BEG00047-17B
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
Inhoud
1 Inleiding 1
1.1 Algemeen 1
1.2 Doel inventarisatie en analyse 1
1.3 Inhoud van het rapport 2
2 Afbakening plangebied 3
2.1 Planbegrenzing 3
2.2 Vigerende bestemmingsplannen 4
3 Ruimtelijke structuur 5
3.1 Ruimtelijke opbouw 5
3.2 Karakteristieken van het centrumgebied 7
3.3 Archeologische en (cultuur)historische waarden 11
4 Functionele structuur 15
4.1 Functies bebouwd gebied 15
4.2 Functies onbebouwd gebied 18
5 Analyse en waardering 21
5.1 Analyse en waardering ruimtelijke structuur 21
5.2 Analyse en waardering functionele structuur 22
6 Bevolkingsontwikkeling en beleid 25
6.1 Bevolkingsontwikkeling 25
6.2 Woonbeleid 25
6.3 Beleid centrumgebied 31
6.4 Voorzieningen 35
6.5 Verkeer 35
7 Inbreiding en herstructurering 37
7.1 Mogelijke inbreidings- en herstructureringslocaties 37
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
8 Milieuhygiënische aspecten 39
8.1 Wet geluidhinder 39
8.2 Bedrijvigheid 39
8.3 Bodem 41
8.4 Riolering en waterhuishouding 41
8.5 Externe veiligheid 42
8.6 Natuur 43
8.7 Luchtkwaliteit 44
8.8 Archeologie 45
9 Ruimtelijke en functionele uitgangspunten voor het bestemmingsplan 47
9.1 Uitgangspunten en randvoorwaarden 47
9.2 Zoneringsvoorstel 48
10 Procedures 51
10.1 Inventarisatienotitie 51
10.2 Bestemmingsplan 51
Bijlagen:
- Bijlage 1: inventarisatiekaarten
- Bebouwingstypologie
- Goothoogte
- Groen- en speelvoorzieningen
- Functies
- Verkeer
- Monumenten
- Bijlage 2: zoneringskaart
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
1
1 Inleiding
1.1 Algemeen
De gemeente Bergeijk is al een aantal jaren bezig om de bestemmingsplannen in de
kernen en het buitengebied te actualiseren en te digitaliseren. Uitgangspunt is om op
1 januari 2013 te beschikken over actuele bestemmingsplannen, die voldoen aan de
eisen van de Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening. Eén van de
aanleidingen voor het actualiseren van de bestemmingsplannen is de lappendeken
aan vigerende bestemmingsplannen die voor de bebouwde kom van Bergeijk gelden.
Het doel van de nieuwe bestemmingsplannen is het bieden van een eenduidige en uni-
forme juridische regeling voor het toegestane gebruik en de toegestane bebouwing
binnen het plangebied.
Voorafgaand aan het opstellen van de nieuwe bestemmingsplannen voor de bebouwde
kom van Bergeijk is een uitgebreide inventarisatie verricht (2003). Hierbij heeft een
veldinventarisatie van de gehele kern plaatsgevonden, waarna de ruimtelijk-functionele
situatie in beeld is gebracht. Dit alles is, samen met een inventarisatie van het vigerend
beleid, vastgelegd in de ‘Startnotitie actualisering bestemmingsplannen Kom Bergeijk’
(2003), die de gehele kern Bergeijk betreft. In augustus 2009 is de veldinventarisatie
uit 2003 voor wat betreft het deelgebied Centrum geactualiseerd. Deze actuele inven-
tarisatie vormt de basis van voorliggend inventarisatierapport, waarin de ruimtelijke en
functionele situatie in het centrumgebied van Bergeijk in beeld is gebracht. Daarnaast
wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingsmogelijkheden binnen het plange-
bied.
1.2 Doel inventarisatie en analyse
Voorliggend inventarisatie- en analyserapport geeft een totaaloverzicht van de relevan-
te ruimtelijke en functionele aspecten in het centrumgebied van Bergeijk. Het rapport
dient als basis voor het op te stellen bestemmingsplan ‘Centrum Bergeijk’. Het be-
stemmingsplan zal een procedure doorlopen waarin bewoners, omwonenden, belang-
hebbenden en overheids- en aanverwante instanties kunnen inspreken. Het eindresul-
taat is een bestemmingsplan waarin de weging van alle aspecten en belangen heeft
plaatsgevonden en dat na inwerkingtreding in uitvoering kan worden genomen.
In het bestemmingsplan ‘Centrum Bergeijk’ zal voor een groot deel van het plangebied
de bestaande situatie worden vastgelegd (beheer). Daarnaast zullen op een aantal lo-
caties mogelijk nieuwe ontwikkelingen worden toegestaan of zal worden gekozen voor
een flexibele regeling die uitwisseling van functies in het centrumgebied mogelijk
maakt. Voorliggende rapportage bevat een inventarisatie en analyse van de bestaande
situatie. In het kader van het bestemmingsplan zullen, aan de hand van de inventarisa-
tie en analyse, keuzes worden gemaakt met betrekking tot de gewenste flexibiliteit en
de beoogde ontwikkelingsmogelijkheden in het centrumgebied.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
2
1.3 Inhoud van het rapport
In hoofdstuk 2 worden de ligging van het plangebied en de vigerende bestemmings-
plannen beschreven. Hoofdstuk 3 bevat een beschrijving van de ruimtelijke structuur
via de karakteristieken van het centrumgebied. Vervolgens wordt in hoofdstuk 4 de
functionele structuur in het plangebied beschreven. In hoofdstuk 5 is een analyse en
waardering van de ruimtelijke en functionele structuur opgenomen. Hoofdstuk 6 bevat
een overzicht van het relevante beleid. In hoofdstuk 7 worden de mogelijke inbreidings-
en herstructureringslocaties beschreven. Daarna worden in hoofdstuk 8 de milieuhygi-
enische aspecten met betrekking tot de ontwikkelingen in het plangebied beschreven.
Hoofdstuk 9 geeft de ruimtelijke en functionele uitgangspunten voor het bestem-
mingsplan. In dit hoofdstuk wordt ook een globale zonering van de bestemmingen aan-
gegeven.
Straatnamen in en rond het plangebied met globale plangrens (bron: maps.bing.com)
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
3
2 Afbakening plangebied
2.1 Planbegrenzing
De kom van Bergeijk is verdeeld in zes deelgebieden: Centrum, Bedrijventerreinen,
Woonbos/Hooge Berkt, ’t Loo, Woongebieden Oost en Woongebieden West. Inmiddels
zijn voor de deelgebieden Woongebieden Oost en Woongebieden West nieuwe be-
stemmingsplannen in werking. Voor de andere gebieden worden/zijn bestemmings-
plannen in procedure gebracht.
Het plangebied Centrum is aangegeven op de afbeelding ‘Begrenzing plangebied’. Het
plangebied grenst in het noorden aan het buitengebied. Ten westen, ten zuiden en ten
oosten van het plangebied liggen de woongebieden van Bergeijk. De grens van het
deelgebied Centrum sluit aan op de grenzen van de bestemmingsplannen ‘Woongebie-
den West’, ‘Woongebieden Oost’ (beide in werking) en ‘Woonbos/Hooge Berkt en om-
geving’ (in voorbereiding).
Centraal in het plangebied ligt het Hof, waarlangs een belangrijk deel van de centrum-
voorzieningen van Bergeijk zich bevindt. Binnen de grenzen van het plangebied bevin-
den zich daarnaast onder meer het marktplein met de beeldbepalende St. Petruskerk,
het plein aan de westzijde van het Hof met de kerktoren van de inmiddels gesloopte
kerk, Theater de Kattendans, zorgcentrum Hofhuys en het gebied rond het Teutenhuis
en basisschool Prinses Beatrix.
Begrenzing plangebied
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
4
2.2 Vigerende bestemmingsplannen
Voor het plangebied vigeren het bestemmingsplan ‘Centrum’ en diverse herzieningen
van dit bestemmingsplan. Het bestemmingsplan ‘Centrum’ is op 24 februari 1983
vastgesteld door de gemeenteraad en op 18 april 1984 goedgekeurd door Gedepu-
teerde Staten. In de volgende tabel zijn de vaststellings- en goedkeuringsdata van de
diverse herzieningen opgenomen.
Bestemmingsplan Vaststelling Goedkeuring
1e herziening Centrum 28 april 1988 3 augustus 1988
2e herziening Centrum 25 mei 1989 14 september 1989
3e herziening Centrum 31 mei 1990 24 september 1990
4e herziening Centrum 1 juli 1993 14 september 1993
5e herziening Centrum 1 juli 1993 7 februari 1994
Herziening 1 v/d 5e herziening 6 juli 1995 28 januari 1996
6e herziening Centrum 30 juni 1994 4 oktober 1994
7e herziening Centrum 25 april 1996 15 juli 1996
8e herziening Centrum 31 oktober 1996 30 januari 1997
9e herziening Centrum 26 september 1997 29 januari 1998
10e herziening Centrum 17 december 1998 23 maart 1999
6e herziening Hoek-Oost 23 juli 1998 12 oktober 1998
Er is sprake van een grote hoeveelheid vigerende bestemmingsplannen, waarin vaak
verouderde regelingen zijn opgenomen. Hierdoor bestaat de behoefte aan een actueel
bestemmingsplan voor het centrumgebied, dat beter dan de nu vigerende plannen
aansluit bij de gewenste ontwikkeling van de kern.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
5
3 Ruimtelijke structuur
In dit hoofdstuk wordt de ruimtelijke structuur van het centrum van Bergeijk beschre-
ven. Door middel van een veldbezoek (augustus 2009), fotografische inventarisatie en
bestudering van kaartmateriaal is een beeld gevormd van de ruimtelijke structuur van
het plangebied. Daarnaast is gebruik gemaakt van de analyse van het centrumgebied
die is opgenomen in de ‘Centrumvisie Bergeijk’ (2003).
Allereerst wordt ingegaan op de ruimtelijke opbouw van het gebied, waarbij onder meer
aandacht wordt besteed aan de historische ontwikkeling. Daarnaast wordt de huidige
ruimtelijke structuur beschreven, waarbij de verkeersstructuur en de groenstructuur
een belangrijke rol spelen. Ook wordt aandacht besteed aan de verschillende bebou-
wingstypologieën. Tenslotte worden in dit hoofdstuk de aanwezige cultuurhistorische
elementen in beeld gebracht. Als bijlage zijn de kaarten ‘bebouwingstypologie’, ‘goot-
hoogte’ en ‘monumenten’ opgenomen.
3.1 Ruimtelijke opbouw
3.1.1 Historische ontwikkeling
Geomorfologische ondergrond
De gemeente Bergeijk ligt op de Brabantse zandgebieden, waarin oude aardbreuken
de ontwikkeling van het landschap hebben beïnvloed. De geomorfologische structuur
wordt gekenmerkt door de zuidwest-noordoostgerichte beken en de daartussen gele-
gen hogere dekzandruggen of terrasafzettingen. Een uitzondering hierop wordt ge-
vormd door de Aa/Goorloop, die in noordwestelijke richting in de Beerze uitstroomt. De
overige beken betreffen de Keersop, met diverse bovenlopen ten zuidoosten van de
kern Bergeijk, en de Run, ten noordwesten van de kern Bergeijk, die beide in de Dom-
mel uitstromen. De beken liggen in smalle dalvormige laagten en vormen over het al-
gemeen rechte lijnen, die zich niet duidelijk onderscheiden in het heideontginnings-
landschap.
Dekzandruggen en stuifduincomplexen hebben een rug gevormd waarop de kernen
Bergeijk, Westerhoven en Riethoven liggen. Een tweede dekzandrug bevindt zich aan
de westzijde van Weebosch. Met name in het zuidwesten van de gemeente komen de
dekzandruggen in de landschapsstructuur tot uiting door de aanwezigheid van beslo-
ten boscomplexen en natuurgebieden. Direct ten zuiden van Bergeijk is het beekdal-
systeem van de Keersop herkenbaar. Dit gebied bestaat overwegend uit terrasafzet-
tingsvlakten, die deel uitmaken van de afzettingsvlakten langs de (bovenlopen van) de
Keersop, ten zuiden van Luyksgestel en Bergeijk.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
6
Ontwikkeling Bergeijk
De kern Bergeijk heeft zich ontwikkeld op de dekzandrug aan de noordzijde van de
Keersop. Rond 1890, toen Bergeijk als kern vorm begon te krijgen, bestond de bebou-
wing grotendeels uit lintbebouwing.
De belangrijkste bebouwingslinten waren de Meester Pankenstraat en het Eykereind,
de Burgemeester Magneestraat en het lint tussen Westerhoven en ‘t Loo (Eykereind,
Lijnt, Hoek, Broekstraat en Loo). Het Hof is in deze periode al herkenbaar als een clus-
ter van bebouwing. Hier bevond zich destijds al het centrum van Bergeijk, met de St.
Petruskerk aan het kenmerkende driehoekige marktplein. Bergeijk werd destijds gro-
tendeels omgeven door open gebieden die voornamelijk in gebruik waren als bouw-
land. Op enige afstand ten zuiden van het bebouwingslint, in het beekdal van de
Keersop, bevonden zich de weidegronden. Ten noorden en noordoosten van het dorp
waren bosgebieden gesitueerd.
Bebouwingslinten met globale aanduiding centrumgebied
Bergeijk rond 1900
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
7
In de periode tot aan de Tweede Wereldoorlog vonden in Bergeijk slechts beperkte
ontwikkelingen plaats. In de eerste helft van de twintigste eeuw groeide de kern voor-
namelijk door verdichting van de bebouwing langs de bestaande dorpslinten. Daar-
naast werden enkele wegen achter de oorspronkelijke linten, zoals de Dokter Raupp-
straat en de Prinses Marijkestraat, bebouwd. Vanaf 1950 vonden in Bergeijk groot-
schaligere ontwikkelingen plaats en werd het dorp verder uitgebreid. Vanuit het cen-
trumgebied (‘Het Hof’) groeide de kern naar alle windrichtingen uit. Naast de realisatie
van projectmatige uitbreidingen werden ook de open gebieden tussen de historische
bebouwing aan de dorpslinten bebouwd. De lintbebouwing heeft als basis gediend voor
de uitbreidingen. Tussen de linten zijn in de huidige situatie woongebieden te vinden
uit verschillende tijdsperioden.
Ontwikkeling centrumgebied
De ontwikkeling van het centrumgebied van Bergeijk (‘Het Hof’) is in de periode tot aan
de Tweede Wereldoorlog beperkt tot verdichting van de bebouwing langs de dorpslin-
ten. In de periode rond 1950 zijn de gebieden tussen de dorpslinten nog grotendeels
onbebouwd en zijn deze in gebruik als agrarisch gebied. Na de jaren 50 is het dorps-
centrum steeds compacter geworden. Tussen de historische kleinschalige bebouwing,
die onder andere aan het noordelijke Hof nog zichtbaar is, zijn recentere nieuwbouw-
projecten gerealiseerd. Er hebben zowel kleinschalige als grootschaligere ontwikkelin-
gen plaatsgevonden. Door het grote aantal ontwikkelingen in de tweede helft van de
20e eeuw is het karakter van het gebied veranderd. Het historische stratenpatroon is
door de ontwikkelingen echter nauwelijks aangetast, waardoor dit in de huidige situatie
nog een belangrijke drager voor het gebied vormt. Er is sprake van een gevarieerd be-
bouwingsbeeld, waarin historische en meer recente panden en kleinschalige en groot-
schalige bebouwing elkaar afwisselen. Ook ten tijde van het opstellen van voorliggende
notitie worden verschillende locaties in het centrumgebied en in de directe omgeving
ervan herontwikkeld.
In de volgende paragrafen worden de karakteristieken van het centrumgebied be-
schreven. De inventarisatiekaarten (functies, groen- en speelvoorzieningen, bebou-
wingstypologie, goothoogte, verkeer en monumenten) zijn als bijlage opgenomen.
3.2 Karakteristieken van het centrumgebied
3.2.1 Ruimtelijke opbouw
De kern Bergeijk heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een compacte kern, ge-
legen in een open, agrarisch en natuurrijk buitengebied. De ruimtelijke structuur van
Bergeijk wordt in belangrijke mate bepaald door de historische bebouwingslinten.
Kenmerkend voor de linten is de grote variatie aan bebouwing en functies. In de loop
der jaren is het beeld van de dorpslinten doorlopend aan verandering onderhevig ge-
weest, door herstructurering van bebouwde percelen en door de opvulling van open
plekken met bebouwing. In het centrum van Bergeijk bevindt zich de kenmerkende
driehoekige marktplaats.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
8
Vanuit dit plein waaieren bebouwingslinten uit in verschillende richtingen. Naast het
Hof zijn dat de Molenakkers, de Burgemeester Magneestraat, de Nieuwstraat, de Kerk-
straat en de Dokter Rauppstraat.
De belangrijkste stedenbouwkundige dragers van het centrumgebied zijn het straten-
patroon, de groenstructuur, de bebouwingswanden en de aanwezige markante gebou-
wen. In combinatie met de functionele opbouw van het centrumgebied (wonen, win-
kels, horeca, voorzieningen) bepalen deze dragers de uitstraling en sfeer van het cen-
trum. Het Hof loopt door het plangebied en is de belangrijkste straat binnen het cen-
trumgebied van Bergeijk. In zuidelijke richting loopt het centrumgebied door in de Bur-
gemeester Magneestraat. In het zuidwesten en het zuidoosten gaat het centrumgebied
over in de woongebieden van Bergeijk. Ook ten noordwesten van het centrumgebied
bevindt zich een woonbuurt. Rondom het centrum bevinden zich daarnaast enkele gro-
tere groengebieden: aan de Nieuwstraat, aan weerszijden van de Domineestraat (rond
het Teutenhuis en de basisschool) en ten noorden van het Hof, waar het buitengebied
op korte afstand van het centrum is gesitueerd.
3.2.2 Bebouwingskarakteristiek
De bebouwingswanden bepalen voor een belangrijk deel de sfeer in het centrumgebied
van Bergeijk. In het centrumgebied zijn de meeste bebouwingswanden gesloten. Aan
het Hof ontbreken voortuinen, waardoor de bebouwing over het algemeen direct aan
de weg staat. De diversiteit in verschijningsvorm is groot, met name dankzij de afwisse-
ling tussen bebouwing uit verschillende perioden en een afwisseling in maat en schaal.
Ruimtelijke opbouw Bergeijk
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
9
Aan het deel van het Hof tussen de Eerselsedijk en de Nieuwstraat staan relatief veel
historische panden, waardoor dit één van de meest karakteristieke bebouwingswanden
van het centrum vormt.
Een uitzondering op het gesloten straatbeeld binnen het centrumgebied wordt gevormd
door de Burgemeester Magneestraat, waar sprake is van vrijstaande woningen op rui-
mere percelen. Dit deel van het centrumgebied valt grotendeels buiten de grens van
het plangebied van deze inventarisatienotitie. Opvallende elementen in de bebou-
wingsstructuur van de Burgemeester Magneestraat zijn het gemeentehuis en het oude
raadshuis (die wel deel uitmaken van het plangebied). In tegenstelling tot het gesloten
karakter van de bebouwingslinten, is op een aantal locaties in het plangebied sprake
van een open bebouwingsstructuur, waar de (vrijstaande) gebouwen minder dicht op-
een staan. Het betreft met name het gebied rond Theater de Kattendans en zorgcen-
trum Hofhuys en het gebied rond het Teutenhuis en de basisschool.
Omdat de linten gedurende hun ontstaan steeds dichter bebouwd raakten, moesten
uitbreidingen noodgedwongen naar achteren plaatsvinden, waardoor op veel plekken
sprake is van diepe percelen en gebouwen. In het centrum zijn, achter de historische
linten, ook enkele kleine woonbuurten ontstaan. Deze woonbuurten maken geen on-
derdeel uit van het plangebied. Het materiaal- en kleurgebruik en de detaillering van de
woningen in de woonbuurten zijn afhankelijk van de ontstaansperiode.
De maat en schaal van de bebouwing in het centrumgebied varieert. Naast kleinschali-
ge lintbebouwing komen enkele grotere complexen voor, in de vorm van maatschappe-
lijke voorzieningen (zorgcentrum, theater, gemeentehuis) en appartementengebouwen,
die gecombineerd zijn met centrumfuncties (detailhandel, dienstverlening, horeca) op
de begane grond. De goot- en bouwhoogte van de bebouwing in het plangebied is di-
vers. Op een aantal locaties, met name in het woongebied ten oosten van de markt-
plaats, staan woningen met een goothoogte van minder dan 4 meter. De goothoogte
van de (lint)bebouwing aan het Hof varieert tussen de 4 en 9 meter. Enkele panden zijn
hoger. Het betreft met name de bebouwing aan de Elsenhof (vier bouwlagen), het ge-
meentehuis met het daaraan vastgebouwde appartementengebouw aan het Raad-
huishof, de St. Petruskerk en de bebouwing van het zorgcentrum Hofhuys (tot vier
bouwlagen hoog).
Verschillende bebouwingstypologieën: appartementen boven centrumfuncties en grondgebonden woningen
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
10
3.2.3 Groen
De dorpslinten in Bergeijk hebben over het algemeen een stenig, maar dorps karakter.
Op sommige plekken zijn bomen geplant of groenvoorzieningen aangelegd. De aanwe-
zige groenplekken in de kern zijn over het algemeen op zichzelf staande plekken in de
wijken, die niet met elkaar in verbinding staan. In Bergeijk zijn wel op verschillende
plekken fragmenten van bomenrijen aanwezig die een bijdrage leveren aan het groene
karakter. Daarnaast is er door de historische opbouw een sterke relatie met het bui-
tengebied.
Ondanks het stenige karakter van de linten in het centrum is er een redelijke hoeveel-
heid aan groen, in de vorm van (laan)beplanting in het straatprofiel, te vinden. Naast
deze beplanting is rond het centrumgebied een aantal groene plekken gesitueerd.
Rond het Teutenhuis en de basisschool zijn groene, open velden gelegen. Deze vel-
den/weiden zijn in gebruik bij particulieren, de aangrenzende school en als openbare
speelweide. Het voormalige hotel Beukenhof, dat is gevestigd in een monumentaal
pand, heeft een parkachtige tuin. Ook aan de westzijde van het centrumgebied, aan de
Nieuwstraat, is een groene plek aanwezig. Tenslotte liggen aan de noordzijde van het
plangebied, ten noorden van de route Hof - Eerselsedijk, de bossen op korte afstand
van het bebouwde gebied van Bergeijk. Aan de Riethovensedijk, buiten het plangebied,
bevinden zich Weverij de Ploeg (een rijksmonument, architect Gerrit Rietveld) en het
Ploegpark (tuin- en landschapsarchitect Mien Ruys). Op de hoek van de Riethovense-
dijk en het Hof bevindt zich een door Rietveld ontworpen straatklok. In combinatie met
de groene terreininrichting rond het zorgcentrum en Theater de Kattendans heeft dit
deel van het plangebied een groene uitstraling.
3.2.4 Openbare ruimte
De openbare ruimte in het centrum van Bergeijk bestaat voornamelijk uit verkeersruim-
te en parkeergelegenheid. Langs het Hof komt weliswaar (structuurbepalend) groen
voor, maar de openbare ruimte is hier voor een groot deel in gebruik als verkeersruimte
en parkeergelegenheid. De marktplaats is een duidelijk begrensde pleinruimte, die
centraal in het centrumgebied ligt. Op dit plein komen de belangrijkste straten bij el-
kaar. De driehoekige ruimte is omgeven door nagenoeg gesloten bebouwingswanden
met een verscheidenheid aan bebouwing en is voor een groot deel ingericht als par-
keerterrein/marktplaats.
Sportveld in de omgeving van de Beatrixschool en open ruimte ten zuiden van het Teutenhuis
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
11
Langs de randen van het parkeerterrein staan bomen. Aan de zuidzijde van de markt-
plaats staat de St. Petruskerk, met ten zuiden daarvan de groen ingerichte begraaf-
plaats. Ten westen van de marktplaats, aan de Elsenhof, bevindt zich een tweede
pleinruimte. Beeldbepalend voor deze ruimte zijn de gevel van het appartementenge-
bouw en de vrijstaande klokkentoren. Door de architectuur en de stenige inrichting
heeft dit plein een stedelijke uitstraling.
De Burgemeester Magneestraat heeft een dorps karakter, wat wordt veroorzaakt door
de relatief brede straat en de aanwezigheid van karakteristieke panden uit verschillen-
de perioden. In het oostelijk deel van het plangebied liggen het Sterrepad en de Domi-
neestraat. Het Sterrepad is ingericht als woonstraat, maar is ook gedeeltelijk in gebruik
als parkeerruimte. De Domineestraat is een smalle weg die tussen de beboste tuin
rond het voormalige hotel Beukenhof en de open groene ruimte ten zuiden van het
Teutenhuis ligt.
De openbare ruimte in het centrumgebied heeft naast een verkeersfunctie ook een
verblijfsfunctie. Dit komt terug in de inrichting van de openbare ruimte, die wordt ge-
kenmerkt door klinkerbestrating die zowel voor de rijbaan als de trottoirs is toegepast.
De route Eerselsedijk - Hof is voorzien van een asfaltverharding.
3.3 Archeologische en (cultuur)historische waarden
De bebouwde kom van Bergeijk heeft een rijke historie. Er zijn dan ook vele (cul-
tuur)historische en archeologische elementen aanwezig in de kern. De structuur van de
kern wordt bepaald door verschillende bebouwingslinten. De linten Eykereind - Meester
Pankenstraat - Hof - Burgemeester Magneestraat, Eykereind - Lijnt - Hoek - Broekstraat
- Loo en Molenakkers - Ekkerstraat zijn wegen van historische betekenis die nu nog
een duidelijk structurerende werking hebben.
Andere elementen die van (cultuur)historische betekenis zijn, zijn de Standerdmolen
die al vanaf het centrum zichtbaar is, de Nederlands Hervormde kerk (Napoleonskerk)
aan de Domineestraat, de St. Petruskerk aan het Hof en de diverse historische panden
in het centrumgebied.
Marktplein aan het Hof en pleinruimte aan de Elsenhof
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
12
3.3.1 Archeologische waarden
In de gemeente Bergeijk liggen relatief grote gebieden met hoge of middelhoge indica-
tieve archeologische waarden. Er zijn elf archeologische monumenten die via de Mo-
numentenwet beschermd worden vanwege de zeer hoge archeologische waarde. Dit
zijn voornamelijk restanten van grafheuvels en urnenvelden uit de Late Nieuwe Steen-
tijd (3500-2100 v. Chr.), de Bronstijd (2100-700 v. Chr.) en de IJzertijd. In het plange-
bied Centrum liggen geen archeologische monumenten.
Raadpleging van de cultuurhistorische waardenkaart leert dat een groot deel van het
gebied binnen de bebouwde kom niet gekarteerd is. Het is mogelijk dat er binnen dit
gebied, naast de bekende archeologische monumenten, nog onbekende archeologi-
sche vindplaatsen liggen.
Bij ontwikkelingen binnen de kern dient rekening te worden gehouden met de aanwe-
zigheid van de hiervoor vermelde (cultuur)historische en archeologische (verwach-
tings)waarden. Het noordelijk deel van plangebied Centrum heeft volgens de cultuur-
historische waardenkaart een hoge of middelhoge archeologische verwachtingswaar-
de. Het grootste deel van het plangebied heeft een onbekende archeologische ver-
wachtingswaarde. Momenteel wordt gemeentelijk beleid geformuleerd op het gebied
van archeologie. Naar verwachting wordt dit beleid, met de bijbehorende kaarten, eind
2010 vastgesteld door de gemeenteraad.
3.3.2 (Cultuur)historische waarden
De in de gemeente Bergeijk aanwezige kerken, molens en boerderijen verwijzen naar
een veelomvattende geschiedenis. Een mooi voorbeeld hiervan is de St. Petruskerk te
Bergeijk; een gotische kruiskerk zonder toren. De toren is in 1650 ingestort en nooit
meer herbouwd. Voor deze kerk bevindt zich een onlangs gerestaureerde klokkenstoel
genaamd het Luihuis.
Uitsnede Cultuurhistorische Waardenkaart provincie Noord-Brabant
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
13
Het Luihuis werd in 1669 gebouwd ter vervanging van de ingestorte toren. Hoewel er
vroeger meer van zulke klokkenstoelen voorkwamen in Noord-Brabant, zijn de meeste
ervan verdwenen zodat deze als uniek kan worden beschouwd.
In het plangebied bevinden zich vier rijksmonumenten en twee gemeentelijke monu-
menten. Deze monumenten zijn aangeduid op de kaart ‘monumenten’ die als bijlage is
opgenomen. De volgende panden hebben een status als rijksmonument:
- een langgevelboerderij aan de Domineestraat 8A;
- de protestantse Napoleonskerk aan de Domineestraat 10;
- de rooms-katholieke St. Petruskerk, het Luihuis en de Maarschalkerweerdorgel aan
het Hof 12;
- Het raadhuis aan de Burgemeester Magneestraat 1.
In het plangebied komen daarnaast de volgende gemeentelijke monumenten voor:
- winkelwoonhuis/fabriek aan het Hof 41-43;
- voormalige hotel Beukenhof aan het Hof 154.
In de tuin van het voormalige hotel Beukenhof staat een boom uit de periode 1850-
1860, die op de Cultuurhistorische Waardenkaart als ‘monumentale boom’ is aange-
duid.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
14
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
15
4 Functionele structuur
In dit hoofdstuk wordt de functionele structuur van het centrum van Bergeijk beschre-
ven. Door middel van veldbezoek (augustus 2009) en bestudering van de bedrijvenlijst
en kaartmateriaal is de functionele structuur van het gebied in beeld gebracht. Op de
bijlagekaart ‘functies’ zijn de in het gebied aanwezige niet-woonfuncties aangegeven
(peildatum augustus 2009).
4.1 Functies bebouwd gebied
Het centrumgebied van Bergeijk is functioneel gezien een gemengd gebied. Naast de
woonfunctie komen in het plangebied diverse andere functies voor:
1 detailhandel;
2 dienstverlening;
3 horeca;
4 maatschappelijke voorzieningen;
5 religieuze gebouwen;
6 cultuur en ontspanning.
Op een aantal locaties komen bovenstaande functies voor in combinatie met de woon-
functie. Zo zijn aan het Hof boven de winkels, dienstverlenende bedrijven en horeca-
vestigingen in veel gevallen woningen aanwezig. Ook aan het Elsenhof zijn apparte-
menten boven de winkels gesitueerd. De appartementen aan het Raadhuishof bevin-
den zich in hetzelfde gebouw als het gemeentehuis. Aan de achterzijde van de panden
aan het Hof komen voornamelijk grondgebonden woningen voor, die deel uitmaken van
de woongebieden rond het centrumgebied. Hierna worden de verschillende niet-
woonfuncties in het centrum beschreven.
4.1.1 Detailhandel
Het detailhandelsaanbod in de gemeente Bergeijk heeft grotendeels een lokale functie.
De kern Bergeijk heeft een streekfunctie in een beperkt gebied. Voor de dagelijkse be-
hoeften maken de inwoners van Bergeijk gebruik van de winkels in het centrumgebied.
Het kernwinkelgebied van kern Bergeijk bestaat uit de straten Hof en Elsenhof. Hier is
sprake van een gesloten winkelfront. In de Burgemeester Magneestraat is een mix van
wonen en winkels aanwezig. Deze straat is zeer langgerekt qua winkelfunctie maar het
‘centrum’ houdt op bij de Elsenhof. De belangrijkste detailhandelsvoorzieningen (dage-
lijks en niet-dagelijks) zijn geconcentreerd aan het Hof. Ook aan de uitlopers van het
centrum(winkel)gebied, zoals de Burgemeester Magneestraat, Meester Pankenstraat
en Molenakkers, komt enige vorm van detailhandel voor. In het plangebied is zowel
dagelijkse als niet-dagelijkse detailhandel gevestigd. De weekmarkt wordt gehouden op
het plein voor de St. Petruskerk.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
16
4.1.2 (Commerciële) dienstverlening
In enkele panden aan het Hof zijn dienstverlenende bedrijven gevestigd. Deze bedrij-
ven zijn gericht op het verlenen van commerciële diensten aan klanten, waarbij het pu-
bliek rechtsreeks te woord wordt gestaan en geholpen (dit in tegenstelling tot kantoren,
waar het publiek niet of slechts ondergeschikt te woord wordt gestaan). Onder dit be-
grip vallen onder ander videotheken, reisbureaus, kappersbedrijven, postagentschap-
pen en makelaars.
4.1.3 Horeca
Het grootste deel van de Bergeijkse horeca is gevestigd in het centrum. De horecaves-
tigingen bevinden zich zowel aan het driehoekige marktplein voor de St. Petruskerk als
langs het Hof. In het centrumgebied zijn diverse horecabranches gevestigd: er bevin-
den zich cafés, cafetaria’s, restaurants en muziekcafés/discotheken. De terrassen van
de horecagelegenheden zijn gesitueerd op het plein voor de St. Petruskerk en aan het
Hof.
4.1.4 Maatschappelijke voorzieningen
Onder maatschappelijke voorzieningen worden onder andere verstaan: gemeenschap-
huizen, scholen, artsen, bibliotheken, verzorgingstehuizen en musea. Het bloeiende
verenigingsleven in de gemeente Bergeijk maakt veelvuldig gebruik van de voorzienin-
gen in de kernen. In het centrum van Bergeijk bevindt zich een groot aantal maat-
schappelijke voorzieningen. In het plangebied zijn de volgende maatschappelijke voor-
zieningen te vinden:
- het gemeentehuis;
- een basisschool (basisschool Prinses Beatrix);
- een zorgcentrum (zorgcentrum Hofhuys);
- een bezoekerscentrum (het Teutenhuis), in combinatie met een museum (Eicha
Museum), de VVV, de Heemkundekring en de Stichting Promotie Bergeijk;
- een politiebureau.
De maatschappelijke voorzieningen zijn verspreid over het centrumgebied. Het ge-
meentehuis en het politiebureau zijn gesitueerd aan de Burgemeester Magneestraat,
in het zuidwestelijk deel van het plangebied.
Horecagelegenheden in het plangebied
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
17
Het zorgcentrum bevindt zich langs de noordelijke rand van het centrum. Het Teuten-
huis en de basisschool zijn in het oostelijk deel van het plangebied gevestigd.
4.1.5 Religieuze gebouwen
In het plangebied bevinden zich twee kerken. De rooms-katholieke St. Petruskerk (of
Hofkerk) is een gotische kruiskerk met een klein kruistorentje. De oorspronkelijk toren
is in 1650 ingestort en nooit meer herbouwd. Na de Tweede Wereldoorlog werd een
nieuwe, grotere katholieke kerk gebouwd op de Elzenhof. De St. Petruskerk heeft leeg-
gestaan van 1965 tot 1994. In de jaren 70 van de twintigste eeuw werd deze kerk tot
rijksmonument verklaard en gerestaureerd. Ze werd aanvankelijk slechts voor bijzon-
dere diensten gebruikt, maar toen het aantal kerkgangers verminderde heeft men de
Hofkerk weer als parochiekerk in gebruik genomen en is de nieuwe kerk, op de toren
na, gesloopt. De protestantse Napoleonskerk bevindt zich aan de Domineestraat en is,
evenals de St. Petruskerk, een rijksmonument.
4.1.6 Cultuur en ontspanning
In het noordelijk deel van het plangebied, aan de Eerselsedijk, is Theater de Katten-
dans gesitueerd. Dit theater heeft naast een lokale ook een regionale betekenis.
Gemeentehuis Basisschool Prinses Beatrix
St. Petruskerk Napoleonskerk
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
18
4.2 Functies onbebouwd gebied
4.2.1 Verkeers- en verblijfsruimten
In deze paragraaf worden kort de verschillende verkeers- en verblijfsruimten beschre-
ven. Op de bijlagekaart ‘verkeer’ zijn deze ruimten onderscheiden.
Gemotoriseerd verkeer
Binnen de kern Bergeijk zijn de route Eykereind - Lijnt - Hoek - Broekstraat - Loo (tussen
Westerhoven en Luyksgestel), de route Kennedylaan - Churchilllaan - Nieuwstraat - Van
Beverwijkstraat - Eerselsedijk - Hof - Meester Pankenstraat - Eykereind en de Stöks-
kesweg (tot aan bedrijventerrein Waterlaat) als gebiedsontsluitingswegen de belang-
rijkste verbindingen. Een aantal van deze gebiedsontsluitingswegen loopt door het cen-
trumgebied.
De route Meester Pankenstraat - Hof - Eerselsedijk is aan te merken als regionale ont-
sluitingsweg. In het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP) zijn de Meester
Pankenstraat en het Hof aangemerkt als gebiedsontsluitingsweg binnen de bebouwde
kom (50 km/h). De Eerselsedijk is aangemerkt als erftoegangsweg buiten de bebouw-
de kom (60 km/h). Deze weg vormt in noordelijke richting de verbinding met Eersel en
de A67. In oostelijke richting sluit deze route aan op het Eykereind, die de verbinding
vormt met Valkenswaard en de N613 en N397. De Van Beverwijkstraat, die aansluit op
de Nieuwstraat, kan worden gekarakteriseerd als gebiedsontsluitingsweg. De overige
wegen in het plangebied hebben een functie als woon- of winkelstraat.
Langzaam verkeer
In het plangebied is de route Hof - Eerselsedijk voorzien van fietssuggestiestroken en
deels van vrijliggende fietspaden. Ook in de Van Beverwijkstraat zijn fietssuggestiestro-
ken aanwezig. Op de overige wegen maken fietsers gebruik van de rijbaan. In het GVVP
is verbetering van de fietsvoorzieningen langs de Meester Pankenstraat en de Van Be-
verwijkstraat voorzien. Het Hof is zodanig ingericht dat de auto’s hier te gast zijn. De
materialisering van het trottoir loopt over in de rijbaan. Het plein voor de kerk wordt
voor verschillende evenementen en door verschillende functies gebruikt.
Inrichting en gebruik van de openbare ruimte
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
19
Parkeerplaatsen aan het Hof Parkeerterrein aan het Raadhuishof
Parkeren
In het plangebied zijn op een aantal locaties parkeervoorzieningen gesitueerd. Zowel
de pleinruimte aan de Elsenhof (voor de supermarkt) als de pleinruimte voor de Sint
Petruskerk zijn grotendeels in gebruik als parkeerterrein. Ten westen van de super-
markt aan de Elsenhof (buiten het plangebied) bevindt zich ook een parkeerplaats. Aan
het Raadhuishof is ook een parkeervoorziening gesitueerd. Langs het Hof zijn daar-
naast parkeerplaatsen aanwezig, in de vorm van langs- en dwarsparkeerplaatsen.
Daarnaast is parkeergelegenheid aanwezig rond het zorgcentrum Hofhuys en Theater
de Kattendans. Parkeren in het centrumgebied vindt met name plaats in de openbare
ruimte. Gezien de bebouwingstypologie, met veelal gesloten straatwanden en bebou-
wing die relatief dicht op de weg staat, wordt in het centrum nauwelijks op eigen terrein
geparkeerd. Een aantal woningen langs de randen van het plangebied beschikt wel
over parkeergelegenheid op eigen terrein.
Openbaar vervoer
Bergeijk is per bus bereikbaar met de lijnen 172 (Eindhoven – Valkenswaard - Bergeijk
- Luyksgestel ) en 174 (Eindhoven - Veldhoven - Bergeijk - Luyksgestel). Een groot deel
van de bebouwde kom ligt binnen een loopafstand van 400 meter van de bushaltes. In
het centrumgebied zijn bushaltes aanwezig aan de Van Beverwijkstraat en het Hof. Het
serviceniveau van het openbaar vervoer is met name tijdens de avonden en het week-
end beperkt.
4.2.2 Groen en spelen
In deze paragraaf worden de functies van het (openbaar) groen en de aanwezige
speelvoorzieningen beschreven. Op de bijlagekaart ‘groen’ zijn deze aspecten opge-
nomen.
Openbaar groen
Het openbaar groen in Bergeijk heeft diverse functies. Langs de wegen bevinden zich
(fragmenten van) bomenrijen, vaak samen met lage begroeiing, als begeleiding. Daar-
naast liggen er binnen de kern enkele pleintjes en plantsoenen. Op veel plaatsen wor-
den deze pleintjes/plantsoenen gebruikt als speelplek.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
20
Binnen het plangebied zijn verschillende groene gebieden gesitueerd. In het noordelijk
deel van het plangebied bevindt zich een gedeelte van de bosgebieden die ten noorden
van Bergeijk liggen. Tussen het bosgebied en Theater de Kattendans ligt een open
groene ruimte, waar zich een speelterrein/evenemententerrein bevindt. In het oostelijk
deel van het plangebied, rond het Teutenhuis en de basisschool, liggen gronden met
een agrarisch gebruik. Een deel van dit gebied (de gronden ten noorden van de school)
is in gebruik als speelterrein. Het pand van het voormalige hotel Beukenhof wordt om-
geven door een groene, parkachtig ingerichte tuin, waardoor dit perceel een groene
plek binnen het plangebied vormt.
Speelplekken
Op het terrein van de basisschool Prinses Beatrix en in het gebied ten noorden daarvan
is speelruimte aanwezig. Aan de Kerkstraat, ten oosten van de basisschool, ligt een
voetbalveld. Op het veld ten noorden van Theater de Kattendans is een evenementen-
terrein aanwezig waar ook een jongerenontmoetingsplaats en een speelplek zijn gesi-
tueerd.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
21
5 Analyse en waardering
5.1 Analyse en waardering ruimtelijke structuur
Het centrum van Bergeijk heeft, met name dankzij de aanwezigheid van de lintstruc-
tuur en de kwaliteit van een aantal van de historische panden, een eigen, kenmerkend
karakter. De ontstaansgeschiedenis van Bergeijk is nog afleesbaar aan de historische
linten en een gedeelte van de bebouwingswanden langs deze wegen. Het kenmerken-
de driehoekige plein voor de St. Petruskerk en de uitwaaierende linten bepalen mede
het karakter van het centrumgebied.
Vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw is Bergeijk sterk verdicht en uitgebreid. Door de-
ze ontwikkelingen is het dorpscentrum compacter geworden en is een grote variatie
aan bouwmassa en uitstraling van de bebouwing ontstaan. Het centrumgebied wordt in
de huidige situatie gekenmerkt door een afwisseling van kleinschalige lintbebouwing
en grootschaligere nieuwbouw, zoals het gemeentehuis met appartementengebouw
aan het Raadhuishof en de supermarkt met appartementen aan de Elsenhof. Daar-
naast zijn vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw projecten gerealiseerd die qua maat
en schaal aansluiten op de kleinschalige historische bebouwing, maar qua architectuur
afwijken van de historische panden. Ondanks deze ontwikkelingen is het historisch
stratenpatroon nauwelijks aangetast. Voor de identiteit van Bergeijk is het van groot
belang dat de historische structuur van de kern ook in de toekomst valt af te lezen aan
de aanwezige bebouwing en de ruimtelijke structuur. Met name de linten spelen hierbij
een belangrijke rol.
De kern van het centrumgebied - het winkel- en horecagebied rond het Hof - heeft een
stenig karakter. Dit stenige karakter contrasteert met de groene gebieden die op korte
afstand van het centrum aanwezig zijn. Het betreft met name het Ploegpark/het bebos-
te buitengebied ten noorden van het plangebied en het groene gebied rond het Teu-
tenhuis en de basisschool. In deze groene gebieden bevinden zich enkele solitaire ge-
bouwen, die ‘vrij’ in de groene ruimte staan. Voorbeelden hiervan zijn Theater de Kat-
tendans, het zorgcentrum Hofhuys en de basisschool. Dit bebouwingsbeeld contras-
teert met de bebouwing langs het Hof, waar veelal gesloten straatwanden aanwezig
zijn.
In de Centrumvisie Bergeijk (2003, zie ook paragraaf 6.3) is een analyse opgenomen
van het centrumgebied en zijn kansen en bedreigingen en een ruimtelijke visie gefor-
muleerd. De centrumvisie beperkt zich tot het winkel- en horecagebied, vanaf de krui-
sing Hof - Eerselsedijk tot en met het noordelijk deel van de Burgemeester Mag-
neestraat. In de visie is een aantal knelpunten en kansen benoemd.
Knelpunten zijn onder andere de onduidelijke entrees en de onduidelijke ruimtelijke
opbouw. Daarnaast bestaat weinig samenhang tussen bouwvolumes (maat/schaal) en
in het materiaalgebruik, de gevelindeling en de uitstraling van de verschillende panden.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
22
Als functionele knelpunten zijn de grote spreiding van de winkelvoorzieningen en het
beperkte horeca-aanbod benoemd. In de openbare ruimte is sprake van een te hoge
verkeersintensiteit, met daardoor een gevoelsmatig onveilige situatie. Daarnaast heeft
het straatprofiel een onduidelijke maatvoering en opbouw.
Kansen voor het centrumgebied worden gezien in de herkenbare stedenbouwkundige
structuur en het in potentie aantrekkelijke dorpshart rond de marktplaats. Herkenbare
elementen kunnen het centrum een gezicht geven. Functioneel gezien is sprake van
een goed voorzieningenaanbod, met in potentie goede kansen voor horeca. Ook de
goede bereikbaarheid en de parkeermogelijkheden worden gezien als kans.
5.2 Analyse en waardering functionele structuur
5.2.1 Functies bebouwd gebied
In het centrumgebied is een grote variatie aan functies aanwezig. Deze grote variatie
zorgt voor levendigheid en sociale controle in het gebied. De functies wonen, detail-
handel en horeca gaan prima samen. Daarnaast bevindt zich een groot aantal (maat-
schappelijke) voorzieningen in en rond het plangebied. De ligging van deze functies is
geen probleem zolang deze wat betreft hun aard, schaal en uitstraling passen binnen
de woonomgeving. Uitgangspunt van het bestemmingsplan is om de afwisseling van
wonen en overige functies te behouden, zodat de karakteristiek van het plangebied
behouden blijft.
5.2.2 Functies onbebouwd gebied
Het Hof is de belangrijkste drager van het centrumgebied. Dit lint is in een aantal zones
te verdelen met elk een eigen sfeer en karakter:
- de entrees (entree vanaf de Eerselsedijk en vanaf de Burgemeester Magneestraat);
- het Hof-noord (in de huidige situatie met name in gebruik als parkeerplaats);
- de marktplaats voor de St. Petruskerk;
- het Hof-zuid.
Het lint heeft een stenig karakter, dat wordt verzacht door de aanwezige bomen en la-
ge hagen. Behoud en eventueel versterking van het groen is van belang om het dorpse
karakter van het centrumgebied te behouden.
De entrees van het centrum zijn niet als zodanig herkenbaar. De onduidelijke entree
aan de noordoostzijde (Eerselsedijk) en het ontbreken van een als zodanig vormgege-
ven entree aan de zuidzijde (Burgemeester Magneestraat) komen de herkenbaarheid
van het centrum niet ten goede.
Het noordelijke deel van het Hof is een duidelijke begrensde pleinruimte. Kenmerken
zijn een langgerekte ruimte, parkeren als beeldbepalende activiteit en gesloten be-
bouwingswanden.
De marktplaats is een duidelijk begrensde pleinruimte, centraal gelegen in het cen-
trumgebied. Dit driehoekige stenige plein is omgeven door nagenoeg gesloten bebou-
wingswanden van min of meer gelijke hoogte. Het gevelbeeld vertoont weinig of geen
samenhang. Dit laat zijn impact achter op de sfeer en het karakter van het plein.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
23
Het zuidelijke deel van het Hof is een doorzetting van het sfeerbeeld van het noordelij-
ke deel van het Hof. Het profiel wordt opgebroken door het langsparkeren. Op de krui-
sing met de Burgemeester Magneestraat neemt het plein aan het Elzenhof een achter-
gestelde functie in. Door de inrichting van de zuidelijke entree is het plein verstopt ach-
ter geparkeerde auto’s en de groene haag.
Naast het Hof vormt de route Meester Pankenstraat - Hof - Eerselsedijk, die langs de
noordelijke rand van het centrum loopt, een belangrijke route in het plangebied. Deze
doorgaande route heeft een wezenlijk ander karakter dan het gedeelte van het Hof dat
deel uitmaakt van het winkel- en horecagebied. De bebouwing langs deze route be-
staat met name uit vrijstaande panden op ruime percelen, waardoor het karakter van
deze straat relatief groen is. De overige wegen in het plangebied zijn te kenmerken als
woonstraten.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
24
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
25
6 Bevolkingsontwikkeling en beleid
6.1 Bevolkingsontwikkeling
De gemeente Bergeijk telt circa 18.000 inwoners. Bergeijk, de grootste kern binnen de
gemeente, heeft ruim 8.700 inwoners. Zoals de meeste gemeenten zal ook de ge-
meente Bergeijk sterk vergrijzen in de komende jaren. In de gemeente Bergeijk zien de
huidige bevolkingsverdeling naar leeftijd en de verwachte toekomstige verdeling er als
volgt uit:
2009200920092009 2015201520152015 2020202020202020
0 – 54 jaar 69,6% 65,1% 62,0%
55 – 64 jaar 14,3% 14,2% 15,4%
65 – 74 jaar 9,7% 12,2% 12,5%
75+ 6,4% 8,5% 10,0%
Totaal 100,0% 100,0% 100,0%
55+ 30,4% 34,9% 38,0%
65+ 16,1% 20,7% 22,5%
Bevolkingsverdeling gemeente Bergeijk naar leeftijd (bron: CBS)
De ontwikkelingen in de bevolkingssamenstelling vormen, in combinatie met de ont-
wikkeling in de woningdichtheid (gezinsverdunning), de basis voor de woningbehoefte
voor de gemeente Bergeijk.
6.2 Woonbeleid
6.2.1 Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant 2008
Het meest actuele beleid van de provincie Noord-Brabant op het gebied van wonen is
vastgelegd in de Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering
2008. Uitgangspunt is dat het merendeel van de woningbouw wordt gerealiseerd in de
stedelijke regio’s. Voor de landelijke regio’s wordt uitgegaan van ‘bouwen voor migra-
tiesaldo nul’. De provincie hecht veel waarde aan regionale afstemming van de ge-
meentelijke planningsopgaven en plancapaciteit.
Uit de prognose blijkt dat een bouwprogramma nodig is, waarbij het accent moet liggen
op strategische nieuwbouw, doorstroming en het (verder) verhogen van de kwaliteit van
het wonen. Het is hierbij van belang een goede balans te vinden tussen de behoefte
aan kwantiteit en de behoefte aan kwaliteit. Het woningaanbod moet meer worden ge-
richt op de vraag en de veranderende woonwensen. Speerpunten van beleid zijn zuinig
ruimtegebruik en wonen met zorg en welzijn.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
26
Voor de gemeente Bergeijk is voor de periode 2008-2019 een indicatieve toename van
de woningvoorraad met 575 woningen becijferd.
6.2.2 Regionale woonvisie
In Zuidoost-Brabant vormt de Regionale Woonvisie het kader voor het lokale woonbe-
leid. De woningmarktpartijen willen de woonkwaliteit in Zuidoost-Brabant behouden en
verbeteren en de woningmarkt meer op de vraag van de burgers aan laten sluiten. In
het verleden kreeg de woningkwantiteit vooral de aandacht: hoe meer woningen, des te
beter. De laatste jaren streeft de regio naar het maken van een kwaliteitsslag in het
wonen. Dit wordt verwoord in de Regionale Woonvisie die richtinggevend is voor kwali-
tatieve ontwikkelingen op het vlak van woningbouw in het SRE-gebied.
De Regionale Woonvisie onderscheidt een zevental ambities, die in concrete acties
worden vertaald. Deze ambities zijn:
- meer keuzevrijheid en zeggenschap voor de burger, met meer inzicht in kansen op
de woningmarkt;
- meer evenwicht in de koop-huurverhouding, tussen steden en dorpen;
- meer capaciteit en kwaliteit in wonen, welzijn en zorg;
- meer samenwerking tussen alle woningmarktpartijen;
- meer aandacht voor doelgroepen en betaalbaarheid van woningen;
- meer zorg voor kwaliteit van woning en woonomgeving;
- monitoring van wat er gebeurt.
De Regionale Woonvisie streeft er naar zoveel mogelijk te kunnen voldoen aan de
woonwensen van de burgers. Samen met de regionale marktpartijen zullen de ambities
zoveel mogelijk concreet worden uitgewerkt. De Regionale Woonvisie is het kwalitatie-
ve kader voor het afstemmen van ontwikkelingen op de woningmarkt en voor het uit-
werken van de woningbouwprogramma’s.
Voor de landelijke regio Groot Kempen betekent dit concreet dat gestreefd wordt naar
een goede huisvesting van de eigen bevolking. Hiervoor zal zowel (zorgvuldig ingepas-
te) inbreiding als uitbreiding noodzakelijk zijn.
6.2.3 Structuurvisie Bergeijk
Op 3 juni 2010 is de Structuurvisie Bergeijk ‘Leven en beleven tussen bossen, beken
en boerenland’ vastgesteld door de gemeenteraad. De structuurvisie is een actualisa-
tie van de StructuurvisiePlus uit 2004. In de nieuwe structuurvisie is het recente lokaal,
regionaal en nationaal beleid vertaald en zijn plannen uit de tussenliggende periode
opgenomen. Daarnaast is de structuurvisie geconcretiseerd in de vorm van een projec-
tenplan.
De Structuurvisie bestaat uit twee delen. Deel A betreft het Ruimtelijk Casco, waarin de
toekomstvisie voor de gemeente Bergeijk is opgenomen.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
27
Deze visie formuleert het ontwikkelingskader voor de lange termijn en biedt het casco
voor concrete plannen en projecten. In het projectenplan (deel B) is het ruimtelijk pro-
gramma voor de korte en middellange termijn benoemd. Daarnaast is aangegeven
welke concrete projecten en plannen op korte termijn richting uitvoering worden ge-
bracht en op welke wijze dat zal gebeuren. Het projectenplan wordt periodiek geactua-
liseerd.
Ruimtelijk Casco
Het Ruimtelijk Casco bestaat uit een kaartbeeld en een toelichting, waarbij de toelich-
ting beschouwd kan worden als een uitgeschreven legenda. Op basis van een integrale
analyse op basis van de ‘lagenbenadering’ zijn in het Ruimtelijk Casco ruimtelijke keu-
zes gemaakt voor de toekomstige ontwikkeling van de gemeente Bergeijk.
Het centrumgebied van Bergeijk is in het Ruimtelijk Casco ook aangeduid als centrum-
gebied en tevens als woongebied (inclusief voorzieningen en recreatie/toersime). Hier
bevindt zich het grootste voorzieningenaanbod van de kern. Om dit in voorzieningen-
aanbod in stand te houden is inspanning nodig. Distributieplanologisch onderzoek con-
cludeert voor de kern Bergeijk dat in kwantitatieve zin beperkte marktruimte voor win-
kels wordt gezien. Deze marktruimte is mede afhankelijk van een voortzetting van con-
centratiebeleid voor zowel winkels als andere bezoekersintensieve functies. Voor het in
stand houden van de (centrum)voorzieningen van Bergeijk is de komende jaren meer
nodig dan voldoende draagvlak. Ook de ruimtelijke kwaliteit van het centrumgebied
verdient versterking.
De gemeente wil dit realiseren door uitvoering van de in 2003 opgestelde Centrumvi-
sie. Deze centrumvisie vormt de basis voor concrete uitvoeringsmaatregelen, vormt
een inspiratiebron en toetsingskader voor nieuwe initiatieven/ontwikkelingen en wordt
vertaald in het bestemmingsplan.
De koers voor de functie wonen draait om verdere ontwikkeling van de verstedelijking
via inbreiding, intensivering, herstructurering en uitbreiding. Ontwikkelingen moeten
passen bij de aard en schaal van de gemeente. Inbreiding wordt nagestreefd indien
daardoor een kwaliteitsverbetering optreedt. Centraal staat de realisatie van het eigen
woningbouwprogramma.
De bospercelen in het noorden van het plangebied vallen onder het gebied dat geka-
rakteriseerd wordt als bos- en oud heidegebieden met vennen. Boslandschappen bie-
den mogelijkheden tot behoud, hestel en ontwikkeling van natuur- en landschapswaar-
den, met name door zogenaamd geïntegreerd bosbeheer.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
28
Uitsnede Ruimteljk Casco (Structuurvisie Bergeijk)
Projectenplan
Het projectenplan bevat een programmatische keuze voor diverse thema’s. Daarnaast
is aangegeven waar het programma gerealiseerd wordt en hoe het uitvoeringstraject
(koppeling tussen grondbeleid en ruimtelijke ontwikkeling en inzet van Wro-
instrumenten) eruit ziet. Tenslotte is een projectenoverzicht opgenomen met projecten
en maatregelen die de gemeente ter uitvoering van het structuurvisiebeleid wil oppak-
ken.
Op basis van de provinciale bevolkings- en woningbehoefteprognose (2008-2019) en
het aantal gerealiseerde woningen in de periode 2002-2009 is de woningbehoefte
voor de periode 2010-2019 bepaald, inclusief een verdeling naar kern. Voor de totale
gemeente is een woningbehoefte van 611 woningen becijferd. Het gros van deze wo-
ningen (335) wordt gerealiseerd in Bergeijk (inclusief ’t Loo en Weebosch). Voor Luyks-
gestel, Riethoven en Westerhoven is een woningbehoefte van 126, 103 respectievelijk
48 woningen bepaald. Op het gebied van bedrijvigheid geldt dat de bestaande bedrij-
venterreinen momenteel vrijwel geheel zijn uitgegeven. De doorstroming van bedrijven
op de bestaande terreinen is minimaal, aangezien geen nieuwe bedrijfskavels be-
schikbaar komen. Door creatief om te gaan met de bestaande ruimte kan enige ruim-
tewinst worden behaald. Ontwikkelingen worden met name voorzien op de bedrijven-
terreinen Het Stoom en Waterlaat in Bergeijk. Op het gebied van verkeer wordt, in sa-
menwerking met de provincie en omliggende gemeenten, gestreefd naar verbetering
van de verbinding van de N69 met de A67. Daarnaast worden maatregelen onderzocht
ter verbetering van de verkeersstructuur tussen Bergeijk en Eersel, mogelijk door de
totstandbrenging van een noordelijke ontsluitingsroute.
Voor het centrum van Bergeijk is de inbreidingslocatie Sterrepad opgenomen als con-
crete ontwikkeling.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
29
6.2.4 Volkshuisvestingsplan
De woningbehoefte komt op gemeentelijk niveau neer op 1.175 woningen voor de pe-
riode 2002-2020, ofwel circa 65 woningen per jaar. Het aantal woningen dat hiervan in
de kern Bergeijk gerealiseerd gaat worden, komt voort uit het woonbeleid dat is be-
schreven in het Dorpenontwikkelingsplan. In kwantitatieve zin kiest het woonbeleid
voor de realisatie van het ‘eigen’ woningbouwprogramma. Dit wil Bergeijk minimaal re-
aliseren. Iedere kern moet, indien redelijkerwijs mogelijk, tenminste ruimte krijgen om
te bouwen voor de eigen bevolkingsgroei. Het veiligstellen van het bestaande voorzie-
ningenniveau is daarbij een punt van zorg, maar niet leidend. Pas als het bestaans-
recht van met name de basisschool in één van de kernen in het geding raakt, wordt
additionele woningbouw (bijvoorbeeld ten koste van bouwen in de andere kernen)
overwogen.
Voor het in stand houden van voorzieningen, maar vooral ook voor het bevorderen van
de leefbaarheid in zijn algemeenheid, is het kwalitatieve woningbouwprogramma van
belang. Het realiseren van een kern waar de inwoners als het ware hun hele levensloop
kunnen blijven wonen en daarmee een ‘wooncarrière’ kunnen maken, vergt niet alleen
voldoende aantal woningen per kern, maar vooral ook een op de toekomstige vraag
toegesneden aanbod van woningtypen en ondersteunende diensten. Hoe dit aanbod
eruit ziet, hangt af van demografische en markttechnische ontwikkelingen. Voorkomen
moet worden dat er ‘gebouwd wordt wat er al staat’ terwijl de bevolking naar leeftijd-
en huishoudensamenstelling verandert. De doelgroepen ouderen en jongeren vergen
wat dat betreft extra aandacht. Confrontatie van de toekomstige vraag met het be-
staande aanbod geeft het antwoord op de vraag welk woningbouwprogramma noodza-
kelijk is om een levensloopbestendige kern te worden c.q. te blijven en welke uitdagin-
gen er liggen met betrekking tot het aanbieden van ondersteunende voorzieningen.
Op basis van de hierboven beschreven aspecten heeft de gemeente een algemeen be-
leidsuitgangspunt verwoord ten aanzien van de kwalitatieve invulling van woningbouw-
locaties. Voor zowel inbreidings- als uitbreidingslocaties stelt de gemeente Bergeijk
harde programmatische eisen om haar woningbouwdoelstellingen te bereiken. In be-
ginsel moet op iedere woningbouwlocatie 60% van het aantal woningen ten goede ko-
men van de doelgroepen. Hiervan moet weer 1/3 deel tot de (sociale)huursector beho-
ren (komt neer op 20% van het totaal aantal woningen). Een uitzondering hierop vor-
men de Ruimte-voor-Ruimte-locaties. Bij de ontwikkeling van dergelijke locaties zijn de-
ze regels niet van toepassing.
6.2.5 Dorpenontwikkelingsplan
Op 23 oktober 2006 is het Dorpenontwikkelingsplan ‘Bergeijk, kernen in ontwikkeling’
vastgesteld. In 2009 is het DOP omgevormd naar een iDOP (integraal Dorpenontwikke-
lingsplan) door per kern een sociale paragraaf op te stellen met daarin de gewenste
sociaal-culturele ontwikkeling. Deze sociale paragraaf vormt daarnaast per kern een
beknopte actualisatie van het DOP.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
30
In een oplegger iDOP, die separaat aan het iDOP is toegevoegd, is vervolgens een aan-
tal projecten concreet uitgewerkt. Zowel het DOP als de iDOP’s zijn opgesteld in nauwe
samenwerking met bewoners van de kernen in de gemeente Bergeijk.
In het DOP zijn de gemeentelijke ambities op het gebied van wonen en leefbaarheid
binnen de kernen verwoord. Het hoofdthema van het DOP is de leefbaarheidsbevorde-
ring in de gemeente Bergeijk, uitgesplitst in een visie op wonen en een visie op leef-
baarheid. De belangrijkste doelstellingen zijn:
- het zoveel mogelijk voorzien in de eigen woningbehoefte van de inwoners van Ber-
geijk;
- het bevorderen van de sociale cohesie en zelfredzaamheid van de burger.
De gehanteerde cijfers in de woonvisie zijn gebaseerd op de provinciale bevolkings- en
woningbehoefteprognose 2005. Het aantal van 640 woningen dat volgens de provinci-
ale cijfers in de periode tot 2015 benodigd is, is uitgangspunt voor het gemeentelijk
woningbouwprogramma. Dit aantal wordt aangevuld met een productietekort uit de vo-
rige periode, vervanging voor sloop en opvang voor statushouders. Het DOP gaat uit
van een noodzakelijke toename van de woningvoorraad met zo’n 1.350 woningen in de
periode tot 2020. De helft van dit aantal zal in de kern Bergeijk gerealiseerd worden. In
de huursector is de komende jaren een inhaalslag noodzakelijk. Circa 22% van het
bouwprogramma zal in dat segment gerealiseerd moeten worden. Het accent ligt daar-
bij op nultredenwoningen.
De eigen woningsector heeft uiteraard nog steeds het belangrijkste aandeel in de wo-
ningvoorziening. Ook hier speelt, naast een belangrijk deel vrijstaande en twee-onder-
één-kap-woningen, de levensloopbestendigheid een grote rol. Verder is er behoefte aan
woningen voor mensen met een zorgvraag, starters en senioren.
Voor de gemeente Bergeijk wordt uitgegaan van het volgende noodzakelijke woning-
bouwprogramma voor de periode 2006-2020:
2006200620062006 ---- 2010201020102010 2011201120112011 ---- 2015201520152015 2016201620162016 ---- 2020202020202020 TotaalTotaalTotaalTotaal
AchtergeblevenAchtergeblevenAchtergeblevenAchtergebleven
productie 2003productie 2003productie 2003productie 2003 ---- 2004200420042004
73 - - 73
HuishoudeHuishoudeHuishoudeHuishoudensontwikkelingnsontwikkelingnsontwikkelingnsontwikkeling 350 290 290 930
Vervanging voor sloopVervanging voor sloopVervanging voor sloopVervanging voor sloop 50 50 50 150
Opvang statushoudersOpvang statushoudersOpvang statushoudersOpvang statushouders 10 10 10 30
Ruimte voor ruimteRuimte voor ruimteRuimte voor ruimteRuimte voor ruimte 20 20 ? 40 + ?
ZorgwoningenZorgwoningenZorgwoningenZorgwoningen 79 57 ? 136 + ?
TotaalTotaalTotaalTotaal 582 427 350 + ? 1.359 + ?1.359 + ?1.359 + ?1.359 + ?
Woningbehoefte gemeente Bergeijk (bron: Dorpenontwikkelingsplan)
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
31
Voor de kernen Bergeijk en ’t Loo is een streefwoningbouwprogramma (2006-2020)
opgesteld, dat uitgaat van de bouw van 607 woningen voor de opvang van de woonbe-
hoefte in Bergeijk en 77 woningen voor de opvang vanuit ’t Loo, inclusief zorgwoningen
en vervanging voor sloop.
Deze woningen zullen worden gerealiseerd op inbreidings- en uitbreidingslocaties in
beide kernen. Voor wat betreft de leefbaarheidsituatie binnen de kernen is een analyse
gemaakt waarin kwaliteiten en knelpunten opgespoord zijn. De kern Bergeijk springt er
in positieve zin uit door het voorzieningenniveau (hoofdkern) en de vele cultuurhistori-
sche elementen. De belangrijkste leefbaarheidsknelpunten betreffen de verkeersvei-
ligheid, het parkeren, de verblijfskwaliteit in het centrum en - in een aantal wijken - de
onderhoudstoestand van de openbare ruimte.
6.3 Beleid centrumgebied
Voor het centrumgebied van Bergeijk is een aantal beleidsstukken relevant. In 2003 is
de Centrumvisie Bergeijk opgesteld, waarin een analyse van de huidige situatie en een
visie op de toekomstige ontwikkeling van het centrumgebied zijn opgenomen. In 2009
heeft de gemeenteraad het ontwerp voor de Herinrichting Centrum Bergeijk vastge-
steld. Dit plan is een concrete inrichtingsvisie voor de openbare ruimte in het centrum-
gebied (van de kruising Eerselsedijk - Hof tot aan de Burgemeester Magneestraat).
Tenslotte is de Gebiedsvisie van Ploeg tot Kerk opgesteld. In deze gebiedsvisie is een
visie gegeven op de inrichting van het gebied in het oostelijk deel van het plangebied
(rond het Teutenhuis, de basisschool en het voormalige hotel Beukenhof). Hierna wor-
den deze beleidsstukken toegelicht.
6.3.1 Centrumvisie Bergeijk
Voor het centrum van Bergeijk is een visie opgesteld (Grontmij, 2003). Onder de naam
Centrumvisie Bergeijk zijn de ambities voor de kern van Bergeijk verwoord. Om deze
ambities te verwezenlijken zijn door middel van vier pijlers de beoogde ingrepen en
doelen opgesomd. De vier pijlers gericht op het centrumbeleid zijn:
- de winkelstraat is de ruggengraat;
- naar een compact en herkenbaar centrum;
- authentiek Bergeijk;
- bereikbaar en leefbaar hand in hand.
Winkelstraat is ruggengraat
Het Hof met de centrale marktplaats is onmiskenbaar de ruggengraat van het centrum
van Bergeijk. De opgave ligt in het benadrukken in beeld en gebruik van de kwaliteit en
identiteit van deze as. Noodzakelijke elementen hierin zijn duidelijke entrees en bo-
venal een kloppend dorpshart, waarin winkelen, recreëren, wonen en ondernemen el-
kaar versterken.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
32
Naar een compact en herkenbaar centrum
Het aanbieden van een geconcentreerd voorzieningenaanbod (winkels, horeca, dienst-
verlening) maakt het centrum vitaal en leefbaar. Ontwikkelingen die hieraan afbreuk
doen zijn ongewenst. Om optimaal te kunnen profiteren van de dynamiek in het cen-
trum is het bieden van flexibele mogelijkheden voor nieuwe initiatieven belangrijk. Ech-
ter binnen randvoorwaarden: er moet sprake zijn van een bijdrage aan herkenbaar-
heid, levendigheid en leefbaarheid van het centrum.
Er zal werk moeten worden gemaakt van een functionele en ruimtelijke zonering, dat
wil zeggen duidelijke keuzen over waar wat is toegestaan.
Authentiek Bergeijk
Bergeijk kiest voor het behoud van en het waar mogelijk terugbrengen van een ken-
merkend Kempisch karakter en een dorpse sfeer, met daarbinnen volop ruimte voor
nieuwe ontwikkelingen. Typische stijlelementen zijn daarbij inspiratiebron voor de
vormgeving van nieuwe ontwikkelingen. Dit biedt de beste garantie voor nieuwe ont-
wikkelingen die bijdragen aan een samenhang, identiteit en daarmee herkenbaarheid
van het centrum. Zonder krampachtig aan het verleden vast te houden, kan worden in-
gespeeld op bestaande kwaliteiten waardoor grip wordt gehouden op nieuwe ontwikke-
lingen.
Bereikbaar en leefbaar hand in hand
Een goede bereikbaarheid blijvend garanderen, alsmede er voor zorgen dat de ver-
blijfskwaliteit wordt verhoogd is de opgave voor dit aspect. Ondersteunende openbare
inrichting en voorzieningen, de overlast van (doorgaand) verkeer zoveel mogelijk terug-
dringen en rommelige parkeersituaties oplossen zijn maatregelen die dit bevorderen.
De auto is te gast in het centrum: een daarop afgestemde ruimtelijke inrichting die ge-
wenst rijgedrag afdwingt is noodzakelijk.
Voor de verdere ontwikkeling van het dorpscentrum van Bergeijk is gekozen voor een
benadering waarin de sterke kanten van eigen identiteit en karakter het vertrekpunt
vormen. Hierbinnen is ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en ambities. De ambities
voor het centrum zijn te vertalen in een groot aantal voorstellen, die variëren van voor-
stellen voor de situering van functies tot bereikbaarheid en bebouwing. Kenmerkend is
het integrale karakter, waarbij veel elementen op elkaar in grijpen. In de Centrumvisie
is de volgende koers uitgezet:
- heldere zonering: onder andere door begrenzing kernwinkelgebied tussen Eer-
selsedijk en Elsenhof - situeren van trekkers aan uiteinden ruggengraat - geen voor-
schrijdende winkelontwikkeling in Burgemeester Magneestraat;
- versterking van de marktplaats: onder andere door verbetering van ruimtelijke en
functionele kwaliteit - terugdringen van parkeren - verbeteren aanbod horeca - kerk
en klokkentoren nadrukkelijk bij plein betrekken - verkeerskundige ingrepen ter
vermindering van aantal verkeersbewegingen;
- ruimtelijke en functionele versterking van Hof-noord: onder andere door situering
van een trekker - entree herkenbaar maken;
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
33
- ruimtelijke en functionele versterking van Hof-zuid en Burgemeester Magneestraat:
onder andere door herontwikkeling van verouderde panden aan het Hof - herinvul-
ling van onbenutte ruimte bij winkelstrip Elsenhof;
- inrichting van de openbare ruimte: integrale herinrichting voor verbeteren verblijfs-
kwaliteit;
- bebouwingsmassa en verschijningsvorm: wens tot behoud van de dorpse, Kempi-
sche sfeer;
- verkeer en parkeren verbeteren: onder andere door weren van doorgaand verkeer
en beperken zoekverkeer - concentratie en uitbreiding van parkeren nabij entrees
centrumgebied - schrappen van parkeren op marktplaats.
6.3.2 Herinrichting Centrum Bergeijk
In het verlengde van de Centrumvisie Bergeijk is voor de herinrichting van de openbare
ruimte in het centrumgebied een ontwerp gemaakt. Het definitieve ontwerp is door de
gemeenteraad vastgesteld op 30 november 2009, waarbij is besloten dat de overgang
van marktplein naar kerk nogmaals moet worden bezien. Inmiddels is besloten dat de
overgang gevormd wordt door middel van een zitrand met daarachter een haag. Het
ontwerp bevat een integraal voorstel voor de herinrichting van het gebied op het gebied
van groen, verkeer, parkeren, materiaalgebruik en verlichting.
6.3.3 Gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’
De gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’ geeft vanuit toeristisch oogpunt een visie op de wij-
ze waarop het centrum van Bergeijk aantrekkelijker kan worden gemaakt en hoe meer
samenhang tussen de toeristisch-recreatieve objecten in het gebied kan worden ge-
creëerd. De gebiedsvisie bevat een aantal tekeningen waarop de gewenste (groene) in-
richting van het gebied in beeld is gebracht.
Centraal in de visie staat het bezoekerscentrum Teutenhuis, dat wordt gezien als dé fy-
sieke verankering van (cultuur)toerisme en recreatie in Bergeijk. Er worden kansen ge-
zien om het gebied rond het bezoekerscentrum meer open te maken.
Daarnaast is een wandelroute uitgewerkt langs de objecten die interessant zijn uit toe-
ristisch-recreatief oogpunt. Ook zijn onder meer voorstellen gedaan om de omgeving
van de Beukenhof en de Protestantse kerk een meer open karakter te geven, de vrij-
staande kerktoren een accent te geven door een verhoogde zitrand en een verhoogd
grasvlak en de Hofkerk meer bij het plein te betrekken en deze kerk en de begraaf-
plaats meer toegankelijk te maken.
Er is een overlap tussen de Gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’ en het project Herinrich-
ting Centrum. Het project Herinrichting Centrum is met name ingestoken vanuit verkeer
en verblijf; de gebiedsvisie betreft met name een groene inrichtingsschets voor het ge-
bied. De gebiedsvisie is daarmee gebruikt als leidraad voor de plannen van het project
Herinrichting Centrum. Het project Herinrichting Centrum is leidend voor de herinrich-
ting van het gebied. De gebiedsvisie zal verder als input worden gebruikt voor gemeen-
telijke plannen en particuliere initiatieven. De gebiedsvisie is geen uitgewerkt plan dat
klaar is voor uitvoering.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
34
Uitvoering van de gebiedsvisie is mede afhankelijk van de objecteigenaren in het ge-
bied, waarbij per object naar details en uitvoeringsmogelijkheden moet worden ge-
keken.
Overzichtstekening gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’
Overzichtskaart ontwerp Herinrichting Centrum
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
35
6.4 Voorzieningen
6.4.1 Kernenbeleid en leefbaarheid
De identiteit, de eigenheid van een kern omvat de eigen specifieke cultuur, het eigene
van de verschijningsvorm en het bijzondere van de gemeenschap. Dit komt tot uiting in
het verenigingsleven, de ruimtelijke karakteristieken en de voorzieningen. Leefbaar-
heid wordt omschreven als de mate waarin die eigenheid in stand kan worden gehou-
den. Daarbij zijn basisvoorzieningen als basisschool, peuterspeelzaal, gemeenschaps-
huis, sportpark, winkels en een adequaat woningaanbod van belang.
In het kernenbeleid wordt aangegeven dat in alle kernen de volgende voorzieningen in
stand moeten worden gehouden: basisschool, gemeenschapshuis, peuterspeelzaal,
sportpark, bibliotheekvoorziening en (voor Bergeijk, Luyksgestel, Riethoven en Wester-
hoven) een sporthal. Van de andere aandachtspunten zijn de volgende van belang:
- kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang hoeven niet in elke kern aanwezig te
zijn. Ouderenzorg ontwikkelt zich steeds autonomer als maatwerk wonen-zorg;
- openbaar vervoer zou alle kernen moeten bedienen. Collectief vraagafhankelijk ver-
voer kan daar mogelijk een oplossing bij zijn;
- in de kernen moet, ter wille van werkgelegenheid en functieverscheidenheid, ruimte
zijn voor ambachtelijke, kleinschalige bedrijven;
- het monumentenbeleid wordt, als beschermer van karakteristiek en identiteit, als
een onderdeel van het kernenbeleid gezien;
- voor winkels, postkantoor, huisartsen en dergelijke zal de gemeente, waar mogelijk,
een voorwaardenscheppende rol spelen.
6.5 Verkeer
6.5.1 Gemeentelijk verkeers- en vervoersplan
In het gemeentelijk verkeers- en vervoersplan (GVVP) is het beleid op het gebied van
verkeer en vervoer voor de periode 2009-2015 geformuleerd. Op basis van een analy-
se van de huidige situatie en een analyse van de verwachte toekomstige ontwikkelin-
gen is, in overleg met bewoners, ondernemers en belangenorganisaties, een verkeers-
visie opgesteld. In deze visie is aangegeven wat de gemeente in 2015 bereikt wil heb-
ben op het gebied van gemotoriseerd verkeer, fietsverkeer, openbaar vervoer en
mensgerichte maatregelen. De visie is in het GVVP vertaald in een aantal concrete
maatregelen, die zijn opgenomen in een uitvoeringsprogramma.
In de visie op verkeer en vervoer zijn de volgende prioriteiten opgenomen:
- verkeersveiligheid: verkeersveiligheid dient de hoogste prioriteit te krijgen. Hierbij
dient de meeste aandacht uit te gaan naar infrastructurele maatregelen en hand-
having. Educatieve en gedragsmaatregelen hebben slechts een beperkte prioriteit.
- (brom)fietsverkeer: door het realiseren van fietsprojecten (zoals vrijliggende fiets-
paden) moet de veiligheid voor fietsers worden vergroot. Daarnaast dienen mensen
te worden verleid om op korte afstanden meer gebruik te maken van de fiets.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
36
- bereikbaarheid: de meeste mogelijkheden om de bereikbaarheid te verbeteren
worden gezien in het instellen van verkeerscirculatie, zoals het instellen van een-
richtingsverkeer of het afsluiten van een route voor doorgaand verkeer. Het instel-
len van blauwe zones kan ook beperkt bijdragen aan het verbeteren van de bereik-
baarheid.
- openbaar vervoer: ten aanzien van openbaar vervoer worden de meeste mogelijk-
heden gezien in aanpassing/uitbreiding van de lijnvoering. Hiernaast worden ook
mogelijkheden gezien in differentiatie van tarieven/gratis aanbieden van openbaar
vervoer. De rol van de gemeente is hierbij echter beperkt.
Het beleid voor het gemotoriseerd verkeer is gericht op het voltooien van de Duurzaam
Veilig categorisering en het realiseren van infrastructurele aanpassingen om de ver-
keersveiligheid te vergroten. Mogelijk wordt nog voor 2015 gestart met de aanleg van
een noordelijke randweg, die de bedrijventerrein Het Stoom en Waterlaat rechtstreeks
verbindt met de N397. Voor wat betreft het fietsverkeer is het streven gericht om tus-
sen alle kernen en belangrijke schoolroutes ten minste een vrijliggend fietspad te reali-
seren. Daarnaast dient op een aantal fietspaden de sociale veiligheid te worden verbe-
terd. Voor het openbaar vervoer wordt ingezet op een betrouwbare reistijd, waarbij ook
een kwaliteitsslag kan worden gemaakt, bijvoorbeeld door het aanpassen van de bus-
haltes. Tenslotte zijn in het GVVP mensgerichte maatregelen benoemd op het gebied
van communicatie, verkeerseducatie en verkeershandhaving.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
37
7 Inbreiding en herstructurering
7.1 Mogelijke inbreidings- en herstructureringslocaties
In het bestemmingsplan ‘Centrum’ kunnen mogelijk op een aantal locaties nieuwe
ontwikkelingen worden toegestaan. Voor een aantal locaties in het plangebied bestaan
plannen voor herontwikkeling. In het kader van het bestemmingsplan zullen de plan-
nen worden beoordeeld en zal worden besloten of al dan niet medewerking wordt ver-
leend aan een initiatief. Indien de plannen concreet genoeg zijn, kunnen deze vervol-
gens met een directe bouwtitel of door middel van een wijzigingsbevoegdheid worden
opgenomen in het bestemmingsplan.
In het centrum van Bergeijk kan verdere centrumontwikkeling in de vorm van inbrei-
ding het woon- en leefklimaat verbeteren. Ook is het gebied geschikt voor een cluste-
ring van wonen en zorg. Een strategische inzet van inbreidingslocaties is daarbij van
belang om te komen tot voldoende woningbouwdifferentiatie en financiële haalbaar-
heid.
Op dit moment zijn de volgende locaties in beeld als inbreidingslocatie:
- Sterrepad 37-39: realisering van een appartementengebouw met 10 tot 14 appar-
tementen en parkeervoorziening.
- Domineestraat - Kerkstraat: herontwikkeling van de weiden aan weerszijden van de
basisschool Prinses Beatrix (nog geen concrete plannen).
- Burgemeester Magneestraat 9-11: realisering van een appartementengebouw met
8 tot 11 appartementen, al dan niet in combinatie met horeca op de begane grond.
- Hof 154: gedeeltelijke sloop van voormalig hotel Beukenhof en realisering van een
appartementengebouw met tien hotelappartementen.
- Hof 10: bouwplan voor twee commerciële ruimten op de begane grond met daarbo-
ven vier appartementen.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
38
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
39
8 Milieuhygiënische aspecten
8.1 Wet geluidhinder
Conform de Wet geluidhinder heeft iedere weg een onderzoekszone waarbinnen een
akoestisch onderzoek dient te worden verricht indien de bouw van geluidsgevoelige
bebouwing mogelijk wordt gemaakt. Uitzonderingen hierop zijn wegen waarvoor een
30 km/h regime geldt en wegen die deel uitmaken van een woonerf.
In het plangebied hebben de Van Beverwijkstraat en de route Meester Pankenstraat -
Hof - Eerselsedijk een snelheidsregime van 50 km/h. De overige wegen in het plange-
bied maken deel uit van een 30 km/h zone. Wanneer nieuwe woningen (of een ander
geluidgevoelig object) binnen de zone van één van de 50 km/h wegen worden gepro-
jecteerd, is een akoestisch onderzoek noodzakelijk.
8.2 Bedrijvigheid
8.2.1 Agrarische bedrijven
In de directe omgeving van het plangebied zijn geen agrarische bedrijven (veehouderij-
en) gevestigd. Voor de mogelijke ontwikkelingen in het plangebied zijn dus geen be-
lemmeringen te verwachten vanwege de geurhinder van dergelijke bedrijven.
8.2.2 Niet-agrarische bedrijven/activiteiten
Algemeen
In het plangebied bevindt zich een aantal inrichtingen die mogelijk hinder kunnen ver-
oorzaken naar de omgeving. Het betreft in dit geval geen reguliere bedrijvigheid, maar
activiteiten in de vorm van horeca, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, kan-
toren, culturele instellingen en dergelijke.
De milieuhinder die de activiteiten veroorzaken kan globaal worden beoordeeld met
behulp van de methodiek van de handreiking ‘Bedrijven en milieuzonering’ (2009) van
de VNG. In deze handreiking is een bedrijvenlijst opgenomen, die informatie geeft over
de milieukenmerken van verschillende activiteiten. In de lijst is op basis van een aantal
factoren (waaronder geluid, geur en gevaar) een indicatie gegeven van de afstand tus-
sen bedrijven en hindergevoelige functies (zoals woningen) waarmee gemeenten bij
ruimtelijke ontwikkelingen rekening kunnen houden. Op basis van de indicatieve af-
standen zijn de bedrijven op de bedrijvenlijst in de VNG-handreiking ingedeeld in mili-
eucategorieën die variëren van 1 (indicatieve afstand 10 meter) tot 6 (indicatieve af-
stand 1.500 meter). In de VNG-handreiking worden twee omgevingstypen onderschei-
den, namelijk ‘rustige woonwijk’/‘rustig buitengebied’ en ‘gemengd gebied’. De indica-
tieve afstanden uit de bedrijvenlijst zijn de afstanden die moeten worden aangehouden
tot de gevels van woningen in een ‘rustige woonwijk’.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
40
Voor woningen in een ‘gemengd gebied’ mag deze afstand worden gecorrigeerd en kan
de indicatieve afstand met één trede worden verlaagd. Een correctie is alleen mogelijk
voor de aspecten geluid, geur en stof. Voor het aspect gevaar is verlaging van de indi-
catieve afstand niet mogelijk.
Het uitgangspunt van de VNG-handreiking is gemotiveerd toepassen, in plaats van ge-
motiveerd afwijken. De indicatieve afstanden uit de VNG-handreiking geven een goede
indicatie van de aan te houden afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige
functies. De (milieu)wetgeving blijft echter leidend.
Gebied met functiemenging
In de VNG-handreiking is voor gebieden met functiemenging een afzonderlijke lijst met
bedrijfsactiviteiten opgenomen. Gebieden met functiemenging zijn gebieden waarbin-
nen menging van functies (onder voorwaarden) toelaatbaar is. Bij gebieden met func-
tiemenging kan bijvoorbeeld worden gedacht aan stadscentra, dorpskernen en winkel-
centra, horecaconcentratiegebieden en zones met functiemenging langs stedelijke
toegangswegen. In tegenstelling tot rustige woongebieden zijn in dergelijke levendige
gebieden milieubelastende activiteiten op kortere afstand van woningen mogelijk. In
onderhavig geval geldt dat het plangebied het dorpscentrum van Bergeijk betreft. Het
plangebied kan worden aangemerkt als een gebied met sterke functiemenging, waar
woningen, detailhandel, horeca, dienstverlening en (maatschappelijke) voorzieningen
op korte afstand van elkaar voorkomen. Functiemenging komt op verschillende locaties
zelfs in hetzelfde pand voor. Er is dus sprake van een gebied met functiemenging in de
zin van de VNG-handreiking.
De categorie-indeling voor een gebied met functiemenging gaat niet uit van de ‘stan-
daard’ milieucategorieën (1 t/m 6) maar van een indeling in de categorieën A, B en C
(zie bijlage 4 van de VNG-handreiking). Activiteiten in categorie A zijn zodanig weinig mi-
lieubelastend dat ze aanpandig aan woningen kunnen worden uitgevoerd. Activiteiten
in categorie B kunnen zonder meer in een gebied met functiemenging worden uitgeoe-
fend, mits bouwkundig afgescheiden van woningen. Voor activiteiten in categorie C
geldt hetzelfde als voor activiteiten in categorie B, met dien verstande dat vanwege de
relatief grote verkeersaantrekkende werking van deze activiteiten een ontsluiting op de
hoofdinfrastructuur is aangewezen.
Activiteiten in plangebied
Zoals aangegeven, komen in het plangebied met name detailhandel, horeca, dienstver-
lening en maatschappelijke en culturele voorzieningen voor. Vrijwel al deze activiteiten
zijn opgenomen in categorie A en B van de lijst met activiteiten. Zo is detailhandel op-
genomen in categorie A (met uitzondering van supermarkten, categorie B) en vallen
ook alle horeca-activiteiten (met uitzondering van discotheken en muziekcafés, catego-
rie B) in deze categorie. Een theater is opgenomen in categorie C. Planologisch gezien
zijn er geen belemmeringen om in het plangebied te voorzien in een bestemming waar-
in functiemenging is toegestaan. Een dergelijke bestemming doet recht aan de be-
staande en de gewenste toekomstige situatie.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
41
Binnen deze centrumbestemming worden wonen, detailhandel, horeca en dienstverle-
ning toegestaan. In het milieutraject (veelal via de algemene regels van het Besluit al-
gemene regels voor inrichtingen milieubeheer oftewel het Activiteitenbesluit) zijn de
verschillende inrichtingen in het plangebied gebonden aan regels met betrekking tot de
zorg voor het milieu. Via de milieuvergunning of algemene milieuregels wordt hinder
naar de omgeving voorkomen en beperkt.
8.3 Bodem
Voor de locaties waar nieuwe (woning)bouwmogelijkheden zijn opgenomen, dient een
bodemonderzoek (conform NEN 5740) te worden verricht om eventuele bodem- en/of
grondwaterverontreinigingen in kaart te brengen. Voor verschillende situaties gelden
hierbij verschillende voorwaarden:
- Voor incidentele bouwplannen met een directe bouwtitel dient een historisch bo-
demonderzoek verricht te worden:
- Indien de grond als onverdacht wordt beoordeeld zal in het kader van de bouw-
vergunningprocedure een verkennend onderzoek verricht moeten worden naar
de kwaliteit van de bodem en het grondwater. Er kan niet worden gebouwd alvo-
rens vaststaat dat de grond in milieuhygiënisch opzicht geschikt is voor de bouw
van een woning.
- Indien de grond als verdacht werd beoordeeld dient het verkennend onderzoek
al in het kader van het bestemmingsplan te worden verricht.
- Voor grotere bouwlocaties met een directe bouwtitel dient een verkennend onder-
zoek te worden verricht in het kader van het bestemmingsplan. De resultaten van
het onderzoek dienen uiterlijk bij vaststelling van het bestemmingsplan bekend te
zijn.
- Voor woningbouwmogelijkheden die zijn opgenomen door middel van een wijzi-
gingsbevoegdheid dient voor de vaststelling van het bestemmingsplan een histo-
risch onderzoek te zijn verricht. Verdere onderzoeken (bijvoorbeeld een verkennend
bodemonderzoek) worden te zijner tijd verricht in het kader van het wijzigingsplan.
Hiertoe is een voorwaarde bij de wijzigingsbevoegdheid opgenomen, zodat pas van
de wijzigingsbevoegdheid gebruik kan worden gemaakt als de resultaten van het
bodem- en grondwateronderzoek bekend zijn.
8.4 Riolering en waterhuishouding
8.4.1 Beleid waterschap
Het plangebied valt onder het beheer van Waterschap De Dommel. Het beleid van het
waterschap is gericht op het zo lang mogelijk vasthouden van gebiedseigen water, met
name in perioden van regenval, gecombineerd met het zoveel mogelijk scheiden van
het schone en het verontreinigde water. Waterschap De Dommel heeft op 16 decem-
ber 2009 het Waterbeheerplan III ‘Krachtig Water’ vastgesteld. Het waterbeheerplan is
op 22 december 2009 goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
42
Dit waterbeheerplan beschrijft de doelen en inspanningen van Waterschap De Dommel
voor de periode 2010-2015. Hierbij is de volgende indeling in thema’s gehanteerd:
- droge voeten;
- voldoende water;
- natuurlijk water;
- schoon water;
- schone waterbodem;
- mooi water.
De notitie ‘Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk’ van Waterschap De Dommel en
Waterschap Aa en Maas maakt inzichtelijk welke hydrologische consequenties ruimte-
lijke ontwikkelingen kunnen hebben op het watersysteem. Tevens geeft het document
de uitgangspunten en randvoorwaarden bij hydrologisch neutraal bouwen. Er zal over-
leg met het Waterschap De Dommel plaatsvinden over de nieuwbouwlocaties binnen
het plangebied.
8.4.2 Riolering
Nieuwe woningen aan bestaande straten tussen bestaande woningen zullen worden
aangesloten op het ter plaatse aanwezige rioleringsstelsel. Gelet op het beperkte aan-
tal toe te voegen woningen worden geen problemen verwacht ten aanzien van de ca-
paciteit van het huidige stelsel. In de jaren 2001/2002 is de riolering in de meeste
woonwijken in Bergeijk geïnspecteerd. Hieruit bleek dat de kwaliteit van de geïnspec-
teerde riolering redelijk goed is.
8.4.3 Waterhuishouding
Het beleid van de gemeente Bergeijk voor wat betreft de waterhuishouding sluit aan op
het landelijke en provinciale beleid. Het belangrijkste uitgangspunt is dat nieuwe ont-
wikkelingen geen belemmering mogen vormen voor het vasthouden, bergen en afvoe-
ren van water in het deelstroomgebied. Daarnaast is het van belang dat bij inpassing
geen afwenteling op andere delen van het deelstroomgebied plaatsvindt. Bij nieuwe
ontwikkelingen dient hemelwater, afkomstig van ‘schoon’ afvoerend oppervlak, waar
mogelijk, geïnfiltreerd te worden. Hiervoor is een afkoppelkansenkaart bij de gemeente
aanwezig. Conform de huidige wetgeving zijn perceelseigenaren verantwoordelijk voor
het hemelwater dat op hun perceel terecht komt. Alleen het hemelwater van percelen
die kleiner zijn dan 250 m2 wordt ingezameld door de gemeente Bergeijk.
8.5 Externe veiligheid
Externe veiligheid betreft het risico dat aan bepaalde activiteiten verbonden is voor niet
bij de activiteit betrokken personen. Het externe veiligheidsbeleid richt zich op het
voorkomen en beheersen van risicovolle bedrijfsactiviteiten en van risicovol transport
(transport van gevaarlijke stoffen). Het gaat daarbij om de bescherming van individuele
burgers en groepen tegen ongevallen met gevaarlijke stoffen of omstandigheden.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
43
Risicobronnen kunnen onderscheiden worden in risicovolle inrichtingen (waaronder
lpg-stations), vervoer van gevaarlijke stoffen en leidingen (bijvoorbeeld leidingen voor
aardgas of vloeibare brandstof). Om voldoende ruimte te scheppen tussen risicobron
en de personen of objecten die risico lopen (kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten)
moeten afstanden in acht worden genomen. Ook ontwikkelingsmogelijkheden die in-
grijpen in de personendichtheid kunnen om onderzoek vragen.
In het plangebied en in de directe omgeving van het plangebied zijn geen risicovolle in-
richtingen gevestigd. Ook is er geen sprake van relevant vervoer van gevaarlijke stoffen
over de weg. Wel liggen aan de noordzijde van het centrumgebied twee gasleidingen.
Deze gasleidingen zullen, met de bijbehorende bebouwingsvrije zone, worden opgeno-
men op de verbeelding van het bestemmingsplan, waarbij wordt voorzien in een bouw-
verbod (met ontheffingsmogelijkheid) en een aanlegvergunningenstelsel.
8.6 Natuur
Sinds 1 april 2002 is de Flora- en faunawet van kracht geworden. In deze wet is de
soortbeschermingsregeling uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn intussen volledig
geïmplementeerd. Implementatie in bestemmingsplannen is dus in principe niet meer
nodig. In verband met de uitvoerbaarheid van bestemmingsplannen dient echter wel
rekening te worden gehouden met soortbescherming en met name de aanwezigheid
van beschermde soorten in het plangebied. Dit betekent concreet dat in bestemmings-
plannen geen mogelijkheden moeten worden geboden voor ruimtelijke ontwikkelingen
waarvan op voorhand in redelijkheid kan worden ingezien dat in het kader van de Flo-
ra- en faunawet geen ontheffing zal worden verleend. Een globale beoordeling van dit
aspect dient deel uit te maken van de plantoelichting.
Voor beheersgerichte (onderdelen van) bestemmingsplannen, met geen of slechts ge-
ringe ontwikkelingsmogelijkheden, kan in het algemeen gesteld worden dat de uitvoer-
baarheid niet ter discussie zal staan. Zelfs indien beschermde soorten aanwezig zijn,
mag worden aangenomen dat deze bij een voortzetting van het bestaande grondge-
bruik niet in hun voortbestaan zullen worden bedreigd. Anders ligt het voor (onderdelen
van) bestemmingsplannen die een wijziging van het grondgebruik inhouden of bijvoor-
beeld het slopen of oprichten van nieuwe bebouwing en/of infrastructuur. Hiervoor
dient een uitvoerbaarheidstoets flora en fauna te worden uitgevoerd.
Consequenties voor de herziening van het bestemmingsplan voor de bebouwde kom
van Bergeijk
Een eerste globale beschouwing van het natuurloket (www.natuurloket.nl) laat zien dat
in de kilometerhokken waarin de bebouwde kom van Bergeijk ligt enkele minder alge-
mene en zeldzame soorten (Rode Lijst) zijn aangetroffen. Het betreft met name zoog-
dieren, vlinders en planten. De informatie is te globaal om te kunnen beoordelen of de-
ze net binnen of net buiten de bebouwde kom voorkomen. Met name waar het vlinders
en zoogdieren (vermoedelijk vleermuizen) betreft, is het zeer goed mogelijk dat deze
ook binnen de bebouwde kom zijn aangetroffen.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
44
Op basis van deze eerste zeer globale beschouwing kan worden geconstateerd dat het
met name voor ontwikkelingslocaties in de nieuwe bestemmingsplannen voor de kom
Bergeijk van belang is om nader te onderzoeken of er belemmeringen zijn vanuit de
Flora- en faunawet.
8.7 Luchtkwaliteit
Hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer (titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen, ook wel bekend
als de ‘Wet luchtkwaliteit’) bevat de regelgeving op het gebied van luchtkwaliteit. In de
Wet milieubeheer zijn luchtkwaliteitseisen opgenomen voor diverse verontreinigende
stoffen, waaronder stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10). In artikel 5.16 is vastgelegd
dat bestuursorganen bevoegdheden, zoals het vaststellen van een bestemmingsplan of
het nemen van een projectbesluit, mogen uitoefenen wanneer sprake is van één of
meer van de volgende gevallen:
a er is geen sprake van een (dreigende) overschrijding van de grenswaarden;
b de concentratie van de desbetreffende stoffen in de buitenlucht verbetert of blijft
ten minste gelijk;
c het plan draagt ‘niet in betekenende mate’ bij aan de concentratie van de desbe-
treffende stoffen in de buitenlucht;
d de ontwikkeling is opgenomen in een vastgesteld programma, zoals het Nationaal
Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL).
Een nadere uitwerking van de regelgeving met betrekking tot het begrip ‘niet in bete-
kende mate’ is vastgelegd in het ‘Besluit niet in betekende mate bijdragen (luchtkwali-
teitseisen)’ en de ‘Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)’.
Voor ontwikkelingen die ‘niet in betekenende mate’ bijdragen aan de luchtverontreini-
ging hoeft niet te worden getoetst aan de grenswaarden. In de Regeling zijn categorie-
en van gevallen benoemd die in ieder geval als ‘niet in betekenende mate’ worden
aangemerkt en waarvoor toetsing aan de grenswaarden dus zonder meer achterwege
kan blijven. Er is blijkens deze regeling geen onderzoek nodig voor ‘woningbouwloca-
ties, indien een dergelijke locatie, in geval van één ontsluitingsweg, netto niet meer dan
1.500 nieuwe woningen omvat, dan wel, in geval van twee ontsluitingswegen met een
gelijkmatige verkeersverdeling, netto niet meer dan 3.000 woningen omvat’.
In het deelgebied ‘Centrum’ wordt mogelijk op een aantal locaties de bouw van enkele
woningen mogelijk gemaakt. De drempel van 1.500 woningen zal hierbij echter bij lan-
ge na niet worden overschreden. Een specifiek luchtkwaliteitsonderzoek is in dat geval
niet noodzakelijk. Wanneer relatief grootschalige ontwikkelingen mogelijk worden ge-
maakt die niet bestaan uit woningbouw (bijvoorbeeld nieuwe detailhandel of horeca) is
mogelijk wel een onderzoek noodzakelijk.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
45
8.8 Archeologie
In paragraaf 3.3 is aangegeven dat het plangebied volgens de provinciale cultuurhisto-
rische waardenkaart grotendeels niet is gekarteerd voor wat betreft de archeologische
verwachtingswaarde. Momenteel is gemeentelijk archeologiebeleid in voorbereiding.
Mogelijk zijn in delen van het plangebied archeologische waarden aanwezig. In het ka-
der van nieuwe ontwikkelingen dient daarom archeologisch onderzoek te worden ver-
richt om de eventueel aanwezige archeologische waarden in beeld te brengen en te
bepalen of deze beschermd dienen te worden.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
46
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
47
9 Ruimtelijke en functionele uitgangs-
punten voor het bestemmingsplan
In dit hoofdstuk zijn ruimtelijke en functionele uitgangspunten opgenomen die het
plangebied Centrum betreffen en in het bestemmingsplan worden meegenomen.
9.1 Uitgangspunten en randvoorwaarden
Op basis van de startnotitie, die voorafgaand aan het opstellen van dit inventarisatie-
rapport is opgesteld, en de voorgaande hoofdstukken kan een aantal uitgangspunten
en randvoorwaarden worden geformuleerd voor het nieuwe bestemmingsplan voor het
centrumgebied van Bergeijk.
9.1.1 Voortkomend uit beleid
- Voorkomen van verdere aantasting van het buitengebied in de landelijke regio’s.
Inbreiding heeft de voorkeur boven uitbreiding, hoewel uitbreiding noodzakelijk kan
zijn om te voorzien in voldoende ontwikkelingsmogelijkheden.
- Nieuwe ruimte bij voorkeur pas gebruiken als er binnen het bestaand bebouwd ge-
bied geen mogelijkheden zijn om aan de bouwopgave te voldoen. Hierbij moeten
mogelijkheden voor inbreiding, herstructurering en intensivering worden benut.
- Aandacht besteden aan de ruimtelijke kwaliteit en karakteristieken in het geval van
in- en uitbreidingen. Er moet worden aangesloten bij de bestaande ruimtelijke ka-
rakteristieken en kwaliteiten.
- Bij nieuwe ontwikkelingen de prioriteit leggen bij het toevoegen van kwaliteit voor
het toevoegen van kwantiteit.
- Alle ontwikkelingen worden getoetst aan de Welstandsnota.
- Behoud van de leefbaarheid in Bergeijk, onder andere door middel van zorg voor
voldoende kwalitatieve en kwantitatieve woningvoorraad en door het op peil hou-
den van het voorzieningenniveau.
- Daadwerkelijk realiseren van de toegestane maximale woningvoorraad (provinciale
richtcijfers en gemeentelijk woningbouwprogramma) in Bergeijk.
- Aandacht voor de doelgroepen senioren en starters.
- Nieuwe ontwikkelingen mogen geen belemmering vormen voor de waterhuishou-
ding.
- Bij nieuwe ontwikkelingen dient het hemelwater afkomstig van ‘schoon’ afvoerend
oppervlak, waar mogelijk, geïnfiltreerd te worden.
Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
Croonen Adviseurs
48
9.1.2 Voortkomend uit wenselijke ruimtelijk beeld
Ruimtelijk
- Behoud historisch deel centrum in ruimtelijke zin, waaronder behoud van het karak-
ter van de bebouwing aan de historische linten.
- Behoud en versterking van de bestaande ruimtelijke structuren in het centrum,
waaronder de historische lintstructuur.
- Beschermen van de cultuurhistorische waarden die in Bergeijk aanwezig zijn.
- Behoud van de belangrijkste kenmerken van de bebouwingstypologie, dichtheid, si-
tuering, maatvoering en situering van gebouwen ten opzichte van de openbare weg.
- Mogelijkheden bieden voor de verdere ontwikkeling van het centrumgebied, waarbij
de eigen identiteit en de huidige karakteristieken van het gebied leidend zijn.
- Versterking van de ruimtelijke structuur door herstructurering van bepaalde locaties
die in ruimtelijk en functioneel opzicht niet meer voldoen. Onder andere door:
- toepassen van duidelijke (functionele) zonering in het centrumgebied;
- versterking van de marktplaats;
- ruimtelijke en functionele versterking van Hof-noord, Hof-zuid en Burgemeester
Magneestraat;
- herinrichting van de openbare ruimte.
- ontwikkeling van herstructureringslocaties in het centrumgebied.
- Groenelementen (bomen en groenplekken) behouden en waar mogelijk herstellen
volgens het Groenstructuurplan.
Functioneel
- Concentreren centrumfuncties (detailhandel, horeca, commerciële dienstverlening)
in het centrumgebied, met name aan het Hof en de Elsenhof.
- In het dorpscentrum menging van functies mogelijk maken, ten behoeve van het
behoud van de diversiteit en levendigheid in het gebied.
- Ruimte bieden voor functiewisseling en nieuwvestiging van centrumfuncties (detail-
handel, horeca, commerciële dienstverlening), zodat kansen worden geboden voor
de verdere ontwikkeling van het centrum.
- Behoud maatschappelijke functies in het plangebied.
9.2 Zoneringsvoorstel
De functionele uitgangspunten voor het bebouwde gebied zijn vertaald in een zone-
ringsvoorstel voor het plangebied. Het zoneringsvoorstel vormt de basis voor het be-
stemmingsplan. De zones die zijn aangegeven op de zoneringskaart zullen globaal de
bestemmingen vormen die op de verbeelding van het bestemmingsplan worden opge-
nomen. De zoneringskaart is opgenomen als bijlage.
In het bestemmingsplan ‘Centrum’ wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke uni-
formiteit tussen gebieden met dezelfde functie. Het aantal bestemmingen blijft hier-
door beperkt, wat de hanteerbaarheid van de plannen en de rechtsgelijkheid voor de
burger ten goede komt. Door middel van aanduidingen, zoals bouwvlakken, bouwhoog-
ten en typologieën kunnen bepaalde aspecten gedetailleerder worden geregeld.
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)
Def inv01 beg00047-01d (2)

Mais conteúdo relacionado

Semelhante a Def inv01 beg00047-01d (2)

camping 't Loo, vastgesteld
camping 't Loo, vastgesteldcamping 't Loo, vastgesteld
camping 't Loo, vastgesteldGabri de Jong
 
2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie
2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie
2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versieYana Van Tienen
 
Structuurvisie Amstelhoek
Structuurvisie AmstelhoekStructuurvisie Amstelhoek
Structuurvisie AmstelhoekAnne Haga
 
2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen
2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen
2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, HeerlenJacques Van Dinteren
 
Welstandsnota Kanaaloevers Haven
Welstandsnota Kanaaloevers HavenWelstandsnota Kanaaloevers Haven
Welstandsnota Kanaaloevers HavenNanda Sluijsmans
 
Ambitiedocument Coenen En Asselbergs
Ambitiedocument Coenen En AsselbergsAmbitiedocument Coenen En Asselbergs
Ambitiedocument Coenen En Asselbergsarnekeuning.nl
 
20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...
20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...
20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...Els Brouwers
 

Semelhante a Def inv01 beg00047-01d (2) (7)

camping 't Loo, vastgesteld
camping 't Loo, vastgesteldcamping 't Loo, vastgesteld
camping 't Loo, vastgesteld
 
2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie
2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie
2016-04-26_Centrumomgeving richtinggevend kader_laatste versie
 
Structuurvisie Amstelhoek
Structuurvisie AmstelhoekStructuurvisie Amstelhoek
Structuurvisie Amstelhoek
 
2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen
2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen
2010 - Masterplan herstructurering De Beitel, Heerlen
 
Welstandsnota Kanaaloevers Haven
Welstandsnota Kanaaloevers HavenWelstandsnota Kanaaloevers Haven
Welstandsnota Kanaaloevers Haven
 
Ambitiedocument Coenen En Asselbergs
Ambitiedocument Coenen En AsselbergsAmbitiedocument Coenen En Asselbergs
Ambitiedocument Coenen En Asselbergs
 
20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...
20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...
20 jaar RSV. Een terugblik op 20 jaar werken met het RSV. Philippe Van Wesenb...
 

Def inv01 beg00047-01d (2)

  • 1. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk
  • 2.
  • 3. Postbus 435 – 5240 AK Rosmalen T (073) 523 39 00 – F (073) 523 39 99 E info@croonen.nl – I www.croonenadviseurs.nl Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Datum: 10 november 2010 Projectgegevens: INV01-BEG00047-01D TEK01-BEG00047-11B TEK01-BEG00047-12B TEK01-BEG00047-13B TEK01-BEG00047-14B TEK01-BEG00047-15B TEK01-BEG00047-16B TEK01-BEG00047-17B
  • 4.
  • 5. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs Inhoud 1 Inleiding 1 1.1 Algemeen 1 1.2 Doel inventarisatie en analyse 1 1.3 Inhoud van het rapport 2 2 Afbakening plangebied 3 2.1 Planbegrenzing 3 2.2 Vigerende bestemmingsplannen 4 3 Ruimtelijke structuur 5 3.1 Ruimtelijke opbouw 5 3.2 Karakteristieken van het centrumgebied 7 3.3 Archeologische en (cultuur)historische waarden 11 4 Functionele structuur 15 4.1 Functies bebouwd gebied 15 4.2 Functies onbebouwd gebied 18 5 Analyse en waardering 21 5.1 Analyse en waardering ruimtelijke structuur 21 5.2 Analyse en waardering functionele structuur 22 6 Bevolkingsontwikkeling en beleid 25 6.1 Bevolkingsontwikkeling 25 6.2 Woonbeleid 25 6.3 Beleid centrumgebied 31 6.4 Voorzieningen 35 6.5 Verkeer 35 7 Inbreiding en herstructurering 37 7.1 Mogelijke inbreidings- en herstructureringslocaties 37
  • 6. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 8 Milieuhygiënische aspecten 39 8.1 Wet geluidhinder 39 8.2 Bedrijvigheid 39 8.3 Bodem 41 8.4 Riolering en waterhuishouding 41 8.5 Externe veiligheid 42 8.6 Natuur 43 8.7 Luchtkwaliteit 44 8.8 Archeologie 45 9 Ruimtelijke en functionele uitgangspunten voor het bestemmingsplan 47 9.1 Uitgangspunten en randvoorwaarden 47 9.2 Zoneringsvoorstel 48 10 Procedures 51 10.1 Inventarisatienotitie 51 10.2 Bestemmingsplan 51 Bijlagen: - Bijlage 1: inventarisatiekaarten - Bebouwingstypologie - Goothoogte - Groen- en speelvoorzieningen - Functies - Verkeer - Monumenten - Bijlage 2: zoneringskaart
  • 7. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 1 1 Inleiding 1.1 Algemeen De gemeente Bergeijk is al een aantal jaren bezig om de bestemmingsplannen in de kernen en het buitengebied te actualiseren en te digitaliseren. Uitgangspunt is om op 1 januari 2013 te beschikken over actuele bestemmingsplannen, die voldoen aan de eisen van de Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening. Eén van de aanleidingen voor het actualiseren van de bestemmingsplannen is de lappendeken aan vigerende bestemmingsplannen die voor de bebouwde kom van Bergeijk gelden. Het doel van de nieuwe bestemmingsplannen is het bieden van een eenduidige en uni- forme juridische regeling voor het toegestane gebruik en de toegestane bebouwing binnen het plangebied. Voorafgaand aan het opstellen van de nieuwe bestemmingsplannen voor de bebouwde kom van Bergeijk is een uitgebreide inventarisatie verricht (2003). Hierbij heeft een veldinventarisatie van de gehele kern plaatsgevonden, waarna de ruimtelijk-functionele situatie in beeld is gebracht. Dit alles is, samen met een inventarisatie van het vigerend beleid, vastgelegd in de ‘Startnotitie actualisering bestemmingsplannen Kom Bergeijk’ (2003), die de gehele kern Bergeijk betreft. In augustus 2009 is de veldinventarisatie uit 2003 voor wat betreft het deelgebied Centrum geactualiseerd. Deze actuele inven- tarisatie vormt de basis van voorliggend inventarisatierapport, waarin de ruimtelijke en functionele situatie in het centrumgebied van Bergeijk in beeld is gebracht. Daarnaast wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingsmogelijkheden binnen het plange- bied. 1.2 Doel inventarisatie en analyse Voorliggend inventarisatie- en analyserapport geeft een totaaloverzicht van de relevan- te ruimtelijke en functionele aspecten in het centrumgebied van Bergeijk. Het rapport dient als basis voor het op te stellen bestemmingsplan ‘Centrum Bergeijk’. Het be- stemmingsplan zal een procedure doorlopen waarin bewoners, omwonenden, belang- hebbenden en overheids- en aanverwante instanties kunnen inspreken. Het eindresul- taat is een bestemmingsplan waarin de weging van alle aspecten en belangen heeft plaatsgevonden en dat na inwerkingtreding in uitvoering kan worden genomen. In het bestemmingsplan ‘Centrum Bergeijk’ zal voor een groot deel van het plangebied de bestaande situatie worden vastgelegd (beheer). Daarnaast zullen op een aantal lo- caties mogelijk nieuwe ontwikkelingen worden toegestaan of zal worden gekozen voor een flexibele regeling die uitwisseling van functies in het centrumgebied mogelijk maakt. Voorliggende rapportage bevat een inventarisatie en analyse van de bestaande situatie. In het kader van het bestemmingsplan zullen, aan de hand van de inventarisa- tie en analyse, keuzes worden gemaakt met betrekking tot de gewenste flexibiliteit en de beoogde ontwikkelingsmogelijkheden in het centrumgebied.
  • 8. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 2 1.3 Inhoud van het rapport In hoofdstuk 2 worden de ligging van het plangebied en de vigerende bestemmings- plannen beschreven. Hoofdstuk 3 bevat een beschrijving van de ruimtelijke structuur via de karakteristieken van het centrumgebied. Vervolgens wordt in hoofdstuk 4 de functionele structuur in het plangebied beschreven. In hoofdstuk 5 is een analyse en waardering van de ruimtelijke en functionele structuur opgenomen. Hoofdstuk 6 bevat een overzicht van het relevante beleid. In hoofdstuk 7 worden de mogelijke inbreidings- en herstructureringslocaties beschreven. Daarna worden in hoofdstuk 8 de milieuhygi- enische aspecten met betrekking tot de ontwikkelingen in het plangebied beschreven. Hoofdstuk 9 geeft de ruimtelijke en functionele uitgangspunten voor het bestem- mingsplan. In dit hoofdstuk wordt ook een globale zonering van de bestemmingen aan- gegeven. Straatnamen in en rond het plangebied met globale plangrens (bron: maps.bing.com)
  • 9. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 3 2 Afbakening plangebied 2.1 Planbegrenzing De kom van Bergeijk is verdeeld in zes deelgebieden: Centrum, Bedrijventerreinen, Woonbos/Hooge Berkt, ’t Loo, Woongebieden Oost en Woongebieden West. Inmiddels zijn voor de deelgebieden Woongebieden Oost en Woongebieden West nieuwe be- stemmingsplannen in werking. Voor de andere gebieden worden/zijn bestemmings- plannen in procedure gebracht. Het plangebied Centrum is aangegeven op de afbeelding ‘Begrenzing plangebied’. Het plangebied grenst in het noorden aan het buitengebied. Ten westen, ten zuiden en ten oosten van het plangebied liggen de woongebieden van Bergeijk. De grens van het deelgebied Centrum sluit aan op de grenzen van de bestemmingsplannen ‘Woongebie- den West’, ‘Woongebieden Oost’ (beide in werking) en ‘Woonbos/Hooge Berkt en om- geving’ (in voorbereiding). Centraal in het plangebied ligt het Hof, waarlangs een belangrijk deel van de centrum- voorzieningen van Bergeijk zich bevindt. Binnen de grenzen van het plangebied bevin- den zich daarnaast onder meer het marktplein met de beeldbepalende St. Petruskerk, het plein aan de westzijde van het Hof met de kerktoren van de inmiddels gesloopte kerk, Theater de Kattendans, zorgcentrum Hofhuys en het gebied rond het Teutenhuis en basisschool Prinses Beatrix. Begrenzing plangebied
  • 10. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 4 2.2 Vigerende bestemmingsplannen Voor het plangebied vigeren het bestemmingsplan ‘Centrum’ en diverse herzieningen van dit bestemmingsplan. Het bestemmingsplan ‘Centrum’ is op 24 februari 1983 vastgesteld door de gemeenteraad en op 18 april 1984 goedgekeurd door Gedepu- teerde Staten. In de volgende tabel zijn de vaststellings- en goedkeuringsdata van de diverse herzieningen opgenomen. Bestemmingsplan Vaststelling Goedkeuring 1e herziening Centrum 28 april 1988 3 augustus 1988 2e herziening Centrum 25 mei 1989 14 september 1989 3e herziening Centrum 31 mei 1990 24 september 1990 4e herziening Centrum 1 juli 1993 14 september 1993 5e herziening Centrum 1 juli 1993 7 februari 1994 Herziening 1 v/d 5e herziening 6 juli 1995 28 januari 1996 6e herziening Centrum 30 juni 1994 4 oktober 1994 7e herziening Centrum 25 april 1996 15 juli 1996 8e herziening Centrum 31 oktober 1996 30 januari 1997 9e herziening Centrum 26 september 1997 29 januari 1998 10e herziening Centrum 17 december 1998 23 maart 1999 6e herziening Hoek-Oost 23 juli 1998 12 oktober 1998 Er is sprake van een grote hoeveelheid vigerende bestemmingsplannen, waarin vaak verouderde regelingen zijn opgenomen. Hierdoor bestaat de behoefte aan een actueel bestemmingsplan voor het centrumgebied, dat beter dan de nu vigerende plannen aansluit bij de gewenste ontwikkeling van de kern.
  • 11. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 5 3 Ruimtelijke structuur In dit hoofdstuk wordt de ruimtelijke structuur van het centrum van Bergeijk beschre- ven. Door middel van een veldbezoek (augustus 2009), fotografische inventarisatie en bestudering van kaartmateriaal is een beeld gevormd van de ruimtelijke structuur van het plangebied. Daarnaast is gebruik gemaakt van de analyse van het centrumgebied die is opgenomen in de ‘Centrumvisie Bergeijk’ (2003). Allereerst wordt ingegaan op de ruimtelijke opbouw van het gebied, waarbij onder meer aandacht wordt besteed aan de historische ontwikkeling. Daarnaast wordt de huidige ruimtelijke structuur beschreven, waarbij de verkeersstructuur en de groenstructuur een belangrijke rol spelen. Ook wordt aandacht besteed aan de verschillende bebou- wingstypologieën. Tenslotte worden in dit hoofdstuk de aanwezige cultuurhistorische elementen in beeld gebracht. Als bijlage zijn de kaarten ‘bebouwingstypologie’, ‘goot- hoogte’ en ‘monumenten’ opgenomen. 3.1 Ruimtelijke opbouw 3.1.1 Historische ontwikkeling Geomorfologische ondergrond De gemeente Bergeijk ligt op de Brabantse zandgebieden, waarin oude aardbreuken de ontwikkeling van het landschap hebben beïnvloed. De geomorfologische structuur wordt gekenmerkt door de zuidwest-noordoostgerichte beken en de daartussen gele- gen hogere dekzandruggen of terrasafzettingen. Een uitzondering hierop wordt ge- vormd door de Aa/Goorloop, die in noordwestelijke richting in de Beerze uitstroomt. De overige beken betreffen de Keersop, met diverse bovenlopen ten zuidoosten van de kern Bergeijk, en de Run, ten noordwesten van de kern Bergeijk, die beide in de Dom- mel uitstromen. De beken liggen in smalle dalvormige laagten en vormen over het al- gemeen rechte lijnen, die zich niet duidelijk onderscheiden in het heideontginnings- landschap. Dekzandruggen en stuifduincomplexen hebben een rug gevormd waarop de kernen Bergeijk, Westerhoven en Riethoven liggen. Een tweede dekzandrug bevindt zich aan de westzijde van Weebosch. Met name in het zuidwesten van de gemeente komen de dekzandruggen in de landschapsstructuur tot uiting door de aanwezigheid van beslo- ten boscomplexen en natuurgebieden. Direct ten zuiden van Bergeijk is het beekdal- systeem van de Keersop herkenbaar. Dit gebied bestaat overwegend uit terrasafzet- tingsvlakten, die deel uitmaken van de afzettingsvlakten langs de (bovenlopen van) de Keersop, ten zuiden van Luyksgestel en Bergeijk.
  • 12. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 6 Ontwikkeling Bergeijk De kern Bergeijk heeft zich ontwikkeld op de dekzandrug aan de noordzijde van de Keersop. Rond 1890, toen Bergeijk als kern vorm begon te krijgen, bestond de bebou- wing grotendeels uit lintbebouwing. De belangrijkste bebouwingslinten waren de Meester Pankenstraat en het Eykereind, de Burgemeester Magneestraat en het lint tussen Westerhoven en ‘t Loo (Eykereind, Lijnt, Hoek, Broekstraat en Loo). Het Hof is in deze periode al herkenbaar als een clus- ter van bebouwing. Hier bevond zich destijds al het centrum van Bergeijk, met de St. Petruskerk aan het kenmerkende driehoekige marktplein. Bergeijk werd destijds gro- tendeels omgeven door open gebieden die voornamelijk in gebruik waren als bouw- land. Op enige afstand ten zuiden van het bebouwingslint, in het beekdal van de Keersop, bevonden zich de weidegronden. Ten noorden en noordoosten van het dorp waren bosgebieden gesitueerd. Bebouwingslinten met globale aanduiding centrumgebied Bergeijk rond 1900
  • 13. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 7 In de periode tot aan de Tweede Wereldoorlog vonden in Bergeijk slechts beperkte ontwikkelingen plaats. In de eerste helft van de twintigste eeuw groeide de kern voor- namelijk door verdichting van de bebouwing langs de bestaande dorpslinten. Daar- naast werden enkele wegen achter de oorspronkelijke linten, zoals de Dokter Raupp- straat en de Prinses Marijkestraat, bebouwd. Vanaf 1950 vonden in Bergeijk groot- schaligere ontwikkelingen plaats en werd het dorp verder uitgebreid. Vanuit het cen- trumgebied (‘Het Hof’) groeide de kern naar alle windrichtingen uit. Naast de realisatie van projectmatige uitbreidingen werden ook de open gebieden tussen de historische bebouwing aan de dorpslinten bebouwd. De lintbebouwing heeft als basis gediend voor de uitbreidingen. Tussen de linten zijn in de huidige situatie woongebieden te vinden uit verschillende tijdsperioden. Ontwikkeling centrumgebied De ontwikkeling van het centrumgebied van Bergeijk (‘Het Hof’) is in de periode tot aan de Tweede Wereldoorlog beperkt tot verdichting van de bebouwing langs de dorpslin- ten. In de periode rond 1950 zijn de gebieden tussen de dorpslinten nog grotendeels onbebouwd en zijn deze in gebruik als agrarisch gebied. Na de jaren 50 is het dorps- centrum steeds compacter geworden. Tussen de historische kleinschalige bebouwing, die onder andere aan het noordelijke Hof nog zichtbaar is, zijn recentere nieuwbouw- projecten gerealiseerd. Er hebben zowel kleinschalige als grootschaligere ontwikkelin- gen plaatsgevonden. Door het grote aantal ontwikkelingen in de tweede helft van de 20e eeuw is het karakter van het gebied veranderd. Het historische stratenpatroon is door de ontwikkelingen echter nauwelijks aangetast, waardoor dit in de huidige situatie nog een belangrijke drager voor het gebied vormt. Er is sprake van een gevarieerd be- bouwingsbeeld, waarin historische en meer recente panden en kleinschalige en groot- schalige bebouwing elkaar afwisselen. Ook ten tijde van het opstellen van voorliggende notitie worden verschillende locaties in het centrumgebied en in de directe omgeving ervan herontwikkeld. In de volgende paragrafen worden de karakteristieken van het centrumgebied be- schreven. De inventarisatiekaarten (functies, groen- en speelvoorzieningen, bebou- wingstypologie, goothoogte, verkeer en monumenten) zijn als bijlage opgenomen. 3.2 Karakteristieken van het centrumgebied 3.2.1 Ruimtelijke opbouw De kern Bergeijk heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld tot een compacte kern, ge- legen in een open, agrarisch en natuurrijk buitengebied. De ruimtelijke structuur van Bergeijk wordt in belangrijke mate bepaald door de historische bebouwingslinten. Kenmerkend voor de linten is de grote variatie aan bebouwing en functies. In de loop der jaren is het beeld van de dorpslinten doorlopend aan verandering onderhevig ge- weest, door herstructurering van bebouwde percelen en door de opvulling van open plekken met bebouwing. In het centrum van Bergeijk bevindt zich de kenmerkende driehoekige marktplaats.
  • 14. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 8 Vanuit dit plein waaieren bebouwingslinten uit in verschillende richtingen. Naast het Hof zijn dat de Molenakkers, de Burgemeester Magneestraat, de Nieuwstraat, de Kerk- straat en de Dokter Rauppstraat. De belangrijkste stedenbouwkundige dragers van het centrumgebied zijn het straten- patroon, de groenstructuur, de bebouwingswanden en de aanwezige markante gebou- wen. In combinatie met de functionele opbouw van het centrumgebied (wonen, win- kels, horeca, voorzieningen) bepalen deze dragers de uitstraling en sfeer van het cen- trum. Het Hof loopt door het plangebied en is de belangrijkste straat binnen het cen- trumgebied van Bergeijk. In zuidelijke richting loopt het centrumgebied door in de Bur- gemeester Magneestraat. In het zuidwesten en het zuidoosten gaat het centrumgebied over in de woongebieden van Bergeijk. Ook ten noordwesten van het centrumgebied bevindt zich een woonbuurt. Rondom het centrum bevinden zich daarnaast enkele gro- tere groengebieden: aan de Nieuwstraat, aan weerszijden van de Domineestraat (rond het Teutenhuis en de basisschool) en ten noorden van het Hof, waar het buitengebied op korte afstand van het centrum is gesitueerd. 3.2.2 Bebouwingskarakteristiek De bebouwingswanden bepalen voor een belangrijk deel de sfeer in het centrumgebied van Bergeijk. In het centrumgebied zijn de meeste bebouwingswanden gesloten. Aan het Hof ontbreken voortuinen, waardoor de bebouwing over het algemeen direct aan de weg staat. De diversiteit in verschijningsvorm is groot, met name dankzij de afwisse- ling tussen bebouwing uit verschillende perioden en een afwisseling in maat en schaal. Ruimtelijke opbouw Bergeijk
  • 15. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 9 Aan het deel van het Hof tussen de Eerselsedijk en de Nieuwstraat staan relatief veel historische panden, waardoor dit één van de meest karakteristieke bebouwingswanden van het centrum vormt. Een uitzondering op het gesloten straatbeeld binnen het centrumgebied wordt gevormd door de Burgemeester Magneestraat, waar sprake is van vrijstaande woningen op rui- mere percelen. Dit deel van het centrumgebied valt grotendeels buiten de grens van het plangebied van deze inventarisatienotitie. Opvallende elementen in de bebou- wingsstructuur van de Burgemeester Magneestraat zijn het gemeentehuis en het oude raadshuis (die wel deel uitmaken van het plangebied). In tegenstelling tot het gesloten karakter van de bebouwingslinten, is op een aantal locaties in het plangebied sprake van een open bebouwingsstructuur, waar de (vrijstaande) gebouwen minder dicht op- een staan. Het betreft met name het gebied rond Theater de Kattendans en zorgcen- trum Hofhuys en het gebied rond het Teutenhuis en de basisschool. Omdat de linten gedurende hun ontstaan steeds dichter bebouwd raakten, moesten uitbreidingen noodgedwongen naar achteren plaatsvinden, waardoor op veel plekken sprake is van diepe percelen en gebouwen. In het centrum zijn, achter de historische linten, ook enkele kleine woonbuurten ontstaan. Deze woonbuurten maken geen on- derdeel uit van het plangebied. Het materiaal- en kleurgebruik en de detaillering van de woningen in de woonbuurten zijn afhankelijk van de ontstaansperiode. De maat en schaal van de bebouwing in het centrumgebied varieert. Naast kleinschali- ge lintbebouwing komen enkele grotere complexen voor, in de vorm van maatschappe- lijke voorzieningen (zorgcentrum, theater, gemeentehuis) en appartementengebouwen, die gecombineerd zijn met centrumfuncties (detailhandel, dienstverlening, horeca) op de begane grond. De goot- en bouwhoogte van de bebouwing in het plangebied is di- vers. Op een aantal locaties, met name in het woongebied ten oosten van de markt- plaats, staan woningen met een goothoogte van minder dan 4 meter. De goothoogte van de (lint)bebouwing aan het Hof varieert tussen de 4 en 9 meter. Enkele panden zijn hoger. Het betreft met name de bebouwing aan de Elsenhof (vier bouwlagen), het ge- meentehuis met het daaraan vastgebouwde appartementengebouw aan het Raad- huishof, de St. Petruskerk en de bebouwing van het zorgcentrum Hofhuys (tot vier bouwlagen hoog). Verschillende bebouwingstypologieën: appartementen boven centrumfuncties en grondgebonden woningen
  • 16. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 10 3.2.3 Groen De dorpslinten in Bergeijk hebben over het algemeen een stenig, maar dorps karakter. Op sommige plekken zijn bomen geplant of groenvoorzieningen aangelegd. De aanwe- zige groenplekken in de kern zijn over het algemeen op zichzelf staande plekken in de wijken, die niet met elkaar in verbinding staan. In Bergeijk zijn wel op verschillende plekken fragmenten van bomenrijen aanwezig die een bijdrage leveren aan het groene karakter. Daarnaast is er door de historische opbouw een sterke relatie met het bui- tengebied. Ondanks het stenige karakter van de linten in het centrum is er een redelijke hoeveel- heid aan groen, in de vorm van (laan)beplanting in het straatprofiel, te vinden. Naast deze beplanting is rond het centrumgebied een aantal groene plekken gesitueerd. Rond het Teutenhuis en de basisschool zijn groene, open velden gelegen. Deze vel- den/weiden zijn in gebruik bij particulieren, de aangrenzende school en als openbare speelweide. Het voormalige hotel Beukenhof, dat is gevestigd in een monumentaal pand, heeft een parkachtige tuin. Ook aan de westzijde van het centrumgebied, aan de Nieuwstraat, is een groene plek aanwezig. Tenslotte liggen aan de noordzijde van het plangebied, ten noorden van de route Hof - Eerselsedijk, de bossen op korte afstand van het bebouwde gebied van Bergeijk. Aan de Riethovensedijk, buiten het plangebied, bevinden zich Weverij de Ploeg (een rijksmonument, architect Gerrit Rietveld) en het Ploegpark (tuin- en landschapsarchitect Mien Ruys). Op de hoek van de Riethovense- dijk en het Hof bevindt zich een door Rietveld ontworpen straatklok. In combinatie met de groene terreininrichting rond het zorgcentrum en Theater de Kattendans heeft dit deel van het plangebied een groene uitstraling. 3.2.4 Openbare ruimte De openbare ruimte in het centrum van Bergeijk bestaat voornamelijk uit verkeersruim- te en parkeergelegenheid. Langs het Hof komt weliswaar (structuurbepalend) groen voor, maar de openbare ruimte is hier voor een groot deel in gebruik als verkeersruimte en parkeergelegenheid. De marktplaats is een duidelijk begrensde pleinruimte, die centraal in het centrumgebied ligt. Op dit plein komen de belangrijkste straten bij el- kaar. De driehoekige ruimte is omgeven door nagenoeg gesloten bebouwingswanden met een verscheidenheid aan bebouwing en is voor een groot deel ingericht als par- keerterrein/marktplaats. Sportveld in de omgeving van de Beatrixschool en open ruimte ten zuiden van het Teutenhuis
  • 17. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 11 Langs de randen van het parkeerterrein staan bomen. Aan de zuidzijde van de markt- plaats staat de St. Petruskerk, met ten zuiden daarvan de groen ingerichte begraaf- plaats. Ten westen van de marktplaats, aan de Elsenhof, bevindt zich een tweede pleinruimte. Beeldbepalend voor deze ruimte zijn de gevel van het appartementenge- bouw en de vrijstaande klokkentoren. Door de architectuur en de stenige inrichting heeft dit plein een stedelijke uitstraling. De Burgemeester Magneestraat heeft een dorps karakter, wat wordt veroorzaakt door de relatief brede straat en de aanwezigheid van karakteristieke panden uit verschillen- de perioden. In het oostelijk deel van het plangebied liggen het Sterrepad en de Domi- neestraat. Het Sterrepad is ingericht als woonstraat, maar is ook gedeeltelijk in gebruik als parkeerruimte. De Domineestraat is een smalle weg die tussen de beboste tuin rond het voormalige hotel Beukenhof en de open groene ruimte ten zuiden van het Teutenhuis ligt. De openbare ruimte in het centrumgebied heeft naast een verkeersfunctie ook een verblijfsfunctie. Dit komt terug in de inrichting van de openbare ruimte, die wordt ge- kenmerkt door klinkerbestrating die zowel voor de rijbaan als de trottoirs is toegepast. De route Eerselsedijk - Hof is voorzien van een asfaltverharding. 3.3 Archeologische en (cultuur)historische waarden De bebouwde kom van Bergeijk heeft een rijke historie. Er zijn dan ook vele (cul- tuur)historische en archeologische elementen aanwezig in de kern. De structuur van de kern wordt bepaald door verschillende bebouwingslinten. De linten Eykereind - Meester Pankenstraat - Hof - Burgemeester Magneestraat, Eykereind - Lijnt - Hoek - Broekstraat - Loo en Molenakkers - Ekkerstraat zijn wegen van historische betekenis die nu nog een duidelijk structurerende werking hebben. Andere elementen die van (cultuur)historische betekenis zijn, zijn de Standerdmolen die al vanaf het centrum zichtbaar is, de Nederlands Hervormde kerk (Napoleonskerk) aan de Domineestraat, de St. Petruskerk aan het Hof en de diverse historische panden in het centrumgebied. Marktplein aan het Hof en pleinruimte aan de Elsenhof
  • 18. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 12 3.3.1 Archeologische waarden In de gemeente Bergeijk liggen relatief grote gebieden met hoge of middelhoge indica- tieve archeologische waarden. Er zijn elf archeologische monumenten die via de Mo- numentenwet beschermd worden vanwege de zeer hoge archeologische waarde. Dit zijn voornamelijk restanten van grafheuvels en urnenvelden uit de Late Nieuwe Steen- tijd (3500-2100 v. Chr.), de Bronstijd (2100-700 v. Chr.) en de IJzertijd. In het plange- bied Centrum liggen geen archeologische monumenten. Raadpleging van de cultuurhistorische waardenkaart leert dat een groot deel van het gebied binnen de bebouwde kom niet gekarteerd is. Het is mogelijk dat er binnen dit gebied, naast de bekende archeologische monumenten, nog onbekende archeologi- sche vindplaatsen liggen. Bij ontwikkelingen binnen de kern dient rekening te worden gehouden met de aanwe- zigheid van de hiervoor vermelde (cultuur)historische en archeologische (verwach- tings)waarden. Het noordelijk deel van plangebied Centrum heeft volgens de cultuur- historische waardenkaart een hoge of middelhoge archeologische verwachtingswaar- de. Het grootste deel van het plangebied heeft een onbekende archeologische ver- wachtingswaarde. Momenteel wordt gemeentelijk beleid geformuleerd op het gebied van archeologie. Naar verwachting wordt dit beleid, met de bijbehorende kaarten, eind 2010 vastgesteld door de gemeenteraad. 3.3.2 (Cultuur)historische waarden De in de gemeente Bergeijk aanwezige kerken, molens en boerderijen verwijzen naar een veelomvattende geschiedenis. Een mooi voorbeeld hiervan is de St. Petruskerk te Bergeijk; een gotische kruiskerk zonder toren. De toren is in 1650 ingestort en nooit meer herbouwd. Voor deze kerk bevindt zich een onlangs gerestaureerde klokkenstoel genaamd het Luihuis. Uitsnede Cultuurhistorische Waardenkaart provincie Noord-Brabant
  • 19. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 13 Het Luihuis werd in 1669 gebouwd ter vervanging van de ingestorte toren. Hoewel er vroeger meer van zulke klokkenstoelen voorkwamen in Noord-Brabant, zijn de meeste ervan verdwenen zodat deze als uniek kan worden beschouwd. In het plangebied bevinden zich vier rijksmonumenten en twee gemeentelijke monu- menten. Deze monumenten zijn aangeduid op de kaart ‘monumenten’ die als bijlage is opgenomen. De volgende panden hebben een status als rijksmonument: - een langgevelboerderij aan de Domineestraat 8A; - de protestantse Napoleonskerk aan de Domineestraat 10; - de rooms-katholieke St. Petruskerk, het Luihuis en de Maarschalkerweerdorgel aan het Hof 12; - Het raadhuis aan de Burgemeester Magneestraat 1. In het plangebied komen daarnaast de volgende gemeentelijke monumenten voor: - winkelwoonhuis/fabriek aan het Hof 41-43; - voormalige hotel Beukenhof aan het Hof 154. In de tuin van het voormalige hotel Beukenhof staat een boom uit de periode 1850- 1860, die op de Cultuurhistorische Waardenkaart als ‘monumentale boom’ is aange- duid.
  • 20. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 14
  • 21. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 15 4 Functionele structuur In dit hoofdstuk wordt de functionele structuur van het centrum van Bergeijk beschre- ven. Door middel van veldbezoek (augustus 2009) en bestudering van de bedrijvenlijst en kaartmateriaal is de functionele structuur van het gebied in beeld gebracht. Op de bijlagekaart ‘functies’ zijn de in het gebied aanwezige niet-woonfuncties aangegeven (peildatum augustus 2009). 4.1 Functies bebouwd gebied Het centrumgebied van Bergeijk is functioneel gezien een gemengd gebied. Naast de woonfunctie komen in het plangebied diverse andere functies voor: 1 detailhandel; 2 dienstverlening; 3 horeca; 4 maatschappelijke voorzieningen; 5 religieuze gebouwen; 6 cultuur en ontspanning. Op een aantal locaties komen bovenstaande functies voor in combinatie met de woon- functie. Zo zijn aan het Hof boven de winkels, dienstverlenende bedrijven en horeca- vestigingen in veel gevallen woningen aanwezig. Ook aan het Elsenhof zijn apparte- menten boven de winkels gesitueerd. De appartementen aan het Raadhuishof bevin- den zich in hetzelfde gebouw als het gemeentehuis. Aan de achterzijde van de panden aan het Hof komen voornamelijk grondgebonden woningen voor, die deel uitmaken van de woongebieden rond het centrumgebied. Hierna worden de verschillende niet- woonfuncties in het centrum beschreven. 4.1.1 Detailhandel Het detailhandelsaanbod in de gemeente Bergeijk heeft grotendeels een lokale functie. De kern Bergeijk heeft een streekfunctie in een beperkt gebied. Voor de dagelijkse be- hoeften maken de inwoners van Bergeijk gebruik van de winkels in het centrumgebied. Het kernwinkelgebied van kern Bergeijk bestaat uit de straten Hof en Elsenhof. Hier is sprake van een gesloten winkelfront. In de Burgemeester Magneestraat is een mix van wonen en winkels aanwezig. Deze straat is zeer langgerekt qua winkelfunctie maar het ‘centrum’ houdt op bij de Elsenhof. De belangrijkste detailhandelsvoorzieningen (dage- lijks en niet-dagelijks) zijn geconcentreerd aan het Hof. Ook aan de uitlopers van het centrum(winkel)gebied, zoals de Burgemeester Magneestraat, Meester Pankenstraat en Molenakkers, komt enige vorm van detailhandel voor. In het plangebied is zowel dagelijkse als niet-dagelijkse detailhandel gevestigd. De weekmarkt wordt gehouden op het plein voor de St. Petruskerk.
  • 22. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 16 4.1.2 (Commerciële) dienstverlening In enkele panden aan het Hof zijn dienstverlenende bedrijven gevestigd. Deze bedrij- ven zijn gericht op het verlenen van commerciële diensten aan klanten, waarbij het pu- bliek rechtsreeks te woord wordt gestaan en geholpen (dit in tegenstelling tot kantoren, waar het publiek niet of slechts ondergeschikt te woord wordt gestaan). Onder dit be- grip vallen onder ander videotheken, reisbureaus, kappersbedrijven, postagentschap- pen en makelaars. 4.1.3 Horeca Het grootste deel van de Bergeijkse horeca is gevestigd in het centrum. De horecaves- tigingen bevinden zich zowel aan het driehoekige marktplein voor de St. Petruskerk als langs het Hof. In het centrumgebied zijn diverse horecabranches gevestigd: er bevin- den zich cafés, cafetaria’s, restaurants en muziekcafés/discotheken. De terrassen van de horecagelegenheden zijn gesitueerd op het plein voor de St. Petruskerk en aan het Hof. 4.1.4 Maatschappelijke voorzieningen Onder maatschappelijke voorzieningen worden onder andere verstaan: gemeenschap- huizen, scholen, artsen, bibliotheken, verzorgingstehuizen en musea. Het bloeiende verenigingsleven in de gemeente Bergeijk maakt veelvuldig gebruik van de voorzienin- gen in de kernen. In het centrum van Bergeijk bevindt zich een groot aantal maat- schappelijke voorzieningen. In het plangebied zijn de volgende maatschappelijke voor- zieningen te vinden: - het gemeentehuis; - een basisschool (basisschool Prinses Beatrix); - een zorgcentrum (zorgcentrum Hofhuys); - een bezoekerscentrum (het Teutenhuis), in combinatie met een museum (Eicha Museum), de VVV, de Heemkundekring en de Stichting Promotie Bergeijk; - een politiebureau. De maatschappelijke voorzieningen zijn verspreid over het centrumgebied. Het ge- meentehuis en het politiebureau zijn gesitueerd aan de Burgemeester Magneestraat, in het zuidwestelijk deel van het plangebied. Horecagelegenheden in het plangebied
  • 23. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 17 Het zorgcentrum bevindt zich langs de noordelijke rand van het centrum. Het Teuten- huis en de basisschool zijn in het oostelijk deel van het plangebied gevestigd. 4.1.5 Religieuze gebouwen In het plangebied bevinden zich twee kerken. De rooms-katholieke St. Petruskerk (of Hofkerk) is een gotische kruiskerk met een klein kruistorentje. De oorspronkelijk toren is in 1650 ingestort en nooit meer herbouwd. Na de Tweede Wereldoorlog werd een nieuwe, grotere katholieke kerk gebouwd op de Elzenhof. De St. Petruskerk heeft leeg- gestaan van 1965 tot 1994. In de jaren 70 van de twintigste eeuw werd deze kerk tot rijksmonument verklaard en gerestaureerd. Ze werd aanvankelijk slechts voor bijzon- dere diensten gebruikt, maar toen het aantal kerkgangers verminderde heeft men de Hofkerk weer als parochiekerk in gebruik genomen en is de nieuwe kerk, op de toren na, gesloopt. De protestantse Napoleonskerk bevindt zich aan de Domineestraat en is, evenals de St. Petruskerk, een rijksmonument. 4.1.6 Cultuur en ontspanning In het noordelijk deel van het plangebied, aan de Eerselsedijk, is Theater de Katten- dans gesitueerd. Dit theater heeft naast een lokale ook een regionale betekenis. Gemeentehuis Basisschool Prinses Beatrix St. Petruskerk Napoleonskerk
  • 24. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 18 4.2 Functies onbebouwd gebied 4.2.1 Verkeers- en verblijfsruimten In deze paragraaf worden kort de verschillende verkeers- en verblijfsruimten beschre- ven. Op de bijlagekaart ‘verkeer’ zijn deze ruimten onderscheiden. Gemotoriseerd verkeer Binnen de kern Bergeijk zijn de route Eykereind - Lijnt - Hoek - Broekstraat - Loo (tussen Westerhoven en Luyksgestel), de route Kennedylaan - Churchilllaan - Nieuwstraat - Van Beverwijkstraat - Eerselsedijk - Hof - Meester Pankenstraat - Eykereind en de Stöks- kesweg (tot aan bedrijventerrein Waterlaat) als gebiedsontsluitingswegen de belang- rijkste verbindingen. Een aantal van deze gebiedsontsluitingswegen loopt door het cen- trumgebied. De route Meester Pankenstraat - Hof - Eerselsedijk is aan te merken als regionale ont- sluitingsweg. In het Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP) zijn de Meester Pankenstraat en het Hof aangemerkt als gebiedsontsluitingsweg binnen de bebouwde kom (50 km/h). De Eerselsedijk is aangemerkt als erftoegangsweg buiten de bebouw- de kom (60 km/h). Deze weg vormt in noordelijke richting de verbinding met Eersel en de A67. In oostelijke richting sluit deze route aan op het Eykereind, die de verbinding vormt met Valkenswaard en de N613 en N397. De Van Beverwijkstraat, die aansluit op de Nieuwstraat, kan worden gekarakteriseerd als gebiedsontsluitingsweg. De overige wegen in het plangebied hebben een functie als woon- of winkelstraat. Langzaam verkeer In het plangebied is de route Hof - Eerselsedijk voorzien van fietssuggestiestroken en deels van vrijliggende fietspaden. Ook in de Van Beverwijkstraat zijn fietssuggestiestro- ken aanwezig. Op de overige wegen maken fietsers gebruik van de rijbaan. In het GVVP is verbetering van de fietsvoorzieningen langs de Meester Pankenstraat en de Van Be- verwijkstraat voorzien. Het Hof is zodanig ingericht dat de auto’s hier te gast zijn. De materialisering van het trottoir loopt over in de rijbaan. Het plein voor de kerk wordt voor verschillende evenementen en door verschillende functies gebruikt. Inrichting en gebruik van de openbare ruimte
  • 25. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 19 Parkeerplaatsen aan het Hof Parkeerterrein aan het Raadhuishof Parkeren In het plangebied zijn op een aantal locaties parkeervoorzieningen gesitueerd. Zowel de pleinruimte aan de Elsenhof (voor de supermarkt) als de pleinruimte voor de Sint Petruskerk zijn grotendeels in gebruik als parkeerterrein. Ten westen van de super- markt aan de Elsenhof (buiten het plangebied) bevindt zich ook een parkeerplaats. Aan het Raadhuishof is ook een parkeervoorziening gesitueerd. Langs het Hof zijn daar- naast parkeerplaatsen aanwezig, in de vorm van langs- en dwarsparkeerplaatsen. Daarnaast is parkeergelegenheid aanwezig rond het zorgcentrum Hofhuys en Theater de Kattendans. Parkeren in het centrumgebied vindt met name plaats in de openbare ruimte. Gezien de bebouwingstypologie, met veelal gesloten straatwanden en bebou- wing die relatief dicht op de weg staat, wordt in het centrum nauwelijks op eigen terrein geparkeerd. Een aantal woningen langs de randen van het plangebied beschikt wel over parkeergelegenheid op eigen terrein. Openbaar vervoer Bergeijk is per bus bereikbaar met de lijnen 172 (Eindhoven – Valkenswaard - Bergeijk - Luyksgestel ) en 174 (Eindhoven - Veldhoven - Bergeijk - Luyksgestel). Een groot deel van de bebouwde kom ligt binnen een loopafstand van 400 meter van de bushaltes. In het centrumgebied zijn bushaltes aanwezig aan de Van Beverwijkstraat en het Hof. Het serviceniveau van het openbaar vervoer is met name tijdens de avonden en het week- end beperkt. 4.2.2 Groen en spelen In deze paragraaf worden de functies van het (openbaar) groen en de aanwezige speelvoorzieningen beschreven. Op de bijlagekaart ‘groen’ zijn deze aspecten opge- nomen. Openbaar groen Het openbaar groen in Bergeijk heeft diverse functies. Langs de wegen bevinden zich (fragmenten van) bomenrijen, vaak samen met lage begroeiing, als begeleiding. Daar- naast liggen er binnen de kern enkele pleintjes en plantsoenen. Op veel plaatsen wor- den deze pleintjes/plantsoenen gebruikt als speelplek.
  • 26. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 20 Binnen het plangebied zijn verschillende groene gebieden gesitueerd. In het noordelijk deel van het plangebied bevindt zich een gedeelte van de bosgebieden die ten noorden van Bergeijk liggen. Tussen het bosgebied en Theater de Kattendans ligt een open groene ruimte, waar zich een speelterrein/evenemententerrein bevindt. In het oostelijk deel van het plangebied, rond het Teutenhuis en de basisschool, liggen gronden met een agrarisch gebruik. Een deel van dit gebied (de gronden ten noorden van de school) is in gebruik als speelterrein. Het pand van het voormalige hotel Beukenhof wordt om- geven door een groene, parkachtig ingerichte tuin, waardoor dit perceel een groene plek binnen het plangebied vormt. Speelplekken Op het terrein van de basisschool Prinses Beatrix en in het gebied ten noorden daarvan is speelruimte aanwezig. Aan de Kerkstraat, ten oosten van de basisschool, ligt een voetbalveld. Op het veld ten noorden van Theater de Kattendans is een evenementen- terrein aanwezig waar ook een jongerenontmoetingsplaats en een speelplek zijn gesi- tueerd.
  • 27. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 21 5 Analyse en waardering 5.1 Analyse en waardering ruimtelijke structuur Het centrum van Bergeijk heeft, met name dankzij de aanwezigheid van de lintstruc- tuur en de kwaliteit van een aantal van de historische panden, een eigen, kenmerkend karakter. De ontstaansgeschiedenis van Bergeijk is nog afleesbaar aan de historische linten en een gedeelte van de bebouwingswanden langs deze wegen. Het kenmerken- de driehoekige plein voor de St. Petruskerk en de uitwaaierende linten bepalen mede het karakter van het centrumgebied. Vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw is Bergeijk sterk verdicht en uitgebreid. Door de- ze ontwikkelingen is het dorpscentrum compacter geworden en is een grote variatie aan bouwmassa en uitstraling van de bebouwing ontstaan. Het centrumgebied wordt in de huidige situatie gekenmerkt door een afwisseling van kleinschalige lintbebouwing en grootschaligere nieuwbouw, zoals het gemeentehuis met appartementengebouw aan het Raadhuishof en de supermarkt met appartementen aan de Elsenhof. Daar- naast zijn vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw projecten gerealiseerd die qua maat en schaal aansluiten op de kleinschalige historische bebouwing, maar qua architectuur afwijken van de historische panden. Ondanks deze ontwikkelingen is het historisch stratenpatroon nauwelijks aangetast. Voor de identiteit van Bergeijk is het van groot belang dat de historische structuur van de kern ook in de toekomst valt af te lezen aan de aanwezige bebouwing en de ruimtelijke structuur. Met name de linten spelen hierbij een belangrijke rol. De kern van het centrumgebied - het winkel- en horecagebied rond het Hof - heeft een stenig karakter. Dit stenige karakter contrasteert met de groene gebieden die op korte afstand van het centrum aanwezig zijn. Het betreft met name het Ploegpark/het bebos- te buitengebied ten noorden van het plangebied en het groene gebied rond het Teu- tenhuis en de basisschool. In deze groene gebieden bevinden zich enkele solitaire ge- bouwen, die ‘vrij’ in de groene ruimte staan. Voorbeelden hiervan zijn Theater de Kat- tendans, het zorgcentrum Hofhuys en de basisschool. Dit bebouwingsbeeld contras- teert met de bebouwing langs het Hof, waar veelal gesloten straatwanden aanwezig zijn. In de Centrumvisie Bergeijk (2003, zie ook paragraaf 6.3) is een analyse opgenomen van het centrumgebied en zijn kansen en bedreigingen en een ruimtelijke visie gefor- muleerd. De centrumvisie beperkt zich tot het winkel- en horecagebied, vanaf de krui- sing Hof - Eerselsedijk tot en met het noordelijk deel van de Burgemeester Mag- neestraat. In de visie is een aantal knelpunten en kansen benoemd. Knelpunten zijn onder andere de onduidelijke entrees en de onduidelijke ruimtelijke opbouw. Daarnaast bestaat weinig samenhang tussen bouwvolumes (maat/schaal) en in het materiaalgebruik, de gevelindeling en de uitstraling van de verschillende panden.
  • 28. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 22 Als functionele knelpunten zijn de grote spreiding van de winkelvoorzieningen en het beperkte horeca-aanbod benoemd. In de openbare ruimte is sprake van een te hoge verkeersintensiteit, met daardoor een gevoelsmatig onveilige situatie. Daarnaast heeft het straatprofiel een onduidelijke maatvoering en opbouw. Kansen voor het centrumgebied worden gezien in de herkenbare stedenbouwkundige structuur en het in potentie aantrekkelijke dorpshart rond de marktplaats. Herkenbare elementen kunnen het centrum een gezicht geven. Functioneel gezien is sprake van een goed voorzieningenaanbod, met in potentie goede kansen voor horeca. Ook de goede bereikbaarheid en de parkeermogelijkheden worden gezien als kans. 5.2 Analyse en waardering functionele structuur 5.2.1 Functies bebouwd gebied In het centrumgebied is een grote variatie aan functies aanwezig. Deze grote variatie zorgt voor levendigheid en sociale controle in het gebied. De functies wonen, detail- handel en horeca gaan prima samen. Daarnaast bevindt zich een groot aantal (maat- schappelijke) voorzieningen in en rond het plangebied. De ligging van deze functies is geen probleem zolang deze wat betreft hun aard, schaal en uitstraling passen binnen de woonomgeving. Uitgangspunt van het bestemmingsplan is om de afwisseling van wonen en overige functies te behouden, zodat de karakteristiek van het plangebied behouden blijft. 5.2.2 Functies onbebouwd gebied Het Hof is de belangrijkste drager van het centrumgebied. Dit lint is in een aantal zones te verdelen met elk een eigen sfeer en karakter: - de entrees (entree vanaf de Eerselsedijk en vanaf de Burgemeester Magneestraat); - het Hof-noord (in de huidige situatie met name in gebruik als parkeerplaats); - de marktplaats voor de St. Petruskerk; - het Hof-zuid. Het lint heeft een stenig karakter, dat wordt verzacht door de aanwezige bomen en la- ge hagen. Behoud en eventueel versterking van het groen is van belang om het dorpse karakter van het centrumgebied te behouden. De entrees van het centrum zijn niet als zodanig herkenbaar. De onduidelijke entree aan de noordoostzijde (Eerselsedijk) en het ontbreken van een als zodanig vormgege- ven entree aan de zuidzijde (Burgemeester Magneestraat) komen de herkenbaarheid van het centrum niet ten goede. Het noordelijke deel van het Hof is een duidelijke begrensde pleinruimte. Kenmerken zijn een langgerekte ruimte, parkeren als beeldbepalende activiteit en gesloten be- bouwingswanden. De marktplaats is een duidelijk begrensde pleinruimte, centraal gelegen in het cen- trumgebied. Dit driehoekige stenige plein is omgeven door nagenoeg gesloten bebou- wingswanden van min of meer gelijke hoogte. Het gevelbeeld vertoont weinig of geen samenhang. Dit laat zijn impact achter op de sfeer en het karakter van het plein.
  • 29. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 23 Het zuidelijke deel van het Hof is een doorzetting van het sfeerbeeld van het noordelij- ke deel van het Hof. Het profiel wordt opgebroken door het langsparkeren. Op de krui- sing met de Burgemeester Magneestraat neemt het plein aan het Elzenhof een achter- gestelde functie in. Door de inrichting van de zuidelijke entree is het plein verstopt ach- ter geparkeerde auto’s en de groene haag. Naast het Hof vormt de route Meester Pankenstraat - Hof - Eerselsedijk, die langs de noordelijke rand van het centrum loopt, een belangrijke route in het plangebied. Deze doorgaande route heeft een wezenlijk ander karakter dan het gedeelte van het Hof dat deel uitmaakt van het winkel- en horecagebied. De bebouwing langs deze route be- staat met name uit vrijstaande panden op ruime percelen, waardoor het karakter van deze straat relatief groen is. De overige wegen in het plangebied zijn te kenmerken als woonstraten.
  • 30. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 24
  • 31. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 25 6 Bevolkingsontwikkeling en beleid 6.1 Bevolkingsontwikkeling De gemeente Bergeijk telt circa 18.000 inwoners. Bergeijk, de grootste kern binnen de gemeente, heeft ruim 8.700 inwoners. Zoals de meeste gemeenten zal ook de ge- meente Bergeijk sterk vergrijzen in de komende jaren. In de gemeente Bergeijk zien de huidige bevolkingsverdeling naar leeftijd en de verwachte toekomstige verdeling er als volgt uit: 2009200920092009 2015201520152015 2020202020202020 0 – 54 jaar 69,6% 65,1% 62,0% 55 – 64 jaar 14,3% 14,2% 15,4% 65 – 74 jaar 9,7% 12,2% 12,5% 75+ 6,4% 8,5% 10,0% Totaal 100,0% 100,0% 100,0% 55+ 30,4% 34,9% 38,0% 65+ 16,1% 20,7% 22,5% Bevolkingsverdeling gemeente Bergeijk naar leeftijd (bron: CBS) De ontwikkelingen in de bevolkingssamenstelling vormen, in combinatie met de ont- wikkeling in de woningdichtheid (gezinsverdunning), de basis voor de woningbehoefte voor de gemeente Bergeijk. 6.2 Woonbeleid 6.2.1 Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant 2008 Het meest actuele beleid van de provincie Noord-Brabant op het gebied van wonen is vastgelegd in de Bevolkings- en woningbehoefteprognose Noord-Brabant, actualisering 2008. Uitgangspunt is dat het merendeel van de woningbouw wordt gerealiseerd in de stedelijke regio’s. Voor de landelijke regio’s wordt uitgegaan van ‘bouwen voor migra- tiesaldo nul’. De provincie hecht veel waarde aan regionale afstemming van de ge- meentelijke planningsopgaven en plancapaciteit. Uit de prognose blijkt dat een bouwprogramma nodig is, waarbij het accent moet liggen op strategische nieuwbouw, doorstroming en het (verder) verhogen van de kwaliteit van het wonen. Het is hierbij van belang een goede balans te vinden tussen de behoefte aan kwantiteit en de behoefte aan kwaliteit. Het woningaanbod moet meer worden ge- richt op de vraag en de veranderende woonwensen. Speerpunten van beleid zijn zuinig ruimtegebruik en wonen met zorg en welzijn.
  • 32. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 26 Voor de gemeente Bergeijk is voor de periode 2008-2019 een indicatieve toename van de woningvoorraad met 575 woningen becijferd. 6.2.2 Regionale woonvisie In Zuidoost-Brabant vormt de Regionale Woonvisie het kader voor het lokale woonbe- leid. De woningmarktpartijen willen de woonkwaliteit in Zuidoost-Brabant behouden en verbeteren en de woningmarkt meer op de vraag van de burgers aan laten sluiten. In het verleden kreeg de woningkwantiteit vooral de aandacht: hoe meer woningen, des te beter. De laatste jaren streeft de regio naar het maken van een kwaliteitsslag in het wonen. Dit wordt verwoord in de Regionale Woonvisie die richtinggevend is voor kwali- tatieve ontwikkelingen op het vlak van woningbouw in het SRE-gebied. De Regionale Woonvisie onderscheidt een zevental ambities, die in concrete acties worden vertaald. Deze ambities zijn: - meer keuzevrijheid en zeggenschap voor de burger, met meer inzicht in kansen op de woningmarkt; - meer evenwicht in de koop-huurverhouding, tussen steden en dorpen; - meer capaciteit en kwaliteit in wonen, welzijn en zorg; - meer samenwerking tussen alle woningmarktpartijen; - meer aandacht voor doelgroepen en betaalbaarheid van woningen; - meer zorg voor kwaliteit van woning en woonomgeving; - monitoring van wat er gebeurt. De Regionale Woonvisie streeft er naar zoveel mogelijk te kunnen voldoen aan de woonwensen van de burgers. Samen met de regionale marktpartijen zullen de ambities zoveel mogelijk concreet worden uitgewerkt. De Regionale Woonvisie is het kwalitatie- ve kader voor het afstemmen van ontwikkelingen op de woningmarkt en voor het uit- werken van de woningbouwprogramma’s. Voor de landelijke regio Groot Kempen betekent dit concreet dat gestreefd wordt naar een goede huisvesting van de eigen bevolking. Hiervoor zal zowel (zorgvuldig ingepas- te) inbreiding als uitbreiding noodzakelijk zijn. 6.2.3 Structuurvisie Bergeijk Op 3 juni 2010 is de Structuurvisie Bergeijk ‘Leven en beleven tussen bossen, beken en boerenland’ vastgesteld door de gemeenteraad. De structuurvisie is een actualisa- tie van de StructuurvisiePlus uit 2004. In de nieuwe structuurvisie is het recente lokaal, regionaal en nationaal beleid vertaald en zijn plannen uit de tussenliggende periode opgenomen. Daarnaast is de structuurvisie geconcretiseerd in de vorm van een projec- tenplan. De Structuurvisie bestaat uit twee delen. Deel A betreft het Ruimtelijk Casco, waarin de toekomstvisie voor de gemeente Bergeijk is opgenomen.
  • 33. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 27 Deze visie formuleert het ontwikkelingskader voor de lange termijn en biedt het casco voor concrete plannen en projecten. In het projectenplan (deel B) is het ruimtelijk pro- gramma voor de korte en middellange termijn benoemd. Daarnaast is aangegeven welke concrete projecten en plannen op korte termijn richting uitvoering worden ge- bracht en op welke wijze dat zal gebeuren. Het projectenplan wordt periodiek geactua- liseerd. Ruimtelijk Casco Het Ruimtelijk Casco bestaat uit een kaartbeeld en een toelichting, waarbij de toelich- ting beschouwd kan worden als een uitgeschreven legenda. Op basis van een integrale analyse op basis van de ‘lagenbenadering’ zijn in het Ruimtelijk Casco ruimtelijke keu- zes gemaakt voor de toekomstige ontwikkeling van de gemeente Bergeijk. Het centrumgebied van Bergeijk is in het Ruimtelijk Casco ook aangeduid als centrum- gebied en tevens als woongebied (inclusief voorzieningen en recreatie/toersime). Hier bevindt zich het grootste voorzieningenaanbod van de kern. Om dit in voorzieningen- aanbod in stand te houden is inspanning nodig. Distributieplanologisch onderzoek con- cludeert voor de kern Bergeijk dat in kwantitatieve zin beperkte marktruimte voor win- kels wordt gezien. Deze marktruimte is mede afhankelijk van een voortzetting van con- centratiebeleid voor zowel winkels als andere bezoekersintensieve functies. Voor het in stand houden van de (centrum)voorzieningen van Bergeijk is de komende jaren meer nodig dan voldoende draagvlak. Ook de ruimtelijke kwaliteit van het centrumgebied verdient versterking. De gemeente wil dit realiseren door uitvoering van de in 2003 opgestelde Centrumvi- sie. Deze centrumvisie vormt de basis voor concrete uitvoeringsmaatregelen, vormt een inspiratiebron en toetsingskader voor nieuwe initiatieven/ontwikkelingen en wordt vertaald in het bestemmingsplan. De koers voor de functie wonen draait om verdere ontwikkeling van de verstedelijking via inbreiding, intensivering, herstructurering en uitbreiding. Ontwikkelingen moeten passen bij de aard en schaal van de gemeente. Inbreiding wordt nagestreefd indien daardoor een kwaliteitsverbetering optreedt. Centraal staat de realisatie van het eigen woningbouwprogramma. De bospercelen in het noorden van het plangebied vallen onder het gebied dat geka- rakteriseerd wordt als bos- en oud heidegebieden met vennen. Boslandschappen bie- den mogelijkheden tot behoud, hestel en ontwikkeling van natuur- en landschapswaar- den, met name door zogenaamd geïntegreerd bosbeheer.
  • 34. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 28 Uitsnede Ruimteljk Casco (Structuurvisie Bergeijk) Projectenplan Het projectenplan bevat een programmatische keuze voor diverse thema’s. Daarnaast is aangegeven waar het programma gerealiseerd wordt en hoe het uitvoeringstraject (koppeling tussen grondbeleid en ruimtelijke ontwikkeling en inzet van Wro- instrumenten) eruit ziet. Tenslotte is een projectenoverzicht opgenomen met projecten en maatregelen die de gemeente ter uitvoering van het structuurvisiebeleid wil oppak- ken. Op basis van de provinciale bevolkings- en woningbehoefteprognose (2008-2019) en het aantal gerealiseerde woningen in de periode 2002-2009 is de woningbehoefte voor de periode 2010-2019 bepaald, inclusief een verdeling naar kern. Voor de totale gemeente is een woningbehoefte van 611 woningen becijferd. Het gros van deze wo- ningen (335) wordt gerealiseerd in Bergeijk (inclusief ’t Loo en Weebosch). Voor Luyks- gestel, Riethoven en Westerhoven is een woningbehoefte van 126, 103 respectievelijk 48 woningen bepaald. Op het gebied van bedrijvigheid geldt dat de bestaande bedrij- venterreinen momenteel vrijwel geheel zijn uitgegeven. De doorstroming van bedrijven op de bestaande terreinen is minimaal, aangezien geen nieuwe bedrijfskavels be- schikbaar komen. Door creatief om te gaan met de bestaande ruimte kan enige ruim- tewinst worden behaald. Ontwikkelingen worden met name voorzien op de bedrijven- terreinen Het Stoom en Waterlaat in Bergeijk. Op het gebied van verkeer wordt, in sa- menwerking met de provincie en omliggende gemeenten, gestreefd naar verbetering van de verbinding van de N69 met de A67. Daarnaast worden maatregelen onderzocht ter verbetering van de verkeersstructuur tussen Bergeijk en Eersel, mogelijk door de totstandbrenging van een noordelijke ontsluitingsroute. Voor het centrum van Bergeijk is de inbreidingslocatie Sterrepad opgenomen als con- crete ontwikkeling.
  • 35. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 29 6.2.4 Volkshuisvestingsplan De woningbehoefte komt op gemeentelijk niveau neer op 1.175 woningen voor de pe- riode 2002-2020, ofwel circa 65 woningen per jaar. Het aantal woningen dat hiervan in de kern Bergeijk gerealiseerd gaat worden, komt voort uit het woonbeleid dat is be- schreven in het Dorpenontwikkelingsplan. In kwantitatieve zin kiest het woonbeleid voor de realisatie van het ‘eigen’ woningbouwprogramma. Dit wil Bergeijk minimaal re- aliseren. Iedere kern moet, indien redelijkerwijs mogelijk, tenminste ruimte krijgen om te bouwen voor de eigen bevolkingsgroei. Het veiligstellen van het bestaande voorzie- ningenniveau is daarbij een punt van zorg, maar niet leidend. Pas als het bestaans- recht van met name de basisschool in één van de kernen in het geding raakt, wordt additionele woningbouw (bijvoorbeeld ten koste van bouwen in de andere kernen) overwogen. Voor het in stand houden van voorzieningen, maar vooral ook voor het bevorderen van de leefbaarheid in zijn algemeenheid, is het kwalitatieve woningbouwprogramma van belang. Het realiseren van een kern waar de inwoners als het ware hun hele levensloop kunnen blijven wonen en daarmee een ‘wooncarrière’ kunnen maken, vergt niet alleen voldoende aantal woningen per kern, maar vooral ook een op de toekomstige vraag toegesneden aanbod van woningtypen en ondersteunende diensten. Hoe dit aanbod eruit ziet, hangt af van demografische en markttechnische ontwikkelingen. Voorkomen moet worden dat er ‘gebouwd wordt wat er al staat’ terwijl de bevolking naar leeftijd- en huishoudensamenstelling verandert. De doelgroepen ouderen en jongeren vergen wat dat betreft extra aandacht. Confrontatie van de toekomstige vraag met het be- staande aanbod geeft het antwoord op de vraag welk woningbouwprogramma noodza- kelijk is om een levensloopbestendige kern te worden c.q. te blijven en welke uitdagin- gen er liggen met betrekking tot het aanbieden van ondersteunende voorzieningen. Op basis van de hierboven beschreven aspecten heeft de gemeente een algemeen be- leidsuitgangspunt verwoord ten aanzien van de kwalitatieve invulling van woningbouw- locaties. Voor zowel inbreidings- als uitbreidingslocaties stelt de gemeente Bergeijk harde programmatische eisen om haar woningbouwdoelstellingen te bereiken. In be- ginsel moet op iedere woningbouwlocatie 60% van het aantal woningen ten goede ko- men van de doelgroepen. Hiervan moet weer 1/3 deel tot de (sociale)huursector beho- ren (komt neer op 20% van het totaal aantal woningen). Een uitzondering hierop vor- men de Ruimte-voor-Ruimte-locaties. Bij de ontwikkeling van dergelijke locaties zijn de- ze regels niet van toepassing. 6.2.5 Dorpenontwikkelingsplan Op 23 oktober 2006 is het Dorpenontwikkelingsplan ‘Bergeijk, kernen in ontwikkeling’ vastgesteld. In 2009 is het DOP omgevormd naar een iDOP (integraal Dorpenontwikke- lingsplan) door per kern een sociale paragraaf op te stellen met daarin de gewenste sociaal-culturele ontwikkeling. Deze sociale paragraaf vormt daarnaast per kern een beknopte actualisatie van het DOP.
  • 36. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 30 In een oplegger iDOP, die separaat aan het iDOP is toegevoegd, is vervolgens een aan- tal projecten concreet uitgewerkt. Zowel het DOP als de iDOP’s zijn opgesteld in nauwe samenwerking met bewoners van de kernen in de gemeente Bergeijk. In het DOP zijn de gemeentelijke ambities op het gebied van wonen en leefbaarheid binnen de kernen verwoord. Het hoofdthema van het DOP is de leefbaarheidsbevorde- ring in de gemeente Bergeijk, uitgesplitst in een visie op wonen en een visie op leef- baarheid. De belangrijkste doelstellingen zijn: - het zoveel mogelijk voorzien in de eigen woningbehoefte van de inwoners van Ber- geijk; - het bevorderen van de sociale cohesie en zelfredzaamheid van de burger. De gehanteerde cijfers in de woonvisie zijn gebaseerd op de provinciale bevolkings- en woningbehoefteprognose 2005. Het aantal van 640 woningen dat volgens de provinci- ale cijfers in de periode tot 2015 benodigd is, is uitgangspunt voor het gemeentelijk woningbouwprogramma. Dit aantal wordt aangevuld met een productietekort uit de vo- rige periode, vervanging voor sloop en opvang voor statushouders. Het DOP gaat uit van een noodzakelijke toename van de woningvoorraad met zo’n 1.350 woningen in de periode tot 2020. De helft van dit aantal zal in de kern Bergeijk gerealiseerd worden. In de huursector is de komende jaren een inhaalslag noodzakelijk. Circa 22% van het bouwprogramma zal in dat segment gerealiseerd moeten worden. Het accent ligt daar- bij op nultredenwoningen. De eigen woningsector heeft uiteraard nog steeds het belangrijkste aandeel in de wo- ningvoorziening. Ook hier speelt, naast een belangrijk deel vrijstaande en twee-onder- één-kap-woningen, de levensloopbestendigheid een grote rol. Verder is er behoefte aan woningen voor mensen met een zorgvraag, starters en senioren. Voor de gemeente Bergeijk wordt uitgegaan van het volgende noodzakelijke woning- bouwprogramma voor de periode 2006-2020: 2006200620062006 ---- 2010201020102010 2011201120112011 ---- 2015201520152015 2016201620162016 ---- 2020202020202020 TotaalTotaalTotaalTotaal AchtergeblevenAchtergeblevenAchtergeblevenAchtergebleven productie 2003productie 2003productie 2003productie 2003 ---- 2004200420042004 73 - - 73 HuishoudeHuishoudeHuishoudeHuishoudensontwikkelingnsontwikkelingnsontwikkelingnsontwikkeling 350 290 290 930 Vervanging voor sloopVervanging voor sloopVervanging voor sloopVervanging voor sloop 50 50 50 150 Opvang statushoudersOpvang statushoudersOpvang statushoudersOpvang statushouders 10 10 10 30 Ruimte voor ruimteRuimte voor ruimteRuimte voor ruimteRuimte voor ruimte 20 20 ? 40 + ? ZorgwoningenZorgwoningenZorgwoningenZorgwoningen 79 57 ? 136 + ? TotaalTotaalTotaalTotaal 582 427 350 + ? 1.359 + ?1.359 + ?1.359 + ?1.359 + ? Woningbehoefte gemeente Bergeijk (bron: Dorpenontwikkelingsplan)
  • 37. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 31 Voor de kernen Bergeijk en ’t Loo is een streefwoningbouwprogramma (2006-2020) opgesteld, dat uitgaat van de bouw van 607 woningen voor de opvang van de woonbe- hoefte in Bergeijk en 77 woningen voor de opvang vanuit ’t Loo, inclusief zorgwoningen en vervanging voor sloop. Deze woningen zullen worden gerealiseerd op inbreidings- en uitbreidingslocaties in beide kernen. Voor wat betreft de leefbaarheidsituatie binnen de kernen is een analyse gemaakt waarin kwaliteiten en knelpunten opgespoord zijn. De kern Bergeijk springt er in positieve zin uit door het voorzieningenniveau (hoofdkern) en de vele cultuurhistori- sche elementen. De belangrijkste leefbaarheidsknelpunten betreffen de verkeersvei- ligheid, het parkeren, de verblijfskwaliteit in het centrum en - in een aantal wijken - de onderhoudstoestand van de openbare ruimte. 6.3 Beleid centrumgebied Voor het centrumgebied van Bergeijk is een aantal beleidsstukken relevant. In 2003 is de Centrumvisie Bergeijk opgesteld, waarin een analyse van de huidige situatie en een visie op de toekomstige ontwikkeling van het centrumgebied zijn opgenomen. In 2009 heeft de gemeenteraad het ontwerp voor de Herinrichting Centrum Bergeijk vastge- steld. Dit plan is een concrete inrichtingsvisie voor de openbare ruimte in het centrum- gebied (van de kruising Eerselsedijk - Hof tot aan de Burgemeester Magneestraat). Tenslotte is de Gebiedsvisie van Ploeg tot Kerk opgesteld. In deze gebiedsvisie is een visie gegeven op de inrichting van het gebied in het oostelijk deel van het plangebied (rond het Teutenhuis, de basisschool en het voormalige hotel Beukenhof). Hierna wor- den deze beleidsstukken toegelicht. 6.3.1 Centrumvisie Bergeijk Voor het centrum van Bergeijk is een visie opgesteld (Grontmij, 2003). Onder de naam Centrumvisie Bergeijk zijn de ambities voor de kern van Bergeijk verwoord. Om deze ambities te verwezenlijken zijn door middel van vier pijlers de beoogde ingrepen en doelen opgesomd. De vier pijlers gericht op het centrumbeleid zijn: - de winkelstraat is de ruggengraat; - naar een compact en herkenbaar centrum; - authentiek Bergeijk; - bereikbaar en leefbaar hand in hand. Winkelstraat is ruggengraat Het Hof met de centrale marktplaats is onmiskenbaar de ruggengraat van het centrum van Bergeijk. De opgave ligt in het benadrukken in beeld en gebruik van de kwaliteit en identiteit van deze as. Noodzakelijke elementen hierin zijn duidelijke entrees en bo- venal een kloppend dorpshart, waarin winkelen, recreëren, wonen en ondernemen el- kaar versterken.
  • 38. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 32 Naar een compact en herkenbaar centrum Het aanbieden van een geconcentreerd voorzieningenaanbod (winkels, horeca, dienst- verlening) maakt het centrum vitaal en leefbaar. Ontwikkelingen die hieraan afbreuk doen zijn ongewenst. Om optimaal te kunnen profiteren van de dynamiek in het cen- trum is het bieden van flexibele mogelijkheden voor nieuwe initiatieven belangrijk. Ech- ter binnen randvoorwaarden: er moet sprake zijn van een bijdrage aan herkenbaar- heid, levendigheid en leefbaarheid van het centrum. Er zal werk moeten worden gemaakt van een functionele en ruimtelijke zonering, dat wil zeggen duidelijke keuzen over waar wat is toegestaan. Authentiek Bergeijk Bergeijk kiest voor het behoud van en het waar mogelijk terugbrengen van een ken- merkend Kempisch karakter en een dorpse sfeer, met daarbinnen volop ruimte voor nieuwe ontwikkelingen. Typische stijlelementen zijn daarbij inspiratiebron voor de vormgeving van nieuwe ontwikkelingen. Dit biedt de beste garantie voor nieuwe ont- wikkelingen die bijdragen aan een samenhang, identiteit en daarmee herkenbaarheid van het centrum. Zonder krampachtig aan het verleden vast te houden, kan worden in- gespeeld op bestaande kwaliteiten waardoor grip wordt gehouden op nieuwe ontwikke- lingen. Bereikbaar en leefbaar hand in hand Een goede bereikbaarheid blijvend garanderen, alsmede er voor zorgen dat de ver- blijfskwaliteit wordt verhoogd is de opgave voor dit aspect. Ondersteunende openbare inrichting en voorzieningen, de overlast van (doorgaand) verkeer zoveel mogelijk terug- dringen en rommelige parkeersituaties oplossen zijn maatregelen die dit bevorderen. De auto is te gast in het centrum: een daarop afgestemde ruimtelijke inrichting die ge- wenst rijgedrag afdwingt is noodzakelijk. Voor de verdere ontwikkeling van het dorpscentrum van Bergeijk is gekozen voor een benadering waarin de sterke kanten van eigen identiteit en karakter het vertrekpunt vormen. Hierbinnen is ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en ambities. De ambities voor het centrum zijn te vertalen in een groot aantal voorstellen, die variëren van voor- stellen voor de situering van functies tot bereikbaarheid en bebouwing. Kenmerkend is het integrale karakter, waarbij veel elementen op elkaar in grijpen. In de Centrumvisie is de volgende koers uitgezet: - heldere zonering: onder andere door begrenzing kernwinkelgebied tussen Eer- selsedijk en Elsenhof - situeren van trekkers aan uiteinden ruggengraat - geen voor- schrijdende winkelontwikkeling in Burgemeester Magneestraat; - versterking van de marktplaats: onder andere door verbetering van ruimtelijke en functionele kwaliteit - terugdringen van parkeren - verbeteren aanbod horeca - kerk en klokkentoren nadrukkelijk bij plein betrekken - verkeerskundige ingrepen ter vermindering van aantal verkeersbewegingen; - ruimtelijke en functionele versterking van Hof-noord: onder andere door situering van een trekker - entree herkenbaar maken;
  • 39. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 33 - ruimtelijke en functionele versterking van Hof-zuid en Burgemeester Magneestraat: onder andere door herontwikkeling van verouderde panden aan het Hof - herinvul- ling van onbenutte ruimte bij winkelstrip Elsenhof; - inrichting van de openbare ruimte: integrale herinrichting voor verbeteren verblijfs- kwaliteit; - bebouwingsmassa en verschijningsvorm: wens tot behoud van de dorpse, Kempi- sche sfeer; - verkeer en parkeren verbeteren: onder andere door weren van doorgaand verkeer en beperken zoekverkeer - concentratie en uitbreiding van parkeren nabij entrees centrumgebied - schrappen van parkeren op marktplaats. 6.3.2 Herinrichting Centrum Bergeijk In het verlengde van de Centrumvisie Bergeijk is voor de herinrichting van de openbare ruimte in het centrumgebied een ontwerp gemaakt. Het definitieve ontwerp is door de gemeenteraad vastgesteld op 30 november 2009, waarbij is besloten dat de overgang van marktplein naar kerk nogmaals moet worden bezien. Inmiddels is besloten dat de overgang gevormd wordt door middel van een zitrand met daarachter een haag. Het ontwerp bevat een integraal voorstel voor de herinrichting van het gebied op het gebied van groen, verkeer, parkeren, materiaalgebruik en verlichting. 6.3.3 Gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’ De gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’ geeft vanuit toeristisch oogpunt een visie op de wij- ze waarop het centrum van Bergeijk aantrekkelijker kan worden gemaakt en hoe meer samenhang tussen de toeristisch-recreatieve objecten in het gebied kan worden ge- creëerd. De gebiedsvisie bevat een aantal tekeningen waarop de gewenste (groene) in- richting van het gebied in beeld is gebracht. Centraal in de visie staat het bezoekerscentrum Teutenhuis, dat wordt gezien als dé fy- sieke verankering van (cultuur)toerisme en recreatie in Bergeijk. Er worden kansen ge- zien om het gebied rond het bezoekerscentrum meer open te maken. Daarnaast is een wandelroute uitgewerkt langs de objecten die interessant zijn uit toe- ristisch-recreatief oogpunt. Ook zijn onder meer voorstellen gedaan om de omgeving van de Beukenhof en de Protestantse kerk een meer open karakter te geven, de vrij- staande kerktoren een accent te geven door een verhoogde zitrand en een verhoogd grasvlak en de Hofkerk meer bij het plein te betrekken en deze kerk en de begraaf- plaats meer toegankelijk te maken. Er is een overlap tussen de Gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’ en het project Herinrich- ting Centrum. Het project Herinrichting Centrum is met name ingestoken vanuit verkeer en verblijf; de gebiedsvisie betreft met name een groene inrichtingsschets voor het ge- bied. De gebiedsvisie is daarmee gebruikt als leidraad voor de plannen van het project Herinrichting Centrum. Het project Herinrichting Centrum is leidend voor de herinrich- ting van het gebied. De gebiedsvisie zal verder als input worden gebruikt voor gemeen- telijke plannen en particuliere initiatieven. De gebiedsvisie is geen uitgewerkt plan dat klaar is voor uitvoering.
  • 40. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 34 Uitvoering van de gebiedsvisie is mede afhankelijk van de objecteigenaren in het ge- bied, waarbij per object naar details en uitvoeringsmogelijkheden moet worden ge- keken. Overzichtstekening gebiedsvisie ‘Van ploeg tot kerk’ Overzichtskaart ontwerp Herinrichting Centrum
  • 41. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 35 6.4 Voorzieningen 6.4.1 Kernenbeleid en leefbaarheid De identiteit, de eigenheid van een kern omvat de eigen specifieke cultuur, het eigene van de verschijningsvorm en het bijzondere van de gemeenschap. Dit komt tot uiting in het verenigingsleven, de ruimtelijke karakteristieken en de voorzieningen. Leefbaar- heid wordt omschreven als de mate waarin die eigenheid in stand kan worden gehou- den. Daarbij zijn basisvoorzieningen als basisschool, peuterspeelzaal, gemeenschaps- huis, sportpark, winkels en een adequaat woningaanbod van belang. In het kernenbeleid wordt aangegeven dat in alle kernen de volgende voorzieningen in stand moeten worden gehouden: basisschool, gemeenschapshuis, peuterspeelzaal, sportpark, bibliotheekvoorziening en (voor Bergeijk, Luyksgestel, Riethoven en Wester- hoven) een sporthal. Van de andere aandachtspunten zijn de volgende van belang: - kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang hoeven niet in elke kern aanwezig te zijn. Ouderenzorg ontwikkelt zich steeds autonomer als maatwerk wonen-zorg; - openbaar vervoer zou alle kernen moeten bedienen. Collectief vraagafhankelijk ver- voer kan daar mogelijk een oplossing bij zijn; - in de kernen moet, ter wille van werkgelegenheid en functieverscheidenheid, ruimte zijn voor ambachtelijke, kleinschalige bedrijven; - het monumentenbeleid wordt, als beschermer van karakteristiek en identiteit, als een onderdeel van het kernenbeleid gezien; - voor winkels, postkantoor, huisartsen en dergelijke zal de gemeente, waar mogelijk, een voorwaardenscheppende rol spelen. 6.5 Verkeer 6.5.1 Gemeentelijk verkeers- en vervoersplan In het gemeentelijk verkeers- en vervoersplan (GVVP) is het beleid op het gebied van verkeer en vervoer voor de periode 2009-2015 geformuleerd. Op basis van een analy- se van de huidige situatie en een analyse van de verwachte toekomstige ontwikkelin- gen is, in overleg met bewoners, ondernemers en belangenorganisaties, een verkeers- visie opgesteld. In deze visie is aangegeven wat de gemeente in 2015 bereikt wil heb- ben op het gebied van gemotoriseerd verkeer, fietsverkeer, openbaar vervoer en mensgerichte maatregelen. De visie is in het GVVP vertaald in een aantal concrete maatregelen, die zijn opgenomen in een uitvoeringsprogramma. In de visie op verkeer en vervoer zijn de volgende prioriteiten opgenomen: - verkeersveiligheid: verkeersveiligheid dient de hoogste prioriteit te krijgen. Hierbij dient de meeste aandacht uit te gaan naar infrastructurele maatregelen en hand- having. Educatieve en gedragsmaatregelen hebben slechts een beperkte prioriteit. - (brom)fietsverkeer: door het realiseren van fietsprojecten (zoals vrijliggende fiets- paden) moet de veiligheid voor fietsers worden vergroot. Daarnaast dienen mensen te worden verleid om op korte afstanden meer gebruik te maken van de fiets.
  • 42. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 36 - bereikbaarheid: de meeste mogelijkheden om de bereikbaarheid te verbeteren worden gezien in het instellen van verkeerscirculatie, zoals het instellen van een- richtingsverkeer of het afsluiten van een route voor doorgaand verkeer. Het instel- len van blauwe zones kan ook beperkt bijdragen aan het verbeteren van de bereik- baarheid. - openbaar vervoer: ten aanzien van openbaar vervoer worden de meeste mogelijk- heden gezien in aanpassing/uitbreiding van de lijnvoering. Hiernaast worden ook mogelijkheden gezien in differentiatie van tarieven/gratis aanbieden van openbaar vervoer. De rol van de gemeente is hierbij echter beperkt. Het beleid voor het gemotoriseerd verkeer is gericht op het voltooien van de Duurzaam Veilig categorisering en het realiseren van infrastructurele aanpassingen om de ver- keersveiligheid te vergroten. Mogelijk wordt nog voor 2015 gestart met de aanleg van een noordelijke randweg, die de bedrijventerrein Het Stoom en Waterlaat rechtstreeks verbindt met de N397. Voor wat betreft het fietsverkeer is het streven gericht om tus- sen alle kernen en belangrijke schoolroutes ten minste een vrijliggend fietspad te reali- seren. Daarnaast dient op een aantal fietspaden de sociale veiligheid te worden verbe- terd. Voor het openbaar vervoer wordt ingezet op een betrouwbare reistijd, waarbij ook een kwaliteitsslag kan worden gemaakt, bijvoorbeeld door het aanpassen van de bus- haltes. Tenslotte zijn in het GVVP mensgerichte maatregelen benoemd op het gebied van communicatie, verkeerseducatie en verkeershandhaving.
  • 43. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 37 7 Inbreiding en herstructurering 7.1 Mogelijke inbreidings- en herstructureringslocaties In het bestemmingsplan ‘Centrum’ kunnen mogelijk op een aantal locaties nieuwe ontwikkelingen worden toegestaan. Voor een aantal locaties in het plangebied bestaan plannen voor herontwikkeling. In het kader van het bestemmingsplan zullen de plan- nen worden beoordeeld en zal worden besloten of al dan niet medewerking wordt ver- leend aan een initiatief. Indien de plannen concreet genoeg zijn, kunnen deze vervol- gens met een directe bouwtitel of door middel van een wijzigingsbevoegdheid worden opgenomen in het bestemmingsplan. In het centrum van Bergeijk kan verdere centrumontwikkeling in de vorm van inbrei- ding het woon- en leefklimaat verbeteren. Ook is het gebied geschikt voor een cluste- ring van wonen en zorg. Een strategische inzet van inbreidingslocaties is daarbij van belang om te komen tot voldoende woningbouwdifferentiatie en financiële haalbaar- heid. Op dit moment zijn de volgende locaties in beeld als inbreidingslocatie: - Sterrepad 37-39: realisering van een appartementengebouw met 10 tot 14 appar- tementen en parkeervoorziening. - Domineestraat - Kerkstraat: herontwikkeling van de weiden aan weerszijden van de basisschool Prinses Beatrix (nog geen concrete plannen). - Burgemeester Magneestraat 9-11: realisering van een appartementengebouw met 8 tot 11 appartementen, al dan niet in combinatie met horeca op de begane grond. - Hof 154: gedeeltelijke sloop van voormalig hotel Beukenhof en realisering van een appartementengebouw met tien hotelappartementen. - Hof 10: bouwplan voor twee commerciële ruimten op de begane grond met daarbo- ven vier appartementen.
  • 44. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 38
  • 45. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 39 8 Milieuhygiënische aspecten 8.1 Wet geluidhinder Conform de Wet geluidhinder heeft iedere weg een onderzoekszone waarbinnen een akoestisch onderzoek dient te worden verricht indien de bouw van geluidsgevoelige bebouwing mogelijk wordt gemaakt. Uitzonderingen hierop zijn wegen waarvoor een 30 km/h regime geldt en wegen die deel uitmaken van een woonerf. In het plangebied hebben de Van Beverwijkstraat en de route Meester Pankenstraat - Hof - Eerselsedijk een snelheidsregime van 50 km/h. De overige wegen in het plange- bied maken deel uit van een 30 km/h zone. Wanneer nieuwe woningen (of een ander geluidgevoelig object) binnen de zone van één van de 50 km/h wegen worden gepro- jecteerd, is een akoestisch onderzoek noodzakelijk. 8.2 Bedrijvigheid 8.2.1 Agrarische bedrijven In de directe omgeving van het plangebied zijn geen agrarische bedrijven (veehouderij- en) gevestigd. Voor de mogelijke ontwikkelingen in het plangebied zijn dus geen be- lemmeringen te verwachten vanwege de geurhinder van dergelijke bedrijven. 8.2.2 Niet-agrarische bedrijven/activiteiten Algemeen In het plangebied bevindt zich een aantal inrichtingen die mogelijk hinder kunnen ver- oorzaken naar de omgeving. Het betreft in dit geval geen reguliere bedrijvigheid, maar activiteiten in de vorm van horeca, detailhandel, maatschappelijke voorzieningen, kan- toren, culturele instellingen en dergelijke. De milieuhinder die de activiteiten veroorzaken kan globaal worden beoordeeld met behulp van de methodiek van de handreiking ‘Bedrijven en milieuzonering’ (2009) van de VNG. In deze handreiking is een bedrijvenlijst opgenomen, die informatie geeft over de milieukenmerken van verschillende activiteiten. In de lijst is op basis van een aantal factoren (waaronder geluid, geur en gevaar) een indicatie gegeven van de afstand tus- sen bedrijven en hindergevoelige functies (zoals woningen) waarmee gemeenten bij ruimtelijke ontwikkelingen rekening kunnen houden. Op basis van de indicatieve af- standen zijn de bedrijven op de bedrijvenlijst in de VNG-handreiking ingedeeld in mili- eucategorieën die variëren van 1 (indicatieve afstand 10 meter) tot 6 (indicatieve af- stand 1.500 meter). In de VNG-handreiking worden twee omgevingstypen onderschei- den, namelijk ‘rustige woonwijk’/‘rustig buitengebied’ en ‘gemengd gebied’. De indica- tieve afstanden uit de bedrijvenlijst zijn de afstanden die moeten worden aangehouden tot de gevels van woningen in een ‘rustige woonwijk’.
  • 46. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 40 Voor woningen in een ‘gemengd gebied’ mag deze afstand worden gecorrigeerd en kan de indicatieve afstand met één trede worden verlaagd. Een correctie is alleen mogelijk voor de aspecten geluid, geur en stof. Voor het aspect gevaar is verlaging van de indi- catieve afstand niet mogelijk. Het uitgangspunt van de VNG-handreiking is gemotiveerd toepassen, in plaats van ge- motiveerd afwijken. De indicatieve afstanden uit de VNG-handreiking geven een goede indicatie van de aan te houden afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. De (milieu)wetgeving blijft echter leidend. Gebied met functiemenging In de VNG-handreiking is voor gebieden met functiemenging een afzonderlijke lijst met bedrijfsactiviteiten opgenomen. Gebieden met functiemenging zijn gebieden waarbin- nen menging van functies (onder voorwaarden) toelaatbaar is. Bij gebieden met func- tiemenging kan bijvoorbeeld worden gedacht aan stadscentra, dorpskernen en winkel- centra, horecaconcentratiegebieden en zones met functiemenging langs stedelijke toegangswegen. In tegenstelling tot rustige woongebieden zijn in dergelijke levendige gebieden milieubelastende activiteiten op kortere afstand van woningen mogelijk. In onderhavig geval geldt dat het plangebied het dorpscentrum van Bergeijk betreft. Het plangebied kan worden aangemerkt als een gebied met sterke functiemenging, waar woningen, detailhandel, horeca, dienstverlening en (maatschappelijke) voorzieningen op korte afstand van elkaar voorkomen. Functiemenging komt op verschillende locaties zelfs in hetzelfde pand voor. Er is dus sprake van een gebied met functiemenging in de zin van de VNG-handreiking. De categorie-indeling voor een gebied met functiemenging gaat niet uit van de ‘stan- daard’ milieucategorieën (1 t/m 6) maar van een indeling in de categorieën A, B en C (zie bijlage 4 van de VNG-handreiking). Activiteiten in categorie A zijn zodanig weinig mi- lieubelastend dat ze aanpandig aan woningen kunnen worden uitgevoerd. Activiteiten in categorie B kunnen zonder meer in een gebied met functiemenging worden uitgeoe- fend, mits bouwkundig afgescheiden van woningen. Voor activiteiten in categorie C geldt hetzelfde als voor activiteiten in categorie B, met dien verstande dat vanwege de relatief grote verkeersaantrekkende werking van deze activiteiten een ontsluiting op de hoofdinfrastructuur is aangewezen. Activiteiten in plangebied Zoals aangegeven, komen in het plangebied met name detailhandel, horeca, dienstver- lening en maatschappelijke en culturele voorzieningen voor. Vrijwel al deze activiteiten zijn opgenomen in categorie A en B van de lijst met activiteiten. Zo is detailhandel op- genomen in categorie A (met uitzondering van supermarkten, categorie B) en vallen ook alle horeca-activiteiten (met uitzondering van discotheken en muziekcafés, catego- rie B) in deze categorie. Een theater is opgenomen in categorie C. Planologisch gezien zijn er geen belemmeringen om in het plangebied te voorzien in een bestemming waar- in functiemenging is toegestaan. Een dergelijke bestemming doet recht aan de be- staande en de gewenste toekomstige situatie.
  • 47. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 41 Binnen deze centrumbestemming worden wonen, detailhandel, horeca en dienstverle- ning toegestaan. In het milieutraject (veelal via de algemene regels van het Besluit al- gemene regels voor inrichtingen milieubeheer oftewel het Activiteitenbesluit) zijn de verschillende inrichtingen in het plangebied gebonden aan regels met betrekking tot de zorg voor het milieu. Via de milieuvergunning of algemene milieuregels wordt hinder naar de omgeving voorkomen en beperkt. 8.3 Bodem Voor de locaties waar nieuwe (woning)bouwmogelijkheden zijn opgenomen, dient een bodemonderzoek (conform NEN 5740) te worden verricht om eventuele bodem- en/of grondwaterverontreinigingen in kaart te brengen. Voor verschillende situaties gelden hierbij verschillende voorwaarden: - Voor incidentele bouwplannen met een directe bouwtitel dient een historisch bo- demonderzoek verricht te worden: - Indien de grond als onverdacht wordt beoordeeld zal in het kader van de bouw- vergunningprocedure een verkennend onderzoek verricht moeten worden naar de kwaliteit van de bodem en het grondwater. Er kan niet worden gebouwd alvo- rens vaststaat dat de grond in milieuhygiënisch opzicht geschikt is voor de bouw van een woning. - Indien de grond als verdacht werd beoordeeld dient het verkennend onderzoek al in het kader van het bestemmingsplan te worden verricht. - Voor grotere bouwlocaties met een directe bouwtitel dient een verkennend onder- zoek te worden verricht in het kader van het bestemmingsplan. De resultaten van het onderzoek dienen uiterlijk bij vaststelling van het bestemmingsplan bekend te zijn. - Voor woningbouwmogelijkheden die zijn opgenomen door middel van een wijzi- gingsbevoegdheid dient voor de vaststelling van het bestemmingsplan een histo- risch onderzoek te zijn verricht. Verdere onderzoeken (bijvoorbeeld een verkennend bodemonderzoek) worden te zijner tijd verricht in het kader van het wijzigingsplan. Hiertoe is een voorwaarde bij de wijzigingsbevoegdheid opgenomen, zodat pas van de wijzigingsbevoegdheid gebruik kan worden gemaakt als de resultaten van het bodem- en grondwateronderzoek bekend zijn. 8.4 Riolering en waterhuishouding 8.4.1 Beleid waterschap Het plangebied valt onder het beheer van Waterschap De Dommel. Het beleid van het waterschap is gericht op het zo lang mogelijk vasthouden van gebiedseigen water, met name in perioden van regenval, gecombineerd met het zoveel mogelijk scheiden van het schone en het verontreinigde water. Waterschap De Dommel heeft op 16 decem- ber 2009 het Waterbeheerplan III ‘Krachtig Water’ vastgesteld. Het waterbeheerplan is op 22 december 2009 goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant.
  • 48. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 42 Dit waterbeheerplan beschrijft de doelen en inspanningen van Waterschap De Dommel voor de periode 2010-2015. Hierbij is de volgende indeling in thema’s gehanteerd: - droge voeten; - voldoende water; - natuurlijk water; - schoon water; - schone waterbodem; - mooi water. De notitie ‘Ontwikkelen met duurzaam wateroogmerk’ van Waterschap De Dommel en Waterschap Aa en Maas maakt inzichtelijk welke hydrologische consequenties ruimte- lijke ontwikkelingen kunnen hebben op het watersysteem. Tevens geeft het document de uitgangspunten en randvoorwaarden bij hydrologisch neutraal bouwen. Er zal over- leg met het Waterschap De Dommel plaatsvinden over de nieuwbouwlocaties binnen het plangebied. 8.4.2 Riolering Nieuwe woningen aan bestaande straten tussen bestaande woningen zullen worden aangesloten op het ter plaatse aanwezige rioleringsstelsel. Gelet op het beperkte aan- tal toe te voegen woningen worden geen problemen verwacht ten aanzien van de ca- paciteit van het huidige stelsel. In de jaren 2001/2002 is de riolering in de meeste woonwijken in Bergeijk geïnspecteerd. Hieruit bleek dat de kwaliteit van de geïnspec- teerde riolering redelijk goed is. 8.4.3 Waterhuishouding Het beleid van de gemeente Bergeijk voor wat betreft de waterhuishouding sluit aan op het landelijke en provinciale beleid. Het belangrijkste uitgangspunt is dat nieuwe ont- wikkelingen geen belemmering mogen vormen voor het vasthouden, bergen en afvoe- ren van water in het deelstroomgebied. Daarnaast is het van belang dat bij inpassing geen afwenteling op andere delen van het deelstroomgebied plaatsvindt. Bij nieuwe ontwikkelingen dient hemelwater, afkomstig van ‘schoon’ afvoerend oppervlak, waar mogelijk, geïnfiltreerd te worden. Hiervoor is een afkoppelkansenkaart bij de gemeente aanwezig. Conform de huidige wetgeving zijn perceelseigenaren verantwoordelijk voor het hemelwater dat op hun perceel terecht komt. Alleen het hemelwater van percelen die kleiner zijn dan 250 m2 wordt ingezameld door de gemeente Bergeijk. 8.5 Externe veiligheid Externe veiligheid betreft het risico dat aan bepaalde activiteiten verbonden is voor niet bij de activiteit betrokken personen. Het externe veiligheidsbeleid richt zich op het voorkomen en beheersen van risicovolle bedrijfsactiviteiten en van risicovol transport (transport van gevaarlijke stoffen). Het gaat daarbij om de bescherming van individuele burgers en groepen tegen ongevallen met gevaarlijke stoffen of omstandigheden.
  • 49. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 43 Risicobronnen kunnen onderscheiden worden in risicovolle inrichtingen (waaronder lpg-stations), vervoer van gevaarlijke stoffen en leidingen (bijvoorbeeld leidingen voor aardgas of vloeibare brandstof). Om voldoende ruimte te scheppen tussen risicobron en de personen of objecten die risico lopen (kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten) moeten afstanden in acht worden genomen. Ook ontwikkelingsmogelijkheden die in- grijpen in de personendichtheid kunnen om onderzoek vragen. In het plangebied en in de directe omgeving van het plangebied zijn geen risicovolle in- richtingen gevestigd. Ook is er geen sprake van relevant vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg. Wel liggen aan de noordzijde van het centrumgebied twee gasleidingen. Deze gasleidingen zullen, met de bijbehorende bebouwingsvrije zone, worden opgeno- men op de verbeelding van het bestemmingsplan, waarbij wordt voorzien in een bouw- verbod (met ontheffingsmogelijkheid) en een aanlegvergunningenstelsel. 8.6 Natuur Sinds 1 april 2002 is de Flora- en faunawet van kracht geworden. In deze wet is de soortbeschermingsregeling uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn intussen volledig geïmplementeerd. Implementatie in bestemmingsplannen is dus in principe niet meer nodig. In verband met de uitvoerbaarheid van bestemmingsplannen dient echter wel rekening te worden gehouden met soortbescherming en met name de aanwezigheid van beschermde soorten in het plangebied. Dit betekent concreet dat in bestemmings- plannen geen mogelijkheden moeten worden geboden voor ruimtelijke ontwikkelingen waarvan op voorhand in redelijkheid kan worden ingezien dat in het kader van de Flo- ra- en faunawet geen ontheffing zal worden verleend. Een globale beoordeling van dit aspect dient deel uit te maken van de plantoelichting. Voor beheersgerichte (onderdelen van) bestemmingsplannen, met geen of slechts ge- ringe ontwikkelingsmogelijkheden, kan in het algemeen gesteld worden dat de uitvoer- baarheid niet ter discussie zal staan. Zelfs indien beschermde soorten aanwezig zijn, mag worden aangenomen dat deze bij een voortzetting van het bestaande grondge- bruik niet in hun voortbestaan zullen worden bedreigd. Anders ligt het voor (onderdelen van) bestemmingsplannen die een wijziging van het grondgebruik inhouden of bijvoor- beeld het slopen of oprichten van nieuwe bebouwing en/of infrastructuur. Hiervoor dient een uitvoerbaarheidstoets flora en fauna te worden uitgevoerd. Consequenties voor de herziening van het bestemmingsplan voor de bebouwde kom van Bergeijk Een eerste globale beschouwing van het natuurloket (www.natuurloket.nl) laat zien dat in de kilometerhokken waarin de bebouwde kom van Bergeijk ligt enkele minder alge- mene en zeldzame soorten (Rode Lijst) zijn aangetroffen. Het betreft met name zoog- dieren, vlinders en planten. De informatie is te globaal om te kunnen beoordelen of de- ze net binnen of net buiten de bebouwde kom voorkomen. Met name waar het vlinders en zoogdieren (vermoedelijk vleermuizen) betreft, is het zeer goed mogelijk dat deze ook binnen de bebouwde kom zijn aangetroffen.
  • 50. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 44 Op basis van deze eerste zeer globale beschouwing kan worden geconstateerd dat het met name voor ontwikkelingslocaties in de nieuwe bestemmingsplannen voor de kom Bergeijk van belang is om nader te onderzoeken of er belemmeringen zijn vanuit de Flora- en faunawet. 8.7 Luchtkwaliteit Hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer (titel 5.2 Luchtkwaliteitseisen, ook wel bekend als de ‘Wet luchtkwaliteit’) bevat de regelgeving op het gebied van luchtkwaliteit. In de Wet milieubeheer zijn luchtkwaliteitseisen opgenomen voor diverse verontreinigende stoffen, waaronder stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10). In artikel 5.16 is vastgelegd dat bestuursorganen bevoegdheden, zoals het vaststellen van een bestemmingsplan of het nemen van een projectbesluit, mogen uitoefenen wanneer sprake is van één of meer van de volgende gevallen: a er is geen sprake van een (dreigende) overschrijding van de grenswaarden; b de concentratie van de desbetreffende stoffen in de buitenlucht verbetert of blijft ten minste gelijk; c het plan draagt ‘niet in betekenende mate’ bij aan de concentratie van de desbe- treffende stoffen in de buitenlucht; d de ontwikkeling is opgenomen in een vastgesteld programma, zoals het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Een nadere uitwerking van de regelgeving met betrekking tot het begrip ‘niet in bete- kende mate’ is vastgelegd in het ‘Besluit niet in betekende mate bijdragen (luchtkwali- teitseisen)’ en de ‘Regeling niet in betekenende mate bijdragen (luchtkwaliteitseisen)’. Voor ontwikkelingen die ‘niet in betekenende mate’ bijdragen aan de luchtverontreini- ging hoeft niet te worden getoetst aan de grenswaarden. In de Regeling zijn categorie- en van gevallen benoemd die in ieder geval als ‘niet in betekenende mate’ worden aangemerkt en waarvoor toetsing aan de grenswaarden dus zonder meer achterwege kan blijven. Er is blijkens deze regeling geen onderzoek nodig voor ‘woningbouwloca- ties, indien een dergelijke locatie, in geval van één ontsluitingsweg, netto niet meer dan 1.500 nieuwe woningen omvat, dan wel, in geval van twee ontsluitingswegen met een gelijkmatige verkeersverdeling, netto niet meer dan 3.000 woningen omvat’. In het deelgebied ‘Centrum’ wordt mogelijk op een aantal locaties de bouw van enkele woningen mogelijk gemaakt. De drempel van 1.500 woningen zal hierbij echter bij lan- ge na niet worden overschreden. Een specifiek luchtkwaliteitsonderzoek is in dat geval niet noodzakelijk. Wanneer relatief grootschalige ontwikkelingen mogelijk worden ge- maakt die niet bestaan uit woningbouw (bijvoorbeeld nieuwe detailhandel of horeca) is mogelijk wel een onderzoek noodzakelijk.
  • 51. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 45 8.8 Archeologie In paragraaf 3.3 is aangegeven dat het plangebied volgens de provinciale cultuurhisto- rische waardenkaart grotendeels niet is gekarteerd voor wat betreft de archeologische verwachtingswaarde. Momenteel is gemeentelijk archeologiebeleid in voorbereiding. Mogelijk zijn in delen van het plangebied archeologische waarden aanwezig. In het ka- der van nieuwe ontwikkelingen dient daarom archeologisch onderzoek te worden ver- richt om de eventueel aanwezige archeologische waarden in beeld te brengen en te bepalen of deze beschermd dienen te worden.
  • 52. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 46
  • 53. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 47 9 Ruimtelijke en functionele uitgangs- punten voor het bestemmingsplan In dit hoofdstuk zijn ruimtelijke en functionele uitgangspunten opgenomen die het plangebied Centrum betreffen en in het bestemmingsplan worden meegenomen. 9.1 Uitgangspunten en randvoorwaarden Op basis van de startnotitie, die voorafgaand aan het opstellen van dit inventarisatie- rapport is opgesteld, en de voorgaande hoofdstukken kan een aantal uitgangspunten en randvoorwaarden worden geformuleerd voor het nieuwe bestemmingsplan voor het centrumgebied van Bergeijk. 9.1.1 Voortkomend uit beleid - Voorkomen van verdere aantasting van het buitengebied in de landelijke regio’s. Inbreiding heeft de voorkeur boven uitbreiding, hoewel uitbreiding noodzakelijk kan zijn om te voorzien in voldoende ontwikkelingsmogelijkheden. - Nieuwe ruimte bij voorkeur pas gebruiken als er binnen het bestaand bebouwd ge- bied geen mogelijkheden zijn om aan de bouwopgave te voldoen. Hierbij moeten mogelijkheden voor inbreiding, herstructurering en intensivering worden benut. - Aandacht besteden aan de ruimtelijke kwaliteit en karakteristieken in het geval van in- en uitbreidingen. Er moet worden aangesloten bij de bestaande ruimtelijke ka- rakteristieken en kwaliteiten. - Bij nieuwe ontwikkelingen de prioriteit leggen bij het toevoegen van kwaliteit voor het toevoegen van kwantiteit. - Alle ontwikkelingen worden getoetst aan de Welstandsnota. - Behoud van de leefbaarheid in Bergeijk, onder andere door middel van zorg voor voldoende kwalitatieve en kwantitatieve woningvoorraad en door het op peil hou- den van het voorzieningenniveau. - Daadwerkelijk realiseren van de toegestane maximale woningvoorraad (provinciale richtcijfers en gemeentelijk woningbouwprogramma) in Bergeijk. - Aandacht voor de doelgroepen senioren en starters. - Nieuwe ontwikkelingen mogen geen belemmering vormen voor de waterhuishou- ding. - Bij nieuwe ontwikkelingen dient het hemelwater afkomstig van ‘schoon’ afvoerend oppervlak, waar mogelijk, geïnfiltreerd te worden.
  • 54. Inventarisatie en analyse Centrum Bergeijk Gemeente Bergeijk Croonen Adviseurs 48 9.1.2 Voortkomend uit wenselijke ruimtelijk beeld Ruimtelijk - Behoud historisch deel centrum in ruimtelijke zin, waaronder behoud van het karak- ter van de bebouwing aan de historische linten. - Behoud en versterking van de bestaande ruimtelijke structuren in het centrum, waaronder de historische lintstructuur. - Beschermen van de cultuurhistorische waarden die in Bergeijk aanwezig zijn. - Behoud van de belangrijkste kenmerken van de bebouwingstypologie, dichtheid, si- tuering, maatvoering en situering van gebouwen ten opzichte van de openbare weg. - Mogelijkheden bieden voor de verdere ontwikkeling van het centrumgebied, waarbij de eigen identiteit en de huidige karakteristieken van het gebied leidend zijn. - Versterking van de ruimtelijke structuur door herstructurering van bepaalde locaties die in ruimtelijk en functioneel opzicht niet meer voldoen. Onder andere door: - toepassen van duidelijke (functionele) zonering in het centrumgebied; - versterking van de marktplaats; - ruimtelijke en functionele versterking van Hof-noord, Hof-zuid en Burgemeester Magneestraat; - herinrichting van de openbare ruimte. - ontwikkeling van herstructureringslocaties in het centrumgebied. - Groenelementen (bomen en groenplekken) behouden en waar mogelijk herstellen volgens het Groenstructuurplan. Functioneel - Concentreren centrumfuncties (detailhandel, horeca, commerciële dienstverlening) in het centrumgebied, met name aan het Hof en de Elsenhof. - In het dorpscentrum menging van functies mogelijk maken, ten behoeve van het behoud van de diversiteit en levendigheid in het gebied. - Ruimte bieden voor functiewisseling en nieuwvestiging van centrumfuncties (detail- handel, horeca, commerciële dienstverlening), zodat kansen worden geboden voor de verdere ontwikkeling van het centrum. - Behoud maatschappelijke functies in het plangebied. 9.2 Zoneringsvoorstel De functionele uitgangspunten voor het bebouwde gebied zijn vertaald in een zone- ringsvoorstel voor het plangebied. Het zoneringsvoorstel vormt de basis voor het be- stemmingsplan. De zones die zijn aangegeven op de zoneringskaart zullen globaal de bestemmingen vormen die op de verbeelding van het bestemmingsplan worden opge- nomen. De zoneringskaart is opgenomen als bijlage. In het bestemmingsplan ‘Centrum’ wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke uni- formiteit tussen gebieden met dezelfde functie. Het aantal bestemmingen blijft hier- door beperkt, wat de hanteerbaarheid van de plannen en de rechtsgelijkheid voor de burger ten goede komt. Door middel van aanduidingen, zoals bouwvlakken, bouwhoog- ten en typologieën kunnen bepaalde aspecten gedetailleerder worden geregeld.