2. Tijdens het zoeken op internet verdwalen we vaak
in de websites die we bezoeken. We worden afgeleid
door hyperlinks, afbeeldingen en filmpjes. Al snel
zijn we een uur verder voordat we de juiste
resultaten vinden.
We zoeken veelvuldig maar we verdiepen ons
weinig in HOE we beter kunnen zoeken. Met name
voor leerlingen is dit erg belangrijk; het kritisch
zoeken en beoordelen is een vaardigheid die bij de
21e eeuw hoort.
In dit boek presenteer ik mijn workshop
Webwijsheid: de zoekmachines. Dit is tevens een
onderdeel van de opleiding tot Mediaprof. Deze
opleiding kunt u bij Stichting Consortium
Beroepsonderwijs, Onderwijsadvies Zoetermeer en
Onderwijs Maak Je Samen volgen.
Ik hoop dan ook dat dit boekje leidt tot een
efficiënter gebruik van de zoekmachines op
internet.
Hartelijke groet,
Mariëlle van Rijn
Wilt u meer informatie over de opleiding tot
Mediaprof? Klik hier!
i
Voorwoord
3. • HOOFDSTUK 1•
Het kritisch omgaan met internet
waarbij men in staat is internet-
informatie te lokaliseren, te lezen, te
beoordelen en te verwerken
WAT IS WEBWIJSHEID?
4. Twee grote verschillen tussen leren uit een boek of
zijn (van Driel, 1990):
*Multimodaliteit: verschillende media zijn met
elkaar verbonden.
*Interactiviteit: men is in staat om veranderingen
in de media aan te brengen.
Deze verschuiving behoeft andere competenties
namelijk:
Snelle oog-handcoördinatie, reactievermogen,
reageren op visuele cues, multitasking, netwerken
en samenwerken, ruimtelijk inzicht en
creativiteit.
Informatieverwerkingsvaardigheden en het
kunnen hanteren van nieuwe
communicatievormen, een nieuw vocabulaire met
sms, e-mail, chat enzovoort.
Het oefenen met een veelheid aan sociale rollen.
Het omgaan met complexe situaties, meerdere
perspectieven zien en (overlevings-) strategieën
bedenken.
3
Verschil met leren van papier
Bron: Leren van jongeren
Literatuuronderzoek naar nieuwe geletterdheid
Prof. dr. Wim Veen, Frans Jacobs.
5. Leerlingen vinden het moeilijk om
effectieve zoekstrategieën te
ontwikkelen. Ze hebben moeite met
goede zoekvragen te formuleren
(Brandt-Gruwel e.a. 2007)
Zoeken, beoordelen en verwerken
van informatie is een complexe
cognitieve vaardigheid. Dit behoeft
veel meer instructie.
onderzoek
Studenten lijken ‘hypertext
minds’ te ontwikkelen waardoor
ze met nieuwe media snel kunnen
‘rondspringen’ in informatie en
leeromgevingen (Oblinger &
Oblinger, 2005)
Hoe leert de nieuwe generatie?
1. Via interactiviteit met systeem,
tools of andere gebruikers.
2. Internet is de grootste bron van
informatie.
3. Voorkeur voor beelden (per
leeftijdsgroep
voortschrijdend….) zowel om te
lezen als te produceren.
4. Het spelen van games.
5. Met gebruik van mobiele.
devices.
Bron: Leren van jongeren
Literatuuronderzoek naar nieuwe geletterdheid
Prof. dr. Wim Veen, Frans Jacobs.
4
Inschatting jongeren van zoekcapaciteiten
6. 3 belang rijk
vaardigheden
1. Zoekvaardigheden.
De meeste mensen gebruiken
alleen de Google als zoekmachine
en denken niet bewust na over de
zoektermen.
We noemen dat ‘ data-driven’
zoekers. Ze laten zich leiden door
de gevonden resultaten.
2. Leesvaardigheden
Het lezen en scannen van de
hoeveelheid informatie die op je
af komt is te trainen. Je hebt te
maken met menu’s, zoekfuncties
en hyperlinks. Een onderdeel is
ook de visuele geletterdheid, het
halen van informatie uit beelden.
3. Beoordelingsvaardigheid
De informatie die op je af komt ga
je beoordelen op juistheid,
actualiteit en of het passend is bij
de vraag.
5
Vaardigheden webwijsheid
Bron: Kennisnet
Brochure Wat we weten over....webwijsheid in het PO en VO
7. 1. Het gebruik van verkeerde
zoektermen. Ze typen bijvoorbeeld een
letterlijke vraag in en krijgen tot hun
verbazing geen antwoord van de
zoekmachine.
2. Men kijkt alleen naar de bovenste tien
hits in Google, omdat de rest niet
relevant zou zijn.
3. Veel leerlingen zoeken alleen met
Google, in plaats van concurrerende
zoekmachines of speciale kinder-
zoekmachines zoals Davindi.
4. Men spelt woorden verkeerd,
waardoor men niets vindt. Google
geeft overigens meestal wel
spellingvarianten weer.
6
Zoekfouten bij leerlingen
5. Leerlingen doen aan plagiaat, en kopiëren tekst
soms inclusief de hyperlinks (‘klik hier’) of ze
laten per ongeluk de naam van de auteur staan in
hun eigen werkstuk.
6. De leerlingen gebruiken onbetrouwbare bronnen.
In die gevallen bevat de tekst grote onzin, maar
wordt het toch klakkeloos overgenomen.
8. • HOOFDSTUK 2 •
Google ontvangt meer dan 200 miljoen
zoekacties per dag, waarvan meer dan de helft
afkomstig is van buiten de Verenigde Staten. De
drukste uren op google.com zijn tussen 6.00 en
12.00 uur PST, wanneer meer dan 2.000
zoekacties per seconde worden verwerkt.
•
VAARDIGHEDEN WEBWIJSHEID
9. De naam Google is afgeleid van het
woord googol, dat wordt gebruikt om
het getal aan te duiden dat wordt
geschreven als een 1 met 100 nullen.
Dit woord is verzonnen door het
negen jaar oude neefje van de
wiskundige Edward Kasner.
Google beschikt over de grootste
index met webpagina's ter wereld met
meer dan 3 miljard webpagina's. Als
deze index zou worden afgedrukt, zou
dit een stapel papier van 130 mijl
hoog opleveren. Gewoonlijk wordt
deze enorme verzameling
webpagina's van Google in minder
dan een halve seconde doorzocht.
In deze workshop worden
de
zoekvaardigheden
van u verbeterd!
Hierbij komt aan de orde:
1) Zoekmachines
2) Kiezen van
zoektermen
3) Zoekoperatoren
4) Andere zoekmiddelen
5) Oefenen met Google
zoekmachine
8
Weetjes
10. Er zijn verschillende zoekmachines
die je kunt inzetten bij de
zoekopdrachten. Hieronder zie je de
verschillende zoekmachines.
1. Algemene zoekmachines
Yahoo, Google, Live search
2. Metazoekmachines
Deze zoekmachines maken van
meerdere algemene zoekmachines
gebruik.
Vinden.nl en Metacrawler
ixquick.com (anonieme
zoekmachine)
3. Specifieke zoekmachines
Deze zijn gericht op het zoeken van
speciale informatie
Afbeeldingen: Google afbeeldingen,
Flick’r , Bing en Yahoo
Video: YouTube, AltaVista,
9
Zoekmachines
4. Wetenschappelijke
zoekmachines
Google Scholar, CiteSeer
(wetenschappelijke literatuur),
Pubmed
5. Semantisch zoekmachines
De Aquabrowser Library (ABL) is een
zoekmachine ontworpen door
Medialab. De ABL is een zoekmachine
gebaseerd op het principe van
associatief zoeken. De zoekresultaten
worden gepresenteerd in een
woordenveld.
6. Real-life search
Ook kun je een zoekopdracht plaatsen
bij Twitter met #DTV
Voorbeeld van een
semantische zoekmachine.
Ze zijn geïntegreerd bij de
bibliotheken.
http://zoeken.bibliotheek.nl/
Bron: Word informatievaardig
Saskia Brand-Gruwel, Iwan Wopereis
Weblogs: Technorati
Kaarten: GoogleMaps, Bingmaps,
Appelmaps
11. zoekoperatoren
De zoekmachine heeft de
mogelijkheid om de
resultaten te ‘verkleinen’ .
De woorden AND, OR en
NOT zijn Booleaanse
zoekoperatoren. Ze
worden met hoofdletters
gespeld en tellen niet mee
met als zoekterm.
Voorbeeld
U zoekt informatie over
komkommer en tomaten
salades.
10
Zoekoperatoren
Je typt: “komkommersalade”
AND “tomatensalade”
Je krijgt zoekresultaten van
websites waar komkommersalades
en tomatensalades te vinden zijn.
Je typt: “komkommersalade” OR
“tomatensalade”
Je krijgt zoekresultaten van
websites met of
komkommersalades, of
tomatensalades of beide.
Je typt: komkommersalade
-tomatensalade
Je krijgt zoekresultaten van websites
met alleen komkommersalade.
12. Handleiding
Bij het vinden van antwoorden op
vragen is het belangrijk om helder te
krijgen wat je al weet van het
onderwerp. Is er weinig voorkennis van
het onderwerp kun je ervoor kiezen om
een aquabrowser te gebruiken.
1. Maak een mindmap van je vraag door
rondom het trefwoord via brainstorm
er woorden omheen te zetten.
2. Gebruik een aquabowser voor
synoniemen en aanverwante
zoektermen
3. Maak combinaties van termen
(gebruik van synoniemen)
4. Hanteer de sneeuwbalmethode:
vertrek vanuit een veel geciteerd
11
Kiezen van zoektermen
Je gebruikt spreektaal in deze zoekopdracht. Een vaak
voorkomende fout bij zoeken. Het heeft ook geen zin om
het woord pesten tweemaal in een zoekopdracht te
gebruiken. De gevonden linken zijn vrij algemeen en
kunnen de informatie wel weergeven, maar dat vereist
verder zoeken in de gevonden hits. De informatie die je
vindt gaat met name over het verschil tussen pesten en
online pesten. De gevonden websites geven niet de
juiste informatie en je gaat op zoek naar andere
synoniemen van online pesten.
Bron: Word informatievaardig
Saskia Brand-Gruwel, Iwan Wopereis
Praktijk Voorbeeld
Je wilt weten of online pesten meer schade aanricht bij
kinderen dan ‘gewoon’ pesten .
13. Door gebruik te maken van een aquabrowser kom
je op het synoniem:cyberpesten.
De zoekwoorden worden aangescherpt: pesten
versus cyberpesten. Je kiest ervoor om een
wetenschappelijke zoekmachine te gebruiken;
Google Scholar.
Je ontdekt betere zoektermen door te
kijken naar de resultaten: traditioneel pesten
versus cyberpesten. Je vindt nu goede
artikelen die antwoord geven op je vraag.
12
14. Een portal is een webpagina die dienst
doet als toegangspoort tot een reeks
andere websites.
Een bekende portal is startpagina.nl
Bron: Word informatievaardig
Saskia Brand-Gruwel, Iwan Wopereis
Je kunt ook gebruik maken van een
database, dat is een gegevensbank
met een archiefkast dat eenvoudig
doorzocht kan worden. Dit wordt veel
gebruikt voor de overheid en
bedrijven.
Een voorbeeld is: SLO.nl en
overheid.nl
Gebr uik URL
URL staat voor
‘Uniform Resource
Locator’
De url geeft een unieke
bestandslocatie aan op
internet.
U kunt ook zoeken met
gebruik maken van de
url:
- com=commerciële
instelling
- edu= educatieve
instelling
- net= netwerkdiensten
- org= nonprofit site
- info=informatieve site
- gov=
overheidsinstelling
13
Andere manier om te zoeken
Gebruik van een portal of database
15. • HOOFDSTUK 3 •
In dit hoofdstuk gaan we leren welke extra
zoekmiddelen je kunt gebruiken om de
zoekopdracht te verfijnen.
VERFIJNING ZOEKOPDRACHT
16. 15
Extra zoekmiddelen
Gebruik aanhalingstekens om
met hele zinnen te zoeken bij
bv. liedjes, boektitels.
Door de aanhalingstekens
“dwing” je google om websites
te zoeken waar de letterlijke
tekst in staat! In dit geval vindt
Google niets.
Url met bepaalde termen
Gebruik: inurl:grapjas
In de adresbalk van de website
staat nu grapjas.
De zoekmachines geven de mogelijkheid om de zoekresultaten te ‘ verkleinen’ of te vergroten. Je kunt
gebruik maken van geavanceerd zoeken van de zoekmachine of speciale tekens/operatoren gebruiken. We
gebruiken de zoekmachine Google als voorbeeld.
Bron: https://sites.google.com/site/zoektips/nl
17. 16
De zoekopdracht allintitle:Wilhelmus van Nassouwe levert 2180
websites met zijn naam als titel. De zoekopdracht zonder intitle levert
64.300 resultaten. De resultaten zijn veel diverser.
Zoek woord in titel website:
gebruik intitle of bij meerdere
zoektermen allintitle.
Sorteer op datum:
Gebruik: Date:3 (alleen websites die
laatste drie maanden zijn
vernieuwd).
Zoeken met uitsluiten:
gebruik - (minteken)
Houdt rekening met de spatie
tussen pasta en minteken.
18. Zoek naar definitie woord.
Gebruik define:klamboe
17
Welke website zijn gelinkt
aan een website?
Gebruik link:www.......
Met de site-operator kun je je
zoekopdracht ook beperken tot
een bepaald domein.
site:edu zoekt alleen op sites van
Amerikaanse
universiteiten(wetenschappelijk),
site:int zoekt op sites van
internationale
organisaties (regelgeving o.a. EU
en VN
Zoek je een bepaalde file op
een website?
Gebruik: filetype:pdf (of
ander bestandstype).
Zoeken met related. Google
geeft nu verwante pagina’s
weer van de zoekopdracht.
related:nrc.nl (zoekt ook bij
andere kranten)
Wie zijn de beheerders en
registranten van bepaalde
website?
www.domeindelver.nl
19. 18
Je krijgt de websites die gelinkt zijn
aan mediawijzer.net. Is handig om te
zien of de website betrouwbaar is.
Google geeft verwante pagina’s
weer van de opgegeven website.
Zoek je een bepaalde file op een
website? Typ filetype met erachter het
type wat je zoekt, bv. pdf, docs, excel.
Gebruik de tilde-operator (~) om combinaties van
synoniemen te vinden. Bij de zoekopdracht
~orkaan vind je ook resultaten van woorden met
dezelfde betekenis, zoals tyfoon of tropische
storm.
20. Wildcard
Als je niet zeker weet
hoe je een woord spelt
dan gebruik je *
Bv Tsjaiko*ski
19
De Wayback Machine
gebruik je om te
achterhalen hoe de
website er vroeger uit zag.
Maar ook hoe lang de
website bestaat.
21. 20
De wildcard wordt gebruikt om de
leegte in te vullen ...handig als je
het woord niet kunt vinden.
Je vindt de oudere versies van de website
van Citaverde. De blauwe cirkels zijn
screenshots van de toenmalige website.
Typ define voor een definitie van een
woord.
22. • HOOFDSTUK 4 •
In dit hoofdstuk staan meerdere zoekopdrachten om je
vaardigheden te oefenen.
23. 7. Je zoekt
wetenschappelijke
informatie over digitale
leesvaardigheden jongeren.
Hoe pak je dit aan?
8. Leerlingen vragen om
andere presentatie vormen
dan het gebruik van
PowerPoint.
Je kent alleen Powerpoint,
hoe pak je dit aan?
oefeningen
1. Zoek een recept met macaroni zonder
kaas.
2. Je kijkt op de website van
www.devoedingswijzer.nl
Je wilt weten of de website betrouwbaar is
en hoe lang de website online is. Hoe doe je
dat?
3. Zoek een jaarverslag 2012 (DOCX) van
de organisatie Sonar
4. Zoek de definitie van het woord
ratificatie
5. Je wilt informatie over een invloedrijke
verpleegkundige in de 19e eeuw. Je weet
de naam niet meer, maar het is NIET
Florence Nightingale. Hoe zoek je?
6. Je wilt informatie over de kosten van
tablets uitgezonderd de iPad. Hoe zoek
je?
22
24. oefeningen
1. Zoek een recept met macaroni zonder
kaas.
2. Je kijkt op de website van
www.devoedingswijzer.nl
Je wilt weten of de website betrouwbaar is en
hoe lang de website online is. Hoe doe je dat?
3. Zoek een jaarverslag 2012 (DOCX) van de
organisatie Sonar
4. Zoek de definitie van het woord ratificatie
5. Je wilt informatie over een invloedrijke
verpleegkundige in de 19e eeuw. Je weet
de naam niet meer, maar het is NIET
Florence Nightingale. Hoe zoek je?
6. Je wilt informatie over de kosten van
tablets uitgezonderd de iPad. Hoe zoek je?
1.
2.
23
Je kunt bekijken welke websites gelinkt zijn aan
voedingswijzer.nl. Welke andere websites verwijzen naar deze
website. Dit geeft een goede indicatie of de website te
vertrouwen is. Of je gebruikt de WaybackMachine
3.
25. 4.
Dit gaf wel een aantal sites, hierop zou je verder kunnen
borduren. Het viel me op dat de ‘ hits’ vaak betrekking hadden
op boeken. Misschien verder zoeken op de aquabrowser en de
portal van de bibliotheek.
Hier vind ik meteen de naam die ik zocht: Mary Seacole .
6. Makkelijke.....
24
5.
Is een lastige opdracht. Bij de eerste poging heb ik een
combinatie van AND en minteken uitgeprobeerd.
26. 7. Je zoekt wetenschappelijke informatie over digitale
leesvaardigheden jongeren. Hoe pak je dit aan?
Bij deze opdracht maak ik eerst een mindmap van mijn
voorkennis. Ik gebruik iBrainstorm om synoniemen en
aanvullende informatie te verzamelen.
Het gaat over wetenschappelijke recente artikelen. Ik ga
Google Scholar gebruiken en probeer eens met een combinatie
van termen te zoeken. Links zie je de optie sinds 2009....Je
krijgt artikelen die niet gedateerd zijn. Ik maak de
zoekopdracht groter door AND te gebruiken. Op deze manier
vind ik ook Nederlandse artikelen. Ik neem het artikel van
M.Driessen en scan het artikel en gebruik haar bronnen
(sneeuwbalmethode). Zo kom je op een reeks van artikelen.
25
27. Daarnaast gebruik ik altijd mijn Twitter-account om op
relevante informatie te komen. Via Twitter kwam ik bij
Jeroen Clemens en Amber Walraven. Zij zijn onderzoekers die
onderzoek doen naar online tekstbegrip. Op de website van
Jeroen vond ik een aantal presentaties die ik kon gebruiken.
Op deze wijze vind je steeds meer artikelen waar je de
informatie kunt uithalen.
8. Leerlingen vragen om andere presentatie vormen dan het
gebruik van PowerPoint.
U kent alleen Powerpoint, hoe pak je dit aan?
Als je dit probeert vind je alleen maar informatie over
PowerPoint. beter kun je dit zoekwoord gebruiken:
Onderaan vind je zoekopdrachten die gerelateerd zijn aan dit
onderwerp.
26
28. AUTEUR
Mariëlle van Rijn
Zelfstandig professional, de eigenaar van
Leernetwerk.
Ontwikkelaar en trainer van de opleiding
Mediapro(o)f. Deze opleiding richt zich op
ontwikkeling van vaardigheden van leraren
in PO, VO en MBO van de 21e eeuw. In mijn
werk richt ik me vooral op het organiseren,
meedenken en toepassen van deze nieuwe
skills in de klas voor zowel de leerling als de
leraar.
Voorzitter van Stichting Openwijs en
consultant van EXOVA.