6. Fout… Tip: maak de zin vragend, de PV komt dan vooraan te staan. Terug naar de zin
7.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19. Denk nog eens goed.. Verdeel de zin eens in zinsdelen, het LV bestaat uit één heel zinsdeel. Ga terug
20.
21.
22.
23.
24.
25.
26.
27. Oké, je bent goed bezig. We gaan nu kijken of je het echt hebt begrepen. De laatste 3 zinnen zijn al ontleed, alleen jij moet kiezen welk van de drie opties de juiste ontleding is. Doe je best!
28.
29. Helaas, denk nog eens aan de vragen die je moet stellen.. PV: maak de zin vragend O: wie doet de handeling WG: alle werkwoorden LV: wat + O + WG MV: voor wie + O + WG + LV BWB: antwoord op de ‘wwh-vragen’ Terug naar de zin