1. Vlaams Agentschap - Basisset 2012
Methodologie
Indicatoren
o Moeder en kind
o Orthopedie
o Cardiologie
o Oncologie
o Ziekenhuisbreed domein
Methodologie
Bij de selectie van de domeinen waarbinnen indicatoren geselecteerd werden voor de basisset 2012,
hebben volgende criteria een bepalende rol gespeeld [Vlayen et al.][Vleugels].
Impact van de aandoeningen op de gezondheidszorg:
o volume patiëntenpopulaties (grote incidentie of prevalentie),
o significante bijdrage aan morbiditeit en mortaliteit,
o hoge maatschappelijke (in)directe kosten.
Het ‘level-of-evidence’ en de aanwezigheid van een link tussen de gemeten processen en
resultaten van de zorg.
Het kwaliteitsverbeteringspotentieel: er moeten aanwijzingen zijn dat kwaliteit van de zorg
voor de aandoening waarvoor indicatoren ontwikkeld worden variabel is en dat er een
mogelijkheid is voor verbetering.
Controleerbaarheid door verstrekkers: de zorgverstrekker moet zelf een invloed hebben op
de kwaliteit van het te evalueren aspect.
Op basis van bovenstaande criteria werden vijf domeinen geselecteerd:
1. Moeder en kind
2. Oncologie
3. Orthopedie
4. Cardiologie
5. Ziekenhuisbreed domein
Voor prioritisering van de indicatoren per domein zijn de meetfunctie van de indicatoren (validiteit,
betrouwbaarheid, definieerbaarheid, relevantie, specificiteit en sensibiliteit) en het gebruik van
indicatoren (impact, haalbaarheid, verbetervermogen, interpreteerbaarheid, tijdigheid en
vergelijkbaarheid) belangrijke kenmerken.
Door de ontwikkelingsgroepen werden de beschikbare (internationale en nationale)
kwaliteitsindicatoren geïnventariseerd en zo veel als mogelijk, op een gestandaardiseerde wijze ,
getoetst op hun validiteit. Het resultaat werd door de experts getoetst aan hun klinische inzichten. Na
2. het bepalen van factoren m.b.t. risk adjustment en het toetsen van de bewijskracht voor de
geselecteerde indicatoren, werden indicatoren gedefinieerd volgens een vooraf afgesproken template.
De onderstaande basisset van indicatoren werd vastgelegd in 2012. Ze wordt in de loop van 2013
verder gevalideerd en vanaf 2014 kan ze toegepast worden voor alle Vlaamse ziekenhuizen met de
meest recente beschikbare gegevens. Vanaf 2014 zullen ook nieuwe indicatoren voorgesteld worden,
die na validatie aan deze set kunnen toegevoegd worden.
Terug naar boven
Indicatoren
Moeder en Kind
De gezondheidszorg voor moeder en kind is een belangrijke parameter in internationale vergelijkingen
over de kwaliteit van gezondheidszorgsystemen van landen. Het is dan ook evident dat voor deze
beide doelgroepen gekeken wordt hoever we staan met de kwaliteit van onze zorg en hoe we ze nog
verder kunnen opdrijven. Daarbij focussen we in Vlaanderen op een aantal eventuele
verbetermogelijkheden van de zorg in onze ziekenhuizen en niet op het gehele
gezondheidszorgsysteem als dusdanig. Zo worden thuisbevallingen bijvoorbeeld niet meegenomen in
deze analyses evenals een aantal andere bijzonder goede Vlaamse kwaliteitscijfers (bijvoorbeeld
inzake de dekkingsgraad van vaccinaties).
De samenstelling van de ontwikkelingsgroep voor dit domein vindt men hier. Voor een beschrijving
van de indicatoren, kies een van de indicatoren hieronder:
Keizersneden
Borstvoeding
Opname van zuigelingen op N* en NIC
Heropnames
Aanpak kindermishandeling
Terug naar boven
Orthopedie
In alle Vlaamse ziekenhuizen gebeuren orthopedische ingrepen, waardoor quasi alle ziekenhuizen
met indicatoren over de zorgkwaliteit binnen het orthopedisch domein aan de slag kunnen. Er is dus
een zeer groot patiëntenvolume. In een eerste tijd heeft de ontwikkelingsgroep beslist om zich te
beperken tot informatie m.b.t. knie- en heupprothesen. Cijfermateriaal van de mutualiteiten leert dat er
variantie is in zowel aantallen als resultaten van deze ingrepen, zodat dit domein als relevant wordt
beschouwd om op te nemen in de basisset.
De samenstelling van de ontwikkelingsgroep voor dit domein vindt men hier. Voor een beschrijving
van de indicatoren, kies een van de indicatoren hieronder:
Transfusiegraad
Verblijfsduur
3. Revisies
Tijdigheid van zorg
Terug naar boven
Cardiologie
Cardiologie is opnieuw een domein waar een ruim verspreid zorgaanbod in Vlaanderen is, binnen de
zorgprogramma’s cardiale pathologie. Cardiologie genereert een voldoende groot patiëntenvolume,
waardoor er een grote impact op de zorgkwaliteit kan zijn. Internationaal is het domein cardiologie een
domein waar consensus bestaat over een aantal te volgen parameters om de kwaliteit van zorg te
evalueren.
Er bestaan internationale richtlijnen voor goede praktijkvoering in de verschillende fasen van de
opvang van het acuut myocardinfarct (AMI) die, bij toepassing ervan, resulteren in een verminderde
sterfte. Ook een aantal organisatorische elementen spelen een rol zoals de tijd die verloopt tussen de
oproep en het uitrukken van een ziekenauto en de tijd die verloopt tussen de aankomst in een
ziekenhuis en het instellen van een behandeling. Ook het feit of een opname plaats vindt in het
weekend of niet, speelt daarin mee. Het verband tussen betere zorgprocessen en een vermindering in
letaliteit voor AMI werd aangetoond. Doeltreffende zorg binnen een optimale termijn is essentieel voor
het overleven van de patiënt en impliceert het aangepast gebruik van thrombolyse en revascularisatie.
De samenstelling van de ontwikkelingsgroep voor dit domein vindt men hier. Voor een beschrijving
van de indicatoren, kies een van de indicatoren hieronder:
Mortaliteit
Gebruik van ACEI inhibitoren of ARB therapie
Secundaire preventie van cardiovasculaire events: gebruik van aspirine
Secundaire preventie van cardiovasculaire events: gebruik van bètablokkers
Terug naar boven
Oncologie
De ontwikkelingsgroep voor dit domein heeft zich in eerste tijd gefocust op borstkanker, als één van
de meest belangrijke doodsoorzaken. In 2009 werd bij 9417 nieuwe patiënten borstkanker
gediagnosticeerd, waarvan 5533 in het Vlaamse Gewest. In België is, net als in Europa, borstkanker
de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens
ingevolge kanker).
De borstkankersterfte daalde in Vlaanderen echter in de afgelopen 10 jaar. Gemiddeld daalde de
sterfte jaarlijks met ongeveer 2,2%[Stordeur et al].
De kwaliteit van de zorg voor borstkankerpatiënten gaat in stijgende lijn. Het blijkt dat de 5-
jaarsoverleving tussen 2001 en 2004 licht is verbeterd voor niet-uitgezaaide kankers. Afhankelijk van
het stadium waarin de kanker zich bevond, overleefde tussen de 93 % en 64 % van de patiënten de
eerste vijf jaar. Van de patiënten met uitgezaaide kanker leefde bijna één op drie nog na vijf jaar.
Toch blijkt er nog ruimte tot verbetering. In België wordt bij minder dan 60 % van de vrouwen
4. borstsparende chirurgie uitgevoerd, terwijl dit in Europese context in 70 % tot 80 % van de gevallen
mogelijk is. Verder blijkt er een grote variabiliteit tussen de ziekenhuizen.
Een vergelijkende studie tussen de indicatoren die in het KCE-rapport en de indicatorenset
gedefinieerd door EUSOMA vormde de basis voor de samenstelling van de basisset van indicatoren
voor borstkanker.
De samenstelling van de ontwikkelingsgroep voor dit domein vindt men hier. Voor een beschrijving
van de indicatoren, kies een van de indicatoren hieronder:
Vijfjaarsoverleving
Ziektespecifieke vijfjaarsoverleving
Diagnosestelling:
o Statusbepaling van eostrogeen, progesteron en HER2
o Two-view mammografie en echografie
o Cytologische of histologische beoordeling van maligniteit
Behandeling:
o Multidisciplinaire benadering
o Aanvullende hormonale therapie
o Borstsparende behandeling
o Systemische behandeling
o Radiotherapie
o Chemotherapie
o Neoadjuvante systemische behandeling vóór heelkundige ingreep
Secundaire preventie
Terug naar boven
Ziekenhuisbreed domein
Naast pathologiespecifieke informatie over de kwaliteit van de zorg, zijn er een aantal aspecten in de
zorg in het ziekenhuis, die breder gaan dan één bepaald domein. Hierbij kan onder meer gedacht
worden aan een aantal evidente zaken zoals handhygiëne, geneesmiddelendistributie en het correct
identificeren van patiënten.
Daarom werd beslist om een domein ziekenhuisbrede indicatoren in te voeren. Dit domein bundelt een
aantal kwaliteitsindicatoren die de pathologiespecifieke domeinen overschrijdt.
Daarnaast kunnen ook patiëntenervaringen heel wat aanknopingspunten aanreiken voor het opzetten
van verbeterinitiatieven. Wetenschappelijk onderzoek, alsook interne bevragingen wijzen uit dat er vier
aspecten van de zorg (buiten het medische) doorwegen in de beoordeling van de kwaliteit van de zorg
door de patiënt: 1) informatie en communicatie, 2) privacy, respect en bejegening, 3) toegankelijkheid
en betaalbaarheid, 4) participatie. Het ziekenhuisbreed domein bevat daarom ook een aantal service-
indicatoren.
De samenstelling van de ontwikkelingsgroep voor dit domein vindt men hier. Voor een beschrijving
van de indicatoren, kies een van de indicatoren hieronder:
5. Heropnames
Ervaringen van patiënten
Informatie aan patiënten
Medicatieveiligheid
Incidentie van MRSA - sepsis
Handhygiëne
Patiëntenidentificatie
Safe surgery checklist
Terug naar boven
Vleugels A. (2010). Nota voor het kwaliteitsindicatorenforum. (Terug)
Nederkoorn A, Delnoij D. Het meten van kwaliteit van zorg vanuit klantenperspectief. VGE-infobulletin
2008; 25 (3): 28-30. (Terug)
Incidentie: Het aantal nieuwe gevallen van een bepaalde ziekte, aandoening of gebeurtenis in een
bepaalde tijdsperiode in een bepaalde risicopopulatie.
AMI: Acuut Myocard Infarct
Prevalentie: De proportie personen die een bepaalde ziekte of aandoening hebben, in een bepaalde
populatie op een bepaald tijdstip.