SlideShare a Scribd company logo
1 of 52
de beethoven
belevenis
programmaboek
seizoen 2011– 2012


                     1
2
de beethoven belevenis
     uitvoering én live opname van alle symfonieën van beethoven
     Met zijn negen symfonieën veroorzaakte Ludwig van Beethoven een muzikale revolutie die het pad
     naar de Romantiek effende. Hij componeerde muziek die benaderbaar én begrijpbaar bleef. Ook na
     twee eeuwen heeft dit repertoire nog steeds een enorme zeggingskracht. Het is die universele kracht
     die Frans Brüggen zo aanspreekt in het werk van Beethoven. Dat was 25 jaar geleden al zo toen hij ze
     voor het eerst op cd vastlegde. Die inspiratiebron blijkt nog steeds springlevend. In vijf concerten komen
     alle Beethoven-symfonieën aan bod. Een unieke samenwerking tussen Concert- en congresgebouw
     de Doelen, Frans Brüggen en zijn Orkest van de Achttiende Eeuw.


2    voorwoord

4    frans brüggen door Roland de Beer

12   een en drie donderdag 6 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur

18   twee en vier zondag 9 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur

24   vijf en zes maandag 10 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur

30   zeven en acht dinsdag 11 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur

36   negen zondag 16 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur

42   biografieën

47   de beethoven belevenis op cd
     beethoven, een biografie Jan Caeyers
     foto-expositie ‘de geluksmachine op weg’ Annelies van der Vegt
     red sofa: frans brüggen geïnterviewd door Roland de Beer
     frans brüggen geeft openbare masterclass

48   colofon
                                                                                                                  1

     orkest van de achttiende eeuw
     frans brüggen · dirigent
voorwoord



        D
                e Doelen hecht groot belang aan het creëren van vaste
                samenwerkingsverbanden met ensembles en artiesten. Zo
                maken we spannende programma’s met een vijftal huisensem-
        bles: het DoelenEnsemble, het DoelenKwartet, het Laurens Collegium,
        Sinfonia Rotterdam en Rietkwintet Calefax. Hoewel het Orkest van de
        Achttiende Eeuw geen formele status als huisorkest heeft, presenteert
        de Doelen jaarlijks met gepaste trots dit prachtige orkest in een reeks op
        maat bedachte, toonaangevende concerten en projecten voor Rotterdam.


        De meeste Grote Orkesten van de Wereld hebben een eigen basis, een
        eigen zaal, een eigen publiek. Het Orkest van de Achttiende Eeuw heeft dat
        echter niet. Inmiddels drie decennia onderweg, bezocht het orkest meer
        dan dertig landen in vier werelddelen en trad het op in 300 steden. In
        sommige van deze steden werd slechts eenmaal gespeeld, in de meeste
        steden natuurlijk vaker, maar naar een paar steden wordt met grote regel-
        maat teruggekeerd. De relatie met de Doelen is een prachtig voorbeeld van
        de dierbare band die in de loop van vele jaren kan ontstaan tussen een
        stad en een orkest.


        Na het eerste concert in Rotterdam op 7 juni 1982 groeide de Doelen uit
        tot een van de veilige thuishavens. En het was deze vriendschap die het
        Orkest van de Achttiende Eeuw de mogelijkheid bood om bijna elke parel
        uit het repertoire ten gehore te brengen, de werken van Bach, Rameau,
        Haydn, Mozart, Beethoven, Schubert en Mendelssohn.


        De fascinatie van Frans Brüggen en zijn orkest voor de Negen Symfonieën
        van Beethoven duurt dertig jaar en is in drie perioden te verdelen. Het kostte
        het orkest tien jaar om de negen meesterwerken op het repertoire te krijgen.
        Daarna volgde een periode waarin de symfonieën met grote regelmaat stuk
2       voor stuk en in combinatie met werken van andere componisten terug-
        keerden. En het is inmiddels ook alweer tien jaar dat het orkest zich van
        tijd tot tijd voor een wat langere periode in een stad terugtrekt om, als het
        ware in residentie, de volledige cyclus uit te voeren.
Wat eind 1999 in San Sebastian begon en werd voortgezet in Utrecht,
Amsterdam, Tokio, Hong Kong, Warschau, Hamburg en Parijs, wordt nu
voor de negende keer en onder ideale omstandigheden in tien dagen in
Rotterdam herhaald en geregistreerd in de aanwezigheid van u, ons publiek.


De vijftig leden van het orkest, afkomstig uit drieëntwintig landen, hebben
naar dit project toegeleefd en verheugen zich op wat komen gaat. Samen
met de Doelen is er een boeiende randprogrammering bedacht. Tijdens
De Beethoven Belevenis geeft Beethovenkenner en dirigent Jan Caeyers een
lezing; bij elk concert verzorgt Guido van Oorschot een bevlogen inleiding;
voorafgaand aan de concerten treden de leerlingen van het Rotterdamse
Hellendaal Muziekinstituut meerdere keren op in de foyers; Frans Brüggen
en Roland de Beer gaan samen op zoek naar de geheimen van Beethoven
in een openbare bespreking, en last but not least, geeft Frans Brüggen een
zeldzame openbare masterclass voor jonge dirigenten van de opleiding
orkestdirectie aan Codarts, Rotterdams Conservatorium.


De Geluksmachine was de titel die Anna Enquist koos voor haar gedicht
over het orkest, uitgesproken bij de aanbieding van de Prins Bernhard
Cultuurprijs in november 2010. Dankzij deze prestigieuze prijs is De Beet-
hoven Belevenis tot stand gekomen. De Geluksmachine op Weg is de voor
de hand liggende titel van de fototentoonstelling die voor de duur van dit
project in de Doelen werd samengesteld door fotografe Annelies van der Vegt,
die als een van de violisten van het orkest bij uitstek in de positie was om
dat wat zich achter de schermen afspeelt op welhaast tedere wijze vast te
leggen.


Namens de Doelen en het Orkest van de Achttiende Eeuw wensen wij u
een bijzonder avontuurlijke Beethoven Belevenis.
                                                                               3
Neil Wallace                                Sieuwert Verster
hoofd programmering                         directeur
Concert- en congresgebouw de Doelen         Orkest van de Achttiende Eeuw
frans brüggen
    door Roland de Beer




    F
           rans Brüggen laat zich niet graag een titanenzoon noemen. Ook is hij niet voor straf vastgebonden aan
           een rots. En mocht zijn lever dagelijks verdwijnen en weer aangroeien, dan komt dat niet doordat Zeus
           een hongerige adelaar op hem af heeft gestuurd. Toch kan Frans Brüggen, de blokfluitist die op zijn 47ste
    besloot een ‘orkest voor de achttiende eeuw’ op te richten, worden vergeleken met Prometheus, de mythologische
    mensenvriend die bij de goden van de Olympus het vuur terugstal dat ze hadden weggenomen bij de gewone
    stervelingen.


    Een daad stellen die door iedereen onmogelijk wordt             daagse muziek. Brüggen zei het maar à l’improviste.
    geacht. Zoiets flikte Frans Brüggen, geboren in 1934 in         Maar de opmerking is hem lang nagedragen. ‘Ik denk dat
    Amsterdam, toen hij in 1981 een nieuw orkest oprichtte          ik in mijn hart al bezig was een antwoord te verzinnen,
    van symfonische dimensies. In het Nederlandse muziek-           een eigen orkest voor achttiende-eeuwse muziek’, zei
    bestel van die dagen leek dat onbestaanbaar. Lichtelijk         Brüggen later.
    bizar bovendien, was dat de meester van de blokfluit er
    als dirigent voor ging staan, terwijl hij nauwelijks ervaring   het geheim van de telefoonklapper
    had met dirigeren, en er ook niet voor had doorgeleerd.         De essentie van Frans Brüggens eigen symfonische
    Brüggen noemde het een ‘tegenaanval’.                           avontuur ligt in het instrumentarium. En in de manier
      Een tegenaanval tegen wat? Tegen de muziekcultuur             waarop dat wordt bespeeld. Het moet passen bij het
    om hem heen. Tegen symfonieorkesten die zich niet               repertoire. Dat je zeer mooie resultaten kunt krijgen
    meer bekommerden om hun eigen wortels. Tegen een                wanneer muziek van Bach uit 1730 wordt uitgevoerd
    dirigentenpraktijk die zich even souverein als gedachten-       met instrumenten en strijkstokken uit die tijd (of met
    loos van achttiende-eeuwse muziek bediende, zonder              kopieën van zulke instrumenten en strijkstokken) – die
    zich druk te maken om haar oorsprong, of zelfs maar             gedachte was anno 1981 vrij algemeen aanvaard. Er
    om haar klank. Tegen de hoeders van een ‘traditie’ die          waren al heel wat ensembles, van Brüggen onder meer,
    voornamelijk inhield dat men dezelfde fouten maakte             en van zijn oudere collega’s Gustav Leonhardt en Niko-
    als twintig of vijftig jaar geleden.                            laus Harnoncourt, die daaraan hadden bijgedragen met
4     ‘Iedere noot Mozart die het Concertgebouworkest speelt        muziek uit de barokperiode.
    is een leugen’, riep de langharige blokfluitcoryfee in het        Maar dat zo’n praktijk niet alleen bij muziek past uit de
    roerige jaar 1969 tijdens een openbaar debat dat eigen-         tijd tot pakweg 1750, maar dat het ook voor repertoire uit
    lijk over een ander onderwerp ging, namelijk de (geringe)       de latere achttiende eeuw kan gelden, zoals voor Mozart,
    interesse van gevestigde symfonieorkesten voor heden-           voor Haydn, eigenlijk voor alle muziek, die gedachte
bestond in 1981 alleen nog in gespecialiseerde kring.       tiende-eeuws instrument, en bereid waren de speelstijl
  Brüggen, die als blokfluitist al een kwarteeuw studeer-   te zien als een voortdurend punt van experiment en
de op oude uitvoeringspraktijken, vond dat een symfonie     discussie.
van Mozart, gecomponeerd in 1780, ook om instrumen-           Dat maakte de onderneming er niet eenvoudiger op.
ten uit die periode vraagt. Om andere instrumenten dus      In Nederland liepen wel experts rond als de violistes Lucy
dan die uit 1730, maar zeker andere dan de moderne          van Dael en Alda Stuurop en de altviolist Wim ten Have.


            frans brüggen wilde een orkest waarvan de musici
               bijeenkwamen om expertise uit te wisselen
uit 1980 waar het overgrote deel van de internationale      De cellist Wouter Möller was een internationaal befaamde
muziekwereld het mee deed, gedirigeerd door goden van       handelsreiziger in achttiende-eeuwse streektechnieken.       5
de Olympus als Herbert von Karajan, Bernard Haitink en      Er bestond een kleine oude muziek-houtblazersschool
Kurt Masur. Brüggen wilde zijn nieuwe Orkest van de         rond de hoboïst Ku Ebbinge en de fluitist Ricardo Kanji.
Achttiende Eeuw uitsluitend bemannen met collega’s          Maar met acht of tien uitmuntende strijkers en blazers
(m/v) die zich meester konden noemen op een acht-           heb je nog geen uitmuntend orkest. Brüggen en zijn
frans brüggen




    toenmalige concertmeester Van Dael moesten hun            cert, de barokgroep die Hogwoods concurrent Trevor
    teamgenoten uit heel West-Europa naar Amsterdam           Pinnock in 1972 in het leven riep. Maar dat zijn betrek-
    zien te halen. Ook transatlantische nummers stonden       kelijk kleine gezelschappen, vergeleken met de veertig-
    in de telefoonklapper. Zo kwam er bij de klarinetten al   koppige bezetting die Brüggen door het hoofd spookte.
    gauw versterking van een fabuleuze Amerikaan, Eric          In die grotere dames- en herenmaten – groei van de
    Hoeprich.                                                 ensembles hing in de lucht – werd wel gedacht door de
                                                              Brit Roger Norrington. Hij was in 1978 oprichter van
    het geheim van uitwisseling                               The London Classical Players. Even ambitieus was zijn
    In de ensemblewereld wordt op projectbasis gewerkt.       landgenoot John Eliot Gardiner, die in 1977 voor het
    Musici bij elkaar roepen, repeteren, een concert geven    eerst The English Baroque Soloists bij elkaar belde. Maar
    en nog een paar concerten: dan heb je een tournee,        hun Londense musici waren vaak wat losser aan de
    met eventueel een plaat erbij. En dan weer: tot ziens.    groep en aan ’s maestro’s adressenbestand verbonden
      Op die basis werkt ook de clavecinist Ton Koopman       dan Brüggen voor ogen stond. En de Londense musici
    met zijn Amsterdam Baroque Orchestra, een groep die       waren, switchend tussen oude en nieuwe instrumenten,
    Koopman in 1979 formeerde uit (vooral) Nederlandse        vaak ook geen onbekenden bij de tegenpartij: bij geves-
    en Angelsaksische musici. Brüggen kon net als Koopman     tigde symfonieorkesten als The London Philharmonic of
    naar Britse voorbeelden kijken. In Londen lopen musici    het Philharmonia Orchestra.
    rond die elkaar nu eens tegenkomen in The Academy of        Brüggen wilde een studieus, werkplaatsachtig orkest.
    Ancient Music (in 1973 opgericht door de clavecinist      Een orkest waarvan de musici niet alleen bijeenkwamen
    Christopher Hogwood), en dan weer in The English Con-     om in korte tijd de noten netjes onder elkaar te krijgen,




6
maar ook om expertise uit te wisselen, van elkaar iets        Beethoven, door Brüggen in 1984 op de plaat gezet met
op te steken, orkestklank te boetseren in gezamenlijke        veertig musici, naar meer. Aan Brüggens umwerfend
arbeid, en zo hun meesterschap over muziek en instru-         genoemde uitvoering van Beethovens Derde, de ‘Eroica’,
menten te verdiepen. Wat het Orkest van de Achttiende         deden drie jaar later 44 musici mee. In 1992, bijna negen
Eeuw apart maakte, meteen al vanaf het begin, was de          jaar na het begin van het Beethoventraject, sloot Brüggen
homogeniteit van het ensemble, en de concentratie op          de cyclus af met een beklimming van het gebergte dat
het binnenwerk van de muziek.                                 Beethoven Negen heet. Hij riep er, naast koor en vocale
                                                              solisten, 76 orkestvrienden voor op de been.

       bij frans brüggen is                                     Toen Brüggen zijn eerste Beethovensymfonie had op-
                                                              genomen, kon Roger Norrington in Londen niet achter-
     elke beethovensymfonie                                   blijven. Hij maakte een inhaalslag en nam tussen 1986
        een wereld apart.                                     en 1988 niet drie, maar alle symfonieën van Beethoven
                                                              op. Zijn landgenoot Gardiner mengde zich in de reper-
   elk stuk is een nieuw domein                               toirerace met weer een andere Beethovencyclus,
     dat tot in alle uithoeken                                opgenomen tussen 1991 en ’94.
                                                                Het verschil tussen hun Beethovens en die van het
          wordt verkend.                                      Orkest van de Achttiende Eeuw, is dat bij Brüggen elke
                                                              Beethovensymfonie een wereld apart is. Elk stuk is een
beethoven, uitroepteken!                                      nieuw domein dat tot in alle uithoeken wordt verkend,
Nog steeds frappeert de rijpheid van Brüggens vroege          met een humeur dat steeds varieert van uitgelaten-speels
orkestuitvoeringen. Veel werd vastgelegd op lp en cd,         tot oneindig ernstig. Seriewerk is er bij Brüggen niet bij.
altijd live want aan studiowerk heeft Brüggen een
broertje dood. Elke noot doet ertoe. Ook de noten die         het geheim van de vliegende start
ogenschijnlijk als ‘vulwerk’ verborgen zitten bij de tweede   Hoe kwam het dat Brüggen, die als dirigent een nage-
violen en de altviolen, bij de hobo’s of bij de hoorns.       noeg onbeschreven blad was, zo’n vliegende start kon
Steeds hoor je verrassingen, in allerlei orkestrale stem-     maken met zijn Orkest van de Achttiende Eeuw? Hij heeft
men en tegenstemmen. Nooit wordt een melodie voor             er zelf wel eens een boekje over open gedaan. Als reizen-
zoete koek geslikt. En de begeleiding van een melodie         de coryfee van de blokfluit was Brüggen in gedachten
nog minder. Transparantie staat voorop. Clichés van het       eigenlijk al bezig met het leiden van een orkest. Niet
‘authentieke’ musiceren worden gemeden. Geen over-            omdat hij droomde van de heldhaftige daad van het
dreven strijk- en blaasgezucht als er korte boogjes boven     dirigeren, maar omdat hij klanken hoorde bij het zien
een melodie staan. Maar aan Brüggens fraseringen van          van achttiende-eeuwse orkeststukken.
een melodie, en aan de manier van strijken van Brüggens         In welke steden de blokfluitist Brüggen ook kwam, als
spelers, hoor je Haydns afkomst uit de Barok. En aan          het even kon dook hij er tussen zijn concerten door een
sluwe wendingen en plotselinge opdonders bij Beethoven        muziekbibliotheek in, op zoek naar de waarheid achter
(en opnieuw: fraseringen) hoor je Beethovens afkomst          achttiende-eeuwse noten. Bibliotheken in Wenen, Berlijn,
uit de wereld van Haydn.                                      Londen, Parijs en Venetië werden zijn leeszaal en speel-
  Beethoven, uitroepteken!                                    tuin. Hij spitte er in eeuwenoud, meestal handgeschreven      7
Aan hem werd nog amper gedacht, toen Brüggen aan              orkestmateriaal, in de hoop dat hij speelaanwijzingen zou
zijn symfonische missie begon. Was Beethoven niet te          vinden die musici op hun partijen hadden gekrabbeld.
veel een man van de negentiende eeuw, in plaats van           Aanwijzingen over het geheime ‘hoe’ van de muziek.
de achttiende? Toch smaakte de Eerste Symfonie van            Cues over tempi, dynamiek en frasering. Over streken
frans brüggen




    van de strijkstok. Brüggen zocht naar reminders voor de       ze uit alle windstreken. De musicoloog Sieuwert Verster,
    musicus. Krabbels die je nergens anders meer vindt, ook       die de dagelijkse leiding voert, becijferde onlangs dat het
    niet in wetenschappelijke partituuruitgaven.                  totaal van de orkestleden in het hele adressenbestand
      Brüggen vond bijna nooit wat hij zocht. Want de meeste      afkomstig is uit 23 landen. Het neemt niet weg dat het
    musici in de achttiende eeuw bleven netjes van hun par-       Orkest van de Achttiende Eeuw een eigen, herkenbaar
    tijen af. Hard en zacht; een paar boogjes en accentjes;       kleurenpalet heeft. Vergelijk het met het Londense Or-
    wat volgens een componist echt noodzakelijk was, stond        chestra of the Age of Enlightenment. Dan hoor je, wanneer
    op last van de componist al bij de noten. Alles wat er níet
    bij kwam te staan, de hele rest van de speelstijl, hoorde
    tot de afdeling ‘algemeen bekend’. Net als bij onze mo-
                                                                       simon rattle heeft nooit
    derne jazzorkesten.                                               verhuld hoeveel hij inzake
      Maar behalve teleurstelling was er nog een effect. Uit
    losse orkestpartijen die Brüggen noot voor noot door-
                                                                     beethoven van brüggen heeft
    vlooide, rezen, samengevoegd onder Brüggens schedel-                     opgestoken.
    dak, complete klankbeelden op. En die wilde hij maar al
    te graag in reële klank omzetten. Het wachten was alleen      Brüggen dit Londense orkest dirigeert, in tempi (niet te
    nog op veertig musici die er ook iets van konden, en met      haastig) en streken (zangerig en licht geboetseerd) de
    hem mee wilden doen.                                          signatuur van Brüggen, maar je hoort ook dat de klank-
                                                                  cultuur van Brüggens Londense vrienden meer gericht
    wat ‘gewoon’ leek, wordt verrassend                           is op afzonderlijke, markante kleurtjes van bijvoorbeeld
    Het Orkest van de Achttiende Eeuw werkt nog op dezelfde       fluiten en hobo’s.
    basis als in de beginjaren. Het komt vier of vijf keer per      Het talent van Verster, Brüggens rechterhand sinds
    seizoen bij elkaar voor een internationale tournee, die       1981, ligt niet alleen in het overleg met musici, sponsors
    telkens met drie of vier concerten in Nederland eindigt.      en departementen, maar ook in het contact met zaal-
    Dat de orkestklank toch zo consistent is, komt doordat        houders, impresario’s, kerkkosters en burgemeesters
    veel musici van het begin nog van de partij zijn, al komen    in steden als Florence, Osaka, Sydney, Toronto, Kansas
                                                                  City, New York en Nijmegen. Hij is de expert van het
                                                                  orkest als het gaat over financiën, roosters en de leer
                                                                  der verplaatsingen. Van de inkomsten per tournee trekt
                                                                  hij de kosten af van vliegtuigen, hotels en maaltijden,
                                                                  waarna de rest door veertig of vijftig wordt gedeeld, af-
                                                                  hankelijk van de orkestbezetting. Alle orkestleden ver-
                                                                  dienen hetzelfde, inclusief de dirigent. Brüggen verdient
                                                                  niet meer dan een orkestlid.
                                                                    Het repertoire van het Orkest van de Achttiende Eeuw
                                                                  strekt zich tegenwoordig uit van de vroege achttiende-
                                                                  eeuwer Rameau tot de in 1897 overleden Brahms. Het
8                                                                 gevolg is dat Brüggens orkest er nu vier instrumentaria op
                                                                  nahoudt. Voor Rameau worden instrumenten gebruikt
                                                                  met een A van 392 hertz, een volle toon lager dan onze
                                                                  moderne stemming, die een A heeft van 440 of iets
    Sieuwert Verster
                                                                  hoger. Bach klinkt op instrumenten met een A van 415
hertz. Mozart en Beethoven zitten bij het orkest van        transparante, op elke nieuwe wending in het compone-
Brüggen op 430, en Brahms op 435.                           ren gespitste uitvoeringen vaak een verrassende lading
  Dit zou langzamerhand wel een verandering recht-          mee te dragen.
vaardigen in de benaming van het orkest. Maar diep de         Olympiërs van de huidige dirigententop hebben gezien
negentiende eeuw in duiken, zonder te prutsen aan de        hoe Brüggen er met dat muzikale vuur vandoor is gegaan.
orkestnaam, dat deden Brüggen & Co al in de jaren 1990.     Ze hebben hem er niet voor aan een rots geketend.
Toen de eerste Beethovenstorm geluwd was, begon Brüg-       Integendeel: Mariss Jansons, de huidige chef-dirigent
gen de symfonische oeuvres van de negentiende-eeuwers       van het Koninklijk Concertgebouworkest, zat ooit een
Mendelssohn en Schubert onder de loep te nemen.             week lang te luisteren bij Haydnrepetities van Brüggen
  Ook hier leidde Brüggens weging van elke afzonder-        in de Amsterdamse Amstelkerk. Simon Rattle, chef van      9
lijke noot tot bijzondere conclusies. Akkoorden, melo-      de Berliner Philharmoniker en ex-gastdirigent van de
dieën en ritmen die je bij topuitvoeringen van een Con-     Wiener Philharmoniker voor alle symfonieën en piano-
certgebouworkest of Rotterdams Philharmonisch min           concerten van Beethoven, heeft nooit verhuld hoeveel
of meer ervaart als business as usual, bleken in Brüggens   hij inzake Beethoven van Brüggen heeft opgestoken.
10
11
6 oktober | een en drie




     een en drie




                           ‘J
                                  e moet tot de tanden gewapend zijn en voor de rest doet het orkest
                                  het werk’, zo beschouwt Frans Brüggen zijn werk als dirigent in het
                                  oeuvre van Beethoven. ‘Ik ben er namelijk van overtuigd dat veel
                           repertoire dat wij spelen, mits ingezeept door een goed orkestleider,
                           uitstekend zonder dirigent gespeeld kan worden. De dirigent is pas echt
                           nodig vanaf de Derde Symfonie van Beethoven. Dat is het bijzondere van
                           alle symfonieën kort na elkaar uitvoeren. Je hoort het gebeuren. Ik meende
                           in eerste instantie altijd dat we met het orkest niet verder zouden gaan dan
                           de Eerste Symfonie van Beethoven. Toen ik na de Eerste toch de Derde
                           Symfonie op de lessenaar zette, ging er een nieuwe wereld voor ons open


        ‘we zijn begonnen als monteverdianen en bachianen.’ frans brüggen
                           en veranderde mijn denken. Vooral op het gebied van dynamiek zorgt
                           Beethoven in de Eroica voor een doorbraak. Het is de grote sprong vooruit
                           die direct leidt naar Beethovens laatste symfonieën en de symfonieën van
                           Schumann. Wat dat betreft is het zo mooi dat dit orkest bij het begin
                           begonnen is. We zijn begonnen als Monteverdianen en Bachianen. Als je
                           gedisciplineerd in de tijd vooruit gaat, begrijp je de zonen Bach, Haydn,
                           Mozart en noem maar op, vele malen beter. En dan speel je ze navenant.
                           Moderne orkesten spelen altijd naar achteren toe. Daardoor is Beethoven
12                         op een rare manier verwrongen gaan klinken. En in sommige gevallen is
                           dat nog steeds zo. De hele oude muziekbeweging heeft een grote invloed
                           gehad en er is heel veel veranderd in het denken over en uitvoeren van de
                           achttiende- en negentiende-eeuwse muziek, maar ik hoor nog geregeld
                           hele merkwaardige Beethovens.’
donderdag 6 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur



een en drie
orkest van de achttiende eeuw
frans brüggen · dirigent

Ludwig van Beethoven 1770-1827                             Symfonie nr.1 in C opus 21 1800
                                                           • Adagio molto - Allegro con brio
                                                           • Andante
                                                           • Allegro molto e vivace - Trio
                                                           • Finale: Allegro molto e vivace


                                                           pauze


                                                           Symfonie nr.3 in Es opus 55 ‘Eroica’ 1804
                                                           • Allegro con brio
                                                           • Marcia funebre: Adagio assai
                                                           • Scherzo: Allegro vivace
                                                           • Finale: Allegro molto




voorprogramma hal grote zaal
Vanaf 19.00 uur treedt jong talent van het Rotterdams Hellendaal Muziekinstituut op in de Hal Grote Zaal.
Het Concerto Grosso Ensemble speelt onder leiding van Mikhail Zemtsov delen uit Beethovens Strijkkwartetten
opus 18 in een bewerking voor strijkorkest.                                                                   13

lezing
Om 19.00 uur geeft Jan Caeyers een lezing in de Jurriaanse Zaal.
Na afloop van het concert signeert hij zijn boek Beethoven, een biografie (zie pagina 46).
6 oktober | een en drie




     een
     In het najaar van 1783 voer een jonge componist met
     zijn moeder per boot vanuit Bonn over de Rijn en de
     Maas naar Rotterdam. De klaviervirtuoos van nog maar
     dertien jaar heette Ludwig van Beethoven. Hij had net
     zijn eerste klaviersonates laten uitgeven en had ze opge-
     dragen aan de keurvorst van Bonn, zijn zogenaamde
     Kurfürstensonates. Hij zal ze zeker bij zich hebben
     gehad in zijn koffer aan boord en in Nederland hebben
     laten horen. De familie logeerde eerst bij verwanten in
     Rotterdam, en reisde van daar naar Den Haag voor een
     optreden met de hofkapel van stadhouder Willem V van
     Oranje. Dankzij een bewaard gebleven rekening van dit
     concert weten we de namen van de musici en de datum:
     23 november 1783. Onbekend is wat de jonge Ludwig
     destijds met de Haagse musici gespeeld heeft. Het              Ludwig van Beethoven geportretteerd in 1783
     bleef zijn enige reis naar Nederland en überhaupt zijn
     enige buitenlandse reis.                                       sici en publiek ooit hadden meegemaakt. Ze duurt met
     Een kleine tien jaar later vestigde Beethoven zich voor-       haar circa vijftig minuten maar liefst twee maal zo lang
     goed in Wenen, waar hij aanvankelijk furore maakte als         als de gemiddelde symfonie van Haydn of Mozart. Door
     paleisvirtuoos en een tijd later ook van zich liet horen als   die enorme lengte, de grote orkestbezetting, de enorme
     componist van turbulente muziek, zoals bijvoorbeeld in         dramatiek, de heftige dissonanten en de veelvuldige
     zijn Eerste Symfonie uit 1800. Al meteen in het begin van      ritmische verwarring die Beethoven bij spelers en luis-
     dit werk zaait Beethoven verwarring. Wat is dat voor           teraars zaaide, veroorzaakte de symfonie een ware
     vragend beginakkoord? Voor de kenners: een dominant-           schokgolf in het Weense muziekleven. Zelfs zijn trouwste
     septiemakkoord. Werkelijk een ongehoorde manier om             bewonderaars vonden het werk bizar en ver over de

                          een symfonie over de revolutionaire idealen
                            van vrijheid, gelijkheid en broederschap
     een werk te beginnen. Het Weense publiek was gewaar-           schreef. Beethoven vergrootte de vorm van de symfonie
     schuwd voor deze nieuwkomer met zijn tomeloze talent.          door hem op alle fronten uit te breiden. Vreemd genoeg
     Ook verderop zijn vele misleidende maten die de luiste-        bereikte hij dit door de thema’s van het stuk sterk te ver-
     raar bij de neus nemen. En zelfs het beweeglijke slotdeel      eenvoudigen. Hoewel het eerste deel verbazingwekkend
     begint met een langzame inleiding. Het lijkt alsof de strij-   complex en rijk is, is het basismateriaal waaruit het is
     kers hier nog op een thema zitten te broeden. Beethoven        opgebouwd niet ingewikkeld. Het hoofdthema van het
     was nog maar dertig en had nog acht symfonieën te gaan.        deel bestaat bij voorbeeld uit de tonica-drieklank en een
14                                                                  marcante ‘verkeerde’ noot. Door een dubbele doorwer-
                                                                    king ontstaat echter een sonatevorm van nog nooit ver-
     drie                                                           toonde lengte. Met het tweede deel is het qua omvang
     In Beethovens tijd was zijn Derde Symfonie, de ‘Eroica’,       al niet anders. Hier geen kort, ingetogen langzaam deel,
     zeker de langste en meest imposante symfonie die mu-           maar een treurmars van een kwartier, met vele herha-
lingen, wisselende instrumentaties en contrapuntische         ‘Ist der auch nichts anders
verwerkingen. Na twee lange, loodzware delen bieden           wie ein gewöhnlicher Mensch!
de overige twee slechts in schijn enige ontspanning.          Nun wird er auch alle Menschenrechte
Het korte Scherzo zit vol kleine ritmische verrassingen       mit Füßen treten,
en de Finale is een reeks variaties over een thema waar-      nur seinem Ehrgeiz fröhnen 1;
over Beethoven al eerder pianovariaties had geschreven.       er wird sich nun höher wie alle andern stellen,
Het thema ontleende hij aan zijn balletmuziek Die Ge-         ein Tyrann werden!’
schöpfe des Prometheus, over de Griekse god Prometheus
die het vuur van de goden stal om het aan de mensen         Op een ander exemplaar van de symfonie kraste hij Na-
te geven. En over dit laatste gaat deze symfonie: over      poleons naam zo heftig weg, dat er een gat in het papier
strijdvaardigheid jegens goden en overheden, over de        kwam. Napoleon had afgedaan. Beethoven schaamde
revolutionaire idealen van vrijheid, gelijkheid en broe-    zich zelfs voor zijn aanvankelijke verering, maar bleef in
derschap. Daarom droeg Beethoven de symfonie aan-           de idealen van de revolutie geloven. Aan de symfonie
vankelijk op aan Napoleon. Toen deze zich in 1804 echter    veranderde hij geen noot.
tot keizer liet kronen, ontstak Beethoven in hevige woede
                                                              1
                                                                fröhnen = botvieren
en scheurde hij het titelblad van de symfonie met Napo-
                                                              tekstbron: Biographische Notizen über Ludwig van
leons naam aan flarden. In zijn ogen had Napoleon zich        Beethoven (Koblenz 1838) door Franz Gerhard Wegeler
gedegradeerd tot een ordinaire machtswellusteling:            en Ferdinand Ries (herdruk: Hildesheim 2000)




                                                                                                                         15




Beethovens schets van de Marcia funebre uit de ‘Eroica’
16
17
9 oktober | twee en vier




     twee en vier



                           ‘D
                                      at deze componist een individueel traject volgt in zijn werk is
                                      wederom duidelijk met deze symfonie’, schrijft een compleet
                                      verwarde criticus na het horen van de eerste uitvoering van
                           Beethovens Vierde Symfonie. De complexe grootsheid van de Eroica was
                           nog nauwelijks bezonken, en bovendien liet Beethoven iedereen graag
                           weten dat zijn uitgever niets zag in een publicatie van deze onbegrijpelijke
                           symfonie, of hij komt met een relatief eenvoudig en schijnbaar klassiek
                           werk dat ook weer niet goed valt. ‘In hoeverre deze weg de juiste is en geen
                           afwijking van het ingeslagen pad mag bepaald worden door anderen’, zo
                           gaat de criticus in kwestie verder. ‘De grote meester lijkt hier zoals in
                           verschillende van zijn recente werken nu en dan overdreven bizar en dus,
                           zelfs voor goed geïnformeerde vrienden van de kunst, eenvoudigweg onbe-
                           grijpelijk en ontoegankelijk.’

                  ‘een ontzaglijk monster dat zelfs heftig bloedend
                 niet van opgeven wil weten.’ johann gottlieb karl spazier, recensent
                           ‘Bizar’. Het is een woord dat recensenten uit de tijd van Beethoven graag
                           in de mond nemen om de kunst van de grote symfonicus te omschrijven.
                           Bizar is inderdaad de finale van de Tweede Symfonie die componist en
                           criticus Johann Gottlieb Karl Spazier in zijn recensie omschreef als ‘een
                           ontzaglijk monster dat zelfs heftig bloedend niet van opgeven wil weten’.
                           Bizar zijn ook de schrijnende dissonanten in de introductie van de Vierde
                           Symfonie. Het zijn ongetwijfeld deze noten die de geciteerde criticus tot
                           wanhoop dreven. En dat terwijl zowel de Tweede als de vaak genegeerde
                           Vierde Symfonie net als de Eerste beschouwd worden als het meest schat-
                           plichtig aan zijn ‘leermeester’ Joseph Haydn. Gelukkig keerde wat die Vierde
                           Symfonie betreft het tij al tijdens Beethovens leven. In 1811 schrijft een
18                         criticus: ‘Over het geheel genomen is het werk vrolijk, begrijpelijk en onder-
                           houdend en staat het dichter bij de geliefde Eerste en Tweede Symfonie
                           dan bij de Vijfde en Zesde.’
                           Er is hoop, moet Beethoven, die uiteraard stug zijn eigen pad bleef volgen,
                           gedacht hebben.
zondag 9 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur



twee en vier
orkest van de achttiende eeuw
frans brüggen · dirigent

Ludwig van Beethoven 1770-1827                            Symfonie nr.2 in D opus 36 1802
                                                          • Adagio molto - Allegro con brio
                                                          • Larghetto quasi andante
                                                          • Scherzo: Allegro
                                                          • Allegro molto


                                                          pauze


                                                          Symfonie nr.4 in Bes opus 60 1806
                                                          • Adagio - Allegro vivace
                                                          • Adagio
                                                          • Allegro vivace
                                                          • Allegro ma non troppo




voorprogramma hal grote zaal
Vanaf 19.00 uur treedt jong talent van het Rotterdams Hellendaal Muziekinstituut op in de Hal Grote Zaal.   19
Negen jonge musici spelen diverse korte werken van Beethoven, op piano begeleid door Renée Smeding.


inleiding
Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.
9 oktober | twee en vier




     twee                                                         in d-klein dat de gulden snede van het Adagio vormt.
     In 1802, het jaar dat Beethoven zijn Tweede Symfonie         De thematiek van het Allegro con brio verschijnt (óók
     componeerde, was hij al volkomen doordrongen van de          zeer afwijkend) in de lagere strijkinstrumenten (altviolen
     ernst van zijn doofheid. Dat blijkt onder meer uit het       en celli) tegen een beweging van achtsten in eerste en
     testament dat hij in de zomer van dat jaar in het plaatsje   tweede violen en lange akkoorden in de blazers. Na een
     Heiligenstadt bij Wenen schreef en opdroeg aan zijn          crescendo ontwikkelt zich een orkestraal tutti waarin
     broers Caspar en Johann. Hij trok zich terug in afzon-       het simpele hoofdthema verder wordt uitgewerkt. Het
     dering en schreef met zijn Tweede Symfonie een werk          hele deel is vol van een onstuimige en niet aflatende
     waarin tragische accenten naar zijn persoonlijke onheil      activiteit.
     lijken te wijzen. Een groot deel van het werk, met           Het tweede deel, Larghetto quasi andante, is een van
     uitzondering van het Scherzo, neigt naar mineur, en de       de langste langzame delen die Beethoven ooit schreef.
     hele teneur is veel meer doorwrocht en geladen dan de        In de 276 3/8-maten die het stuk telt, lijkt Beethoven zijn
     Eerste Symfonie. De accenten zijn scherper en de             meest lyrische kanten te willen blootgeven. De timbres
     crescendo’s en decrescendo’s van een ongekende               van klarinet, fluit en fagot overheersen de blazers en de
     hevigheid. Adagio molto begint de langzame inleiding,        afwezigheid van trompetten en pauken zegt wel genoeg
     die hier 33 maten bedraagt en een afgerond muzikaal          over de sfeer van dit melancholieke deel. Virtuoos en
     ‘verhaal’ op zich is. Deze inleiding is zeer rijk aan        vol humor is het Scherzo (hier door Beethoven zelf zo
     harmonische en instrumentale invallen: in een steeds         genoemd). Met de instrumentatie van dit deel is niet
     veranderend perspectief werken strijkers en blazers als      alleen in Beethovens werk, maar in de hele orkest-
     het ware onontkoombaar naar een unisono fortissimo           literatuur een mijlpaal bereikt. De zogenaamde ‘durch-




20




     Zicht op Heiligenstadt aquarel door t.d. raulino (ca.1820)
brochene Arbeit’ (het door verschillende instrumenten           De Beethoven-exegese heeft het maar moeilijk met deze
of groepen laten spelen van doorlopende thematiek) is           wat verwaarloosde symfonie: geen biografische aan-
hier tot stijlprincipe verheven. Ze bepaalt voor het grootste   knopingspunten of ethische waarden kunnen het werk
deel het kaleidoscopische karakter van dit razend knappe        een meerwaarde geven. De symfonie gaat alleen over
staaltje van orkestraal componeren. Het korte trio is voor      zichzelf. Voor een groot deel wordt het karakter van het
de hobo’s en de fagotten, maar de strijkers gooien voort-       werk bepaald door de twee Adagio’s. Het ene vormt de
durend ‘roet in het eten’ met ongebreidelde accenten en         langzame inleiding tot het eerste deel, het andere is
fortissimo’s. En ook de pauk laat zich niet onbetuigd.          het zelfstandige langzame deel van de symfonie.
                                                                De inleiding kent niet de gebruikelijke plechtigheid, zoals

met de instrumentatie van dit                                   de majestueuze klankpoorten van sommige symfonieën
                                                                van Haydn. Nee, de sfeer is mysterieus en onheilspellend.
deel is niet alleen in beethovens                               Na een heftig crescendo maakt zich plotseling een thema
werk, maar in de hele orkest-                                   los waarmee het snelle tempo losbarst. Dit Allegro vivace
                                                                is licht, dansant, maar bij wijlen met een ondertoon van
literatuur een mijlpaal bereikt.                                melancholie en dreiging. Vooral de felle accenten en de
                                                                mineuraspiraties van het tweede thema wekken angst
De Finale heeft het publiek in Beethovens dagen voor            en onrust. Toch horen we hier bij lange na niet de mas-
raadsels gezet. Men kon op en na de première op 5 april         saliteit van de openingsdelen van de Derde of de Vijfde.
1803 kop noch staart ontdekken aan dit onorthodoxe              Hierna volgt een van de meest fraaie langzame delen
deel, met zelfs voor Beethovens begrippen een extra-            die Beethoven componeerde: we lijken hier zelfs bij de
vagante thematiek. Het deel begint al heel verrassend op        quintessens van de hele symfonie te zijn aangeland.
de dominant: het lijkt een vraagstelling van twee maten,        Maar toch ook weer een onvermijdelijk mineur. In het
forte gespeeld door houtblazers en strijkers en opvallend       volgende scherzo, Allegro vivace, een snel menuet met
door de grote intervalsprong. Het antwoord komt in een          allerlei flitsende ritmische vondsten en een prachtig trio
snelle violenpassage die weer naar het eerste gegeven           dat twee maal gespeeld wordt. De wervelende finale heeft
leidt en pas de tweede maal in een waardig D-groot              vele componisten verleid tot het schrijven van adem-
wordt omgezet, waarin dan het hele orkest deelt. Wat            benemende orkestrale hoogstandjes, zoals bijvoorbeeld
volgt is een mengsel van rondo- en sonatevorm met               Mendelssohn, Schumann en Dvorák. Ondanks het
                                                                                            ˇ
twee hoofdthema’s. Beethoven bereikt hier een synthese          hoge metronoomcijfer van 160 voor de kwart schreef
tussen de geniale humor van Haydns finales en zijn              Beethoven voor: Allegro ma non troppo! En dat met de
eigen weerbarstige karakter.                                    razende zestienden in de strijkers en de verraderlijk
                                                                syncopen. Ook al halen enkele fermates tegen het eind
                                                                de snelheid uit de noten, toch zorgen de laatste zes
vier                                                            maten voor een tomeloze afsluiting.
Beethoven componeerde zijn Vierde Symfonie in een
rustpauze die hij nodig had tijdens het schrijven van de
Vijfde Symfonie. welke pas na lang worstelen tot stand
kwam. In deze Vierde geen heroïek of speculaties over                                                                         21
Beethovens haat-liefde-verhouding met Napoleon zoals
in de Derde (‘Eroica’), maar ook niet het kloppen van het
noodlot zoals we dat sinds de uitleg van Beethovens
leerling Anton Schindler in de Vijfde zijn gaan horen.
22
23
10 oktober | vijf en zes




     vijf en zes



                            B
                                    eethoven droeg zowel zijn Vijfde als zijn Zesde Symfonie, de
                                    Pastorale, in 1808 op aan prins Lobkowitz en graaf Rasumowski.
                                    Zo’n opdracht was niet alleen een vriendelijk gebaar, het was ook
                            een economische zet. Hoewel de componist zich vaak buitengewoon on-
                            eerbiedig uitliet over de adel die het in Wenen en omstreken voor het
                            zeggen had, was hij er ook van afhankelijk. Ze vormden zijn belangrijkste
                            opdrachtgevers en geldschieters. Niet onbelangrijk voor een man die door-
                            lopend in geldnood zat. Al hield hij daar in de omgang vaak geen rekening
                            mee. Iedereen die wat van hem wilde dat hem niet zinde of die zijn trots
                            krenkte, kreeg er van langs, ongeacht het zakelijk belang of de sociale
                            status. Zo schreef hij in 1806 na een woordenwisseling omdat hij weigerde
                            voor Franse officieren te spelen aan prins Lichnowsky, een van Beethovens
                            ‘sponsors’ in Wenen: ‘Wat u bent, bent u door toeval en geboorte. Wat ik
                            ben, ben ik door mijzelf. Er zullen nog duizenden prinsen komen, zoals er
                            ook al duizenden waren. Maar er is maar één Beethoven.’ Uiteraard stopte
                            het bedrag van 600 dukaten dat Beethoven sinds 1800 jaarlijks van de
                            prins kreeg direct na deze duidelijke boodschap.

                          ‘wat u bent, bent u door toeval en geboorte.
                          wat ik ben, ben ik door mijzelf.’ ludwig van beethoven
                            Het duurde tot kort na de première van de Vijfde en Zesde Symfonie op
                            22 december 1808 eer er weer enige rust komt in Beethovens financiële
                            huishouding. In oktober van dat jaar wordt hij gevraagd Kapellmeister bij de
                            koning van Westfalen in Kassel te worden, in ruil voor een riant jaarsalaris.
                            Hoewel Johann Friedrich Reichart, op dat moment de Kapellmeister van
                            dienst, bij een bezoek aan Wenen aangeeft niets te weten van een vacante
24                          positie, besluit Beethoven de functie te accepteren. Ondertussen steekt een
                            aantal adellijke fans van Beethoven, onder wie Prins Lobkowitz, de koppen
                            bij elkaar en overleggen over een toelage voor de componist. Zij stellen
                            hem een jaargeld van 4000 florijnen voor, op voorwaarde dat hij in Wenen
                            blijft. De componist accepteert het voorstel en Kassel is van de baan.
maandag 10 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur



vijf en zes
orkest van de achttiende eeuw
frans brüggen · dirigent

Ludwig van Beethoven 1770-1827                            Symfonie nr.5 in c opus 67 1808
                                                          • Allegro con brio
                                                          • Andante con moto
                                                          • Allegro
                                                          • Allegro


                                                          pauze


                                                          Symfonie nr 6 in F opus 68 ‘Pastorale’ 1806-1808
                                                          • Allegro ma non troppo: ‘Erwachen heiterer
                                                            Empfindungen bei der Ankunft auf dem Lande’
                                                          • Andante molto mosso: ‘Szene am Bach’
                                                          • Allegro: ‘Lustiges Zusammensein der Landleute’
                                                          • Allegro: ‘Gewitter, Sturm’
                                                          • Allegretto: ‘Hirtensang, frohe und dankbare Gefühle
                                                            nach dem Sturm’




voorprogramma hal grote zaal
Vanaf 19.00 uur treedt jong talent van het Rotterdams Hellendaal Muziekinstituut op in de Hal Grote Zaal.
Het Concerto Grosso Ensemble speelt onder leiding van Mikhail Zemtsov delen uit Beethovens Strijkkwartetten       25
opus 18 in een bewerking voor strijkorkest.


inleiding
Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.
10 oktober | vijf en zes




     vijf                                                          Om dit te kunnen begrijpen zou men moeten kunnen
     Een ware uitputtingsslag leverde Beethoven met een            horen met de oren van weleer en zich opnieuw laten
     ander werk: zijn Vijfde Symfonie in c opus 67, de ‘Nood-      verpletteren door dit machtige opus. Zoals in 1830. Toen
     lotssymfonie’. De voltooiing daarvan kostte hem jaren.        Mendelssohn het eerste deel op de piano voorspeelde
     Veel is geschreven en veel zal er nog geschreven en           aan Goethe, riep die uit: ‘Das ist sehr gross, ganz toll!
     gediscussieerd worden over de beroemdste aller ope-           Man möchte sich fürchten das Haus fiele ein. Und wenn
     ningsmaten. Het uit twee dalende tertsen bestaande            das nun alle die Menschen zusammen spielen?!’ Of zoals
     openingsmotief heeft Beethoven ook de nodige zweet-           Hector Berlioz. Die reageerde hevig geëmotioneerd toen
     druppels gekost, getuige de talloze schetsen die hij eraan    de Vijfde voor het eerste werd uitgevoerd in Parijs. Hij was
     spendeerde eer hij de definitieve vorm vond. Volgens          verrast en geloofde zijn oren niet. Dat ongeloof maakte
     Beethovens vriend en eerste biograaf Anton Schindler          plaats voor verafgoding en voor de wens om ooit zelf zoiets
     staan die eerste maten voor het kloppen op de deur van        fascinerends te mogen componeren. Zijn Symphonie
     het noodlot. Beethoven zou tegen hem gezegd hebben:           fantastique? En zijn conservatieve leraar Lesueur was na
     ‘Ik wil het noodlot bij de keel grijpen’. De opening is een   het aanhoren van de symfonie helemaal verhit en liep
     regelrecht schokeffect. Zeker voor Beethovens tijd. De        met grote passen te ijsberen: ‘Ach! Ik moet naar buiten,
     fortissimo en unisono spelende strijkers en klarinetten       in de frisse lucht. Het is werkelijk ongehoord. Maar
     zaaien daar de kiem die met klassieke verwerkingsmid-         fantastisch. Het heeft me zo ontroerd, opgewonden en
     delen tot een hecht muzikaal bouwsel zal uitgroeien.          gechoqueerd, dat ik bij het verlaten van de loge mijn
     Vanuit het noodlotsthema dat eigenlijk ‘buiten het tempo’     hoed wilde opzetten en nauwelijks mijn hoofd kon vinden.
     staat, ontwikkelt zich een relaas met een geweldige           Zulke muziek zou men eigenlijk niet moeten maken.
     stuwing en vaart. Diverse latere componisten, onder wie       Laat me nu maar alleen. Tot morgen...’
     Franck, d’Indy en Pijper, zijn voor hun kiemceltechniek       Maar met de mythe kwam ook het ont-mythologiseren
     bij deze Vijfde van Beethoven te rade gegaan. Ook al          op gang. Charles Ives, die dol was op een confrontatie
     zijn die eerste vier tonen onlosmakelijk met Beethoven        van diverse stijlen binnen één werk, laat het noodlots-
     verbonden en vormen ze het meest Beethoveniaanse              motief in zijn Concord-Sonata toevallig even langskomen.
     motief dat we kennen, sommige onderzoekers beweren            Wanneer in de opera El sombrero de tres picos van
     dat de componist ze uit een revolutionair koorwerk van
     Luigi Cherubini haalde. Het zij zo. Beethoven verwerkte
     het motief niet alleen in zijn Vijfde Symfonie, maar ook
     in zijn Pianosonate opus 57 ‘Appassionata’ en in zijn
     Vierde Pianoconcert.
     Maar ook andere componisten gebruikten het. Met piëteit.
     Brahms citeerde het motief in zijn Pianosonate opus 5,
     Liszt in zijn tweede Étude d’execution transcendente en
     Alban Berg in zijn Drei Orchesterstücke. Tijdens de
     Tweede Wereldoorlog was in de radio-uitzendingen van
     de BBC het begin van de symfonie een klinkend symbool
26   voor de strijd voor vrijheid. En het ritme van het motief
     kort-kort-kort-lang is in morsetaal het teken voor V, af-
     korting voor Victory. Dat zijn allemaal tekenen van de
     enorme uitstraling die de symfonie vanaf het begin heeft
                                                                   Theater an der Wien
     gehad. Maar ook van de mythologisering van het werk.
Manuel de Falla iemand op de deur klopt, klinken Beet-       sloeg en vervolgens een jongen vloerde die de kaarsen
hovens vier tonen. En Monty Python heeft zelfs met veel      vasthield. Na het concert haastte het afgematte en totaal
Engels gevoel voor absurditeit verfilmd hoe Beethoven        verkleumde publiek zich naar huis om handen en voeten
op zijn noodlotsmotief zou zijn gekomen... humor van         te warmen. Het was drie dagen voor kerstmis en de zaal
anno nu over een noodlotsmotief in c-mineur uit 1808?        was onverwarmd!
Het ultieme bewijs van de onsterfelijkheid van Beethovens
Vijfde. Kort-kort-kort-lang.                                 Ondanks deze beroerde omstandigheden is de ‘Pastorale’
                                                             in de negentiende en twintigste eeuw een van de meest
                                                             besproken en populairste werken van Beethoven ge-
zes                                                          bleven. Waarschijnlijk vanwege het aanschouwelijke
Op 22 december 1808 vond in het Weense Theater an            karakter en de begeleidende titels. Beethoven had zijn
der Wien de première plaats van Beethovens Zesde             ‘Pastorale’ voltooid in de zomer van 1808 tijdens zijn
Symfonie, bijgenaamd ‘Pastorale’. Het werk klonk tijdens     verblijf in de destijds nog bosrijke omgeving van Wenen.
een monsterconcert met uitsluitend muziek van Beet-          De gedrukte uitgave van het werk door Breitkopf & Härtel
hoven en onder zijn leiding uitgevoerd. Tegelijk met de      uit 1809 gaf hij als titel mee: ‘Symphonie pastorale’ oder
Pastorale ging de Vijfde Symfonie in première en klonken     ‘Erinnerung an das ländliche Leben, mehr Ausdruck der
nog het Vierde Pianoconcert met Beethoven als solist,        Empfindung als Malerei’. Met dit opschrift ‘meer uit-
de Koorfantasie opus 80 en enkele andere werken. Het         drukking van gevoelens dan toonschildering’ verdedigde
zou Beethovens laatste openbare optreden zijn. Zijn ver-     hij zich tegen het verwijt dat hij een portrettist zou zijn,
wachtingen van dit concert waren bijzonder hoog ge-          een soort muzikale landschapsschilder. Hij had de
spannen. Maanden lang had hij onderhandeld en steun          symfonie beslist niet bedoeld als programmamuziek,
gezocht bij invloedrijke edelen om dit druk bespeelde        muziek met een concreet verhaal als uitgangspunt.
theater te kunnen krijgen. Uiteindelijk wist hij zijn plan
op eigen houtje door te drukken en werd een datum            Niettemin werd het werk overstelpt met speculaties en
gevonden aan het einde van het seizoen. Maar vanaf het       exegeses van schrijvers die volkomen aan Beethovens
begin van de repetities ging het stroef tussen Beethoven     bedoelingen voorbij gingen. Ze verminkten de symfonie
en het orkest, en het concert werd een kleine catastrofe.    met hun romantische omschrijvingen tot een soort
Vanwege Beethovens ondiplomatieke optreden en zijn           album met natuurfoto’s. De hoofdschuldigen aan dit
onbegrijpelijke dirigeren weigerde het orkest eerst onder    misdrijf waren nota bene Wagner en Berlioz!
zijn leiding te spelen en liep de componist tijdens de       Nee, Beethovens bedoelingen met zijn Pastorale zijn
repetities te ijsberen op de gang.                           misschien het beste te begrijpen, wanneer men hem
                                                             alle seizoenen zou kunnen zien struinen door bossen
Toen Beethoven toch de uitvoering leidde, waren de           in Bonn, Heiligenstadt of Wenen. Of wanneer men zijn
musici tegendraads. Zeker bij zo’n overladen programma       uitspraak leest, dat een boom een betere vriend is dan
met nieuwe muziek. Tijdens het concert ging zo ongeveer      een mens. Hij zocht de natuur vanuit innerlijke nood-
mis wat er maar mis kon gaan. Het orkest was van een         zaak, als troost, als krachtbron die de geest vernieuwt.
bedenkelijk niveau en er was op dit monsterprogramma         Vergelijkbaar liet Jean-Jacques Rousseau zich over de
veel te kort gerepeteerd. Een onervaren sopraan ver-         natuur uit. In een Duitse vertaling uit Beethovens dagen       27
prutste een aria, het orkest speelde een herhaling die       heet het: ‘Schicke deine Kinder hinaus, sich zu erneuern;
Beethoven onverwachts niet wilde, zodat men opnieuw          schicke sie hinaus, damit sie auf offenem Felde die Kraft
moest beginnen. En dan ontstond er hilariteit doordat        wiedererlangen, die sie in der schlechten Luft unserer
Beethoven al dirigerend de kandelaars van zijn piano         übervollen Städten verloren.’
28
29
11 oktober | zeven en acht




     zeven en acht



                           D
                                    e geest van muzikale revolutie die rond Beethoven hing, maakte
                                    hem gedurende zijn jaren in Wenen ook aantrekkelijk voor de dames.
                                    ‘Beethoven keek graag naar vrouwen’, schreef zijn pianostudent
                           Ferdinand Ries later. ‘Vooral naar mooie, jonge gezichten. Gewoonlijk, als
                           wij een vrij aantrekkelijk meisje passeerden, draaide hij zich om, keek haar
                           nog eens scherp aan en lachte of grijnsde als hij merkte dat ik het gezien
                           had. Hij was heel vaak verliefd, maar meestal slechts kortstondig.’
                           Beethoven leefde voor zijn kunst. Zodra een vrouw te dichtbij kwam, stootte
                           hij haar af. Vandaar ook dat hij zijn beroemdste en meest gepassioneerde
                           brief nooit verstuurd heeft. In juli 1812 komt Beethoven aan in Teplitz. Hij
                           had zijn Zevende Symfonie voltooid en was net begonnen om de schetsen
                           voor een nieuw pianoconcert te bewerken tot wat zijn Achtste Symfonie zou

                            ‘verloochen nooit het meest trouwe hart
                                  van je minnaar…’ ludwig van beethoven
                           worden. Tijdens zijn verblijf schrijft hij de brief aan ‘meine unsterbliche
                           Geliebte’. ‘Kunnen we elkaar liefhebben zonder al die offers en onvervulde
                           verlangens? Kun jij het helpen dat je niet helemaal van mij bent en ik niet
                           helemaal van jou?’ En hij besluit met ‘Maak je geen zorgen – hou van mij
                           – vandaag – gisteren. Wat een schreiend verlangen naar jou – jou – jou –
                           mijn leven – mijn alles. Het allerbeste. O, blijf van me houden. Verloochen
                           nooit het meest trouwe hart van je minnaar… Eeuwig de jouwe, eeuwig de
                           mijne, eeuwig van elkaar.’
                           Nog altijd wordt er volop gespeculeerd over deze onsterfelijke geliefde.
                           Was het Thérèse Brunsvik, die enige tijd les van Beethoven had? Of toch
                           Josephine Deym voor wie Beethoven het lied An die Hoffnung schreef en
                           die hij ooit in een brief openlijk zijn ‘einzige Geliebte’ noemde? We weten
30                         het niet. En Beethoven wilde het niet meer weten. Een week nadat hij uit
                           Teplitz was teruggekeerd schreef hij aan een vriend: ‘Over Teplitz kan ik je
                           niet veel vertellen. Weinig mensen. En onder de weinigen zijn er bijna geen
                           die iets interessants te melden hebben. Daarom leef ik – alleen – alleen!
                           Alleen! Alleen!’
dinsdag 11 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur



zeven en acht
orkest van de achttiende eeuw
frans brüggen · dirigent

Ludwig van Beethoven 1770-1827                          Symfonie nr.7 in A opus 92 1812
                                                        • Poco sostenuto - Vivace
                                                        • Allegretto
                                                        • Presto-Assai meno presto
                                                        • Allegro con brio


                                                        pauze


                                                        Symfonie nr.8 in F opus 93 1812
                                                        • Allegro vivace e con brio
                                                        • Allegretto scherzando
                                                        • Tempo di menuetto e trio
                                                        • Allegro vivace




                                                                                          31



inleiding
Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.
11 oktober | zeven en acht




     zeven                                                         Ze is beduidend kleinschaliger dan de zeven voorgan-
     Op 8 en 12 december 1813 vonden in Wenen twee lief-           gers, zeker in de eerste drie delen, is lichter van toon en
     dadigheidsconcerten plaats waarin Ludwig van Beethoven        staat bol van de muzikale humor en spitsvondigheden.
     enkele nieuwe orkestwerken dirigeerde. In de herfst van       Het eerste deel begint zonder veel omhaal of een lang-
     dat jaar hadden namelijk de Oostenrijkse en Beierse           zame inleiding en lijkt terug te kijken naar de wereld van
     legers in de slag bij Hanau de Franse troepen verslagen       Haydn en Mozart. In het tweede deel steekt Beethoven
     en daarmee een lang verwacht begin ingeluid van het           de draak met een pas gedane uitvinding, die van de
     einde van de Napoleontische oorlogen. Het was een             metronoom door zijn goede vriend Johann Maelzel, voor
     vreselijk bloedige strijd geweest, met aan beide zijden       wie hij eerder al een canon schreef op de woorden ‘ta ta
     vele slachtoffers. De opbrengsten van de twee concerten
     kwamen ten goede aan de weduwen en wezen van de
     gevallen Oostenrijkse soldaten. Het is begrijpelijk dat in
     de euforie van dat moment – de Oostenrijkse zege over
     de Fransen – de uitgevoerde werken van Beethoven als
     overwinningsmuziek werden gehoord. Met name was het
     publiek enthousiast over de Zevende Symfonie, die in
     vrijwel alle delen wordt voortgedreven door een ritmische
     puls. Zelfs in het deel in mineur, het tweede deel in
     a-klein, dat toch een echte treurmars is, blijft diezelfde
     veerkracht bewaard. Niet voor niets schreef Beethoven
     hier Allegretto voor en niet een of ander langzaam tempo,
     zoals in de werkelijk tragische treurmars uit de Eroica
     (Derde Symfonie). Volgens een criticus, die de première
     recenseerde in de Allgemeine Musikalische Zeitung, eiste
     het enthousiaste publiek een herhaling van dit deel en
     waren zowel kenners als liefhebbers verrukt van deze
     symfonie. Het na de oorlog opgeluchte Weense publiek
     heeft zich in zijn euforie kennelijk niet gestoord aan alle
     grensverleggende weerbarstigheid in dit werk. Want een
     volkomen verbijsterde Carl Maria von Weber verklaarde
     later, dat wie dit werk schreef, rijp was voor het gekken-
     huis.



     acht
     Bij bovengenoemd liefdadigheidsconcert klonk ook
     Beethovens Achtste Symfonie. Maar de oren waren
32   eigenlijk al verzadigd met zo veel originele schoonheid,
     dat er voor dit werk wat lauwer geapplaudisseerd werd,
     zeer tot teleurstelling van Beethoven, die vond dat de
     Achtste van een hogere orde was dan de Zevende.
                                                                   Bataille de Hanau door emile-jean-horace vernet (1824)
     Beethoven noemde zijn Achtste ‘een kleine symfonie’.
ta lieber lieber Maelzel’. Dat gevoel van humor zet door    vondsten en thema’s voor. Dankzij de buitelende humor,
in het volgende deel, dat hier een echte muzikale scherts   hinkende ritmes en haast onspeelbare technische hoog-
is en een vermomming van het statige menuet dat er-         standjes is de Achtste het vrolijke broertje onder de
achter schuilgaat. Het zwaartepunt ligt, zoals al eerder    Beethoven-symfonieën.
in de Vijfde Symfonie, in de eigenzinnig gebouwde Finale.
Hier laat Beethoven de coda (de staart van de symfonie)
zo vroeg inzetten, dat het publiek op het verkeerde been
wordt gezet. En in plaats van op een slotakkoord af te
stevenen, schotelt Beethoven weer compleet nieuwe




                                                                                                                     33
34
35
16 oktober | negen




     negen




                          D
                                  e kiemcellen voor Beethovens Negende Symfonie gaan terug tot
                                  1815. In dat jaar ontmoet Beethoven de uit Engeland afkomstige
                                  musicus Charles Neate. Hij is een leerling van John Field en
                          oprichter van de Philharmonic Society in Londen. Hij verblijft lange tijd in
                          Wenen en krijgt Beethoven zover dat hij overweegt naar Londen te komen.
                          ‘Een paar concerten dirigeren met een nieuwe symfonie en de verdiensten
                          zijn zo astronomisch hoog dat u jaren niet meer hoeft te werken’, zo meldt
                          Neate. Beethoven noteert daadwerkelijk enige ideeën voor een nieuwe
                          symfonie, maar het plan om naar Engeland te gaan wordt gedwarsboomd
                          door de gezondheidstoestand van zijn broer Carl. Carl overlijdt op 15
                          november 1815 en Beethoven krijgt de voogdij over diens zoon Karl. De
                          schetsen kwamen later terecht in zijn symfonische zwanenzang, de Negende
                          Symfonie. Die symfonie kwam er vooral omdat de roep van de muzikale
                          passie veel groter was dan het juk van zijn matige gezondheid en toe-
                          nemende doofheid die vanaf 1802 hinderlijke vormen aannam. Beethoven


              beethoven hoorde die avond zijn eigen ideale symfonie…
                          schreef sindsdien juist veel van zijn meest opmerkelijke werken en stelde
                          alles in dienst van de muziek. Nog voor hij van de wereld verdween, verdween
                          hij in zijn eigen wereld, zo veel is zeker. Het meest aandoenlijke en meest
                          treffende voorbeeld hiervan is wel de première van die Negende Symfonie.
                          Een wonderlijke symfonie met een hemels aangrijpend Adagio tussen een
                          stormachtig Allegro ma non troppo, een bij vlagen grotesk Scherzo en die
                          overdonderende finale compleet met koor en solisten. Het publiek dat deze
36                        symfonie op 7 mei 1824 in het Kärntnertor Theater in Wenen voor het eerst
                          hoorde, vond het allemaal overdonderend prachtig. En Beethoven? Hij
                          hoorde die avond zijn eigen ideale symfonie. Volgens overleveringen stond
                          hij geheel in trance doorlopend het juiste tempo aan te geven, zelfs nog
                          nadat de laatste noten geklonken hadden.
zondag 16 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur



negen
orkest van de achttiende eeuw
frans brüggen · dirigent
rebecca nash · sopraan
wilke te brummelstroete · mezzosopraan
marcel beekman · tenor
michael tews · bas
laurens collegium en laurenscantorij


Ludwig van Beethoven 1770-1827                            Symfonie nr. 9 in d opus 125 1824
                                                          • Allegro ma non troppo, un poco maestoso
                                                          • Molto vivace
                                                          • Adagio molto e cantabile
                                                          • Finale: Presto - ‘O Freunde, nicht diese Töne’ -
                                                            Allegro assai. ‘Ode an die Freude’




                                                                                                               37
inleiding
Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.


(dit concert maakt ook deel uit van de serie Meesterdirigenten)
16 oktober | negen




     negen                                                      letten. Die bleef namelijk na de laatste maat nog door
     De Negende Symfonie van Schuberts Weense stad-             dirigeren! Zelfs de enorme ovaties na afloop kon Beet-
     genoot Beethoven heeft een bijzonder lange ontstaans-      hoven niet horen. Pas toen de solosopraan hem hielp
     geschiedenis gehad. Tientallen jaren liep Beethoven        met zich naar de zaal te wenden, werd Beethoven de
     met het idee rond om Schillers Ode an die Freude op        applaudisserende en stampvoetende menigte gewaar
     muziek te zetten. De tekst was al uitgegeven in 1785.      en was hij getuige van zijn enorme triomf.
     En Beethoven voelde zich erin thuis, in de strekking       De opening met zijn thema van basale kwarten en
     van de tekst, waar de krachten van vrijheid en revolutie   kwinten zonder tertsen wijst al vooruit naar gelijksoortige
     leiden tot een rechtvaardige en klasseloze samenleving.    openingen van romantische symfonieën van Bruckner
     Na diverse voorstudies als de Koorfantasie opus 80 en      en Mahler. En de gezongen Finale inspireerde Mahler
     na jaren schetsen en schaven was Beethoven in maart        tot zijn vocale experimenten in de symfonie, zoals de
     1824 pas tevreden met het resultaat.                       Derde, Vierde en Achtste. Op de vorm en thematiek
     De première vond plaats op 7 mei 1824 in Wenen, met        van deze Negende van Beethoven borduurden jaren
     Beethoven gezeten rechts naast de dirigent. Hij was zo     later nog Berlioz, Brahms en Bruckner voort.
     doof dat hij de streken van de violen in de gaten moest
     houden om het contact met de musici in de zachte           Het werk begint majestueus, gespannen en weerbarstig,
     gedeelten niet te verliezen. De dirigent had de spelers    met voortdurende paukenroffels en trompetgeschetter:
     nadrukkelijk verzocht niet op Beethovens gebaren te        een van de meest hechte symfonische gebouwen die
                                                                Beethoven ooit ontwierp. Dan volgt een burlesk Scherzo,
                                                                dat vooruitwijst naar de demonische scherzi van Mahler.
                                                                Ook hier weer een hoofdrol voor de pauken, naast het
                                                                eerste optreden van de machtige trombones. Als derde
                                                                deel een rapsodisch vrij Adagio met prachtige cantilenen
                                                                in de violen en op het eind een magnifieke hoornsolo.
                                                                De Finale is een symfonie op zich. Ze vormt in feite een
                                                                variatiecyclus op het ‘Alle Menschen werden Brüder’-
                                                                thema, dat het eerst in de celli en bassen verschijnt,
                                                                na een beklemmende orkestinleiding. De scherp
                                                                dissonante aanhef van dit deel werkt na het lyrische
                                                                Adagio als een schokeffect.
                                                                Na de inzet van de solobas op de tekst ‘O Freunde,
                                                                nicht diese Töne, sondern lasst uns angenehmere
                                                                anstimmen und freudenvollere’ laten het solokwartet
                                                                en het koor zich voor het eerst horen. Het nu eens
                                                                ingehouden, dan weer voluit zingende koor zorgt voor
                                                                de meest indrukwekkende passages in de Finale, met
                                                                name op de tekst ‘Ihr stürzt nieder, Millionen?’. Men kan
38                                                              zich de enorme ovatie tijdens de première voorstellen,
                                                                want na de machtige boodschap van tekst en muziek
                                                                stevent de Finale in een briljante prestissimo-coda met
     Friedrich Schiller (1759-1805)                             een stormachtige vaart op de slotmaat af.
     portret uit 1808/1809 door gerhard von kügelgen
ode an die freude
naar Friedrich Schiller (1759-1805)
                                                        Freude trinken alle Wesen
O Freunde, nicht diese Töne!                            an den Brüsten der Natur;
Sondern laßt uns angenehmere anstimmen                  Alle Guten, alle Bösen
und freudenvollere. 1                                   folgen ihrer Rosenspur.
                                                        Küsse gab sie uns und Reben,
Freude schöner Götterfunken,                            einen Freund, geprüft im Tod;
Tochter aus Elysium,                                    Wollust ward dem Wurm gegeben,
wir betreten feuertrunken,                              und der Cherub steht vor Gott.
himmlische, dein Heiligtum!
Deine Zauber binden wieder,                             Froh, wie seine Sonnen fliegen
was die Mode streng geteilt;                            durch des Himmels prächt’gen Plan,
Alle Menschen werden Brüder,                            laufet, Brüder, eure Bahn,
wo dein sanfter Flügel weilt.                           freudig, wie ein Held zum Siegen!


Wem der große Wurf gelungen,                            Seid umschlungen, Millionen!
eines Freundes Freund zu sein,                          Diesen Kuß der ganzen Welt!
wer ein holdes Weib errungen,                           Brüder, überm Sternenzelt
mische seinen Jubel ein!                                muß ein lieber Vater wohnen.
Ja, wer auch nur eine Seele                             Ihr stürzt nieder, Millionen?
sein nennt auf dem Erdenrund!                           Ahnest du den Schöpfer, Welt?
Und wer’s nie gekonnt, der stehle                       Such’ ihn über’m Sternenzelt!
weinend sich aus diesem Bund.                           Über Sternen muß er wohnen.




                                         op de vorm en thematiek
                                         van beethovens negende
                                         borduurden jaren later
                                           nog berlioz, brahms
                                           en bruckner voort.
                                                                                             39




1
    eerste 3 regels door Beethoven in 1823 toegevoegd
40
41
biografieën                                                 opnamen van het orkest hebben internationale prijzen
                                                                 gewonnen. Frans Brüggen vervult talloze gastdirigent-
                                                                 schappen in Europa, de Verenigde Staten en Japan.


     frans brüggen · dirigent                                    orkest van de achttiende eeuw
     Frans Brüggen is expert op het gebied van achttiende- en    Het Orkest van de Achttiende Eeuw werd in 1981 opge-
     vroeg-negentiende-eeuwse muziek. Hij studeerde dwars-       richt door Frans Brüggen en bestaat uit circa vijftig leden,
     fluit, blokfluit en muziekwetenschap in zijn geboortestad   afkomstig uit de hele wereld. De musici, elk bekend als
     Amsterdam. Hij verwierf internationale erkenning als        specialisten op het gebeid van de achttiende-eeuwse
     blokfluitist en werd op zijn 21ste benoemd tot docent       muziek, spelen op instrumenten uit die tijd of kopieën
     aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Nadien       daarvan. Zodoende streven zij het doel van het orkest
     was hij Erasmus Professor aan Harvard University en         na: de klassieke meesterwerken van Haydn, Mozart en
     Regent’s Professor aan de University of Berkeley.           Beethoven en werken uit de eerste helft van de achttiende
     Frans Brüggen is al zo’n twintig jaar verbonden aan het     eeuw te laten klinken zoals de componisten het zich
     Muziekcentrum van de Omroep, sinds 2007 als ere-            destijds moeten hebben voorgesteld.
     dirigent van de Radio Kamer Filharmonie. In september       Het Orkest van de Achttiende Eeuw vormt qua grootte
     2010 ontving Frans Brüggen uit handen van Koningin          en samenstelling een afspiegeling van de ‘klassieke’
     Beatrix de Eremedaille voor Kunst en Wetenschap in          orkesten zoals die in Mannheim, Parijs en Wenen
     de Huisorde van Oranje. In 1981 richtte hij het Orkest      bestonden. Het orkest komt drie tot vijf keer per jaar
     van de Achttiende Eeuw op. Met dit orkest concentreert      bijeen voor internationale tournees en maakte talloze
     hij zich op muziek van Purcell, Bach, Rameau, Haydn,        cd-opnamen.
     Mozart, Beethoven, Schubert en Mendelssohn. Veel




42
bezetting                                           rebecca nash · sopraan
viool I                                             De Australische sopraan Rebecca Nash studeerde bij
Marc Destrubé (concertmeester), Rémy Baudet,        Joan Hammond aan de Monash University in haar ge-
Lorna Glover, Kees Koelmans, Franc Polman,          boorteplaats Melbourne. Tevens had ze les aan de
Irmgard Schaller, Annelies van der Vegt,            Australian National Academy of Music. Een beurs stelde
Natsumi Wakamatsu, Sayuri Yamagata                  haar in de gelegenheid haar opleiding te vervolgen aan
viool II                                            het Royal College of Music in Londen, waar ze in 1999
Staas Swierstra, Hans Christian Euler,              afstudeerde. Rebecca Nash is winnares van de belang-
Anthony Martin, Guya Martinini, Marinette Troost,   rijkste onderscheiding voor vocalisten in Australië, de
Dirk Vermeulen, Richard Walz, Gustavo Zarba         Dame Joan Sutherland Award. Daarnaast vielen haar tal
altviool                                            van andere prijzen ten deel. Afgezien van engagemen-
Emilio Moreno, Marten Boeken, Antonio Clares,       ten bij Australische orkesten en operagezelschappen,
Else Krieg, Yoshiko Morita, Esther van der Eijk     waaronder Opera Australia en het Sydney Opera House,
cello                                               heeft Rebecca Nash opgetreden in het Royal Opera
Richte van der Meer, Emmanuel Balssa, Albert        House Covent Garden in Londen, de Opéra de Lyon en
Brüggen, Lidewij Scheifes, Rainer Zipperling        het Glyndebourne Festival. Concertaria’s en oratoria ver-
contrabas                                           tolkte zij met vooraanstaande orkesten als het London
Margaret Urquhart, Robert Franenberg,               Philharmonic Orchestra, het Scottish Chamber Orchestra
Christian Staude                                    en de London Mozart Players. Met het Orkest van de
fluit                                               Achttiende Eeuw heeft zij de Negende Symfonie van
Lisa Beznoziuk, Marten Root, Ricardo Kanji          Beethoven inmiddels uitgevoerd in onder meer Japan,
piccolo                                             Frankrijk, Spanje en Hong Kong.
Takashi Ogawa
hobo
Frank de Bruine, Alayne Leslie
klarinet
Eric Hoeprich, Guy van Waas
fagot
Danny Bond, Donna Agrell
contrafagot
Eckhard Lenzing
hoorn
Teunis van der Zwart, Gijs Laceulle,
Stefan Blonk, Bart Aerbeydt
trompet
David Staff, Jonathan Impett, Graham Nicholson
trombone
Sue Addison, Peter Thorley, Steve Saunders                                                                      43
pauken
Maarten van der Valk
slagwerk
Johan Faber, Troels Svendsen, Rob van der Sterren   Rebecca Nash
biografieën




     wilke te brummelstroete · mezzosopraan                         marcel beekman · tenor
     Wilke te Brummelstroete studeerde aan het Koninklijk           De Nederlandse tenor Marcel Beekman zingt zowel het
     Conservatorium in Den Haag. Na haar operadebuut als            barokke en klassieke, als het hedendaagse concert- en
     Dido (Purcell) in 1991 verwierf zij al snel een grote inter-   operarepertoire. Hij heeft opgetreden met vooraanstaan-
     nationale reputatie en werkte zij met dirigenten als Sir       de orkesten als het Koninklijk Concertgebouworkest,
     John Eliot Gardiner, Christian Thielemann, Iván Fischer,       Les Arts Florissants en Asko | Schönberg, met dirigenten
     Sir Roger Norrington, Sir Neville Marriner, Ton Koopman,       als William Christie, Reinbert de Leeuw, Iván Fischer
     Roy Goodman, Thomas Zehetmaier en Kent Nagano.                 en Frans Brüggen. Ook werkt hij zeer geregeld met het
     Al meer dan tien jaar werkt zij samen met Brüggen en           Orkest van de Achttiende Eeuw.
     het Orkest van de Achttiende Eeuw, in uitvoeringen van         Marcel Beekman bracht nieuw werk in première van
     onder meer oratoria van Bach, het Requiem van Mozart,          componisten als Calliope Tsoupaki, Elmer Schönberger,
     aria’s van Haydn en Beethovens Negende Symfonie.               Roderik de Man, Martijn Padding en Jeff Hamburg en
     Daarnaast treedt Wilke te Brummelstroete geregeld op           was te gast op grote internationale festivals. Een aanzien-
     met ensembles en orkesten als het Orchestra of the Age         lijke hoeveelheid cd-opnamen getuigt van zijn veelzijdig-
     of Enlightenment, The English Baroque Soloists, het            heid. Onder zijn operarepertoire vallen rollen als Berenice
     Koninklijk Concertgebouworkest, het Royal Liverpool            in l’Ipermestra van Cavalli, Valère/Damon in Les Indes
     Philharmonic Orchestra, het Symphonieorchester des             galantes van Rameau, de titelrol in Willem Breukers Jona,
     Bayerischen Rundfunks, de Academy of Ancient Music,            Arnalta in Monteverdi’s l’Incoronazione di Poppea, Casella
     Northern Sinfonia, het Orchestre de Paris en het Phil-         in La Commedia van Louis Andriessen en Zamar in
     harmonia Baroque Orchestra San Francisco.                      Legende van Peter-Jan Wagemans.
     Zij vertolkte vele operarollen en soleerde in werken als
     Schumanns Das Paradies und die Peri en Les nuits d’été
     van Berlioz. Haar cd-opname met Bachcantates onder
     leiding van Sir John Eliot Gardiner werd in 2005 uitge-
     roepen tot ‘Gramophone Record of the Year’.




44




     Wilke te Brummelstroete                                        Marcel Beekman © marco borggreve
michael tews · bas                                           laurens collegium rotterdam
Michael Tews studeerde aanvankelijk aan de toneel-           Het Laurens Collegium Rotterdam is Nederlands jongste
school in zijn geboorteplaats Hamburg. In 1990 begon         professionele koor. Het komt op projectbasis bijeen en
hij zijn zangstudie bij Antonis Constantino en Hara Savino   bestaat uit jonge professionele zangers en zangstuden-
aan de Hochschule für Musik in Frankfurt. Ook volgde         ten van de Nederlandse conservatoria. Het staat onder
hij privélessen bij Manfred Schenk.                          leiding van Wiecher Mandemaker, artistiek leider van de
Van 1998 tot 2000 was Michael Tews solist bij het            Stichting Laurenscantorij. Barend Schuurman richtte het
Landestheater Coburg, waarna engagementen volgden            Collegium in 2002 op. De laatste jaren is het Laurens
bij theater- en operagezelschappen van Krefeld, Erfurt       Collegium Rotterdam onder Wiecher Mandemakers
en Gelsenkirchen, waar hem in 2009 de Theaterpreis           leiding uitgegroeid tot een ensemble dat jaarlijks vele
der Stadt Gelsenkirchen werd toegekend. Sinds seizoen        projecten uitvoert. Naast het realiseren van eigen produc-
2010/2011 is hij solist bij de Wuppertaler Bühnen.           ties werkt Collegium samen met orkesten zoals het Rot-
Michael Tews vertolkte vele operarollen, ook in modern       terdams Philharmonisch Orkest, Het Gelders Orkest, het
repertoire, zoals de rol van Mandel in Waiting For The       Residentie Orkest, Rotterdam Sinfonia en het Orkest
Barbarians (wereldpremière) van Philip Glass, met uit-       van de Achttiende Eeuw.
voeringen in Amsterdam en Londen, de rol van l’Usciere       Het repertoire van het Collegium omvat koorliteratuur
in La Porta Della Legge (wereldpremière) van Salvatore       van de zestiende tot de eenentwintigste eeuw.
Sciarrino (Wuppertal, Mannheim en New York).
Als concertzanger is Michael Tews geliefd om zijn            sopraan
vertolkingen van werken als Händels Messiah, Bachs           Anna Majchrzak, Carla Veeningen, Emily Cheung,
Weihnachts-Oratorium, de requiems van Mozart en              Marije Wieringa, Isabel Delemarre, Gerdine Tuinstra,
Verdi, Rossini’s Stabat Mater en de Negende Symfonie         Elisabeth van Duijn, Rozemarijn Kalis, Nicole Fiselier,
van Beethoven.                                               Nelleke den Broeder
                                                             alt
                                                             Annette Vermeulen, Gemma Jansen, Raghna Wissink,
                                                             Inge van Keulen, Rosalie Sloof, Pieter van Breugel,
                                                             Esmee Schoones
                                                             tenor
                                                             Adrian Fernandes, Daan Verlaan, Leon van Liere,
                                                             Niek van den Dool, Pieter de Goede, Ruben de
                                                             Graauw, Scott Wellstead
                                                             bas
                                                             Andreas Goetze, Douwe Klinkenberg, Jan Douwes,
                                                             Peter Scheele, Vincent Spoeltman, David Visser,
                                                             Robert-Jan Agricola, Jonathan Bosman



                                                                                                                          45
biografieën




     laurenscantorij                                             wiecher mandemaker
     De Laurenscantorij is een jong, semi-professioneel koor     Wiecher Mandemaker (1969) ontving zijn eerste orgel-
     dat haar thuisbasis heeft in de Rotterdamse Grote of Sint   lessen op tienjarige leeftijd van Wim van der Panne. Hij
     Laurenskerk. Het staat onder leiding van Wiecher Man-       vervolgde zijn orgelstudie aan het Rotterdams Conserva-
     demaker, sinds 2005 artistiek leider van de Stichting       torium bij Arie J. Keyzer en Ben van Oosten. Gelijktijdig
     Laurenscantorij. Vanaf de oprichting in 1966 door           studeerde hij koordirectie bij Barend Schuurman aan
     Barend Schuurman ontwikkelde zich in de Laurenskerk         hetzelfde conservatorium. Voor beide studies behaalde
     een rijke koorcultuur. De Laurenscantorij voert de maan-    hij het diploma Uitvoerend Musicus. Later volgde ook
     delijkse cantatediensten uit, zingt in kerkdiensten en      het diploma Kerkmuziek.
     geeft concerten binnen en buiten de Laurenskerk. In         Wiecher Mandemaker volgde masterclasses koordirectie
     de afgelopen jaren verleende de Laurenscantorij steeds      bij Uwe Gronostay, Daniel Reuss en Jos van Veldhoven.
     vaker haar medewerking aan producties van grote             In 2001 nam hij deel aan de Eric Ericson Masterclass
     orkesten in Nederland en daarbuiten.                        waar hij les kreeg van de oude meester zelf. Daarna
                                                                 werkte hij een jaar als assistentdirigent voor het Groot
     sopraan                                                     Omroepkoor.
     Marjolein Dekker, Lisette van Delft, Linde Egberts,         Op 1 september 2005 nam Wiecher Mandemaker het
     Tessa Maalcke, Annemarie Rosenbrand, Merit Verbeij,         artistiek leiderschap van de Stichting Laurenscantorij over
     Gemma Vredeveldt,                                           van Barend Schuurman en werd daarmee dirigent van
     alt                                                         de Laurenscantorij, het Laurens Collegium Rotterdam
     Femke van Driel, Joanna Endedijk, Christine de              en het Laurensorkest.
     Graaf-Kruit, Marjolein Jongh, Hanna Kiewiet, Marta          Wiecher Mandemaker is als hoofdvakdocent koordirectie
     Mármol Garcia, Marleen Quaak, Mariona Vilalta               verbonden aan het Rotterdams Conservatorium, waar
     tenor                                                       hij tevens dirigent is van het Codarts Kamerkoor.
     Michael Aletrino, Christiaan Cooiman, Flip Noorman,
     Lex Vredeveldt, Matthijs van Wijhe,
     bas
     Bart Bliek, Ernstjan Cooiman, Thomas Hoogenboezem,
     Jan Korteweg, Dennis Kroeze, Joost de Nooijer,
     Johan Vermeer, Hessel Vredeveldt




46
de beethoven belevenis op cd
 Van de concerten in de serie De Beethoven Belevenis worden live cd-opnamen gemaakt. In samenwerking
 met de Volkskrant verschijnt deze cd-box begin 2012. Abonnementhouders van de serie krijgen deze cd-box
 gratis thuisgestuurd (1 cd-box per bestelling). Voor andere geïnteresseerden is deze vanaf begin 2012 te
 bestellen via de internetwinkel van de Volkskrant (www.vkshop.nl).


beethoven, een biografie                                    foto-expositie ‘de geluksmachine op weg’
Met het boek Beethoven, een biografie schreef Jan           Van 6 t/m 16 oktober 2011 exposeert fotografe Annelies
Caeyers de eerste biografie in het Nederlands taalgebied    van der Vegt – tevens violiste van het Orkest van de
die het complete leven en werk van Beethoven omspant.       Achttiende Eeuw – in de Hal Grote Zaal. Zij toont een
Het is het verhaal van een kunstenaarscarrière: het be-     fotoselectie die een blik biedt achter de schermen van
schrijft Beethovens ontwikkeling als componist en de        het Orkest van de Achttiende Eeuw.
muziekwereld in zijn tijd. Jan Caeyers portretteert Beet-
hoven als geniaal componist, maar gaat ook in op zijn       red sofa met frans brüggen
                       uiterst gecompliceerde en ge-        Roland de Beer in gesprek met Frans Brüggen over de
                       tourmenteerde persoonlijkheid.       geheimen van Ludwig van Beethoven.
                       Beethoven, een biografie is voor     woensdag 12 oktober Jurriaanse Zaal, 19.30 uur
                       € 45 te koop tijdens De Beet-        Entree € 5. Vrij entree voor abonnementhouders van
                       hoven Belevenis.                     De Beethoven Belevenis (zolang de voorraad strekt).
                       Op donderdag 6 oktober 2011
                       zal Jan Caeyers na afloop van        frans brüggen geeft openbare masterclass
                       het concert zijn boek voor u         Roberto Bautista Rangel en Francesc Valldecabres
                       signeren.                            Sanmartin, studenten orkestdirectie aan Codarts (Rotter-
                                                            dams Conservatorium), dirigeren het Orkest van de Acht-
‘Een monumentale Beethoven-biografie. Een geweldig          tiende Eeuw in een masterclass onder leiding van Frans
boek dat ik met buitengewoon veel genoegen gelezen          Brüggen, met op de lessenaar Beethovens Vioolconcert
heb. […] Een formidabele prestatie.’                        en de eerste drie delen uit zijn Negende Symfonie.
Maarten ‘t Hart, Vrij Nederland                             vrijdag 14 oktober Grote Zaal, 15.30-17.30 uur
                                                            Vrij entree (ingang via entree Eduard Flipse Zaal (Karel
                                                            Doormanstraat), deuren open vanaf 15.00 uur.




                                                                                                                       47
colofon

     Concert- en congresgebouw de Doelen
     Schouwburgplein 50
     Postbus 972
     3000 AZ Rotterdam
     Kassa 010 217 17 17
     Algemeen 010 217 17 00


     programmering Neil Wallace
     tekstbijdragen en toelichtingen Roland de Beer, Paul Janssen (pagina’s 12, 18, 24, 30, 36) en Clemens Romijn
     foto’s Annelies van der Vegt (pagina’s 5, 6, 8, 9, 10, 16, 22, 28, 34, 40, 42, 47)
     beeld voorzijde naar een portret van Ludwig van Beethoven uit 1820 door Joseph Karl Stieler (1781-1858)
     redactie en vormgeving Philip Leussink
48   lithografie en druk MediaCenter Rotterdam


     De Beethoven Belevenis wordt mede mogelijk gemaakt door het


     en komt tot stand in samenwerking met                           .
49
50

More Related Content

What's hot

De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014
De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014
De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014Valerie De Groodt
 
Oslo presentation
Oslo presentationOslo presentation
Oslo presentationErik Winkel
 
Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012
Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012
Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012leussink
 
Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.
Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.
Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.Global Green Connections
 
Flyer printing version
Flyer printing versionFlyer printing version
Flyer printing versionNadyakoopmans
 
Cultuur Van De Burgerij V5 Muziek
Cultuur Van De Burgerij V5 MuziekCultuur Van De Burgerij V5 Muziek
Cultuur Van De Burgerij V5 MuziekPeertie
 
Speuren naar tango met Joods tintje
Speuren naar tango met Joods tintjeSpeuren naar tango met Joods tintje
Speuren naar tango met Joods tintjeKim Noach
 
Romantiek3_muziek
Romantiek3_muziekRomantiek3_muziek
Romantiek3_muziekmavalu
 
Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'
Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'
Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'Kim Noach
 

What's hot (14)

De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014
De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014
De Frivole Framboos - Portret De Streekkrant 2014
 
Oslo presentation
Oslo presentationOslo presentation
Oslo presentation
 
Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012
Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012
Het Nieuwe Strijkkwartet 2011/2012
 
Nieuwe Noten
Nieuwe NotenNieuwe Noten
Nieuwe Noten
 
Lezingen in Zwolle
Lezingen in Zwolle Lezingen in Zwolle
Lezingen in Zwolle
 
Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.
Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.
Interview zanger Frank Boeijen Haags Nieuwsblad.
 
Hessel Meckema en Hans Willem baron van Aylva
Hessel Meckema en Hans Willem baron van AylvaHessel Meckema en Hans Willem baron van Aylva
Hessel Meckema en Hans Willem baron van Aylva
 
Flyer printing version
Flyer printing versionFlyer printing version
Flyer printing version
 
Cultuur Van De Burgerij V5 Muziek
Cultuur Van De Burgerij V5 MuziekCultuur Van De Burgerij V5 Muziek
Cultuur Van De Burgerij V5 Muziek
 
Speuren naar tango met Joods tintje
Speuren naar tango met Joods tintjeSpeuren naar tango met Joods tintje
Speuren naar tango met Joods tintje
 
Romantiek3_muziek
Romantiek3_muziekRomantiek3_muziek
Romantiek3_muziek
 
Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'
Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'
Maastricht beleeft 'Nacht van de Klassieke Muziek'
 
Chrobokova
ChrobokovaChrobokova
Chrobokova
 
dossier NL
dossier NLdossier NL
dossier NL
 

Viewers also liked

brochure Musica Sacra Maastricht 2011
brochure Musica Sacra Maastricht 2011brochure Musica Sacra Maastricht 2011
brochure Musica Sacra Maastricht 2011leussink
 
Msm12 Magazine Webversie
Msm12 Magazine WebversieMsm12 Magazine Webversie
Msm12 Magazine Webversieleussink
 
Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2
Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2
Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2leussink
 
deKlank nr.6 2009/2010
deKlank nr.6 2009/2010deKlank nr.6 2009/2010
deKlank nr.6 2009/2010leussink
 
deKlank nr.4+5 2009/2010
deKlank nr.4+5 2009/2010deKlank nr.4+5 2009/2010
deKlank nr.4+5 2009/2010leussink
 
Steve Reich in de Doelen
Steve Reich in de DoelenSteve Reich in de Doelen
Steve Reich in de Doelenleussink
 
The heart of presentation-presentation for Creativity pool Kosice
The heart of presentation-presentation for Creativity pool KosiceThe heart of presentation-presentation for Creativity pool Kosice
The heart of presentation-presentation for Creativity pool KosiceMartin Prodaj
 
Exercise 14 - Cellular Respiration in Yeast
Exercise 14 - Cellular Respiration in YeastExercise 14 - Cellular Respiration in Yeast
Exercise 14 - Cellular Respiration in YeastAldrin Lozano
 

Viewers also liked (9)

brochure Musica Sacra Maastricht 2011
brochure Musica Sacra Maastricht 2011brochure Musica Sacra Maastricht 2011
brochure Musica Sacra Maastricht 2011
 
Msm12 Magazine Webversie
Msm12 Magazine WebversieMsm12 Magazine Webversie
Msm12 Magazine Webversie
 
Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2
Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2
Nieuwe Strijkkwartet1213 Webversie2
 
deKlank nr.6 2009/2010
deKlank nr.6 2009/2010deKlank nr.6 2009/2010
deKlank nr.6 2009/2010
 
deKlank nr.4+5 2009/2010
deKlank nr.4+5 2009/2010deKlank nr.4+5 2009/2010
deKlank nr.4+5 2009/2010
 
Steve Reich in de Doelen
Steve Reich in de DoelenSteve Reich in de Doelen
Steve Reich in de Doelen
 
Power Point
Power PointPower Point
Power Point
 
The heart of presentation-presentation for Creativity pool Kosice
The heart of presentation-presentation for Creativity pool KosiceThe heart of presentation-presentation for Creativity pool Kosice
The heart of presentation-presentation for Creativity pool Kosice
 
Exercise 14 - Cellular Respiration in Yeast
Exercise 14 - Cellular Respiration in YeastExercise 14 - Cellular Respiration in Yeast
Exercise 14 - Cellular Respiration in Yeast
 

Similar to De Beethoven Belevenis 2011

JazzTrio JazzTraffic, "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nl
JazzTrio JazzTraffic,  "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nlJazzTrio JazzTraffic,  "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nl
JazzTrio JazzTraffic, "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nlJazz Trio JazzTraffic
 
SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011
SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011
SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011SOLD OUT Amsterdam
 
A New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nl
A New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nlA New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nl
A New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nlJazz Trio JazzTraffic
 
Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017
Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017
Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017Pamela Smits
 
De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...
De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...
De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...Vincent Schouten
 
De Streekkrant Portret De Frivole Framboos
De Streekkrant Portret De Frivole FramboosDe Streekkrant Portret De Frivole Framboos
De Streekkrant Portret De Frivole FramboosValerie De Groodt
 
Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019
Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019
Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019Netwerk Oorlogsbronnen
 
SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010
SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010
SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010SOLD OUT Amsterdam
 
100 jaar Hallelujah
100 jaar Hallelujah100 jaar Hallelujah
100 jaar Hallelujahhallelujah
 
Vrijthofconcerten Rieu feest voor familie Falize
Vrijthofconcerten Rieu feest voor familie FalizeVrijthofconcerten Rieu feest voor familie Falize
Vrijthofconcerten Rieu feest voor familie FalizeKim Noach
 
Requiem 2019 saint saens
Requiem 2019 saint saensRequiem 2019 saint saens
Requiem 2019 saint saensHans de Munnik
 
Samenspelen is samenleven raes - opinie
Samenspelen is samenleven     raes - opinieSamenspelen is samenleven     raes - opinie
Samenspelen is samenleven raes - opinieDirk Ameel
 
Muziek avond lepelenburg muziekgeschiedenis
Muziek avond lepelenburg muziekgeschiedenisMuziek avond lepelenburg muziekgeschiedenis
Muziek avond lepelenburg muziekgeschiedenisAntoon van den Boogaard
 

Similar to De Beethoven Belevenis 2011 (20)

JazzTrio JazzTraffic, "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nl
JazzTrio JazzTraffic,  "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nlJazzTrio JazzTraffic,  "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nl
JazzTrio JazzTraffic, "Swingin' Musicals' www.jazztraffic.nl
 
SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011
SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011
SOLD OUT Amsterdam seizoen 2010|2011
 
A New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nl
A New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nlA New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nl
A New Performance and Lecture Show ! www.jazztraffic.nl
 
Drupsteen_06
Drupsteen_06Drupsteen_06
Drupsteen_06
 
Programma 2013/2014
Programma 2013/2014Programma 2013/2014
Programma 2013/2014
 
Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017
Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017
Brochure_VRIENDENCONCERTEN_2016-2017
 
De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...
De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...
De Orkesten Van Het Mco, Artistieke Selectieprocessen In De Periode Van 1984 ...
 
De Streekkrant Portret De Frivole Framboos
De Streekkrant Portret De Frivole FramboosDe Streekkrant Portret De Frivole Framboos
De Streekkrant Portret De Frivole Framboos
 
Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019
Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019
Componisten in verzet | Leo Smit Stichting | Netwerkdag 2019
 
Zangcultuur in Friesland, Dokkum 18e eeuw
Zangcultuur in Friesland, Dokkum 18e eeuwZangcultuur in Friesland, Dokkum 18e eeuw
Zangcultuur in Friesland, Dokkum 18e eeuw
 
SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010
SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010
SOLD OUT Touring seizoen 10|11 presentatie 30 juni 2010
 
Hendrick ten Oever, een vergeten Overijssels meester uit de zeventiende eeuw
Hendrick ten Oever, een vergeten Overijssels meester uit de zeventiende eeuwHendrick ten Oever, een vergeten Overijssels meester uit de zeventiende eeuw
Hendrick ten Oever, een vergeten Overijssels meester uit de zeventiende eeuw
 
100 jaar Hallelujah
100 jaar Hallelujah100 jaar Hallelujah
100 jaar Hallelujah
 
Vrijthofconcerten Rieu feest voor familie Falize
Vrijthofconcerten Rieu feest voor familie FalizeVrijthofconcerten Rieu feest voor familie Falize
Vrijthofconcerten Rieu feest voor familie Falize
 
Requiem 2019 saint saens
Requiem 2019 saint saensRequiem 2019 saint saens
Requiem 2019 saint saens
 
Carmen folder
Carmen folderCarmen folder
Carmen folder
 
Requiem
RequiemRequiem
Requiem
 
Samenspelen is samenleven raes - opinie
Samenspelen is samenleven     raes - opinieSamenspelen is samenleven     raes - opinie
Samenspelen is samenleven raes - opinie
 
Zonderspreads
ZonderspreadsZonderspreads
Zonderspreads
 
Muziek avond lepelenburg muziekgeschiedenis
Muziek avond lepelenburg muziekgeschiedenisMuziek avond lepelenburg muziekgeschiedenis
Muziek avond lepelenburg muziekgeschiedenis
 

De Beethoven Belevenis 2011

  • 2. 2
  • 3. de beethoven belevenis uitvoering én live opname van alle symfonieën van beethoven Met zijn negen symfonieën veroorzaakte Ludwig van Beethoven een muzikale revolutie die het pad naar de Romantiek effende. Hij componeerde muziek die benaderbaar én begrijpbaar bleef. Ook na twee eeuwen heeft dit repertoire nog steeds een enorme zeggingskracht. Het is die universele kracht die Frans Brüggen zo aanspreekt in het werk van Beethoven. Dat was 25 jaar geleden al zo toen hij ze voor het eerst op cd vastlegde. Die inspiratiebron blijkt nog steeds springlevend. In vijf concerten komen alle Beethoven-symfonieën aan bod. Een unieke samenwerking tussen Concert- en congresgebouw de Doelen, Frans Brüggen en zijn Orkest van de Achttiende Eeuw. 2 voorwoord 4 frans brüggen door Roland de Beer 12 een en drie donderdag 6 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur 18 twee en vier zondag 9 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur 24 vijf en zes maandag 10 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur 30 zeven en acht dinsdag 11 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur 36 negen zondag 16 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur 42 biografieën 47 de beethoven belevenis op cd beethoven, een biografie Jan Caeyers foto-expositie ‘de geluksmachine op weg’ Annelies van der Vegt red sofa: frans brüggen geïnterviewd door Roland de Beer frans brüggen geeft openbare masterclass 48 colofon 1 orkest van de achttiende eeuw frans brüggen · dirigent
  • 4. voorwoord D e Doelen hecht groot belang aan het creëren van vaste samenwerkingsverbanden met ensembles en artiesten. Zo maken we spannende programma’s met een vijftal huisensem- bles: het DoelenEnsemble, het DoelenKwartet, het Laurens Collegium, Sinfonia Rotterdam en Rietkwintet Calefax. Hoewel het Orkest van de Achttiende Eeuw geen formele status als huisorkest heeft, presenteert de Doelen jaarlijks met gepaste trots dit prachtige orkest in een reeks op maat bedachte, toonaangevende concerten en projecten voor Rotterdam. De meeste Grote Orkesten van de Wereld hebben een eigen basis, een eigen zaal, een eigen publiek. Het Orkest van de Achttiende Eeuw heeft dat echter niet. Inmiddels drie decennia onderweg, bezocht het orkest meer dan dertig landen in vier werelddelen en trad het op in 300 steden. In sommige van deze steden werd slechts eenmaal gespeeld, in de meeste steden natuurlijk vaker, maar naar een paar steden wordt met grote regel- maat teruggekeerd. De relatie met de Doelen is een prachtig voorbeeld van de dierbare band die in de loop van vele jaren kan ontstaan tussen een stad en een orkest. Na het eerste concert in Rotterdam op 7 juni 1982 groeide de Doelen uit tot een van de veilige thuishavens. En het was deze vriendschap die het Orkest van de Achttiende Eeuw de mogelijkheid bood om bijna elke parel uit het repertoire ten gehore te brengen, de werken van Bach, Rameau, Haydn, Mozart, Beethoven, Schubert en Mendelssohn. De fascinatie van Frans Brüggen en zijn orkest voor de Negen Symfonieën van Beethoven duurt dertig jaar en is in drie perioden te verdelen. Het kostte het orkest tien jaar om de negen meesterwerken op het repertoire te krijgen. Daarna volgde een periode waarin de symfonieën met grote regelmaat stuk 2 voor stuk en in combinatie met werken van andere componisten terug- keerden. En het is inmiddels ook alweer tien jaar dat het orkest zich van tijd tot tijd voor een wat langere periode in een stad terugtrekt om, als het ware in residentie, de volledige cyclus uit te voeren.
  • 5. Wat eind 1999 in San Sebastian begon en werd voortgezet in Utrecht, Amsterdam, Tokio, Hong Kong, Warschau, Hamburg en Parijs, wordt nu voor de negende keer en onder ideale omstandigheden in tien dagen in Rotterdam herhaald en geregistreerd in de aanwezigheid van u, ons publiek. De vijftig leden van het orkest, afkomstig uit drieëntwintig landen, hebben naar dit project toegeleefd en verheugen zich op wat komen gaat. Samen met de Doelen is er een boeiende randprogrammering bedacht. Tijdens De Beethoven Belevenis geeft Beethovenkenner en dirigent Jan Caeyers een lezing; bij elk concert verzorgt Guido van Oorschot een bevlogen inleiding; voorafgaand aan de concerten treden de leerlingen van het Rotterdamse Hellendaal Muziekinstituut meerdere keren op in de foyers; Frans Brüggen en Roland de Beer gaan samen op zoek naar de geheimen van Beethoven in een openbare bespreking, en last but not least, geeft Frans Brüggen een zeldzame openbare masterclass voor jonge dirigenten van de opleiding orkestdirectie aan Codarts, Rotterdams Conservatorium. De Geluksmachine was de titel die Anna Enquist koos voor haar gedicht over het orkest, uitgesproken bij de aanbieding van de Prins Bernhard Cultuurprijs in november 2010. Dankzij deze prestigieuze prijs is De Beet- hoven Belevenis tot stand gekomen. De Geluksmachine op Weg is de voor de hand liggende titel van de fototentoonstelling die voor de duur van dit project in de Doelen werd samengesteld door fotografe Annelies van der Vegt, die als een van de violisten van het orkest bij uitstek in de positie was om dat wat zich achter de schermen afspeelt op welhaast tedere wijze vast te leggen. Namens de Doelen en het Orkest van de Achttiende Eeuw wensen wij u een bijzonder avontuurlijke Beethoven Belevenis. 3 Neil Wallace Sieuwert Verster hoofd programmering directeur Concert- en congresgebouw de Doelen Orkest van de Achttiende Eeuw
  • 6. frans brüggen door Roland de Beer F rans Brüggen laat zich niet graag een titanenzoon noemen. Ook is hij niet voor straf vastgebonden aan een rots. En mocht zijn lever dagelijks verdwijnen en weer aangroeien, dan komt dat niet doordat Zeus een hongerige adelaar op hem af heeft gestuurd. Toch kan Frans Brüggen, de blokfluitist die op zijn 47ste besloot een ‘orkest voor de achttiende eeuw’ op te richten, worden vergeleken met Prometheus, de mythologische mensenvriend die bij de goden van de Olympus het vuur terugstal dat ze hadden weggenomen bij de gewone stervelingen. Een daad stellen die door iedereen onmogelijk wordt daagse muziek. Brüggen zei het maar à l’improviste. geacht. Zoiets flikte Frans Brüggen, geboren in 1934 in Maar de opmerking is hem lang nagedragen. ‘Ik denk dat Amsterdam, toen hij in 1981 een nieuw orkest oprichtte ik in mijn hart al bezig was een antwoord te verzinnen, van symfonische dimensies. In het Nederlandse muziek- een eigen orkest voor achttiende-eeuwse muziek’, zei bestel van die dagen leek dat onbestaanbaar. Lichtelijk Brüggen later. bizar bovendien, was dat de meester van de blokfluit er als dirigent voor ging staan, terwijl hij nauwelijks ervaring het geheim van de telefoonklapper had met dirigeren, en er ook niet voor had doorgeleerd. De essentie van Frans Brüggens eigen symfonische Brüggen noemde het een ‘tegenaanval’. avontuur ligt in het instrumentarium. En in de manier Een tegenaanval tegen wat? Tegen de muziekcultuur waarop dat wordt bespeeld. Het moet passen bij het om hem heen. Tegen symfonieorkesten die zich niet repertoire. Dat je zeer mooie resultaten kunt krijgen meer bekommerden om hun eigen wortels. Tegen een wanneer muziek van Bach uit 1730 wordt uitgevoerd dirigentenpraktijk die zich even souverein als gedachten- met instrumenten en strijkstokken uit die tijd (of met loos van achttiende-eeuwse muziek bediende, zonder kopieën van zulke instrumenten en strijkstokken) – die zich druk te maken om haar oorsprong, of zelfs maar gedachte was anno 1981 vrij algemeen aanvaard. Er om haar klank. Tegen de hoeders van een ‘traditie’ die waren al heel wat ensembles, van Brüggen onder meer, voornamelijk inhield dat men dezelfde fouten maakte en van zijn oudere collega’s Gustav Leonhardt en Niko- als twintig of vijftig jaar geleden. laus Harnoncourt, die daaraan hadden bijgedragen met 4 ‘Iedere noot Mozart die het Concertgebouworkest speelt muziek uit de barokperiode. is een leugen’, riep de langharige blokfluitcoryfee in het Maar dat zo’n praktijk niet alleen bij muziek past uit de roerige jaar 1969 tijdens een openbaar debat dat eigen- tijd tot pakweg 1750, maar dat het ook voor repertoire uit lijk over een ander onderwerp ging, namelijk de (geringe) de latere achttiende eeuw kan gelden, zoals voor Mozart, interesse van gevestigde symfonieorkesten voor heden- voor Haydn, eigenlijk voor alle muziek, die gedachte
  • 7. bestond in 1981 alleen nog in gespecialiseerde kring. tiende-eeuws instrument, en bereid waren de speelstijl Brüggen, die als blokfluitist al een kwarteeuw studeer- te zien als een voortdurend punt van experiment en de op oude uitvoeringspraktijken, vond dat een symfonie discussie. van Mozart, gecomponeerd in 1780, ook om instrumen- Dat maakte de onderneming er niet eenvoudiger op. ten uit die periode vraagt. Om andere instrumenten dus In Nederland liepen wel experts rond als de violistes Lucy dan die uit 1730, maar zeker andere dan de moderne van Dael en Alda Stuurop en de altviolist Wim ten Have. frans brüggen wilde een orkest waarvan de musici bijeenkwamen om expertise uit te wisselen uit 1980 waar het overgrote deel van de internationale De cellist Wouter Möller was een internationaal befaamde muziekwereld het mee deed, gedirigeerd door goden van handelsreiziger in achttiende-eeuwse streektechnieken. 5 de Olympus als Herbert von Karajan, Bernard Haitink en Er bestond een kleine oude muziek-houtblazersschool Kurt Masur. Brüggen wilde zijn nieuwe Orkest van de rond de hoboïst Ku Ebbinge en de fluitist Ricardo Kanji. Achttiende Eeuw uitsluitend bemannen met collega’s Maar met acht of tien uitmuntende strijkers en blazers (m/v) die zich meester konden noemen op een acht- heb je nog geen uitmuntend orkest. Brüggen en zijn
  • 8. frans brüggen toenmalige concertmeester Van Dael moesten hun cert, de barokgroep die Hogwoods concurrent Trevor teamgenoten uit heel West-Europa naar Amsterdam Pinnock in 1972 in het leven riep. Maar dat zijn betrek- zien te halen. Ook transatlantische nummers stonden kelijk kleine gezelschappen, vergeleken met de veertig- in de telefoonklapper. Zo kwam er bij de klarinetten al koppige bezetting die Brüggen door het hoofd spookte. gauw versterking van een fabuleuze Amerikaan, Eric In die grotere dames- en herenmaten – groei van de Hoeprich. ensembles hing in de lucht – werd wel gedacht door de Brit Roger Norrington. Hij was in 1978 oprichter van het geheim van uitwisseling The London Classical Players. Even ambitieus was zijn In de ensemblewereld wordt op projectbasis gewerkt. landgenoot John Eliot Gardiner, die in 1977 voor het Musici bij elkaar roepen, repeteren, een concert geven eerst The English Baroque Soloists bij elkaar belde. Maar en nog een paar concerten: dan heb je een tournee, hun Londense musici waren vaak wat losser aan de met eventueel een plaat erbij. En dan weer: tot ziens. groep en aan ’s maestro’s adressenbestand verbonden Op die basis werkt ook de clavecinist Ton Koopman dan Brüggen voor ogen stond. En de Londense musici met zijn Amsterdam Baroque Orchestra, een groep die waren, switchend tussen oude en nieuwe instrumenten, Koopman in 1979 formeerde uit (vooral) Nederlandse vaak ook geen onbekenden bij de tegenpartij: bij geves- en Angelsaksische musici. Brüggen kon net als Koopman tigde symfonieorkesten als The London Philharmonic of naar Britse voorbeelden kijken. In Londen lopen musici het Philharmonia Orchestra. rond die elkaar nu eens tegenkomen in The Academy of Brüggen wilde een studieus, werkplaatsachtig orkest. Ancient Music (in 1973 opgericht door de clavecinist Een orkest waarvan de musici niet alleen bijeenkwamen Christopher Hogwood), en dan weer in The English Con- om in korte tijd de noten netjes onder elkaar te krijgen, 6
  • 9. maar ook om expertise uit te wisselen, van elkaar iets Beethoven, door Brüggen in 1984 op de plaat gezet met op te steken, orkestklank te boetseren in gezamenlijke veertig musici, naar meer. Aan Brüggens umwerfend arbeid, en zo hun meesterschap over muziek en instru- genoemde uitvoering van Beethovens Derde, de ‘Eroica’, menten te verdiepen. Wat het Orkest van de Achttiende deden drie jaar later 44 musici mee. In 1992, bijna negen Eeuw apart maakte, meteen al vanaf het begin, was de jaar na het begin van het Beethoventraject, sloot Brüggen homogeniteit van het ensemble, en de concentratie op de cyclus af met een beklimming van het gebergte dat het binnenwerk van de muziek. Beethoven Negen heet. Hij riep er, naast koor en vocale solisten, 76 orkestvrienden voor op de been. bij frans brüggen is Toen Brüggen zijn eerste Beethovensymfonie had op- genomen, kon Roger Norrington in Londen niet achter- elke beethovensymfonie blijven. Hij maakte een inhaalslag en nam tussen 1986 een wereld apart. en 1988 niet drie, maar alle symfonieën van Beethoven op. Zijn landgenoot Gardiner mengde zich in de reper- elk stuk is een nieuw domein toirerace met weer een andere Beethovencyclus, dat tot in alle uithoeken opgenomen tussen 1991 en ’94. Het verschil tussen hun Beethovens en die van het wordt verkend. Orkest van de Achttiende Eeuw, is dat bij Brüggen elke Beethovensymfonie een wereld apart is. Elk stuk is een beethoven, uitroepteken! nieuw domein dat tot in alle uithoeken wordt verkend, Nog steeds frappeert de rijpheid van Brüggens vroege met een humeur dat steeds varieert van uitgelaten-speels orkestuitvoeringen. Veel werd vastgelegd op lp en cd, tot oneindig ernstig. Seriewerk is er bij Brüggen niet bij. altijd live want aan studiowerk heeft Brüggen een broertje dood. Elke noot doet ertoe. Ook de noten die het geheim van de vliegende start ogenschijnlijk als ‘vulwerk’ verborgen zitten bij de tweede Hoe kwam het dat Brüggen, die als dirigent een nage- violen en de altviolen, bij de hobo’s of bij de hoorns. noeg onbeschreven blad was, zo’n vliegende start kon Steeds hoor je verrassingen, in allerlei orkestrale stem- maken met zijn Orkest van de Achttiende Eeuw? Hij heeft men en tegenstemmen. Nooit wordt een melodie voor er zelf wel eens een boekje over open gedaan. Als reizen- zoete koek geslikt. En de begeleiding van een melodie de coryfee van de blokfluit was Brüggen in gedachten nog minder. Transparantie staat voorop. Clichés van het eigenlijk al bezig met het leiden van een orkest. Niet ‘authentieke’ musiceren worden gemeden. Geen over- omdat hij droomde van de heldhaftige daad van het dreven strijk- en blaasgezucht als er korte boogjes boven dirigeren, maar omdat hij klanken hoorde bij het zien een melodie staan. Maar aan Brüggens fraseringen van van achttiende-eeuwse orkeststukken. een melodie, en aan de manier van strijken van Brüggens In welke steden de blokfluitist Brüggen ook kwam, als spelers, hoor je Haydns afkomst uit de Barok. En aan het even kon dook hij er tussen zijn concerten door een sluwe wendingen en plotselinge opdonders bij Beethoven muziekbibliotheek in, op zoek naar de waarheid achter (en opnieuw: fraseringen) hoor je Beethovens afkomst achttiende-eeuwse noten. Bibliotheken in Wenen, Berlijn, uit de wereld van Haydn. Londen, Parijs en Venetië werden zijn leeszaal en speel- Beethoven, uitroepteken! tuin. Hij spitte er in eeuwenoud, meestal handgeschreven 7 Aan hem werd nog amper gedacht, toen Brüggen aan orkestmateriaal, in de hoop dat hij speelaanwijzingen zou zijn symfonische missie begon. Was Beethoven niet te vinden die musici op hun partijen hadden gekrabbeld. veel een man van de negentiende eeuw, in plaats van Aanwijzingen over het geheime ‘hoe’ van de muziek. de achttiende? Toch smaakte de Eerste Symfonie van Cues over tempi, dynamiek en frasering. Over streken
  • 10. frans brüggen van de strijkstok. Brüggen zocht naar reminders voor de ze uit alle windstreken. De musicoloog Sieuwert Verster, musicus. Krabbels die je nergens anders meer vindt, ook die de dagelijkse leiding voert, becijferde onlangs dat het niet in wetenschappelijke partituuruitgaven. totaal van de orkestleden in het hele adressenbestand Brüggen vond bijna nooit wat hij zocht. Want de meeste afkomstig is uit 23 landen. Het neemt niet weg dat het musici in de achttiende eeuw bleven netjes van hun par- Orkest van de Achttiende Eeuw een eigen, herkenbaar tijen af. Hard en zacht; een paar boogjes en accentjes; kleurenpalet heeft. Vergelijk het met het Londense Or- wat volgens een componist echt noodzakelijk was, stond chestra of the Age of Enlightenment. Dan hoor je, wanneer op last van de componist al bij de noten. Alles wat er níet bij kwam te staan, de hele rest van de speelstijl, hoorde tot de afdeling ‘algemeen bekend’. Net als bij onze mo- simon rattle heeft nooit derne jazzorkesten. verhuld hoeveel hij inzake Maar behalve teleurstelling was er nog een effect. Uit losse orkestpartijen die Brüggen noot voor noot door- beethoven van brüggen heeft vlooide, rezen, samengevoegd onder Brüggens schedel- opgestoken. dak, complete klankbeelden op. En die wilde hij maar al te graag in reële klank omzetten. Het wachten was alleen Brüggen dit Londense orkest dirigeert, in tempi (niet te nog op veertig musici die er ook iets van konden, en met haastig) en streken (zangerig en licht geboetseerd) de hem mee wilden doen. signatuur van Brüggen, maar je hoort ook dat de klank- cultuur van Brüggens Londense vrienden meer gericht wat ‘gewoon’ leek, wordt verrassend is op afzonderlijke, markante kleurtjes van bijvoorbeeld Het Orkest van de Achttiende Eeuw werkt nog op dezelfde fluiten en hobo’s. basis als in de beginjaren. Het komt vier of vijf keer per Het talent van Verster, Brüggens rechterhand sinds seizoen bij elkaar voor een internationale tournee, die 1981, ligt niet alleen in het overleg met musici, sponsors telkens met drie of vier concerten in Nederland eindigt. en departementen, maar ook in het contact met zaal- Dat de orkestklank toch zo consistent is, komt doordat houders, impresario’s, kerkkosters en burgemeesters veel musici van het begin nog van de partij zijn, al komen in steden als Florence, Osaka, Sydney, Toronto, Kansas City, New York en Nijmegen. Hij is de expert van het orkest als het gaat over financiën, roosters en de leer der verplaatsingen. Van de inkomsten per tournee trekt hij de kosten af van vliegtuigen, hotels en maaltijden, waarna de rest door veertig of vijftig wordt gedeeld, af- hankelijk van de orkestbezetting. Alle orkestleden ver- dienen hetzelfde, inclusief de dirigent. Brüggen verdient niet meer dan een orkestlid. Het repertoire van het Orkest van de Achttiende Eeuw strekt zich tegenwoordig uit van de vroege achttiende- eeuwer Rameau tot de in 1897 overleden Brahms. Het 8 gevolg is dat Brüggens orkest er nu vier instrumentaria op nahoudt. Voor Rameau worden instrumenten gebruikt met een A van 392 hertz, een volle toon lager dan onze moderne stemming, die een A heeft van 440 of iets Sieuwert Verster hoger. Bach klinkt op instrumenten met een A van 415
  • 11. hertz. Mozart en Beethoven zitten bij het orkest van transparante, op elke nieuwe wending in het compone- Brüggen op 430, en Brahms op 435. ren gespitste uitvoeringen vaak een verrassende lading Dit zou langzamerhand wel een verandering recht- mee te dragen. vaardigen in de benaming van het orkest. Maar diep de Olympiërs van de huidige dirigententop hebben gezien negentiende eeuw in duiken, zonder te prutsen aan de hoe Brüggen er met dat muzikale vuur vandoor is gegaan. orkestnaam, dat deden Brüggen & Co al in de jaren 1990. Ze hebben hem er niet voor aan een rots geketend. Toen de eerste Beethovenstorm geluwd was, begon Brüg- Integendeel: Mariss Jansons, de huidige chef-dirigent gen de symfonische oeuvres van de negentiende-eeuwers van het Koninklijk Concertgebouworkest, zat ooit een Mendelssohn en Schubert onder de loep te nemen. week lang te luisteren bij Haydnrepetities van Brüggen Ook hier leidde Brüggens weging van elke afzonder- in de Amsterdamse Amstelkerk. Simon Rattle, chef van 9 lijke noot tot bijzondere conclusies. Akkoorden, melo- de Berliner Philharmoniker en ex-gastdirigent van de dieën en ritmen die je bij topuitvoeringen van een Con- Wiener Philharmoniker voor alle symfonieën en piano- certgebouworkest of Rotterdams Philharmonisch min concerten van Beethoven, heeft nooit verhuld hoeveel of meer ervaart als business as usual, bleken in Brüggens hij inzake Beethoven van Brüggen heeft opgestoken.
  • 12. 10
  • 13. 11
  • 14. 6 oktober | een en drie een en drie ‘J e moet tot de tanden gewapend zijn en voor de rest doet het orkest het werk’, zo beschouwt Frans Brüggen zijn werk als dirigent in het oeuvre van Beethoven. ‘Ik ben er namelijk van overtuigd dat veel repertoire dat wij spelen, mits ingezeept door een goed orkestleider, uitstekend zonder dirigent gespeeld kan worden. De dirigent is pas echt nodig vanaf de Derde Symfonie van Beethoven. Dat is het bijzondere van alle symfonieën kort na elkaar uitvoeren. Je hoort het gebeuren. Ik meende in eerste instantie altijd dat we met het orkest niet verder zouden gaan dan de Eerste Symfonie van Beethoven. Toen ik na de Eerste toch de Derde Symfonie op de lessenaar zette, ging er een nieuwe wereld voor ons open ‘we zijn begonnen als monteverdianen en bachianen.’ frans brüggen en veranderde mijn denken. Vooral op het gebied van dynamiek zorgt Beethoven in de Eroica voor een doorbraak. Het is de grote sprong vooruit die direct leidt naar Beethovens laatste symfonieën en de symfonieën van Schumann. Wat dat betreft is het zo mooi dat dit orkest bij het begin begonnen is. We zijn begonnen als Monteverdianen en Bachianen. Als je gedisciplineerd in de tijd vooruit gaat, begrijp je de zonen Bach, Haydn, Mozart en noem maar op, vele malen beter. En dan speel je ze navenant. Moderne orkesten spelen altijd naar achteren toe. Daardoor is Beethoven 12 op een rare manier verwrongen gaan klinken. En in sommige gevallen is dat nog steeds zo. De hele oude muziekbeweging heeft een grote invloed gehad en er is heel veel veranderd in het denken over en uitvoeren van de achttiende- en negentiende-eeuwse muziek, maar ik hoor nog geregeld hele merkwaardige Beethovens.’
  • 15. donderdag 6 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur een en drie orkest van de achttiende eeuw frans brüggen · dirigent Ludwig van Beethoven 1770-1827 Symfonie nr.1 in C opus 21 1800 • Adagio molto - Allegro con brio • Andante • Allegro molto e vivace - Trio • Finale: Allegro molto e vivace pauze Symfonie nr.3 in Es opus 55 ‘Eroica’ 1804 • Allegro con brio • Marcia funebre: Adagio assai • Scherzo: Allegro vivace • Finale: Allegro molto voorprogramma hal grote zaal Vanaf 19.00 uur treedt jong talent van het Rotterdams Hellendaal Muziekinstituut op in de Hal Grote Zaal. Het Concerto Grosso Ensemble speelt onder leiding van Mikhail Zemtsov delen uit Beethovens Strijkkwartetten opus 18 in een bewerking voor strijkorkest. 13 lezing Om 19.00 uur geeft Jan Caeyers een lezing in de Jurriaanse Zaal. Na afloop van het concert signeert hij zijn boek Beethoven, een biografie (zie pagina 46).
  • 16. 6 oktober | een en drie een In het najaar van 1783 voer een jonge componist met zijn moeder per boot vanuit Bonn over de Rijn en de Maas naar Rotterdam. De klaviervirtuoos van nog maar dertien jaar heette Ludwig van Beethoven. Hij had net zijn eerste klaviersonates laten uitgeven en had ze opge- dragen aan de keurvorst van Bonn, zijn zogenaamde Kurfürstensonates. Hij zal ze zeker bij zich hebben gehad in zijn koffer aan boord en in Nederland hebben laten horen. De familie logeerde eerst bij verwanten in Rotterdam, en reisde van daar naar Den Haag voor een optreden met de hofkapel van stadhouder Willem V van Oranje. Dankzij een bewaard gebleven rekening van dit concert weten we de namen van de musici en de datum: 23 november 1783. Onbekend is wat de jonge Ludwig destijds met de Haagse musici gespeeld heeft. Het Ludwig van Beethoven geportretteerd in 1783 bleef zijn enige reis naar Nederland en überhaupt zijn enige buitenlandse reis. sici en publiek ooit hadden meegemaakt. Ze duurt met Een kleine tien jaar later vestigde Beethoven zich voor- haar circa vijftig minuten maar liefst twee maal zo lang goed in Wenen, waar hij aanvankelijk furore maakte als als de gemiddelde symfonie van Haydn of Mozart. Door paleisvirtuoos en een tijd later ook van zich liet horen als die enorme lengte, de grote orkestbezetting, de enorme componist van turbulente muziek, zoals bijvoorbeeld in dramatiek, de heftige dissonanten en de veelvuldige zijn Eerste Symfonie uit 1800. Al meteen in het begin van ritmische verwarring die Beethoven bij spelers en luis- dit werk zaait Beethoven verwarring. Wat is dat voor teraars zaaide, veroorzaakte de symfonie een ware vragend beginakkoord? Voor de kenners: een dominant- schokgolf in het Weense muziekleven. Zelfs zijn trouwste septiemakkoord. Werkelijk een ongehoorde manier om bewonderaars vonden het werk bizar en ver over de een symfonie over de revolutionaire idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap een werk te beginnen. Het Weense publiek was gewaar- schreef. Beethoven vergrootte de vorm van de symfonie schuwd voor deze nieuwkomer met zijn tomeloze talent. door hem op alle fronten uit te breiden. Vreemd genoeg Ook verderop zijn vele misleidende maten die de luiste- bereikte hij dit door de thema’s van het stuk sterk te ver- raar bij de neus nemen. En zelfs het beweeglijke slotdeel eenvoudigen. Hoewel het eerste deel verbazingwekkend begint met een langzame inleiding. Het lijkt alsof de strij- complex en rijk is, is het basismateriaal waaruit het is kers hier nog op een thema zitten te broeden. Beethoven opgebouwd niet ingewikkeld. Het hoofdthema van het was nog maar dertig en had nog acht symfonieën te gaan. deel bestaat bij voorbeeld uit de tonica-drieklank en een 14 marcante ‘verkeerde’ noot. Door een dubbele doorwer- king ontstaat echter een sonatevorm van nog nooit ver- drie toonde lengte. Met het tweede deel is het qua omvang In Beethovens tijd was zijn Derde Symfonie, de ‘Eroica’, al niet anders. Hier geen kort, ingetogen langzaam deel, zeker de langste en meest imposante symfonie die mu- maar een treurmars van een kwartier, met vele herha-
  • 17. lingen, wisselende instrumentaties en contrapuntische ‘Ist der auch nichts anders verwerkingen. Na twee lange, loodzware delen bieden wie ein gewöhnlicher Mensch! de overige twee slechts in schijn enige ontspanning. Nun wird er auch alle Menschenrechte Het korte Scherzo zit vol kleine ritmische verrassingen mit Füßen treten, en de Finale is een reeks variaties over een thema waar- nur seinem Ehrgeiz fröhnen 1; over Beethoven al eerder pianovariaties had geschreven. er wird sich nun höher wie alle andern stellen, Het thema ontleende hij aan zijn balletmuziek Die Ge- ein Tyrann werden!’ schöpfe des Prometheus, over de Griekse god Prometheus die het vuur van de goden stal om het aan de mensen Op een ander exemplaar van de symfonie kraste hij Na- te geven. En over dit laatste gaat deze symfonie: over poleons naam zo heftig weg, dat er een gat in het papier strijdvaardigheid jegens goden en overheden, over de kwam. Napoleon had afgedaan. Beethoven schaamde revolutionaire idealen van vrijheid, gelijkheid en broe- zich zelfs voor zijn aanvankelijke verering, maar bleef in derschap. Daarom droeg Beethoven de symfonie aan- de idealen van de revolutie geloven. Aan de symfonie vankelijk op aan Napoleon. Toen deze zich in 1804 echter veranderde hij geen noot. tot keizer liet kronen, ontstak Beethoven in hevige woede 1 fröhnen = botvieren en scheurde hij het titelblad van de symfonie met Napo- tekstbron: Biographische Notizen über Ludwig van leons naam aan flarden. In zijn ogen had Napoleon zich Beethoven (Koblenz 1838) door Franz Gerhard Wegeler gedegradeerd tot een ordinaire machtswellusteling: en Ferdinand Ries (herdruk: Hildesheim 2000) 15 Beethovens schets van de Marcia funebre uit de ‘Eroica’
  • 18. 16
  • 19. 17
  • 20. 9 oktober | twee en vier twee en vier ‘D at deze componist een individueel traject volgt in zijn werk is wederom duidelijk met deze symfonie’, schrijft een compleet verwarde criticus na het horen van de eerste uitvoering van Beethovens Vierde Symfonie. De complexe grootsheid van de Eroica was nog nauwelijks bezonken, en bovendien liet Beethoven iedereen graag weten dat zijn uitgever niets zag in een publicatie van deze onbegrijpelijke symfonie, of hij komt met een relatief eenvoudig en schijnbaar klassiek werk dat ook weer niet goed valt. ‘In hoeverre deze weg de juiste is en geen afwijking van het ingeslagen pad mag bepaald worden door anderen’, zo gaat de criticus in kwestie verder. ‘De grote meester lijkt hier zoals in verschillende van zijn recente werken nu en dan overdreven bizar en dus, zelfs voor goed geïnformeerde vrienden van de kunst, eenvoudigweg onbe- grijpelijk en ontoegankelijk.’ ‘een ontzaglijk monster dat zelfs heftig bloedend niet van opgeven wil weten.’ johann gottlieb karl spazier, recensent ‘Bizar’. Het is een woord dat recensenten uit de tijd van Beethoven graag in de mond nemen om de kunst van de grote symfonicus te omschrijven. Bizar is inderdaad de finale van de Tweede Symfonie die componist en criticus Johann Gottlieb Karl Spazier in zijn recensie omschreef als ‘een ontzaglijk monster dat zelfs heftig bloedend niet van opgeven wil weten’. Bizar zijn ook de schrijnende dissonanten in de introductie van de Vierde Symfonie. Het zijn ongetwijfeld deze noten die de geciteerde criticus tot wanhoop dreven. En dat terwijl zowel de Tweede als de vaak genegeerde Vierde Symfonie net als de Eerste beschouwd worden als het meest schat- plichtig aan zijn ‘leermeester’ Joseph Haydn. Gelukkig keerde wat die Vierde Symfonie betreft het tij al tijdens Beethovens leven. In 1811 schrijft een 18 criticus: ‘Over het geheel genomen is het werk vrolijk, begrijpelijk en onder- houdend en staat het dichter bij de geliefde Eerste en Tweede Symfonie dan bij de Vijfde en Zesde.’ Er is hoop, moet Beethoven, die uiteraard stug zijn eigen pad bleef volgen, gedacht hebben.
  • 21. zondag 9 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur twee en vier orkest van de achttiende eeuw frans brüggen · dirigent Ludwig van Beethoven 1770-1827 Symfonie nr.2 in D opus 36 1802 • Adagio molto - Allegro con brio • Larghetto quasi andante • Scherzo: Allegro • Allegro molto pauze Symfonie nr.4 in Bes opus 60 1806 • Adagio - Allegro vivace • Adagio • Allegro vivace • Allegro ma non troppo voorprogramma hal grote zaal Vanaf 19.00 uur treedt jong talent van het Rotterdams Hellendaal Muziekinstituut op in de Hal Grote Zaal. 19 Negen jonge musici spelen diverse korte werken van Beethoven, op piano begeleid door Renée Smeding. inleiding Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.
  • 22. 9 oktober | twee en vier twee in d-klein dat de gulden snede van het Adagio vormt. In 1802, het jaar dat Beethoven zijn Tweede Symfonie De thematiek van het Allegro con brio verschijnt (óók componeerde, was hij al volkomen doordrongen van de zeer afwijkend) in de lagere strijkinstrumenten (altviolen ernst van zijn doofheid. Dat blijkt onder meer uit het en celli) tegen een beweging van achtsten in eerste en testament dat hij in de zomer van dat jaar in het plaatsje tweede violen en lange akkoorden in de blazers. Na een Heiligenstadt bij Wenen schreef en opdroeg aan zijn crescendo ontwikkelt zich een orkestraal tutti waarin broers Caspar en Johann. Hij trok zich terug in afzon- het simpele hoofdthema verder wordt uitgewerkt. Het dering en schreef met zijn Tweede Symfonie een werk hele deel is vol van een onstuimige en niet aflatende waarin tragische accenten naar zijn persoonlijke onheil activiteit. lijken te wijzen. Een groot deel van het werk, met Het tweede deel, Larghetto quasi andante, is een van uitzondering van het Scherzo, neigt naar mineur, en de de langste langzame delen die Beethoven ooit schreef. hele teneur is veel meer doorwrocht en geladen dan de In de 276 3/8-maten die het stuk telt, lijkt Beethoven zijn Eerste Symfonie. De accenten zijn scherper en de meest lyrische kanten te willen blootgeven. De timbres crescendo’s en decrescendo’s van een ongekende van klarinet, fluit en fagot overheersen de blazers en de hevigheid. Adagio molto begint de langzame inleiding, afwezigheid van trompetten en pauken zegt wel genoeg die hier 33 maten bedraagt en een afgerond muzikaal over de sfeer van dit melancholieke deel. Virtuoos en ‘verhaal’ op zich is. Deze inleiding is zeer rijk aan vol humor is het Scherzo (hier door Beethoven zelf zo harmonische en instrumentale invallen: in een steeds genoemd). Met de instrumentatie van dit deel is niet veranderend perspectief werken strijkers en blazers als alleen in Beethovens werk, maar in de hele orkest- het ware onontkoombaar naar een unisono fortissimo literatuur een mijlpaal bereikt. De zogenaamde ‘durch- 20 Zicht op Heiligenstadt aquarel door t.d. raulino (ca.1820)
  • 23. brochene Arbeit’ (het door verschillende instrumenten De Beethoven-exegese heeft het maar moeilijk met deze of groepen laten spelen van doorlopende thematiek) is wat verwaarloosde symfonie: geen biografische aan- hier tot stijlprincipe verheven. Ze bepaalt voor het grootste knopingspunten of ethische waarden kunnen het werk deel het kaleidoscopische karakter van dit razend knappe een meerwaarde geven. De symfonie gaat alleen over staaltje van orkestraal componeren. Het korte trio is voor zichzelf. Voor een groot deel wordt het karakter van het de hobo’s en de fagotten, maar de strijkers gooien voort- werk bepaald door de twee Adagio’s. Het ene vormt de durend ‘roet in het eten’ met ongebreidelde accenten en langzame inleiding tot het eerste deel, het andere is fortissimo’s. En ook de pauk laat zich niet onbetuigd. het zelfstandige langzame deel van de symfonie. De inleiding kent niet de gebruikelijke plechtigheid, zoals met de instrumentatie van dit de majestueuze klankpoorten van sommige symfonieën van Haydn. Nee, de sfeer is mysterieus en onheilspellend. deel is niet alleen in beethovens Na een heftig crescendo maakt zich plotseling een thema werk, maar in de hele orkest- los waarmee het snelle tempo losbarst. Dit Allegro vivace is licht, dansant, maar bij wijlen met een ondertoon van literatuur een mijlpaal bereikt. melancholie en dreiging. Vooral de felle accenten en de mineuraspiraties van het tweede thema wekken angst De Finale heeft het publiek in Beethovens dagen voor en onrust. Toch horen we hier bij lange na niet de mas- raadsels gezet. Men kon op en na de première op 5 april saliteit van de openingsdelen van de Derde of de Vijfde. 1803 kop noch staart ontdekken aan dit onorthodoxe Hierna volgt een van de meest fraaie langzame delen deel, met zelfs voor Beethovens begrippen een extra- die Beethoven componeerde: we lijken hier zelfs bij de vagante thematiek. Het deel begint al heel verrassend op quintessens van de hele symfonie te zijn aangeland. de dominant: het lijkt een vraagstelling van twee maten, Maar toch ook weer een onvermijdelijk mineur. In het forte gespeeld door houtblazers en strijkers en opvallend volgende scherzo, Allegro vivace, een snel menuet met door de grote intervalsprong. Het antwoord komt in een allerlei flitsende ritmische vondsten en een prachtig trio snelle violenpassage die weer naar het eerste gegeven dat twee maal gespeeld wordt. De wervelende finale heeft leidt en pas de tweede maal in een waardig D-groot vele componisten verleid tot het schrijven van adem- wordt omgezet, waarin dan het hele orkest deelt. Wat benemende orkestrale hoogstandjes, zoals bijvoorbeeld volgt is een mengsel van rondo- en sonatevorm met Mendelssohn, Schumann en Dvorák. Ondanks het ˇ twee hoofdthema’s. Beethoven bereikt hier een synthese hoge metronoomcijfer van 160 voor de kwart schreef tussen de geniale humor van Haydns finales en zijn Beethoven voor: Allegro ma non troppo! En dat met de eigen weerbarstige karakter. razende zestienden in de strijkers en de verraderlijk syncopen. Ook al halen enkele fermates tegen het eind de snelheid uit de noten, toch zorgen de laatste zes vier maten voor een tomeloze afsluiting. Beethoven componeerde zijn Vierde Symfonie in een rustpauze die hij nodig had tijdens het schrijven van de Vijfde Symfonie. welke pas na lang worstelen tot stand kwam. In deze Vierde geen heroïek of speculaties over 21 Beethovens haat-liefde-verhouding met Napoleon zoals in de Derde (‘Eroica’), maar ook niet het kloppen van het noodlot zoals we dat sinds de uitleg van Beethovens leerling Anton Schindler in de Vijfde zijn gaan horen.
  • 24. 22
  • 25. 23
  • 26. 10 oktober | vijf en zes vijf en zes B eethoven droeg zowel zijn Vijfde als zijn Zesde Symfonie, de Pastorale, in 1808 op aan prins Lobkowitz en graaf Rasumowski. Zo’n opdracht was niet alleen een vriendelijk gebaar, het was ook een economische zet. Hoewel de componist zich vaak buitengewoon on- eerbiedig uitliet over de adel die het in Wenen en omstreken voor het zeggen had, was hij er ook van afhankelijk. Ze vormden zijn belangrijkste opdrachtgevers en geldschieters. Niet onbelangrijk voor een man die door- lopend in geldnood zat. Al hield hij daar in de omgang vaak geen rekening mee. Iedereen die wat van hem wilde dat hem niet zinde of die zijn trots krenkte, kreeg er van langs, ongeacht het zakelijk belang of de sociale status. Zo schreef hij in 1806 na een woordenwisseling omdat hij weigerde voor Franse officieren te spelen aan prins Lichnowsky, een van Beethovens ‘sponsors’ in Wenen: ‘Wat u bent, bent u door toeval en geboorte. Wat ik ben, ben ik door mijzelf. Er zullen nog duizenden prinsen komen, zoals er ook al duizenden waren. Maar er is maar één Beethoven.’ Uiteraard stopte het bedrag van 600 dukaten dat Beethoven sinds 1800 jaarlijks van de prins kreeg direct na deze duidelijke boodschap. ‘wat u bent, bent u door toeval en geboorte. wat ik ben, ben ik door mijzelf.’ ludwig van beethoven Het duurde tot kort na de première van de Vijfde en Zesde Symfonie op 22 december 1808 eer er weer enige rust komt in Beethovens financiële huishouding. In oktober van dat jaar wordt hij gevraagd Kapellmeister bij de koning van Westfalen in Kassel te worden, in ruil voor een riant jaarsalaris. Hoewel Johann Friedrich Reichart, op dat moment de Kapellmeister van dienst, bij een bezoek aan Wenen aangeeft niets te weten van een vacante 24 positie, besluit Beethoven de functie te accepteren. Ondertussen steekt een aantal adellijke fans van Beethoven, onder wie Prins Lobkowitz, de koppen bij elkaar en overleggen over een toelage voor de componist. Zij stellen hem een jaargeld van 4000 florijnen voor, op voorwaarde dat hij in Wenen blijft. De componist accepteert het voorstel en Kassel is van de baan.
  • 27. maandag 10 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur vijf en zes orkest van de achttiende eeuw frans brüggen · dirigent Ludwig van Beethoven 1770-1827 Symfonie nr.5 in c opus 67 1808 • Allegro con brio • Andante con moto • Allegro • Allegro pauze Symfonie nr 6 in F opus 68 ‘Pastorale’ 1806-1808 • Allegro ma non troppo: ‘Erwachen heiterer Empfindungen bei der Ankunft auf dem Lande’ • Andante molto mosso: ‘Szene am Bach’ • Allegro: ‘Lustiges Zusammensein der Landleute’ • Allegro: ‘Gewitter, Sturm’ • Allegretto: ‘Hirtensang, frohe und dankbare Gefühle nach dem Sturm’ voorprogramma hal grote zaal Vanaf 19.00 uur treedt jong talent van het Rotterdams Hellendaal Muziekinstituut op in de Hal Grote Zaal. Het Concerto Grosso Ensemble speelt onder leiding van Mikhail Zemtsov delen uit Beethovens Strijkkwartetten 25 opus 18 in een bewerking voor strijkorkest. inleiding Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.
  • 28. 10 oktober | vijf en zes vijf Om dit te kunnen begrijpen zou men moeten kunnen Een ware uitputtingsslag leverde Beethoven met een horen met de oren van weleer en zich opnieuw laten ander werk: zijn Vijfde Symfonie in c opus 67, de ‘Nood- verpletteren door dit machtige opus. Zoals in 1830. Toen lotssymfonie’. De voltooiing daarvan kostte hem jaren. Mendelssohn het eerste deel op de piano voorspeelde Veel is geschreven en veel zal er nog geschreven en aan Goethe, riep die uit: ‘Das ist sehr gross, ganz toll! gediscussieerd worden over de beroemdste aller ope- Man möchte sich fürchten das Haus fiele ein. Und wenn ningsmaten. Het uit twee dalende tertsen bestaande das nun alle die Menschen zusammen spielen?!’ Of zoals openingsmotief heeft Beethoven ook de nodige zweet- Hector Berlioz. Die reageerde hevig geëmotioneerd toen druppels gekost, getuige de talloze schetsen die hij eraan de Vijfde voor het eerste werd uitgevoerd in Parijs. Hij was spendeerde eer hij de definitieve vorm vond. Volgens verrast en geloofde zijn oren niet. Dat ongeloof maakte Beethovens vriend en eerste biograaf Anton Schindler plaats voor verafgoding en voor de wens om ooit zelf zoiets staan die eerste maten voor het kloppen op de deur van fascinerends te mogen componeren. Zijn Symphonie het noodlot. Beethoven zou tegen hem gezegd hebben: fantastique? En zijn conservatieve leraar Lesueur was na ‘Ik wil het noodlot bij de keel grijpen’. De opening is een het aanhoren van de symfonie helemaal verhit en liep regelrecht schokeffect. Zeker voor Beethovens tijd. De met grote passen te ijsberen: ‘Ach! Ik moet naar buiten, fortissimo en unisono spelende strijkers en klarinetten in de frisse lucht. Het is werkelijk ongehoord. Maar zaaien daar de kiem die met klassieke verwerkingsmid- fantastisch. Het heeft me zo ontroerd, opgewonden en delen tot een hecht muzikaal bouwsel zal uitgroeien. gechoqueerd, dat ik bij het verlaten van de loge mijn Vanuit het noodlotsthema dat eigenlijk ‘buiten het tempo’ hoed wilde opzetten en nauwelijks mijn hoofd kon vinden. staat, ontwikkelt zich een relaas met een geweldige Zulke muziek zou men eigenlijk niet moeten maken. stuwing en vaart. Diverse latere componisten, onder wie Laat me nu maar alleen. Tot morgen...’ Franck, d’Indy en Pijper, zijn voor hun kiemceltechniek Maar met de mythe kwam ook het ont-mythologiseren bij deze Vijfde van Beethoven te rade gegaan. Ook al op gang. Charles Ives, die dol was op een confrontatie zijn die eerste vier tonen onlosmakelijk met Beethoven van diverse stijlen binnen één werk, laat het noodlots- verbonden en vormen ze het meest Beethoveniaanse motief in zijn Concord-Sonata toevallig even langskomen. motief dat we kennen, sommige onderzoekers beweren Wanneer in de opera El sombrero de tres picos van dat de componist ze uit een revolutionair koorwerk van Luigi Cherubini haalde. Het zij zo. Beethoven verwerkte het motief niet alleen in zijn Vijfde Symfonie, maar ook in zijn Pianosonate opus 57 ‘Appassionata’ en in zijn Vierde Pianoconcert. Maar ook andere componisten gebruikten het. Met piëteit. Brahms citeerde het motief in zijn Pianosonate opus 5, Liszt in zijn tweede Étude d’execution transcendente en Alban Berg in zijn Drei Orchesterstücke. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was in de radio-uitzendingen van de BBC het begin van de symfonie een klinkend symbool 26 voor de strijd voor vrijheid. En het ritme van het motief kort-kort-kort-lang is in morsetaal het teken voor V, af- korting voor Victory. Dat zijn allemaal tekenen van de enorme uitstraling die de symfonie vanaf het begin heeft Theater an der Wien gehad. Maar ook van de mythologisering van het werk.
  • 29. Manuel de Falla iemand op de deur klopt, klinken Beet- sloeg en vervolgens een jongen vloerde die de kaarsen hovens vier tonen. En Monty Python heeft zelfs met veel vasthield. Na het concert haastte het afgematte en totaal Engels gevoel voor absurditeit verfilmd hoe Beethoven verkleumde publiek zich naar huis om handen en voeten op zijn noodlotsmotief zou zijn gekomen... humor van te warmen. Het was drie dagen voor kerstmis en de zaal anno nu over een noodlotsmotief in c-mineur uit 1808? was onverwarmd! Het ultieme bewijs van de onsterfelijkheid van Beethovens Vijfde. Kort-kort-kort-lang. Ondanks deze beroerde omstandigheden is de ‘Pastorale’ in de negentiende en twintigste eeuw een van de meest besproken en populairste werken van Beethoven ge- zes bleven. Waarschijnlijk vanwege het aanschouwelijke Op 22 december 1808 vond in het Weense Theater an karakter en de begeleidende titels. Beethoven had zijn der Wien de première plaats van Beethovens Zesde ‘Pastorale’ voltooid in de zomer van 1808 tijdens zijn Symfonie, bijgenaamd ‘Pastorale’. Het werk klonk tijdens verblijf in de destijds nog bosrijke omgeving van Wenen. een monsterconcert met uitsluitend muziek van Beet- De gedrukte uitgave van het werk door Breitkopf & Härtel hoven en onder zijn leiding uitgevoerd. Tegelijk met de uit 1809 gaf hij als titel mee: ‘Symphonie pastorale’ oder Pastorale ging de Vijfde Symfonie in première en klonken ‘Erinnerung an das ländliche Leben, mehr Ausdruck der nog het Vierde Pianoconcert met Beethoven als solist, Empfindung als Malerei’. Met dit opschrift ‘meer uit- de Koorfantasie opus 80 en enkele andere werken. Het drukking van gevoelens dan toonschildering’ verdedigde zou Beethovens laatste openbare optreden zijn. Zijn ver- hij zich tegen het verwijt dat hij een portrettist zou zijn, wachtingen van dit concert waren bijzonder hoog ge- een soort muzikale landschapsschilder. Hij had de spannen. Maanden lang had hij onderhandeld en steun symfonie beslist niet bedoeld als programmamuziek, gezocht bij invloedrijke edelen om dit druk bespeelde muziek met een concreet verhaal als uitgangspunt. theater te kunnen krijgen. Uiteindelijk wist hij zijn plan op eigen houtje door te drukken en werd een datum Niettemin werd het werk overstelpt met speculaties en gevonden aan het einde van het seizoen. Maar vanaf het exegeses van schrijvers die volkomen aan Beethovens begin van de repetities ging het stroef tussen Beethoven bedoelingen voorbij gingen. Ze verminkten de symfonie en het orkest, en het concert werd een kleine catastrofe. met hun romantische omschrijvingen tot een soort Vanwege Beethovens ondiplomatieke optreden en zijn album met natuurfoto’s. De hoofdschuldigen aan dit onbegrijpelijke dirigeren weigerde het orkest eerst onder misdrijf waren nota bene Wagner en Berlioz! zijn leiding te spelen en liep de componist tijdens de Nee, Beethovens bedoelingen met zijn Pastorale zijn repetities te ijsberen op de gang. misschien het beste te begrijpen, wanneer men hem alle seizoenen zou kunnen zien struinen door bossen Toen Beethoven toch de uitvoering leidde, waren de in Bonn, Heiligenstadt of Wenen. Of wanneer men zijn musici tegendraads. Zeker bij zo’n overladen programma uitspraak leest, dat een boom een betere vriend is dan met nieuwe muziek. Tijdens het concert ging zo ongeveer een mens. Hij zocht de natuur vanuit innerlijke nood- mis wat er maar mis kon gaan. Het orkest was van een zaak, als troost, als krachtbron die de geest vernieuwt. bedenkelijk niveau en er was op dit monsterprogramma Vergelijkbaar liet Jean-Jacques Rousseau zich over de veel te kort gerepeteerd. Een onervaren sopraan ver- natuur uit. In een Duitse vertaling uit Beethovens dagen 27 prutste een aria, het orkest speelde een herhaling die heet het: ‘Schicke deine Kinder hinaus, sich zu erneuern; Beethoven onverwachts niet wilde, zodat men opnieuw schicke sie hinaus, damit sie auf offenem Felde die Kraft moest beginnen. En dan ontstond er hilariteit doordat wiedererlangen, die sie in der schlechten Luft unserer Beethoven al dirigerend de kandelaars van zijn piano übervollen Städten verloren.’
  • 30. 28
  • 31. 29
  • 32. 11 oktober | zeven en acht zeven en acht D e geest van muzikale revolutie die rond Beethoven hing, maakte hem gedurende zijn jaren in Wenen ook aantrekkelijk voor de dames. ‘Beethoven keek graag naar vrouwen’, schreef zijn pianostudent Ferdinand Ries later. ‘Vooral naar mooie, jonge gezichten. Gewoonlijk, als wij een vrij aantrekkelijk meisje passeerden, draaide hij zich om, keek haar nog eens scherp aan en lachte of grijnsde als hij merkte dat ik het gezien had. Hij was heel vaak verliefd, maar meestal slechts kortstondig.’ Beethoven leefde voor zijn kunst. Zodra een vrouw te dichtbij kwam, stootte hij haar af. Vandaar ook dat hij zijn beroemdste en meest gepassioneerde brief nooit verstuurd heeft. In juli 1812 komt Beethoven aan in Teplitz. Hij had zijn Zevende Symfonie voltooid en was net begonnen om de schetsen voor een nieuw pianoconcert te bewerken tot wat zijn Achtste Symfonie zou ‘verloochen nooit het meest trouwe hart van je minnaar…’ ludwig van beethoven worden. Tijdens zijn verblijf schrijft hij de brief aan ‘meine unsterbliche Geliebte’. ‘Kunnen we elkaar liefhebben zonder al die offers en onvervulde verlangens? Kun jij het helpen dat je niet helemaal van mij bent en ik niet helemaal van jou?’ En hij besluit met ‘Maak je geen zorgen – hou van mij – vandaag – gisteren. Wat een schreiend verlangen naar jou – jou – jou – mijn leven – mijn alles. Het allerbeste. O, blijf van me houden. Verloochen nooit het meest trouwe hart van je minnaar… Eeuwig de jouwe, eeuwig de mijne, eeuwig van elkaar.’ Nog altijd wordt er volop gespeculeerd over deze onsterfelijke geliefde. Was het Thérèse Brunsvik, die enige tijd les van Beethoven had? Of toch Josephine Deym voor wie Beethoven het lied An die Hoffnung schreef en die hij ooit in een brief openlijk zijn ‘einzige Geliebte’ noemde? We weten 30 het niet. En Beethoven wilde het niet meer weten. Een week nadat hij uit Teplitz was teruggekeerd schreef hij aan een vriend: ‘Over Teplitz kan ik je niet veel vertellen. Weinig mensen. En onder de weinigen zijn er bijna geen die iets interessants te melden hebben. Daarom leef ik – alleen – alleen! Alleen! Alleen!’
  • 33. dinsdag 11 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur zeven en acht orkest van de achttiende eeuw frans brüggen · dirigent Ludwig van Beethoven 1770-1827 Symfonie nr.7 in A opus 92 1812 • Poco sostenuto - Vivace • Allegretto • Presto-Assai meno presto • Allegro con brio pauze Symfonie nr.8 in F opus 93 1812 • Allegro vivace e con brio • Allegretto scherzando • Tempo di menuetto e trio • Allegro vivace 31 inleiding Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal.
  • 34. 11 oktober | zeven en acht zeven Ze is beduidend kleinschaliger dan de zeven voorgan- Op 8 en 12 december 1813 vonden in Wenen twee lief- gers, zeker in de eerste drie delen, is lichter van toon en dadigheidsconcerten plaats waarin Ludwig van Beethoven staat bol van de muzikale humor en spitsvondigheden. enkele nieuwe orkestwerken dirigeerde. In de herfst van Het eerste deel begint zonder veel omhaal of een lang- dat jaar hadden namelijk de Oostenrijkse en Beierse zame inleiding en lijkt terug te kijken naar de wereld van legers in de slag bij Hanau de Franse troepen verslagen Haydn en Mozart. In het tweede deel steekt Beethoven en daarmee een lang verwacht begin ingeluid van het de draak met een pas gedane uitvinding, die van de einde van de Napoleontische oorlogen. Het was een metronoom door zijn goede vriend Johann Maelzel, voor vreselijk bloedige strijd geweest, met aan beide zijden wie hij eerder al een canon schreef op de woorden ‘ta ta vele slachtoffers. De opbrengsten van de twee concerten kwamen ten goede aan de weduwen en wezen van de gevallen Oostenrijkse soldaten. Het is begrijpelijk dat in de euforie van dat moment – de Oostenrijkse zege over de Fransen – de uitgevoerde werken van Beethoven als overwinningsmuziek werden gehoord. Met name was het publiek enthousiast over de Zevende Symfonie, die in vrijwel alle delen wordt voortgedreven door een ritmische puls. Zelfs in het deel in mineur, het tweede deel in a-klein, dat toch een echte treurmars is, blijft diezelfde veerkracht bewaard. Niet voor niets schreef Beethoven hier Allegretto voor en niet een of ander langzaam tempo, zoals in de werkelijk tragische treurmars uit de Eroica (Derde Symfonie). Volgens een criticus, die de première recenseerde in de Allgemeine Musikalische Zeitung, eiste het enthousiaste publiek een herhaling van dit deel en waren zowel kenners als liefhebbers verrukt van deze symfonie. Het na de oorlog opgeluchte Weense publiek heeft zich in zijn euforie kennelijk niet gestoord aan alle grensverleggende weerbarstigheid in dit werk. Want een volkomen verbijsterde Carl Maria von Weber verklaarde later, dat wie dit werk schreef, rijp was voor het gekken- huis. acht Bij bovengenoemd liefdadigheidsconcert klonk ook Beethovens Achtste Symfonie. Maar de oren waren 32 eigenlijk al verzadigd met zo veel originele schoonheid, dat er voor dit werk wat lauwer geapplaudisseerd werd, zeer tot teleurstelling van Beethoven, die vond dat de Achtste van een hogere orde was dan de Zevende. Bataille de Hanau door emile-jean-horace vernet (1824) Beethoven noemde zijn Achtste ‘een kleine symfonie’.
  • 35. ta lieber lieber Maelzel’. Dat gevoel van humor zet door vondsten en thema’s voor. Dankzij de buitelende humor, in het volgende deel, dat hier een echte muzikale scherts hinkende ritmes en haast onspeelbare technische hoog- is en een vermomming van het statige menuet dat er- standjes is de Achtste het vrolijke broertje onder de achter schuilgaat. Het zwaartepunt ligt, zoals al eerder Beethoven-symfonieën. in de Vijfde Symfonie, in de eigenzinnig gebouwde Finale. Hier laat Beethoven de coda (de staart van de symfonie) zo vroeg inzetten, dat het publiek op het verkeerde been wordt gezet. En in plaats van op een slotakkoord af te stevenen, schotelt Beethoven weer compleet nieuwe 33
  • 36. 34
  • 37. 35
  • 38. 16 oktober | negen negen D e kiemcellen voor Beethovens Negende Symfonie gaan terug tot 1815. In dat jaar ontmoet Beethoven de uit Engeland afkomstige musicus Charles Neate. Hij is een leerling van John Field en oprichter van de Philharmonic Society in Londen. Hij verblijft lange tijd in Wenen en krijgt Beethoven zover dat hij overweegt naar Londen te komen. ‘Een paar concerten dirigeren met een nieuwe symfonie en de verdiensten zijn zo astronomisch hoog dat u jaren niet meer hoeft te werken’, zo meldt Neate. Beethoven noteert daadwerkelijk enige ideeën voor een nieuwe symfonie, maar het plan om naar Engeland te gaan wordt gedwarsboomd door de gezondheidstoestand van zijn broer Carl. Carl overlijdt op 15 november 1815 en Beethoven krijgt de voogdij over diens zoon Karl. De schetsen kwamen later terecht in zijn symfonische zwanenzang, de Negende Symfonie. Die symfonie kwam er vooral omdat de roep van de muzikale passie veel groter was dan het juk van zijn matige gezondheid en toe- nemende doofheid die vanaf 1802 hinderlijke vormen aannam. Beethoven beethoven hoorde die avond zijn eigen ideale symfonie… schreef sindsdien juist veel van zijn meest opmerkelijke werken en stelde alles in dienst van de muziek. Nog voor hij van de wereld verdween, verdween hij in zijn eigen wereld, zo veel is zeker. Het meest aandoenlijke en meest treffende voorbeeld hiervan is wel de première van die Negende Symfonie. Een wonderlijke symfonie met een hemels aangrijpend Adagio tussen een stormachtig Allegro ma non troppo, een bij vlagen grotesk Scherzo en die overdonderende finale compleet met koor en solisten. Het publiek dat deze 36 symfonie op 7 mei 1824 in het Kärntnertor Theater in Wenen voor het eerst hoorde, vond het allemaal overdonderend prachtig. En Beethoven? Hij hoorde die avond zijn eigen ideale symfonie. Volgens overleveringen stond hij geheel in trance doorlopend het juiste tempo aan te geven, zelfs nog nadat de laatste noten geklonken hadden.
  • 39. zondag 16 oktober 2011, grote zaal 20.15 uur negen orkest van de achttiende eeuw frans brüggen · dirigent rebecca nash · sopraan wilke te brummelstroete · mezzosopraan marcel beekman · tenor michael tews · bas laurens collegium en laurenscantorij Ludwig van Beethoven 1770-1827 Symfonie nr. 9 in d opus 125 1824 • Allegro ma non troppo, un poco maestoso • Molto vivace • Adagio molto e cantabile • Finale: Presto - ‘O Freunde, nicht diese Töne’ - Allegro assai. ‘Ode an die Freude’ 37 inleiding Om 19.30 uur houdt Guido van Oorschot een inleiding in de Jurriaanse Zaal. (dit concert maakt ook deel uit van de serie Meesterdirigenten)
  • 40. 16 oktober | negen negen letten. Die bleef namelijk na de laatste maat nog door De Negende Symfonie van Schuberts Weense stad- dirigeren! Zelfs de enorme ovaties na afloop kon Beet- genoot Beethoven heeft een bijzonder lange ontstaans- hoven niet horen. Pas toen de solosopraan hem hielp geschiedenis gehad. Tientallen jaren liep Beethoven met zich naar de zaal te wenden, werd Beethoven de met het idee rond om Schillers Ode an die Freude op applaudisserende en stampvoetende menigte gewaar muziek te zetten. De tekst was al uitgegeven in 1785. en was hij getuige van zijn enorme triomf. En Beethoven voelde zich erin thuis, in de strekking De opening met zijn thema van basale kwarten en van de tekst, waar de krachten van vrijheid en revolutie kwinten zonder tertsen wijst al vooruit naar gelijksoortige leiden tot een rechtvaardige en klasseloze samenleving. openingen van romantische symfonieën van Bruckner Na diverse voorstudies als de Koorfantasie opus 80 en en Mahler. En de gezongen Finale inspireerde Mahler na jaren schetsen en schaven was Beethoven in maart tot zijn vocale experimenten in de symfonie, zoals de 1824 pas tevreden met het resultaat. Derde, Vierde en Achtste. Op de vorm en thematiek De première vond plaats op 7 mei 1824 in Wenen, met van deze Negende van Beethoven borduurden jaren Beethoven gezeten rechts naast de dirigent. Hij was zo later nog Berlioz, Brahms en Bruckner voort. doof dat hij de streken van de violen in de gaten moest houden om het contact met de musici in de zachte Het werk begint majestueus, gespannen en weerbarstig, gedeelten niet te verliezen. De dirigent had de spelers met voortdurende paukenroffels en trompetgeschetter: nadrukkelijk verzocht niet op Beethovens gebaren te een van de meest hechte symfonische gebouwen die Beethoven ooit ontwierp. Dan volgt een burlesk Scherzo, dat vooruitwijst naar de demonische scherzi van Mahler. Ook hier weer een hoofdrol voor de pauken, naast het eerste optreden van de machtige trombones. Als derde deel een rapsodisch vrij Adagio met prachtige cantilenen in de violen en op het eind een magnifieke hoornsolo. De Finale is een symfonie op zich. Ze vormt in feite een variatiecyclus op het ‘Alle Menschen werden Brüder’- thema, dat het eerst in de celli en bassen verschijnt, na een beklemmende orkestinleiding. De scherp dissonante aanhef van dit deel werkt na het lyrische Adagio als een schokeffect. Na de inzet van de solobas op de tekst ‘O Freunde, nicht diese Töne, sondern lasst uns angenehmere anstimmen und freudenvollere’ laten het solokwartet en het koor zich voor het eerst horen. Het nu eens ingehouden, dan weer voluit zingende koor zorgt voor de meest indrukwekkende passages in de Finale, met name op de tekst ‘Ihr stürzt nieder, Millionen?’. Men kan 38 zich de enorme ovatie tijdens de première voorstellen, want na de machtige boodschap van tekst en muziek stevent de Finale in een briljante prestissimo-coda met Friedrich Schiller (1759-1805) een stormachtige vaart op de slotmaat af. portret uit 1808/1809 door gerhard von kügelgen
  • 41. ode an die freude naar Friedrich Schiller (1759-1805) Freude trinken alle Wesen O Freunde, nicht diese Töne! an den Brüsten der Natur; Sondern laßt uns angenehmere anstimmen Alle Guten, alle Bösen und freudenvollere. 1 folgen ihrer Rosenspur. Küsse gab sie uns und Reben, Freude schöner Götterfunken, einen Freund, geprüft im Tod; Tochter aus Elysium, Wollust ward dem Wurm gegeben, wir betreten feuertrunken, und der Cherub steht vor Gott. himmlische, dein Heiligtum! Deine Zauber binden wieder, Froh, wie seine Sonnen fliegen was die Mode streng geteilt; durch des Himmels prächt’gen Plan, Alle Menschen werden Brüder, laufet, Brüder, eure Bahn, wo dein sanfter Flügel weilt. freudig, wie ein Held zum Siegen! Wem der große Wurf gelungen, Seid umschlungen, Millionen! eines Freundes Freund zu sein, Diesen Kuß der ganzen Welt! wer ein holdes Weib errungen, Brüder, überm Sternenzelt mische seinen Jubel ein! muß ein lieber Vater wohnen. Ja, wer auch nur eine Seele Ihr stürzt nieder, Millionen? sein nennt auf dem Erdenrund! Ahnest du den Schöpfer, Welt? Und wer’s nie gekonnt, der stehle Such’ ihn über’m Sternenzelt! weinend sich aus diesem Bund. Über Sternen muß er wohnen. op de vorm en thematiek van beethovens negende borduurden jaren later nog berlioz, brahms en bruckner voort. 39 1 eerste 3 regels door Beethoven in 1823 toegevoegd
  • 42. 40
  • 43. 41
  • 44. biografieën opnamen van het orkest hebben internationale prijzen gewonnen. Frans Brüggen vervult talloze gastdirigent- schappen in Europa, de Verenigde Staten en Japan. frans brüggen · dirigent orkest van de achttiende eeuw Frans Brüggen is expert op het gebied van achttiende- en Het Orkest van de Achttiende Eeuw werd in 1981 opge- vroeg-negentiende-eeuwse muziek. Hij studeerde dwars- richt door Frans Brüggen en bestaat uit circa vijftig leden, fluit, blokfluit en muziekwetenschap in zijn geboortestad afkomstig uit de hele wereld. De musici, elk bekend als Amsterdam. Hij verwierf internationale erkenning als specialisten op het gebeid van de achttiende-eeuwse blokfluitist en werd op zijn 21ste benoemd tot docent muziek, spelen op instrumenten uit die tijd of kopieën aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Nadien daarvan. Zodoende streven zij het doel van het orkest was hij Erasmus Professor aan Harvard University en na: de klassieke meesterwerken van Haydn, Mozart en Regent’s Professor aan de University of Berkeley. Beethoven en werken uit de eerste helft van de achttiende Frans Brüggen is al zo’n twintig jaar verbonden aan het eeuw te laten klinken zoals de componisten het zich Muziekcentrum van de Omroep, sinds 2007 als ere- destijds moeten hebben voorgesteld. dirigent van de Radio Kamer Filharmonie. In september Het Orkest van de Achttiende Eeuw vormt qua grootte 2010 ontving Frans Brüggen uit handen van Koningin en samenstelling een afspiegeling van de ‘klassieke’ Beatrix de Eremedaille voor Kunst en Wetenschap in orkesten zoals die in Mannheim, Parijs en Wenen de Huisorde van Oranje. In 1981 richtte hij het Orkest bestonden. Het orkest komt drie tot vijf keer per jaar van de Achttiende Eeuw op. Met dit orkest concentreert bijeen voor internationale tournees en maakte talloze hij zich op muziek van Purcell, Bach, Rameau, Haydn, cd-opnamen. Mozart, Beethoven, Schubert en Mendelssohn. Veel 42
  • 45. bezetting rebecca nash · sopraan viool I De Australische sopraan Rebecca Nash studeerde bij Marc Destrubé (concertmeester), Rémy Baudet, Joan Hammond aan de Monash University in haar ge- Lorna Glover, Kees Koelmans, Franc Polman, boorteplaats Melbourne. Tevens had ze les aan de Irmgard Schaller, Annelies van der Vegt, Australian National Academy of Music. Een beurs stelde Natsumi Wakamatsu, Sayuri Yamagata haar in de gelegenheid haar opleiding te vervolgen aan viool II het Royal College of Music in Londen, waar ze in 1999 Staas Swierstra, Hans Christian Euler, afstudeerde. Rebecca Nash is winnares van de belang- Anthony Martin, Guya Martinini, Marinette Troost, rijkste onderscheiding voor vocalisten in Australië, de Dirk Vermeulen, Richard Walz, Gustavo Zarba Dame Joan Sutherland Award. Daarnaast vielen haar tal altviool van andere prijzen ten deel. Afgezien van engagemen- Emilio Moreno, Marten Boeken, Antonio Clares, ten bij Australische orkesten en operagezelschappen, Else Krieg, Yoshiko Morita, Esther van der Eijk waaronder Opera Australia en het Sydney Opera House, cello heeft Rebecca Nash opgetreden in het Royal Opera Richte van der Meer, Emmanuel Balssa, Albert House Covent Garden in Londen, de Opéra de Lyon en Brüggen, Lidewij Scheifes, Rainer Zipperling het Glyndebourne Festival. Concertaria’s en oratoria ver- contrabas tolkte zij met vooraanstaande orkesten als het London Margaret Urquhart, Robert Franenberg, Philharmonic Orchestra, het Scottish Chamber Orchestra Christian Staude en de London Mozart Players. Met het Orkest van de fluit Achttiende Eeuw heeft zij de Negende Symfonie van Lisa Beznoziuk, Marten Root, Ricardo Kanji Beethoven inmiddels uitgevoerd in onder meer Japan, piccolo Frankrijk, Spanje en Hong Kong. Takashi Ogawa hobo Frank de Bruine, Alayne Leslie klarinet Eric Hoeprich, Guy van Waas fagot Danny Bond, Donna Agrell contrafagot Eckhard Lenzing hoorn Teunis van der Zwart, Gijs Laceulle, Stefan Blonk, Bart Aerbeydt trompet David Staff, Jonathan Impett, Graham Nicholson trombone Sue Addison, Peter Thorley, Steve Saunders 43 pauken Maarten van der Valk slagwerk Johan Faber, Troels Svendsen, Rob van der Sterren Rebecca Nash
  • 46. biografieën wilke te brummelstroete · mezzosopraan marcel beekman · tenor Wilke te Brummelstroete studeerde aan het Koninklijk De Nederlandse tenor Marcel Beekman zingt zowel het Conservatorium in Den Haag. Na haar operadebuut als barokke en klassieke, als het hedendaagse concert- en Dido (Purcell) in 1991 verwierf zij al snel een grote inter- operarepertoire. Hij heeft opgetreden met vooraanstaan- nationale reputatie en werkte zij met dirigenten als Sir de orkesten als het Koninklijk Concertgebouworkest, John Eliot Gardiner, Christian Thielemann, Iván Fischer, Les Arts Florissants en Asko | Schönberg, met dirigenten Sir Roger Norrington, Sir Neville Marriner, Ton Koopman, als William Christie, Reinbert de Leeuw, Iván Fischer Roy Goodman, Thomas Zehetmaier en Kent Nagano. en Frans Brüggen. Ook werkt hij zeer geregeld met het Al meer dan tien jaar werkt zij samen met Brüggen en Orkest van de Achttiende Eeuw. het Orkest van de Achttiende Eeuw, in uitvoeringen van Marcel Beekman bracht nieuw werk in première van onder meer oratoria van Bach, het Requiem van Mozart, componisten als Calliope Tsoupaki, Elmer Schönberger, aria’s van Haydn en Beethovens Negende Symfonie. Roderik de Man, Martijn Padding en Jeff Hamburg en Daarnaast treedt Wilke te Brummelstroete geregeld op was te gast op grote internationale festivals. Een aanzien- met ensembles en orkesten als het Orchestra of the Age lijke hoeveelheid cd-opnamen getuigt van zijn veelzijdig- of Enlightenment, The English Baroque Soloists, het heid. Onder zijn operarepertoire vallen rollen als Berenice Koninklijk Concertgebouworkest, het Royal Liverpool in l’Ipermestra van Cavalli, Valère/Damon in Les Indes Philharmonic Orchestra, het Symphonieorchester des galantes van Rameau, de titelrol in Willem Breukers Jona, Bayerischen Rundfunks, de Academy of Ancient Music, Arnalta in Monteverdi’s l’Incoronazione di Poppea, Casella Northern Sinfonia, het Orchestre de Paris en het Phil- in La Commedia van Louis Andriessen en Zamar in harmonia Baroque Orchestra San Francisco. Legende van Peter-Jan Wagemans. Zij vertolkte vele operarollen en soleerde in werken als Schumanns Das Paradies und die Peri en Les nuits d’été van Berlioz. Haar cd-opname met Bachcantates onder leiding van Sir John Eliot Gardiner werd in 2005 uitge- roepen tot ‘Gramophone Record of the Year’. 44 Wilke te Brummelstroete Marcel Beekman © marco borggreve
  • 47. michael tews · bas laurens collegium rotterdam Michael Tews studeerde aanvankelijk aan de toneel- Het Laurens Collegium Rotterdam is Nederlands jongste school in zijn geboorteplaats Hamburg. In 1990 begon professionele koor. Het komt op projectbasis bijeen en hij zijn zangstudie bij Antonis Constantino en Hara Savino bestaat uit jonge professionele zangers en zangstuden- aan de Hochschule für Musik in Frankfurt. Ook volgde ten van de Nederlandse conservatoria. Het staat onder hij privélessen bij Manfred Schenk. leiding van Wiecher Mandemaker, artistiek leider van de Van 1998 tot 2000 was Michael Tews solist bij het Stichting Laurenscantorij. Barend Schuurman richtte het Landestheater Coburg, waarna engagementen volgden Collegium in 2002 op. De laatste jaren is het Laurens bij theater- en operagezelschappen van Krefeld, Erfurt Collegium Rotterdam onder Wiecher Mandemakers en Gelsenkirchen, waar hem in 2009 de Theaterpreis leiding uitgegroeid tot een ensemble dat jaarlijks vele der Stadt Gelsenkirchen werd toegekend. Sinds seizoen projecten uitvoert. Naast het realiseren van eigen produc- 2010/2011 is hij solist bij de Wuppertaler Bühnen. ties werkt Collegium samen met orkesten zoals het Rot- Michael Tews vertolkte vele operarollen, ook in modern terdams Philharmonisch Orkest, Het Gelders Orkest, het repertoire, zoals de rol van Mandel in Waiting For The Residentie Orkest, Rotterdam Sinfonia en het Orkest Barbarians (wereldpremière) van Philip Glass, met uit- van de Achttiende Eeuw. voeringen in Amsterdam en Londen, de rol van l’Usciere Het repertoire van het Collegium omvat koorliteratuur in La Porta Della Legge (wereldpremière) van Salvatore van de zestiende tot de eenentwintigste eeuw. Sciarrino (Wuppertal, Mannheim en New York). Als concertzanger is Michael Tews geliefd om zijn sopraan vertolkingen van werken als Händels Messiah, Bachs Anna Majchrzak, Carla Veeningen, Emily Cheung, Weihnachts-Oratorium, de requiems van Mozart en Marije Wieringa, Isabel Delemarre, Gerdine Tuinstra, Verdi, Rossini’s Stabat Mater en de Negende Symfonie Elisabeth van Duijn, Rozemarijn Kalis, Nicole Fiselier, van Beethoven. Nelleke den Broeder alt Annette Vermeulen, Gemma Jansen, Raghna Wissink, Inge van Keulen, Rosalie Sloof, Pieter van Breugel, Esmee Schoones tenor Adrian Fernandes, Daan Verlaan, Leon van Liere, Niek van den Dool, Pieter de Goede, Ruben de Graauw, Scott Wellstead bas Andreas Goetze, Douwe Klinkenberg, Jan Douwes, Peter Scheele, Vincent Spoeltman, David Visser, Robert-Jan Agricola, Jonathan Bosman 45
  • 48. biografieën laurenscantorij wiecher mandemaker De Laurenscantorij is een jong, semi-professioneel koor Wiecher Mandemaker (1969) ontving zijn eerste orgel- dat haar thuisbasis heeft in de Rotterdamse Grote of Sint lessen op tienjarige leeftijd van Wim van der Panne. Hij Laurenskerk. Het staat onder leiding van Wiecher Man- vervolgde zijn orgelstudie aan het Rotterdams Conserva- demaker, sinds 2005 artistiek leider van de Stichting torium bij Arie J. Keyzer en Ben van Oosten. Gelijktijdig Laurenscantorij. Vanaf de oprichting in 1966 door studeerde hij koordirectie bij Barend Schuurman aan Barend Schuurman ontwikkelde zich in de Laurenskerk hetzelfde conservatorium. Voor beide studies behaalde een rijke koorcultuur. De Laurenscantorij voert de maan- hij het diploma Uitvoerend Musicus. Later volgde ook delijkse cantatediensten uit, zingt in kerkdiensten en het diploma Kerkmuziek. geeft concerten binnen en buiten de Laurenskerk. In Wiecher Mandemaker volgde masterclasses koordirectie de afgelopen jaren verleende de Laurenscantorij steeds bij Uwe Gronostay, Daniel Reuss en Jos van Veldhoven. vaker haar medewerking aan producties van grote In 2001 nam hij deel aan de Eric Ericson Masterclass orkesten in Nederland en daarbuiten. waar hij les kreeg van de oude meester zelf. Daarna werkte hij een jaar als assistentdirigent voor het Groot sopraan Omroepkoor. Marjolein Dekker, Lisette van Delft, Linde Egberts, Op 1 september 2005 nam Wiecher Mandemaker het Tessa Maalcke, Annemarie Rosenbrand, Merit Verbeij, artistiek leiderschap van de Stichting Laurenscantorij over Gemma Vredeveldt, van Barend Schuurman en werd daarmee dirigent van alt de Laurenscantorij, het Laurens Collegium Rotterdam Femke van Driel, Joanna Endedijk, Christine de en het Laurensorkest. Graaf-Kruit, Marjolein Jongh, Hanna Kiewiet, Marta Wiecher Mandemaker is als hoofdvakdocent koordirectie Mármol Garcia, Marleen Quaak, Mariona Vilalta verbonden aan het Rotterdams Conservatorium, waar tenor hij tevens dirigent is van het Codarts Kamerkoor. Michael Aletrino, Christiaan Cooiman, Flip Noorman, Lex Vredeveldt, Matthijs van Wijhe, bas Bart Bliek, Ernstjan Cooiman, Thomas Hoogenboezem, Jan Korteweg, Dennis Kroeze, Joost de Nooijer, Johan Vermeer, Hessel Vredeveldt 46
  • 49. de beethoven belevenis op cd Van de concerten in de serie De Beethoven Belevenis worden live cd-opnamen gemaakt. In samenwerking met de Volkskrant verschijnt deze cd-box begin 2012. Abonnementhouders van de serie krijgen deze cd-box gratis thuisgestuurd (1 cd-box per bestelling). Voor andere geïnteresseerden is deze vanaf begin 2012 te bestellen via de internetwinkel van de Volkskrant (www.vkshop.nl). beethoven, een biografie foto-expositie ‘de geluksmachine op weg’ Met het boek Beethoven, een biografie schreef Jan Van 6 t/m 16 oktober 2011 exposeert fotografe Annelies Caeyers de eerste biografie in het Nederlands taalgebied van der Vegt – tevens violiste van het Orkest van de die het complete leven en werk van Beethoven omspant. Achttiende Eeuw – in de Hal Grote Zaal. Zij toont een Het is het verhaal van een kunstenaarscarrière: het be- fotoselectie die een blik biedt achter de schermen van schrijft Beethovens ontwikkeling als componist en de het Orkest van de Achttiende Eeuw. muziekwereld in zijn tijd. Jan Caeyers portretteert Beet- hoven als geniaal componist, maar gaat ook in op zijn red sofa met frans brüggen uiterst gecompliceerde en ge- Roland de Beer in gesprek met Frans Brüggen over de tourmenteerde persoonlijkheid. geheimen van Ludwig van Beethoven. Beethoven, een biografie is voor woensdag 12 oktober Jurriaanse Zaal, 19.30 uur € 45 te koop tijdens De Beet- Entree € 5. Vrij entree voor abonnementhouders van hoven Belevenis. De Beethoven Belevenis (zolang de voorraad strekt). Op donderdag 6 oktober 2011 zal Jan Caeyers na afloop van frans brüggen geeft openbare masterclass het concert zijn boek voor u Roberto Bautista Rangel en Francesc Valldecabres signeren. Sanmartin, studenten orkestdirectie aan Codarts (Rotter- dams Conservatorium), dirigeren het Orkest van de Acht- ‘Een monumentale Beethoven-biografie. Een geweldig tiende Eeuw in een masterclass onder leiding van Frans boek dat ik met buitengewoon veel genoegen gelezen Brüggen, met op de lessenaar Beethovens Vioolconcert heb. […] Een formidabele prestatie.’ en de eerste drie delen uit zijn Negende Symfonie. Maarten ‘t Hart, Vrij Nederland vrijdag 14 oktober Grote Zaal, 15.30-17.30 uur Vrij entree (ingang via entree Eduard Flipse Zaal (Karel Doormanstraat), deuren open vanaf 15.00 uur. 47
  • 50. colofon Concert- en congresgebouw de Doelen Schouwburgplein 50 Postbus 972 3000 AZ Rotterdam Kassa 010 217 17 17 Algemeen 010 217 17 00 programmering Neil Wallace tekstbijdragen en toelichtingen Roland de Beer, Paul Janssen (pagina’s 12, 18, 24, 30, 36) en Clemens Romijn foto’s Annelies van der Vegt (pagina’s 5, 6, 8, 9, 10, 16, 22, 28, 34, 40, 42, 47) beeld voorzijde naar een portret van Ludwig van Beethoven uit 1820 door Joseph Karl Stieler (1781-1858) redactie en vormgeving Philip Leussink 48 lithografie en druk MediaCenter Rotterdam De Beethoven Belevenis wordt mede mogelijk gemaakt door het en komt tot stand in samenwerking met .
  • 51. 49
  • 52. 50