2. Doel
• Deel grotere studie met als doel een webgebaseerde
interventie in te zetten voor het verbeteren van
algebraïsche vaardigheden door middel van formatieve
toetsing (Black & Wiliam, 1998).
• Een belangrijk onderdeel hierin is het gebruik van
feedback.
• Een recente meta-analyse over de effecten van
geautomatiseerde feedback waarin onmiddelijke
‘elaborated feedback’ effectief blijkt (Van der Kleij, Feskens
& Eggen, 2015).
2
3. Feedback
Hattie and Timperley (2007) onderscheidden vier typen
feedback:
1. Task level: hoe goed wordt de taak begrepen (FT)
2. Process level: feedback over de belangrijkste processen
die nodig zijn om te taak te begrijpen (FP)
3. Self-regulation level: feedback gericht op zelfregulering
van acties (FR)
4. Self level: op de person gerichte feedback (FS)
De interventie in deze deelstudie keek (onder andere) naar
implementaties van FT en FR feedback.
3
4. Opzet
• 324 6vwo wiskunde B leerlingen van 15 klassen in 9
middelbare scholen in Nederland.
• In totaal 11 wiskundeleraren.
• Scholen verspreid door heel Nederland en vertoonden
variatie in schoolgrootte, denominatie en onderwijskundige
achtergronden.
• Twee series van wiskundeopgaven, d1 en d3 werden
aangeboden binnen een grotere interventie gericht op het
verbeteren van algebraïsche vaardigheden.
4
5. Interventie
• Beide series betrof het oplossen van kwadratische
vergelijkingen.
• De interventie vond plaats in de ‘Digitale Wiskunde
Omgeving’ (DWO).
• In deze omgeving kunnen wiskundige vergelijkingen
worden aangeboden die met tussenstappen dienen te
worden opgelost. De omgeving heeft een voorziening voor
maatwerk feedback.
5
8. Twee condities
• De eerste conditie (c1) maatwerk feedback zonder
aanvullende knoppen in de interface. Feedback werd alleen
gegeven in de tussenstappen van het oplossen van de
vergelijkingen en was gericht op de taak (FT).
• De tweede conditie (c2) had additionele knoppen op het
computerscherm. De knoppen waren (i) hint, voor een hint
voor de volgende stap, (ii) stap, de daadwerkelijk volgende
stap, en (iii) los op, gehele vergelijking stap voor stap
opgelost. Feedback was FT, aangevuld met knoppen voor
zelfregulering (FR).
• Condities toegekend aan scholen.
8
11. Resultaten feedback
• Data niet normaal verdeeld dus non-parametrische Mann-
Whitney
• Significant verschil tussen feedback condities score voor d1
(U=7680.00, p<0.001, r=-.321) met conditie c2 hoger dan
conditie c1. De tweede serie d3 liet echter geen significant
verschil zien (U=10560.00, p=.531).
• Aantal pogingen significant hoger voor feedback conditie c1
(Mdn=126.00) (geen knoppen) dan feedback conditie c2
(Mdn=105.00), U=9904.50, p<.001, r=.202.
16. Conclusie
• Taak-gerelateerde en zelf-regulatie(FT and FR) feedback
kan formatief worden ingezet bij het leren van wiskunde (en
andere vakken)
• Leerlingen kunnen de feedback gebruiken om over
misconcepties en moeilijkheden heen te komen, en om
antwoorden te controleren.
• Veel kan echter verbeterd: typen condities, controle.
• Mogelijkheden uitgebreid in een recent Europees project
over digitale wiskundeboeken.
17
18. Geselecteerde referenties
Black, P., & Wiliam, D. (1998). Assessment and classroom learning. Assessment
in Education: Principles, Policy & Practice, 5(1), 7-73.
Bokhove, C. (in press). Supporting variation in task design through the use of
technology. In A. Leung & Baccaglini-Frank (Eds.) The role and potential of using
digital technologies in mathematics education tasks.
Bokhove, C., & Drijvers, P. (2012). Effects of a digital intervention on the
development of algebraic expertise. Computers & Education, 58(1), 197-208.
http://dx.doi.org/10.1016/j.compedu.2011.08.010
Hattie, J. & Timperley, H. (2007). The power of feedback. Review of Educational
Research, 77(1), 81–112.
Van der Kleij, F.M., Feskens, R.C.W., & Eggen, T.J.H.M. (2015). Effects of
feedback in a computer-based learning environment on students’ learning
outcomes. Review of Educational Research, 85(4), 475–511.
19
Notas do Editor
Deze presentatie zal ingaan op de rol voor geautomatiseerde feedback in een interventie voor het oplossen van kwadratische vergelijkingen. Gebaseerd op het onderscheid tussen feedback op de taak (FT) en feedback voor zelfregulering (FR) werd de interventie gebruikt in 15 6vwo wiskunde B klassen in 9 scholen. Er waren twee condities met geautomatiseerde feedback in twee reeksen vergelijkingen. Het verschil tussen de condities bestond uit de aan- of afwezigheid van additionele knoppen. De resultaten laten een wisselend beeld zien ten aanzien van effectiviteit. Er wordt afgesloten met een discussie van de bepekingen van het onderzoek, alsmede doorintwikkelde feedbackmogelijkheden binnen een Europees project dat gericht is op wiskunde en creativiteit.