O slideshow foi denunciado.
Seu SlideShare está sendo baixado. ×

DoorLichten ♦ Tweede adventszondag (Ten Bos 2022)

Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Anúncio
Carregando em…3
×

Confira estes a seguir

1 de 40 Anúncio

DoorLichten ♦ Tweede adventszondag (Ten Bos 2022)

Baixar para ler offline

Teksten en liederen die geprojecteerd werden tijdens tweede adventszondag (cyclus A 2022) op Ten Bos– Sint Amanduskerk Erembodegem. De teksten van onze vieringen zijn te vinden op de website: https://www.kerknet.be/parochie-aalst-hopparochie/inspiratie/vieringen-op-ten-bos

Teksten en liederen die geprojecteerd werden tijdens tweede adventszondag (cyclus A 2022) op Ten Bos– Sint Amanduskerk Erembodegem. De teksten van onze vieringen zijn te vinden op de website: https://www.kerknet.be/parochie-aalst-hopparochie/inspiratie/vieringen-op-ten-bos

Anúncio
Anúncio

Mais Conteúdo rRelacionado

Semelhante a DoorLichten ♦ Tweede adventszondag (Ten Bos 2022) (20)

Mais de Ten Bos (20)

Anúncio

Mais recentes (20)

DoorLichten ♦ Tweede adventszondag (Ten Bos 2022)

  1. 1. In zwarte nachten vol wanhoop daar zoeken wij naar de bron, zoekend naar 't levende water, dorstend naar waar Jij begon. Geen taal die hem vertaalt, geen lied dat bij hem haalt, geen god aan hem gewaagd. Zijn handen spelen in op ieder nieuw begin, geen ander die ons draagt. Die in de stilte sprak, het noodlot onderbrak en baande nieuwe wegen, hij is nog niet verstomd, hij zoekt naar ons, hij komt in mens na mens ons tegen. Als alles is volbracht zal hij voor ons een stad van brood en spelen zijn. De stok die ons regeert de bek die ons kleineert, de dood zal niet meer zijn. Doorschenen van zijn licht, doorschijnend in ons gezicht, voltooid in ons verleden. Wensdromen worden waar, wij spreken met elkaar een taal van hoop en vrede.
  2. 2. In zwarte nachten vol wanhoop daar zoeken wij naar de bron, zoekend naar 't levende water, dorstend naar waar Jij begon. Geen taal die hem vertaalt, geen lied dat bij hem haalt, geen god aan hem gewaagd. Zijn handen spelen in op ieder nieuw begin, geen ander die ons draagt. Die in de stilte sprak, het noodlot onderbrak en baande nieuwe wegen, hij is nog niet verstomd, hij zoekt naar ons, hij komt in mens na mens ons tegen. Als alles is volbracht zal hij voor ons een stad van brood en spelen zijn. De stok die ons regeert de bek die ons kleineert, de dood zal niet meer zijn. Doorschenen van zijn licht, doorschijnend in ons gezicht, voltooid in ons verleden. Wensdromen worden waar, wij spreken met elkaar een taal van hoop en vrede.
  3. 3. In zwarte nachten vol wanhoop daar zoeken wij naar de bron, zoekend naar 't levende water, dorstend naar waar Jij begon. Geen taal die hem vertaalt, geen lied dat bij hem haalt, geen god aan hem gewaagd. Zijn handen spelen in op ieder nieuw begin, geen ander die ons draagt. Die in de stilte sprak, het noodlot onderbrak en baande nieuwe wegen, hij is nog niet verstomd, hij zoekt naar ons, hij komt in mens na mens ons tegen. Als alles is volbracht zal hij voor ons een stad van brood en spelen zijn. De stok die ons regeert de bek die ons kleineert, de dood zal niet meer zijn. Doorschenen van zijn licht, doorschijnend in ons gezicht, voltooid in ons verleden. Wensdromen worden waar, wij spreken met elkaar een taal van hoop en vrede.
  4. 4. In zwarte nachten vol wanhoop daar zoeken wij naar de bron, zoekend naar 't levende water, dorstend naar waar Jij begon. Geen taal die hem vertaalt, geen lied dat bij hem haalt, geen god aan hem gewaagd. Zijn handen spelen in op ieder nieuw begin, geen ander die ons draagt. Die in de stilte sprak, het noodlot onderbrak en baande nieuwe wegen, hij is nog niet verstomd, hij zoekt naar ons, hij komt in mens na mens ons tegen. Als alles is volbracht zal hij voor ons een stad van brood en spelen zijn. De stok die ons regeert de bek die ons kleineert, de dood zal niet meer zijn. Doorschenen van zijn licht, doorschijnend in ons gezicht, voltooid in ons verleden. Wensdromen worden waar, wij spreken met elkaar een taal van hoop en vrede.
  5. 5. Wek mijn zachtheid weer. Geef mij terug de ogen van een kind. Dat ik zie wat is. En mij toevertrouw. En het licht niet haat.
  6. 6. 1 Waarom heb je God vergeten, doen je handen zoveel kwaad, wil je niets meer van Hem weten maar het is nog niet te laat. Refrein: Want een sprietje groen gaat groeien uit een droge, dorre stronk. Overal zal vrede bloeien; als het recht op aarde komt! 2 Oorlog zal er niet meer wezen, kind'ren spelen met een slang, nergens is er kwaad te vrezen, voor een leeuw is niemand bang. Refrein 3 Voor de mensen die verdwalen in een land vol donkerheid zal een helder licht gaan stralen want God zelf heeft ons bevrijd. Refrein 4 De geweren zijn gebroken en een kind brengt vrede aan. Overal wordt recht gesproken, Gods sjalom zal verder gaan. Refrein
  7. 7. 1 Waarom heb je God vergeten, doen je handen zoveel kwaad, wil je niets meer van Hem weten maar het is nog niet te laat. Refrein: Want een sprietje groen gaat groeien uit een droge, dorre stronk. Overal zal vrede bloeien; als het recht op aarde komt! 2 Oorlog zal er niet meer wezen, kind'ren spelen met een slang, nergens is er kwaad te vrezen, voor een leeuw is niemand bang. Refrein 3 Voor de mensen die verdwalen in een land vol donkerheid zal een helder licht gaan stralen want God zelf heeft ons bevrijd. Refrein 4 De geweren zijn gebroken en een kind brengt vrede aan. Overal wordt recht gesproken, Gods sjalom zal verder gaan. Refrein
  8. 8. 1 Waarom heb je God vergeten, doen je handen zoveel kwaad, wil je niets meer van Hem weten maar het is nog niet te laat. Refrein: Want een sprietje groen gaat groeien uit een droge, dorre stronk. Overal zal vrede bloeien; als het recht op aarde komt! 2 Oorlog zal er niet meer wezen, kind'ren spelen met een slang, nergens is er kwaad te vrezen, voor een leeuw is niemand bang. Refrein 3 Voor de mensen die verdwalen in een land vol donkerheid zal een helder licht gaan stralen want God zelf heeft ons bevrijd. Refrein 4 De geweren zijn gebroken en een kind brengt vrede aan. Overal wordt recht gesproken, Gods sjalom zal verder gaan. Refrein
  9. 9. 1 Waarom heb je God vergeten, doen je handen zoveel kwaad, wil je niets meer van Hem weten maar het is nog niet te laat. Refrein: Want een sprietje groen gaat groeien uit een droge, dorre stronk. Overal zal vrede bloeien; als het recht op aarde komt! 2 Oorlog zal er niet meer wezen, kind'ren spelen met een slang, nergens is er kwaad te vrezen, voor een leeuw is niemand bang. Refrein 3 Voor de mensen die verdwalen in een land vol donkerheid zal een helder licht gaan stralen want God zelf heeft ons bevrijd. Refrein 4 De geweren zijn gebroken en een kind brengt vrede aan. Overal wordt recht gesproken, Gods sjalom zal verder gaan. Refrein
  10. 10. 1 Waarom heb je God vergeten, doen je handen zoveel kwaad, wil je niets meer van Hem weten maar het is nog niet te laat. Refrein: Want een sprietje groen gaat groeien uit een droge, dorre stronk. Overal zal vrede bloeien; als het recht op aarde komt! 2 Oorlog zal er niet meer wezen, kind'ren spelen met een slang, nergens is er kwaad te vrezen, voor een leeuw is niemand bang. Refrein 3 Voor de mensen die verdwalen in een land vol donkerheid zal een helder licht gaan stralen want God zelf heeft ons bevrijd. Refrein 4 De geweren zijn gebroken en een kind brengt vrede aan. Overal wordt recht gesproken, Gods sjalom zal verder gaan. Refrein
  11. 11. 1 Waarom heb je God vergeten, doen je handen zoveel kwaad, wil je niets meer van Hem weten maar het is nog niet te laat. Refrein: Want een sprietje groen gaat groeien uit een droge, dorre stronk. Overal zal vrede bloeien; als het recht op aarde komt! 2 Oorlog zal er niet meer wezen, kind'ren spelen met een slang, nergens is er kwaad te vrezen, voor een leeuw is niemand bang. Refrein 3 Voor de mensen die verdwalen in een land vol donkerheid zal een helder licht gaan stralen want God zelf heeft ons bevrijd. Refrein 4 De geweren zijn gebroken en een kind brengt vrede aan. Overal wordt recht gesproken, Gods sjalom zal verder gaan. Refrein
  12. 12. [Voorganger] Ons vertrouwen op God, Schepper van hemel en aarde, vindt haar grond in de doorbraak van het licht in de duisternis; in zijn scheiden van chaos en land in zijn vertrouwen, vanaf het prilste begin, op de mens, man en vrouw, geschapen naar zijn beeld.
  13. 13. [Allen] Ons verstaan van de stem van God is onder ons doorgebroken door een Mens van Licht, Jezus van Nazareth. Hij is onder ons gekomen niet begrepen en niet aangenomen. Hij schijnt in de duisternis bij ons verwachten van een nieuwe dageraad over hemel en aarde.
  14. 14. [Voorganger.] Onze ademtocht wordt ons gegeven door de Geest die ons doet verlangen tegen alle wanhoop in die ons hart weer doet kloppen als wij verflauwen.
  15. 15. [Allen] In de gemeenschap van gelovigen waar ter wereld ook wordt ons gebed verdiept en ons lied versterkt en leren wij te gaan, met de mens die naast ons staat verder dan eigen onmacht en tekort. Zo te vertrouwen doet ons leven ja, zelfs over de grenzen van ons eigen leven heen. Amen.
  16. 16. We bidden dat we licht voor elkaar mogen zijn en Jij God, olie in de lamp (Peter Biesbrouck)) We bidden dat we licht voor elkaar mogen zijn en Jij God, olie in de lamp
  17. 17. De dromers gaan de mensheid voor. Het morgenlicht breekt bij hen door en wat zij zien zal toekomst zijn: de smaak van brood, de geur van wijn.
  18. 18. De dichters leven van het woord wat eens de schepping heeft gehoord, dat nu al is wat straks zal zijn: de smaak van brood, de geur van wijn.
  19. 19. Zo raakt uw Geest ons mensen aan en wekt ons op, op weg te gaan, naar wat uw toekomst eens zal zijn: de smaak van honing, brood en wijn. (Bronswijk Alfred C. / Biesbrouck P.)
  20. 20. [Voorganger] Jezus Christus ging zijn weg. Soms als een Stem die roept in de woestijn, soms bekleed met licht en warme Woorden. [Allen] Oneffen paden maakte Hij recht, zodat de lammen weer konden lopen. Heuvels van onmacht werden geslecht, zodat blinden weer verder konden zien. Kronkelpaden maakte Hij recht zodat de mensen de weg naar Jou, God, weer vonden.
  21. 21. [Voorganger] Op zijn Woord gedenken we, rond Brood en Beker, zijn leven en sterven, maar ook dat Jij Hem hebt opgewekt en eeuwig leven hebt geschonken.
  22. 22. [Allen] Moge het delen van dit brood en deze beker ons sterken in de hoop dat een nieuwe wereld komen zal waar brood en liefde is, genoeg voor allen. [Voorganger] Daarom bidden we om zijn Geest: dat Hij ons vaardig mag vinden om de weg van Jezus te bereiden. Dat Hij ons tot bekering brengt en in ons de goedheid mag leggen die was in Hem, Jezus, Jouw Zoon.
  23. 23. [Allen] Moge we mensen van gemeenschap worden met een warm hart voor allen die ons omringen en die met ons meegaan in geloof, hoop en liefde. Ook onze lieve doden, die bij ons blijven vanuit uw heerlijkheid: we gedenken hen in de stilte van dit uur. Moge we mensen van gemeenschap worden die onze stem laten horen en Jezus’ Boodschap van barmhartigheid blijven verkondigen. Amen.
  24. 24. Onze Vader, die in de hemel zijt, Uw naam worde geheiligd, Uw rijk kome, Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren en breng ons niet in beproeving maar verlos ons van het kwade. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid, amen.
  25. 25. Vrede voor jou, Vrede voor jou, Vrede voor jou, (Tom Löwenth
  26. 26. Zeg nooit: "onze wereld is gebroken en de mens tot weinig goeds in staat." Zeg nooit: "Niemand kan op vrede hopen, alles gaat nu eenmaal als het gaat."
  27. 27. Zeg nooit dat het godvergeten lijden toch het noodlot is van ons bestaan. Zeg nooit: "Stil maar, wacht op beet're tijden." Zeg nooit: "Niemand kan de dood weerstaan.".

×