2024 jan 21 - Dhr Pasterkamp (Thema: Hij deed het niet)
29 juni 2014 9.30
1. Voorganger: Dhr. de LangeVoorganger: Dhr. de Lange
Organist: Dhr. WalpotOrganist: Dhr. Walpot
Thema: Schijn bedriegt…….Thema: Schijn bedriegt…….
(en wordt door God bestraft.)(en wordt door God bestraft.)
3. Jezus zal heersen (LvdK 281) t. I. Watts; v. J.W. Schulte Nordholt; m. anoniem, 1789
4. Jezus zal heersen (LvdK 281) t. I. Watts; v. J.W. Schulte Nordholt; m. anoniem, 1789
5. Jezus zal heersen (LvdK 281) t. I. Watts; v. J.W. Schulte Nordholt; m. anoniem, 1789
6. Jezus zal heersen (LvdK 281) t. I. Watts; v. J.W. Schulte Nordholt; m. anoniem, 1789
7. Voorganger: DHR. de LangeVoorganger: DHR. de Lange
Organist: DHR. WalpotOrganist: DHR. Walpot
Thema: Schijn bedriegt…….Thema: Schijn bedriegt…….
(en wordt door God bestraft.)(en wordt door God bestraft.)
8. Psalm 25: 2,7Psalm 25: 2,7
Here, maak mij Uwe wegenHere, maak mij Uwe wegen
9. Psalm 25 (LvdK) t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551
10. Psalm 25 (LvdK) t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551
11. Psalm 25 (LvdK) t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551
12. Psalm 25 (LvdK) t. W. Barnard, K. Heeroma; m. L. Bourgeois 1551
14. Klein GloriaKlein Gloria
Ere zij de Vader en de ZoonEre zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.Amen.
15. Richtlijnen voor het levenRichtlijnen voor het leven
ELB 302 vers 1 t/m 4ELB 302 vers 1 t/m 4
Heer ik kom tot UHeer ik kom tot U
16. Heer ik kom tot U (EL 302) t. J. Visser; m. G. Whelpton
17. Heer ik kom tot U (EL 302) t. J. Visser; m. G. Whelpton
18. Heer ik kom tot U (EL 302) t. J. Visser; m. G. Whelpton
19. Heer ik kom tot U (EL 302) t. J. Visser; m. G. Whelpton
29. 15 Op de zevende dag stonden ze bij15 Op de zevende dag stonden ze bij
dageraad op en trokken op dezelfdedageraad op en trokken op dezelfde
wijze zevenmaal om de stad. Alleenwijze zevenmaal om de stad. Alleen
op deze dag trokken ze zevenmaal omop deze dag trokken ze zevenmaal om
de stad, 16 en bij de zevende maal,de stad, 16 en bij de zevende maal,
toen de priesters de ramshoornstoen de priesters de ramshoorns
lieten klinken, riep Jozua tegen hetlieten klinken, riep Jozua tegen het
volk: ‘Schreeuw, want de HEER heeftvolk: ‘Schreeuw, want de HEER heeft
u Jericho in handen gegeven!u Jericho in handen gegeven!
30. 17 Maar op de stad en alles wat erin17 Maar op de stad en alles wat erin
is rust de ban van de HEER: ze isis rust de ban van de HEER: ze is
onvoorwaardelijk aan de HEER gewijdonvoorwaardelijk aan de HEER gewijd
en moet vernietigd worden. Alleen deen moet vernietigd worden. Alleen de
hoer Rachab mag in leven blijven,hoer Rachab mag in leven blijven,
samen met iedereen die bij haar insamen met iedereen die bij haar in
huis is, want zij heeft onze verkennershuis is, want zij heeft onze verkenners
een schuilplaats gegeven. 18 Maareen schuilplaats gegeven. 18 Maar
denk eraan dat op al hetdenk eraan dat op al het
31. andere een ban rust. Dus vernietig deandere een ban rust. Dus vernietig de
stad maar maak niets buit, zodat ustad maar maak niets buit, zodat u
niet Israëls eigen kamp aan deniet Israëls eigen kamp aan de
vernietiging prijsgeeft en Israël in hetvernietiging prijsgeeft en Israël in het
ongeluk stort. 19 Al het zilver en goudongeluk stort. 19 Al het zilver en goud
en alle voorwerpen van koper, bronsen alle voorwerpen van koper, brons
en ijzer zijn aan de HEER gewijd; allesen ijzer zijn aan de HEER gewijd; alles
gaat naar de schatkamer van degaat naar de schatkamer van de
HEER.’HEER.’
32. Jozua 7 vers 1Jozua 7 vers 1
1 Maar Israël schond de ban. Er was1 Maar Israël schond de ban. Er was
een zekere Achan: hij was een zooneen zekere Achan: hij was een zoon
van Karmi, die een zoon was vanvan Karmi, die een zoon was van
Zabdi, de zoon van Zerach, en hij wasZabdi, de zoon van Zerach, en hij was
afkomstig uit de stam Juda. Dezeafkomstig uit de stam Juda. Deze
Achan vergreep zich aan de goederenAchan vergreep zich aan de goederen
die onvoorwaardelijk aan de HEERdie onvoorwaardelijk aan de HEER
gewijd waren. Hierop ontstak degewijd waren. Hierop ontstak de
HEER in woede tegen het volk vanHEER in woede tegen het volk van
Israël.Israël.
34. 32 De groep mensen die het geloof32 De groep mensen die het geloof
had aanvaard, leefde eendrachtighad aanvaard, leefde eendrachtig
samen. Geen van hen beschouwdesamen. Geen van hen beschouwde
zijn bezittingen als zijn persoonlijkzijn bezittingen als zijn persoonlijk
eigendom, want ze hadden alleseigendom, want ze hadden alles
gemeenschappelijk. 33 De apostelengemeenschappelijk. 33 De apostelen
bleven met grote kracht getuigen vanbleven met grote kracht getuigen van
de opstanding van de Heer Jezus, ende opstanding van de Heer Jezus, en
God begunstigde allen rijkelijk.God begunstigde allen rijkelijk.