1. De dynamiek van vertrouwen tussen contractpartners in een
complexe outsourcingsrelatie
Eindgesprek scriptie voor de wo-masteropleiding Management
G.L. de Gooijer
15 april 2016
Groningen
Een casestudie naar de ontwikkeling van vertrouwen binnen een
ERP-programma
2. Hoofdvragen
Hoofdvragen:
1. Wat is de invloed van (positieve en/of negatieve) relatiesignalen op het
ontstaan van inter-persoonlijk thick vertrouwen in complexe
outsourcingrelaties?
2. Welke rol speelt bovenstaand inter-persoonlijk thick vertrouwen bij de
ontwikkeling van thick vertrouwen tussen organisaties in complexe
outsourcingrelaties?
3. Theorie
Theorie
1. Lindenberg (2000):
Legitiem wantrouwen, Relatiesignalen, Referentiekaders,
Frameresonance, Echt vertrouwen
2. Vosselman & van der Meer (2009): Thin Vertrouwen, Thick Vertrouwen
3. Six (2004, 2007, 2010): Inter-persoonlijk Vertrouwen en werkeenheden
4. Schilke (2013): Ontwikkeling van Inter-persoonlijk Vertrouwen (tussen
organisaties) tot Vertrouwen tussen Organisaties
Samenhang hoofdvragen & Kernbegrippen
9. Conclusies
• De ontwikkeling van “inter-persoonlijk thick vertrouwen” (tussen organisaties) tot
“thick vertrouwen tussen organisaties” kan onderzocht en beschreven worden met het
model van Schilke aangevuld met relatiesignalentheorie
• Positieve en negatieve relatiesignalen en (het ontbreken van) frame resonance
versterken/verzwakken inter-persoonlijk thick vertrouwen (binnen/tussen
organisaties)
• Inter-persoonlijk V: Weinig V in verticale relaties binnen organisaties en veel V in
horizontale relaties (tussen organisaties)
(dit wijkt af van de verwachting gegeven de theorie van Six).
• Inter-persoonlijk thick vertrouwen tussen vertegenwoordigers van ON en OG was van
belang voor het vertrouwen tussen organisaties (ON resp OG)
(dit sluit aan bij de theorie van Schilke);
• De overdracht van vertrouwen door vertegenwoordiger in OG/ON organisatie van
“eigen vertegenwoordiger achterban” kon niet worden vastgesteld.
• Er bestond veel inter-persoonlijk vertrouwen tussen de meeste vertegenwoordigers
van ON en OG, echter er bestond weinig gecumuleerd vertrouwen van de
vertegenwoordigers van ON-organisatie in OG-organisatie .
(dit wijkt af van verwachting van Zaheer)
10. Aanbevelingen
• Vervolgonderzoek
– Vanaf start onderhandelingen (i.p.v. retroperspectief)
– Andere samenwerkingsrelaties (overheid-overheid//commercieel-
commercieel)
• Onderzochte organisatie
– Verbeteren verwervingsproces doelorganisatie
– Aspect “vertrouwen” extra opnemen onderzoek “ICT-projecten bij de
overheid” (Elias).
– Verhogen vertrouwen in verticale relaties organisaties
– Personeelsbeleid:
• Plaatsing nieuw personeel gericht op teamvorming
• Minder wisselingen sleutelfunctionarissen
– Effectievere governance/eenheid van opvatting OG