1. 1
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Handboek voor de
beginnende docent
op het Augustinus
College
Elke dag, jou
dag!
2. 2
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
INLEIDING
In het onderwijs sta je er te vaak alleen voor. Docenten geven elkaar advies als daarom
gevraagd wordt. Dit proces is vaak niet gestructureerd. Dit handboek is een eerste aanzet
om dit te veranderen.
Een handboek om beginnende docenten op weg te helpen. Zij moet bijdragen aan de
successen van jou, de leerlingen en de organisatie.
Het is wellicht de eerste kennismaking met interculturele communicatie en haar
componenten: intercultureel bewustzijn, dubbel perspectief en de drie-stappenmethode.
Een eerste stap bij het overbruggen van de kloof tussen burgercultuur en straatcultuur.
Het helpt op weg bij het succesvol omgaan met leerlingen die zich gedragen volgens de
straatcultuur. Het bestaat uit de volgend onderdelen:
Situatieschets en analyse van onze school
Pedagogisch opdracht en randvoorwaarden voor school
Verantwoording pedagogisch opdracht
Concrete adviezen
Verder zijn twee bijlagen toegevoegd; een verklarende woordenlijst en een literatuurlijst.
Angèle Nascimento(0231061)
Kas KopJansen (0769842)
RienkBrittijn(0748112)
DannyBlokpoel (0859289)
3. 3
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
SITUATIESCHETS
Onze school en onze leerlingen. Twee culturen met grote verschillen op meso - en
microniveau. Twee werelden die elkaar niet begrijpen. De school aan de ene kant met haar
strikte regels en ordehandhaving en gedemotiveerde docenten. Ingebed in een
burgercultuur, een afgeleide van de F-cultuur. De leerlingen aan de andere kant uit een
sociaal zwakkere milieus waarin de straatcultuur en peergroep leidend zijn. De straatcultuur
is een afgeleide van de G-cultuur en vertoont kenmerken van een M(eng) cultuur. De
ecosystemen van beide culturen bestaan uit normen en waarden die op het eerste gezicht
niet naast elkaar kunnen en mogen bestaan. Verder ontbreken de vier voorwaarden voor
effectieve communicatie; technisch, cognitief, interpretatief en affectief. Dit zorgt dagelijks
voor kleine en grote botsingen en teleurstellingen. Met de volgende gevolgen:
slechte leerprestaties
onveilig leerklimaat
hoog ziekteverzuim bij de docenten
selectief lesverzuim bij leerlingen.
De visie van de school is niet eenduidig. De conrector zegt dat de leerlingen gewoon dom
zijn en verwacht ook geen succes. De school is de laatste jaren aan het krimpen. De
faciliteiten zijn er om te groeien zijn, maar dan moet de school wel populairder worden.
Verder is er weinig structuur aanwezig. Ook ontbreekt het aan algemene regels. Zo blijkt er
wel een straflokaal te zijn maar worden docenten niet ingelicht wanneer ze een leerling
daarheen moeten sturen.
Er zijn ook positieve aspecten. De docent houtbewerking krijgt veel respect van de
leerlingen. Hij straalt uit dat hij de baas is in de klas. Hij geeft ze soms een schouderklopje
en dit doet de leerlingen goed. Hij voldoet duidelijk aan de broodnodige affectieve
voorwaarde voor effectieve communicatie. Het laten zien dat je goed gedrag van de
leerlingen waardeert is erg belangrijk. De Surinaamse lerares die de klas binnen komt als het
uit de hand loopt heeft ook veel respect van de leerlingen. Als zij boos op de leerlingen wordt
dan zwijgen ze en luisteren ze. Zij heeft ook de affectieve voorwaarde “touch”. Zouden zij als
change-agents voor leerlingen, docenten en de buurt kunnen fungeren?
4. 4
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
ANALYSE
Als het tij niet wordt gekeerd, wordt de school onveiliger voor alle betrokken. Het worst case
scenario is dan de school sluiten. Er zijn ook kansen die benut moeten worden. De meisjes
die goed presteren, de praktische lessen, collega’s die uitstekende resultaten boeken.
5. 5
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
PEDAGOGISCH OPDRACHT
Een docent kan de relatie met de klas bevorderen door:
Interesse voor leerlingen te tonen
Non-verbale signalen te geven (goedkeurend knikje, hummen)
Ondersteuning te bieden aan leerlingen
Ruimte bieden om te reageren (niet alleen voor de snelle leerling)
Uitzicht te bieden op succes
Geloof en plezier in eigen kunnen
Zo zelfstandig mogelijk zijn
Veiligheid (geaccepteerd worden)
Invloed (serieus genomen worden)
Vriendschap (aardig gevonden worden)
Behoefte aan veiligheid en beschikbaarheid van anderen op gewenste momenten
Veiligheid creëren door te zorgen voor een ordelijk klassenklimaat.
Beginnen met een positieve houding t.a.v. leerlingen
Vanaf de eerste les streven naar een ontspannen, maar werkgericht klimaat
Blijk geven van hoge verwachtingen t.a.v. werkhouding en prestaties
Regels
De leerlingen moeten de regels kennen en begrijpen
Meteen regels en procedures duidelijk maken
Veel regels zijn moeilijker te handhaven dan weinig regels
Regels moeten zinnig zijn. De regel “niet praten tijdens de uitleg van de docent” is
bijvoorbeeld zinnig, omdat zonder de regel veel leerlingen de docent niet zouden
kunnen verstaan
Regels moeten reëel zijn. Het is bijvoorbeeld niet reëel te eisen dat leerlingen een
hele lesmuisstil zijn
Regels moeten gehandhaafd worden. Overtreding van regels levert direct een sanctie
op(een sanctie kan straf zijn, maar ook een boze blik of een terechtwijzing)
Ook voor sancties geldt dat ze reëel moeten zijn en in verhouding moeten staan tot
de ernst van de overtreding
Kwaliteit
Gestructureerd onderwijs geven: doelen duidelijk maken, veel leeraanwijzingen geven,
regelmatig controleren
RANDVOORWAARDEN SCHOOL
RANDVOORWAARDEN SCHOOL
Duidelijk heldere visie en dit consequent uitdragen in woord en daden
Delen van successen
Eilandencultuur doorbreken
Structurele basis kennis delen over welke lessen en van wie goed gaan door bv vast
onderwerp in schoolmedia en als agendapunt bij werkoverleg
Docenten serieus nemen door management, mede-collega’s, ouders, buurt en
leerlingen.
Meten ziekteverzuim en personeelsverloop
6. 6
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Cultural sensitivity trainingen bij het docentenkorps en management
Peergroup pressure positief gebruiken door inzet van de buurt, docenten, conciërges,
directie, leerlingen en ouders. Dit kan door de groepen actiever mee te laten denken
op school. Voorbeeld; Als de leerlingen de inwoners van de buurt leren kennen
ontstaat er een gevoel van sociale controle. Aan toepassingen kun je denken als:
interviews houden met de omwonenden voor aardrijkskunde, of een toneel
voorstelling organiseren voor de buurt bij het vak CKV.
Structurele en extensieve interculturele training waardoor teamgeest en
groepsverantwoordelijkheid binnen docentenkorps wordt gevormd. Belangrijke resultaten
hierbij zijn valideren, naar elkaar luisteren, op elkaar reageren, samenwerken, beslissen door
consensus, problemen onder ogen zien en aanpakken.
VERANTWOORDING PEDAGOGISCH OPDRACHT
EERST KWALITEIT DAN KWANTITEIT
De school moet in eerste plaats weer trots op de buurt worden en de buurt weer trots op de
school. Dit is een voorwaarde voor groei of overleving van de school. De kwaliteit moet
omhoog door in de eerste plaats de kwaliteit voor de klas te verbeteren. Als de kwaliteit voor
de klas beter wordt dan komen de goede resultaten uiteindelijk ook. Dit heeft een positief
effect op de omgeving van de school. En kan bijdragen aan een toename van het aantal
leerling.
REGELS
De kunst van goed lesgeven is voorkomen dat je de strijd moet aangaan. Toch moeten veel
goede ervaren docenten nog wel eens de strijd aangaan met een klas. Essentieel in de
aanpak is het goed afspreken van regels en naleven van regels. Een goede docent is altijd
alert voor de klas zodat de opkomende brandjes zo snel mogelijk geblust kunnen worden.
VEILIGHEID
Elke docent heeft vaak sterke en zwakke punten. Als nieuwe docent moet je zo veel mogelijk
de sterke kanten afkijken maar moet je wel toepassen wat bij jezelf past. Het naleven van
regels dient consequent te gebeuren en dat lukt het beste als deze dicht bij jezelf liggen.
Leerlingen houden ervan als ze een docent goed kunnen inschatten en als deze oprecht is.
Dit zorgt voor een veilig gevoel
Ook is het van belang dat er niet alleen straf wordt gegeven maar dat er ook een
terugkoppeling met de docent en eventueel ouders plaats vindt. De leerling en docent
moeten de volgende keer toch weer door één deur. Dan moeten beide weten wat ze aan
elkaar hebben en elkaar respecteren.
RELATIE
Belangrijk bij het verbeteren van de school is het contact tussen de school en leerling. Als de
leerling het gevoel heeft gezien te worden op school dan verbeterd dat de houding van de
leerling. Daarom moet er meer aandacht en meer contact komen tussen de leerling en
docent.
7. 7
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
CONCRETEADVIEZEN
De start is een 0-meting om te checken hoe “straatcultuurwijs”je bent. Vervolgens worden
een aantal praktijksituaties aan de hand van dialogen uitgewerkt.
Daag jezelf uit en test eerst jouw primaire reactie bij een gegeven situatie. Onderzoek daarbij
je gevoelens en gedachten. Kijk daarna pas hoe de meest effectieve dialoog eruit zou
kunnen zien. Blijf leren, blijf communiceren en sta open voor nieuwe inzichten.
Je zult een vliegende start maken bij het omgaan met onze leerlingen. Iedere dag zal voor
jou dan een happy teacher's day zijn. Een vette coole dope dag. Respect!
Straatcultuurtest
U verdient met elk positiefantwoordeen punt! Ja Nee
1. Uw zoontje komthuilendthuis. Hij is gepest. Past het bij u omte zeggen:
“Slappeling, waaghet niet omnógeen keer jankendthuis te komen als je gepestwordt; ga terug,ga dat kind
meteen een mep geven.”?
2. Iemand botst opstraattegenu aan.Zegt u danautomatisch zoiets als
“Klootzak”?
3. Uw zoontje vanzes jaarwordt al een echt mannetje. Geeft u hemeen (plastic)
mesje meeals hij buitengaatspelen?
4. Ervaart u het“onderdanig gedrag”als iemandmeteen handgebaar de
automobilist bedankt die hembij hetritsen voor laat gaan?
5. Een onbekendezegt erwatvan als u een blikjecola opstraat gooit.Pasthet
bij u om te zeggen: “Bemoeije met jezelf; ik hebniks met je te maken”?
6. Een collega heeftu in een vergadering duidelijk beledigd. U kunt eendag later
ongezien zijnauto beschadigen. Zou u dat kunnen doen?
7. Is het heel erg voor u als u eendiscussiezou verliezen inhet bijzijn van
vrienden?
8. Vindt u het slap watjesgedrag als mensen zich aan dewetwillen houden.
9. Een man vindtzijnvrouwin bed met eenandereman. Vindt u het
gerechtvaardigd als hijhem met eenknuppel inelkaarzou slaan?
10. Sommige mensenzeggentegende buschauffeur:“Magik drie strippen,
alstublieft?” Past het bij u omtezeggen: “(Ik moet) drie strippen”.
11. Vindt u dat ouders hun kinderen gewoon moetenkunnenslaan?
12. Bent u het ermee eens dathomo’s geen echtemannen zijn?
13. Uw dochter is aangerand.U kunt dedader aanrijden bijeen zebrapadzonder
dat iemandhetziet. Zou u datkunnendoen?
14. Verbiedt u uwzoontjeom met meisjes te spelen?
15. Vindt u het logischen gerechtvaardigd dateen man zijn vrouw slaat als zijhet
bloed onder zijnnagels vandaan haalt?
16. U betrapt eeninbrekerin uw slaapkamer. Hij wil vluchten. Zou het bij u
passen om hem–zogenaamd toevallig –te latenstruikelen op detrap?
17. Is het voor u belangrijk om eenvechtpartij tewinnen, óók als dat tot gevolg
heeft dat u zelfzwaar gewond raakt?
18. “Een meisje moet nietzeuren als ze eens een keer in haarborsten geknepen
wordt.” Bent u het hiermee eens?
19. Ervaart u leraren, politieagenten, rechters enandereautoriteiten als
onderdeel vaneenvijandigewereld?
20. U wordt op uw werk betrapt terwijl u iets steelt. Zou u kunnen zeggen: “Ik
deed het helemaalniet; waarom moetenjullie altijd mijhebben?”
21. Vindt u praten over gevoeliets voor mietjes enwatjes?
22. Wilt u op straataltijduitstralen: “Raak me niet aan,anders zal ikje eens wat
laten voelen”?
23. Vindt u ‘hardwerken’ en‘jebestdoen opschool’ slapgedrag?
24. Vindt u dat jeals man pas een vent bentals je opje zestiende eenflink aantal
meisjes hebt gehad?
25. Vindt u dat je, ookin privé-situaties, nooit moetlaten merken datje
kwetsbaar ofzwak bent?
8. 8
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Analyse
N.B. Niemand past voor 0 of 100 procent in een bepaalde cultuur. Ieder mens scoort ergens tussen
beide extremen.
0-2 ‘ja’-punten Bent u wel eerlijk tegenover uzelf? Schaamt u zich misschien voor elk puntje
straatcultuur?
3-6 ‘ja’-punten Dit is een grensgebied. Dit past nog bij het gedrag van de meeste mensen uit
de burgerlijke cultuur.
7-21 ‘ja’-punten Uw puntenaantal geeft aan in welke mate u behoort tot de
straatcultuur.
22-25 ‘ja’-punten Hebt u nog weinig contact met politie en justitie? De kans is groot dat
dit spoedig gaat veranderen.
Bronvermelding
Hans Kaldenbach,(2008) Respect!99 tips voorhet omgaan metjongeren in de straatcultuur,
Prometheus,
Praktijksituatie en dialogen (PayDay)
Volgende situaties laten conflicten zien tussen de docent
en leerling. Docenten ( vaak afkomstig uit de burgercultuur)
hebben vaak een andere manier om een conflict op te
lossen dan de leerlingen (straatcultuur). Het is daarom van
belang, dat de docent zich kan inleven in de
belevingswereld van de leerling. De manier waarop je met
deze situaties om kan gaan is wisselend. De bedoeling van
de dialogen is dat je leest wat een mogelijke oplossing is
en wat een mogelijke valkuil is.
PayDay 1
Een leerling gooit in de pauze een zak chips op de grond en heeft niet gezien dat u net aan
kwam lopen…
Docent: Hallo? Wat doet die zak chips hier? Zou je dat niet moeten opruimen. Waarom
Gooi je die zak daar op de grond?
Leerling: Weet ik niet! Heb ik niet gedaan! Zomaar krijg ik de schuld!
Docent: Nauw, niet zo flauw. Gewoon even die zak oprapen.
Leerling: NEE! Echt niet dat ik schoonmaak. Doe het zelf!
De leerling blijft hangen in een ontkenning met de docent. Er staat hier het eergevoel van de
leerling op het spel. De leerling heeft de indruk dat er ruimte is voor ontkenning en daardoor
bijt zij of hij zich daarin vast.
Een andere oplossing
Docent: Esmae, raap die zak eens op! Denk erom! Ik zie je zo die zak weggooien. Het
is hier geen vuilnisbelt!
9. 9
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Leerling: Hij was het!
Docent: Denk erom! En heel snel nu. Noem me geen leugenaar. Ik zie het gewoon.
De docent geeft hier geen ruimte voor ontkenning. De leerling probeert het nog maar merkt
dat de leugen de situatie erger maakt. De docent moet deze manier van corrigeren
volhouden. Na loop van tijd gaat het steeds makkelijker omdat de docent niet meer
uitgeprobeerd wordt.
PayDay 2
Een Leerling leent voor de toets het rekenmachientje van de docent. Na de toets, als de bel
gaat, stopt de leerling het rekenmachientje snel in zijn eigen tas. Hij kijkt of de docent het ziet
en rent het lokaal uit.
Docent: Hee! Houd de dief!
* De docent rent achter de leerling aan en de andere leerlingen lachen.*
Op deze manier ontstaat er een spel van kat en muis. De leerlingen die staan te kijken zien
dat u een fysiek spelletje met ze wilt spelen en zullen u waarschijnlijk vaker gaan uitdagen.
Een andere oplossing
Bij de tweede manier laat de docent de leerling het lokaal verlaten en zoekt op waar de
leerling les heeft. Hij klopt op de deur van het desbetreffende leslokaal en doet open…
Docent: Hassan, kom even.
* Hassan kan geen kant op en loopt mee naar de gang*
Docent: Hassan, je had vanmorgen geen rekenmachine bij je en dan leen je die van
mij vergeet je hem ook nog terug te geven. Als je alles vergeet wordt het wel
heel moeilijk voor je op deze school.
Hassan: Sorry meneer.
Hassan wordt in de tweede situatie niet geconfronteerd met het stelen van het
rekenmachientje. Ook speelt de docent in op zijn vermogen om spullen mee te nemen. Dit
kan ertoe leiden dat Hassan bij de docent zich positiever op gaat stellen.
PayDay 3
Bij binnenkomstinde klaszijnereenaantal leerlingenheel druk.De docentspreekteenaantal
leerlingenhieropaanenzietplotsinzijnooghoekdat Kelvin,eenjongenvantwee meter,een
kleinereklasgenootkeihardtegende kastgooit…
Docent: Kelvin! Ben je helemaal gek geworden! Kom eens hier!
10. 10
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Kelvin: Hij begon! Zie je nu wel! Ze moeten altijd mij hebben. Iedereen heeft een
hekel aan mij.
Docent: Kelvin! Hier komen!
Kelvin: Nee, ik ben geen hond. Ik krijg altijd de schuld.
De docent ziet dat Kelvin iets ergs doet en grijpt in. Kelvin overziet zijn handelen niet en
snapt niet dat hij aangesproken wordt en Joost niet. Hij wordt boos op de docent. Bij de
tweede manier loopt het conflict niet uit de hand.
Een andere oplossing
Docent: Kelvin en Joost! Meekomen!
* Doordat de klas rustig is geworden kan de docent met beide jongens de gang op*
Docent: Joost, loop naar de afdelingsleider en vertel wat je gedaan hebt. Kelvin, ik
hoor het nu van jou.
* Kelvin voelt zich gesteund omdat Joost wordt weggestuurd. Joost voelt zich gesteund
omdat hij zijn verhaal kan doen.*
Kelvin: Hij zegt dat ik homo ben! Hij praat over me moeder!
Docent: Rustig. Ik hoor je. Vertel maar.
Kelvin: Hij komt er steeds mee weg. Ik maak hem dood. Hij kent me nog niet!
Docent: Ik heb je gehoord. Zeg maar tegen je afdelingsleider wat je ook tegen mij hebt
gezegd.
De docent geeft in dit voorbeeldje de mogelijkheid om beide jongens de klas uit te krijgen en
zorgt ervoor dat ze niet samen door de gang lopen. De docent kiest ervoor om geen
maatregelingen te nemen en laat dat aan iemand anders over. Hij krijgt er een rustige klas
voor terug.
PayDay 4
Amel komt te laat de klas binnen zonder een briefje te hebben gehaald.
Docent: Amel waarom heb je geen briefje bij je?
Amel: Hoefde niet.
Docent: Je hebt altijd een briefje nodig om binnen te komen als je te laat bent
Amel: Ik niet ik heb een goede reden, ze weten ervan
Docent: Wat is die reden dan?
Amel: Zeg ik niet. Wat denk je ik ga alles zeggen? Ik wil niet praten.
Docent: Amel, ga een briefje halen.
Amel: Ik ga zitten. Wat denk je wel niet.
Het was in deze situatie niet slim om te zeggen waarom ze geen briefje had. De leerling voelt
zich dan gedwongen om een leugen te bedenken en deze leugen vol te houden.
Een betere oplossing
Docent: Amel, ga eens een briefje halen.
Amel: Ik heb toestemming om later te komen.
Docent: Dat snap ik maar je moet een briefje halen. Niet iedereen heeft toestemming
en ze schrijven dat altijd netjes op het briefje, komt goed.
De leerling kan zonder betrapt te worden op haar leugen gewoon weglopen en snapt dat
verder liegen geen zin heeft.
11. 11
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
BIJLAGE 1
VERKLARENDE WOORDENLIJST
Cultuur op verschillende niveaus bekeken
Macro-verschillen: verschillen van cultuur tussen landen
Meso-verschillen: verschillen van cultuur tussen groepen
Micro-verschillen: verschillen van cultuur tussen individuen
Interculturele communicatie (ICC)
Interactie tussen mensen met verschillende culture achtergronden die erop gericht is om
intercultureel bewustzijn te vergroten en de effectiviteit van de communicatie tussen deze
groepen te vergroten.
Componenten van interculturele communicatie
Intercultureel bewustzijn (ICB)
Dubbel perspectief (DP)
Drie-stappenmethode (DSM)
Intercultureel bewustzijn (ICB)
Het erkennen van cultuurverschillen en het onderscheiden van de gevolgen van deze
cultuurverschillen voor denken, voelen en handelen.
Dubbel perspectief (DP)
Iemand heeft een dubbelperspectief wanneer hij/zij een situatie vanuit twee verschillende
standpunten kan bekijken.
Driestappenmethode (DSM)
Harmoniserend en grensverleggend communiceren en handelen.
Stap 1: Het leren kennen en bewust worden van de eigen normen en waarden.
Stap 2: Het leren kennen en bewust worden van de normen en waarden van de
ander.
Stap 3: Vaststellen van de wijze waarop men in de gegeven situatie met de
geconstateerde verschillen in normen en waarden omgaat. Men stelt vast
waar de grenzen wat betreft de aanpassing liggen en maakt deze tijdig
duidelijk aan de ander.
Premoderne samenleving + moderne samenleving = postmoderne samenleving
Interculturele communicatie, conflicten en management (ICCM) is de studie van de
postmoderne samenleving
12. 12
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Effectieve communicatie
Een boodschap wordt door de ontvanger begrepen zoals die door de zender bedoeld was.
De boodschap komt niet-beledigend en onbeschadigd over.
Voorwaarde voor effectieve communicatie
Technische voorwaarde
Cognitieve voorwaarde
Interpretatieve voorwaarde
Affectieve voorwaarde
Technische voorwaarde
Men verstaat elkaars gebarentaal. Hierbij moet men elkaar wel kunnen zien en horen als dat
nodig is. Apparatuur om communicatie mogelijk te maken valt ook onder de technische
voorwaarde.
Cognitieve voorwaarde
Communicatie op een voor elkaar aanvaardbaar intellectueel niveau.
Interpretatieve voorwaarde
De personen kennen aan de gebruikte woorden dezelfde interpretatie toe
(gezegden, spreekwoorden en verwijzingen).
Affectieve voorwaarde
Personen moeten bij gebruikte woorden of handelingen dezelfde emotie hebben.
Impliciete communicatie
De boodschap is niet direct uit de woorden of zinsopbouw te halen.
Expliciete communicatie
De boodschap is wel direct uit de woorden of zinsopbouw te halen, de context is niet of
nauwelijks van invloed.
Verbale communicatie
Communicatie met behulp van woorden.
Non-verbale communicatie
Communicatie met behulp van gebaren, toon van de stem, mimiek en houding. Door middel
van non-verbale communicatie kan een boodschap bewust of onbewust worden
overgebracht.
Denotatief
De letterlijke betekenis van de gebruikte woorden
Connotatief
De gebruikte woorden hebben een bijklank, ondertoon of gevoelswaarde.
Verschillende aspecten van communicatie
Bewust-verbaal denotatief
Bewust-verbaal connotatief
Bewust-non verbaal
Onbewust-non verbaal
13. 13
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Wereldbeelden
Het schematiseren van de werkelijkheid om een beeld van de wereld te schetsen door
middel van stereotypering en vooroordelen.
G-cultuur: (grofmazige cultuur)
In een grofmazige cultuur zijn normen en waarden, goed en kwaad, niet geheel duidelijk
omschreven. Veel dingen moet men zelf uitvinden en in veel gevallen dient men zich zelf een
mening te vormen over wat wenselijk en onwenselijk is. Afwijken van de gebaande wegen
wordt (in zekere mate) gewaardeerd. Bijvoorbeeld: Amerika, Frankrijk en Duitsland.
Bron: www.encyclo.nl , Datum: 7-2-2014
F-cultuur: (fijnmazige cultuur:)
De fijnmazige cultuur wordt gekenmerkt door een fijnmazig systeem van normen en
waarden. De mate van structuur is groot en er bestaan veel vastgestelde regels voor wat
wenselijk en onwenselijk gedrag is. In een fijnmazige cultuur hoeft men weinig persoonlijke
afwegingen te maken; veel stappen die men neemt, lijken niet meer dan logisch en bevinden
zich in de lijn der verwachtingen. Bijvoorbeeld: Vietnam, Turkije en Marokko.
Bron: www.encyclo.nl , Datum 7-2-2014
M-cultuur
Mengeling van een F- en een G-cultuur. Deze ontstaat doordat iemand met een F-cultuur in
een G-cultuur leeft of andersom.
De cultuur van mensen op het platteland is meestal fijnmaziger dan die van de steden. De
rijken gedragen zich vaak grofmaziger dan de armen.
Of je een grofmazige of fijnmazige cultuur bezit hangt af van een aantal factoren:
1. Economische factor
2. Religieuze factor
3. Sociale factor
4. Individuele factor
Straatcultuur
De straatcultuur is een masculiene cultuur waarin je respect moet verdienen. Jongeren
stellen zich antiautoritair op en zullen in eerste instantie tegen je ingaan door hun
wantrouwige houding. Veel jongeren sluiten zich hierbij aan door hun leefomgeving of
thuissituatie. De normen en waarden van jongeren op straat verschilt van de normen en
waarden die de jongeren van huis meekrijgen.
Burgercultuur
Algemeen geldende cultuur in Nederland waarbij de volgende normen en waarden standaard
zijn: eerlijk zijn, je schuld toegeven, met twee woorden spreken, beleefd zijn, respect voor
gezag en autoriteit, elkaar vanuit vertrouwen en gelijkheid benaderen.
Cultuur op verschillende niveaus bekeken
Macro-verschillen: verschillen van cultuur tussen landen
Meso-verschillen: verschillen van cultuur tussen groepen
Micro-verschillen: verschillen van cultuur tussen individuen
Volgens onderzoekers kan een migrant vier houdingen aannemen
1.Assimilatie: maximaal contact met de nieuwe omringende samenleving en minimaal eigen
cultuurbehoud. In zo’n geval ondergaat hij assimilatie.
2.Collectieve afzondering: minimaal contact met de nieuwe omringende samenleving en
maximaal eigen cultuurbehoud.
3.Marginalisering: minimaal contact met de nieuwe omringende samenleving en ook
minimaal eigen cultuurbehoud.
14. 14
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
4.Integratie: maximaal contact met de nieuwe omringende samenleving én ook maximaal
eigen cultuurbehoud.
Karatestijl
Gedrag van leerling openlijk, direct en hard corrigeren waarbij je gebruik maakt van je positie
als docent.
Judostijl
Doel wordt bereikt door schijnbaar amicaal te reageren waardoor contact met de leerling
wordt behouden. Eventueel later overstappen op de karatestijl is mogelijk.
15. 15
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
BIJLAGE 2
GERAADPLEEGDE LITERATUUR
BOEKEN
1. Lundberg, G.B. en Lundberg, J. S. (1999), Problemen laten bij wie ze horen, Help
jezelf en anderen door begrijpend te luisteren, Utrecht , uitgeverij Het Spectrum B.V.
2. Kaldenbach,H. (2011), MACHOMANNETJES, 99 tips om straatcultuur terug te
dringen uit de school, Amsterdam, Prometheus,
3. Kaldenbach, H. (2008), RESPECT! 99 tips voor het omgaan met jongeren in de
straatcultuur, Amsterdam, Prometheus,
4. Pinto, D. (2004) , Interculturele communicatie, conflicten en management, Houten,
Bohn Stafleu van Loghum
5. Milner IV, R. Lomotey, K. (2014), Handbook of urban education, New York,, Francis
Ltd Routlegde
ARTIKELEN TIJDSCHRIFTEN/KRANTEN/MAGAZINE
6 ARTIKELEN
Dutch_Language_Ne
ws_-_Full_Text2013-12-20_22-49.rtf
Dutch_Opinion_Maga
zines2013-12-20_23-17.rtf
39 ARTIKELEN
INTERNET
(VriesT.d.,2013); (Vancraeynest,2013); (Boonstra,2013); (Vries,2013); (Hintum, 2011); (Prick,
2010); (Huisman,2008); (Eimers,2011); (Fogteloo,2009)
Boonstra, W. (2013, november 25). Hoe bereiden leraren zich voor op passend onderwijs?
Retrieved december 20, 2013, from Intermediair:
http://www.intermediair.nl/vakgebieden/onderwijs/hoe-bereiden-leraren-zich-voor-op-
passend-onderwijs
Eimers, D. (2011, januari 10). Puberjargon: ‘Die batty gaan we dissen’. Retrieved december
20, 2013, from J/M voor ouders:
http://www.jmouders.nl/Themas/Opvoeding/Opvoeden/Puberjargon-Die-batty-gaan-
we-dissen.htm
16. 16
Angèle Nascimento 0231061 LEROSD01X
Fogteloo, M. (2009, februari 13). Spreiding in het onderwijs. Retrieved december 20, 2013,
from De groene Amsterdammer: http://www.groene.nl/artikel/spreiding-in-het-
onderwijs
Hintum, M. v. (2011, september 3). Tussen de oren. Retrieved december 20, 2013, from
Volkskrant:
http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2844/Archief/archief/article/detail/2888680/2011/09/0
3/Tussen-de-oren.dhtml
Huisman, C. (2008, december 10). Leraar is geen 50 Cent. Retrieved december 20, 2013,
from Volkskrant:
http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2664/Nieuws/article/detail/927553/2008/12/10/Leraar-
is-geen-50-Cent.dhtml
Prick, L. (2010, maart 25). Petjes blijven op in de schoolkolossen. Retrieved december 20,
2013, from NRC: http://vorige.nrc.nl/opinie/article2510405.ece
Vancraeynest, B. (2013, oktober 6). Onbeantwoorde vragen. Retrieved december 20, 2013,
from Mondiaal nieuws: http://www.mo.be/opinie/onbeantwoorde-vragen
Vries, M. d. (2013, januari 9). Naar school op zondag. Retrieved december 20, 2013, from
Trouw:
http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/archief/article/detail/3374235/2013/01/09/Naa
r-school-op-zondag.dhtml
Vries, T. d. (2013, oktober 4). Social media maakt straatcultuur dominant. Retrieved
december 20, 2013, from Metronieuws: http://www.metronieuws.nl/nieuws/social-
media-maakt-straatcultuur-dominant/SrZmjd!AlM797eS8V15U/