1. Meningen over mindfulness lopen uiteen
24-09-2012 | Huib de Vries
Ook in de geneeskunde rukt mindfulness op. De aan het boeddhisme ontleende therapie lijkt
effectief bij depressiviteit en is dat mogelijk ook bij pijnklachten. Wat moet een christen
ermee? Anesthesioloog Paul Lieverse: „De termen worden aangepast aan de westerse mens,
maar de inhoud blijft voluit boeddhistisch.”
Dat mindfullnes effectief is, staat voor dr. Hans Meissner als een paal boven water. Niet
alleen bij patiënten die lijden aan depressiviteit, maar ook bij mensen met verslavingen en
persoonlijkheidsstoornissen ziet hij positieve resultaten.
Bij Dimence, de ggz-organisatie in Kampen waar hij werkzaam is, heeft de therapie inmiddels
een vaste plaats verworven. De reformatorische psychiater heeft de indruk dat dit de situatie is
bij alle grote instellingen voor geestelijke gezondheidszorg. Illustratief is het
Momentonderzoek vanuit het Nijmeegse UMC St Radboud naar het effect van op
mindfulness gebaseerde cognitieve therapie bij depressiviteit, vergeleken met het resultaat van
antidepressiva of een combinatie van beide. „Instellingen uit het hele land doen eraan mee.”
Ook Meissner heeft er geen moeite mee om mindfulness aan te bevelen. „Vooral patiënten die
in de problemen raken door overmatige concentratie op hun verleden of hun toekomst zijn
erbij gebaat. Het geeft een vermindering van stress als ze hun aandacht leren richten op het
hier en nu. We weten dat stress een belangrijke oorzaak is van uitputting, depressiviteit, angst
en verslaving. Mindfulness kan de negatieve spiraal doorbreken.”
De boeddhistische oorsprong is voor de christenpsychiater geen bezwaar. „Het boeddhisme
presenteert zichzelf niet als godsdienst, maar als levenskunst. Je zou bijna zeggen: de houding
van Prediker zonder de laatste verzen. Het leven is lijden en het boeddhisme biedt
instrumenten om daarmee om te gaan.” Essentieel is voor Meissner dat vermeende
gezondheidsbevorderende aspecten van een bepaalde spiritualiteit wetenschappelijk worden
getoetst. „Bij mindfulness is dat absoluut het geval. Het is overigens geen compleet nieuwe
therapie, maar een optelsom van elementen uit al lang bestaande therapieën.”
Kritiekloos
Drs. Paul Lieverse, verbonden aan het oncologisch centrum Daniël den Hoed in Rotterdam,
staat kritischer tegenover mindfulness. Voordat hij christen werd, hield de evangelische
anesthesioloog en pijnspecialist zich bezig met transcendente meditatie en andere
meditatietechnieken uit de oosterse wereld. De modekreet ”Be mindful” herinnert hem aan
zijn goeroe van destijds: de man die transcendente meditatie in het Westen bekend maakte.
„Zijn lijfspreuk was: ”Be happy”. Enerzijds moest je diepere lagen van je bewustzijn
aanboren, anderzijds ongevoelig raken voor het lijden in je of om je heen. In de periode
2. waarin ik de Bijbel ging lezen, pleegde een vriend van me zelfmoord. Toen ik daarvan op de
hoogte werd gesteld, klonk in mijn hoofd het stemmetje: ”Be happy”. Dat vond ik een
vreemde reactie.”
Voor Lieverse is mindfulness niet los te maken van de boeddhistische oorsprong. „Dat zeg ik
ook op grond van wat ik lees in artikelen en boeken van bekende pleitbezorgers. De termen
worden aangepast aan de westerse mens, maar de inhoud van mindfulness blijft voluit
boeddhistisch. Dat geven deze mensen zelf ook aan. Het verbaast mij dat een toenemend
aantal christentherapeuten mindfulness zo kritiekloos accepteert.”
Actief strijden
De Rotterdamse anesthesioloog, voorzitter van de Christian Medical Fellowship, acht het wel
mogelijk dat bepaalde onderdelen uit oosterse denk- en geneeswijzen toepasbaar zijn. Ook
binnen zijn eigen specialisme: het bestrijden van chronische pijn. „Het is te kort door de bocht
om alles wat in oosterse landen aan therapieën is ontstaan, af te wijzen.”
Eenstemmigheid bestaat er in ieder geval over de opvatting dat chronische pijn kan verergeren
door verkeerde gedachten. „Bijvoorbeeld de gedachte dat je met pijn niet kunt leven of nooit
gelukkig kunt zijn. Die denkwijze leidt tot een soort passiviteit, met lichamelijke gevolgen die
de pijn doen toenemen. Er zijn effectieve therapieën ontwikkeld om deze vicieuze cirkel te
doorbreken.”
Voor Lieverse wordt een grens gepasseerd met meditatietechnieken die zijn gericht op
acceptatie van pijn, zonder er iets van te vinden. „Als christen moet ik juist wel iets vinden
van pijn, moeite en onrecht. We zijn niet geroepen de hemel op aarde te realiseren, maar
mogen wel actief strijden tegen de gevolgen van de zonde. Mindfulness is onlosmakelijk
verbonden aan de boeddhistische overtuiging dat we onszelf door meditatie onaantastbaar
kunnen maken voor het lijden.”
Vlees
Meissner kan zich meer vinden in het standpunt van Augustinus, dat het goede uit andere
religieuze tradities ook door christenen mag worden toegepast. „De Israëlieten gebruikten het
goud van de Egyptenaren voor de bouw van de tabernakel. Paulus had er geen moeite mee om
aan de afgoden geofferd vlees te eten. Goud blijft goud en vlees blijft vlees. Het gaat pas mis
als je de offerdíénst aanvaardt, maar dat kan op elk terrein. Hoeveel mensen zijn er niet die
hun verstand tot hun god maken?”
Met de door studentenpastor Philip Troost ontwikkelde cursus ”Mindfulness in Christus”
heeft de reformatorische psychiater weinig. „Je hoeft het goud van de Egyptenaren niet op te
poetsen. Wees gewoon open over de boeddhistische oorsprong van mindfulness. Waarom zou
het boeddhisme geen elementen mogen bevatten die binnen de psychiatrie zinvol zijn? Door
daar gebruik van te maken, word je echt niet boeddhistisch. Opmerkzaamheid voor het heden
past volgens mij beter bij een christelijke levensstijl dan het gejaag en gejakker waarin we als
westerlingen zijn beland. Veel christenen zijn zelfs niet meer in staat zich te concentreren op
de preek. Prima als dat door een cursus mindfullnes weer beter lukt.”
3. Bij vol bewustzijn
‘Uitvinder’ van mindfulness is de moleculair bioloog Jon Kabat-Zinn (1944), oud-hoogleraar
aan de faculteit geneeskunde van de universiteit van Massachusetts.
Daar ontwikkelde hij ”mindfulness-based stress reduction”, gebaseerd op boeddhistische
meditatietechnieken. Kern van mindfulness is gerichte concentratie op het hier en nu. Door je
gedachten niet mee te laten slepen door negatieve ervaringen uit het verleden of angst voor de
toekomst, voorkom je sombere gedachten. Of stress vanwege pijn. Er is verschil tussen pijn
en lijden, stelt psychiater en mindfulnesstrainer David Dewulf. „Pijn is er, lijden denken we
erbij.”
In de achterliggende jaren groeide mindfulness uit tot een ware hype. Door het hele land kan
de basiscursus worden gevolgd. Die bestaat uit acht wekelijkse lessen van twee en een
halfuur, dagelijkse meditatieoefeningen thuis en een afsluitende stiltedag. Belangrijk is
volgens de pleitbezorgers van mindfulness dat ”aandachtig leven” een tweede natuur wordt.
Dan komt er balans in het bestaan, stelt Ted van Rijt, directeur van het Han Fortmann
Centrum voor Mindfulness.
Boeddha in westerse geneeskunde
Steeds meer ziekenhuizen en specialisten integreren mindfulness in het therapeutisch aanbod.
Een mix van cognitieve gedragstherapie en mindfulness wordt aangeboden onder de naam
mindfulness-based cognitieve therapie. Die lijkt goed te werken bij ernstige vormen van
depressiviteit. In Nederland doet hoogleraar psychiatrie Anne Speckens, verbonden aan het
Nijmeegse UMC St Radboud, onderzoek naar de effectiviteit van deze behandeling. Ze geeft
leiding aan het Radboud Universitair Centrum voor Mindfulness, een nationaal
expertisecentrum waar onder meer de tweejarige postacademische opleiding tot
mindfulnesstrainer kan worden gevolgd. Ook worden cursussen voor artsen aangeboden, om
hun te leren omgaan met stress. Als het aan voormalig kinderchirurg René van Severijnen ligt,
wordt een cursus mindfulness onderdeel van de opleiding geneeskunde.
Er klinken ook tegenstemmen. Volgens prof. Joop de Jong, hoogleraar culturele en
internationale psychiatrie, laten boeddhistische opvattingen zich niet zomaar transplanteren
naar de westerse geneeskunde. Bovendien ontbreekt een duidelijke definitie van mindfulness.
Dat maakt onderzoek ernaar tot een hachelijke bezigheid.
Ook psycholoog Frits Winter, een toonaangevend pijnspecialist, plaatst vraagtekens bij het
onderzoek naar mindfulness. „Meet je het slagen van een indoctrinatieproces, of een
geloofsontwikkeling?” De opvatting dat pijn niet moet worden bestreden maar aanvaard, wijst
hij af. „Strijden tegen pijn is zinvol en succesvol, mits de strijd op de goede wijze wordt
gevoerd.”
Hersenverandering door meditatie
4. Onlangs verscheen een Nederlandse vertaling van ”Buddha’s Brain; The practical
neuroscience of happines, love & wisdom”.
Het is nu in 22 talen verkrijgbaar. Hier verscheen het onder de titel ”Boeddha’s brein. Hoe
mindfulness je hersens en je leven kan veranderen”. Auteurs zijn de neuropsycholoog en
meditatieleraar Rick Hanson en neuroloog Richard Mendius, oprichters van het Wellspring
Institute for Neuroscience and Contemplative Wisdom in de VS.
Met het spraakmakende boek proberen ze de lezer ervan te overtuigen dat boeddhistische
meditatie het brein in positieve zin kan veranderen. Zelfvertrouwen, compassie en
levensvreugde nemen toe, getob, boosheid en verdriet nemen af. Ze ondersteunen hun betoog
met bevindingen uit het moderne hersenonderzoek. Hersenen en geest vormen een
geïntegreerd systeem, houdt Hanson zijn lezers voor. „Daarom kun je je geest gebruiken om
je hersenen te veranderen, en daar kan je geest –en iedereen met wie je in aanraking komt–
baat bij hebben.”
De ideale levenshouding bestaat voor Hanson uit „de wens in voorspoed te leven en vrucht te
dragen als één menselijk dier onder zes miljard. Om gezond en sterk te zijn en nog vele jaren
te leven. Om zorgzaam, en vriendelijk te zijn. Om te ontwaken en in stralend, ruimtelijk,
liefdevol bewustzijn te verblijven. Om zich beschermd en ondersteund te weten. Om gelukkig
en in rust te zijn, sereen en vervuld.”