SlideShare uma empresa Scribd logo
1 de 30
Vleesbereidingen
VLEESBEREIDINGEN
 Pareren
 Portioneren
 Pletten
 Larderen / Barderen
 Blancheren
VOORBEWERKEN
Het verwijderen van overtollige vliezen, pezen en
vet. Soms ook loshangende stukjes vlees.
De afsnijdsels worden parures genoemd.
PAREREN
Verdelen van grote stukken vlees in de gewenste
grootte e/o gewenste gewicht.
Meestal verdelen in eenpersoons portie, gewicht
afhankelijk van bedrijfsformule.
Tegenwoordig komt het meeste vlees geportioneerd
binnen.
PORTIONEREN
Stukjes vlees gelijkmatig van dikte maken.
Spier- en bindweefsel losser maken.
Uitvoering: vlees tussen twee plastic velletjes,
voorzichtig met platte kant van bijl of batter het
vlees in gewenst model slaan.
Let op! Pletten is niet hetzelfde als kapot slaan!
PLETTEN
Larderen: repen vers vet spek in de lengte, met de
draad van het vlees mee, door het vlees rijgen.
Tegenwoordig alleen nog toegepast op lever
(gekookte, gelardeerde lever).
LARDEREN / BARDEREN
Barderen: bedekken met plakken vers vet spek om
uitdrogen tijdens de bereiding te voorkomen.
Tegenwoordig alleen nog toegepast op borstvlees
van gevogelte.
LARDEREN / BARDEREN
Vlees wordt geblancheerd om bloed, eiwitten, vet
en dergelijke te verwijderen.
Ook om sterke rooksmaak of zout te verwijderen.
Uitvoering: opzetten met koud water, aan de kook
brengen, koud spoelen. Starten met definitieve
bereiding.
BLANCHEREN
Dunne stukjes vlees / vis worden omhuld met een
beschermlaag: paneren.
Doel: sterke uitdroging voorkomen en een krokante
en bruine laag creëren.
Kritiek punt: het product waarmee gepaneerd
wordt, moet aan het vlees vast blijven plakken.
PANEREN
Doel:
 veiligheid
 kauwbaar maken
 verteerbaarheid verbeteren
 smaak geven
VLEESBEREIDINGEN
De vleesbereidingen worden in twee groepen
verdeeld.
Natte bereidingen: er wordt tijdens de bereiding
vocht toegevoegd.
Droge bereidingen: er wordt tijdens de bereiding
geen vocht toegevoegd.
Dit heeft gevolgen voor de temperatuur van de
omgeving waarin het vlees bereid wordt.
VLEESBEREIDINGEN
VLEESBEREIDINGEN
Natte bereidingen Droge bereidingen
Bouillir – koken
Braiser – smoren
Etuver – stoven
Pocher - pocheren
Sauter – bakken
Griller – roosteren
Rôtir – braden
Natte bereidingen worden toegepast op vlees met
veel bindweefsel (taai vlees).
Om het bindweefsel op te lossen en daardoor het
vlees kauwbaar te maken, is warmte en water
nodig.
NATTE BEREIDINGEN
Droge bereidingen worden toegepast op vlees met
weinig bindweefsel (mals vlees).
Bij deze bereidingen, die meestal bij een hoge
temperatuur plaatsvinden, treden er processen
op die een grote invloed hebben op smaak en
kleur van het vlees.
Deze processen worden samen de Maillard-reactie
genoemd.
DROGE BEREIDINGEN
Het vlees wordt bereid in een vloeistof van 90° -
100° C.
Aan het kookvocht kunnen smaakstoffen
toegevoegd worden, bijv. bouquet garni.
Voorbeelden van gekookt vlees:
 trekken van bouillon
 gekookte kalfstong
 klapstuk
BOUILLIR - KOKEN
Smoren is een vochtige bereidingstechniek die ook
gebruik maakt van droge warmte.
Wordt toegepast op vlees met veel bindweefsel,
zowel groot als geportioneerd vlees.
Uitvoering:
1. rissoleren (Maillard-reactie)
2. vlees uitnemen en mirepoix toevoegen
3. vlees toevoegen, opvullen met fond / wijn /
marinade en in de oven garen, 90°-95° C
4. braisage verwerken tot saus
BRAISER - SMOREN
Stoven is een techniek die toegepast wordt op
geportioneerd vlees met veel bindweefsel.
Het verschil met smoren is dat het vlees niet
gekleurd wordt.
Uitvoering:
1. stukjes vlees met ui aanzweten
2. bestuiven met bloem (=roux maken)
3. opvullen met fond / wijn en gaar stoven, 90°-
95° C
4. vlees serveren in de saus
ETUVER - STOVEN
Bij droge bereidingen wordt altijd geadviseerd te
starten met het vlees op omgevingstemperatuur.
Vlees met een kerntemperatuur van 6° C heeft
meer tijd nodig om op de gewenste
kerntemperatuur te komen dan vlees op
omgevingstemperatuur.
Hoe langer een stuk vlees in hete vetstof ligt, des
te meer vocht zal er verdwijnen (kookverlies).
VLEES OP OMGEVINGSTEMPERATUUR
VLEES OP OMGEVINGSTEMPERATUUR
Runderbiefstuk, 155 g, 2,5 cm, 6° C
Bakken is een à la minute bereiding. Wordt
toegepast op klein vlees, max. voor 2 à 3
personen. Het vlees bevat weinig bindweefsel.
Uitvoering:
1. rissoleren
2. garen tot gewenste gaarheid
3. korte tijd laten rusten
4. déglaceren
SAUTER - BAKKEN
Er is verschil tussen het bakken van
 rood vlees
 wit vlees
 gepaneerd vlees
SAUTER - BAKKEN
Roosteren is vergelijkbaar met sauteren. Het
verschil is de manier van verhitten. Bij roosteren
wordt het vlees verhit door stralingswarmte van
een bron die zich meestal onder het vlees bevindt
(vgl. barbecue). Daarnaast is er contactwarmte
van het rooster.
Aandachtspunten:
- vlees eventueel marineren
- rooster schoon en heet
- olie als vetstof
GRILLER - ROOSTEREN
GRILLER - ROOSTEREN
Braden wordt toegepast op groot vlees en
gevogelte met weinig bindweefsel. Het vlees
wordt tijdens het garen omgeven met droge
warmte, zodat het gelijkmatig van buiten naar
binnen kan garen.
Uitvoering
1. rissoleren
2. garen tot gewenste gaarheid
3. laten rusten
4. déglaceren
RÔTIR AU FOUR – BRADEN IN DE OVEN
Moderne ontwikkeling is de lage-temperatuur
bereiding.
Door de lagere oventemperatuur dan normaal, blijft
het kookverlies beperkt.
De bereidingsduur neemt wel toe.
RÔTIR AU FOUR – BRADEN IN DE OVEN
RÔTIR AU FOUR – BRADEN IN DE OVEN
Pocheren wordt toegepast op groot en klein vlees
dat weinig bindweefsel bevat. Ook geschikt voor
orgaanvlees.
Uitvoering:
1. pocheervocht verhitten, 70°-90° C
2. vlees toevoegen en garen tot gewenste gaarheid
3. pocheervocht verwerken tot saus
POCHER - POCHEREN
CUISSON - GAARHEID
40 – 45° C rauw bleu rare
45 – 55° C bloederig saignant medium
rare
55 – 65° C roze rosé medium
70 – 75° C doorbakken bien cuit well done
Cuisson - gaarheid
WELL DONE
MEDIUM
SAIGNANT
RARE
Cuisson - gaarheid
tekst 24
TITEL 36

Mais conteúdo relacionado

Mais procurados

Productspecificatie dbs balkenbrij
Productspecificatie dbs balkenbrijProductspecificatie dbs balkenbrij
Productspecificatie dbs balkenbrijdbs-apeldoorn
 
06 eieren en eierbereidingen
06 eieren en eierbereidingen06 eieren en eierbereidingen
06 eieren en eierbereidingenPaul Laaper
 
15 pâtisserie grondstoffen
15 pâtisserie grondstoffen15 pâtisserie grondstoffen
15 pâtisserie grondstoffenPaul Laaper
 
Joden Koosjer Eten
Joden Koosjer EtenJoden Koosjer Eten
Joden Koosjer Etenpinda
 
Joden Koosjer Eten
Joden Koosjer EtenJoden Koosjer Eten
Joden Koosjer Etenpoep
 
Marktonderzoek preview winkels
Marktonderzoek preview winkelsMarktonderzoek preview winkels
Marktonderzoek preview winkelsMerel4
 
05 zuivel + kaas
05 zuivel + kaas05 zuivel + kaas
05 zuivel + kaasPaul Laaper
 
levensbeschouwing]
levensbeschouwing]levensbeschouwing]
levensbeschouwing]hoi123
 
Productspecificatie dbs duitse braadworst
Productspecificatie dbs duitse braadworstProductspecificatie dbs duitse braadworst
Productspecificatie dbs duitse braadworstdbs-apeldoorn
 
01 mise en place
01 mise en place01 mise en place
01 mise en placePaul Laaper
 
Koosjer Presentatie
Koosjer PresentatieKoosjer Presentatie
Koosjer PresentatieTristan Tai
 
Folder september p8 11-carmans
Folder september p8 11-carmansFolder september p8 11-carmans
Folder september p8 11-carmansKenMarchal
 

Mais procurados (20)

07 soepen
07 soepen07 soepen
07 soepen
 
13 top bbq tips
13 top bbq tips13 top bbq tips
13 top bbq tips
 
Productspecificatie dbs balkenbrij
Productspecificatie dbs balkenbrijProductspecificatie dbs balkenbrij
Productspecificatie dbs balkenbrij
 
06 eieren en eierbereidingen
06 eieren en eierbereidingen06 eieren en eierbereidingen
06 eieren en eierbereidingen
 
Culinair lexicon
Culinair lexiconCulinair lexicon
Culinair lexicon
 
15 pâtisserie grondstoffen
15 pâtisserie grondstoffen15 pâtisserie grondstoffen
15 pâtisserie grondstoffen
 
Joden Koosjer Eten
Joden Koosjer EtenJoden Koosjer Eten
Joden Koosjer Eten
 
Joden Koosjer Eten
Joden Koosjer EtenJoden Koosjer Eten
Joden Koosjer Eten
 
Marktonderzoek preview winkels
Marktonderzoek preview winkelsMarktonderzoek preview winkels
Marktonderzoek preview winkels
 
05 zuivel + kaas
05 zuivel + kaas05 zuivel + kaas
05 zuivel + kaas
 
Welkom
WelkomWelkom
Welkom
 
levensbeschouwing]
levensbeschouwing]levensbeschouwing]
levensbeschouwing]
 
Productspecificatie dbs duitse braadworst
Productspecificatie dbs duitse braadworstProductspecificatie dbs duitse braadworst
Productspecificatie dbs duitse braadworst
 
01 mise en place
01 mise en place01 mise en place
01 mise en place
 
091118 Crispy Flyer
091118 Crispy Flyer091118 Crispy Flyer
091118 Crispy Flyer
 
Koosjer Presentatie
Koosjer PresentatieKoosjer Presentatie
Koosjer Presentatie
 
Studiedag 'Wat eten we morgen?' (21/11/2012): De Aardappel
Studiedag 'Wat eten we morgen?' (21/11/2012): De AardappelStudiedag 'Wat eten we morgen?' (21/11/2012): De Aardappel
Studiedag 'Wat eten we morgen?' (21/11/2012): De Aardappel
 
Vleesvervangers
VleesvervangersVleesvervangers
Vleesvervangers
 
09 sausen niv 2
09 sausen niv 209 sausen niv 2
09 sausen niv 2
 
Folder september p8 11-carmans
Folder september p8 11-carmansFolder september p8 11-carmans
Folder september p8 11-carmans
 

Destaque

20 Vlees algemeen
20 Vlees algemeen 20 Vlees algemeen
20 Vlees algemeen Paul Laaper
 
17 voedingswensen gewoonten
17 voedingswensen gewoonten17 voedingswensen gewoonten
17 voedingswensen gewoontenPaul Laaper
 
14 degen beslagen
14 degen beslagen14 degen beslagen
14 degen beslagenPaul Laaper
 
22 Geschiedenis&menuleer
22 Geschiedenis&menuleer22 Geschiedenis&menuleer
22 Geschiedenis&menuleerPaul Laaper
 
01 keukenfuncties + inrichting
01 keukenfuncties + inrichting01 keukenfuncties + inrichting
01 keukenfuncties + inrichtingPaul Laaper
 
03 Smaakgevende stoffen
03 Smaakgevende stoffen03 Smaakgevende stoffen
03 Smaakgevende stoffenPaul Laaper
 
04 voedselveiligheid
04 voedselveiligheid04 voedselveiligheid
04 voedselveiligheidPaul Laaper
 
01 materialenkennis
01 materialenkennis01 materialenkennis
01 materialenkennisPaul Laaper
 
05 koude nagerechten
05 koude nagerechten05 koude nagerechten
05 koude nagerechtenPaul Laaper
 
03 koude voorgerechten
03 koude voorgerechten03 koude voorgerechten
03 koude voorgerechtenPaul Laaper
 
02 micro-organismen
02 micro-organismen02 micro-organismen
02 micro-organismenPaul Laaper
 
04 bedrijfsformules
04 bedrijfsformules04 bedrijfsformules
04 bedrijfsformulesPaul Laaper
 
06 levensmiddelenhygiëne
06 levensmiddelenhygiëne06 levensmiddelenhygiëne
06 levensmiddelenhygiënePaul Laaper
 

Destaque (18)

20 Vlees algemeen
20 Vlees algemeen 20 Vlees algemeen
20 Vlees algemeen
 
17 voedingswensen gewoonten
17 voedingswensen gewoonten17 voedingswensen gewoonten
17 voedingswensen gewoonten
 
13 calculatie
13 calculatie13 calculatie
13 calculatie
 
14 degen beslagen
14 degen beslagen14 degen beslagen
14 degen beslagen
 
15 desserts
15 desserts15 desserts
15 desserts
 
22 Geschiedenis&menuleer
22 Geschiedenis&menuleer22 Geschiedenis&menuleer
22 Geschiedenis&menuleer
 
01 keukenfuncties + inrichting
01 keukenfuncties + inrichting01 keukenfuncties + inrichting
01 keukenfuncties + inrichting
 
03 Smaakgevende stoffen
03 Smaakgevende stoffen03 Smaakgevende stoffen
03 Smaakgevende stoffen
 
04 voedselveiligheid
04 voedselveiligheid04 voedselveiligheid
04 voedselveiligheid
 
01 materialenkennis
01 materialenkennis01 materialenkennis
01 materialenkennis
 
02 koude sausen
02 koude sausen02 koude sausen
02 koude sausen
 
19 vis
19 vis19 vis
19 vis
 
05 koude nagerechten
05 koude nagerechten05 koude nagerechten
05 koude nagerechten
 
03 koude voorgerechten
03 koude voorgerechten03 koude voorgerechten
03 koude voorgerechten
 
02 micro-organismen
02 micro-organismen02 micro-organismen
02 micro-organismen
 
04 bedrijfsformules
04 bedrijfsformules04 bedrijfsformules
04 bedrijfsformules
 
06 levensmiddelenhygiëne
06 levensmiddelenhygiëne06 levensmiddelenhygiëne
06 levensmiddelenhygiëne
 
07 voedingsleer
07 voedingsleer07 voedingsleer
07 voedingsleer
 

21 vleesbereidingen

  • 2.  Pareren  Portioneren  Pletten  Larderen / Barderen  Blancheren VOORBEWERKEN
  • 3. Het verwijderen van overtollige vliezen, pezen en vet. Soms ook loshangende stukjes vlees. De afsnijdsels worden parures genoemd. PAREREN
  • 4. Verdelen van grote stukken vlees in de gewenste grootte e/o gewenste gewicht. Meestal verdelen in eenpersoons portie, gewicht afhankelijk van bedrijfsformule. Tegenwoordig komt het meeste vlees geportioneerd binnen. PORTIONEREN
  • 5. Stukjes vlees gelijkmatig van dikte maken. Spier- en bindweefsel losser maken. Uitvoering: vlees tussen twee plastic velletjes, voorzichtig met platte kant van bijl of batter het vlees in gewenst model slaan. Let op! Pletten is niet hetzelfde als kapot slaan! PLETTEN
  • 6. Larderen: repen vers vet spek in de lengte, met de draad van het vlees mee, door het vlees rijgen. Tegenwoordig alleen nog toegepast op lever (gekookte, gelardeerde lever). LARDEREN / BARDEREN
  • 7. Barderen: bedekken met plakken vers vet spek om uitdrogen tijdens de bereiding te voorkomen. Tegenwoordig alleen nog toegepast op borstvlees van gevogelte. LARDEREN / BARDEREN
  • 8. Vlees wordt geblancheerd om bloed, eiwitten, vet en dergelijke te verwijderen. Ook om sterke rooksmaak of zout te verwijderen. Uitvoering: opzetten met koud water, aan de kook brengen, koud spoelen. Starten met definitieve bereiding. BLANCHEREN
  • 9. Dunne stukjes vlees / vis worden omhuld met een beschermlaag: paneren. Doel: sterke uitdroging voorkomen en een krokante en bruine laag creëren. Kritiek punt: het product waarmee gepaneerd wordt, moet aan het vlees vast blijven plakken. PANEREN
  • 10. Doel:  veiligheid  kauwbaar maken  verteerbaarheid verbeteren  smaak geven VLEESBEREIDINGEN
  • 11. De vleesbereidingen worden in twee groepen verdeeld. Natte bereidingen: er wordt tijdens de bereiding vocht toegevoegd. Droge bereidingen: er wordt tijdens de bereiding geen vocht toegevoegd. Dit heeft gevolgen voor de temperatuur van de omgeving waarin het vlees bereid wordt. VLEESBEREIDINGEN
  • 12. VLEESBEREIDINGEN Natte bereidingen Droge bereidingen Bouillir – koken Braiser – smoren Etuver – stoven Pocher - pocheren Sauter – bakken Griller – roosteren Rôtir – braden
  • 13. Natte bereidingen worden toegepast op vlees met veel bindweefsel (taai vlees). Om het bindweefsel op te lossen en daardoor het vlees kauwbaar te maken, is warmte en water nodig. NATTE BEREIDINGEN
  • 14. Droge bereidingen worden toegepast op vlees met weinig bindweefsel (mals vlees). Bij deze bereidingen, die meestal bij een hoge temperatuur plaatsvinden, treden er processen op die een grote invloed hebben op smaak en kleur van het vlees. Deze processen worden samen de Maillard-reactie genoemd. DROGE BEREIDINGEN
  • 15. Het vlees wordt bereid in een vloeistof van 90° - 100° C. Aan het kookvocht kunnen smaakstoffen toegevoegd worden, bijv. bouquet garni. Voorbeelden van gekookt vlees:  trekken van bouillon  gekookte kalfstong  klapstuk BOUILLIR - KOKEN
  • 16. Smoren is een vochtige bereidingstechniek die ook gebruik maakt van droge warmte. Wordt toegepast op vlees met veel bindweefsel, zowel groot als geportioneerd vlees. Uitvoering: 1. rissoleren (Maillard-reactie) 2. vlees uitnemen en mirepoix toevoegen 3. vlees toevoegen, opvullen met fond / wijn / marinade en in de oven garen, 90°-95° C 4. braisage verwerken tot saus BRAISER - SMOREN
  • 17. Stoven is een techniek die toegepast wordt op geportioneerd vlees met veel bindweefsel. Het verschil met smoren is dat het vlees niet gekleurd wordt. Uitvoering: 1. stukjes vlees met ui aanzweten 2. bestuiven met bloem (=roux maken) 3. opvullen met fond / wijn en gaar stoven, 90°- 95° C 4. vlees serveren in de saus ETUVER - STOVEN
  • 18. Bij droge bereidingen wordt altijd geadviseerd te starten met het vlees op omgevingstemperatuur. Vlees met een kerntemperatuur van 6° C heeft meer tijd nodig om op de gewenste kerntemperatuur te komen dan vlees op omgevingstemperatuur. Hoe langer een stuk vlees in hete vetstof ligt, des te meer vocht zal er verdwijnen (kookverlies). VLEES OP OMGEVINGSTEMPERATUUR
  • 20. Bakken is een à la minute bereiding. Wordt toegepast op klein vlees, max. voor 2 à 3 personen. Het vlees bevat weinig bindweefsel. Uitvoering: 1. rissoleren 2. garen tot gewenste gaarheid 3. korte tijd laten rusten 4. déglaceren SAUTER - BAKKEN
  • 21. Er is verschil tussen het bakken van  rood vlees  wit vlees  gepaneerd vlees SAUTER - BAKKEN
  • 22. Roosteren is vergelijkbaar met sauteren. Het verschil is de manier van verhitten. Bij roosteren wordt het vlees verhit door stralingswarmte van een bron die zich meestal onder het vlees bevindt (vgl. barbecue). Daarnaast is er contactwarmte van het rooster. Aandachtspunten: - vlees eventueel marineren - rooster schoon en heet - olie als vetstof GRILLER - ROOSTEREN
  • 24. Braden wordt toegepast op groot vlees en gevogelte met weinig bindweefsel. Het vlees wordt tijdens het garen omgeven met droge warmte, zodat het gelijkmatig van buiten naar binnen kan garen. Uitvoering 1. rissoleren 2. garen tot gewenste gaarheid 3. laten rusten 4. déglaceren RÔTIR AU FOUR – BRADEN IN DE OVEN
  • 25. Moderne ontwikkeling is de lage-temperatuur bereiding. Door de lagere oventemperatuur dan normaal, blijft het kookverlies beperkt. De bereidingsduur neemt wel toe. RÔTIR AU FOUR – BRADEN IN DE OVEN
  • 26. RÔTIR AU FOUR – BRADEN IN DE OVEN
  • 27. Pocheren wordt toegepast op groot en klein vlees dat weinig bindweefsel bevat. Ook geschikt voor orgaanvlees. Uitvoering: 1. pocheervocht verhitten, 70°-90° C 2. vlees toevoegen en garen tot gewenste gaarheid 3. pocheervocht verwerken tot saus POCHER - POCHEREN
  • 28. CUISSON - GAARHEID 40 – 45° C rauw bleu rare 45 – 55° C bloederig saignant medium rare 55 – 65° C roze rosé medium 70 – 75° C doorbakken bien cuit well done
  • 29. Cuisson - gaarheid WELL DONE MEDIUM SAIGNANT RARE Cuisson - gaarheid