SlideShare a Scribd company logo
1 of 27
TWO 2
Het onderzoeksdesign
  Methodologie




   Methodologie
Onderzoeksdesign
 Soorten   onderzoek

 De   steekproeftrekking

 Validiteit   van het onderzoek
Onderzoeksdesign
 Soorten   onderzoek

 De   steekproeftrekking

 Validiteit   van het onderzoek
Soorten onderzoek
  Zuiver wetenschappelijk onderzoek      Kwantitatief onderzoek




                                        Kwalitatief onderzoek
Toegepast wetenschappelijk onderzoek




                                       Experimenteel onderzoek
      Longitudinaal onderzoek




                                       Correlationeel onderzoek
       Transversaal onderzoek
Zuiver wetenschappelijk onderzoek




Toegepast wetenschappelijk onderzoek




   Zuiver (fundamenteel) wetenschappelijk onderzoek
         Theorievorming !!
                                               2
         “weten om te weten”
   Toegepast wetenschappelijk onderzoek
         Oplossen van welbepaalde problemen
                                                   2
         Uniek project, produkt, methode, …

                         PWO-arteveldehs
Kwantitatief onderzoek




                        Kwalitatief onderzoek



   Kwantitatief onderzoek
       Maximale objectiviteit door meetbaarheid en standaardisatie
       Wiskundige verwerking                                     3
       Geschikt voor oorzaak – gevolg, hypothese, …
       Nadeel : kan alleen maar dingen meten die reeds beschreven zijn
       Voordeel : onderzoeksverslagen zijn gemakkelijk te lezen en te
        interpreteren.
   Kwalitatief onderzoek
       Intensief en lang contact met het object
       Beschrijvende info                                       7
       Ongestructureerd interview, observatie, focusgroepen, …
       Nadeel : weinig controleerbaar, vraagt veel ervaring om af te nemen
       Voordeel : kan wel dieper graven in onderwerp
Kwantitatief onderzoek

   Verschillende vormen
       Beschrijvend onderzoek                             3
           Ordenen, tabellen, grafieken procenten, …
       Exploratief onderzoek
           Combineren van meerdere variabelen
               Geslacht versus gestalte, …
               Bvb. Geslacht – bloeddruk - leeftijd   3
       Verklarend onderzoek
           Theoretisch model                           4
           Toeval !! Gebruik van hypothesen, … zie later
Kwantitatief onderzoek

   Verschillende vormen
       …
       Experimenteel onderzoek
           Maximale controle van de onafhankelijke variabele
           Actieve deelname van de onderzoeker
           Manipuleren onafh. var. … effect afh. variabelen !!!
           Zie ook chemie, natuurkunde, …
           Experimentele en controlegroep !! Vergelijken resultaten
            Effect ??
                       5
Kwantitatief onderzoek

   Een goed experiment :
       Manipulatie van de onafhankelijke variabele (bij
        een deel van de participanten)
           =                                                   De 3 principes
            ingreep, interventie, tussenkomst, behandeling, methode,
                                                                van causaliteit
            treatment, …)                                          moeten
                                                                   voldaan
           GEEN ingreep of interventie = “nep” of placebo          zijn !!!

            behandeling                                           Zie later !!!
           Controlegroep versus experimentele groep
       1 of meer controles worden ingebouwd :
                Er is een controlegroep
                Valide en betrouwbare instrumenten
                Voormeting
       Toewijzing participanten op een random-manier !!!
Longitudinaal onderzoek




                                     Transversaal onderzoek




   Longitudinaal
       Langere periode proefpersonen opvolgen en
        onderzoeken (vb. PNLK)
   Transversaal
       1 onderzoek, op 1 ogenblik van één of meer
        personen die zich in verschillende stadia van een
        proces bevinden
           Donornier : patiënten bestuderen op één ogenblik, maar
            op verschillend moment na transplantatie.
                                8
Experimenteel onderzoek




                                                             Correlationeel onderzoek




 Experimenteel                 : zie vroeger
 Correlationeel (oorzakelijk verband <> samenhang):
        Wanneer ? Als een experiment niet kan !!
            Niet alle kenmerken zijn te manipuleren
9               Ethische redenen !! (vb. roken moeders – foetus)
                Oorzaak – gevolg wordt moeilijk te bewijzen !!
            Multi-causale oorzaken
10              Méér dan één factor beïnvloedt de afhankelijke variabele
            Onderzoeker wenst alleen samenhang te kennen
10
Correlationeel onderzoek

 Veel gebruikt in ergotherapie
 Waarom ?
       Gemakkelijk en snel te ontwikkelen
       Realistisch beeld van de werkelijkheid
       Experiment is onmogelijk, onnodig of ongewenst
       Onafhankelijke variabele is niet altijd te
        manipuleren (geslacht, leeftijd)
       Onvoldoende tijd, geld en medewerking voor
        experiment
Correlationeel onderzoek
             Samenhang
Correlationeel onderzoek
            Voorwaarden voor causale conclusies



    Causaliteit = oorzakelijk verband

    1.   Samenhang : er is een verband aantoonbaar tussen de
         vermoede oorzaak en het vermoede effect

    2.   Tijdsvolgorde : oorzaak komt voor het gevolg 12
    3.   Geen invloed door een derde variabele !!
         (vb. doktersbezoek <- ziek zijn <-> dood gaan )
Correlationeel onderzoek
                           Prospectief en retrospectief



      Retrospectief
          Voorkomen van fenomeen in het heden
13         wordt gerelateerd aan fenomeen uit
           verleden (vb. oorzaken colonkanker)
      Prospectief
          Starten nu – op later tijdstip vermoedelijke
13
           effecten bestuderen (vb. risico longkanker – roken)
Onderzoeksdesign
 Soorten   onderzoek

 De   steekproeftrekking

 Validiteit   vanhet onderzoek
Steekproeftrekking
     Universum
                                                                            Alle elementen met
                                                                         gemeenschappelijk kenmerk

        Populatie

                        Steekproef



      Bereikbaar voor onderzoeker
      •Wanneer behoort iemand tot de populatie ?
15    •Wat betekent een bepaald begrip (“oudere”), “thuiswonende”, … ?
      •…
   Soorten steekproeven
                             Uitnodigende steekproef
                             Accepterende steekproef
                             Data-producerende steekproef



                                       Wie wordt gevraagd ?           Wie stemt toe ?
                Universum               Uitnodigende                  Accepterende
                                         steekproef                    steekproef

                 Populatie
generaliseren




                                          16
                Steekproef
                                         Wie levert correcte data ?
                                         Data-producerende
                Bevindingen                  steekproef
Voorwaarden om te generaliseren




 De grootte van de steekproef
 De representativiteit van de steekproef
Steekproefgrootte
   Voldoende groot nemen (N=10 versus N=1000)                 17
   Nauwkeurigheid (… op 1mm nauwkeurig … (spreiding )) 17
   Verscheidenheid (diversiteit) binnen de steekproef 18
   Norm vastleggen … grotere steekproef
   Te kleine steekproef met tot gevolg een vertekening
    (bias = systematisch meetfout). Minimaal 12 à 15 elementen
    minimaal vereist !

   Grote steekproeven leveren snel significante
    verschillen op tussen groepen
        Daarom nog niet relevant …
Representativiteit
        Def. : een representatieve steekproef is er één die qua
         samenstelling gelijkt op de populatie waaruit hij getrokken wordt
         en waarnaar gegeneraliseerd wordt.


        Werkwijze om goede steekproef samen te stellen !!
             Gelegenheidssteekproef !! Door toeval gevormd
                  Dikwijls wel niet-toevallige steekproeven (vragenlijsten in
                   ziekenhuis, eerste 100 patiënten, …)
        Aselecte-samenstelling (vb. auto-ongeval versus alcohol)
Aselect = alle eenheden in de populatie
hebben evenveel kans om in de steekproef voor te komen   19

!!! Representatieve steekproef = aselect + groot genoeg !!!!
Steekproeftrekking
                                          methodes
   Enkelvoudige aselecte steekproef
       Iedereen evenveel kans – random selection
       Methoden
            Grabbelton (lotto)
            Randomgetallen
   Systematische steekproef
       Iedereen even veel kans – random selection
       Keuze willekeurig getal en dan verder tellen met sprong
   Gestratifieerde enkelvoudige aselecte steekproef
       Sub-populaties (= strata) zoals geslacht, inkomen, …
            Met zelfde verhouding
            Met éénzelfde aantal elementen per stratum   22
   Clustersteekproef
       Groepen van mensen worden geselecteerd            22
Steekproeftrekking
                methodes om proefpersonen toe te wijzen


    Randomiseren : random assignment
        Wie in experimentele groep ? Wie in controlegroep ?
        Zo zullen de groepen alleen door de gevolgde methode van elkaar
23       verschillen
        Beide groepen moeten wel groot genoeg zijn !
    Matchen
        Groepen samenstellen die van elkaar verschillen voor bepaalde
23       variabelen
Onderzoeksdesign
 Soorten   onderzoek

 De   steekproeftrekking

 Validiteit   van het onderzoek
Validiteit van het onderzoek
                                      In welke mate kan geconcludeerd worden dat de onafhankelijke variabele
                                                    gerelateerd is met de afhankelijke variabele ?
    Interne validiteit
         Relatie van onafhankelijke met afhankelijke variabele !!
         Bedreigingen door
              Rijping (maturation)          25
              Selectie
              History         26
              Instrumentatie
              Testing          27
              Uitval
                                                           In welke mate kan men de resultaten uit de steekproef
    Externe validiteit                             veralgemenen naar de populatie waaruit de proefpersonene kwamen ?

         Veralgemening naar de populatie
              Wijze van steekproeftrekking
28            Representativiteit is dan het gevolg
              Random selectie !!
         Bedreiging door
              Kenmerken van de onderzoekssituatie (vb. geen medewerking
               personeel)
Onderzoeksdesign h2 2010 2011

More Related Content

Viewers also liked

Scriptie Online Video
Scriptie Online VideoScriptie Online Video
Scriptie Online Video
Linda Brusche
 
Projecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher Learning
Projecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher LearningProjecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher Learning
Projecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher Learning
Saxion
 
Workshop 3 ppt onderzoeksmethoden
Workshop 3 ppt onderzoeksmethodenWorkshop 3 ppt onderzoeksmethoden
Workshop 3 ppt onderzoeksmethoden
vri
 
Shift from teaching to learning
Shift   from teaching to learningShift   from teaching to learning
Shift from teaching to learning
LEAP - Learn, Enrich Accentuate & Perform
 

Viewers also liked (20)

Scriptie Online Video
Scriptie Online VideoScriptie Online Video
Scriptie Online Video
 
Gastcollege methoden en technieken van onderzoek - delen
Gastcollege methoden en technieken van onderzoek - delenGastcollege methoden en technieken van onderzoek - delen
Gastcollege methoden en technieken van onderzoek - delen
 
Onderzoeksstappen - Thema 8 Scriptieworkshop
Onderzoeksstappen - Thema 8 ScriptieworkshopOnderzoeksstappen - Thema 8 Scriptieworkshop
Onderzoeksstappen - Thema 8 Scriptieworkshop
 
Onderzoekskunde 3
Onderzoekskunde 3Onderzoekskunde 3
Onderzoekskunde 3
 
Presentatie voor VELON 2016
Presentatie voor VELON 2016Presentatie voor VELON 2016
Presentatie voor VELON 2016
 
Projecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher Learning
Projecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher LearningProjecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher Learning
Projecten Kenniskring Rich Media &amp; Teacher Learning
 
Video als brug tussen theorie en praktijk
Video als brug tussen theorie en praktijkVideo als brug tussen theorie en praktijk
Video als brug tussen theorie en praktijk
 
11-03-2014 Presentatie VELON 2014, Maaike Vervoort
11-03-2014 Presentatie VELON 2014, Maaike Vervoort11-03-2014 Presentatie VELON 2014, Maaike Vervoort
11-03-2014 Presentatie VELON 2014, Maaike Vervoort
 
Op weg naar congruentie tussen opleiden en beoordelen van docenten: een raamw...
Op weg naar congruentie tussen opleiden en beoordelen van docenten: een raamw...Op weg naar congruentie tussen opleiden en beoordelen van docenten: een raamw...
Op weg naar congruentie tussen opleiden en beoordelen van docenten: een raamw...
 
Een procesmodel voor de beoordeling van competent handelen
Een procesmodel voor de beoordeling van competent handelenEen procesmodel voor de beoordeling van competent handelen
Een procesmodel voor de beoordeling van competent handelen
 
Workshop 3 ppt onderzoeksmethoden
Workshop 3 ppt onderzoeksmethodenWorkshop 3 ppt onderzoeksmethoden
Workshop 3 ppt onderzoeksmethoden
 
Into the wild: research 'impact' and the curious world of public policy
Into the wild: research 'impact' and the curious world of public policyInto the wild: research 'impact' and the curious world of public policy
Into the wild: research 'impact' and the curious world of public policy
 
Lean & Design Thinking in Education
Lean & Design Thinking in EducationLean & Design Thinking in Education
Lean & Design Thinking in Education
 
ILA 2015: The Very Best Twitter Quotes from July 18-20th
ILA 2015: The Very Best Twitter Quotes from July 18-20thILA 2015: The Very Best Twitter Quotes from July 18-20th
ILA 2015: The Very Best Twitter Quotes from July 18-20th
 
Creating a Transformative Culture of Learning
Creating a Transformative Culture of LearningCreating a Transformative Culture of Learning
Creating a Transformative Culture of Learning
 
Shift from teaching to learning
Shift   from teaching to learningShift   from teaching to learning
Shift from teaching to learning
 
User centered thinking in higher ed communications
User centered thinking in higher ed communicationsUser centered thinking in higher ed communications
User centered thinking in higher ed communications
 
The 30 Goals Challenge for Teachers
The 30 Goals Challenge for TeachersThe 30 Goals Challenge for Teachers
The 30 Goals Challenge for Teachers
 
7 Motivational Thoughts to Help You Finish Your Dissertation
7 Motivational Thoughts to Help You Finish Your Dissertation7 Motivational Thoughts to Help You Finish Your Dissertation
7 Motivational Thoughts to Help You Finish Your Dissertation
 
LinkedIn Learning | What We're Learning About Learning
LinkedIn Learning | What We're Learning About LearningLinkedIn Learning | What We're Learning About Learning
LinkedIn Learning | What We're Learning About Learning
 

Similar to Onderzoeksdesign h2 2010 2011

Experiment[1]
Experiment[1]Experiment[1]
Experiment[1]
josvdal
 
StatistischeVaardigheden_20mar2015
StatistischeVaardigheden_20mar2015StatistischeVaardigheden_20mar2015
StatistischeVaardigheden_20mar2015
Lennard Pisa
 
Help De Dokter Verzuipt #NVB09
Help De Dokter Verzuipt #NVB09Help De Dokter Verzuipt #NVB09
Help De Dokter Verzuipt #NVB09
Laika Spoetnik
 
Deel 3 inleiding in de psychologie
Deel 3 inleiding in de psychologieDeel 3 inleiding in de psychologie
Deel 3 inleiding in de psychologie
marucafabry
 
Tkv info vaardigh 20130301
Tkv info vaardigh 20130301Tkv info vaardigh 20130301
Tkv info vaardigh 20130301
HanskeUB
 
Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1
Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1
Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1
vri
 

Similar to Onderzoeksdesign h2 2010 2011 (20)

Experiment[1]
Experiment[1]Experiment[1]
Experiment[1]
 
Onderzoeksmethoden in orthopedagogiek 1 (PAMA5163)
Onderzoeksmethoden in orthopedagogiek 1 (PAMA5163)Onderzoeksmethoden in orthopedagogiek 1 (PAMA5163)
Onderzoeksmethoden in orthopedagogiek 1 (PAMA5163)
 
Cat nurse pdefinitief_2013
Cat nurse pdefinitief_2013Cat nurse pdefinitief_2013
Cat nurse pdefinitief_2013
 
Introductie Zoekfilters [NL]
Introductie Zoekfilters [NL]Introductie Zoekfilters [NL]
Introductie Zoekfilters [NL]
 
Onderwijs EBM 23 09 2010
Onderwijs EBM 23 09 2010Onderwijs EBM 23 09 2010
Onderwijs EBM 23 09 2010
 
Kwalitatief onderzoek
Kwalitatief onderzoekKwalitatief onderzoek
Kwalitatief onderzoek
 
Presentatie workshop ebp podomedics 2012
Presentatie workshop ebp podomedics 2012Presentatie workshop ebp podomedics 2012
Presentatie workshop ebp podomedics 2012
 
Sept27 college 3
Sept27 college 3Sept27 college 3
Sept27 college 3
 
Op experiment s05261
Op experiment s05261Op experiment s05261
Op experiment s05261
 
StatistischeVaardigheden_20mar2015
StatistischeVaardigheden_20mar2015StatistischeVaardigheden_20mar2015
StatistischeVaardigheden_20mar2015
 
Help De Dokter Verzuipt #NVB09
Help De Dokter Verzuipt #NVB09Help De Dokter Verzuipt #NVB09
Help De Dokter Verzuipt #NVB09
 
Deel 3 inleiding in de psychologie
Deel 3 inleiding in de psychologieDeel 3 inleiding in de psychologie
Deel 3 inleiding in de psychologie
 
Leren onderzoeken op het HLO
Leren onderzoeken op het HLOLeren onderzoeken op het HLO
Leren onderzoeken op het HLO
 
Afscheidsrede Prof Dr. Richard Grol 10-9-2010
Afscheidsrede Prof Dr. Richard Grol 10-9-2010Afscheidsrede Prof Dr. Richard Grol 10-9-2010
Afscheidsrede Prof Dr. Richard Grol 10-9-2010
 
Tkv info vaardigh 20130301
Tkv info vaardigh 20130301Tkv info vaardigh 20130301
Tkv info vaardigh 20130301
 
Literatuur zoeken
Literatuur zoekenLiteratuur zoeken
Literatuur zoeken
 
Wat Is Onderzoek doen in scholen scholen, Jan Folkert Deinum
Wat Is Onderzoek doen in scholen scholen, Jan Folkert DeinumWat Is Onderzoek doen in scholen scholen, Jan Folkert Deinum
Wat Is Onderzoek doen in scholen scholen, Jan Folkert Deinum
 
Les1 wetenschappelijk onderzoek: waar hebben we het over
Les1 wetenschappelijk onderzoek: waar hebben we het overLes1 wetenschappelijk onderzoek: waar hebben we het over
Les1 wetenschappelijk onderzoek: waar hebben we het over
 
Meten van functioneren in de dagelijkse praktijk: Wat kunnen we leren van het...
Meten van functioneren in de dagelijkse praktijk: Wat kunnen we leren van het...Meten van functioneren in de dagelijkse praktijk: Wat kunnen we leren van het...
Meten van functioneren in de dagelijkse praktijk: Wat kunnen we leren van het...
 
Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1
Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1
Workshop 1 ppt inleiding actieonderzoek1
 

Onderzoeksdesign h2 2010 2011

  • 1. TWO 2 Het onderzoeksdesign Methodologie Methodologie
  • 2. Onderzoeksdesign  Soorten onderzoek  De steekproeftrekking  Validiteit van het onderzoek
  • 3. Onderzoeksdesign  Soorten onderzoek  De steekproeftrekking  Validiteit van het onderzoek
  • 4. Soorten onderzoek Zuiver wetenschappelijk onderzoek Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek Toegepast wetenschappelijk onderzoek Experimenteel onderzoek Longitudinaal onderzoek Correlationeel onderzoek Transversaal onderzoek
  • 5. Zuiver wetenschappelijk onderzoek Toegepast wetenschappelijk onderzoek Zuiver (fundamenteel) wetenschappelijk onderzoek Theorievorming !! 2 “weten om te weten” Toegepast wetenschappelijk onderzoek Oplossen van welbepaalde problemen 2 Uniek project, produkt, methode, … PWO-arteveldehs
  • 6. Kwantitatief onderzoek Kwalitatief onderzoek  Kwantitatief onderzoek  Maximale objectiviteit door meetbaarheid en standaardisatie  Wiskundige verwerking 3  Geschikt voor oorzaak – gevolg, hypothese, …  Nadeel : kan alleen maar dingen meten die reeds beschreven zijn  Voordeel : onderzoeksverslagen zijn gemakkelijk te lezen en te interpreteren.  Kwalitatief onderzoek  Intensief en lang contact met het object  Beschrijvende info 7  Ongestructureerd interview, observatie, focusgroepen, …  Nadeel : weinig controleerbaar, vraagt veel ervaring om af te nemen  Voordeel : kan wel dieper graven in onderwerp
  • 7. Kwantitatief onderzoek  Verschillende vormen  Beschrijvend onderzoek 3  Ordenen, tabellen, grafieken procenten, …  Exploratief onderzoek  Combineren van meerdere variabelen  Geslacht versus gestalte, …  Bvb. Geslacht – bloeddruk - leeftijd 3  Verklarend onderzoek  Theoretisch model 4  Toeval !! Gebruik van hypothesen, … zie later
  • 8. Kwantitatief onderzoek  Verschillende vormen  …  Experimenteel onderzoek  Maximale controle van de onafhankelijke variabele  Actieve deelname van de onderzoeker  Manipuleren onafh. var. … effect afh. variabelen !!!  Zie ook chemie, natuurkunde, …  Experimentele en controlegroep !! Vergelijken resultaten Effect ?? 5
  • 9. Kwantitatief onderzoek  Een goed experiment :  Manipulatie van de onafhankelijke variabele (bij een deel van de participanten)  = De 3 principes ingreep, interventie, tussenkomst, behandeling, methode, van causaliteit treatment, …) moeten voldaan  GEEN ingreep of interventie = “nep” of placebo zijn !!! behandeling Zie later !!!  Controlegroep versus experimentele groep  1 of meer controles worden ingebouwd :  Er is een controlegroep  Valide en betrouwbare instrumenten  Voormeting  Toewijzing participanten op een random-manier !!!
  • 10. Longitudinaal onderzoek Transversaal onderzoek  Longitudinaal  Langere periode proefpersonen opvolgen en onderzoeken (vb. PNLK)  Transversaal  1 onderzoek, op 1 ogenblik van één of meer personen die zich in verschillende stadia van een proces bevinden  Donornier : patiënten bestuderen op één ogenblik, maar op verschillend moment na transplantatie. 8
  • 11. Experimenteel onderzoek Correlationeel onderzoek  Experimenteel : zie vroeger  Correlationeel (oorzakelijk verband <> samenhang):  Wanneer ? Als een experiment niet kan !!  Niet alle kenmerken zijn te manipuleren 9  Ethische redenen !! (vb. roken moeders – foetus)  Oorzaak – gevolg wordt moeilijk te bewijzen !!  Multi-causale oorzaken 10  Méér dan één factor beïnvloedt de afhankelijke variabele  Onderzoeker wenst alleen samenhang te kennen 10
  • 12. Correlationeel onderzoek  Veel gebruikt in ergotherapie  Waarom ?  Gemakkelijk en snel te ontwikkelen  Realistisch beeld van de werkelijkheid  Experiment is onmogelijk, onnodig of ongewenst  Onafhankelijke variabele is niet altijd te manipuleren (geslacht, leeftijd)  Onvoldoende tijd, geld en medewerking voor experiment
  • 14. Correlationeel onderzoek Voorwaarden voor causale conclusies  Causaliteit = oorzakelijk verband 1. Samenhang : er is een verband aantoonbaar tussen de vermoede oorzaak en het vermoede effect 2. Tijdsvolgorde : oorzaak komt voor het gevolg 12 3. Geen invloed door een derde variabele !! (vb. doktersbezoek <- ziek zijn <-> dood gaan )
  • 15. Correlationeel onderzoek Prospectief en retrospectief  Retrospectief  Voorkomen van fenomeen in het heden 13 wordt gerelateerd aan fenomeen uit verleden (vb. oorzaken colonkanker)  Prospectief  Starten nu – op later tijdstip vermoedelijke 13 effecten bestuderen (vb. risico longkanker – roken)
  • 16. Onderzoeksdesign  Soorten onderzoek  De steekproeftrekking  Validiteit vanhet onderzoek
  • 17. Steekproeftrekking Universum Alle elementen met gemeenschappelijk kenmerk Populatie Steekproef Bereikbaar voor onderzoeker •Wanneer behoort iemand tot de populatie ? 15 •Wat betekent een bepaald begrip (“oudere”), “thuiswonende”, … ? •…
  • 18. Soorten steekproeven  Uitnodigende steekproef  Accepterende steekproef  Data-producerende steekproef Wie wordt gevraagd ? Wie stemt toe ? Universum Uitnodigende Accepterende steekproef steekproef Populatie generaliseren 16 Steekproef Wie levert correcte data ? Data-producerende Bevindingen steekproef
  • 19. Voorwaarden om te generaliseren  De grootte van de steekproef  De representativiteit van de steekproef
  • 20. Steekproefgrootte  Voldoende groot nemen (N=10 versus N=1000) 17  Nauwkeurigheid (… op 1mm nauwkeurig … (spreiding )) 17  Verscheidenheid (diversiteit) binnen de steekproef 18  Norm vastleggen … grotere steekproef  Te kleine steekproef met tot gevolg een vertekening (bias = systematisch meetfout). Minimaal 12 à 15 elementen minimaal vereist !  Grote steekproeven leveren snel significante verschillen op tussen groepen  Daarom nog niet relevant …
  • 21. Representativiteit  Def. : een representatieve steekproef is er één die qua samenstelling gelijkt op de populatie waaruit hij getrokken wordt en waarnaar gegeneraliseerd wordt.  Werkwijze om goede steekproef samen te stellen !!  Gelegenheidssteekproef !! Door toeval gevormd  Dikwijls wel niet-toevallige steekproeven (vragenlijsten in ziekenhuis, eerste 100 patiënten, …)  Aselecte-samenstelling (vb. auto-ongeval versus alcohol) Aselect = alle eenheden in de populatie hebben evenveel kans om in de steekproef voor te komen 19 !!! Representatieve steekproef = aselect + groot genoeg !!!!
  • 22. Steekproeftrekking methodes  Enkelvoudige aselecte steekproef  Iedereen evenveel kans – random selection  Methoden  Grabbelton (lotto)  Randomgetallen  Systematische steekproef  Iedereen even veel kans – random selection  Keuze willekeurig getal en dan verder tellen met sprong  Gestratifieerde enkelvoudige aselecte steekproef  Sub-populaties (= strata) zoals geslacht, inkomen, …  Met zelfde verhouding  Met éénzelfde aantal elementen per stratum 22  Clustersteekproef  Groepen van mensen worden geselecteerd 22
  • 23.
  • 24. Steekproeftrekking methodes om proefpersonen toe te wijzen  Randomiseren : random assignment  Wie in experimentele groep ? Wie in controlegroep ?  Zo zullen de groepen alleen door de gevolgde methode van elkaar 23 verschillen  Beide groepen moeten wel groot genoeg zijn !  Matchen  Groepen samenstellen die van elkaar verschillen voor bepaalde 23 variabelen
  • 25. Onderzoeksdesign  Soorten onderzoek  De steekproeftrekking  Validiteit van het onderzoek
  • 26. Validiteit van het onderzoek In welke mate kan geconcludeerd worden dat de onafhankelijke variabele gerelateerd is met de afhankelijke variabele ?  Interne validiteit  Relatie van onafhankelijke met afhankelijke variabele !!  Bedreigingen door  Rijping (maturation) 25  Selectie  History 26  Instrumentatie  Testing 27  Uitval In welke mate kan men de resultaten uit de steekproef  Externe validiteit veralgemenen naar de populatie waaruit de proefpersonene kwamen ?  Veralgemening naar de populatie  Wijze van steekproeftrekking 28  Representativiteit is dan het gevolg  Random selectie !!  Bedreiging door  Kenmerken van de onderzoekssituatie (vb. geen medewerking personeel)