2. 2. Letters en hun kenmerken
De anatomie van letters in vaktermen.
2
3. Karakterisering letters
Letters worden gekarakteriseerd door:
- het lettertype (typeface):
de typische vorm van een letter, aangeduid met namen zoals Arial, Times,...
- de letterstijl:
b.v. vet, schuin, cursief, kleinkapitaal
- het letterkorps:
gee een indicatie van de afmetingen; uitgedrukt in punt, bijv. 12 pt
Een letterfamilie bevat letters van het zelfde type in een aantal verschillende stijlen en
groottes, bijv. de Arial familie.
De lettersoort (font): een specifieke keuze van een lettertype, -stijl en grootte:
Arial-Bold 12pt
Opmerking: in de literatuur komen ook licht verschillende definities voor; begrippen als
font en lettertype worden door elkaar gebruikt.
3
6. Het lettertype en de letterstijl
Lettertypes onderscheiden zich door de structuur en de verhoudingen van de letters:
Helvetica, Times, Courier
Er bestaan twee grote klassen lettertypes
- schreefletters (serif ) zijn letters met haakjes; bijv. Times
nT
- schreefloze letters (sans serif ); bijv. Arial
Enkele aspecten van de letterstijl:
nT
- gewicht: vet, normaal (halfvet, licht)
- helling: verticaal (roman) of schuin (slanted, oblique)
- cursief: een simulatie van aan elkaar schrijven, of niet-cursief
6
7. Oblique - Cursief - Italic
Oblique of slanted is het schuin zetten van het rechtopstaande
lettertype (romein). Het via de computer schuin zetten wordt
ook slanten genoemd; dit is niet aan te raden!
Cursief zijn letters die enigszins naar rechts hellen en waarvan
de vorm het geschreven schri benadert.
-bij gescheefde lettertypen wordt vaak een ander lettertype gebruikt voor de
cursieve tekst, waarin de meeste letters een duidelijk andere vorm hebben.
- Bij schreefloze lettertypen & bij het gebrek aan een echte cursieve
variant wordt wel eens een variant gemaakt door de letters simpel weg
schuin te zetten, wat dan slanted wordt genoemd.
Maar indien een echte cursief beschikbaar is, hee deze de
voorkeur!
Italic: cursieve tekst wordt meestal ook schuin gezet;
cursief + oblique = italic
7
11. Fontgrootte of letterkorps
Fontgrootte of het letterkorps
- oorspronkelijk was dit de naam van het blokje waarop de loden letter was
aangebracht
- nu is dit een afstandsmaat, het corps wordt gerekend vanaf de bovenkant van de stok
tot aan de onderkant van de staart + een klein gedeelte vleeswit.
-Het lettercorps is dus groter dan de kapitaalhoogte!
11
12. De basislijn
Alle letters hebben een andere hoogte.
Vooral de breedte van de letters varieert sterk.
Alle letters worden gezet relatief t.o.v. een basislijn (voetlijn)
- Dit is niet de onderkant van de letter! Maar de denkbeeldige lijn waarop de letters staan.
- Sommige letters steken onder de basislijn uit!
12
13. x-hoogte
Is de hoogte van de onderkastletter ‘x’.
Ze kan per font verschillen en bepaalt ook de grootte-indruk en leesbaarheid.
Fonts met een hoge x-hoogte kunnen in een kleiner korps gezet worden. Maar
vereisen wel een grotere regelafstand.
Fonts met een kleinere x-hoogte zoals klassiekere geschreven letters, vereisen een
groter corps om leesbaar te zijn.
13
14. Test de x-hoogte
Typ de volgende zin even over, en plaats deze in 20pt in de volgende lettertypen;
1.Verdana
2.Georgia
3.Times New Roman,
4.Courier New
14
15. Test de x-hoogte
1. De schijnbare grootte van een lettertype varieert afhankelijk van de x-hoogte.
2. De schijnbare grootte van een lettertype varieert afhankelijk van de x-hoogte.
3. De schijnbare grootte van een lettertype varieert afhankelijk van de x-hoogte.
4.De schijnbare grootte van een lettertype varieert afhankelijk van de x-
hoogte.
15