2. INLEIDING
Het voorliggende kaderconcept geeft richting aan een aantal nader uit te werken ontwerpen ten behoeve
van een tijdelijke (ca. vijf jaar) afwerking van werk- en vergadervertrekken op de eerste en tweede verdieping
van de huidige Raad van Statevleugel op het Binnenhof (nr. 1) in Den Haag.
Deze tijdelijke afwerking heeft ten aanzien van de ontwerpopgave voor academiestudenten in hoofdzaak
betrekking op de wanden van de betreffende ruimten.
In verband met de tijdelijke afwerking van de vloeren zullen complete ontwerpen worden aangeleverd,
geschikt om motieven middels een digitale techniek te printen op nader te bepalen tapijttypen.
De ontwerpen van wanden en vloeren dienen aan elkaar gerelateerd te zijn.
De plafonds zullen met een unie-materiaal worden bespannen.
Deze tijdelijke afwerking houdt verband met het feit dat de Rijksgebouwendienst een convenant heeft gesloten met de Eerste Kamer der Staten-Generaal
inzake huisvesting waarbij is toegezegd dat dit Hoge College van Staat met ingang van 7 juni 2011 kan beschikken over bovengenoemde
ruimten op de eerste verdieping. Vervolgens is overeengekomen dat de vertrekken op de tweede verdieping op 7 september 2011 gebruiksklaar
ter beschikken zullen worden gesteld.
De Raad van State, de huidige gebruiker van deze vleugel, zal op de begane grond van Binnenhof 1 gehuisvest blijven. Daarnaast blijft het gebruik van de
werkkamers van de Vice President van de Raad van State (nrs. 1.4 en 1.5) op de eerste verdieping voor de komende periode van vijf jaar ongewijzigd.
Derhalve zullen deze vertrekken niet bij de ontwerpen van tijdelijke afwerking betrokken worden.
De tijdelijke afwerking
De gedachte omtrent de tijdelijke afwerking van de ruimten in de onderhavige vleugel is vooral tot stand
gekomen vanwege het zeer korte tijdsbestek waarin e.e.a. gerealiseerd dient te worden. De betreffende
ruimten in de van oorsprong 17de eeuwse vleugel bezitten hoofdzakelijk een 19de eeuwse afwerking
hoewel in enkele vertrekken sporen van oudere afwerkingen, zoals deuren en stucplafonds, te zien zijn.
Een “definitieve” restauratie van deze interieurs vraagt een zeer gedegen voorbereiding waarvoor diverse
onderzoeken op het gebied van de bouwgeschiedenis, interieurgeschiedenis en geschilderde
afwerkingen onmisbaar zijn. Omdat het binnen genoemd tijdsbestek onmogelijk is om deze onderzoeken
te laten uitvoeren en daarop vervolgens een concept-restauratieplan te baseren, is voor een tijdelijke af-
werking gekozen waarbij de huidige afwerking van de ruimten (wanden, vloeren en plafonds) als het ware
zullen worden verhuld.
2
3. Geschiedenis
Het voorliggende kaderconcept levert een zeer interessante mogelijkheid om voor een periode van ca. 5 jaar een reeks interieurs te creëren waarbij
wanden, vloeren en plafonds van een afwerking zullen worden voorzien waarbij in de ontwerpen verschillende historische thema’s kunnen worden belicht
en die als het ware een interessante reis door de tijd kunnen laten zien.
Het Binnenhof in Den Haag is immers de bakermat van de Nederlandse parlementaire geschiedenis.
Het is vooral ook het terrein waarop zich in de 17de eeuw en 18de eeuw de weg naar een staatkundige eenheid heeft afgetekend.
De bewoning door de Stadhouders, het wisselen van de machtsverhoudingen op het Binnenhof, de Stadhouderloze tijdperken maar ook de bloei van
architectuur, de kunst en cultuur die tijdens het bewind van Stadhouder Frederik Hendrik en zijn echtgenote Amalia van Solms tot buitengewone hoogten
kwamen. Maar ook in latere perioden van de Stadhouders Willem III, IV en V kwamen er nieuwe impulsen tot stand waarmee ook zij hun stempel drukten op
de culturele en politieke ontwikkelingen in de Hofstad in het algemeen en op het Binnenhof in het bijzonder.
Randvoorwaarden
In het kaderconcept is een reis door de tijd aangegeven die op de Noord-westhoek begint met de Mauritstoren die aan de noord-westzijde van het Binnen-
hof het oudste bouwdeel vormt. Deze reis door de tijd loopt in het kaderconcept in zuidelijke richting waar zich het huidige gebied van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal bevindt en waar we qua tijd in de 20ste eeuw aankomen. In de verschillende ruimten op eerste en tweede verdieping, die beschikbaar zijn
om van een tijdelijke afwerking te worden voorzien, worden verschillende cultuurhistorische-, geschiedkundige- en politieke thema’s belicht waarvoor door
de academiestudenten ontwerpen kunnen worden uitgewerkt. Het kaderconcept geeft per ruimte de randvoorwaarden aan waarbinnen elk ontwerp dient te
passen.
Alle ontwerpen ten behoeve van de tijdelijke afwerking van de wanden dienen uiteindelijk met een digitale printtechniek
op textiele materialen te worden overgebracht. Deze textiel zal in banen (gespannen of loshangend) in de vertrekken
worden aangebracht. Het kaderconcept geeft ook aan dat er qua ontwerp een onderscheid is aangebracht tussen langs-
wanden (scheidingswanden tussen de vertrekken) en korte wanden (raam- en deurenwanden). Dit onderscheid houdt ook
verband met het vloerontwerp, plafondafdekking en verlichting zodat in elke ruimte een totaalontwerp tot stand gebracht
kan worden. Per ruimte worden ook voorstellen gedaan tot kleurgebruik.
Voor de ontwerpers is het van belang dat rekening wordt gehouden met het feit dat de tijdelijke afwerking van de werk-
en vergadervertrekken een evenwichtig karakter heeft dat er toe zal leiden dat de ruimten een interessante maar tevens
een beheerste uitstraling zullen hebben.
Den Haag, 21 januari 2011
Liesbeth C. Stinissen
Beeldend kunstenaar
In opdracht van BBOR
3
4. De Grondgedachte
Een tijdelijke aankleding
We staan in de galerij van de westelijke vleugel van het Stadhouderlijk Kwartier.
Aan de Hofvijverzijde kom je uit bij de vergaderzaal van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
Aan de andere zijde van deze galerij bevindt zich de voormalige vergaderzaal van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
de oorspronkelijke balzaal van Willem V.
De verbinding tussen deze twee bouwdelen is lange tijd afgesloten geweest.
Wat nu werkruimten van de Raad van State en de Eerste Kamer zijn, waren eertijds de representatieve woonvertrekken
van de stadhouders uit het Huis van Oranje.
Deze vleugel heeft een bouwgeschiedenis die samenvalt met de historische opbouw van de Nederlandse Staat.
In vergelijking met de huidige afwerking van de vertrekken is er van de culturele rijkdom uit de zeventiende eeuw niet veel bewaard gebleven.
Een unieke kans wordt nu geboden om in een tijdelijke aankleding de schoonheid en rijkdom op historisch- en het decoratieve vlak met elkaar te verbinden.
staatskundige en culturele geschiedenis
Het accent zal hierbij liggen op de staatskundige en culturele geschiedenis van Nederland.
Deze geschiedenis, gevormd door de opstand van 1568 -1648, de gebeurtenissen rond de Stadhouderloze tijdperken van 1651-1672 en 1702-1747,
het kortstondige bestaan van de Bataafse Republiek en de omvorming naar de Constitutionele Monarchie.
Nederland werd na 1848, door de hervorming van de grondwet, in de huidige politieke vorm gegoten.
Dit zijn de wortels die Nederland hebben gevormd.
Dit zoeken, groeien en ingrijpen doet ons denken aan een oude metafoor van tuinieren:
“Poten en rooien, veredelen om te creëren en te laten zijn voor nut en genot.”
Hier is de scheppende mens actief: de architect en de tuinman.
Zij faciliteren de mogelijkheden voor optimale groei.
Alle gebruikers van het Binnenhof hebben hun deel bijgedragen aan de vorm en inhoud van Nederland. Dit is een doorlopend proces.
De tijdelijke decoratie behandelt één stijl-en geschiedenisperiode per kamer, terwijl het vloertapijt met een basisstramien door alle ruimten loopt.
De bodem blijft dezelfde; de tijd is veranderlijk en gaat door.
4
5. Bouwperiode en gebruik.
De stadhouderlijke vleugel werd gebruikt als recidentie door de Stadhouderlijke families en heeft verschillende bouwperioden doorgemaakt:
de Mauritstoren is gebouwd omstreeks 1598;
en in de vleugel zijn uitbreidingen gerealiseerd in 1621, 1632, en 1678.
Het huidige bouwdeel van de Eerste Kamer der Staten-Generaal is in 1655 door De Staten van Holland en West-Friesland
in het eerste Stadhouderloze tijdperk gebouwd naar het ontwerp van stadhouderlijk architect Pieter Post.
De balzaal van de laatste stadhouder, Willem V, werd opgeleverd omstreeks 1785.
Niet veel later, in 1795 vond er wederom een grote omwenteling plaats en werd de balzaal
een vergaderruimte voor de Volksvertegenwoordiging.
In deze zaal worden in 1798 alle burgers gelijk gesteld, de Bataafse Republiek werd ‘één en ondeelbaar benoemd’ en kreeg een centrale overheid.
Vijftien jaar later met weer andere kopstukken aan het roer zou de naam veranderen in Koninkrijk der Nederlanden.
Een Eerste en Tweede Kamer vormden samen het wetgevend lichaam.
De twee Kamers van de Staten-Generaal nemen elk hun ruimte in aan weerzijde van het voormalige Stadhouderlijk Kwartier.
5
6. Eén kamer, één tijd, één stijl.
Uitwerking in beeldmateriaal - het tapijt -
De grondgedachte begint bij de vloer.
Het vloertapijt benadrukt “de gang”, als betekenis in het woord “gaan”.
Dat wil zeggen dat het patroon de ruimte niet kamerbreed zal bedekken maar juist de lengte zal benadrukken.
Het patroon loopt als het ware door de muren heen, zoals ook de tijd door het Stadhouderlijk Kwartier loopt.
Het tapijtontwerp heeft als basis de tuinkunst uit de renaissance met zijn geometrische cassette-indeling van perken.
Ditzelfde patroon is ook te herkennen op het plafond van de eerste verdieping.
In de kaders/perken komen florale- en tekst-elementen.
Het tapijt zal een basis geven aan de vorm en inhoud van het decoratie programma in een kleurstelling die bij alle kamers zal passen.
De keuze van florale en tekstuele elementen worden genomen uit de geschiedenisperiode die de kamer zal beslaan.
Wij denken dan bijvoorbeeld aan de beroemde bloemschilderkunst uit de gouden eeuw en aan geschriften uit deze zelfde periode.
De tuinkunst uit de renaissance en zeker ook de gouden eeuw, illustreert de energie en het enthousiastme van creëren, onderzoeken, uitvinden, en
verzamelen waarin wetenschap gecombineerd wordt met creativiteit en handel.
Deze energieke mix is nog steeds levend, denk aan het samengaan van handel, kunst en wetenschap in de creatieve industrie.
6
7. Uitwerking in het beeldmateriaal - de kopsewanden - personen
Op de kopsewanden, aan de raamzijde en de tegenoverliggende deurwand, worden afbeeldingen van historische figuren ( personen)
geprojecteerd. In de vorm van bijvoorbeeld schilderijen, gravures, foto’s of bewerkingen hiervan.
Deze figuren sluiten aan op het tijdvak van de betreffende kamer.
Elke kamer krijgt hierdoor een stijl- en kleurenkenmerk. Deze markeren visueel een bepaalde periode in de tijd.
Uitwerking in het beeldmateriaal - de langswanden - omgeving
Op de langswanden wordt er kadervrij ontworpen. Echter wel in dezelfde kleurstelling en in dezelfde stijlperiode als de kopsewanden.
De beeldelementen zullen o.a. uit de wetenschap, cultuur en natuur afkomstig zijn.
Een sprekend voorbeeld hiervan is de grote belangstelling van Prins Maurits voor de mathematica.
Hierdoor ontwikkelde hij zich als een uitstekend strateeg.
Tegelijkertijd stimuleerde hij daardoor ook bij anderen de ontwikkeling van de krijgskunde en de cartografie.
7
8. STAALKAART ruimte 2.7 2.6 2.1 2.2 2.3
De Opstand,1581 -1648, de Repu- De Opstand,1581 -1648 De Opstand,1581 -1648 Eerste stadhoudelozetijdperk
Tijdsperiode bliek is geboren
Periode 1585- 1625 Periode 1625-1647 Periode 1647 - 1650 Periode 1650 - 1672 Periode 1672 - 1702
1585 Maurits, stadhouder, 1625 Frederik Hendrik, stad- 1647 Willem II, stadhouder Johan de Witt, raadspensio- 1672 Willem III, koning Enge-
Personen opperbevel leger en vloot. houder Michiel de Ruyter naris land, stadhouder, kapitein-ge-
1586 Van Oldenbarneveld, Echtgenote Amalia van Solms Christiaan Huygens neraal in de Republiek
landsadvocaat. Constantijn Huygens
Simon Stevin, wiskundige.
Hugo de Groot, rechtsgeleerde
krijgsroem “stededwinger”. staatsgreep 1650 Amsterdam, Vrede van Rijswijk. Engelse 1685 asiel voor franse
Invloedrijke land adel/regenten. vrede van Munster, door Willem II oorlogen, krachtige vloot, zwak ‘Hugenoten’ lodewijk XIV.
gebeurtenissen turfschip van Breda 1590. 1648 Republiek als onafhanke- Grote Vergadering leger; Rampjaar 1672 1677 Spinoza’s Ethica.
slag bij Nieuwpoort 1600. lijke staat Gebroeders de Witt gelyncht. 1688 ‘the Glorious Revolution’.
twaalfjarig bestand 1609-1621. windhandel tulpen 1635 1687 Newton ‘Principia Ma-
Nationale Synode 1618,proces thematica’.
Oldenbarneveld, de Groot,
Hogerbeets.
Stijlperiode Renaissance, Barok, classisisme Barok, Classisisme Barok, Classisisme Barok, Classisisme Barok, ClassisismeSpiegels,
goudleer, geschilderde wand-
Verdures, wandtapijten. bloei der kunsten; Invloed hof lodewijk XIV Symetrie, vrij zware profilering bespanning. Daniel Marot
Omgangsvormen en decoratie tuin-, schilder-, Plastisch gebeeldhoud orna-
Verhoging kennisniveau: land- interieur, mode. ment
Decoratieve kaarten, globes, wiskundige vorstelijk vertoon, hofcultuur.
elementen instrumenten, bibliotheek, Jacob van Campen
menagerie, tuinkunst, hofcul-
tuur. Vredeman de Vries
r
8
9. 2.4 2.5 1.3 1.6 1.7 1.8
Tweede stadhouderloze tijdperk, Omwenteling/Bataafse Republiek Koningschap Nieuwe grondwet de wederopbouw
Periode 1702-1751 periode 1751-1795 periode 1795 - 1848 periode 1848 - 1945 periode 1945 - 1967 Na 1967
1747 Willem IV, stadhouder. 1751Willem V, stadhouder Schimmelpenninck Thorbecke Drees Van Agt
1806 Lodewijk Napoleon Willem II Romme Den Uyl
Hogendorp Paars 1
Willem I
Van statenbond naar een-
1747 inval Frankrijk en herstel Patriotten en Wilhelmina bij heidsstaat. Partijvorming Nieuwe ministeries(voor ver- Akkoord van Wassenaar.
Stadhouderschap: Goejanverwellesluis. Volksvertegenwoordiging emancipatie zorging van haar burgers). Europeese eenheid; de gulden
één Stadhouder , voor alle Groei, bloei zelfbewustzijn Noord- en Zuid Nederland Kiesrecht Naast gelijke rechten nu ook wordt vervangen door de euro.
gewesten; erfelijk. burgers. samen: Constitutionele monarchie. gelijke kansen. De Media
1731 ‘de Hollandsche Specta- Wetenschap- en maatschappij staten- generaal bestaat uit Staat; besturing economie. De zwevende kiezer
tor’. Volksopstanden. interesse in verenigingsleven Eerste en Tweede Kamer. 1870 modern kapitalisme,
Vierde Engelse oorlog. van burgers: “Maatschappij tot staatsonderwijs, schoolwet stoommachine,industrie, han-
1775 Inspiratie Amerikaanse Nut van het Algemeen” 1784 algemene belasting del, bevolkingsgroei, verzuiling,
opstand. Pamflet “Aan het schoolkwestie
volk van Nederland”.
Groei zelfbewustzijn burgers. Empire, Biedemeier, neo-stij-
len ruimtelijk structuralisme
de Verlichting Neo-classisime stijlpluralisme, symetrie in neo-stijlen, Art nouveau, kostenbesparend en massa-
Rococo schilderijophanging, spie- Amsterdamse School, Haagse bouw. Massa producten voor
Natuurvormen, wandbespan- Stucplafonds gels tussen raam. Voorkeur School, de Stijl interieur
ning beschilderd en textiel. informeel boven formeel van
Spiegels en ruimtewerking empire
9
12. De vleugel als woning; de Stadhouders en familie
Maurits 1567-1625
Frederik Hendrik 1584-1647 x Amalia van Sollms 1584-1647
Willem II 1626-1650 x Mary Stuart 1 1631- 1660
Willem III 1650-1702 x Mary Stuart II 1662 - 1695
Willem IV 1711-1751 x Anna van Hanover 1709-1759
Willem V 1748-1805 x Wilhelmina van Pruissen 1751-1799
Na 1795 krijgt de vleugel een kantoorfunctie.
12
15. Geraadpleegde literatuur
- Het Nederlandse interieur in beeld, 1600 – 1900, C.W. Fock
- Wonen als werken, van neo-renaissance tot postmodernisme,
125 Jaar Nederlands interieur, E. Bergvelt, H.Martens
- European tapestries in the Rijksmuseum, E . Hartkamp-jonxis, H. Smit
- Art and home in the age of Rembrandt, M. Westerman
- Het binnenhof. Van Grafelijke residentie tot regeringscentrum. R.J. Pelt
- Maurits, prins van Oranje. K. Zandvliet. Rijksmuseum, 2000
- Vorstelijk verzameld. Kunstcollectie Frederik Hendrik en Amalia . Mauritshuis
1997
- Bloemen in het Mauritshuis, e. Runia, 2007
- De tulp, A. Pavord, 1999
- Romeyn de Hooghe, de verbeelding van de late goude eeuw
- Masterplan Eerste Kamer der Staten- Generaal. BBOR 2000
- De geschiedenis van de tuinkunst, C.J.L. Schaum
- The anglo – Dutch garden in the age of William and Mary. J.D. Hunt
- Aardse paradijzen, de tuin in Nederland. Deel 1 en 2. E. de Jong
- Le jardin dans les anciens Pays-bas, l. Baudoux-Roussea
- Den Nederlandsen Hovenier. Jan van den Groen 1688, st Martrijs, Utrecht,1988
- De wereld als een tuin. Hans Vredeman de Vries
- Doolhoven en labyrinten in Nederland. St. doolhof en labyrinth.
- Dutch and Flemish etchings , engravings and woodcuts. Hollstein
- Mira calligraphiae monumenta, Joris hoefnagel. The Getty Museum
- Het nederlands bankbiljet, 1814- 2002, J. Bolten
Achtergrond
- het beginsel van leven en wasdom. Ido de Haan (politiek na 1813)
- gedrukte chaos. Michel Reinders (pamfetten 1672)
- Het lange leven van het pamflet. J.Kruif, m. Meerdrees
- De Republiek 1477 - 1806. J.I. Israel
- Radicale verlichting. J.I Israel
- Onderweg. J. de Haan
- De geschiedenis in een notedop. H. Belien, M. v Hoogstraten
- De geest van Jan Salie. M. Janse
15