Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
Scriptie : De Gevolgen Van Kunstmatig Vervaardigde Rook Uit Rookgeneratoren Op De Gezondheid Van Lotus Slachtoffers door: Alex Stegeman @stex.nu
1. Scriptie
De gevolgen van kunstmatig vervaardigde rook uit
rookgeneratoren op de gezondheid van lotusslachtoffers
Ten behoeve van:
MVK opleiding Kader, voorjaar 2010.
Uitgevoerd door: Bronvermelding:
Alex Stegeman foto’s:
Dordrecht, november 2010 Rookgeneratoren: Haagen
Rookvloeistof: Haagen
3. 3. Samenvatting:
Bij veel opleidingsinstituten;brandweerkorpsen wordt er voor BHV en brandweer
trainingen; ontruimingsoefeningen en grote regionale en landelijke oefeningen
gebruik gemaakt van lotusslachtoffers.
Deze lotusslachtoffers moeten regelmatig in kunstmatig vervaardigde rook uit
een rookgenerator acteren. Deze rook is een lichaamsvreemde stof en is,
wanneer dit ingeademd wordt niet goed voor de gezondheid.
Ondanks dat veel lotusslachtoffers hiervan op de hoogte zijn gaan zij, wanneer
het hun gevraagd wordt, toch zonder persoonlijke beschermingsmiddelen deze
“rook” in om te acteren.
Veel lotusslachtoffers ondervinden hier gezondheidskundige klachten, maar ook
dit is geen reden voor velen van hun om niet in deze “rook” te gaan acteren.
Volgens de Arbeidshygiënische strategie (arbowet artikel: 3 lid 1 onderdeel b)
moeten de bedrijven/instanties die de lotusslachtoffers inhuren, volgens de
stand der wetenschap (Artikel 3 Lid 1) naar nieuwe methoden zoeken om te
voorkomen dat lotusslachtoffers in de “rook” moeten acteren. Het gebruik van
rookzicht brillen i.p.v. kunstmatig vervaardigde rook uit rookgeneratoren is hier
een oplossing voor.
Alleen als het niet anders kan kunnen lotusslachtoffers zichzelf tegen de “rook”
beschermen door een filtermasker (A2P3) te dragen wanneer ze in deze “rook”
moeten optreden. Deze moeten volgens artikelen uit de
arbeidsomstandighedenwet: artikel: 3 lid1en artikel:3 lid 1 onderdeel b gratis
verstrekt worden. De lotusslachtoffers hebben de plicht deze volgens
instructies van de bedrijven/instanties die de lotusslachtoffers inhuren
(arbeidsomstandighedenwet artikel 8 lid 1) te gebruiken.
(arbeidsomstandighedenwet artikel 11onderdeel b).
De bedrijven/instanties die de lotusslachtoffers inhuren moeten erop toezien dat
deze ook gebruikt worden (arbeidsomstandighedenwet artikel: 8 lid 3 en 4).
Er moeten eenduidige richtlijnen komen vanuit de overkoepelende
lotusorganisaties zodat er niet zonder afdoende persoonlijke
beschermingsmiddelen in ruimtes met kunstmatig vervaardigde rook uit
rookgeneratoren geacteerd wordt. Deze afdoende persoonlijke
beschermingsmiddelen zijn: filtermaskers met een A2P3 filter.
Verder is het verstandig dat de lotuskringen voorlichting aan de
lotusslachtoffers geven over de risico’s en gevaren van kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren; hoe ze zich hiertegen moeten
beschermen, en hoe de persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt
moeten worden.
Gezien artikel: arbeidsomstandighedenwet artikel: 3 lid1 onderdeel b.
(arbeidshygiënische strategie), moet er tijdens de boeking van lotusslachtoffers
op aangedrongen worden van deze mogelijkheid gebruik te maken van
rookzicht brillen in plaats van de kunstmatig vervaardigde rook uit
Pagina
rookgeneratoren.
``
3
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
4. 4. Inleiding:
Bij BHV cursussen, oefeningen van de brandweer en regionale en landelijke
rampenoefeningen wordt er gebruik gemaakt van lotusslachtoffers.
LOTUS staat voor: Landelijke Opleiding Tot Uitbeelden Slachtoffers
Het doel van lotus is het ontwerpen en ensceneren van (ongeval) situaties en
uitbeelden van slachtoffers en acuut zieken dit moet op een zo natuur getrouw
mogelijke manier gebeuren.
Deze lotusslachtoffers kunnen veel verwondingen en ziektebeelden welke een
mens kunnen overkomen uitbeelden en grimeren.
Tijdens oefeningen en BHV trainingen worden zij heel vaak in de kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren gelegd. Vaak wordt er vanuit gegaan dat
dit niet schadelijk is voor de gezondheid, maar de vraag is of dit inderdaad niet
schadelijk is voor de gezondheid.
Lotusslachtoffers zijn veelal hobbymatig bezig en er zijn veel lotusslachtoffers
die deze hobby dagelijks uitvoeren. Zij staan dan ook regelmatig bloot aan
deze “rook”. Hierbij wordt geen gebruik gemaakt van enige vorm van PBM’s
(persoonlijke beschermingsmiddelen). Wanneer je in een BHV ruimte komt
waar veel met deze rook gewerkt wordt, voelen de muren, tafels en andere
objecten vettig aan van de neerslag van deze kunstmatig opgewekte rook.
Binnen de lotuskringen is er geen eenduidig beleid over hoe men moet omgaan
met kunstmatig vervaardigde rook, en of dat men nu wel of geen PBM’s
(persoonlijke beschermingsmiddelen) moet gebruiken.
Met mijn scriptie wil ik een advies uitbrengen naar de overkoepelende
lotusorganisaties zodat er een eenduidig beleid gevoerd gaat worden over hoe
men om moet gaan met optredens in ruimtes met kunstmatig vervaardigde
rook uit rookgeneratoren, zodat de lotusslachtoffers dit op een veilige en
verantwoorde wijze gaan doen.
Dit advies wil ik uitbrengen aan de hand van de uitwerking van:
Een literatuur onderzoek; interviews met: Dr. G.h.M. Bouten en een leverancier
van rookvloeistoffen en rookgeneratoren: Fire ware.
Naar aanleiding van uitkomsten van het interview bij Fire ware verder
onderzoek doormiddel van vragen per e-mail bij Prof. Dr. J.E.M.H. van
Bronswijk en een bezoek aan CAG Consult Air Group BV. Tot slot een drietal
enquêtes bij: lotusslachtoffers; opleidingsinstituten en brandweerkorpsen.
Deze onderzoeken zijn in hoofdstuk 7 terug te vinden. In hoofdstuk 8 zijn de
onderzoeken samengebracht in een conclusie. Hoofdstuk 9 behelst het
uiteindelijke advies dat weer voortkomt uit de conclusie uit hoofdstuk 8. Tot slot
vindt u in hoofdstuk 10 de bijlagen. Hierin staan alle voor het onderzoek
belangrijk zijnde stukken zoals literatuur; e-mails; uitgewerkte enquêtes;
veiligheidinformatiebladen en productbladen.
Pagina
``
4
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
5. 5. Probleemstelling:
Wanneer er in ruimtes waar er regelmatig met deze kunstmatig vervaardigde
rook uit rookgeneratoren een kleverige laag achterblijft kan dit ook gevolgen
hebben voor de gezondheid van lotusslachtoffers die regelmatig tot dagelijks
aan deze “rook” worden blootgesteld. Wanneer zij gaan acteren in deze met
“rook”gevulde ruimtes ademen zij deze substantie tenslotte ook in.
6.Doelstelling:
Ik wil een advies uitbrengen aan de overkoepelende organisaties van
lotusslachtoffers: Vereniging Lotus Nederland en Organisatie LOTUS.
Naast Vereniging Lotus Nederland heeft het overkoepelende orgaan van deze
twee organisaties: het Oranje Kruis ook interesse getoond in de uitkomst van
deze scriptie.
Om mijn doelstelling te bereiken moet ik onderzoeken wat de kennis van
lotusslachtoffers; opleidingsinstituten en brandweerkorpsen is met betrekking
tot gevaren van kunstmatig vervaardigde rook uit een rookgenerator en wat de
gevolgen van blootstelling aan deze kunstmatig opgewekte rook op de
gezondheid kunnen zijn.
Ik hoop te bereiken dat lotusslachtoffers in de toekomst op een veilige manier
hun inzetten zullen gaan doen in de kunstmatig vervaardigde rook van
rookgeneratoren doordat er bindende richtlijnen binnen de overkoepelende
lotusorganisaties en kringen komen met betrekking tot het gebruik van PBM’s
(persoonlijke beschermingsmiddelen) wanneer er in de kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren moet worden opgetreden.
De overkoepelende lotusorganisaties moeten deze richtlijnen natuurlijk op hun
beurt verder ventileren naar de lotuskringen en deze op hun beurt weer naar
hun leden: de lotusslachtoffers.
Pagina
``
5
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
6. 7. Onderzoek:
Mijn onderzoek heeft zich op een aantal punten toegespitst:
1. Informatie inwinnen bij diverse instanties.
2. Een interview met Hr. G.H.M. Bouten, bedrijfsarts.
3. Een interview met Hr. S. Hendriks / Mw. J. van Zanten van Fire ware.
4. Vragen per e-mail aan professor doctor J.E.M.H. van Bronswijk.
5. Navraag over: het vaststellen van legionella in pvc buizen waardoor rook
getransporteerd wordt aan: CAG Consult Air Group BV.
6. Lotusslachtoffers en de wet.
7. Enquêtes:
7.1 Een enquête bij lotusslachtoffers.
7.2 Een enquête bij opleidingsinstituten.
7.3 Een enquête bij brandweerkorpsen.
7.1 Ingewonnen informatie
Vooraf wil ik graag het een en ander toelichten over hoe kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren geproduceerd wordt.
Er zijn een drietal methodes om “kunstmatige rook” te produceren:
1. Temperatuursverschillen (tussen lucht en droog ijs).
2. Mechanische rook.
3. Rook door verhitting.
Hieronder staat de methode beschreven hoe rook door verhitting ontstaat,
De twee andere methodieken: rook door temperatuursverschillen en
mechanische rook staan hier niet omschreven omdat deze methodieken
nagenoeg nooit gebruikt worden voor oefeningen waarbij gebruik gemaakt
wordt van lotusslachtoffers.
In bijlage 10.1: drie methodes om “kunstmatige rook te produceren,
kunt u alle methodieken om kunstmatige rook te produceren terug vinden.
Rookmachine:
Versuvius (Voorgrond)
Etna (achtergrond)
van de firma: Haagen
Pagina
``
6
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
7. Het maken van kunstmatige “rook”:
Rook door verhitting:
De eerste methode pompt een glycol- of glycerine oplossing en water
door een warmtewisselaar (verwarmingselement). Bij technieken voor
het maken van rook door verhitting van een vloeistof wordt de
vloeistof door een pomp of door een gas voortgestuwd. Een
gasgedreven machine gebruikt onbrandbaar gas om olie of glycol door
een warmtewisselaar te spuiten.
Rookvloeistoffen zijn chemische verbindingen van alcohol met een
product dat glycol of glycerine genoemd wordt, niet de variatie die in
bier en wijn zit maar van een andere samenstelling, al dan niet
gemengd met water. Glycol of glycerine wordt bijvoorbeeld in
deodorant, handcrème en inkt gebruikt, maar ook in remolie en
antivries. De glycerine vormt een schil om een druppel water waardoor
verdamping tegengegaan of beperkt wordt. Rookvloeistoffen en
drijfmechanismen worden nog steeds verbeterd. Het gaat daarbij met
name over de dikte van de rook, van een echte wolk tot een fijne
nevel. De combinatie met de temperatuur is daarbij mede bepalend.
Het principe is dat een vloeistof vanuit een tank met een hoge
drukpomp door een warmtewisselaar geforceerd wordt; waar die
verwarmd wordt tot de verdampingstemperatuur van zo’n 340°C.
Dit proces wordt ook wel “flaching” genoemd. Hierbij zet de vloeistof
snel uit en worden er zeer kleine druppeltjes gevormd. De damp wordt
vervolgens door een nozzle geperst en mengt zich dan met de koude
lucht buiten de rookgenerator (rookmachine), waar het onmiddellijk
een ondoorschijnende aerosol vormt die door mensen waargenomen
wordt als rook.
Er is dus vloeistof en luchtdruk nodig. De vloeistof kan verschillend van
samenstelling zijn en daardoor in kleinere of grovere druppels
verstoven worden. Er kunnen grote hoeveelheden in korte tijd of juist
kleine hoeveelheden continu verstoven worden door de druk of de
pomp te regelen en de rook kan een nabewerking krijgen. Bijvoorbeeld
door de rook na het verstuiven door een ventilator te leiden en verder
te laten verspreiden. Bij een tweede methode om de rook verder van
de rookmachine weg te krijgen wordt er gebruik gemaakt van een pvc
buis waar de machine de rook in blaast om vervolgens een meter of 5
verderop midden in de ruimte terecht te komen. Soms zit hier nog een
ventilator tussen maar in veel gevallen ook niet. Men kan de rook ook
nabehandelen door deze te koelen. Hierdoor ontstaat een laag
hangende rook.
Pagina
``
7
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
8. Foto:
Rookvloeistof: Pro
Van VDK b.v.
Rookvloeistoffen:
Er zijn 4 vloeistoffen die bij de productie van rook toegepast
worden:
1. Water:
Water is het goedkoopst en niet schadelijk maar is niet te gebruiken
omdat het snel verdampt en het heeft de geringste reflectie/refractie
waarde waardoor het licht het minst verspreid wordt en het dus niet
zichtbaar is.
(niet geschikt voor oefeningen waarbij lotusslachtoffers ingezet
worden)
2. Water gemengd met glycol of glyserine:
De meest gebruikte rookvloeistoffen zijn mengvormen van water en
van een of meer glycols of glycerine. Rookvloeistof op waterbasis is
een vloeistof die wel water bevat maar daarnaast nog andere stoffen.
Deze vloeistoffen verdampen veel minder snel dan water en
verschillende samenstellingen kunnen een grote variatie in effect tot
gevolg hebben. De brekingsindex is hoger dan water en de
combinatievloeistof reflecteert dus meer licht (de brekingsindex van
het medium bepaalt hoe sterk het licht afgebogen wordt waardoor de
“rook” wolk te zien is). Het is duurder dan water en het veroorzaakt
wanneer het neerslaat gladde vloeren.
3/4. Pure glycol / hoogwaardig geraffineerde minerale oliën.
Wanneer een neveleffect langere tijd moet blijven bestaan dient een
vloeistof gebruikt te worden die geen water bevat. De deeltjes moeten
bijzonder klein zijn om lang te kunnen zweven. Deze neveleffecten
worden geproduceerd door minerale oliën. Deze verdampen niet. Dat is
een nadeel wanneer je de rook snel kwijt wilt. Ook laat olie een vettig
residu achter. (wordt nagenoeg niet voor oefeningen waarbij
lotusslachtoffers ingezet worden gebruikt).
Pagina
``
8
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
9. De rookmachines die gebruikt worden bij BHV opleidingscentra;
brandweerkorpsen en oefeningen zijn rookmachines die met het principe van
verhitting van rookvloeistof werken. De rookvloeistof wordt doormiddel van een
hogedrukpomp door een verwarmingselement (warmtewisselaar) van zo’n
340°C gepompt zoals eerder is toegelicht.
Er zijn diverse samenstellingen van stoffen waaruit een rookvloeistof kan
bestaan: er zijn rookvloeistoffen die bestaan uit een oplossing van:glycol, een
oplossing van triethyleenglycol, mengsels van glycol, triethyleenglycol en
propyleenglycol en een mengsel van glycol of glycolverbindingen in water.
meestal wordt er gebruikt gemaakt van een mengsel van propyleenglycol,
triethyleenglycol en water. Aan de voorzijde van de rookmachine wordt een
“rook”wolk naar buiten geperst.
Wanneer licht de overgang tussen twee stoffen kruist, buigt het licht, hierdoor
zien wij een rookwolk.
De benaming van rook of oefenrook klopt eigenlijk niet. Rook bestaat uit vaste
(onder andere koolstofdeeltjes) deeltjes, terwijl er bij (oefen) rook uit een
rookgenerator of ook wel een rookmachine sprake is van een nevel, vloeibare
deeltjes gevormd door het versproeien/verneveling van vloeistoffen ook wel
aerosolen genoemd, die bij inademing in het menselijk lichaam terecht komen.
Uit rapporten blijkt dat de deeltjes in het aerosol voor het overgrote deel kleiner
zijn dan 5 µm (micrometer). Doordat ze in het bovenste deel van de luchtweg
veelal afgevangen zullen worden, zal slechts een klein deel van het totaal in de
longen terecht komen. Wanneer de temperatuur in de rookmachine te hoog is
zal de rookvloeistof verbranden en ontstaan er rookdeeltjes (koolstof deeltjes)
die vergelijkbaar zijn met fijnstof.
Afbeelding van afbeelding:
de diepte van medisch Milieukundigen
doordringen van bij de LOGO’s
Aerosolen en (www.mmk.be/vrij.cfm?Id=194)
Fijnstofdeeltjes
In de longen in
verhouding tot
hun grootte.
Bron:
Info informatiepunt.nlNederlands Instituut Fysieke Veiligheid Nibra; Postbus 7010; 6801 HA Arnhem; Bezoekadres:
Kemperbergerweg 783; Telefoon: 0900 235 112 112; Fax: 026 351 50 51
Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding
Postbus 7010; 6801 HA Arnhem;Telefoon: 026 – 3552400;Fax: (026) 3515051; e-mail: nibra@nibra.nl
Haagen Fire Training Products, VDK Handelsonderneming, Kenbri
Fire Fighting B.V., Draeger Safety, VTN, Ziegler, Zumro./
Literatuur: ‘Introduction to modern atmospheric effects; Uitgave ESTA (entertainment services & technology
association) www.esta.org;Duitsland: www.vplt.org;Groot Brittannië: www.plasa.org
Afbeelding: Medisch Millieukundigen bij de LOGO’s; www.mmk.be/vrij.cfm?Id=194
Pagina
``
9
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
10. Er zijn verschillende onderzoeken geweest naar de schadelijkheid van
rookvloeistoffen. Een probleem hierbij is dat voor de glycolen die in
rookvloeistoffen gebruikt worden de grens-waarden (voorheen mac-waarden)
niet bepaald zijn. Hierdoor is de TU in Delft bij een onderzoek uitgegaan van de
mac-waarden * van Ethyleenglycol, waarvoor wel een mac-waarde* bestaat.
Volgens sommigen geeft dit echter geen goed beeld omdat juist deze stof
(Ethyleenglycol) om deze reden niet in rookvloeistof gebruikt wordt.
De mac-waarde * is de concentratie van een stof in de lucht waaraan een
gezonde volwassene gedurende de tijd dat hij werkt blootgesteld mag zijn
zonder blijvende schade te ondervinden.
Er zijn twee byzondere mac-waarden * : de MAC-C (C van Ceiling) en de MAC-
TGG (tijd gewogen gemiddelde). *
Een andere methode is het gebruik van de normen voor ” fijnstof” in de
buitenlucht, alleen deze methode is gebaseerd op langdurige (Chronische)
blootstelling, terwijl bij kunstmatig vervaardigde rook uitgegaan moet worden
van kortdurende blootstelling (maximaal enkele uren met een hoge
concentratie). Ook verschilt de werking van fijnstof wezenlijk van in water
oplosbaar aerosol.
In 1982 is er een experimenteel onderzoek geweest van de NOHS (The National
Occupational Hygiene Service Ltd) dit is als bijlage ingevoegd in een Concept
Smoke Systhems, Health and Safety Data.
Hierbij worden verschillende concentraties bereikt bij verschillende
rookdichtheid. Deze wordt uitgedrukt in % lichtabsorptie. Bij 10% lichtabsorptie
is de concentratie 190 mg/m3, bij 30% is het 520 mg/m3 en bij 60%
lichtabsorptie 2500 mg/m3. Bij deze concentraties is 80-94% respirabel.
Respirabel betekent dat de deeltjesgrootte dusdanig klein is dat ze tot in de
longen kunnen komen.
Het NOHS rapport berekent hiermee de maximale inname/opname van glycolen
in vergelijking tot de toxische dosis. De toxische orale dosis wordt bij lange na
niet bereikt.
Ook hier verschillen de meningen van sommige artsen over omdat de aerosolen
naar hun mening weer oplossen in de slijmvliezen van de bovenste luchtwegen.
Bron:
Ghor rapportoefenrook aug 04: Waar rook is hoeft geen vuur te zijn
Verstrekt door:infopunt veiligheid; Nederlands Instituut Fysieke Veiligheid Nibra;Postbus 7010; 6801 HA Arnhem;
Bezoekadres: Kemperbergerweg 783; Telefoon: 0900 235 112 112; Fax: 026 351 50 51; E-mail:
info@infopuntveiligheid.nl; Internet: www.infopuntveiligheid.nl
* De mac-waarden zijn per 1 januari 2007 vervangen door een beperkte lijst met
grenswaarden.
Deze gegevens komen uit een Ghor rapport:Oefenrook uit augustus 2004.
Pagina
`` 1
0
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
11. Enige jaren geleden heeft het bedrijf Haagen een rapport geschreven over de
effecten van rookgeneratoren en kunstmatig vervaardigde rook (oefenrook) Dit
rapport is gebaseerd op testen van TNO.
Bij het onderzoek dat TNO heeft verricht is men uitgegaan van de Grens-
waarden (voorheen mac-waarden) van de verwante stof: Ethyleenglycol zoals
eerder in deze scriptie vermeld. De MAC-waarde van Ethyleenglycol bedraagt:
52mg/m3 voor de 8 uurs TGG (Tijd Gewogen Gemiddelde) en 104mg/m3 voor
de 15 min. TGG.
Kunstmatig vervaardigde ”rook” gedraagt zich als stof, voor inhaleerbaar stof
wordt aanbevolen om de MAC-waarde voor blootstelling gedurende 8 uur (TGG)
te handhaven op 10 mg/m3. Deze waardes zijn wettelijk vastgesteld.
TNO heeft in opdracht van Haagen verschillende testen gedaan met
rookmachines om te kijken wat de effecten zijn.
Op de volgende pagina staan 3 grafieken. In deze grafieken is aangegeven hoe
lang men (volgens TNO) in een ruimte kan verblijven onder bepaalde
omstandigheden.
Volgens Haagen is het zo dat op korte termijn oefenrook bij matig gebruik niet
gevaarlijk is, maar wat de effecten zijn van oefenrook op de langere termijn is
niet bekend. Hiervoor is jarenlang onderzoek nodig dat tot op heden nog niet
gedaan is. Dus wat de uiteindelijke effecten zijn van de oefenrook zal nog lange
tijd onbekend blijven.
Wel kan je last krijgen van: allergische reacties en wanneer men overgevoelig
is voor stof: eczeem; huiduitslag; irritaties aan de ogen; irritatie van het
neusslijmvlies.
Aldus Rik van Kimmenade van Haagen fire training products in een interview
dat hij destijds heeft gegeven voor het blad: Brand&Brandweer april 2008 pag.
212-213.
Foto’s:
Wegbsite:
Haagen Fire Trainings Products
(www.Haagen.eu/EN/smoke_generators.aspx)
Pagina
`` 1
1
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
12. Als een persoon een ruimte betreedt
met oefenrook, maar zonder
bescherming moet het zicht minstens
vijf meter zijn wil hij er langer dan
een uur kunnen verblijven zonder
schade op te lopen. Tijd
Bij een zicht van twee meter is (minuten)
dit slechts ongeveer vijftien minuten,
en bij zicht onder de meter kan hij zich
helemaal niet in deze ruimte begeven!
Met een stofmasker met klasse FFP2
kan een persoon het bij een zicht
van 2 meter 120 minuten in deze
Tijd ruimte verblijven. Bij een zicht van
(minuten) 0,5 meter bijna 20 minuten.
Maar bij een zicht van 20 cm kan hij
zich helemaal niet in deze ruimte
begeven!
Bij gebruik van een filtermasker Tijd
klasse A2P3 kan een persoon bij (minuten)
een zicht van 0,1 meter bijna
30 minuten in deze ruimte verblijven.
Bron:
Brand&Brandweer april 2008 pag. 212-213
Pagina
Lesbrief:Oefenrook/bescherming tegen oefenrook
Datum: 17-04-2008 Bureau Opleiden & Oefenen BRANDWEER ROERMOND
`` 1
2
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
13. 7.2 Interview met Hr. G.H.M. Bouten, bedrijfsarts.
Op 13 juli 2010 heb ik een interview gehad met Hr. G.H.M. Bouten, bedrijfsarts
over de gevolgen van kunstmatig vervaardigde rook uit rookgeneratoren op de
gezondheid van lotusslachtoffers.
Dr. Bouten is al jaren werkzaam als arts voor het Oranje kruis met betrekking
tot zaken die te maken hebben met lotusslachtoffers
Naast examinerend arts voor het Oranje kruis met betrekking tot examens voor
lotusslachtoffers heeft hij jaren in het college van deskundigen van het Oranje
Kruis gezeten. Hiernaast is hij voorzitter en medisch adviseur van de
Organisatie LOTUS en heeft tot op heden veel betekend voor de ontwikkeling
van de lotus leerstof het lotus leerboek. Dit mede door zijn ruime ervaring in de
lotus wereld.
In mijn interview met hem kwam naar voren dat hij een groot tegenstander is
van het verrichten van lotus werkzaamheden in ruimten waar kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren aanwezig is.
Dr. Bouten gaf aan dat je uitermate voorzichtig moet zijn met stoffen die
ingeademd worden en lichaamsvreemd zijn. los van het feit of dat stoffen
toxisch zijn is alles wat lichaamsvreemd en ingeademd wordt slecht voor de
gezondheid. Kunstmatig vervaardigde rook uit een rookmachine laat een
vettige substantie achter op alles in zijn omgeving, deze stoffen komen ook in
het menselijk lichaam terecht en uiteindelijk in de longen, deze stoffen horen
hier niet thuis en zijn dus lichaamsvreemd. Dit moet koste wat kost vermeden
worden.
Dr Bouten benadrukt de lotusslachtoffers van de kring waar hij direct bij
betrokken is, dat zij absoluut niet in kunstmatig vervaardigde rook moeten
gaan acteren ook niet als er maar een klein beetje rook hangt. Ook dit heeft
hij tot op heden aan alle in opleiding zijnde lotus instructeurs gedoceerd.
Hij betreurt het dan ook ter zeerste dat er nog steeds lotusslachtoffers zijn
die toch hun spel doen in ruimtes met kunstmatig vervaardigde rook.
Op mijn vraag hoe Dr. Bouten er tegenover staat om dan met persoonlijke
beschermingsmiddelen zoals stofmaskers of filterbussen op in de kunstmatig
vervaardigde rook te acteren vertelde hij dat hij daar geen voorstander van is
omdat een van de onderdelen van de doelstelling van lotusslachtoffers is: op
verantwoorde wijze uitbeelden van slachtoffers en acuut zieken. Het is dan
ook noodzakelijk zoveel mogelijk de werkelijkheid te benaderen. Een ECHT
slachtoffer dat in een brandend huis ligt of in ieder geval in een ruimte met
echte rook, heeft meestal geen tot nooit persoonlijke beschermingsmiddelen
op in de vorm van stofkapjes; filterbussen of ademluchtkappen. Natuurlijk is
dit wel beter dan zonder persoonlijke beschermingsmiddelen zoals hierboven
vermeld.
Pagina
`` 1
3
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
14. 7.3 Interview met Hr. S. Hendriks en Mw. J. van Zanten
van: Fire Ware.
Op 20 september 2010 heb ik een interview gehad met met Hr S. Hendriks en
Mw. J. van Zanten van Fire ware.
Fireware is een bedrijf dat zich bezig houdt met het verhuren, verkopen en
ontwikkelen van ensceneringmaterialen voor brandweerkorpsen en BHV-
opleidingscentra met een groot assortiment waaronder diverse
rookgeneratoren en rookvloeistoffen.
Mijnheer Hendriks en mevrouw Van Zanten vertelden dat de schadelijkheid de
rookvloeistof op zich wel meevalt mits er gebruik gemaakt wordt van kwalitatief
goede rookgeneratoren en de juiste goede kwaliteit rookvloeistof en de
geproduceerde “rook” niet boven het verzadigingspunt van de lucht komt.
Wanneer je boven het verzadigingspunt van de lucht komt (dit is bij een zicht
van ongeveer 50 cm) krijg je neerslag van rookvloeistof in de vorm van een
vettige substantie). Natuurlijk moet je zoveel mogelijk gebruik maken van
persoonlijke beschermingsmiddelen zoals stofmaskers en/of filterbussen.
Zeker wanneer je bedenkt dat voor een goede werking een rookmachine
minstens ieder half jaar gereinigd moet worden door er in plaats van
rookvloeistof een volle tank met gedestilleerd water door de machine heen
gespoeld moet worden (Een hele tank van de rookgenerator vullen met
gedestilleerd water en dit in “rook”om laten zetten i.p.v. rookvloeistof)
Dit voorkomt de vorming van een soort ketelsteen zoals hieronder op de foto te
zien is.
Bovendien komen er resten in de rook die uitgestoten wordt dat dan weer in je
longen terecht kan komen.
Wanneer er niet van een goede kwaliteit rookmachine gebruik gemaakt wordt
en/of de kwaliteit van de rookvloeistof is niet goed (of de juiste rookvloeistof
voor de machine)is, kan het zijn dat er geen aerosol ontstaat maar echte rook
door de verbranding van rookvloeistof.
Mijnheer Hendriks en mevrouw van Zanten hebben me echter ook op een
Pagina
gevaar gewezen dat ik nog niet eerder was tegengekomen.
`` 1
4
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
15. Het gebeurt bij opleidingsinstituten nog wel eens dat de rookvloeistof op een
andere plaats nodig is dan waar hij uit de rookgenerator komt.
Een veel gebruikte oplossing hiervoor is dat er dan een pvc pijp van meerdere
meters achter de rookmachine geplaatst wordt die de rook dan elders
(bijvoorbeeld midden in de ruimte) in de ruimte terecht laat komen.
Nadat de aerosol (kunstmatig vervaardigde rook) de rookgenerator verlaat
koelt het zeer snel af en condenseert het in de kunststof buis.
Vaak zalen deze buizen iets door waardoor er een klein beetje water in deze
buizen kan blijven staan. Bij zomerse temperaturen kan er hier legionella
ontstaan. Volgens mijnheer Hendriks en mevrouw van Zanten is hier echter nog
geen onderzoek naar gedaan.
Wanneer er een ventilator tussen de rookmachine en de buis geplaatst is die na
de “rook” productie nog enige tijd doorblaast, totdat de buis droog is heb je hier
echter geen last van, voorwaarde is dan wel dat de buis droog moet zijn
wanneer de ventilator stopt met blazen.
Legionella is een bacterie die de veteranenziekte kan veroorzaken, dit is een
ernstige longontsteking. Er bestaat ook een lichtere vorm van infectie:
legionellagriep (ook wel pontiac koorts) deze is meestal tijdelijk en van
doorgaande aard.
De legionellabacterie is alleen gevaarlijk na vermenigvuldiging. Dat gebeurt in
water met een temperatuur tussen de 25 en 50°C. Boven de 60°C gaat de
bacterie dood. De legionellabacterie vermenigvuldigt zich alleen als het water
niet doorstroomt, maar langdurig blijft stilstaan in dode hoeken. Sterke
doorstroming van water kan aangroei van de bacterie voorkomen.
Besmeting met legionella gebeurt via de longen en wordt veroorzaakt door het
inademen van van de legionellabacterie in hele kleine druppeltjes waternevel
(aerosolen).
De meeste mensen worden niet ziek na besmetting. Treedt de ziekte wel op,
dan is deze te behandelen met antibiotica. Alleen in ernstige gevallenen zonder
juiste behandeling, kan de ziekte dodelijk zijn. De ziekte kan niet van de ene
mens op de andere worden overgedragen en is dus niet besmettelijk.
Een groter risico op legionella besmetting lopen:
Zware rokers, ouderen en mensen die medicijnen gebruiken die hun afweer
verstoten (bijvoorbeeld mensen die een transplantatie hebben ondergaan) en
mensen met een verminderde weerstand lopen een groter risico. Het drinken
van met legionella besmet water vormt GEEN risico.
Bron:
Rijksoverheid: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/vragen-en-
antwoorden/wat-is-legionella-en-kan-ik-ziek-worden-van-de-legionellabacterie.html
WWW.legionella.nl
Pagina
`` 1
5
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
16. 7.4 Vragen per e-mail aan:
Professor doctor J.E.M.H. van Bronswijk
Om hier meer over te weten te komen heb ik Hr Leo Bikkers van de Vetstichting
veteranenziekte benaderd die mij heeft doorverwezen naar:
Professor doctor J.E.M.H. van Bronswijk , zij is gespecialiseerd in biologische
oorzaken van de veteranenziekte in bebouwde omgeving (legionella in
woonhuizen) en is werkzaam aan de technische universiteit in Eindhoven.
Per e-mail heb ik haar de vraag gesteld:
Wanneer er alleen een rookgenerator wordt gebruikt is dit risico niet aanwezig
de rookvloeistof, bestaande uit: glycolen en water, wordt tot ongeveer 300
graden Celsius opgewarmd, zodat het verdampt. Maar veel opleidingsinstituten
plaatsen achter de rookgenerator een kunststof (pvc) buis waardoor de
kunstmatig vervaardigde rook naar een deel van de ruimte geleid wordt waar
de” rook “ nodig is. De waterdamp uit de kunstmatig vervaardigde rook
condenseert in deze horizontal geplaatste kunststof buizen waardoor zij vochtig
worden. Soms zijn deze buizen op verschillende plaatsen van gaten voorzien
zodat de rook hier de buis kan verlaten. Wanneer een buis iets doorbuigt kan er
zelfs wat water in komen te staan.
Mijn vraag is: is er hier een reële kans op de vorming van legionella, is hier al
eens een onderzoek naar gedaan, en wat voor persoonlijke
beschermingsmiddelen kunnen lotusslachtoffers het beste dragen wanneer zij
toch in zo’n ruimte gaan liggen voor een brandweeroefening of een bhv
oefening.
Prof. Dr. J.E.M.H. van Bronswijk heeft in een mail geantwoord dat ernaar haar
weten geen onderzoek gedaan is in de door mij genoemde pijpen.
De combinatie van PVC, glycolen en water bij kamertemperatuur zal er wel toe
leiden dat er een biofilm ontstaat binnen in de buizen waar legionella in kan
bestaan.
Tevens kreeg ik de wedervraag hoe deze buizen gereinigd worden.
Want een goede en stevige reiniging zou afdoende moeten zijn en dat zou je
kunnen controleren door monsters te nemen van de binnenzijde van de buizen
om microscopisch bij lage vergroting vast te stellen of er nog biofilm met
protozoën aanwezig is. Deze protozoën zijn namelijk de echte thuishaven van
Legionella die eigenlijk alleen “per ongeluk” met het water wordt meegevoerd.
Ik heb haar (na navraag) geantwoord dat deze leidingen nooit schoongemaakt
worden en dat deze pvc buizen in een vaste opstelling in de desbetreffende
ruimtes geplaatst zijn en dat er verder niet naar wordt omgekeken.
Prof. Dr. J.E.M.H. van Bronswijk antwoordde op haar beurt weer dat er dan een
potentieel legionella probleem is.
(de desbetreffende E-mails vind u in de bijlage 10.2 terug)
Pagina
`` 1
6
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
17. 7.5 Navraag over het vaststellen van legionella in pvc buizen
waardoor rook getransporteerd word aan:
CAG Consult Air Group BV.
Na het antwoord van Prof. Dr. J.E.M.H. van Bronswijk ben ik bij CAG Consult
Air Group BV langs gegaan om te vragen hoe er onderzocht kan worden of dat
er legionella bacteriën in pvc buizen, waardoor kunstmatig vervaardigde rook
uit rookmachines gaat (zoals eerde in deze scriptie vermeld), zitten.
CAG Consult Air Group BV is een bedrijf dat zich onder andere bezig houdt met
inspecties en onderzoek in kantoren, productieruimten, scholen en musea door
middel van de nieuwste technieken en analyses. Een van hun specialisaties is:
inspecties en onderzoek met betrekking tot legionella.
Hier bleek dat om legionella vast te kunnen stellen er een aantal liters water
nodig is. De hoeveelheden water dat ontstaan is uit condens en dat in de pvc
pijp staat is dermate weinig dat het meten hiervan niet mogelijk is. Dit neemt
niet weg dat de legionella bacterie in deze buizen aanwezig kan zijn.
De personeelsleden die onderzoek doen na legionella maken gebruik van P2
en/of P3 stofmaskers. Deze stofmaskers geven genoeg bescherming tegen de
legionella bacterie.
Hieronder staan 2 p2 en 1 P3 stofmaskers afgebeeld.
3M 9322 P2 Maskers
Ademhalingsbescherming tegen fijn stof, olie of op water gebaseerde nevels.
Deze nieuwe generatie stofmaskers biedt confort en stijl zonder afbreuk te doen aan de
Prestaties, betrouwbare, effectieve bescherming agaist fijnstof. 3M Cool Flow ventiel.
Goedkeuring: CE-gemarkeerde Standaard: EN149: 2001 FFP2 Maximaal gebruik niveau:
Toegewezen Protection Factor: 10 x OEL (nominale beschermingsfactor 12 x OEL).
3M1862 Health Care masker (P2)
Het 3M 1862 masker Healthcare voldoet aan de eisen
van EN149: 2001 FFP2 en kan gebruikt worden om
de drager te beschermen in de concentratie van vaste
en niet-vluchtige vloeibare deeltjes tot 10 maal de MAC
(Occupational Exposure Limit)
CE gekeurd.
3M Health Care maskers voldoen aan de EG-richtlijn 89/686.
Dit product is bestemd voor gebruik in infectie onder controle praktijken.
3M Health Care 1873v masker (P3)
De 3M 1872v Valved Healthcare masker voldoet aan de eisen van EN149: 2001 FFP3
en kan gebruikt worden om de drager te beschermen in de concentratie van vaste en
niet-vluchtige vloeibare deeltjes tot 20 maal de grenswaarde (Occupational Exposure
Limit) CE gekeurd.
3M Health Care maskers voldoen aan de EG-richtlijn 89/686.
Dit product is bestemd voor gebruik in infectie onder controle praktijken.
Bron: http://www.surgical-face-masks.co.uk/medical-face-masks.htm
Pagina
`` 1
7
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
18. 7.6 Lotusslachtoffers en de wet
Een lotusslachtoffer die in opdracht van een lotus kring een opdracht bij een
derde (een bedrijf) uitvoert waarvoor hij een onkostenvergoeding ontvangt
mag volgens de wetgeving als vrijwilliger gezien worden. Arbowet: art. 1 lid 3
onderdeel l (zie bijlage 10.10).
Sinds 1 januari 2007 geldt de arbeidsomstandighedenwet niet voor vrijwilligers,
maar alleen geldt in geval dat er een arbeidsrelatie bestaat tussen een
werkgever en een in loondienst zijnde werknemer, een lotusslachtoffer krijgt
wel een financiële vergoeding per uur maar dit is een onkostenvergoeding, en
er is geen arbeidsrelatie tussen lotuskring en het lotusslachtoffer.
Naast het feit dat er een aantal aanvullende arbo voorschriften voor vrijwilligers
blijven gelden die tot de omschreven kwetsbare groepen behoren, is er naast
de arbeidsomstandighedenwet een bepaling in het burgerlijk wetboek artikel 7
lid 658 (zie bijlage 10.10) opgenomen waarmee werkgevers een zorgplicht
opgelegd krijgen. Deze geld niet alleen voor werknemers maar ook voor
vrijwilligers; klanten; gasten; leden en ook lotusslachtoffers die in opdracht
hetzij wel of niet op vrijwillige basis een opdracht uitvoeren.
Dit houdt in dat een bedrijf of de instantie welke via de lotuskring een
lotusslachtoffer inzet die maatregelen moet nemen die redelijkerwijs nodig zijn
om te voorkomen dat de medewerker, (lees: vrijwilliger, dus ook een
lotusslachtoffer die lid is van de lotuskring), in de uitoefening van zijn functie
schade lijdt. Doet een bedrijf of de instantie welke via de lotuskring een
lotusslachtoffer inzet dit niet, dan is deze verantwoordelijk voor de schade die
de medewerker, (lees: vrijwilliger, dus ook een lotusslachtoffer welke lid is van
de lotuskring), in de uitvoering van zijn werkzaamheden lijdt. Het is niet meer
dan redelijk dat een lotuskring hier ook in bijdraagt, door bij het aannemen van
de opdracht te eisen dat er persoonlijke beschermingsmiddelen worden
aangeboden wanneer een lotusslachtoffer in de kunstmatig vervaardigde rook
uit rookgeneratoren moet acteren.
Gezien de zorgplicht hier van toepassing is, burgerlijk wetboek artikel 7 lid 658
(zie bijlage 10.10), gelden veel artikelen van de arbeidsomstandighedenwet ook
voor vrijwilligers en dus lotusslachtoffers.
Hij moet dus persoonlijke beschermingsmiddelen verstrekken,
arbeidsomstandighedenwet artikel: 3 lid 1 onderdeel b (zie bijlage 10.10); dit
moet hij ook nog eens gratis verstrekken, arbeidsomstandighedenwet
artikel: 44 (zie bijlage 10.10).
Het bedrijf of de instantie welke via de lotuskring een lotusslachtoffer inzet mag
en moet gezien zijn verantwoordelijkheid naar het lotusslachtoffer toe
op zijn beurt van het lotusslachtoffer eisen dat hij de persoonlijke
beschermingsmiddelen ook gebruikt. Arbeidsomstandighedenwet artikel: 11; 11
onderdeel b (zie bijlage 10.10).
Pagina
`` 1
8
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
19. Het bedrijf of de instantie welke via de lotuskring een lotusslachtoffer inzet
moeten erop toezien dat de lotusslachtoffers de persoonlijke
beschermingsmiddelen ook gebruiken. Arbeidsomstandighedenwet artikel 8 lid
4 (zie bijlage 10.10).
Het bedrijf of de instantie welke via de lotuskring een lotusslachtoffer inzet
moeten voorlichting geven aan de lotusslachtoffers over de risico’s van “rook”
en hoe de persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt moeten worden.
Arbeidsomstandighedenwet artikel: 8 lid 1 en lid 3 (zie bijlage 10.10).
Het bedrijf of de instantie welke via de lotuskring een lotusslachtoffer inzet
moet zoveel mogelijk volgens de risico’s volgens arbeidshygiënische strategie
wegnemen. Arbeidsomstandighedenwet artikel: 3 lid1 onderdeel b (zie bijlage
10.10).
Bovenstaande moet gebeuren volgens de stand van de wetenschap en
professionele dienstverlening, arbeidsomstandighedenwet artikel:3 lid1
(zie bijlage 10.10).
Pagina
`` 1
9
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
20. 7.7 Enquêtes
7.6.1 Enquête met betrekking tot lotusslachtoffers
Van de 39 lotusslachtoffers die het enquête formulier hebben teruggezonden
hebben 38 lotusslachtoffers wel aan de enquête deelgenomen en 1
lotusslachtoffer had aangegeven niet aan de enquête te willen deelnemen. Niet
uit onwil maar uit het ontbreken van ervaring met betrekking tot dit onderwerp.
De lotusslachtoffers die hebben deelgenomen komen van 8 lotus kringen
verdeeld over heel Zuid- en Noord Holland.
Er zijn 19 verschillende vragen gesteld waarvan 3 vragen betrekking hadden op
het deelnemen aan deze enquête, deze vragen waren: of dat men aan de
enquête wilde deelnemen; of de enquête voor de scriptie gebruikt mocht
worden en of dat hij/zij wel of niet anoniem wenst te blijven.
De rest van de vragen (16 stuks) hadden betrekking op de kennis en ervaring
van de lotusslachtoffers met kunstmatig vervaardigde rook uit rookgeneratoren.
De totale uitkomst van deze enquête kunt u terug vinden in Bijlage: 10.3
uitwerking enquête voor lotusslachtoffers.
Opvallend is dat 18 lotusslachtoffers aangeven dat kunstmatig vervaardigde
rook uit rookgeneratoren schadelijk is voor de gezondheid, 12 slachtoffers
denken dat het niet slecht is voor de gezondheid en 8 lotusslachtoffers gaven
aan dit niet te weten.
Ondanks dat meer dan de helft weet dat het slecht is voor de gezondheid gaan
30 van de 39 lotusslachtoffers toch de”rook” in om een opdracht uit te voeren.
Slechts 7 lotusslachtoffers gaven aan dit niet te doen en 2 hebben deze vraag
niet ingevuld.
Als reden om niet in de “rook” te gaan gaven de lotusslachtoffers op:
1. Niet zonder adembescherming; het is geen lichaamseigen stof.
2. Niet tenzij buitenen niet in de rook; Omdat risico patiënten o.a. hart long
en diabetespatiënten heel veel problemen kunnen krijgen (aldus mijn
cardioloog)
3. Wel, soms heb je geen keuze en moet je wel.
4. Wel, als het schadelijk zou zijn voor de gezondheid maar ik zou het eerst
vragen bij de beheerder van de rookgenerator.
5. Wel, zal met overleg zelf mijn positie kiezen.
6. Niet, longen
In verre weg de meeste gevallen worden de opdrachten in kunstmatig
vervaardigde rook van een rookgenerator binnen uit gevoerd.
De duur van het verblijf in zo’n ruimte varieert tussen minder dan
30 seconden en meer dan 30 minuten.
In de meeste gevallen moet dit langer dan 10 minuten gedaan worden
variërend tussen 1 tot 10 keer maar meestal 1 tot 3x achter elkaar.
Wanneer er langere tijd in de “rook” moet worden geacteerd (meer dan 15
minuten), moet dat vaak 2x achter elkaar gedaan worden. Hierbij is het
Pagina
zicht in verre weg de meeste gevallen minder dan 50 cm.
`` 2
0
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
21. Helaas krijgen de lotusslachtoffers in ongeveer 2/3 (23 x) van de gevallen GEEN
persoonlijke beschermingsmiddelen aangeboden.
Wanneer er geen persoonlijke beschermingsmiddelen aangeboden worden
geven 13 lotusslachtoffers aan klachten te hebben met betrekking toet de
gezondheid.
De klachten die de lotusslachtoffers aangeven werden (10 lotusslachtoffers)
wanneer ze zonder persoonlijke beschermingsmiddelen in de kunstmatig
vervaardigde rook van een rookgenerator moeten acteren zijn:
1. Zere keel en benauwd
2. Hart ritme stoornissen; kortademigheid; benauwdheid.
3. Schrale; pijnlijke keel en na enige tijd schor voor een paar dagen
4. Benauwd; hoesten; droge slijmvliezen
5. Brandende ogen (2 personen)
6. Benauwdheid; droge keel; geïrriteerdheid van luchtpijp en misselijkheid
7. Benauwd door longemfyseem.
8. Droge mond en zoete smaak
9. Benauwd; kortademigheid; branderige ogen, vettige substantie op
bril en kleding.
10. Een soort prikkelend gevoel op mijn tong, dit krijg ik ook van sigarettenrook.
Wanneer er wel persoonlijke beschermingsmiddelen aangeboden worden gaat
het hier meestal om een filterbus kort hierop volgend om stofkapjes en heel af
en toe een ademlucht kap.
34 van de 38 lotusslachtoffers geven aan soms in de kunstmatig vervaardigde
rook uit een rookgenerator te liggen en 4 lotusslachtoffers van de 38 geven
aan dit regelmatig te doen.
Wanneer er een opdracht in kunstmatig vervaardigde rook van een
rookgenerator moet worden uitgevoerd, wordt er door de opdrachtgever vooraf
in ongeveer 2/3 van de gevallen geen informatie of duidelijke instructies
gegeven of duidelijke afspraken gemaakt over hoelang men in deze ruimte met
“rook”mag verblijven en/of hoe men de persoonlijke beschermingsmiddelen
moet gebruiken, en hoe men moet handelen in noodsituaties, enz.
Pagina
`` 2
1
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
22. 7.7.2 Enquête met betrekking tot opleidingsinstituten
Aan de enquête voor opleidingsinstituten hebben 7 opleidingsinstituten
deelgenomen 1 opleidingsinstituut had aangegeven niet aan de enquête deel te
kunnen nemen vanwege een verlof van de verantwoordelijke persoon van dit
onderwerp.
Er zijn 21 verschillende vragen gesteld waarvan 3 vragen betrekking hadden op
het deelnemen aan deze enquête, deze vragen waren: of dat men aan de
enquête wilde deelnemen; of de enquête in de scriptie gebruikt mocht worden
en of dat de bedrijfsnaam wel of niet in de scriptie vermeld mag worden.
De rest van de vragen (18 stuks) hadden betrekking op de kennis en ervaring
van het opleidingsinstituut met kunstmatig vervaardigde rook uit
rookgeneratoren en hun ervaringen met de lotusslachtoffers die in deze “rook”
acteren.
De totale uitkomst van deze enquête kunt u terug vinden in Bijlage: 10.4
uitwerking enquête voor opleidingsinstituten.
Van de 7 opleidingsinstituten zegt 1 opleidingsinstituut dat kunstmatig
vervaardigde rook uit een rookgenerator schadelijk is voor de gezondheid; 4
dat het niet schadelijk is voor de gezondheid; 1 opleidingsinstituut zegt dat het
schadelijk kan zijn en 1 weet het niet.
Bij 6 opleidingsinstituten wordt er soms met “rook” gewerkt en bij 1 wordt er
regelmatig met “rook” gewerkt, wat in de meeste gevallen binnen gebruikt
wordt. Bij alle opleidingsinstituten gaat het hier om zowel BHV trainingen als
ook om ontruimingsoefeningen. 1 opleidingsinstituut gaf ook aan dit voor
brandweertrainingen te gebruiken.
De opleidingsinstituten weten geen alternatief voor het oefenen in kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren.
Bij 5 opleidingsinstituten wordt er soms gebruikt gemaakt van lotusslachtoffers;
bij 1 regelmatig en bij 1 vaak.
Bij de meeste opleidingsinstituten wordt vooraf aan het lotusslachtoffer
gevraagd of hij/zij bereid is in de “rook” te acteren. Bij twee opleidingsinstituten
wordt er zonder vragen verwacht dat zij dit doen.
Bij meer dan de helft (4 stuks) van de opleidingsinstituten komt het nooit voor
dat een lotusslachtoffer weigert om in de rook te acteren, bij 2 wordt er soms
geweigerd en bij 1 regelmatig.
In de meeste gevallen moet het lotusslachtoffer gedurende 10 minuten in de
rook acteren.
In tegenstelling tot wat de lotusslachtoffers aangeven komt er bij de
opleidingsinstituten naar voren dat juist bij een kortere verblijfsduur er vaker
achter elkaar in de “rook” geacteerd moet worden.
Bij de langere verblijfsduur 10 tot maximaal 15 minuten is dit meestal slechts
1x. Het zicht is in de meeste gevallen minder dan 50cm.
Pagina
`` 2
2
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
23. Er wordt bij 5 van de 7 opleidingsinstituten persoonlijke beschermingsmiddelen
in de vorm adembescherming aangeboden.
Als er persoonlijke beschermingsmiddelen aangeboden worden gaat het hier
meestal om een ademluchtkap (onafhankelijke ademluchtbescherming).
1 opleidingsinstituut biedt een stofkapje aan.
Bij twee opleidingsinstituten dragen de lotusslachtoffers nooit de aangeboden
persoonlijke beschermingsmiddelen; bij 1 soms; bij 3 altijd en één
opleidingsinstituut heeft dit niet ingevuld.
Er komen bij 5 opleidingsinstituten nooit klachten met betrekking tot de
gezondheid van lotusslachtoffers welke terug te voeren zijn tot het acteren in
de “rook”.
Bij 1 opleidingsinstituut gebeurt dit soms en één opleidingsinstituut heeft deze
vraag niet ingevuld.
De klachten die bij het desbetreffende opleidingsinstituut binnenkomen zijn:
benauwdheid; misselijkheid; keelpijn en hoofdpijn.
Bij 5 opleidingsinstituten wordt er vooraf voorlichting gegeven over kunstmatig
vervaardigde rook uit een rookgenerator, bij twee opleidingsinstituten gebeurt
dit niet.
Tot slot worden er bij 6 van de 7 opleidingsinstituten vooraf duidelijke
instructies gegeven en duidelijke afspraken gemaakt over bijvoorbeeld hoelang
men in de rook mag verblijven; hoe de aangeboden persoonlijke
beschermingsmiddelen gebruikt moeten worden en hoe men in geval van een
noodsituatie dient te handelen.
Pagina
`` 2
3
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
24. 7.7.3 Enquête met betrekking tot brandweerkorpsen.
Van de meer dan 50 brandweerkorpsen (door het hele land) die voor deze
enquête benaderd zijn hebben 14 korpsen een ingevulde enquête terug
gestuurd.Hiervan gaven 12 brandweerkorpsen aan deel te willen nemen aan
deze enquête en 2 om niet deel te willen nemen door de drukke
werkzaamheden.
Er zijn 22 verschillende vragen gesteld waarvan 4 vragen betrekking hadden op
het deelnemen aan deze enquête, deze vragen waren: of men aan de enquête
wilde deelnemen; of de enquête in de scriptie gebruikt mocht worden, of
zijn/haar naam in de bronvermelding vermeld mag worden en of de korpsnaam
wel of niet in de scriptie vermeld mag worden.
De rest van de vragen (18 stuks) hadden betrekking op de kennis en ervaring
van de brandweerkorpsen met kunstmatig vervaardigde rook uit
rookgeneratoren en hun ervaringen met de lotusslachtoffers die in deze “rook”
acteren.
De totale uitkomst van deze enquête kunt u terug vinden in Bijlage: 10.5
uitwerking enquête voor brandweerkorpsen.
5 personen hebben aangegeven dat hun naam niet in de bronvermelding
vermeld mag worden en van de 12 korpsen die aan de enquête hebben
deelgenomen hebben 4 korpsen bezwaar dat hun korpsnaam daar vermeld
word.
Op de vraag of dat kunstmatig vervaardigde rook uit een rookgenerator
schadelijk is voor de gezondheid gaven 8 korpsen aan dat het schadelijk is voor
de gezondheid, 2 gaven aan dat het mogelijk schadelijk is en 1 korps gaf aan
dat het niet schadelijk is voor de gezondheid.
Ondanks dit gebruikt geen van de korpsen een alternatief. In plaats hiervan
wordt er regelmatig met kunstmatig vervaardigde rook uit rookgeneratoren
gewerkt, dit gebeurt in 2/3 van de gevallen binnen en meestal is dit voor
oefeningen.
Slechts 1x werd er aangegeven dat dit voor trainingen is. Twee andere
activiteiten waarbij kunstmatig vervaardigde rook uit rookgeneratoren gebruikt
wordt zijn: Brandweerwedstrijden en ondersteuning van promotieactiviteiten
van de brandweer.
Alle korpsen gaven aan bij trainingen/oefeningen gebruik te maken van
lotusslachtoffers die dan in de “rook” moeten acteren.
Hierbij word bij 6 korpsen vooraf gevraagd aan het lotusslachtoffer of hij
hiertoe bereid is, bij 2 korpsen wordt dit zonder vragen van hem verwacht.
Slechts 1 korps gaf aan dat het soms voorkomt dat een lotusslachtoffer
weigert om in de “rook” te acteren, bij de andere korpsen wordt er nooit
geweigerd.
Pagina
`` 2
4
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
25. Wat opvallend is dat er bij de brandweerkorpsen altijd minimaal 10 minuten of
langer in de “rook” geacteerd moet worden. Dit varieert van
10 minuten tot 30 minuten met een uitschieter van 1x dat er langer dan 30
minuten in de “rook” geacteerd moet worden.
Dit moet dan mestal 1 of 2x achter elkaar gedaan worden.
Ook hier is weer een uitschieter van 9x tot meer dan 10x achter elkaar.
Het zicht ligt hier iets hoger dan bij de opleidingsinstituten tussen de 50 cm en
de 5 meter, in de meeste gevallen is er hier 1,5 meter zicht.
Bij alle brandweerkorpsen worden er aan de lotusslachtoffers persoonlijke
beschermingsmiddelen aangeboden. Dit bestaat in de meeste gevallen uit
filterbussen daarna komen de stofkapjes en in het minst van de gevallen wordt
er een ademluchtkap aangeboden.
De aangeboden persoonlijke beschermingsmiddelen worden in de meeste
gevallen ook door de lotusslachtoffers gedragen.
Er komen nooit klachten met betrekking tot de gezondheid van lotusslachtoffers
welke terug te voeren zijn tot het acteren in de “rook” bij de brandweerkorpsen
binnen.
Bij 7 van de 12 korpsen wordt er vooraf geen voorlichting over kunstmatig
vervaardigde rook uit rookgeneratoren aan lotusslachtoffers gegeven.
Wel worden er bij 9 van de 12 brandweerkorpsen vooraf duidelijke instructies
gegeven en duidelijke afspraken gemaakt over bijvoorbeeld hoelang men in de
rook mag verblijven; hoe de aangeboden persoonlijke beschermingsmiddelen
gebruikt moeten worden en hoe men in geval van een noodsituatie dient te
handelen.
Pagina
`` 2
5
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
26. 8. Conclusies:
Meer dan de helft van de lotusslachtoffers die aan de enquête hebben
deelgenomen is zich ervan bewust dat kunstmatig vervaardigde rook uit
rookgeneratoren (hierna “rook” genoemd) niet goed is voor de gezondheid,
ondanks dit gaan bijna alle lotusslachtoffers wanneer het hun gevraagd
wordt de “rook” in terwijl er in 2/3 van de gevallen geen persoonlijke
beschermingsmiddelen (hierna PBM’s genoemd) worden aangeboden.
Het zicht in de ruimtes waar de “rook” zich bevindt is meestal 1 m tot minder
dan 50 cm. Wanneer er hier geacteerd moet worden duurt dit meestal tussen
de 10 en 30 minuten maar regelmatig ook langer dan 30 minuten. En dit
moet dan vaak 2x achter elkaar gebeuren.
Zonder PBM’s is het in een ruimte met “rook”, waar er een zicht is van 1
meter of minder, niet veilig voor de gezondheid.
In het geval dat het zicht 50 cm is kun je je met een stofmasker niet eens
20 minuten veilig in de “rook” begeven.
Onder de 20 cm zicht kun je met een stofmasker, een ruimte met rook
helemaal niet veilig betreden.
Met een filterbus kun je bij 10 cm zicht ongeveer 30 minuten en bij minimaal
20 cm zicht ongeveer 100 minuten veilig in zo’n ruimte met “rook” verblijven.
Lotusslachtoffers begeven zich ook vaak gedurende langere tijd, 10 tot 30
minuten en soms nog langer, in de ”rook” maar dan zonder PBM’s.
Bij 1/4 van de aan de enquête deelnemende lotusslachtoffers komen
gezondheidskundige klachten naar voren zoals:
Een zoete smaak; een prikkelend gevoel op de tong zoals bij sigarettenrook;
een zere keel; hoesten; benauwdheid; kortademigheid; hartkloppingen; droge
slijmvliezen; brandende ogen; geïrriteerdheid van de luchtwegen;
misselijkheid; schorheid die een paar dagen aanhoud en benauwdheid door
longemfyseem.
In sommige gevallen is er ook nog een risico dat er via de rook een
verspreiding plaats vindt van de legionella bacterie. Dit is niet aangetoond door
onderzoeken maar is theoretisch wel mogelijk. Je kunt je hier op eenvoudige
wijze tegen beschermen (doormiddel van een stofmasker klasse P2 of P3)
maar dit gebeurt meestal niet.
Haagen geeft op dat je last kan krijgen van: allergische reacties en wanneer
overgevoelig is voor stof: eczeem; huiduitslag; irritaties aan de ogen; irritatie
van het neusslijmvlies.
Gezien de bovenstaande feiten is onverstandig dat lotusslachtoffers zonder
pbm’s in ruimtes acteren waar zich kunstmatig vervaardigde rook bevindt in
de condities zoals hierboven omschreven.
Er moet dus ook per direct afgezien worden van het acteren in ruimtes met
kunstmatig vervaardigde rook zonder of zonder afdoende persoonlijke
Pagina
beschermingsmiddelen!
`` 2
6
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
27. 9. Aanbevelingen:
Vanuit de overkoepelende lotusorganisaties (vereniging Lotus Nederland en
Organisatie LOTUS) moet er, naar de lotuskringen toe, een eenduidig strak
beleid komen dat een lotusslachtoffer niet zonder persoonlijke
beschermingsmiddelen in met kunstmatig vervaardigde rook uit
rookgeneratoren (hierna “rook” genoemd) gaat acteren.
Ook de lotus kringen moeten dit beleid doorvoeren naar de lotusslachtoffers.
Tevens moeten zij er op toezien dat dit beleid gehandhaafd wordt.
Gezien de tijdsduur en de frequentie dat een lotusslachtoffer in “de rook” moet
acteren. Moet er gebruik gemaakt worden van minimaal stofmaskers met klasse
P2 In geval van de legionella bacterie is dit zonder meer afdoende bescherming,
maar wanneer een lotusslachtoffer gedurende een langere periode in de “rook”
moet acteren moet er een filtermasker ( klasse A2P3) gebruikt worden.
Vooraf is vaak moeilijk aan te geven hoe lang je in de “rook” moet acteren dus
moet er te allen tijden gebruik gemaakt worden van een filtermasker klasse
A2P3.
Het dragen van een filtermasker (A2P3) gaat wel ten koste van het
natuurgetrouwe spel, maar in een ruimte gevuld met “rook” zie je niet dat een
lotusslachtoffer een persoonlijk beschermingsmiddel draagt. Zodra hij buiten de
desbetreffende ruimte met “rook” komt kan hij het filtermasker af doen en
verder acteren zonder filtermasker.
Het dragen van een filtermasker (A2P3) neemt echter niet de risico’s van
allergische reacties en eczeem weg.
Om dit risico weg te nemen moet er helemaal niet in ruimtes met “rook”
geacteerd worden.
Opleidingsinstituten en brandweerkorpsen moeten in plaats van met “rook” ook
met rookzicht brillen werken. Deze brillen geven je evenveel zicht als in een
met echte rook gevulde ruimte, maar heeft niet de kwalijke uitwerking op de
gezondheid, want je loopt tenslotte niet in de “rook”. Voor brandweerhelmen
bestaan er ook rookzicht kappen ( Blindmasks) deze hebben dezelfde werking
als rookzicht brillen maar zijn speciaal voor brandweerhelmen gemaakt. Dit is
de beste oplossing volgens de arbeidshygiënische strategie.
BHV oefening met
rookzicht brillen
B Blindmask
Pagina
Bron: Bron:
@stex.nu ) Haagen
(www.astex.nu
`` 2
7
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
28. Tijdens de boekingen van lotusslachtoffers moet er op aangedrongen worden
niet van kunstmatig vervaardigde rook uit rookgeneratoren, maar van rookzicht
brillen gebruik te maken.
Wanneer er geen andere mogelijkheid is dan dat er in de kunstmatig
vervaardigde rook geacteerd moet worden, moet verplicht gesteld worden dat
de opleidingsinstituten en brandweerkorpsen zorgen voor persoonlijke
beschermingsmiddelen iets wat volgens de arbeidsomstandighedenwet (artikel
3 eerste lid b.) verplicht is dit moet hij ook nog eens gratis verstrekken
(arbeidsomstandighedenwet art. 44).
De lotusslachtoffers zijn ook verplicht,wanneer er persoonlijke
beschermingsmiddelen aangeboden worden deze te gebruiken.
(arbeidsomstandighedenwet art.11b)
De opdrachtgever moeten erop toezien dat dit ook gebeurt
(arbeidsomstandighedenwet art 8.4)
De lotus kringen moeten voorlichting geven aan de lotusslachtoffers over de
risico’s van “rook”; hoe de persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt moeten
worden en wat hun rechten en plichten tegenover de bedrijven/instanties die
hun inzetten zijn. Dit kan tijdens kringavonden gebeuren.
Veel verenigingen denken dat sinds 1 januari 2007 de
arbeidsomstandighedenwet niet geld voor vrijwilligers maar alleen geldt in
geval dat er een arbeidsrelatie bestaat tussen een werkgever en een in
loondienst zijnde werknemer, een lotusslachtoffer krijgt wel een financiële
vergoeding per uur maar dit is een onkostenvergoeding, en er is geen
arbeidsrelatie tussen lotuskring en het lotusslachtoffer. Naast het feit dat er een
aantal aanvullende arbo voorschriften voor vrijwilligers blijven gelden die tot de
omschreven kwetsbare groepen behoren, is er naast de
arbeidsomstandighedenwet een bepaling in het burgerlijk wetboek (artikel
7:658) opgenomen waarmee werkgevers een zorgplicht opgelegd krijgen deze
geld niet alleen voor werknemers maar ook voor vrijwilligers; klanten; gasten;
leden en ook lotusslachtoffers die in opdracht hetzij wel of niet op vrijwillige
basis een opdracht uitvoeren.
Dit houdt in dat de bedrijven/instanties die de lotusslachtoffers inhuren die
maatregelen moet nemen die redelijkerwijs nodig zijn om te voorkomen dat de
medewerker (lees: vrijwilliger, dus ook een lotusslachtoffer die lid is van de
lotuskring), in de uitoefening van zijn functie schade lijdt.
Doet een bedrijf/instantie welke een lotusslachtoffer inhuurt dit niet, dan is
deze verantwoordelijk voor de schade die de medewerker (lees: vrijwilliger, dus
ook een lotusslachtoffer welke lid is van de lotuskring), in de uitvoering van zijn
werkzaamheden lijdt.
Het is wenselijk dat de lotuskringen, die de belangen van de lotusslachtoffers
behartigen er op toezien dat dit ook gebeurt.
Pagina
`` 2
8
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
29. 10. Bijlagen:
10.1 bijlage: drie methodes om “kunstmatige rook”
te produceren
1. Rook door temperatuursverschil met :
1.1 droogijs:
Droogijs is bevroren koolzuur (kooldioxide of CO2). De
vriestemperatuur van CO2 is ongeveer -80°C (-78.5°C). Het
wordt gebruikt in ziekenhuizen om organen voor transplantatie
te koelen en CO2 blussers. Bij aanraking met heet water
condenseert het in één keer en dat heeft een explosieve
rookontwikkeling door het uitzettende koolzuurgas tot gevolg.
Door de kou zakt het gas naar de vloer en er ontstaat een lage
over de vloer kruipende wolk waar de mensen tot hun knieën in
staan. Hieraan kleven een aantal nadelen Droogijs is
verkrijgbaar in pakken van 25 kg en is moeilijk verkrijgbaar Er is
een afgesloten bak met (warm) water nodig waar een
verwarmingselement in zit. Hierin hangt een korf met droogijs
die zich boven het water bevindt. De korf wordt in het hete
water gedompeld, of het hete water wordt in de korf gepompt.
Via een slang wordt de rook uitgeblazen.
Een aantal nadelen van deze rook zijn: Door verdamping slaat
deze rook binnen korte tijd neer, blijft laag hangen en CO2
verdrijft zuurstof
1.2 Vloeibare stikstof:
Voor dit effect is ook vloeibare lucht ontwikkeld, LSA (liquid
synthetic air). Dit is een mengsel van vloeibare stikstof en
vloeibare zuurstof, hetzelfde mengsel als onze atmosfeer. Deze
techniek geeft rook die op dezelfde manier ontstaat als
natuurlijke mist, met dit verschil dat mist zich normaal
gesproken bij een relatieve luchtvochtigheid van 100% vormt
terwijl dat hier niet zo is. Daardoor verdampt deze kunstmatige
mist snel. Deze rook is geurloos en er wordt niets in de ruimte
gebracht dat er niet al is. Water en lucht. De machine die
hiervoor nodig is lijkt op de droogijsmachine, maar dan zonder
korf. Boven een bak kokend water hangt waterdamp. Wanneer
de vloeibare stikstof (of lucht) die een temperatuur heeft van –
198°C met deze waterdamp in contact komt condenseert de
waterdamp. De vloeibare stikstof zet zo uit dat de rook vanzelf
uit de machine geperst wordt. Met synthetische lucht in plaats
van vloeibare stikstof werkt dat hetzelfde, maar in deze mist is
nog steeds zuurstof aanwezig, zodat je normaal kunt ademen.
Nadelen: Door de temperatuursverschillen zakt ook deze rook
Pagina
naar de grond, hierdoor kunnen net als bij CO2 (droogijs) geen
grote ruimtes met rook gevuld worden, het effect gaat door
`` 2
9
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft
30. opwarming snel verloren. De uitgewerkte rook laat veel water
achter. Vloeibare stikstof en zuurstof staan onder druk en zijn
extreem koud, deze methode moet daarom professioneel
worden toegepast.
2. Mechanische rook
2.1 Hoge druk waternevel
De hogedruk-waternevel is uitgevonden voor het
wolkenpaviljoen op de wereldtentoonstelling in 1970 in Japan en
wordt sindsdien op meerdere terreinen toegepast. Water wordt
onder zeer grote druk (> 1000 psi) door een kleine spuitkop
gespoten. Deze richt het water op een naaldvormige staaf. Door
de kracht van de botsing wordt de straal in zeer fijne druppels
gebroken. Deze rook zakt ook snel neer en gaat snel verloren en laat
ook veel water achter.
2.2 De cracker werd ontwikkeld op basis van oudere technieken,
waarbij minerale olie op een kookplaat gerookt werd. Een
cracker heeft geen hitte nodig om rook te maken. Het systeem
werkt met een compressor die lucht via een verdeler met fijne
uitlaatnippels in de rookvloeistof blaast waardoor de vloeistof in
zeer kleine deeltjes uiteengeslagen wordt. Deze fijne druppels
worden in de lucht gebracht Te grote druppels worden in de
uitlaat teruggewonnen zodat alleen de kleinste deeltjes de
machine verlaten. Een belangrijk voordeel is dat olie niet
verdampt zodat de rook lang blijft hangen. Er zijn ook
watercrackers, die werken met sterk in water verdunde lysol.
2.3 Spuittechnologie gebruikt ook olie of lysol als rookvloeistof. Hier
wordt de vloeistof gemengd met de lucht in een mixer en via
een labyrint uitgespoten zodat ook hier alleen de kleinste
druppels de machine verlaten.
2.4 Ultrasoon opgewekte rook is de laatste ontwikkeling. Deze
oorspronkelijk voor luchtbevochtiging in huis ontwikkelde
technologie wordt ingezet om met glycol/water oplossingen te
werken. Zeer hoge frequenties van rond de twee megaHertz
ontleden de vloeistof in zeer kleine deeltjes. Er wordt met een
lage concentratie van lysol in water gewerkt (10 tot 20%). Een
groot aantal ‘transducers’ trillen microfijne druppels in de lucht
boven de vloeistof. De rook wordt door een ventilator de ruimte
ingeblazen. Het proces is relatief complex in vergelijking tot de
eerder genoemde technieken maar het heeft als voordeel dat het
tamelijk geruisloos is.
3. Rook door verhitting :
Pagina
De technieken voor het maken van rook door verhitting van een
vloeistof worden door een pomp of door een gas aangedreven. De
`` 3
0
Als u veiligheid hoog in het vaandel heeft