SlideShare uma empresa Scribd logo
1 de 56
Baixar para ler offline
Wonen, werken en winkelen
in de Liemers
Naar een sterke en toekomstbestendige woon- en werkregio




April 2012
Voorwoord


Voor u ligt het rapport Wonen, werken en winkelen in de Liemers. Deze studie
brengt de economie van de Liemers in kaart en inventariseert een aantal kansen
voor de toekomst van het gebied. Het onderzoek is uitgevoerd door de afdeling
Kennis en Economisch Onderzoek van Rabobank Nederland.


De Liemers kent verschillende initiatieven die de regio een beter toekomstperspec-
tief moeten geven. Zo is enkele jaren geleden het project Liemers 2020 gestart,
zijn er initiatieven vanuit Lindus, is het POA de Liemers actief op het terrein van on-
derwijs en arbeidsmarkt en heeft LTO een visiedocument voor het gebied opgesteld.
Met de marketingcampagne ‘De Liemers, helemaal goed!’ investeren de gemeenten
Duiven, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar fors in de herkenbaarheid en
promotie van de regio.


Om deze initiatieven te ondersteunen, heeft Rabobank De Liemers dit sociaal-
economisch onderzoek uit laten voeren. Met de resultaten hiervan als uitgangspunt
en vanuit haar coöperatieve verantwoordelijkheid, wil de bank in samenwerking
met andere partijen de regio een economische impuls geven.


Het rapport spitst zich toe op de thema’s wonen, werken en winkelen, als basis voor
een sterke en toekomstbestendige regio. Het uiteindelijke doel is een langetermijn-
agenda voor de belangrijkste beleidsdossiers: economie, arbeidsmarkt, wonen en
voorzieningen.


Ik hoop dat dit rapport beleidsbepalers en belanghebbenden inspireert om na te
denken over de toekomst en dat het ons allen helpt te koersen op een succesvolle
langetermijnstrategie voor de Liemers.


Mijn dank gaat uit naar de geïnterviewden en de deelnemers aan de workshop voor
hun waardevolle bijdrage aan het onderzoek.



Jan Ummenthum
directievoorzitter Rabobank De Liemers
Inhoudsopgave
Voorwoord ............................................................................................................. 2

Conclusies en aanbevelingen ................................................................................. 4
    Wonen ................................................................................................................... 4

    Werken .................................................................................................................. 6

    Winkelen .............................................................................................................. 10

    Tot besluit: naar een gemeenschappelijke regionale agenda ....................................... 12

1     Inleiding ......................................................................................................... 13

    1.1      Achtergrond ................................................................................................ 13

    1.2      Leeswijzer ................................................................................................... 14

2     Profiel van de Liemers .................................................................................... 15

    2.1      Profiel van de vijf gemeenten ........................................................................ 15

    2.2      Stadsregio Arnhem Nijmegen ........................................................................ 17

3     Functionele positionering van de regio ........................................................... 18
    3.1      Inleiding ..................................................................................................... 18

    3.2      De woonfunctie van de Liemers ..................................................................... 18

    3.3      De werkfunctie van de Liemers ...................................................................... 24

    3.4      De winkelfunctie van de Liemers .................................................................... 34

4.        Economische prestaties en vooruitzichten .................................................. 41

    4.1      Economische prestaties van de Liemers .......................................................... 42
    4.2      Economische groei ....................................................................................... 44

    4.3      Economische kracht ..................................................................................... 46
    4.4      Sectorramingen ........................................................................................... 49

    4.5      Economische vooruitzichten .......................................................................... 51

Bijlage I          Definities ........................................................................................... 53

Bijlage II         Geraadpleegde bronnen ..................................................................... 54

Colofon ................................................................................................................. 55




                                                               3
Conclusies en aanbevelingen
Context: Nederlandse economie in slecht weer
Het jaar 2012 begint met een kwakkelende economie: de werkloosheid loopt op, huizenprij-
zen blijven dalen en nieuwe bezuinigingen lijken onvermijdelijk. De grote vraag is waar de
economische groei de komende tijd vandaan moet komen. Het vlakke verloop van de we-
reldhandel, consumenten die de hand op de knip houden en een overheid die gaat bezuini-
gen werken allemaal een groeivertraging in de hand. Maar ook in de overige Europese lan-
den haalt met name de overheid de broekriem aan. Nederlandse bedrijven en consumenten
hebben dus te maken met bezuinigingen in binnen- en buitenland, waardoor de groei van
de bestedingen in de komende jaren onder druk staat. Bovendien is er tijdens de crisis veel
minder geïnvesteerd waardoor productiviteitswinsten minder gemakkelijk te behalen zijn.
Ook wordt het effect van de vergrijzing op het arbeidsaanbod in de komende jaren merk-
baar. Daardoor is de potentiële productie in de komende jaren vermoedelijk lager dan voor
de crisis. Voor heel 2012 voorzien we een reële krimp van gemiddeld ¾ procent ten opzich-
te van 2011. Deze ontwikkelingen hebben hun uitwerking op de economie in zijn volle
breedte en dus ook op alle regio’s in Nederland. Zo zal ook het woon-, werk- en voorzienin-
genklimaat in de Liemers de effecten (blijven) ondervinden van de huidige economische
omstandigheden.

Profiel van de Liemers
De Liemers is een bijzonder stukje Nederland in het oosten van de provincie Gelderland, ten
zuidoosten van Arnhem en tegen de Achterhoek aan. De streek ligt ingeklemd tussen de
Duitse grens, de Rijn, de Nederrijn, de IJssel en de Oude IJssel en omvat de gemeenten
Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar en Montferland. De Liemers is een zeer geva-
rieerde streek met een eigen identiteit en een rijke historie. Er zijn vele kleine oorspronke-
lijke kerkdorpen met volop natuur, rivieren, rust en ruimte. De Liemers vormt een onder-
deel van de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarmee voor de inwoners alle stedelijke voor-
zieningen op korte afstand beschikbaar zijn. Voor de inwoners is de Liemers een relatief be-
taalbare regio waarin men veel woning voor zijn geld krijgt. Binnen de Liemers hebben de
vijf gemeenten ieder hun eigen functie en regionaal gezien ieder hun eigen focus. Dit alles
maakt de Liemers tot een verleidelijk gebied met een divers aanbod van woonmilieus. Haar
gunstige ligging en ontsluiting over zowel weg (A12 en A15), water en spoor bieden de re-
gio bovendien een uitstekende logistieke uitgangssituatie en een gunstig vestigingsklimaat
voor zowel handel, logistiek als industrie. Hoewel de regio binnen Nederland nog altijd rela-
tief onbekend is, komt het als onderdeel van de Stadsregio steeds beter op de kaart te
staan.

Wonen
De Nederlandse markt voor koopwoningen vertoont nog geen tekenen van herstel. Ook in
2011 daalden de prijzen en werden er minder woningen verkocht. De verwachting is niet
dat dit beeld in de komende kwartalen structureel gaat veranderen. Zo spelen de eerderge-
noemde economische tegenwind en de onzekerheid over een aantal structurele vraagstuk-
ken, zoals de toekomst van de hypotheekrenteaftrek, kopers nog altijd parten. Op de korte


                                              4
termijn wordt de consument tevens geconfronteerd met de ongunstige arbeidsmarktvooruit-
zichten en de bezuinigingsplannen van de overheid. Voor de laatste twee geldt dat de effec-
ten op macroniveau beperkt zijn, maar op microniveau voor grote onzekerheid kunnen zor-
gen, aangezien onduidelijk is hoe de pijn wordt verdeeld.

De Liemers vormt een aantrekkelijke woonregio met veel mogelijkheden voor recreatie en
op korte afstand van alle stedelijke voorzieningen (van Arnhem en Nijmegen). In de Lie-
mers kan men als huurder of koper betaalbare en relatief grote woningen vinden. Daarnaast
heerst er onder de bevolking een groot saamhorigheidsgevoel en is er sprake van een hecht
verenigingsleven. Keerzijde van de medaille is dat de Liemers het afgelopen decennium is
geconfronteerd met een lagere bevolkingsgroei dan gemiddeld en een negatief migratiesal-
do. Dat wil zeggen dat er meer mensen de regio verlaten dan dat zich er vestigen. Dit geldt
vooral voor de groep 15-24 jaar.



 Sterkten                                         Zwakten
- Betaalbare woningen                            - Werkmogelijkheden voor hoogopgeleiden
- Woonomgeving (recreatiemogelijkheden,
   stedelijke voorzieningen nabij)
- Saamhorigheid bevolking: hecht vereni-
   gingsleven
- Relatief grote woningen
 Kansen                                           Bedreigingen
- Vergroten van arbeidsmarktkansen voor          - Negatief migratiesaldo (jongeren)
   hoogopgeleiden uit de eigen regio             - Vergrijzing en ontgroening
- Inspelen op trends (toename eenper-            - Bevolkingskrimp
   soonshuishoudens): betaalbare huisves-
   ting kunnen blijven aanbieden



Biedt jongeren perspectief
Jongvolwassenen vormen de rode draad door vele beleidsdossiers. Het negatieve migratie-
saldo van jongeren treft zowel de woningmarkt als de arbeidsmarkt. Maar ook (win-
kel)voorzieningen hebben te maken met een veranderende consument die andere eisen
stelt aan diensten en producten. De eerste voorwaarde om jongeren te behouden voor de
regio is om ze een perspectief te bieden. Velen vertrekken naar de studentensteden om
vervolgens niet meer terug te komen. Velen weten dan ook niet wat de mogelijkheden zijn
voor een carrière in de Liemers. De bedrijven zijn nog redelijk onzichtbaar. Het Logistiek
Expertise Centrum (LEC) probeert met haar initiatief dit probleem te doorbreken door het
bedrijfsleven, de overheid en het onderwijs bij elkaar te brengen en samenwerkingspro-
gramma’s op te richten. Dit initiatief zou als voorbeeld kunnen dienen voor andere sectoren
om de tekorten op de arbeidsmarkt aan te pakken, bijvoorbeeld in de techniek en de zorg.
Het bedrijfsleven zou bijvoorbeeld gastcolleges op de hogescholen en universiteiten kunnen
geven. Het thema ondernemerschap zal meer moeten gaan leven bij jongeren en hiervoor
ligt ook een belangrijke taak voor het MKB weggelegd. Een paar keer per jaar de deuren
openen voor jongeren zodat zij deze bedrijven kunnen bezoeken, werd genoemd als initia-

                                             5
tief dat in samenwerking met het onderwijs kan worden opgepakt. Ook de mogelijkheden en
ondersteuning van diverse partijen om een eigen onderneming te beginnen, zou al in het
onderwijs geborgd moeten zijn. Starters in de bedrijvenmarkt beginnen over het algemeen
een bedrijf in de regio waarin zij woonachtig zijn. Kortom: door jongvolwassenen verschil-
lende carrièreperspectieven aan te bieden, vergroot je de kans dat zij in de Liemers blijven.
Om jongeren te binden is er niet alleen een rol voor het bedrijfsleven weggelegd. Zo zullen
gemeenten en woningcorporaties moeten zorgen voor een passend woningaanbod dat aan-
sluit bij de behoefte van jongeren. Daarnaast zal er sprake moeten zijn van goede voorzie-
ningen en een moderne infrastructuur (zoals glasvezel) om te voorzien in de behoeften van
een jonge ondernemende bevolking.

Concentreer voorzieningen zodat deze passen bij de schaal van het woongebied
De relatief lage werkgelegenheidsfunctie weerspiegelt het feit dat de Liemers – ondanks de
vele bedrijvigheid – nogal altijd primair een woonregio is. De Stadsregio Arnhem Nijmegen
vormt voor de inwoners van de Liemers dan ook een belangrijke bron van werkgelegenheid.
De meeste consumentenvoorzieningen zijn in de Liemers minder sterk vertegenwoordigd
dan in de Achterhoek en gemiddeld Nederland. Dit geldt bijvoorbeeld voor de horeca- en
cultuurvoorzieningen. Inwoners van de Liemers zijn hiervoor met name op Arnhem en Nij-
megen aangewezen. Met een krimpende bevolking in het achterhoofd, komt het draagvlak
van voorzieningen in de kleine kernen onder druk te staan. Winkels, scholen en verenigin-
gen zullen dit merken aan een dalend aantal consumenten, leerlingen en leden. Indien de
Liemers een aantrekkelijke woonregio wil blijven voor jong en oud, dan zullen overheid en
bedrijfsleven goed naar de schaal van voorzieningen moeten kijken. Met innovatieve oplos-
singen kan men er voor zorgen dat het voorzieningenniveau en de leefbaarheid van het ge-
bied op peil blijft. De concentratie van gezondheidscentra in de grotere kernen dichtbij de
woon-zorgcomplexen voor ouderen is hier een goed voorbeeld van. Bovendien liggen er
voor de regio kansen om het gebied recreatief en toeristisch beter op de kaart te zetten. Dit
vraagt om extra investeringen in vrijetijdsvoorzieningen. Deze zouden onder andere kunnen
worden geconcentreerd langs het water. Op dit moment wordt de potentie van het water
nog onvoldoende benut. Het water kan voor recreatieve doeleinden (wonen en recreëren)
worden gebruikt om zodoende de potentie van de Liemers als aantrekkelijke woon- en re-
creatieregio beter te benutten.

Werken
De Liemerse economie kenmerkt zich door veel conjunctuurgevoelige bedrijvigheid zoals
handel, logistiek en industrie. Duiven en in de tweede plaats Zevenaar vormen de economi-
sche zwaartepunten van de regio. De afgelopen jaren is de werkgelegenheid in de regio re-
latief sterk toegenomen. De groei deed zich met name voor in dienstverlenende sectoren
wat duidt op een verbreding van de economische basis van de regio. Desondanks ligt de
economische prestatie van het gebied op een relatief laag niveau. Dit wordt vooral veroor-
zaakt door de vier economische groei-indicatoren (winstgroei, productiegroei, investerings-
groei en arbeidsvolumegroei) die ver onder het Nederlandse gemiddelde liggen. De indicato-
ren behorende bij economische groei zijn de conjunctuurindicatoren. De sectorstructuur van
een regio vormt vaak een groot deel van de verklaring voor regionale verschillen in econo-
misch presteren. Bijvoorbeeld regio’s met een bovengemiddeld aandeel conjunctuurgevoeli-


                                              6
ge sectoren als de industrie, handel en logistiek zijn gevoeliger voor de conjunctuurcyclus
dan regio’s met een kleiner aandeel in deze sectoren.



 Sterkten                                          Zwakten
- Sterke banengroei afgelopen decennium           - Economische groei blijft achter
- Lage werkloosheid                               - Lage arbeidsproductiviteit
- Goede arbeidsmoraal
- Duiven als economisch zwaartepunt



    Kansen                                            Bedreigingen
-   Ligging (A12, A15, Duitsland)                 -    Conjunctuurgevoelige sectorstructuur
-   Infrastructuur (drie vervoersmodalitei-       -    Afnemende beroepsbevolking
    ten) voor de logistieke sector                -    Relatief laag opleidingsniveau
-   Ruimte bedrijventerreinen                     -    Ontbreken regionale visie
-   Verbreding economische basis



Samenwerking is de basis voor vernieuwing en een toekomstbestendige regio
De investeringsratio en de arbeidsproductiviteit zijn twee belangrijke indicatoren voor het
bedrijfsleven in de toekomst. Wil de regio concurrerend blijven ten opzichte van andere re-
gio’s en innovatie en vernieuwing binnen het bedrijfsleven realiseren, dan zijn investeringen
noodzakelijk. De gemiddeld lagere arbeidsproductiviteit is een belangrijk punt van aan-
dacht. Met het oog op een krimpende beroepsbevolking en het tekort op de arbeidsmarkt
zal het bedrijfsleven de arbeidsproductiviteit moeten verhogen, wil men het huidige wel-
vaartsniveau op peil houden. We moeten immers met minder mensen hetzelfde welvaarts-
niveau op peil zien te houden. Dit vraagt om investeringen in een economisch uitdagend
klimaat.

De stakeholders uit de Liemers vinden dat koppelingen maken tussen de verschillende par-
tijen in de regio van evident belang is om de regio concurrerend te maken. Als die koppelin-
gen er eenmaal zijn, dan kan men samenwerkingsverbanden aangaan en strategieën en
projecten ontwikkelen om nieuwe diensten en producten aan te bieden. Het bedrijfsleven in
de Liemers is goed vertegenwoordigd in de verschillende ondernemersverenigingen. Toch
gaf men aan dat veel ondernemers niet weten wat voor bedrijven en ondernemers er in de
regio gehuisvest zijn en wat zij te bieden hebben. Men gaf aan behoefte te hebben aan een
soort ‘innovatiemakelaar’. Via de ondernemersverenigingen zou zo’n persoon zichtbaar
moeten zijn bij het MKB. Indien een bedrijf behoefte heeft aan versterking op bepaald ge-
bied (ICT, advies, reclame, productontwikkeling et cetera) dan zou deze via een ‘innovatie-
makelaar’ gekoppeld kunnen worden aan een ander bedrijf uit de regio die daarbij kan hel-
pen. Zo verbindt je het MKB met elkaar en stimuleer je samenwerkingsverbanden in de ei-
gen regio. De opgedane kennis en de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten blijft
op die manier ook binnen de regio.




                                              7
Daarnaast zouden MKB-bedrijven meer samen kunnen werken op het gebied van inkoop en
research en development. Door gezamenlijk producten bij een leverancier in te kopen, kun-
nen inkoopvoordelen worden behaald en risico’s gespreid. Maar ook gezamenlijke beveili-
ging van panden en samenwerking op het gebied van het ontwikkelen van nieuwe pro-
ducten en diensten kunnen kostenbesparend werken.

Maar ook publieke organisaties (zoals gemeenten, zorginstellingen en woningcorporaties)
kunnen door samen te werken rondom de verschillende sociaal-economische thema’s (zoals
vergrijzing en een afnemende beroepsbevolking) zorgen voor vernieuwing en hiermee bij-
dragen aan een toekomstbestendige woon-werkregio.

Bedrijfsleven: Bepaal een lange termijn strategie
Het bedrijfsleven in Nederland (en dus ook in de Liemers) opereert momenteel in moeilijke
economische tijden. Het vet op de botten is zo langzamerhand verdwenen en van een kale
kip kun je niet plukken. Het bedrijfsleven wenst niet met ‘pappen en nathouden’ op de been
te worden gehouden. Dergelijke tijdelijke subsidies en lapmiddelen hebben alleen voor de
korte termijn effect. Het bedrijfsleven dient zich daarom in deze tijden goed voor te berei-
den op het veranderende economische klimaat. Het maken van een strategie voor de lange
termijn is nu van essentieel belang en bedrijven dienen zich daarbij af te vragen ‘wat heb ik
ervoor nodig om mijn lange termijn doelen te realiseren en wie (welke type arbeidskrach-
ten) heb ik daar voor nodig? Waar zitten de verwachte knelpunten voor de komende jaren?’
Een ondersteunende en adviserende rol van de bank en accountant is in dit opzicht ge-
wenst. Bovendien is een gemeenschappelijke regionale economische agenda hierbij van
groot belang.

Zorg als regio voor een goede mix van sectoren
Om van de Liemers een krachtige economie te maken voor de toekomst is focus en af-
stemming nodig. Hierbij wordt bedoeld dat men niet alle pijlen op de logistiek dient te rich-
ten, maar dat ook de focus op andere sectoren van belang is: zoals de care- en recreatie-
sector.
De zorg is een van de sectoren die het afgelopen decennium voor een grote toename van de
werkgelegenheid heeft gezorgd. Met een vergrijzende bevolking wordt de zorg voor de toe-
komst ook steeds belangrijker. De sector investeert in projecten die zich richten op een
veranderende bevolkingssamenstelling en een toename van de zorgvraag. Een voorbeeld
hiervan is het nadrukkelijk inzetten op preventie.1 Daarnaast zet men in op technologie ter
vervanging van de menselijke hand. Met een tekort aan zorgpersoneel dat de komende ja-
ren verder zal oplopen, zijn technologische toepassingen evident om adequaat op de zorg-
vraag in te kunnen spelen. De combinatie van de care- en technologiesector wordt dus
steeds belangrijker. Voor de industrie en de zakelijke dienstverlening in de regio bieden de-
ze ontwikkelingen ook kansen. Bijvoorbeeld in de vorm van ondersteuning op het gebied
van processen en het ontwikkelen van (ICT)diensten en producten op technologisch vlak.



1 Bijvoorbeeld de toename van patiënten die aan obesitas lijden. Door mensen goede voorlichting te geven, hoopt
men dat het aantal patiënten afneemt.



                                                       8
Recreatie zal niet zo’n belangrijke speler in het economisch veld worden als de logistiek en
de zorgsector. Maar investeren in recreatie zal wel bijdragen aan de kwaliteit van de omge-
ving en een toename van bezoekers en recreatieve voorzieningen. Men wil graag in de buurt
van hun werk wonen en dan het liefst in een aantrekkelijke omgeving. Dit is een redelijk
subjectief begrip omdat iedere woonconsument anders naar zijn/haar omgeving kijkt en de-
ze anders beoordeelt. Desalniettemin zal door de recreatieve waarde van de regio te vergro-
ten, ertoe bijdragen dat de regio economisch gezien meer op de kaart komt te staan. Daar-
naast zal men in eerste instantie kiezen voor een woning in de Liemers voordat de keuze op
een andere regio valt.

Logistiek: van ‘whitespot’ naar ‘hotspot’
De focus op de logistieke sector als speerpunt van de regio is een gedegen keuze die past
bij het profiel van de Liemers. De logistiek is een kansrijke sector omdat de regio drie ver-
voersmodaliteiten kent: weg, water en spoor. Binnen Nederland kennen alleen de logistieke
spots Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk drie vervoersmodaliteiten. De regio Arnhem-
Nijmegen is door TNO uitgeroepen als ‘white spot’ wat betekent dat het de potentie heeft
om tot logistieke ‘hotspot’ te kunnen groeien, mits er aan bepaalde randvoorwaarden wordt
voldaan. Zo is er momenteel nog geen mogelijkheid om containers vanuit deze regio op het
spoor van de Betuweroute te zetten. Bovendien ontbreekt het aan logistieke parken nabij de
overslagkansen aan de transportcorridors om als logistieke regio tot bloei te komen. Dit
vraagt uiteraard om investeringen wat in deze economische tijden voor veel partijen lastig
is. Maar juist in de minder economische tijden is het zaak om te investeren. Indien bedrij-
ven/regio’s dit negeren, zal men zien dat wanneer het economisch weer beter gaat, men
achter de feiten aanloopt. En een sterke concurrentiepositie ten opzichte van andere logis-
tieke regio’s misloopt die wellicht hebben besloten om wel te investeren. Daarnaast biedt
een nadere afstemming van de logistieke bedrijven in de Liemers met de overslag in Emme-
rich bijvoorbeeld samenwerkingskansen om schaalvoordelen te behalen.

De opkomst van het webwinkelen heeft voor een veranderend consumentengedrag gezorgd.
Dag en nacht kan men online allerlei producten en artikelen bestellen. Deze producten en
artikelen moeten vervolgens bij de consumenten worden bezorgd. Opvallend is dat het pak-
ketvervoer het afgelopen jaar dan ook geen omzetdaling heeft gekend (in tegenstelling tot
de andere vervoerssectoren). Het webwinkelen zal naar verwachting blijven toenemen en
dit vraagt ook om logistieke oplossingen. De regio kan hier met haar grote logistieke net-
werk aan bijdragen.

Goede bereikbaarheid is een voorwaarde voor economische groei
Het doortrekken van de A15 en verbreding van de A12 zijn nodig omdat een goede bereik-
baarheid een voorwaarde is voor economische groei. Maar een goede bereikbaarheid is ook
van belang voor een prettig woonklimaat. De Liemerse beroepsbevolking die elke dag op en
neer pendelt, wil graag wonen en werken in een regio waarbij ze niet twee keer per dag
wordt geconfronteerd met congestie op het wegennet. Daarnaast is ook de digitale bereik-
baarheid (glasvezel) van huishoudens, winkels, bedrijfsleven en overheid van belang om
mee te kunnen gaan in de snel veranderende digitale wereld. Voor de levering van zorg aan
ouderen bijvoorbeeld (domotica) is een goede glasvezel verbinding evident.



                                             9
Andere vaardigheidseisen van hedendaagse beroepsbevolking nodig
In veel sectoren wordt de techniek steeds complexer, zoals in de industrie en de zorgsector.
Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in rap tempo op en dit zorgt ervoor dat de ma-
chines - die steeds meer de hand- en spandiensten van de werknemers overnemen –
steeds ingewikkelder worden. Deze technologische veranderingen vragen extra vaardighe-
den van het personeel op de werkvloer. In opleidingen, maar ook op de werkvloer dient
daarom voldoende aandacht te worden besteed aan het omgaan met complexe apparatuur.

Winkelen
De detailhandel van de Liemers wordt gevormd door grootschalige detailhandel in Duiven,
de kernwinkelgebieden van Duiven, Zevenaar en Didam en kleinschalige dagelijkse winkel-
voorzieningen in de kleine kernen. Op dit moment vloeit er relatief veel koopkracht af naar
Doetinchem en in mindere mate naar Arnhem. Ook het aantal consumentenvoorzieningen
per inwoner blijft in de Liemers achter bij de Achterhoek en Nederland.



 Sterkten                                          Zwakten
- Grootschalige detailhandel Duiven               - Economisch profiel kleine kernen
                                                  - Koopkrachtafvloeiing Doetinchem




Kansen                                             Bedreigingen
- Retailpark Zevenaar                             - Retailpark Zevenaar
- Eén sterk kernwinkelgebied                      - Toename winkelleegstand
- Strategiekeuze door detaillisten                - Ontbreken regionale visie
- Kansen vanuit veranderende bevolkings-
  samenstelling



Neem ruimtelijk-economische beslissingen vanuit een regionale visie
Er ligt een uitdaging voor de regio om de regionale koopkracht sterker te binden. Om dit te
realiseren zal de regio een keuze moeten maken voor het gericht versterken van één kern-
winkelgebied dat een bovenlokale functionele en recreatieve functie kan vervullen. Beter
een sterk winkelgebied waar het prettig winkelen en verblijven is dan een aantal winkelge-
bieden die zich individueel niet optimaal kunnen positioneren. Dit winkelgebied zal ervoor
moeten zorgen dat de koopkrachtafvloeiing naar Doetinchem in de toekomst wordt beperkt.
Het is het centrum van Zevenaar dat op dit moment al enigszins deze functie vervult. Deze
functie zou in de toekomst gericht versterkt kunnen worden.

Voor de andere centrale winkelgebieden is een minimum basisvoorzieningenniveau gewenst.
Om dit ook in de kleinste kernen te kunnen handhaven is voor alle betrokken partijen een
rol weggelegd. Ondernemers zullen creatief en innovatief moeten zijn om hun winkel in een
kleine kern rendabel te maken en te houden. Maar ook consumenten zullen zich bewust


                                             10
moeten zijn van het feit dat het hun eigen koopgedrag is dat ervoor zorgt of een winkel wel
of niet in stand kan worden gehouden.

Belangrijk is dat de keuzes in de detailhandel altijd vanuit een regionaal perspectief worden
gemaakt. Op deze manier kun je elkaar versterken en gezamenlijk zorgen voor een aan-
trekkelijke woon- en verblijfregio. Ook de keuzes rondom het geplande Retailpark zullen
vanuit een goed onderbouwde regionale visie moeten worden gemaakt. Hoewel van een
grootschalige ontwikkeling zoals het Retailpark een grote trekkracht uit kan gaan en een
economische impuls voor de regio kan betekenen, zal een dergelijke keuze niet gemaakt
moeten worden zonder daarbij ook een visie te vormen op de andere winkelclusters in de
regio2. Het is belangrijk om in dit perspectief regionale keuzes te maken voor het gericht
versterken van bepaalde winkelgebieden en daarbij wellicht bij andere winkelgebieden de
keuze te maken voor het beperken van de functie (tot bijvoorbeeld alleen het basisvoorzie-
ningenniveau). Het gaat erom dat winkelgebieden binnen de regionale voorzieningenstruc-
tuur hun eigen functie vervullen en elkaar niet alleen maar beconcurreren. Een euro kan
immers maar één keer worden uitgegeven. Bestedingen in het ene winkelgebied gaan dus
ten koste van bestedingen elders. Bovendien nemen de totale bestedingen in de fysieke de-
tailhandel de komende jaren verder af ten gunste van het internet.

Detaillist: kies een strategie en maak een keuze voor je verkoopkanaal
De detailhandel non-food ervaart momenteel het lage consumentenvertrouwen. De consu-
ment houdt de hand op de knip vanwege de grote financiële onzekerheden die hem de ko-
mende jaren te wachten staat. Natuurlijk bestaan er grote verschillen binnen de non-food
detailhandelssector. De ene branche heeft meer last van de laagconjunctuur dan de andere.
Desondanks staat bij een grote groep de omzetten en de winstmarges onder druk. Daar-
naast is er nog een andere speelbal op het veld gekomen: de webwinkel. De laatste jaren is
het webwinkelen enorm in opkomst gekomen en de omzetten van de webshops zijn alleen
maar stijgende. De consument kan immers 24/7 shoppen en een aankoop doen wanneer
het hem het beste uitkomt. Dit zet de lokale winkelier om de hoek voor een uitdaging. Het
is raadzaam dat ondernemers in de detailhandel zich op de mogelijkheden van de verschil-
lende verkoopkanalen voorbereiden en een langetermijnstrategie kiezen. De rol van de tra-
ditionele winkel is immers voortdurend aan verandering onderhevig. Aan de detaillist de uit-
daging om op deze ontwikkelingen in te spelen. Allereerst door webwinkelen niet als bedrei-
ging te ervaren, maar juist de kansen te benutten die deze vorm van winkelen biedt. Er zijn
daarbij meerdere strategieën denkbaar. Ondernemers kunnen op de huidige voet verder
gaan en de winkelverkoop via een fysieke winkel voortzetten. Zij zullen zich dan zodanig
moeten onderscheiden dat klanten speciaal voor de beleving in de winkel, het unieke pro-
duct of het juiste advies en service naar de winkel komen. Een andere mogelijkheid is het
roer helemaal om te gooien met een volledige focus op online verkoop. Dit past beter bij
standaard ofwel generieke producten, waarbij service, garantie en advies geen voorwaarden
voor aankoop zijn. Een andere strategie is om je te richten op de gelijktijdige verkoop via
meerdere kanalen. Bij de voorbereiding en implementatie van zo’n strategie komt wel het



2 Op dit moment wordt gewerkt aan een regionale detailhandelsvisie door DTNP in opdracht van de Kamer van
Koophandel Centraal Gelderland.

                                                     11
een en ander kijken en dit vraagt het nodige van het ondernemerschap. Samenwerking kan
veel ondernemers daarbij helpen.

Tot besluit: naar een gemeenschappelijke regionale agenda
Om een economisch concurrerende regio te zijn, dient de Liemers groter te denken dan de
grenzen van de eigen regio. De samenwerking met andere regio’s (zoals het Duitse grens-
gebied) zal de economische kracht en kansen van de Liemers versterken. Bovendien zal de
Liemers zich niet afzonderlijk van de Stadsregio Arnhem Nijmegen moeten profileren. Het is
hierbij van belang om te beseffen dat de Liemers onderdeel is van een groter geheel. Benut
daarom de samenwerkingskansen (zoals bijvoorbeeld met universiteiten en hogescholen)
die dit met zich meebrengt.

Om de Liemers binnen deze grotere omgeving optimaal te positioneren, is het van groot be-
lang dat deze regio een lange termijn regionale agenda opstelt op de belangrijkste beleids-
dossiers: economie, arbeidsmarkt, wonen en voorzieningen. Het is immers cruciaal om de
Liemers voor te bereiden op veranderende economische en demografische ontwikkelingen.
Overheid, woningcorporaties, zorginstellingen, het onderwijs en het bedrijfsleven worden
geconfronteerd met de grote vraag wat het effect zal zijn van deze sociaal-economische
ontwikkelingen. Snelle opeenvolgende economische en demografische veranderingen vragen
om een pragmatische aanpak van alle betrokken partijen. Om als regio slagvaardig met de-
ze ontwikkelingen om te gaan en de kansen die dit met zicht meebrengt te benutten, zullen
de neuzen dezelfde kant uit moeten staan. Benut daarbij de kracht van de individuele ge-
meenten en probeer elkaar juist te versterken in plaats van te beconcurreren. Dan zal uit-
eindelijk het geheel (de regio) uitgroeien tot iets dat meer is dan de som der delen (de ge-
meenten). En op deze manier kan de Liemers zich ontwikkelen tot een sterke en toekomst-
bestendige woon- en werkregio!




                                            12
1       Inleiding
1.1     Achtergrond
In het werkgebied van Rabobank De Liemers3 bestaan verschillende initiatieven om voor het
gebied een perspectiefvolle toekomst uit te zetten. Zo is enkele jaren geleden het project
Liemers2020 gestart, zijn er initiatieven vanuit de hoek van de industriële ondernemers,
hebben partners op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt activiteiten ontwikkeld en
zijn er gemeentelijke plannen om fors in de branding van het gebied te investeren. Tegen
deze achtergrond, maar ook vanwege de constatering dat veel markten de laatste tijd dui-
delijk andere perspectieven hebben gekregen (bijvoorbeeld de woningmarkt) heeft Rabo-
bank De Liemers het initiatief genomen om een herijking te doen op de vraag wat de ken-
merken en kwaliteiten van het gebied zijn en wat de nieuwe stip aan de horizon kan zijn.
Tegen deze achtergrond heeft de bank aan Regionaal Onderzoek van Rabobank Nederland
gevraagd om een onderzoek uit te voeren naar de sociaal-economische kenmerken en func-
tionaliteit van het gebied en de verwachte toekomstige ontwikkelingen.

Het doel van het onderzoek kan daarmee als volgt worden geformuleerd:


    Inzicht bieden in actuele sociaal-economische kenmerken en functionaliteit van het
    gebied en de verwachte toekomstige ontwikkelingen, om op basis daarvan te bepa-
                 len wat de beste ontwikkelingsrichting van het gebied is.


Het onderzoeksgebied omvat de vier gemeenten die in het werkgebied van de bank vallen,
plus de gemeente Westervoort. In de data-analyse is het werkgebied vergeleken met de
Stadsregio Arnhem Nijmegen, de Achterhoek en Nederland als geheel. In onderstaande
kaart staat het onderzoeksgebied en de referentieregio’s weergegeven.




3 Bestaande uit de gemeenten Duiven, Rijnwaarden, Zevenaar (grotendeels), en Didam (sinds 2005 onderdeel van
de gemeente Montferland).

                                                    13
1.2    Leeswijzer
De rapportage start in hoofdstuk twee met een korte profielschets van de vijf gemeenten in
Liemers en de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarvan de Liemers deel uitmaakt. In het
daarop volgende hoofdstuk wordt een sociaal-economische schets van de Liemers gegeven
vanuit de drie thema’s die in het onderzoek centraal hebben gestaan: wonen, werken en
winkelen. Voor ieder thema wordt in beeld gebracht welke functie de Liemers hierin vervult
en wat de rol van de individuele gemeenten hierin is. Hoofdstuk vier gaat specifiek in op de
economische prestaties van de regio en werpt een beknopte blik op de economische voor-
uitzichten voor het gebied.




                                             14
2       Profiel van de Liemers
De Liemers is een bijzonder stukje Nederland in het oosten van de provincie Gelderland, ten
zuidoosten van Arnhem en tegen de Achterhoek aan. De streek ligt ingeklemd tussen de
Duitse grens, de Rijn, de Nederrijn, de IJssel en de Oude IJssel en omvat de gemeenten
Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar en Montferland. De Liemers is een zeer geva-
rieerde streek met een eigen identiteit en een rijke historie. Er zijn vele kleine oorspronke-
lijke kerkdorpen met volop natuur, rivieren, rust en ruimte. De Liemers vormt een onder-
deel van de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarmee voor de inwoners alle stedelijke voor-
zieningen op korte afstand beschikbaar zijn. Voor de inwoners is de Liemers een relatief be-
taalbare regio waarin men veel woning voor zijn geld krijgt. Binnen de Liemers hebben de
vijf gemeenten ieder hun eigen functie en regionaal gezien ieder hun eigen focus. Dit alles
maakt de Liemers tot een verleidelijk gebied met een divers aanbod van woonmilieus. Haar
gunstige ligging en ontsluiting over zowel weg (A12 en A15), water en spoor bieden de re-
gio bovendien een uitstekende logistieke uitgangssituatie en een gunstig vestigingsklimaat
voor zowel handel, logistiek als industrie. Hoewel de regio binnen Nederland nog altijd rela-
tief onbekend is, komt het als onderdeel van de Stadsregio steeds beter op de kaart te
staan.

2.1     Profiel van de vijf gemeenten
Duiven
De gemeente Duiven bestaat uit de kernen Duiven, Groessen en Loo. De gemeente ligt aan
de A12 midden in de Liemers, ten noorden van het Pannerdens Kanaal. De voormalige
groeigemeente heeft een centrale plek in de Liemers. Met de recente ontwikkeling van een
aantal regionale bedrijventerreinen, is de gemeente Duiven te typeren als economische
groeikern. Naast de al bestaande bedrijventerreinen worden bedrijventerreinen De Nieuwe-
ling, Graafstaete, Roelofshoeve 2 en de Corridor (het voormalige TNT-terrein) uitgegeven,
terwijl Seingraaf nog in ontwikkeling is. Deze “tweede groeikerntaak” is onder andere het
gevolg van planologische sturing door de provincie Gelderland en de Stadsregio Arnhem
Nijmegen. Beide beschouwen de A12-zone als één van de drie economische zwaartepunten
van de regio. Door de grootte en hoeveelheid van bedrijventerreinen is het voorzieningenni-
veau in Duiven hoog, met een aanzienlijke concentratie regionaal gerichte detailhandel.
Grootschalige bedrijven als IKEA, Makro en Intratuin zijn te vinden ten zuiden van de A12.
Grotere kantooractiviteiten zijn in Duiven niet te vinden langs de A12. Naast de grote be-
drijventerreinen kent Duiven nog drie kleinere bedrijventerreinen: ’t Holland, de Helhoek en
Welleveld/Spoorzone. De aanwezigheid van de bedrijventerreinen in Duiven heeft ertoe ge-
leid dat Duiven een bovengemiddelde werkgelegenheidsfunctie bekleedt. Daarnaast is op-
vallend dat de economische groei gescheiden heeft plaatsgevonden van de woongroei.4

Montferland
De gemeente Montferland is een groene gemeente die staat voor de vitaliteit en eigenheid
van haar kernen en het waarborgen van het landelijke karakter van het gebied tussen de
Stadsregio Arnhem Nijmegen en Doetinchem. Samen met de landbouw vormen toerisme en

4 Bron: Structuurvisie Duiven. Gemeente Duiven, 2009.


                                                        15
recreatie en overige in het groene profiel passende bedrijvigheid de economische basis voor
het landelijk gebied van de gemeente. Montferland is een rustige gemeente met een cul-
tuurlandschap waarin het agrarisch gebruik een grote rol speelt. Er komen echter nieuwe
functies bij: het gebied is niet meer alleen van en voor de boeren. Agrarische bedrijven
ontwikkelen nieuwe activiteiten als bron van inkomsten, maar er zijn ook steeds meer niet-
agrarische ondernemers in het buitengebied. Met name rond een kern als Didam is het
landschap sterk aan verandering onderhevig. Langs de A12 ter hoogte van Didam en de A18
bij Wehl en Doetinchem rukt de stedelijke ontwikkeling op door middel van met name be-
drijfsterrein ontwikkeling. De gemeente wil op deze plekken het landelijke karakter zo veel
mogelijk handhaven en investeren in de landschappelijke kernkwaliteiten.5

Rijnwaarden
De gemeente Rijnwaarden is een landelijke gemeente gelegen aan de Duitse grens. De ge-
meente bestaat uit zes kleine kernen waarvan Lobith (met ruim 3.200 inwoners) de groot-
ste is. Vroeger boden vooral de stenenindustrie en aan de Rijn gelieerde bedrijven en instel-
lingen arbeidsplaatsen voor de bevolking. Nu wordt vooral buiten de gemeente de kost ver-
diend. Om de economische situatie in Rijnwaarden te verbeteren wil Rijnwaarden zich meer
op het toerisme richten.6

Westervoort
De gemeente Westervoort ligt direct ten zuidoosten van Arnhem. De gemeente wordt in het
noorden en het westen begrensd door de IJssel, in het zuidwesten door de Neder-Rijn, in
het zuidoosten door de watergang Leigraaf en in het noordoosten door het Duivense bedrij-
venterrein Centerpoort Nieuwgraaf. De woonfunctie vormt de belangrijkste functie binnen
het gemeentelijk grondgebied. Daarnaast biedt Westervoort verspreid ruimte aan diverse
maatschappelijke en commerciële voorzieningen. Voor wat betreft bedrijvigheid is het be-
drijventerrein Het Ambacht van belang.7

Zevenaar
De gemeente Zevenaar ligt in het hart van de Liemers. Dit gebied ligt in de driehoek van de
Rijn, de zuidelijke IJsseloever en de Duitse grens. Na de Tweede Wereldoorlog (die Zeve-
naar grote schade toebracht) verrezen in snel tempo nieuwe wijken rond de oude kern. Ze-
venaar kent een goed voorzieningenniveau op terreinen als onderwijs, sport, gezondheid
(ziekenhuis), werkgelegenheid en cultuur. Door de gemeente Zevenaar loopt een aantal be-
langrijke verkeersaders die door toenemende capaciteitsproblemen in de toekomst mogelijk
verder moeten worden uitgebreid. Bij Zevenaar verlaat de A12 Nederland om in Duitsland
verder te gaan als de Duitse A3. Er zijn plannen om de A15 vanaf Knooppunt Ressen naar
Zevenaar door te trekken waar deze op de A12 zal worden aangesloten. Net ten oosten van
Zevenaar bevindt zich het voorlopige eindpunt van de Betuweroute.

In het economisch beleidsplan zet de gemeente in op “het behouden en versterken van
kwaliteit en kwantiteit van werkgelegenheid en bedrijvigheid in Zevenaar en de regio om


5 Bron: Structuurvisie Montferland. Gemeente Montferland, 2009.
6 Bron: website gemeente Rijnwaarden.
7 Bron: Structuurvisie Westervoort. Gemeente Westervoort, 2010.


                                                     16
daarmee goed in te spelen op economische trends en verwachtingen”. Op basis hiervan zet
Zevenaar in op de groeisectoren logistiek, toerisme & recreatie en zorgeconomie. 8 De struc-
tuurvisie voor de gemeente Zevenaar is op dit moment in ontwikkeling.

2.2     Stadsregio Arnhem Nijmegen
De Liemers maakt deel uit van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. De stadsregio is verlengd
lokaal bestuur en werkt op basis van een bij de wet vastgesteld takenpakket. De stadsregio
is gericht op het oplossen van bovenlokale, regionale vraagstukken in een verstedelijkt ge-
bied, met als primaire focus mobiliteit, wonen, werken en ruimte. Hierbij wordt samenge-
werkt met overheden, maatschappelijke organisaties en marktpartijen. Het doel is ‘verbin-
den en faciliteren’ van de uitvoeringskracht voor en met de twintig stadsregiogemeenten
(Arnhem, Beuningen, Doesburg, Duiven, Groesbeek, Heumen, Lingewaard, Millingen a/d
Rijn, Montferland, Mook en Middelaar, Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rijnwaar-
den, Rozendaal, Ubbergen, Westervoort, Wijchen en Zevenaar).

Binnen de stadsregio is sprake van een ontwikkeling naar een samenhangend geheel. De
steden Arnhem en Nijmegen zijn onderdeel van een stedelijk netwerk, waarvan ook de gro-
tere en kleine dorpen steeds meer deel gaan uitmaken. Op niveau van de regio ontstaat een
stedelijk kerngebied: een min of meer verstedelijkte, samenhangende zone die zich uit-
strekt van Zevenaar via Arnhem en Nijmegen tot aan Wijchen. De ontwikkeling van dit ste-
delijk kerngebied toont de groeiende ruimtelijke samenhang en verwevenheid van steden en
dorpen binnen de stadsregio. Maar de relaties beperken zich echter niet tot dit kerngebied:
het stedelijk netwerk is breder in termen van één regionale woningmarkt en arbeidsmarkt.
Ook de relatie met het landelijk gebied en de kleine kernen, de relatie met groen- en water-
gebieden, de relatie tussen stad en landschap maken van de regio een samenhangend ste-
delijk netwerk.

De ontwikkeling van de regio als samenhangend stedelijk netwerk zal ook in de toekomst
(naar verwachting) blijven doorzetten en in schaal en tempo toenemen. De internationalise-
ring van het stedelijk netwerk Arnhem Nijmegen zal een grote vlucht nemen. De regio zal
zich steeds meer ontwikkelen als een stedelijk netwerkverband dat onderdeel uitmaakt van
allerlei ruimere netwerken, nationaal, Europees, mondiaal. Tot op heden is een groot deel
van de relaties nog geconcentreerd op niveau van de regio (forensenstromen, woningmarkt,
arbeidsmarkt). Er ontwikkelen zich echter steeds meer en intensievere netwerkrelaties op
een grotere schaal. Bijvoorbeeld met Ede-Wageningen, Brabantstad, de Stedendriehoek,
Twente, de Euregio, Nordrhein-Westfalen, met de HSL-steden en via de in de regio geves-
tigde multinationals en culturele instellingen ook met plekken elders op de wereld.9




8 Bron: website gemeente Zevenaar.
9 Bron: Regionaal Plan Stadsregio 2005-2020.


                                               17
3       Functionele positionering van de regio
3.1     Inleiding
Regio’s en gemeenten vervullen verschillende functies voor de eigen bevolking, maar ook
voor de bevolking van het omliggende gebied. In het algemeen hebben de meer stedelijke
gemeenten een belangrijke werk- en winkelfunctie en de meer landelijke gemeenten vooral
een woonfunctie. In deze paragraaf worden de functies van het onderzoeksgebied op het
terrein van wonen, werken en voorzieningen toegelicht. Dit gebeurt op basis van kwantita-
tieve gegevens over verhuizingen, pendel- en koopstromen. Daarnaast hebben we tijdens
interviews gesproken over de functionele positionering van de regio. Het gaat hierbij zowel
om de functie die de gemeenten ten opzichte van elkaar hebben als de functie van het ge-
bied voor de Achterhoek, regio Arnhem-Nijmegen en de rest van Nederland. Op basis hier-
van worden voor elk van de drie functies de economische toekomstmogelijkheden geformu-
leerd die de meeste perspectieven bieden.

3.2     De woonfunctie van de Liemers
De vijf gemeenten van de Liemers tellen gezamenlijk ruim 119.000 inwoners10. Van hen
woont veruit de meerderheid in de gemeenten Montferland (35.000) en Zevenaar (32.000).
In de gemeente Duiven wonen 25.500 personen, in Westervoort 15.000 en in Rijnwaarden
11.000.

Bevolkingsontwikkeling
Om de samenleving in stand te houden, is de bevolkingsontwikkeling van belang. In de eer-
ste plaats vormt de bevolking in een gebied de afzetmarkt voor het regionale bedrijfsleven.
Daarnaast voorziet de bevolking in arbeidskrachten die voor economische activiteiten nood-
zakelijk zijn.

Tot ongeveer 2000 is de bevolking van de Liemers sterk gegroeid. Deze groei deed zich na-
genoeg volledig voor in Duiven en Westervoort. Duiven groeide van circa 7.000 inwoners in
de jaren ’70 uit tot meer dan 25.000 inwoners in 2000. In Westervoort is in deze periode de
bevolkingsomvang ongeveer verviervoudigd (van 4.000 naar 16.000). De bevolking van de
Liemers is sinds 2000 nagenoeg gestabiliseerd en laat de afgelopen jaren zelfs een lichte
krimp zien. In de Liemers is sprake van een negatief migratiesaldo. Dat betekent dat er
meer mensen de regio verlieten dan dat er zich mensen vestigden. Dit zien we vooral terug
bij de ontwikkeling van de leeftijdsgroep 15-24 jaar. Deze jongvolwassenen vertrekken uit
de regio om elders te gaan studeren of werken. De bevolkingsontwikkeling in de Liemers
blijft daarmee achter bij de bevolkingsontwikkeling in de regio Arnhem-Nijmegen en Neder-
land als geheel. Hier groeide de bevolking de afgelopen 10 jaar met respectievelijk 6 pro-
cent en 4 procent. Over het algemeen hebben stedelijke gebieden het afgelopen decennium
een sterkere bevolkingsgroei laten zien dan de landelijke regio’s van ons land. De bevol-
kingsontwikkeling in de Achterhoek laat hetzelfde beeld zien als de Liemers.



10 Bron: CBS. Stand 1 januari 2011.


                                            18
Figuur 3.1: Bevolkingsontwikkeling (index 2000 = 100)
107


106


105


104


103


102


101


100


 99
  2000   2001      2002      2003   2004     2005   2006   2007    2008    2009   2010
                De Liemers      Achterhoek     Arnhem-Nijmegen     Nederland

Bron: CBS, bewerking Rabobank


In het kader van de bevolkingsontwikkeling is de verhouding tussen de verschillende leef-
tijdsgroepen van belang voor het aanbod van voorzieningen, de woningbehoefte, woningty-
pen en het aanbod op de arbeidsmarkt. Het aandeel ouderen ligt op dit moment in de Lie-
mers iets hoger dan gemiddeld in Nederland. Bovendien zal de grijze druk in de Liemers in
de toekomst verder toenemen (zie figuur 3.2). Dat betekent dat het aandeel 65-plussers
ten opzichte van de potentiële beroepsbevolking groeit, wat negatieve gevolgen heeft voor
de regionale arbeidsmarkt. Het economisch actieve deel van de bevolking zal wat kleiner
zijn en daardoor zal ook het arbeidspotentieel voor het verlenen van zorg aan de vergrij-
zende bevolking relatief klein zijn. Landelijk zullen in 2030 tegenover 100 leden van de po-
tentiële beroepsbevolking bijna 40 65-plussers staan. In de Liemers gaat het om maar liefst
56 65-plussers tegenover 100 leden van de beroepsbevolking.




                                                                  19
Figuur 3.2: Bevolkingsprognose naar leeftijdsklasse tot
2030

65 jaar of ouder




  45 tot 65 jaar




  30 tot 45 jaar




  15 tot 30 jaar




       tot 15 jaar


                 -40%            -20%         0%            20%            40%           60%        80%
                           De Liemers   Achterhoek       Arnhem-Nijmegen     Nederland

Bron: Primos 2011


Voor de totale bevolkingsomvang geldt dat deze gaat krimpen. In 2040 zal de bevolkings-
omvang van de Liemers met 8 procent zijn afgenomen. De bevolking van de Achterhoek
staat een vergelijkbare krimp te wachten. Stadsregio Arnhem Nijmegen zal (zoals de mees-
te stedelijke regio’s) blijven groeien. Binnen de Liemers zal de sterkste krimp plaatsvinden
in de gemeente Montferland (-16 procent) gevolgd door Westervoort (-12 procent). Alleen
voor Zevenaar wordt nog een kleine groei geprognosticeerd (van 1 procent).

Figuur 3.3: Bevolkingsprognose tot 2040


2040




2030




2020




    -10%             -8%       -6%      -4%        -2%       0%       2%          4%           6%   8%
                           De Liemers   Achterhoek       Arnhem-Nijmegen     Nederland

Bron: Primos 2011




                                                                                 20
Woningvoorraad
Het aanbod van woningen in de regio de Liemers is zeer divers. Van ruime vrijstaande villa’s
in het natuurrijke buitengebied rond de kerkdorpen, tot betaalbare eensgezinswoningen en
van alle gemakken voorziene zorgwoningen in de kleinstedelijke kernen. In de kleinstedelij-
ke kernen Westervoort, Duiven en de stad Zevenaar is het wonen als in een groot dorp. Vei-
lig, vertrouwd, gemoedelijk, overzichtelijk in een groene natuurlijke woonomgeving maar
wel met alle voorzieningen binnen handbereik. Juist deze prettige woonomgeving is een on-
derscheidende kwaliteit van de Liemers.11

De totale woningvoorraad in de Liemers bedraagt ongeveer 48.500 woningen. Montferland
telt de grootste woningvoorraad (29 procent van het totaal) gevolgd door Zevenaar (28
procent) en Duiven (21 procent). Grafiek 3.4 laat zien hoe de verhouding is tussen koop- en
huurwoningen in de Liemers, de individuele gemeenten en de referentieregio’s. Hieruit blijkt
dat het belang van koopwoningen in de Liemers relatief groot is. Koopwoningen vindt men
vooral in de gemeenten Duiven, Montferland en Rijnwaarden. De WOZ-waarde van wonin-
gen in de Liemers bevindt zich rond het landelijke gemiddelde.

Figuur 3.4: Aandeel koop- en huurwoningen 2010
      Nederland
                                                                        Huur
                                                                        Koop
Arnhem-Nijmegen

     Achterhoek

     De Liemers




       Zevenaar

    Westervoort

    Rijnwaarden

    Montferland

         Duiven

                  20%   25%   30%   35%   40%   45%   50%   55%   60%   65%    70%
Bron: ABF, bewerking Rabobank


In de Liemers treft men bovendien relatief veel grote woningen (5 of meer kamers) aan.
Vooral Montferland en Duiven beschikken over een royale voorraad van grote woningen.
Woningen met drie of minder kamers (appartementen) treft men in de Liemers nauwelijks
aan. Het is de regio Arnhem-Nijmegen die juist goed voorzien is van dit type kleinere wo-
ningen.




11 Bron: Regiomarketingplan de Liemers, 2011.


                                                                  21
Eén op de drie verhuizers verlaat de Liemers
Figuur 3.5 geeft weer waar inwoners van de vijf gemeenten in de periode van 2000 tot 2009
naar toe zijn verhuisd. De figuur geeft daarmee een beeld van de mate waarin de gemeen-
ten hun eigen bevolking weten vast te houden en waarin ze de eigen gemeente en regio
juist verlaten. Uit de figuur is op te maken dat een kleine meerderheid van de inwoners van
de Liemers die verhuist, binnen de eigen gemeente een andere woning betrekt. Uitzonde-
ringen zijn Duiven en Westervoort: in deze twee gemeenten zien we dat inwoners bij ver-
huizing vaak kiezen voor een andere gemeente (bijvoorbeeld Arnhem). Met name de ge-
meente Westervoort weet haar inwoners niet goed te binden. Belangrijkste alternatieve be-
stemming voor verhuizers uit deze gemeente is de regio Arnhem-Nijmegen. De gemeenten
Rijnwaarden en Montferland weten met 57 procent de meeste verhuizers binnen de ge-
meentegrenzen te houden. Ruim een derde van de inwoners van de Liemers die verhuizen,
vertrekt naar een woning buiten de eigen regio.

Figuur 3.5: Bestemmingsgemeente verhuizingen vanuit
gemeenten in de Liemers

   Zevenaar                             53%



Westervoort                    34%



Rijnwaarden                          57%



Montferland                    57%



    Duiven               43%


              0%   10%   20%   30%         40%   50%    60%    70%      80%   90%   100%
        Duiven            Montferland            Rijnwaarden       Westervoort
        Zevenaar          Achterhoek             Arnhem-Nijmegen   Overig

Bron: CBS, bewerking Rabobank, 2000-2009


Als we kijken naar de herkomst van mensen die in de Liemers een woning betrekken, blijkt
dat ruim een derde afkomstig is van buiten de Liemers. Vooral Duiven en Westervoort heb-
ben een grote trekkracht op nieuwe inwoners van buiten de Liemers. Bijna de helft van de
verhuizingen in of naar deze gemeenten is afkomstig van buiten de regio. Arnhem-Nijmegen
is de belangrijkste herkomstregio van deze verhuizers. Montferland is een gewilde woonge-
meente voor inwoners van de Achterhoek.

Woningmarktbeleid Stadsregio
Voor het woningmarktbeleid is de Liemers deels afhankelijk van het beleid van Stadsregio
Arnhem Nijmegen (waarvan de Liemers deel uitmaakt). In het Regionaal Plan 2005-2020
zijn langs de vier thema’s economie, mobiliteit, landschap en wonen de ambities voor de
stadsregio vastgesteld. Hierbij ligt vooral de focus op het verbinden van wonen, werken en
infrastructuur. In de stadsregio is sprake van twee aparte woningmarkten: Arnhem en om-
geving en Nijmegen en omgeving. Er bestaan verschillen en overeenkomsten tussen de

                                                                   22
woonmilieus en woonkwaliteiten die daardoor ook verschillende en overeenkomstige doel-
groepen aanspreken. Hierdoor heeft de stadsregio intern te maken met concurrentie, maar
dat betekent niet dat alle gemeenten met elkaar concurreren.

Op basis van migratiepatronen zijn er binnen de stadsregio op het gebied van de woning-
markt vijf subregio’s benoemd. Binnen zo’n subregio is afstemming in focus op woonmilieus
noodzakelijk. Hiervoor is samenwerking tussen gemeente, maar ook met andere partijen
zoals woningcorporaties belangrijk. Woningbouwprogramma’s zullen op elkaar afgestemd
moeten worden om in te spelen op de veranderende vraag. De stadsregio heeft enkele be-
leidsuitgangspunten:
- In de periode 2010-2020 staat vraaggericht bouwen centraal, waarbij oog is voor trends
    in de demografische prognoses.
- Gemeenten brengen geen nieuwe plannen in ontwikkeling die leiden tot een uitbreiding
    van de huidige beschikbare plancapaciteit, zonder dat hierover subregionale afstemming
    heeft plaatsgevonden.
- Voor gemeenten staan de woonconsument en het bouwen voor de eigen behoefte cen-
    traal. Bij het bouwen voor de bovenlokale vraag is subregionale afstemming noodzake-
    lijk.
- De programmering van de woningbouw dient plaats te vinden met in achtneming van de
    kwalitatieve afspraken over betaalbare woningen uit het Regionaal Plan. Daarbij geldt
    dat gemeenten een inspanningsverplichting hebben om het totale aantal nieuwe wonin-
    gen op subregionaal niveau voor 50 procent in het betaalbare segment bouwen (tot
    €172.000 V.O.N. of tot de huurtoeslaggrens binnen de huursector). Binnen de subregio
    de Liemers valt de gemeente Westervoort buiten dit kader aangezien zij minimaal 35
    procent van de nieuwbouw in de betaalbare huur en koopsector bouwen.12

Uitwerking woningmarktbeleid de Liemers
In de Liemers is sprake van een (toenemende) behoefte aan koopwoningen en duurdere
huur. De behoefte aan koopwoningen komt van starters, doorstromers en ouderen en richt
zich op diverse prijsklassen. Onder ouderen ontstaat er steeds meer een specifieke vraag
naar levensloopbestendige woningen in het duurdere huursegment (al dan niet in de appar-
tementensfeer). Er bestaat een aanzienlijke behoefte aan dorps wonen in de breedte (van
landelijk dorps tot centrum dorps), waarbij er ook een behoefte is aan kleinstedelijke
woonmilieus. Binnen het woonmilieu dorps wonen, is er binnen de Liemers nauwelijks spra-
ke van uitwisselbaarheid tussen de dorpen (vooral ouderen). 13

Met een indicatief overzicht van plancapaciteit beschikt de Liemers over een ijkpunt; een
nulmeting als uitgangspunt voor subregionale afstemming. Cijfers over plancapaciteit alleen
zeggen weinig, het verhaal er achter is zeker net zo belangrijk. De subregio’s van de Stads-
regio hebben afgesproken om het indicatief overzicht nader te specificeren. Dit is nodig om
daadwerkelijk goede onderlinge kwalitatieve en kwantitatieve woningbouwafspraken te kun-
nen maken. De Liemerse gemeenten werken ook aan het naar beneden bijstellen van de



12 Bron: Van koers naar keuze. Stadsregio Arnhem-Nijmegen, 2011.
13 Bron: Van koers naar keuze. Integrale visie op de gebundelde kracht van stad en land. Stadregioraad, 2011.


                                                       23
ambitie. Het vigerende woningbouwprogramma is voor de periode 2010-2020 met circa
1.800 woningen (25 procent) naar beneden bijgesteld.

De gemeenten in deze subregio hebben er voor gekozen om te starten met het nader speci-
ficeren van de bruto plancapaciteit met betrekking tot herstructurering en transformatie.
Daaruit blijkt dat de Liemerse gemeenten een herstructurerings- en transformatie opgave
hebben van een kleine 50 procent van de totale bruto plancapaciteit. Deze plannen dragen
bij aan het verbeteren van de woonkwaliteit van de huidige woningvoorraad. Onder trans-
formatie worden inbreidingslocaties verstaan waarbij functies veranderen in het gebied van
bijvoorbeeld bedrijfs- of kantoorgebouwen in woningen. Inbreiding op bestaande groene
ruimte in woonkernen valt hier niet onder. Herstructurering heeft betrekking op het verbe-
teren van wijken door nieuwbouw.

Gelderse Poort


   De Gelderse Poort is één van de twintig Nationale Landschappen die Nederland rijk is. Het Rivierenlandschap
   ligt gelegen aan weerszijden van de Waal. Kenmerkend zijn de uiterwaarden, enkele oude rivierlopen en de
   oeverwallen met daarop de oudste bewoningskernen. In de Liemers valt de gemeente Rijnwaarden binnen
   de Gelderse Poort. Het rijk omschrijft Nationale Landschappen als gebieden met internationaal zeldzame of
   unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke
   en recreatieve kwaliteiten. Het doel van de Nationale Landschappen is de landschappelijke, cultuurhistori-
   sche en natuurlijke kwaliteiten te behouden, duurzaam te beheren en te versterken. In samenhang hiermee
   zal de toeristisch-recreatieve betekenis moeten toenemen. Uitgangspunt hierbij is dat de gebieden zich soci-
   aal-economisch moeten kunnen blijven ontwikkelen: ’behoud door ontwikkeling’; dit houdt in dat er een ja-
   mits benadering geldt voor nieuwe ontwikkelingen (Nota Ruimte). Tevens mogen er geen grootschalige ver-
   stedelijkingslocaties, bedrijventerreinen en infrastructuur in de Nationale Landschappen worden ontwikkeld.


   Door de Stadsregio Arnhem Nijmegen is een Regionaal Plan 2005-2020 opgesteld. Het KAN zet in op het
   ontwikkelen van een regionaal netwerk van recreatieve routes, natuur- en landschapsontwikkeling in nabij-
   heid van de stad en het ontwikkelen van cultuurhistorische hotspots/zones.
   De Gelderse Poort is tevens een Natura-2000 gebied. Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde
   natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk vormt de hoeksteen
   van het beleid van de EU voor behoud en herstel van biodiversiteit.


                         Bron: Provincie Gelderland (2007), Uitwerking Nationaal Landschap De Gelderse Poort



3.3     De werkfunctie van de Liemers
Productiestructuur
De sectorstructuur van een regio (gemeten in termen van werkgelegenheid) geeft aan wel-
ke typen bedrijvigheid de economie overheersen. Zo zagen we in Nederland de afgelopen
decennia een grote verschuiving van productiesectoren (industrie, landbouw) naar dienst-
verlenende sectoren. Maar de regionale verschillen binnen Nederland zijn groot. We kunnen
immers nog steeds typische agrarische en industrieregio’s aanwijzen. In vergelijking met
Nederland is in de Liemers de industrie, handel, logistiek en overige zakelijke dienstverle-


                                                       24
ning sterk vertegenwoordigd. De publieke sector, zoals het onderwijs en de overheid, zijn in
de Liemers juist minder vertegenwoordigd dan in de Achterhoek, regio Arnhem-Nijmegen en
in Nederland als geheel. Daarnaast speelt de zorgsector een veel kleinere rol in de regionale
economie dan in de omringende regio’s en in Nederland het geval is.


Figuur 3.6: Sectorstructuur (aandeel banen per sector,
2010)
     Overige dienstverlening
             Vrije tijd sector
                  Zorgsector
                  Onderwijs
          Openbaar bestuur
Overige zak. Dienstverlening
  Advies & Onderzoek sector
      Financiële instellingen
 Informatie en communicatie
                      Horeca
          Vervoer en opslag
                Detailhandel
               Groothandel
             Bouwnijverheid
                   Industrie
           Agrarische sector

                                 0%         5%        10%        15%         20%   25%

                   De Liemers         Achterhoek   Arnhem-Nijmegen   Nederland


Bron: LISA, bewerking Rabobank


Werkgelegenheidsontwikkeling
De ontwikkeling van de werkgelegenheid is een belangrijke graadmeter voor de stand van
de (regionale) economie. Uit onderstaande figuur blijkt dat de werkgelegenheidsontwikke-
ling sterk verschilt per regio. Het afgelopen decennium heeft de Liemers, evenals de regio
Arnhem-Nijmegen, een sterkere werkgelegenheidsontwikkeling doorgemaakt dan de rest
van ons land. In de Liemers groeide het aantal banen met 10,3 procent, terwijl er landelijk
sprake was van een banengroei van 9,5 procent. De groei van het aantal banen verschilde
sterk per sector. In sommige sectoren nam het aantal banen flink af, bijvoorbeeld in de
landbouw en industrie. Terwijl in andere sectoren het aantal banen juist sterk toenam. De
zorgsector zorgde in de Liemers voor een toename van ruim 2.000 banen. Maar ook het on-
derwijs creëerde ruim 800 banen voor de werknemers in de regio. Hoewel deze twee secto-
ren relatief klein zijn in de Liemers, neemt het belang in de werkgelegenheid wel toe. Te-
vens vormde de overige zakelijke dienstverlening het afgelopen decennium een belangrijke
groeisector in de regio. Hieronder verstaan we de facilitaire en intermediaire diensten. De
afgelopen tien jaar zorgde deze sector voor circa 1.250 extra banen. In de werkgelegen-
heidsontwikkeling van de Liemers is een verbreding van de economische structuur zicht-
baar.




                                                                       25
Figuur 3.7: Werkgelegenheidsontwikkeling per sector
2000 - 2010
    Overige dienstverlening
            Vrije tijd sector
                 Zorgsector
                  Onderwijs
          Openbaar bestuur
Overige zak. dienstverlening
  Advies & Onderzoek sector
      Financiële instellingen
Informatie en communicatie
          Vervoer en opslag
                Groothandel
                   Industrie
           Agrarische sector
                      Totaal

                                -60     -40   -20     0     20   40   60   80   100
                                      De Liemers    Nederland

Bron: LISA, bewerking Rabobank


Agrarische sector
De Liemers is een regio met circa 250 landbouwbedrijven. Een gebied met 7.400 hectare
vruchtbare grond en veel verschillende sectoren: hoofdzakelijk melkveehouderij maar ook
tuinbouw, akkerbouw en intensieve veehouderij. Qua veebezetting is de Liemers een exten-
sief landbouwgebied.14 Binnen de landbouw is al jaren sprake van een toenemende schaal-
vergroting en mechanisatie. De gemiddelde bedrijfsgrootte neemt hierdoor toe, zowel in ge-
bruikt areaal landbouwgrond als in omzet en toegevoegde waarde. Deze schaalvergroting is
noodzakelijk om het inkomen op peil te houden in verband met toenemende kosten en af-
nemende opbrengstprijzen.15 Als gevolg van deze factoren, was er in de agrarische sector
het afgelopen decennium sprake van een sterkere daling van de werkgelegenheid dan in
andere sectoren. Deze afname was in de Liemers nog eens sterker dan gemiddeld in de
agrarische sector in Nederland.

Toonaangevende transportsector
In 2007 is de werkgroep Liemers 2020 van start gegaan. Het doel van deze werkgroep was
om tot een visie te komen voor de Liemers. Om de kwaliteiten van de Liemers in kaart te
brengen en breder bekend te maken, maar ook om een proces op gang te brengen. Profile-
ring van de regio, meer regiobewustzijn, intern én extern staan in dit verhaal centraal. Dit
proces heeft tot de gedachte geleid dat de logistieke sector toonaangevend kan worden in
de regio en dat het verder uitbouwen van het logistieke imago van de Liemers kansrijk is. Er
vinden veel nieuwe technologische en innovatieve ontwikkelingen plaats die kunnen bijdra-
gen aan het economische vernieuwingsproces van de regio. Hiervoor is een goede aanslui-
ting tussen het aanbod van opleidingen en de vraag naar personeel vanuit het bedrijfsleven
cruciaal. De voorspelling is dat er een discrepantie gaat ontstaan tussen de vraag naar per-

14 Type landbouw waarbij weinig geïnvesteerd wordt in arbeidskracht en kapitaal (kunstmest, machine,
insecticiden).
15 Landbouwvisie 2011. LTO Noord afdeling de Liemers.


                                                                 26
soneel en het aanbod van werknemers. Er zijn te weinig nieuwe studenten om de vraag
naar nieuw personeel op te vangen. Om de kansen van de logistieke sector in de Liemers te
benutten is besloten dat ondernemers, onderwijs en overheden hun handen hiervoor ineen
moeten slaan. In 2009 is daarom de ‘initiatiefgroep transport en logistiek’ opgestart. Deze
initiatiefgroep bestaat uit onderwijsinstelling Quadraam, de Kamer van Koophandel, de Lie-
merse gemeenten, Platform Onderwijs en Arbeidsmarkt (POA) en ondernemersvereniging
Lindus. Het onderwijs en de drie ROC’s hebben een intentieverklaring ondertekent om sa-
men in de Liemers te gaan zorgen voor een doorlopende leerlijn vmbo-mbo in de logistiek.
Het Liemers College heeft intussen een afdeling Transport en Logistiek opgericht. In het
verlengde hiervan is het idee van een Logistiek Expertise Centrum geboren. Het Logistiek
Expertise Centrum (opgericht in het voorjaar van 2011) heeft tot doel bij te dragen aan een
gezonde sociaal economische structuur van de logistieke branche in de regio de Liemers.16

Onlangs is bovendien door Buck Consultants een rapport gepubliceerd over de kwaliteiten
van en kansen voor de regionale logistieke sector in de regio Arnhem-Nijmegen. Deze stu-
die heeft plaatsgevonden in opdracht van Lindus, de Kamer van Koophandel, de Stadsregio
Arnhem Nijmegen en het Logistiek Expertise Centrum (LEC). Het rapport geeft aan dat lo-
gistiek over heel veel méér gaat dan alleen vrachtauto's die goederen van A naar B vervoe-
ren. Zo zijn in de regio diverse bedrijven actief die hoogwaardige logistieke activiteiten ver-
richten en daarmee veel waarde toevoegen, denk bijvoorbeeld aan kwaliteitscontrole, repa-
ratie en assemblage.

De logistieke sector in de regio Arnhem-Nijmegen betoont zich bijzonder ondernemend. Het
arbeidsethos is relatief hoog en fysiek gezien is de regio een kruispunt waar snelwegen, wa-
terwegen en spoor zich met elkaar verknopen. De regio is daarmee een logistieke draaischijf
die nog wordt versterkt met de komst van de A15. Daarnaast bieden de logistieke opleidin-
gen van de Hogeschool Arnhem Nijmegen (met een positie in de top 3 van logistieke oplei-
dingen in Nederland) een uitstekende basis voor een goede opleidingsstructuur. Deze gun-
stige uitgangspositie vraagt om verder ontginning en ontwikkeling, aldus het rapport.

Het rapport vormt een van de bouwstenen voor het provinciale goederenvervoerprogram-
ma. Hieruit wordt dit jaar al 1,8 miljoen euro beschikbaar gesteld om het Gelderse logistie-
ke vestigingsklimaat te versterken. Ondanks de gunstige randvoorwaarden strijken nog on-
voldoende logistieke bedrijven in de regio neer. De samenwerkende gemeenten en het be-
drijfsleven mikken ook voor de komende jaren op een substantiële bijdrage uit het provinci-
ale programma. Provinciale Staten van Gelderland neemt uiterlijk in april een besluit hier-
over. Logistiek is zeer nadrukkelijk opgenomen in de uitvoeringsagenda van de Provincie.
Inzet hierop zal de economische slagkracht van Gelderland verder versterken.17

Startersdynamiek
Ondernemerschap is de bron van werkgelegenheidsontwikkeling. Een belangrijk kenmerk
van de economie in de Liemers zijn de vele familiebedrijven die in de regio zijn vertegen-
woordigd. Daarnaast is de opkomst van de zzp’er een veelbesproken onderwerp. In de Lie-


16 Bron: Website LEC Liemers, 2012.
17 Bron: Website TTM, 25 januari 2012.


                                              27
mers is in de periode 2000-2009 het aantal starters ten opzichte van de potentiële beroeps-
bevolking lager geweest dan in de regio Arnhem-Nijmegen en gemiddeld Nederland. Het
aandeel starters is vergelijkbaar met de Achterhoek. De meeste ondernemingen werden op-
gericht in de facilitaire, persoonlijke en algemene diensten. Hierbij dient wel rekening te
worden gehouden met het effect van de nieuwe Handelsregisterwet waarbij er sinds kort
een registratieplicht geldt voor deze branches.




                                            28
Logistieke Hot Spots in Nederland


   De logistieke sector in Nederland draagt voor circa 7 procent bij aan de totale bruto toegevoegde waarde.
   De werkzaamheden in de sector betreffen niet alleen traditionele transport- en opslagactiviteiten, maar ook
   Value Added Logistics and Services in distributiecentra, ketenregie-activiteiten en diverse logistieke support
   activiteiten. Hierbij hebben verladers en logistieke dienstverleners die wat grotere en innovatievere logistie-
   ke operaties in beheer hebben, duidelijk voorkeur voor vestiging op logistieke hotspots nabij de mainports,
   grotere bevolkingscentra of op de infrastructurele corridors (A15, A2, A4, A67, Waal, Maas, Rijn-Schelde ka-
   naal, Betuwe route) richting het Europese achterland.


   TNO heeft in 2009 op verzoek van het Ministerie van Economische Zaken onderzoek gedaan naar de Logis-
   tieke Hot Spots van Nederland. Een Logistieke Hot Spot is een COROP-regio met een sterk cluster van be-
   drijven van (inter)nationale onderscheidende logistieke activiteiten, geconcentreerd op logistieke parken met
   goede ondersteunende fysieke infrastructuur en aanverwante logistieke supportdiensten. De logistieke hot
   spots zijn gewogen op basis van 10 kwantitatieve criteria op het gebied van ruimte, werkgelegenheid, mul-
   timodaliteit, volume van goederenstromen en weginfrastructuur. De Top 5 van logistieke hot spots van na-
   tionaal belang zijn 1) Groot-Rijnmond, 2) Groot-Amsterdam, 3) West-Noord-Brabant, 4) Noord-Limburg en
   5) Noordoost-Noord-Brabant. In elk van de top 3 logistieke hot spots is een zeehaven te vinden: de haven
   van Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk. Deze drie havens tezamen met Schiphol en de regio Venlo-Venray
   worden als logistieke hotspot van internationaal belang aangeduid.


   Naast de top tien van logistieke hotspots benoemt TNO de zogenoemde white spots. Dit zijn regio’s die het
   potentieel hebben om zich in de toekomst te ontwikkelen tot logistieke hotspot, maar op dit moment nog op
   verschillende criteria tekort schieten. TNO heeft Flevoland en Arnhem-Nijmegen (nr. 13 op hun lijst) als
   ‘white spot’ aangeduid. De regio Arnhem-Nijmegen heeft de A15, de Waal en de Maas als belangrijke trans-
   portaders richting Duitsland. Ook de Betuweroute loopt door deze regio, waarmee locaties dus trimodaal
   (weg, water, spoor) ontsloten kunnen worden. Er gaan bijzonder grote volumes via deze corridors naar het
   achterland, en deze volumes zullen naar verwachting weer toenemen als de wereldhandel aantrekt. Ook de
   komst van de Tweede Maasvlakte en de toename van goederen die daarmee gepaard gaan en overgeslagen
   en vervoerd moeten worden, biedt kansen. Vooral voor de binnenvaart en het goederenvervoer per spoor.
   Het Havenbedrijf heeft namelijk afspraken gemaakt met de gecontracteerde ondernemingen over het toe-
   komstige goederenvervoer. Om de druk op het milieu te verlichten moet een vaststaand percentage van de
   goederen per spoor en via de binnenvaart worden vervoerd. De regio heeft kansen om als knooppunt voor
   goederenstromen vanuit Midden- en Noord-Nederland richting het Europese achterland te gaan fungeren.
   Waarbij er naast overslag ook waarde toevoegende activiteiten kunnen plaatsvinden. In dit kader heeft zich
   hier de laatste jaren ook al een aantal logistieke dienstverleners gevestigd, waaronder DHL Exel, TDG en
   CEVA Logistics. Er is momenteel echter nog geen mogelijkheid om containers vanuit deze regio op het spoor
   van de Betuweroute te zetten. Bovendien ontbreekt het aan logistieke parken nabij de overslagkansen aan
   de transportcorridors om als logistieke regio tot bloei te komen.


                      Bronnen: TNO (2009)Quick scan: overzicht van netwerk specifieke hot spots in Nederland
                                                                                                  www.logistiek.nl
                                                                                                        Rabobank




                                                        29
Werkloosheid
Werkloosheid is het resultaat van twee factoren: de vraag naar en het aanbod van arbeid
(de werkgelegenheid en de beroepsbevolking). Binnen de Eurozone behoort Nederland tot
de landen met de laagste werkloosheid. Binnen Nederland zijn er echter grote verschillen
waar te nemen. Om de werkloosheid in de Liemers in kaart te brengen maken we gebruik
van de cijfers van het UWV Werkbedrijf. Hierdoor krijgen we een goed beeld van het aantal
niet-werkende werkzoekenden in de regio en in welke mate dit van het landelijke beeld af-
wijkt. Uit onderstaande figuur blijkt dat de afgelopen vijf jaar in alle drie de regio’s en in
Nederland de werkloosheid is gedaald. In de Liemers is de werkloosheid lager dan in de re-
gio Arnhem-Nijmegen en in Nederland. De werkgelegenheidsgroei is in de Liemers ook gro-
ter geweest dan in Nederland. Van de niet-werkende werkzoekenden in de Liemers is meer
dan de helft 45 jaar of ouder. Dit is conform het landelijke beeld. Voor de beroepen produc-
tieplanners, boekhouders en secretaresses en commercieel employés is er een overschot
aan kortdurend niet-werkende werkzoekenden in zowel de regio als in de rest van Neder-
land. Voor weg- en waterbouwkundige vakkrachten, voor bankwerkers en lassers is de ar-
beidsmarkt juist krap in de regio zodat er op dit moment voor werkzoekenden met dit be-
roep veel kansen zijn op de arbeidsmarkt.18

Figuur 3.8: Werkloosheidsontwikkeling (niet-werkende
werkzoekenden t.o.v. bevolking 15-64 jaar)
9%


8%


7%


6%


5%


4%


3%


2%


1%


0%
  2005         2006          2007          2008           2009        2010
             De Liemers   Achterhoek   Arnhem-Nijmegen    Nederland

Bron: UWV Werkbedrijf, bewerking Rabobank


Arbeidsparticipatie
De arbeidsparticipatie geeft aan welk deel van de bevolking deelneemt aan het arbeidspro-
ces. De netto arbeidsparticipatiegraad19 ligt in de Liemers rond het Nederlandse gemiddelde
van 67 procent. De arbeidsparticipatie van mannen in de Liemers is gelijk of hoger dan die
in Nederland, terwijl dat van de vrouwen in de regio lager ligt dan die van de gemiddelde
Nederlandse vrouw. In het algemeen wordt een hoge arbeidsparticipatie door de meeste

18 UWV (2011). Basisset regionale arbeidsmarktinformatie. Arbeidsmarktregio Midden-Gelderland. Oktober 2011.
19 De netto arbeidsparticipatiegraad geeft aan hoeveel procent van de beroepsbevolking ook daadwerkelijk een
betaalde baan heeft van twaalf uur of meer per week. Werklozen worden hierin dus niet meegeteld.

                                                         30
politieke partijen belangrijk gevonden, onder meer om de kosten van de vergrijzing te beta-
len. Factoren die bijdragen aan een lagere arbeidsparticipatie zijn onder meer een lange
studieduur, veel arbeidsongeschikten (onder andere mensen in de WAO, Wajong), weinig
tweeverdieners en een hoge werkloosheid (mensen die een Werkloosheidsuitkering, wacht-
geld of bijstand ontvangen). Dit laatste is echter niet op de Liemers van toepassing.

Opleidingsniveau
Een sterk veranderende economie, waarin ontwikkelingen elkaar in hoog tempo opvolgen,
stelt hoge eisen aan haar beroepsbevolking. Verschillende sectoren zoals de zorg, industrie,
handel en logistiek worden steeds innovatiever met complexere (ICT) diensten en pro-
ducten. Een hoog opgeleide bevolking die over veel kennis beschikt en deze kan toepassen,
is daarom van belang om als regio concurrerend te blijven. De hoogst opgeleide beroepsbe-
volking bevindt zich voornamelijk in de sterk verstedelijkte gemeenten in de Randstad, met
uitzondering van Rotterdam. Ook in de aangrenzende gemeenten van de steden Amster-
dam, Den Haag, Leiden, Haarlem en Utrecht ligt het percentage hoogopgeleiden boven het
landelijke gemiddelde. Buiten de Randstad, kennen de gemeenten Arnhem en Zwolle even-
als de universiteitssteden Groningen, Nijmegen, Eindhoven en Wageningen een hoog opge-
leide beroepsbevolking. Ook voor de meeste van deze gemeenten geldt dat in de aangren-
zende gemeenten het percentage hoogopgeleiden vaak boven het landelijke gemiddelde
ligt. In Nederland is circa 33 procent van de beroepsbevolking hoogopgeleid. In de Liemers
ligt het opleidingsniveau lager: in Duiven is 28 procent van de beroepsbevolking hoogopge-
leid, in Montferland 18 procent, in Westervoort 27 procent en in Zevenaar 24 procent.20

De Liemers heeft de ambitie om jongeren sterker aan de regio te binden. Op deze manier
tracht de Liemers een verdere ontgroening van het gebied te beperken. Op dit moment ver-
laten vooral hoogopgeleide jongeren de regio voor studie en werk en keren dan niet meer
terug. De carrièrekansen voor hoger opgeleiden zijn binnen de Liemers dan ook beperkt.
Volgens het regiomarketingplan21 heeft de Liemers de ambitie om betere carrièreperspectie-
ven te bieden voor hoger opgeleiden uit de eigen regio. Dit kan door bijvoorbeeld kapitaal-
krachtige bedrijven naar de regio te trekken. De regio kenmerkt zich immers door lagere
vastgoedprijzen dan de kern van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Bovendien is de regio
goed bereikbaar en vormt het een aantrekkelijke woonregio voor hoger opgeleiden (veilig,
ruim, betaalbaar, vrijstaande woningen).

Werkgelegenheidsfunctie gemeenten
In 2009 bedroeg de beroepsbevolking van de vijf gemeenten samen bijna 55.000 personen.
Van hen woonden er 15.800 in Montferland, 14.300 in Zevenaar, 11.800 in Duiven, 7.400 in
Westervoort en 5.100 in Rijnwaarden. Het totale aantal banen bij bedrijven in de Liemers
bedraagt 48.210.22 De gemeenten Duiven, Zevenaar en Montferland nemen hiervan alle drie
ongeveer 30 procent voor hun rekening. Duiven heeft veruit de grootste werkgelegenheids-
functie (uitgedrukt in het aantal banen per 100 leden van de beroepsbevolking). Zelfs in



20 Bron: CBS en Compendium voor de Leefomgeving. Voor Rijnwaarden zijn er helaas geen cijfers beschikbaar.
21 Bron: Regiomarketingplan de Liemers, 2011.
22 Bron: CBS. Stand 1 januari 2010.


                                                     31
vergelijking met de Stadsregio Arnhem Nijmegen vormt Duiven een belangrijk zwaartepunt
qua werkgelegenheid in de regio. De werkgelegenheidsfunctie van Westervoort is het laagst.

Figuur 3.9: Werkgelegenheidsfunctie gemeenten
(2010)
      Nederland

Arnhem-Nijmegen

      Achterhoek

      De Liemers




       Zevenaar

     Westervoort

     Rijnwaarden

     Montferland

         Duiven

                   0   20     40     60   80   100   120   140

Bron: CBS en LISA, bewerking Rabobank.


Vooral veel pendel naar Arnhem
De werkgelegenheidsfunctie van de verschillende gemeenten en regio’s zien we terug in het
pendelgedrag van de beroepsbevolking. Figuur 3.10 geeft weer waar de inwoners van de
vijf gemeenten werken. De figuur geeft daarmee een beeld van welk deel van de beroeps-
bevolking binnen de eigen gemeente werkt. Eerder kwam al naar voren dat Duiven een
sterke werkgelegenheidsfunctie heeft. De bedrijven in de gemeente bieden daarmee ook
werk aan werknemers van buiten de gemeente, zoals is te zien in figuur 3.10. Circa een
derde van de eigen beroepsbevolking is werkzaam in de gemeente Duiven zelf. Daarnaast is
bijna een vijfde van de beroepsbevolking van Westervoort werkzaam in Duiven. Maar ook
pendelen veel arbeidskrachten vanuit Rijnwaarden en Zevenaar naar Duiven. Ook valt op
dat veel personen in de regio Arnhem-Nijmegen of elders buiten de Liemers werkzaam zijn.
De Achterhoek (met name Doetinchem) is voor veel inwoners van Montferland een aantrek-
kelijke werkregio. De beroepsbevolking in Rijnwaarden is qua werk het sterkst georiënteerd
op de omringende gemeenten. Ruim zeventig procent heeft een baan in de Liemers. Van-
wege de relatief kleine economische omvang, weet de gemeente Westervoort de minste
werknemers aan zich te binden. Bijna zestig procent van de beroepsbevolking van Wester-
voort is werkzaam in de regio Arnhem-Nijmegen.




                                               32
Figuur 3.10: Werkgemeente van beroepsbevolking de
Liemers

  Zevenaar                     33%



Westervoort              11%



Rijnwaarden                    30%



Montferland          34%



    Duiven         30%


              0%     20%           40%          60%         80%          100%
     Duiven          Montferland         Rijnwaarden       Westervoort
     Zevenaar        Achterhoek          Arnhem-Nijmegen   Overig

Bron: CBS, bewerking Rabobank, 2000-2009


Als we kijken naar de herkomst van de personen die in de Liemers werkzaam zijn, blijkt dat
een derde van deze arbeidskrachten van buiten de regio komt. Opvallend is dat dit aandeel
in alle gemeenten (met uitzondering van Rijnwaarden, waar bijna alle medewerkers uit de
Liemers komen) ongeveer even groot is. Wel zien we dat bedrijven in Duiven en Wester-
voort relatief veel werknemers uit de regio Arnhem-Nijmegen in dienst hebben, terwijl het
bedrijfsleven in Montferland juist veel gebruik maakt van arbeidskrachten uit de Achter-
hoek.




                                                       33
Doortrekken A15


   Al geruime tijd staan er dagelijks files op de A50, A12, A325 en N325 (Pleijroute). En de verkeersproblemen
   worden in de toekomst nog groter, ondanks eerder geplande maatregelen (zoals de verbreding van delen
   van de A50 en A12, opwaardering van de N18 en aanleg van een tweede brug bij Nijmegen). In 2025 is er
   niet langer sprake van plaatselijke problemen maar is het gehele netwerk rondom Arnhem overbelast. De
   bereikbaarheid van de regio en de betrouwbaarheid van het rijks- en het regionale hoofdwegennetwerk
   staan dus onder druk. De verkeersproblemen hebben een negatief effect op de internationale aantrekkelijk-
   heid van de Randstad en van de Rotterdamse haven. Ook de regio Arnhem - Nijmegen zelf kan zich ruimte-
   lijk en economisch niet meer goed verder ontwikkelen. Door de overbelasting ontstaan in de regio bovendien
   problemen met de leefbaarheid (sluipverkeer, luchtverontreiniging). Daarnaast brengt drukte een groter ri-
   sico op ongevallen met zich mee. Ongevallen die – evenals wegwerkzaamheden – in de huidige situatie niet
   goed zijn op te vangen met alternatieve routes.


   Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu heeft 16 januari 2012 haar standpunt voor project
   ViA15 bekend gemaakt. De minister kiest definitief voor het Doortrekkingsalternatief A15 Noord. Hierbij
   wordt de nu nog doodlopende A15 doorgetrokken naar de A12 met een brug over het Pannerdensch Kanaal
   en een halfverdiepte ligging tussen Duiven en Zevenaar. De keuze van het Standpunt is gebaseerd op de re-
   sultaten uit de Trajectnota/MER en de adviezen en zienswijzen die daarop zijn binnengekomen.


   De doortrekking van de A15 blijft echter tot discussies leiden. Het besluit van de minister is immers tegen
   de wens van de regio en natuurorganisaties voor een tunnel onder het Pannerdensch Kanaal en kan daarom
   rekenen op veel verzet.


                                                                             Bron: Website ViA15, januari 2012.



3.4     De winkelfunctie van de Liemers
In de Liemers spelen diverse ontwikkelingen op het gebied van detailhandel. In de eerste
plaats zijn er plannen om een grootschalige Retailpark te ontwikkelen bij Zevenaar. Het pro-
ject omvat circa 33.000 m² grootschalige retail, leisure en horeca. Daarnaast is er ruimte
voor circa 1.000 parkeerplaatsen waarvan een deel op het dak. De opening staat gepland
voor medio 2015. De betrokken partijen MAB, KWP en de gemeente Zevenaar onderteken-
den een intentieovereenkomst voor de ontwikkeling van dit retailpark. Voorafgaand aan de
plannen hebben de marktpartijen een haalbaarheidsanalyse uitgevoerd. De uitkomst hier-
van was positief en alle partijen willen graag van start met de ontwikkeling van de Spooral-
lee. De Spoorallee ligt aan de oostzijde van Zevenaar direct aan een nieuw te realiseren op-
en afrit van de A12 naar Zevenaar en in de nabijheid van de A18. Ook wordt in de toekomst
de A15 bij Zevenaar aangesloten op de A12. Het verzorgingsgebied omvat 330.000 consu-
menten binnen een reistijd van 15 minuten en binnen een half uur zelfs 1,4 miljoen. Dit
aantal neemt nog toe met het doortrekken van de A15. Het project de Spoorallee wordt
ontwikkeld met een aansluiting op het geplande treinstation in Zevenaar Oost.23



23 Bron: de Weekkrant, november 2011.


                                                        34
Daarnaast heeft de Liemers te maken met de kleine kernenproblematiek waarbij het draag-
vlak voor winkelvoorzieningen steeds verder afkalft. Dit speelt vooral in de gemeente Rijn-
waarden. Op dit moment wordt in opdracht van de Kamer van Koophandel Centraal Gelder-
land een regionale detailhandelsvisie ontwikkeld die inzicht zal bieden in de gewenste regio-
nale voorzieningenstructuur. In deze paragraaf zullen wij aandacht besteden aan de huidige
positionering van het winkelaanbod in de Liemers.

Hiervoor maken we onder andere gebruik van de Rabobank KoopstromenMonitor. Koop-
stromen brengen in beeld waar consumenten hun aankopen doen. Vooral in de detailhandel
wordt veel gebruik gemaakt van koopstromen om het draagvlak van winkelvoorzieningen te
onderzoeken. Koopstromen worden vaak geschat aan de hand van enquêtes onder een
steekproef van consumenten. Rabobank Nederland heeft een instrument ontwikkeld dat
koopstromen in kaart brengt op basis van elektronische betaaltransacties: de Rabobank
KoopstromenMonitor. Op basis van de KoopstromenMonitor kunnen we de winkelfunctie van
de gemeenten in de Liemers vaststellen. De detailhandel is hierbij ingedeeld in vier bran-
chegroepen namelijk dagelijks (levensmiddelen en persoonlijke verzorging), in & om het
huis (zoals wonen en doe-het-zelf), mode & luxe (zoals kleding, schoenen, warenhuizen en
juweliers) en vrije tijd (zoals boeken en cd-winkels).

Consumentenvoorzieningen in de Liemers
Figuur 3.11 biedt inzicht in de aanwezigheid van verschillende soorten consumentenvoor-
zieningen in de Liemers. Het aanbod is hierbij afgezet tegen het aantal inwoners van het
gebied. Uit de grafiek blijkt dat de meeste consumentenvoorzieningen in de Liemers iets
minder sterk vertegenwoordigd zijn dan gemiddeld in Nederland. Ook vergeleken met de
Achterhoek en de regio Arnhem-Nijmegen hebben de inwoners van de Liemers iets minder
voorzieningen tot hun beschikking. Dit geldt bijvoorbeeld voor het aanbod van restaurants
en cafés wat waarschijnlijk te maken heeft met de functie van het gebied. Horecavoorzie-
ningen in de Liemers zullen op dit moment in de eerste plaats een functie vervullen voor de
eigen inwoners. Terwijl stedelijke gebieden (als Arnhem en Nijmegen) en een toeristische
regio als de Achterhoek met deze voorzieningen ook een duidelijke functie vervullen voor de
bezoekers van het gebied (zakelijk of vrijetijd). Ook het cultuuraanbod blijft in de Liemers
enigszins achter. Cultuurvoorzieningen zijn over het algemeen geconcentreerd in meer ste-
delijke gemeenten. Inwoners van de Liemers zullen voor deze voorzieningen dan naar Arn-
hem en Nijmegen gaan. Hetzelfde geldt voor het aantal scholen in het voortgezet onderwijs.
Recreatieve voorzieningen zoals zwembaden en sporthallen zijn juist wel goed vertegen-
woordigd in de Liemers.




                                             35
Figuur 3.11: Aantal consumentenvoorzieningen per
10.000 inwoners
       Zwembaden 2011

       Sporthallen 2010

Kinderdagverblijven 2011

        Scholen VO 2011

      Basisscholen 2011

            Hotels 2011

       Restaurants 2011

             Cafés 2011

          Theaters 2007

            Musea 2010

         Bioscopen 2011

                           0     2          4            6            8        10          12
                               De Liemers   Achterhoek       Arnhem-Nijmegen   Nederland

Bron: ABF, bewerking Rabobank


Detailhandelsstructuur
De Liemerse detailhandel telt een totaal winkelvloeroppervlakte van ruim 216.000 m². Een
groot deel hiervan (39 procent) ligt in Duiven gevolgd door Zevenaar (35 procent). Rijn-
waarden en Westervoort beschikken slechts over een beperkt winkelaanbod met vooral da-
gelijkse winkelvoorzieningen. Het belang van de branchegroep “in en om het huis” binnen
de totale Liemerse detailhandel is relatief groot. Dit heeft te maken met de aanwezigheid
van IKEA en Intratuin in Duiven. In Duiven wordt meer dan drie kwart van het totale win-
kelaanbod door deze branchegroep ingevuld.

Evenals in de rest van Nederland is de winkelleegstand in de Liemers de afgelopen jaren
fors toegenomen. In de Liemers staat ondertussen 5,5 procent van de verkooppunten leeg.
Vergeleken met de Achterhoek en de regio Arnhem-Nijmegen (respectievelijk 6 en 5,8 pro-
cent) is de leegstand in de Liemers het laagst. Bovendien is enige frictieleegstand (± 5 pro-
cent) normaal en nodig voor een gezonde doorstroming op de winkelmarkt. Binnen de Lie-
mers ligt het leegstandspercentage het hoogst in de gemeente Rijnwaarden (8,1 procent),
gevolgd door Duiven (6,6 procent). In de andere gemeenten bedraagt de leegstand 5,6 pro-
cent in Zevenaar, 4,6 procent in Montferland en 4 procent in Westervoort 24.




24 Bron: Locatus 2011.


                                                                     36
Figuur 3.12: Winkelvloeroppervlakte per branche per
gemeente (2011)

   Zevenaar




Westervoort




Rijnwaarden




Montferland




    Duiven
                                                                                                  72.500

              0     5.000   10.000      15.000   20.000   25.000 30.000   35.000    40.000    45.000   50.000
                            Dagelijks       Mode & Luxe      Vrije Tijd   In / Om Huis

Bron: Locatus, bewerking Rabobank


Regionale koopkrachtbinding beperkt
Figuur 3.13 laat zien waar de detailhandelsbestedingen van de inwoners van de Liemers te-
rechtkomen. Dan blijkt dat iets minder dan 60 procent van deze bestedingen zijn bestem-
ming bij de detailhandel in de Liemers vindt. Het grootste deel van de bestedingen in de ei-
gen regio komt terecht in Zevenaar (19 procent) gevolgd door Duiven (17 procent). De de-
tailhandel van Zevenaar heeft hiermee de sterkste regionale functie binnen de Liemers. De
inwoners van Duiven zijn met een gemeentelijke koopkrachtbinding van 61 procent het
sterkst aan hun eigen winkelapparaat gebonden. In de gemeente Rijnwaarden is de ge-
meentelijke koopkrachtbinding het laagst (34 procent).

Figuur 3.13: Bestemming bestedingen inwoners de
Liemers

 Overig Nederland


Arnhem-Nijmegen


      Achterhoek


        Zevenaar


     Westervoort


     Rijnwaarden                                                                         De Liemers = 59%


     Montferland


          Duiven


                    0%         5%                10%         15%           20%             25%             30%

Bron: Rabobank


                                                                               37
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek
Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek

Mais conteúdo relacionado

Destaque

Sociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatie
Sociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatieSociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatie
Sociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatieWillem van der Velden
 
Economie Barneveld 2012, presentatie
Economie Barneveld 2012, presentatieEconomie Barneveld 2012, presentatie
Economie Barneveld 2012, presentatieWillem van der Velden
 
Sociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvatting
Sociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvattingSociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvatting
Sociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvattingWillem van der Velden
 
Samen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapport
Samen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapportSamen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapport
Samen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapportWillem van der Velden
 
Toeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatie
Toeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatieToeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatie
Toeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatieWillem van der Velden
 
Economie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatie
Economie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatieEconomie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatie
Economie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatieWillem van der Velden
 
De Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoek
De Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoekDe Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoek
De Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoekWillem van der Velden
 
Tuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoek
Tuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoekTuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoek
Tuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoekWillem van der Velden
 
De Kracht van de Vallei, volledig rapport
De Kracht van de Vallei, volledig rapportDe Kracht van de Vallei, volledig rapport
De Kracht van de Vallei, volledig rapportWillem van der Velden
 

Destaque (9)

Sociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatie
Sociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatieSociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatie
Sociaal economische schets Nederlands-Duitse grensstreek, 2008, presentatie
 
Economie Barneveld 2012, presentatie
Economie Barneveld 2012, presentatieEconomie Barneveld 2012, presentatie
Economie Barneveld 2012, presentatie
 
Sociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvatting
Sociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvattingSociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvatting
Sociaal-economische visie op Land van Cuijk en Maasduinen; samenvatting
 
Samen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapport
Samen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapportSamen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapport
Samen werken aan een vitale Gouwestreek, volledig rapport
 
Toeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatie
Toeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatieToeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatie
Toeristisch-recreatief perspectief Groningen, presentatie
 
Economie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatie
Economie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatieEconomie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatie
Economie en Arbeidsmarkt Gooi en Vechtstreek, presentatie
 
De Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoek
De Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoekDe Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoek
De Kracht van Vlietstreek-Zoetermeer 2011, volledig onderzoek
 
Tuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoek
Tuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoekTuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoek
Tuinbouwvisie Bommelerwaard, volledig onderzoek
 
De Kracht van de Vallei, volledig rapport
De Kracht van de Vallei, volledig rapportDe Kracht van de Vallei, volledig rapport
De Kracht van de Vallei, volledig rapport
 

Semelhante a Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek

Wonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvatting
Wonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvattingWonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvatting
Wonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvattingWillem van der Velden
 
De Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoek
De Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoekDe Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoek
De Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoekWillem van der Velden
 
regie sociale economie in zuid-west-vlaanderen
regie sociale economie in zuid-west-vlaanderenregie sociale economie in zuid-west-vlaanderen
regie sociale economie in zuid-west-vlaanderenAlan Veys
 
MKB Visie
MKB VisieMKB Visie
MKB VisieRaboGN
 
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009ABN AMRO
 
De Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
De Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoekDe Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
De Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoekWillem van der Velden
 
Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...
Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...
Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...RvN2025
 
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 septemberCollegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 septemberMalu Hertzdahl
 
Verkiezingsprogramma vvd ps 2019
Verkiezingsprogramma vvd ps 2019Verkiezingsprogramma vvd ps 2019
Verkiezingsprogramma vvd ps 2019Ron Mazer
 
Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)
Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)
Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)Bert Serneels
 
291012 regeerakkoord
291012 regeerakkoord291012 regeerakkoord
291012 regeerakkoordultra18
 
2013.03.14 sessie f waalfront
2013.03.14 sessie f waalfront2013.03.14 sessie f waalfront
2013.03.14 sessie f waalfrontPraktijkleerstoel
 
Rabobank Sectorupdate 2009
Rabobank Sectorupdate 2009Rabobank Sectorupdate 2009
Rabobank Sectorupdate 2009Sylvia Hanau
 
BewonersBedrijf De Hambaken i.o.
BewonersBedrijf De Hambaken i.o.BewonersBedrijf De Hambaken i.o.
BewonersBedrijf De Hambaken i.o.Ruud Sikking
 
Jaarplan trudo 2012
Jaarplan trudo 2012Jaarplan trudo 2012
Jaarplan trudo 2012Sint Trudo
 
Almelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoek
Almelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoekAlmelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoek
Almelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoekWillem van der Velden
 

Semelhante a Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek (20)

Wonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvatting
Wonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvattingWonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvatting
Wonen, werken en winkelen in de Liemers, 2012, samenvatting
 
De Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoek
De Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoekDe Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoek
De Kracht van Sudwest Fryslan, volledig onderzoek
 
regie sociale economie in zuid-west-vlaanderen
regie sociale economie in zuid-west-vlaanderenregie sociale economie in zuid-west-vlaanderen
regie sociale economie in zuid-west-vlaanderen
 
Outlook 2015 2016 - beleggen in Nederlands vastgoed & hypotheken
Outlook 2015 2016 - beleggen in Nederlands vastgoed & hypothekenOutlook 2015 2016 - beleggen in Nederlands vastgoed & hypotheken
Outlook 2015 2016 - beleggen in Nederlands vastgoed & hypotheken
 
MKB Visie
MKB VisieMKB Visie
MKB Visie
 
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
ABN AMRO FutureShift: surfing the waves, juni 2009
 
De Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
De Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoekDe Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
De Toeristische Kracht van het Land canb Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
 
Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...
Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...
Magazine: Rijk van Nijmegen 2025 - Samenwerken aan welvaart en welzijn in onz...
 
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 septemberCollegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
Collegeprogramma 2014 2018 versie 18 september
 
Verkiezingsprogramma vvd ps 2019
Verkiezingsprogramma vvd ps 2019Verkiezingsprogramma vvd ps 2019
Verkiezingsprogramma vvd ps 2019
 
Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)
Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)
Actieplan tegen leegstand (UNIZO-Limburg)
 
291012 regeerakkoord
291012 regeerakkoord291012 regeerakkoord
291012 regeerakkoord
 
De Kracht van Oss, volledig rapport
De Kracht van Oss, volledig rapportDe Kracht van Oss, volledig rapport
De Kracht van Oss, volledig rapport
 
Woonstad jaarplan 2013
Woonstad jaarplan 2013Woonstad jaarplan 2013
Woonstad jaarplan 2013
 
2013.03.14 sessie f waalfront
2013.03.14 sessie f waalfront2013.03.14 sessie f waalfront
2013.03.14 sessie f waalfront
 
Rabobank Sectorupdate 2009
Rabobank Sectorupdate 2009Rabobank Sectorupdate 2009
Rabobank Sectorupdate 2009
 
BewonersBedrijf De Hambaken i.o.
BewonersBedrijf De Hambaken i.o.BewonersBedrijf De Hambaken i.o.
BewonersBedrijf De Hambaken i.o.
 
Jaarplan trudo 2012
Jaarplan trudo 2012Jaarplan trudo 2012
Jaarplan trudo 2012
 
Almelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoek
Almelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoekAlmelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoek
Almelo, kiezen voor een sterke toekomst, volledig onderzoek
 
Visie Op Media 2009
Visie Op Media 2009Visie Op Media 2009
Visie Op Media 2009
 

Mais de Willem van der Velden

Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015
Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015
Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015Willem van der Velden
 
Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag
Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag
Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag Willem van der Velden
 
Toeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
Toeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoekToeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
Toeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoekWillem van der Velden
 
Triple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoek
Triple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoekTriple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoek
Triple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoekWillem van der Velden
 
Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek
Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek
Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek Willem van der Velden
 
De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapport
De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapportDe Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapport
De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapportWillem van der Velden
 
Maakindustrie in Noord-Brabant, presentatie
Maakindustrie in Noord-Brabant, presentatieMaakindustrie in Noord-Brabant, presentatie
Maakindustrie in Noord-Brabant, presentatieWillem van der Velden
 
Logistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochure
Logistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochureLogistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochure
Logistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochureWillem van der Velden
 
De Kracht van de Rijnstreek, volledig rapport
De Kracht van de Rijnstreek, volledig rapportDe Kracht van de Rijnstreek, volledig rapport
De Kracht van de Rijnstreek, volledig rapportWillem van der Velden
 
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapport
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapportKiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapport
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapportWillem van der Velden
 
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvatting
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvattingKiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvatting
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvattingWillem van der Velden
 
Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapport
Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapportKracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapport
Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapportWillem van der Velden
 
Duurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapport
Duurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapportDuurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapport
Duurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapportWillem van der Velden
 

Mais de Willem van der Velden (16)

Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015
Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015
Dna onderzoek Rabobank HGWZ AldusWillem 8 oktober 2015
 
Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag
Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag
Factsheet en visie lokale arbeidsmarkt jongeren , voorbeeld Den Haag
 
Economie De Wolden, presentatie
Economie De Wolden, presentatieEconomie De Wolden, presentatie
Economie De Wolden, presentatie
 
Economie Almere 2012, presentatie
Economie Almere 2012, presentatieEconomie Almere 2012, presentatie
Economie Almere 2012, presentatie
 
Toeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
Toeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoekToeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
Toeristische kracht Land van Cuijk en Maasduinen, volledig onderzoek
 
Triple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoek
Triple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoekTriple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoek
Triple P Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, volledig onderzoek
 
Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek
Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek
Vestigen in de Duitse grensstreek, 2008, volledig onderzoek
 
De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapport
De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapportDe Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapport
De Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer, 2012, volledig rapport
 
Maakindustrie in Noord-Brabant, presentatie
Maakindustrie in Noord-Brabant, presentatieMaakindustrie in Noord-Brabant, presentatie
Maakindustrie in Noord-Brabant, presentatie
 
Logistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochure
Logistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochureLogistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochure
Logistieke kansen voor de Zeeuwse Delta, brochure
 
De Kracht van Oss, samenvatting
De Kracht van Oss, samenvattingDe Kracht van Oss, samenvatting
De Kracht van Oss, samenvatting
 
De Kracht van de Rijnstreek, volledig rapport
De Kracht van de Rijnstreek, volledig rapportDe Kracht van de Rijnstreek, volledig rapport
De Kracht van de Rijnstreek, volledig rapport
 
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapport
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapportKiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapport
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, volledig rapport
 
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvatting
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvattingKiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvatting
Kiezen of Delen Goeree Overflakkee, samenvatting
 
Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapport
Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapportKracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapport
Kracht van de Ondernemer Vlietstreek-Zoetermeer; innovatie, volledig rapport
 
Duurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapport
Duurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapportDuurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapport
Duurzaamheid in Hart van Brabant, volledig rapport
 

Wonen, werken en winkelen in De Liemers, 2012, volledig onderzoek

  • 1. Wonen, werken en winkelen in de Liemers Naar een sterke en toekomstbestendige woon- en werkregio April 2012
  • 2. Voorwoord Voor u ligt het rapport Wonen, werken en winkelen in de Liemers. Deze studie brengt de economie van de Liemers in kaart en inventariseert een aantal kansen voor de toekomst van het gebied. Het onderzoek is uitgevoerd door de afdeling Kennis en Economisch Onderzoek van Rabobank Nederland. De Liemers kent verschillende initiatieven die de regio een beter toekomstperspec- tief moeten geven. Zo is enkele jaren geleden het project Liemers 2020 gestart, zijn er initiatieven vanuit Lindus, is het POA de Liemers actief op het terrein van on- derwijs en arbeidsmarkt en heeft LTO een visiedocument voor het gebied opgesteld. Met de marketingcampagne ‘De Liemers, helemaal goed!’ investeren de gemeenten Duiven, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar fors in de herkenbaarheid en promotie van de regio. Om deze initiatieven te ondersteunen, heeft Rabobank De Liemers dit sociaal- economisch onderzoek uit laten voeren. Met de resultaten hiervan als uitgangspunt en vanuit haar coöperatieve verantwoordelijkheid, wil de bank in samenwerking met andere partijen de regio een economische impuls geven. Het rapport spitst zich toe op de thema’s wonen, werken en winkelen, als basis voor een sterke en toekomstbestendige regio. Het uiteindelijke doel is een langetermijn- agenda voor de belangrijkste beleidsdossiers: economie, arbeidsmarkt, wonen en voorzieningen. Ik hoop dat dit rapport beleidsbepalers en belanghebbenden inspireert om na te denken over de toekomst en dat het ons allen helpt te koersen op een succesvolle langetermijnstrategie voor de Liemers. Mijn dank gaat uit naar de geïnterviewden en de deelnemers aan de workshop voor hun waardevolle bijdrage aan het onderzoek. Jan Ummenthum directievoorzitter Rabobank De Liemers
  • 3. Inhoudsopgave Voorwoord ............................................................................................................. 2 Conclusies en aanbevelingen ................................................................................. 4 Wonen ................................................................................................................... 4 Werken .................................................................................................................. 6 Winkelen .............................................................................................................. 10 Tot besluit: naar een gemeenschappelijke regionale agenda ....................................... 12 1 Inleiding ......................................................................................................... 13 1.1 Achtergrond ................................................................................................ 13 1.2 Leeswijzer ................................................................................................... 14 2 Profiel van de Liemers .................................................................................... 15 2.1 Profiel van de vijf gemeenten ........................................................................ 15 2.2 Stadsregio Arnhem Nijmegen ........................................................................ 17 3 Functionele positionering van de regio ........................................................... 18 3.1 Inleiding ..................................................................................................... 18 3.2 De woonfunctie van de Liemers ..................................................................... 18 3.3 De werkfunctie van de Liemers ...................................................................... 24 3.4 De winkelfunctie van de Liemers .................................................................... 34 4. Economische prestaties en vooruitzichten .................................................. 41 4.1 Economische prestaties van de Liemers .......................................................... 42 4.2 Economische groei ....................................................................................... 44 4.3 Economische kracht ..................................................................................... 46 4.4 Sectorramingen ........................................................................................... 49 4.5 Economische vooruitzichten .......................................................................... 51 Bijlage I Definities ........................................................................................... 53 Bijlage II Geraadpleegde bronnen ..................................................................... 54 Colofon ................................................................................................................. 55 3
  • 4. Conclusies en aanbevelingen Context: Nederlandse economie in slecht weer Het jaar 2012 begint met een kwakkelende economie: de werkloosheid loopt op, huizenprij- zen blijven dalen en nieuwe bezuinigingen lijken onvermijdelijk. De grote vraag is waar de economische groei de komende tijd vandaan moet komen. Het vlakke verloop van de we- reldhandel, consumenten die de hand op de knip houden en een overheid die gaat bezuini- gen werken allemaal een groeivertraging in de hand. Maar ook in de overige Europese lan- den haalt met name de overheid de broekriem aan. Nederlandse bedrijven en consumenten hebben dus te maken met bezuinigingen in binnen- en buitenland, waardoor de groei van de bestedingen in de komende jaren onder druk staat. Bovendien is er tijdens de crisis veel minder geïnvesteerd waardoor productiviteitswinsten minder gemakkelijk te behalen zijn. Ook wordt het effect van de vergrijzing op het arbeidsaanbod in de komende jaren merk- baar. Daardoor is de potentiële productie in de komende jaren vermoedelijk lager dan voor de crisis. Voor heel 2012 voorzien we een reële krimp van gemiddeld ¾ procent ten opzich- te van 2011. Deze ontwikkelingen hebben hun uitwerking op de economie in zijn volle breedte en dus ook op alle regio’s in Nederland. Zo zal ook het woon-, werk- en voorzienin- genklimaat in de Liemers de effecten (blijven) ondervinden van de huidige economische omstandigheden. Profiel van de Liemers De Liemers is een bijzonder stukje Nederland in het oosten van de provincie Gelderland, ten zuidoosten van Arnhem en tegen de Achterhoek aan. De streek ligt ingeklemd tussen de Duitse grens, de Rijn, de Nederrijn, de IJssel en de Oude IJssel en omvat de gemeenten Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar en Montferland. De Liemers is een zeer geva- rieerde streek met een eigen identiteit en een rijke historie. Er zijn vele kleine oorspronke- lijke kerkdorpen met volop natuur, rivieren, rust en ruimte. De Liemers vormt een onder- deel van de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarmee voor de inwoners alle stedelijke voor- zieningen op korte afstand beschikbaar zijn. Voor de inwoners is de Liemers een relatief be- taalbare regio waarin men veel woning voor zijn geld krijgt. Binnen de Liemers hebben de vijf gemeenten ieder hun eigen functie en regionaal gezien ieder hun eigen focus. Dit alles maakt de Liemers tot een verleidelijk gebied met een divers aanbod van woonmilieus. Haar gunstige ligging en ontsluiting over zowel weg (A12 en A15), water en spoor bieden de re- gio bovendien een uitstekende logistieke uitgangssituatie en een gunstig vestigingsklimaat voor zowel handel, logistiek als industrie. Hoewel de regio binnen Nederland nog altijd rela- tief onbekend is, komt het als onderdeel van de Stadsregio steeds beter op de kaart te staan. Wonen De Nederlandse markt voor koopwoningen vertoont nog geen tekenen van herstel. Ook in 2011 daalden de prijzen en werden er minder woningen verkocht. De verwachting is niet dat dit beeld in de komende kwartalen structureel gaat veranderen. Zo spelen de eerderge- noemde economische tegenwind en de onzekerheid over een aantal structurele vraagstuk- ken, zoals de toekomst van de hypotheekrenteaftrek, kopers nog altijd parten. Op de korte 4
  • 5. termijn wordt de consument tevens geconfronteerd met de ongunstige arbeidsmarktvooruit- zichten en de bezuinigingsplannen van de overheid. Voor de laatste twee geldt dat de effec- ten op macroniveau beperkt zijn, maar op microniveau voor grote onzekerheid kunnen zor- gen, aangezien onduidelijk is hoe de pijn wordt verdeeld. De Liemers vormt een aantrekkelijke woonregio met veel mogelijkheden voor recreatie en op korte afstand van alle stedelijke voorzieningen (van Arnhem en Nijmegen). In de Lie- mers kan men als huurder of koper betaalbare en relatief grote woningen vinden. Daarnaast heerst er onder de bevolking een groot saamhorigheidsgevoel en is er sprake van een hecht verenigingsleven. Keerzijde van de medaille is dat de Liemers het afgelopen decennium is geconfronteerd met een lagere bevolkingsgroei dan gemiddeld en een negatief migratiesal- do. Dat wil zeggen dat er meer mensen de regio verlaten dan dat zich er vestigen. Dit geldt vooral voor de groep 15-24 jaar. Sterkten Zwakten - Betaalbare woningen - Werkmogelijkheden voor hoogopgeleiden - Woonomgeving (recreatiemogelijkheden, stedelijke voorzieningen nabij) - Saamhorigheid bevolking: hecht vereni- gingsleven - Relatief grote woningen Kansen Bedreigingen - Vergroten van arbeidsmarktkansen voor - Negatief migratiesaldo (jongeren) hoogopgeleiden uit de eigen regio - Vergrijzing en ontgroening - Inspelen op trends (toename eenper- - Bevolkingskrimp soonshuishoudens): betaalbare huisves- ting kunnen blijven aanbieden Biedt jongeren perspectief Jongvolwassenen vormen de rode draad door vele beleidsdossiers. Het negatieve migratie- saldo van jongeren treft zowel de woningmarkt als de arbeidsmarkt. Maar ook (win- kel)voorzieningen hebben te maken met een veranderende consument die andere eisen stelt aan diensten en producten. De eerste voorwaarde om jongeren te behouden voor de regio is om ze een perspectief te bieden. Velen vertrekken naar de studentensteden om vervolgens niet meer terug te komen. Velen weten dan ook niet wat de mogelijkheden zijn voor een carrière in de Liemers. De bedrijven zijn nog redelijk onzichtbaar. Het Logistiek Expertise Centrum (LEC) probeert met haar initiatief dit probleem te doorbreken door het bedrijfsleven, de overheid en het onderwijs bij elkaar te brengen en samenwerkingspro- gramma’s op te richten. Dit initiatief zou als voorbeeld kunnen dienen voor andere sectoren om de tekorten op de arbeidsmarkt aan te pakken, bijvoorbeeld in de techniek en de zorg. Het bedrijfsleven zou bijvoorbeeld gastcolleges op de hogescholen en universiteiten kunnen geven. Het thema ondernemerschap zal meer moeten gaan leven bij jongeren en hiervoor ligt ook een belangrijke taak voor het MKB weggelegd. Een paar keer per jaar de deuren openen voor jongeren zodat zij deze bedrijven kunnen bezoeken, werd genoemd als initia- 5
  • 6. tief dat in samenwerking met het onderwijs kan worden opgepakt. Ook de mogelijkheden en ondersteuning van diverse partijen om een eigen onderneming te beginnen, zou al in het onderwijs geborgd moeten zijn. Starters in de bedrijvenmarkt beginnen over het algemeen een bedrijf in de regio waarin zij woonachtig zijn. Kortom: door jongvolwassenen verschil- lende carrièreperspectieven aan te bieden, vergroot je de kans dat zij in de Liemers blijven. Om jongeren te binden is er niet alleen een rol voor het bedrijfsleven weggelegd. Zo zullen gemeenten en woningcorporaties moeten zorgen voor een passend woningaanbod dat aan- sluit bij de behoefte van jongeren. Daarnaast zal er sprake moeten zijn van goede voorzie- ningen en een moderne infrastructuur (zoals glasvezel) om te voorzien in de behoeften van een jonge ondernemende bevolking. Concentreer voorzieningen zodat deze passen bij de schaal van het woongebied De relatief lage werkgelegenheidsfunctie weerspiegelt het feit dat de Liemers – ondanks de vele bedrijvigheid – nogal altijd primair een woonregio is. De Stadsregio Arnhem Nijmegen vormt voor de inwoners van de Liemers dan ook een belangrijke bron van werkgelegenheid. De meeste consumentenvoorzieningen zijn in de Liemers minder sterk vertegenwoordigd dan in de Achterhoek en gemiddeld Nederland. Dit geldt bijvoorbeeld voor de horeca- en cultuurvoorzieningen. Inwoners van de Liemers zijn hiervoor met name op Arnhem en Nij- megen aangewezen. Met een krimpende bevolking in het achterhoofd, komt het draagvlak van voorzieningen in de kleine kernen onder druk te staan. Winkels, scholen en verenigin- gen zullen dit merken aan een dalend aantal consumenten, leerlingen en leden. Indien de Liemers een aantrekkelijke woonregio wil blijven voor jong en oud, dan zullen overheid en bedrijfsleven goed naar de schaal van voorzieningen moeten kijken. Met innovatieve oplos- singen kan men er voor zorgen dat het voorzieningenniveau en de leefbaarheid van het ge- bied op peil blijft. De concentratie van gezondheidscentra in de grotere kernen dichtbij de woon-zorgcomplexen voor ouderen is hier een goed voorbeeld van. Bovendien liggen er voor de regio kansen om het gebied recreatief en toeristisch beter op de kaart te zetten. Dit vraagt om extra investeringen in vrijetijdsvoorzieningen. Deze zouden onder andere kunnen worden geconcentreerd langs het water. Op dit moment wordt de potentie van het water nog onvoldoende benut. Het water kan voor recreatieve doeleinden (wonen en recreëren) worden gebruikt om zodoende de potentie van de Liemers als aantrekkelijke woon- en re- creatieregio beter te benutten. Werken De Liemerse economie kenmerkt zich door veel conjunctuurgevoelige bedrijvigheid zoals handel, logistiek en industrie. Duiven en in de tweede plaats Zevenaar vormen de economi- sche zwaartepunten van de regio. De afgelopen jaren is de werkgelegenheid in de regio re- latief sterk toegenomen. De groei deed zich met name voor in dienstverlenende sectoren wat duidt op een verbreding van de economische basis van de regio. Desondanks ligt de economische prestatie van het gebied op een relatief laag niveau. Dit wordt vooral veroor- zaakt door de vier economische groei-indicatoren (winstgroei, productiegroei, investerings- groei en arbeidsvolumegroei) die ver onder het Nederlandse gemiddelde liggen. De indicato- ren behorende bij economische groei zijn de conjunctuurindicatoren. De sectorstructuur van een regio vormt vaak een groot deel van de verklaring voor regionale verschillen in econo- misch presteren. Bijvoorbeeld regio’s met een bovengemiddeld aandeel conjunctuurgevoeli- 6
  • 7. ge sectoren als de industrie, handel en logistiek zijn gevoeliger voor de conjunctuurcyclus dan regio’s met een kleiner aandeel in deze sectoren. Sterkten Zwakten - Sterke banengroei afgelopen decennium - Economische groei blijft achter - Lage werkloosheid - Lage arbeidsproductiviteit - Goede arbeidsmoraal - Duiven als economisch zwaartepunt Kansen Bedreigingen - Ligging (A12, A15, Duitsland) - Conjunctuurgevoelige sectorstructuur - Infrastructuur (drie vervoersmodalitei- - Afnemende beroepsbevolking ten) voor de logistieke sector - Relatief laag opleidingsniveau - Ruimte bedrijventerreinen - Ontbreken regionale visie - Verbreding economische basis Samenwerking is de basis voor vernieuwing en een toekomstbestendige regio De investeringsratio en de arbeidsproductiviteit zijn twee belangrijke indicatoren voor het bedrijfsleven in de toekomst. Wil de regio concurrerend blijven ten opzichte van andere re- gio’s en innovatie en vernieuwing binnen het bedrijfsleven realiseren, dan zijn investeringen noodzakelijk. De gemiddeld lagere arbeidsproductiviteit is een belangrijk punt van aan- dacht. Met het oog op een krimpende beroepsbevolking en het tekort op de arbeidsmarkt zal het bedrijfsleven de arbeidsproductiviteit moeten verhogen, wil men het huidige wel- vaartsniveau op peil houden. We moeten immers met minder mensen hetzelfde welvaarts- niveau op peil zien te houden. Dit vraagt om investeringen in een economisch uitdagend klimaat. De stakeholders uit de Liemers vinden dat koppelingen maken tussen de verschillende par- tijen in de regio van evident belang is om de regio concurrerend te maken. Als die koppelin- gen er eenmaal zijn, dan kan men samenwerkingsverbanden aangaan en strategieën en projecten ontwikkelen om nieuwe diensten en producten aan te bieden. Het bedrijfsleven in de Liemers is goed vertegenwoordigd in de verschillende ondernemersverenigingen. Toch gaf men aan dat veel ondernemers niet weten wat voor bedrijven en ondernemers er in de regio gehuisvest zijn en wat zij te bieden hebben. Men gaf aan behoefte te hebben aan een soort ‘innovatiemakelaar’. Via de ondernemersverenigingen zou zo’n persoon zichtbaar moeten zijn bij het MKB. Indien een bedrijf behoefte heeft aan versterking op bepaald ge- bied (ICT, advies, reclame, productontwikkeling et cetera) dan zou deze via een ‘innovatie- makelaar’ gekoppeld kunnen worden aan een ander bedrijf uit de regio die daarbij kan hel- pen. Zo verbindt je het MKB met elkaar en stimuleer je samenwerkingsverbanden in de ei- gen regio. De opgedane kennis en de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten blijft op die manier ook binnen de regio. 7
  • 8. Daarnaast zouden MKB-bedrijven meer samen kunnen werken op het gebied van inkoop en research en development. Door gezamenlijk producten bij een leverancier in te kopen, kun- nen inkoopvoordelen worden behaald en risico’s gespreid. Maar ook gezamenlijke beveili- ging van panden en samenwerking op het gebied van het ontwikkelen van nieuwe pro- ducten en diensten kunnen kostenbesparend werken. Maar ook publieke organisaties (zoals gemeenten, zorginstellingen en woningcorporaties) kunnen door samen te werken rondom de verschillende sociaal-economische thema’s (zoals vergrijzing en een afnemende beroepsbevolking) zorgen voor vernieuwing en hiermee bij- dragen aan een toekomstbestendige woon-werkregio. Bedrijfsleven: Bepaal een lange termijn strategie Het bedrijfsleven in Nederland (en dus ook in de Liemers) opereert momenteel in moeilijke economische tijden. Het vet op de botten is zo langzamerhand verdwenen en van een kale kip kun je niet plukken. Het bedrijfsleven wenst niet met ‘pappen en nathouden’ op de been te worden gehouden. Dergelijke tijdelijke subsidies en lapmiddelen hebben alleen voor de korte termijn effect. Het bedrijfsleven dient zich daarom in deze tijden goed voor te berei- den op het veranderende economische klimaat. Het maken van een strategie voor de lange termijn is nu van essentieel belang en bedrijven dienen zich daarbij af te vragen ‘wat heb ik ervoor nodig om mijn lange termijn doelen te realiseren en wie (welke type arbeidskrach- ten) heb ik daar voor nodig? Waar zitten de verwachte knelpunten voor de komende jaren?’ Een ondersteunende en adviserende rol van de bank en accountant is in dit opzicht ge- wenst. Bovendien is een gemeenschappelijke regionale economische agenda hierbij van groot belang. Zorg als regio voor een goede mix van sectoren Om van de Liemers een krachtige economie te maken voor de toekomst is focus en af- stemming nodig. Hierbij wordt bedoeld dat men niet alle pijlen op de logistiek dient te rich- ten, maar dat ook de focus op andere sectoren van belang is: zoals de care- en recreatie- sector. De zorg is een van de sectoren die het afgelopen decennium voor een grote toename van de werkgelegenheid heeft gezorgd. Met een vergrijzende bevolking wordt de zorg voor de toe- komst ook steeds belangrijker. De sector investeert in projecten die zich richten op een veranderende bevolkingssamenstelling en een toename van de zorgvraag. Een voorbeeld hiervan is het nadrukkelijk inzetten op preventie.1 Daarnaast zet men in op technologie ter vervanging van de menselijke hand. Met een tekort aan zorgpersoneel dat de komende ja- ren verder zal oplopen, zijn technologische toepassingen evident om adequaat op de zorg- vraag in te kunnen spelen. De combinatie van de care- en technologiesector wordt dus steeds belangrijker. Voor de industrie en de zakelijke dienstverlening in de regio bieden de- ze ontwikkelingen ook kansen. Bijvoorbeeld in de vorm van ondersteuning op het gebied van processen en het ontwikkelen van (ICT)diensten en producten op technologisch vlak. 1 Bijvoorbeeld de toename van patiënten die aan obesitas lijden. Door mensen goede voorlichting te geven, hoopt men dat het aantal patiënten afneemt. 8
  • 9. Recreatie zal niet zo’n belangrijke speler in het economisch veld worden als de logistiek en de zorgsector. Maar investeren in recreatie zal wel bijdragen aan de kwaliteit van de omge- ving en een toename van bezoekers en recreatieve voorzieningen. Men wil graag in de buurt van hun werk wonen en dan het liefst in een aantrekkelijke omgeving. Dit is een redelijk subjectief begrip omdat iedere woonconsument anders naar zijn/haar omgeving kijkt en de- ze anders beoordeelt. Desalniettemin zal door de recreatieve waarde van de regio te vergro- ten, ertoe bijdragen dat de regio economisch gezien meer op de kaart komt te staan. Daar- naast zal men in eerste instantie kiezen voor een woning in de Liemers voordat de keuze op een andere regio valt. Logistiek: van ‘whitespot’ naar ‘hotspot’ De focus op de logistieke sector als speerpunt van de regio is een gedegen keuze die past bij het profiel van de Liemers. De logistiek is een kansrijke sector omdat de regio drie ver- voersmodaliteiten kent: weg, water en spoor. Binnen Nederland kennen alleen de logistieke spots Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk drie vervoersmodaliteiten. De regio Arnhem- Nijmegen is door TNO uitgeroepen als ‘white spot’ wat betekent dat het de potentie heeft om tot logistieke ‘hotspot’ te kunnen groeien, mits er aan bepaalde randvoorwaarden wordt voldaan. Zo is er momenteel nog geen mogelijkheid om containers vanuit deze regio op het spoor van de Betuweroute te zetten. Bovendien ontbreekt het aan logistieke parken nabij de overslagkansen aan de transportcorridors om als logistieke regio tot bloei te komen. Dit vraagt uiteraard om investeringen wat in deze economische tijden voor veel partijen lastig is. Maar juist in de minder economische tijden is het zaak om te investeren. Indien bedrij- ven/regio’s dit negeren, zal men zien dat wanneer het economisch weer beter gaat, men achter de feiten aanloopt. En een sterke concurrentiepositie ten opzichte van andere logis- tieke regio’s misloopt die wellicht hebben besloten om wel te investeren. Daarnaast biedt een nadere afstemming van de logistieke bedrijven in de Liemers met de overslag in Emme- rich bijvoorbeeld samenwerkingskansen om schaalvoordelen te behalen. De opkomst van het webwinkelen heeft voor een veranderend consumentengedrag gezorgd. Dag en nacht kan men online allerlei producten en artikelen bestellen. Deze producten en artikelen moeten vervolgens bij de consumenten worden bezorgd. Opvallend is dat het pak- ketvervoer het afgelopen jaar dan ook geen omzetdaling heeft gekend (in tegenstelling tot de andere vervoerssectoren). Het webwinkelen zal naar verwachting blijven toenemen en dit vraagt ook om logistieke oplossingen. De regio kan hier met haar grote logistieke net- werk aan bijdragen. Goede bereikbaarheid is een voorwaarde voor economische groei Het doortrekken van de A15 en verbreding van de A12 zijn nodig omdat een goede bereik- baarheid een voorwaarde is voor economische groei. Maar een goede bereikbaarheid is ook van belang voor een prettig woonklimaat. De Liemerse beroepsbevolking die elke dag op en neer pendelt, wil graag wonen en werken in een regio waarbij ze niet twee keer per dag wordt geconfronteerd met congestie op het wegennet. Daarnaast is ook de digitale bereik- baarheid (glasvezel) van huishoudens, winkels, bedrijfsleven en overheid van belang om mee te kunnen gaan in de snel veranderende digitale wereld. Voor de levering van zorg aan ouderen bijvoorbeeld (domotica) is een goede glasvezel verbinding evident. 9
  • 10. Andere vaardigheidseisen van hedendaagse beroepsbevolking nodig In veel sectoren wordt de techniek steeds complexer, zoals in de industrie en de zorgsector. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in rap tempo op en dit zorgt ervoor dat de ma- chines - die steeds meer de hand- en spandiensten van de werknemers overnemen – steeds ingewikkelder worden. Deze technologische veranderingen vragen extra vaardighe- den van het personeel op de werkvloer. In opleidingen, maar ook op de werkvloer dient daarom voldoende aandacht te worden besteed aan het omgaan met complexe apparatuur. Winkelen De detailhandel van de Liemers wordt gevormd door grootschalige detailhandel in Duiven, de kernwinkelgebieden van Duiven, Zevenaar en Didam en kleinschalige dagelijkse winkel- voorzieningen in de kleine kernen. Op dit moment vloeit er relatief veel koopkracht af naar Doetinchem en in mindere mate naar Arnhem. Ook het aantal consumentenvoorzieningen per inwoner blijft in de Liemers achter bij de Achterhoek en Nederland. Sterkten Zwakten - Grootschalige detailhandel Duiven - Economisch profiel kleine kernen - Koopkrachtafvloeiing Doetinchem Kansen Bedreigingen - Retailpark Zevenaar - Retailpark Zevenaar - Eén sterk kernwinkelgebied - Toename winkelleegstand - Strategiekeuze door detaillisten - Ontbreken regionale visie - Kansen vanuit veranderende bevolkings- samenstelling Neem ruimtelijk-economische beslissingen vanuit een regionale visie Er ligt een uitdaging voor de regio om de regionale koopkracht sterker te binden. Om dit te realiseren zal de regio een keuze moeten maken voor het gericht versterken van één kern- winkelgebied dat een bovenlokale functionele en recreatieve functie kan vervullen. Beter een sterk winkelgebied waar het prettig winkelen en verblijven is dan een aantal winkelge- bieden die zich individueel niet optimaal kunnen positioneren. Dit winkelgebied zal ervoor moeten zorgen dat de koopkrachtafvloeiing naar Doetinchem in de toekomst wordt beperkt. Het is het centrum van Zevenaar dat op dit moment al enigszins deze functie vervult. Deze functie zou in de toekomst gericht versterkt kunnen worden. Voor de andere centrale winkelgebieden is een minimum basisvoorzieningenniveau gewenst. Om dit ook in de kleinste kernen te kunnen handhaven is voor alle betrokken partijen een rol weggelegd. Ondernemers zullen creatief en innovatief moeten zijn om hun winkel in een kleine kern rendabel te maken en te houden. Maar ook consumenten zullen zich bewust 10
  • 11. moeten zijn van het feit dat het hun eigen koopgedrag is dat ervoor zorgt of een winkel wel of niet in stand kan worden gehouden. Belangrijk is dat de keuzes in de detailhandel altijd vanuit een regionaal perspectief worden gemaakt. Op deze manier kun je elkaar versterken en gezamenlijk zorgen voor een aan- trekkelijke woon- en verblijfregio. Ook de keuzes rondom het geplande Retailpark zullen vanuit een goed onderbouwde regionale visie moeten worden gemaakt. Hoewel van een grootschalige ontwikkeling zoals het Retailpark een grote trekkracht uit kan gaan en een economische impuls voor de regio kan betekenen, zal een dergelijke keuze niet gemaakt moeten worden zonder daarbij ook een visie te vormen op de andere winkelclusters in de regio2. Het is belangrijk om in dit perspectief regionale keuzes te maken voor het gericht versterken van bepaalde winkelgebieden en daarbij wellicht bij andere winkelgebieden de keuze te maken voor het beperken van de functie (tot bijvoorbeeld alleen het basisvoorzie- ningenniveau). Het gaat erom dat winkelgebieden binnen de regionale voorzieningenstruc- tuur hun eigen functie vervullen en elkaar niet alleen maar beconcurreren. Een euro kan immers maar één keer worden uitgegeven. Bestedingen in het ene winkelgebied gaan dus ten koste van bestedingen elders. Bovendien nemen de totale bestedingen in de fysieke de- tailhandel de komende jaren verder af ten gunste van het internet. Detaillist: kies een strategie en maak een keuze voor je verkoopkanaal De detailhandel non-food ervaart momenteel het lage consumentenvertrouwen. De consu- ment houdt de hand op de knip vanwege de grote financiële onzekerheden die hem de ko- mende jaren te wachten staat. Natuurlijk bestaan er grote verschillen binnen de non-food detailhandelssector. De ene branche heeft meer last van de laagconjunctuur dan de andere. Desondanks staat bij een grote groep de omzetten en de winstmarges onder druk. Daar- naast is er nog een andere speelbal op het veld gekomen: de webwinkel. De laatste jaren is het webwinkelen enorm in opkomst gekomen en de omzetten van de webshops zijn alleen maar stijgende. De consument kan immers 24/7 shoppen en een aankoop doen wanneer het hem het beste uitkomt. Dit zet de lokale winkelier om de hoek voor een uitdaging. Het is raadzaam dat ondernemers in de detailhandel zich op de mogelijkheden van de verschil- lende verkoopkanalen voorbereiden en een langetermijnstrategie kiezen. De rol van de tra- ditionele winkel is immers voortdurend aan verandering onderhevig. Aan de detaillist de uit- daging om op deze ontwikkelingen in te spelen. Allereerst door webwinkelen niet als bedrei- ging te ervaren, maar juist de kansen te benutten die deze vorm van winkelen biedt. Er zijn daarbij meerdere strategieën denkbaar. Ondernemers kunnen op de huidige voet verder gaan en de winkelverkoop via een fysieke winkel voortzetten. Zij zullen zich dan zodanig moeten onderscheiden dat klanten speciaal voor de beleving in de winkel, het unieke pro- duct of het juiste advies en service naar de winkel komen. Een andere mogelijkheid is het roer helemaal om te gooien met een volledige focus op online verkoop. Dit past beter bij standaard ofwel generieke producten, waarbij service, garantie en advies geen voorwaarden voor aankoop zijn. Een andere strategie is om je te richten op de gelijktijdige verkoop via meerdere kanalen. Bij de voorbereiding en implementatie van zo’n strategie komt wel het 2 Op dit moment wordt gewerkt aan een regionale detailhandelsvisie door DTNP in opdracht van de Kamer van Koophandel Centraal Gelderland. 11
  • 12. een en ander kijken en dit vraagt het nodige van het ondernemerschap. Samenwerking kan veel ondernemers daarbij helpen. Tot besluit: naar een gemeenschappelijke regionale agenda Om een economisch concurrerende regio te zijn, dient de Liemers groter te denken dan de grenzen van de eigen regio. De samenwerking met andere regio’s (zoals het Duitse grens- gebied) zal de economische kracht en kansen van de Liemers versterken. Bovendien zal de Liemers zich niet afzonderlijk van de Stadsregio Arnhem Nijmegen moeten profileren. Het is hierbij van belang om te beseffen dat de Liemers onderdeel is van een groter geheel. Benut daarom de samenwerkingskansen (zoals bijvoorbeeld met universiteiten en hogescholen) die dit met zich meebrengt. Om de Liemers binnen deze grotere omgeving optimaal te positioneren, is het van groot be- lang dat deze regio een lange termijn regionale agenda opstelt op de belangrijkste beleids- dossiers: economie, arbeidsmarkt, wonen en voorzieningen. Het is immers cruciaal om de Liemers voor te bereiden op veranderende economische en demografische ontwikkelingen. Overheid, woningcorporaties, zorginstellingen, het onderwijs en het bedrijfsleven worden geconfronteerd met de grote vraag wat het effect zal zijn van deze sociaal-economische ontwikkelingen. Snelle opeenvolgende economische en demografische veranderingen vragen om een pragmatische aanpak van alle betrokken partijen. Om als regio slagvaardig met de- ze ontwikkelingen om te gaan en de kansen die dit met zicht meebrengt te benutten, zullen de neuzen dezelfde kant uit moeten staan. Benut daarbij de kracht van de individuele ge- meenten en probeer elkaar juist te versterken in plaats van te beconcurreren. Dan zal uit- eindelijk het geheel (de regio) uitgroeien tot iets dat meer is dan de som der delen (de ge- meenten). En op deze manier kan de Liemers zich ontwikkelen tot een sterke en toekomst- bestendige woon- en werkregio! 12
  • 13. 1 Inleiding 1.1 Achtergrond In het werkgebied van Rabobank De Liemers3 bestaan verschillende initiatieven om voor het gebied een perspectiefvolle toekomst uit te zetten. Zo is enkele jaren geleden het project Liemers2020 gestart, zijn er initiatieven vanuit de hoek van de industriële ondernemers, hebben partners op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt activiteiten ontwikkeld en zijn er gemeentelijke plannen om fors in de branding van het gebied te investeren. Tegen deze achtergrond, maar ook vanwege de constatering dat veel markten de laatste tijd dui- delijk andere perspectieven hebben gekregen (bijvoorbeeld de woningmarkt) heeft Rabo- bank De Liemers het initiatief genomen om een herijking te doen op de vraag wat de ken- merken en kwaliteiten van het gebied zijn en wat de nieuwe stip aan de horizon kan zijn. Tegen deze achtergrond heeft de bank aan Regionaal Onderzoek van Rabobank Nederland gevraagd om een onderzoek uit te voeren naar de sociaal-economische kenmerken en func- tionaliteit van het gebied en de verwachte toekomstige ontwikkelingen. Het doel van het onderzoek kan daarmee als volgt worden geformuleerd: Inzicht bieden in actuele sociaal-economische kenmerken en functionaliteit van het gebied en de verwachte toekomstige ontwikkelingen, om op basis daarvan te bepa- len wat de beste ontwikkelingsrichting van het gebied is. Het onderzoeksgebied omvat de vier gemeenten die in het werkgebied van de bank vallen, plus de gemeente Westervoort. In de data-analyse is het werkgebied vergeleken met de Stadsregio Arnhem Nijmegen, de Achterhoek en Nederland als geheel. In onderstaande kaart staat het onderzoeksgebied en de referentieregio’s weergegeven. 3 Bestaande uit de gemeenten Duiven, Rijnwaarden, Zevenaar (grotendeels), en Didam (sinds 2005 onderdeel van de gemeente Montferland). 13
  • 14. 1.2 Leeswijzer De rapportage start in hoofdstuk twee met een korte profielschets van de vijf gemeenten in Liemers en de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarvan de Liemers deel uitmaakt. In het daarop volgende hoofdstuk wordt een sociaal-economische schets van de Liemers gegeven vanuit de drie thema’s die in het onderzoek centraal hebben gestaan: wonen, werken en winkelen. Voor ieder thema wordt in beeld gebracht welke functie de Liemers hierin vervult en wat de rol van de individuele gemeenten hierin is. Hoofdstuk vier gaat specifiek in op de economische prestaties van de regio en werpt een beknopte blik op de economische voor- uitzichten voor het gebied. 14
  • 15. 2 Profiel van de Liemers De Liemers is een bijzonder stukje Nederland in het oosten van de provincie Gelderland, ten zuidoosten van Arnhem en tegen de Achterhoek aan. De streek ligt ingeklemd tussen de Duitse grens, de Rijn, de Nederrijn, de IJssel en de Oude IJssel en omvat de gemeenten Duiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar en Montferland. De Liemers is een zeer geva- rieerde streek met een eigen identiteit en een rijke historie. Er zijn vele kleine oorspronke- lijke kerkdorpen met volop natuur, rivieren, rust en ruimte. De Liemers vormt een onder- deel van de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarmee voor de inwoners alle stedelijke voor- zieningen op korte afstand beschikbaar zijn. Voor de inwoners is de Liemers een relatief be- taalbare regio waarin men veel woning voor zijn geld krijgt. Binnen de Liemers hebben de vijf gemeenten ieder hun eigen functie en regionaal gezien ieder hun eigen focus. Dit alles maakt de Liemers tot een verleidelijk gebied met een divers aanbod van woonmilieus. Haar gunstige ligging en ontsluiting over zowel weg (A12 en A15), water en spoor bieden de re- gio bovendien een uitstekende logistieke uitgangssituatie en een gunstig vestigingsklimaat voor zowel handel, logistiek als industrie. Hoewel de regio binnen Nederland nog altijd rela- tief onbekend is, komt het als onderdeel van de Stadsregio steeds beter op de kaart te staan. 2.1 Profiel van de vijf gemeenten Duiven De gemeente Duiven bestaat uit de kernen Duiven, Groessen en Loo. De gemeente ligt aan de A12 midden in de Liemers, ten noorden van het Pannerdens Kanaal. De voormalige groeigemeente heeft een centrale plek in de Liemers. Met de recente ontwikkeling van een aantal regionale bedrijventerreinen, is de gemeente Duiven te typeren als economische groeikern. Naast de al bestaande bedrijventerreinen worden bedrijventerreinen De Nieuwe- ling, Graafstaete, Roelofshoeve 2 en de Corridor (het voormalige TNT-terrein) uitgegeven, terwijl Seingraaf nog in ontwikkeling is. Deze “tweede groeikerntaak” is onder andere het gevolg van planologische sturing door de provincie Gelderland en de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Beide beschouwen de A12-zone als één van de drie economische zwaartepunten van de regio. Door de grootte en hoeveelheid van bedrijventerreinen is het voorzieningenni- veau in Duiven hoog, met een aanzienlijke concentratie regionaal gerichte detailhandel. Grootschalige bedrijven als IKEA, Makro en Intratuin zijn te vinden ten zuiden van de A12. Grotere kantooractiviteiten zijn in Duiven niet te vinden langs de A12. Naast de grote be- drijventerreinen kent Duiven nog drie kleinere bedrijventerreinen: ’t Holland, de Helhoek en Welleveld/Spoorzone. De aanwezigheid van de bedrijventerreinen in Duiven heeft ertoe ge- leid dat Duiven een bovengemiddelde werkgelegenheidsfunctie bekleedt. Daarnaast is op- vallend dat de economische groei gescheiden heeft plaatsgevonden van de woongroei.4 Montferland De gemeente Montferland is een groene gemeente die staat voor de vitaliteit en eigenheid van haar kernen en het waarborgen van het landelijke karakter van het gebied tussen de Stadsregio Arnhem Nijmegen en Doetinchem. Samen met de landbouw vormen toerisme en 4 Bron: Structuurvisie Duiven. Gemeente Duiven, 2009. 15
  • 16. recreatie en overige in het groene profiel passende bedrijvigheid de economische basis voor het landelijk gebied van de gemeente. Montferland is een rustige gemeente met een cul- tuurlandschap waarin het agrarisch gebruik een grote rol speelt. Er komen echter nieuwe functies bij: het gebied is niet meer alleen van en voor de boeren. Agrarische bedrijven ontwikkelen nieuwe activiteiten als bron van inkomsten, maar er zijn ook steeds meer niet- agrarische ondernemers in het buitengebied. Met name rond een kern als Didam is het landschap sterk aan verandering onderhevig. Langs de A12 ter hoogte van Didam en de A18 bij Wehl en Doetinchem rukt de stedelijke ontwikkeling op door middel van met name be- drijfsterrein ontwikkeling. De gemeente wil op deze plekken het landelijke karakter zo veel mogelijk handhaven en investeren in de landschappelijke kernkwaliteiten.5 Rijnwaarden De gemeente Rijnwaarden is een landelijke gemeente gelegen aan de Duitse grens. De ge- meente bestaat uit zes kleine kernen waarvan Lobith (met ruim 3.200 inwoners) de groot- ste is. Vroeger boden vooral de stenenindustrie en aan de Rijn gelieerde bedrijven en instel- lingen arbeidsplaatsen voor de bevolking. Nu wordt vooral buiten de gemeente de kost ver- diend. Om de economische situatie in Rijnwaarden te verbeteren wil Rijnwaarden zich meer op het toerisme richten.6 Westervoort De gemeente Westervoort ligt direct ten zuidoosten van Arnhem. De gemeente wordt in het noorden en het westen begrensd door de IJssel, in het zuidwesten door de Neder-Rijn, in het zuidoosten door de watergang Leigraaf en in het noordoosten door het Duivense bedrij- venterrein Centerpoort Nieuwgraaf. De woonfunctie vormt de belangrijkste functie binnen het gemeentelijk grondgebied. Daarnaast biedt Westervoort verspreid ruimte aan diverse maatschappelijke en commerciële voorzieningen. Voor wat betreft bedrijvigheid is het be- drijventerrein Het Ambacht van belang.7 Zevenaar De gemeente Zevenaar ligt in het hart van de Liemers. Dit gebied ligt in de driehoek van de Rijn, de zuidelijke IJsseloever en de Duitse grens. Na de Tweede Wereldoorlog (die Zeve- naar grote schade toebracht) verrezen in snel tempo nieuwe wijken rond de oude kern. Ze- venaar kent een goed voorzieningenniveau op terreinen als onderwijs, sport, gezondheid (ziekenhuis), werkgelegenheid en cultuur. Door de gemeente Zevenaar loopt een aantal be- langrijke verkeersaders die door toenemende capaciteitsproblemen in de toekomst mogelijk verder moeten worden uitgebreid. Bij Zevenaar verlaat de A12 Nederland om in Duitsland verder te gaan als de Duitse A3. Er zijn plannen om de A15 vanaf Knooppunt Ressen naar Zevenaar door te trekken waar deze op de A12 zal worden aangesloten. Net ten oosten van Zevenaar bevindt zich het voorlopige eindpunt van de Betuweroute. In het economisch beleidsplan zet de gemeente in op “het behouden en versterken van kwaliteit en kwantiteit van werkgelegenheid en bedrijvigheid in Zevenaar en de regio om 5 Bron: Structuurvisie Montferland. Gemeente Montferland, 2009. 6 Bron: website gemeente Rijnwaarden. 7 Bron: Structuurvisie Westervoort. Gemeente Westervoort, 2010. 16
  • 17. daarmee goed in te spelen op economische trends en verwachtingen”. Op basis hiervan zet Zevenaar in op de groeisectoren logistiek, toerisme & recreatie en zorgeconomie. 8 De struc- tuurvisie voor de gemeente Zevenaar is op dit moment in ontwikkeling. 2.2 Stadsregio Arnhem Nijmegen De Liemers maakt deel uit van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. De stadsregio is verlengd lokaal bestuur en werkt op basis van een bij de wet vastgesteld takenpakket. De stadsregio is gericht op het oplossen van bovenlokale, regionale vraagstukken in een verstedelijkt ge- bied, met als primaire focus mobiliteit, wonen, werken en ruimte. Hierbij wordt samenge- werkt met overheden, maatschappelijke organisaties en marktpartijen. Het doel is ‘verbin- den en faciliteren’ van de uitvoeringskracht voor en met de twintig stadsregiogemeenten (Arnhem, Beuningen, Doesburg, Duiven, Groesbeek, Heumen, Lingewaard, Millingen a/d Rijn, Montferland, Mook en Middelaar, Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rijnwaar- den, Rozendaal, Ubbergen, Westervoort, Wijchen en Zevenaar). Binnen de stadsregio is sprake van een ontwikkeling naar een samenhangend geheel. De steden Arnhem en Nijmegen zijn onderdeel van een stedelijk netwerk, waarvan ook de gro- tere en kleine dorpen steeds meer deel gaan uitmaken. Op niveau van de regio ontstaat een stedelijk kerngebied: een min of meer verstedelijkte, samenhangende zone die zich uit- strekt van Zevenaar via Arnhem en Nijmegen tot aan Wijchen. De ontwikkeling van dit ste- delijk kerngebied toont de groeiende ruimtelijke samenhang en verwevenheid van steden en dorpen binnen de stadsregio. Maar de relaties beperken zich echter niet tot dit kerngebied: het stedelijk netwerk is breder in termen van één regionale woningmarkt en arbeidsmarkt. Ook de relatie met het landelijk gebied en de kleine kernen, de relatie met groen- en water- gebieden, de relatie tussen stad en landschap maken van de regio een samenhangend ste- delijk netwerk. De ontwikkeling van de regio als samenhangend stedelijk netwerk zal ook in de toekomst (naar verwachting) blijven doorzetten en in schaal en tempo toenemen. De internationalise- ring van het stedelijk netwerk Arnhem Nijmegen zal een grote vlucht nemen. De regio zal zich steeds meer ontwikkelen als een stedelijk netwerkverband dat onderdeel uitmaakt van allerlei ruimere netwerken, nationaal, Europees, mondiaal. Tot op heden is een groot deel van de relaties nog geconcentreerd op niveau van de regio (forensenstromen, woningmarkt, arbeidsmarkt). Er ontwikkelen zich echter steeds meer en intensievere netwerkrelaties op een grotere schaal. Bijvoorbeeld met Ede-Wageningen, Brabantstad, de Stedendriehoek, Twente, de Euregio, Nordrhein-Westfalen, met de HSL-steden en via de in de regio geves- tigde multinationals en culturele instellingen ook met plekken elders op de wereld.9 8 Bron: website gemeente Zevenaar. 9 Bron: Regionaal Plan Stadsregio 2005-2020. 17
  • 18. 3 Functionele positionering van de regio 3.1 Inleiding Regio’s en gemeenten vervullen verschillende functies voor de eigen bevolking, maar ook voor de bevolking van het omliggende gebied. In het algemeen hebben de meer stedelijke gemeenten een belangrijke werk- en winkelfunctie en de meer landelijke gemeenten vooral een woonfunctie. In deze paragraaf worden de functies van het onderzoeksgebied op het terrein van wonen, werken en voorzieningen toegelicht. Dit gebeurt op basis van kwantita- tieve gegevens over verhuizingen, pendel- en koopstromen. Daarnaast hebben we tijdens interviews gesproken over de functionele positionering van de regio. Het gaat hierbij zowel om de functie die de gemeenten ten opzichte van elkaar hebben als de functie van het ge- bied voor de Achterhoek, regio Arnhem-Nijmegen en de rest van Nederland. Op basis hier- van worden voor elk van de drie functies de economische toekomstmogelijkheden geformu- leerd die de meeste perspectieven bieden. 3.2 De woonfunctie van de Liemers De vijf gemeenten van de Liemers tellen gezamenlijk ruim 119.000 inwoners10. Van hen woont veruit de meerderheid in de gemeenten Montferland (35.000) en Zevenaar (32.000). In de gemeente Duiven wonen 25.500 personen, in Westervoort 15.000 en in Rijnwaarden 11.000. Bevolkingsontwikkeling Om de samenleving in stand te houden, is de bevolkingsontwikkeling van belang. In de eer- ste plaats vormt de bevolking in een gebied de afzetmarkt voor het regionale bedrijfsleven. Daarnaast voorziet de bevolking in arbeidskrachten die voor economische activiteiten nood- zakelijk zijn. Tot ongeveer 2000 is de bevolking van de Liemers sterk gegroeid. Deze groei deed zich na- genoeg volledig voor in Duiven en Westervoort. Duiven groeide van circa 7.000 inwoners in de jaren ’70 uit tot meer dan 25.000 inwoners in 2000. In Westervoort is in deze periode de bevolkingsomvang ongeveer verviervoudigd (van 4.000 naar 16.000). De bevolking van de Liemers is sinds 2000 nagenoeg gestabiliseerd en laat de afgelopen jaren zelfs een lichte krimp zien. In de Liemers is sprake van een negatief migratiesaldo. Dat betekent dat er meer mensen de regio verlieten dan dat er zich mensen vestigden. Dit zien we vooral terug bij de ontwikkeling van de leeftijdsgroep 15-24 jaar. Deze jongvolwassenen vertrekken uit de regio om elders te gaan studeren of werken. De bevolkingsontwikkeling in de Liemers blijft daarmee achter bij de bevolkingsontwikkeling in de regio Arnhem-Nijmegen en Neder- land als geheel. Hier groeide de bevolking de afgelopen 10 jaar met respectievelijk 6 pro- cent en 4 procent. Over het algemeen hebben stedelijke gebieden het afgelopen decennium een sterkere bevolkingsgroei laten zien dan de landelijke regio’s van ons land. De bevol- kingsontwikkeling in de Achterhoek laat hetzelfde beeld zien als de Liemers. 10 Bron: CBS. Stand 1 januari 2011. 18
  • 19. Figuur 3.1: Bevolkingsontwikkeling (index 2000 = 100) 107 106 105 104 103 102 101 100 99 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen Nederland Bron: CBS, bewerking Rabobank In het kader van de bevolkingsontwikkeling is de verhouding tussen de verschillende leef- tijdsgroepen van belang voor het aanbod van voorzieningen, de woningbehoefte, woningty- pen en het aanbod op de arbeidsmarkt. Het aandeel ouderen ligt op dit moment in de Lie- mers iets hoger dan gemiddeld in Nederland. Bovendien zal de grijze druk in de Liemers in de toekomst verder toenemen (zie figuur 3.2). Dat betekent dat het aandeel 65-plussers ten opzichte van de potentiële beroepsbevolking groeit, wat negatieve gevolgen heeft voor de regionale arbeidsmarkt. Het economisch actieve deel van de bevolking zal wat kleiner zijn en daardoor zal ook het arbeidspotentieel voor het verlenen van zorg aan de vergrij- zende bevolking relatief klein zijn. Landelijk zullen in 2030 tegenover 100 leden van de po- tentiële beroepsbevolking bijna 40 65-plussers staan. In de Liemers gaat het om maar liefst 56 65-plussers tegenover 100 leden van de beroepsbevolking. 19
  • 20. Figuur 3.2: Bevolkingsprognose naar leeftijdsklasse tot 2030 65 jaar of ouder 45 tot 65 jaar 30 tot 45 jaar 15 tot 30 jaar tot 15 jaar -40% -20% 0% 20% 40% 60% 80% De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen Nederland Bron: Primos 2011 Voor de totale bevolkingsomvang geldt dat deze gaat krimpen. In 2040 zal de bevolkings- omvang van de Liemers met 8 procent zijn afgenomen. De bevolking van de Achterhoek staat een vergelijkbare krimp te wachten. Stadsregio Arnhem Nijmegen zal (zoals de mees- te stedelijke regio’s) blijven groeien. Binnen de Liemers zal de sterkste krimp plaatsvinden in de gemeente Montferland (-16 procent) gevolgd door Westervoort (-12 procent). Alleen voor Zevenaar wordt nog een kleine groei geprognosticeerd (van 1 procent). Figuur 3.3: Bevolkingsprognose tot 2040 2040 2030 2020 -10% -8% -6% -4% -2% 0% 2% 4% 6% 8% De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen Nederland Bron: Primos 2011 20
  • 21. Woningvoorraad Het aanbod van woningen in de regio de Liemers is zeer divers. Van ruime vrijstaande villa’s in het natuurrijke buitengebied rond de kerkdorpen, tot betaalbare eensgezinswoningen en van alle gemakken voorziene zorgwoningen in de kleinstedelijke kernen. In de kleinstedelij- ke kernen Westervoort, Duiven en de stad Zevenaar is het wonen als in een groot dorp. Vei- lig, vertrouwd, gemoedelijk, overzichtelijk in een groene natuurlijke woonomgeving maar wel met alle voorzieningen binnen handbereik. Juist deze prettige woonomgeving is een on- derscheidende kwaliteit van de Liemers.11 De totale woningvoorraad in de Liemers bedraagt ongeveer 48.500 woningen. Montferland telt de grootste woningvoorraad (29 procent van het totaal) gevolgd door Zevenaar (28 procent) en Duiven (21 procent). Grafiek 3.4 laat zien hoe de verhouding is tussen koop- en huurwoningen in de Liemers, de individuele gemeenten en de referentieregio’s. Hieruit blijkt dat het belang van koopwoningen in de Liemers relatief groot is. Koopwoningen vindt men vooral in de gemeenten Duiven, Montferland en Rijnwaarden. De WOZ-waarde van wonin- gen in de Liemers bevindt zich rond het landelijke gemiddelde. Figuur 3.4: Aandeel koop- en huurwoningen 2010 Nederland Huur Koop Arnhem-Nijmegen Achterhoek De Liemers Zevenaar Westervoort Rijnwaarden Montferland Duiven 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% 55% 60% 65% 70% Bron: ABF, bewerking Rabobank In de Liemers treft men bovendien relatief veel grote woningen (5 of meer kamers) aan. Vooral Montferland en Duiven beschikken over een royale voorraad van grote woningen. Woningen met drie of minder kamers (appartementen) treft men in de Liemers nauwelijks aan. Het is de regio Arnhem-Nijmegen die juist goed voorzien is van dit type kleinere wo- ningen. 11 Bron: Regiomarketingplan de Liemers, 2011. 21
  • 22. Eén op de drie verhuizers verlaat de Liemers Figuur 3.5 geeft weer waar inwoners van de vijf gemeenten in de periode van 2000 tot 2009 naar toe zijn verhuisd. De figuur geeft daarmee een beeld van de mate waarin de gemeen- ten hun eigen bevolking weten vast te houden en waarin ze de eigen gemeente en regio juist verlaten. Uit de figuur is op te maken dat een kleine meerderheid van de inwoners van de Liemers die verhuist, binnen de eigen gemeente een andere woning betrekt. Uitzonde- ringen zijn Duiven en Westervoort: in deze twee gemeenten zien we dat inwoners bij ver- huizing vaak kiezen voor een andere gemeente (bijvoorbeeld Arnhem). Met name de ge- meente Westervoort weet haar inwoners niet goed te binden. Belangrijkste alternatieve be- stemming voor verhuizers uit deze gemeente is de regio Arnhem-Nijmegen. De gemeenten Rijnwaarden en Montferland weten met 57 procent de meeste verhuizers binnen de ge- meentegrenzen te houden. Ruim een derde van de inwoners van de Liemers die verhuizen, vertrekt naar een woning buiten de eigen regio. Figuur 3.5: Bestemmingsgemeente verhuizingen vanuit gemeenten in de Liemers Zevenaar 53% Westervoort 34% Rijnwaarden 57% Montferland 57% Duiven 43% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Duiven Montferland Rijnwaarden Westervoort Zevenaar Achterhoek Arnhem-Nijmegen Overig Bron: CBS, bewerking Rabobank, 2000-2009 Als we kijken naar de herkomst van mensen die in de Liemers een woning betrekken, blijkt dat ruim een derde afkomstig is van buiten de Liemers. Vooral Duiven en Westervoort heb- ben een grote trekkracht op nieuwe inwoners van buiten de Liemers. Bijna de helft van de verhuizingen in of naar deze gemeenten is afkomstig van buiten de regio. Arnhem-Nijmegen is de belangrijkste herkomstregio van deze verhuizers. Montferland is een gewilde woonge- meente voor inwoners van de Achterhoek. Woningmarktbeleid Stadsregio Voor het woningmarktbeleid is de Liemers deels afhankelijk van het beleid van Stadsregio Arnhem Nijmegen (waarvan de Liemers deel uitmaakt). In het Regionaal Plan 2005-2020 zijn langs de vier thema’s economie, mobiliteit, landschap en wonen de ambities voor de stadsregio vastgesteld. Hierbij ligt vooral de focus op het verbinden van wonen, werken en infrastructuur. In de stadsregio is sprake van twee aparte woningmarkten: Arnhem en om- geving en Nijmegen en omgeving. Er bestaan verschillen en overeenkomsten tussen de 22
  • 23. woonmilieus en woonkwaliteiten die daardoor ook verschillende en overeenkomstige doel- groepen aanspreken. Hierdoor heeft de stadsregio intern te maken met concurrentie, maar dat betekent niet dat alle gemeenten met elkaar concurreren. Op basis van migratiepatronen zijn er binnen de stadsregio op het gebied van de woning- markt vijf subregio’s benoemd. Binnen zo’n subregio is afstemming in focus op woonmilieus noodzakelijk. Hiervoor is samenwerking tussen gemeente, maar ook met andere partijen zoals woningcorporaties belangrijk. Woningbouwprogramma’s zullen op elkaar afgestemd moeten worden om in te spelen op de veranderende vraag. De stadsregio heeft enkele be- leidsuitgangspunten: - In de periode 2010-2020 staat vraaggericht bouwen centraal, waarbij oog is voor trends in de demografische prognoses. - Gemeenten brengen geen nieuwe plannen in ontwikkeling die leiden tot een uitbreiding van de huidige beschikbare plancapaciteit, zonder dat hierover subregionale afstemming heeft plaatsgevonden. - Voor gemeenten staan de woonconsument en het bouwen voor de eigen behoefte cen- traal. Bij het bouwen voor de bovenlokale vraag is subregionale afstemming noodzake- lijk. - De programmering van de woningbouw dient plaats te vinden met in achtneming van de kwalitatieve afspraken over betaalbare woningen uit het Regionaal Plan. Daarbij geldt dat gemeenten een inspanningsverplichting hebben om het totale aantal nieuwe wonin- gen op subregionaal niveau voor 50 procent in het betaalbare segment bouwen (tot €172.000 V.O.N. of tot de huurtoeslaggrens binnen de huursector). Binnen de subregio de Liemers valt de gemeente Westervoort buiten dit kader aangezien zij minimaal 35 procent van de nieuwbouw in de betaalbare huur en koopsector bouwen.12 Uitwerking woningmarktbeleid de Liemers In de Liemers is sprake van een (toenemende) behoefte aan koopwoningen en duurdere huur. De behoefte aan koopwoningen komt van starters, doorstromers en ouderen en richt zich op diverse prijsklassen. Onder ouderen ontstaat er steeds meer een specifieke vraag naar levensloopbestendige woningen in het duurdere huursegment (al dan niet in de appar- tementensfeer). Er bestaat een aanzienlijke behoefte aan dorps wonen in de breedte (van landelijk dorps tot centrum dorps), waarbij er ook een behoefte is aan kleinstedelijke woonmilieus. Binnen het woonmilieu dorps wonen, is er binnen de Liemers nauwelijks spra- ke van uitwisselbaarheid tussen de dorpen (vooral ouderen). 13 Met een indicatief overzicht van plancapaciteit beschikt de Liemers over een ijkpunt; een nulmeting als uitgangspunt voor subregionale afstemming. Cijfers over plancapaciteit alleen zeggen weinig, het verhaal er achter is zeker net zo belangrijk. De subregio’s van de Stads- regio hebben afgesproken om het indicatief overzicht nader te specificeren. Dit is nodig om daadwerkelijk goede onderlinge kwalitatieve en kwantitatieve woningbouwafspraken te kun- nen maken. De Liemerse gemeenten werken ook aan het naar beneden bijstellen van de 12 Bron: Van koers naar keuze. Stadsregio Arnhem-Nijmegen, 2011. 13 Bron: Van koers naar keuze. Integrale visie op de gebundelde kracht van stad en land. Stadregioraad, 2011. 23
  • 24. ambitie. Het vigerende woningbouwprogramma is voor de periode 2010-2020 met circa 1.800 woningen (25 procent) naar beneden bijgesteld. De gemeenten in deze subregio hebben er voor gekozen om te starten met het nader speci- ficeren van de bruto plancapaciteit met betrekking tot herstructurering en transformatie. Daaruit blijkt dat de Liemerse gemeenten een herstructurerings- en transformatie opgave hebben van een kleine 50 procent van de totale bruto plancapaciteit. Deze plannen dragen bij aan het verbeteren van de woonkwaliteit van de huidige woningvoorraad. Onder trans- formatie worden inbreidingslocaties verstaan waarbij functies veranderen in het gebied van bijvoorbeeld bedrijfs- of kantoorgebouwen in woningen. Inbreiding op bestaande groene ruimte in woonkernen valt hier niet onder. Herstructurering heeft betrekking op het verbe- teren van wijken door nieuwbouw. Gelderse Poort De Gelderse Poort is één van de twintig Nationale Landschappen die Nederland rijk is. Het Rivierenlandschap ligt gelegen aan weerszijden van de Waal. Kenmerkend zijn de uiterwaarden, enkele oude rivierlopen en de oeverwallen met daarop de oudste bewoningskernen. In de Liemers valt de gemeente Rijnwaarden binnen de Gelderse Poort. Het rijk omschrijft Nationale Landschappen als gebieden met internationaal zeldzame of unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten. Het doel van de Nationale Landschappen is de landschappelijke, cultuurhistori- sche en natuurlijke kwaliteiten te behouden, duurzaam te beheren en te versterken. In samenhang hiermee zal de toeristisch-recreatieve betekenis moeten toenemen. Uitgangspunt hierbij is dat de gebieden zich soci- aal-economisch moeten kunnen blijven ontwikkelen: ’behoud door ontwikkeling’; dit houdt in dat er een ja- mits benadering geldt voor nieuwe ontwikkelingen (Nota Ruimte). Tevens mogen er geen grootschalige ver- stedelijkingslocaties, bedrijventerreinen en infrastructuur in de Nationale Landschappen worden ontwikkeld. Door de Stadsregio Arnhem Nijmegen is een Regionaal Plan 2005-2020 opgesteld. Het KAN zet in op het ontwikkelen van een regionaal netwerk van recreatieve routes, natuur- en landschapsontwikkeling in nabij- heid van de stad en het ontwikkelen van cultuurhistorische hotspots/zones. De Gelderse Poort is tevens een Natura-2000 gebied. Natura 2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk vormt de hoeksteen van het beleid van de EU voor behoud en herstel van biodiversiteit. Bron: Provincie Gelderland (2007), Uitwerking Nationaal Landschap De Gelderse Poort 3.3 De werkfunctie van de Liemers Productiestructuur De sectorstructuur van een regio (gemeten in termen van werkgelegenheid) geeft aan wel- ke typen bedrijvigheid de economie overheersen. Zo zagen we in Nederland de afgelopen decennia een grote verschuiving van productiesectoren (industrie, landbouw) naar dienst- verlenende sectoren. Maar de regionale verschillen binnen Nederland zijn groot. We kunnen immers nog steeds typische agrarische en industrieregio’s aanwijzen. In vergelijking met Nederland is in de Liemers de industrie, handel, logistiek en overige zakelijke dienstverle- 24
  • 25. ning sterk vertegenwoordigd. De publieke sector, zoals het onderwijs en de overheid, zijn in de Liemers juist minder vertegenwoordigd dan in de Achterhoek, regio Arnhem-Nijmegen en in Nederland als geheel. Daarnaast speelt de zorgsector een veel kleinere rol in de regionale economie dan in de omringende regio’s en in Nederland het geval is. Figuur 3.6: Sectorstructuur (aandeel banen per sector, 2010) Overige dienstverlening Vrije tijd sector Zorgsector Onderwijs Openbaar bestuur Overige zak. Dienstverlening Advies & Onderzoek sector Financiële instellingen Informatie en communicatie Horeca Vervoer en opslag Detailhandel Groothandel Bouwnijverheid Industrie Agrarische sector 0% 5% 10% 15% 20% 25% De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen Nederland Bron: LISA, bewerking Rabobank Werkgelegenheidsontwikkeling De ontwikkeling van de werkgelegenheid is een belangrijke graadmeter voor de stand van de (regionale) economie. Uit onderstaande figuur blijkt dat de werkgelegenheidsontwikke- ling sterk verschilt per regio. Het afgelopen decennium heeft de Liemers, evenals de regio Arnhem-Nijmegen, een sterkere werkgelegenheidsontwikkeling doorgemaakt dan de rest van ons land. In de Liemers groeide het aantal banen met 10,3 procent, terwijl er landelijk sprake was van een banengroei van 9,5 procent. De groei van het aantal banen verschilde sterk per sector. In sommige sectoren nam het aantal banen flink af, bijvoorbeeld in de landbouw en industrie. Terwijl in andere sectoren het aantal banen juist sterk toenam. De zorgsector zorgde in de Liemers voor een toename van ruim 2.000 banen. Maar ook het on- derwijs creëerde ruim 800 banen voor de werknemers in de regio. Hoewel deze twee secto- ren relatief klein zijn in de Liemers, neemt het belang in de werkgelegenheid wel toe. Te- vens vormde de overige zakelijke dienstverlening het afgelopen decennium een belangrijke groeisector in de regio. Hieronder verstaan we de facilitaire en intermediaire diensten. De afgelopen tien jaar zorgde deze sector voor circa 1.250 extra banen. In de werkgelegen- heidsontwikkeling van de Liemers is een verbreding van de economische structuur zicht- baar. 25
  • 26. Figuur 3.7: Werkgelegenheidsontwikkeling per sector 2000 - 2010 Overige dienstverlening Vrije tijd sector Zorgsector Onderwijs Openbaar bestuur Overige zak. dienstverlening Advies & Onderzoek sector Financiële instellingen Informatie en communicatie Vervoer en opslag Groothandel Industrie Agrarische sector Totaal -60 -40 -20 0 20 40 60 80 100 De Liemers Nederland Bron: LISA, bewerking Rabobank Agrarische sector De Liemers is een regio met circa 250 landbouwbedrijven. Een gebied met 7.400 hectare vruchtbare grond en veel verschillende sectoren: hoofdzakelijk melkveehouderij maar ook tuinbouw, akkerbouw en intensieve veehouderij. Qua veebezetting is de Liemers een exten- sief landbouwgebied.14 Binnen de landbouw is al jaren sprake van een toenemende schaal- vergroting en mechanisatie. De gemiddelde bedrijfsgrootte neemt hierdoor toe, zowel in ge- bruikt areaal landbouwgrond als in omzet en toegevoegde waarde. Deze schaalvergroting is noodzakelijk om het inkomen op peil te houden in verband met toenemende kosten en af- nemende opbrengstprijzen.15 Als gevolg van deze factoren, was er in de agrarische sector het afgelopen decennium sprake van een sterkere daling van de werkgelegenheid dan in andere sectoren. Deze afname was in de Liemers nog eens sterker dan gemiddeld in de agrarische sector in Nederland. Toonaangevende transportsector In 2007 is de werkgroep Liemers 2020 van start gegaan. Het doel van deze werkgroep was om tot een visie te komen voor de Liemers. Om de kwaliteiten van de Liemers in kaart te brengen en breder bekend te maken, maar ook om een proces op gang te brengen. Profile- ring van de regio, meer regiobewustzijn, intern én extern staan in dit verhaal centraal. Dit proces heeft tot de gedachte geleid dat de logistieke sector toonaangevend kan worden in de regio en dat het verder uitbouwen van het logistieke imago van de Liemers kansrijk is. Er vinden veel nieuwe technologische en innovatieve ontwikkelingen plaats die kunnen bijdra- gen aan het economische vernieuwingsproces van de regio. Hiervoor is een goede aanslui- ting tussen het aanbod van opleidingen en de vraag naar personeel vanuit het bedrijfsleven cruciaal. De voorspelling is dat er een discrepantie gaat ontstaan tussen de vraag naar per- 14 Type landbouw waarbij weinig geïnvesteerd wordt in arbeidskracht en kapitaal (kunstmest, machine, insecticiden). 15 Landbouwvisie 2011. LTO Noord afdeling de Liemers. 26
  • 27. soneel en het aanbod van werknemers. Er zijn te weinig nieuwe studenten om de vraag naar nieuw personeel op te vangen. Om de kansen van de logistieke sector in de Liemers te benutten is besloten dat ondernemers, onderwijs en overheden hun handen hiervoor ineen moeten slaan. In 2009 is daarom de ‘initiatiefgroep transport en logistiek’ opgestart. Deze initiatiefgroep bestaat uit onderwijsinstelling Quadraam, de Kamer van Koophandel, de Lie- merse gemeenten, Platform Onderwijs en Arbeidsmarkt (POA) en ondernemersvereniging Lindus. Het onderwijs en de drie ROC’s hebben een intentieverklaring ondertekent om sa- men in de Liemers te gaan zorgen voor een doorlopende leerlijn vmbo-mbo in de logistiek. Het Liemers College heeft intussen een afdeling Transport en Logistiek opgericht. In het verlengde hiervan is het idee van een Logistiek Expertise Centrum geboren. Het Logistiek Expertise Centrum (opgericht in het voorjaar van 2011) heeft tot doel bij te dragen aan een gezonde sociaal economische structuur van de logistieke branche in de regio de Liemers.16 Onlangs is bovendien door Buck Consultants een rapport gepubliceerd over de kwaliteiten van en kansen voor de regionale logistieke sector in de regio Arnhem-Nijmegen. Deze stu- die heeft plaatsgevonden in opdracht van Lindus, de Kamer van Koophandel, de Stadsregio Arnhem Nijmegen en het Logistiek Expertise Centrum (LEC). Het rapport geeft aan dat lo- gistiek over heel veel méér gaat dan alleen vrachtauto's die goederen van A naar B vervoe- ren. Zo zijn in de regio diverse bedrijven actief die hoogwaardige logistieke activiteiten ver- richten en daarmee veel waarde toevoegen, denk bijvoorbeeld aan kwaliteitscontrole, repa- ratie en assemblage. De logistieke sector in de regio Arnhem-Nijmegen betoont zich bijzonder ondernemend. Het arbeidsethos is relatief hoog en fysiek gezien is de regio een kruispunt waar snelwegen, wa- terwegen en spoor zich met elkaar verknopen. De regio is daarmee een logistieke draaischijf die nog wordt versterkt met de komst van de A15. Daarnaast bieden de logistieke opleidin- gen van de Hogeschool Arnhem Nijmegen (met een positie in de top 3 van logistieke oplei- dingen in Nederland) een uitstekende basis voor een goede opleidingsstructuur. Deze gun- stige uitgangspositie vraagt om verder ontginning en ontwikkeling, aldus het rapport. Het rapport vormt een van de bouwstenen voor het provinciale goederenvervoerprogram- ma. Hieruit wordt dit jaar al 1,8 miljoen euro beschikbaar gesteld om het Gelderse logistie- ke vestigingsklimaat te versterken. Ondanks de gunstige randvoorwaarden strijken nog on- voldoende logistieke bedrijven in de regio neer. De samenwerkende gemeenten en het be- drijfsleven mikken ook voor de komende jaren op een substantiële bijdrage uit het provinci- ale programma. Provinciale Staten van Gelderland neemt uiterlijk in april een besluit hier- over. Logistiek is zeer nadrukkelijk opgenomen in de uitvoeringsagenda van de Provincie. Inzet hierop zal de economische slagkracht van Gelderland verder versterken.17 Startersdynamiek Ondernemerschap is de bron van werkgelegenheidsontwikkeling. Een belangrijk kenmerk van de economie in de Liemers zijn de vele familiebedrijven die in de regio zijn vertegen- woordigd. Daarnaast is de opkomst van de zzp’er een veelbesproken onderwerp. In de Lie- 16 Bron: Website LEC Liemers, 2012. 17 Bron: Website TTM, 25 januari 2012. 27
  • 28. mers is in de periode 2000-2009 het aantal starters ten opzichte van de potentiële beroeps- bevolking lager geweest dan in de regio Arnhem-Nijmegen en gemiddeld Nederland. Het aandeel starters is vergelijkbaar met de Achterhoek. De meeste ondernemingen werden op- gericht in de facilitaire, persoonlijke en algemene diensten. Hierbij dient wel rekening te worden gehouden met het effect van de nieuwe Handelsregisterwet waarbij er sinds kort een registratieplicht geldt voor deze branches. 28
  • 29. Logistieke Hot Spots in Nederland De logistieke sector in Nederland draagt voor circa 7 procent bij aan de totale bruto toegevoegde waarde. De werkzaamheden in de sector betreffen niet alleen traditionele transport- en opslagactiviteiten, maar ook Value Added Logistics and Services in distributiecentra, ketenregie-activiteiten en diverse logistieke support activiteiten. Hierbij hebben verladers en logistieke dienstverleners die wat grotere en innovatievere logistie- ke operaties in beheer hebben, duidelijk voorkeur voor vestiging op logistieke hotspots nabij de mainports, grotere bevolkingscentra of op de infrastructurele corridors (A15, A2, A4, A67, Waal, Maas, Rijn-Schelde ka- naal, Betuwe route) richting het Europese achterland. TNO heeft in 2009 op verzoek van het Ministerie van Economische Zaken onderzoek gedaan naar de Logis- tieke Hot Spots van Nederland. Een Logistieke Hot Spot is een COROP-regio met een sterk cluster van be- drijven van (inter)nationale onderscheidende logistieke activiteiten, geconcentreerd op logistieke parken met goede ondersteunende fysieke infrastructuur en aanverwante logistieke supportdiensten. De logistieke hot spots zijn gewogen op basis van 10 kwantitatieve criteria op het gebied van ruimte, werkgelegenheid, mul- timodaliteit, volume van goederenstromen en weginfrastructuur. De Top 5 van logistieke hot spots van na- tionaal belang zijn 1) Groot-Rijnmond, 2) Groot-Amsterdam, 3) West-Noord-Brabant, 4) Noord-Limburg en 5) Noordoost-Noord-Brabant. In elk van de top 3 logistieke hot spots is een zeehaven te vinden: de haven van Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk. Deze drie havens tezamen met Schiphol en de regio Venlo-Venray worden als logistieke hotspot van internationaal belang aangeduid. Naast de top tien van logistieke hotspots benoemt TNO de zogenoemde white spots. Dit zijn regio’s die het potentieel hebben om zich in de toekomst te ontwikkelen tot logistieke hotspot, maar op dit moment nog op verschillende criteria tekort schieten. TNO heeft Flevoland en Arnhem-Nijmegen (nr. 13 op hun lijst) als ‘white spot’ aangeduid. De regio Arnhem-Nijmegen heeft de A15, de Waal en de Maas als belangrijke trans- portaders richting Duitsland. Ook de Betuweroute loopt door deze regio, waarmee locaties dus trimodaal (weg, water, spoor) ontsloten kunnen worden. Er gaan bijzonder grote volumes via deze corridors naar het achterland, en deze volumes zullen naar verwachting weer toenemen als de wereldhandel aantrekt. Ook de komst van de Tweede Maasvlakte en de toename van goederen die daarmee gepaard gaan en overgeslagen en vervoerd moeten worden, biedt kansen. Vooral voor de binnenvaart en het goederenvervoer per spoor. Het Havenbedrijf heeft namelijk afspraken gemaakt met de gecontracteerde ondernemingen over het toe- komstige goederenvervoer. Om de druk op het milieu te verlichten moet een vaststaand percentage van de goederen per spoor en via de binnenvaart worden vervoerd. De regio heeft kansen om als knooppunt voor goederenstromen vanuit Midden- en Noord-Nederland richting het Europese achterland te gaan fungeren. Waarbij er naast overslag ook waarde toevoegende activiteiten kunnen plaatsvinden. In dit kader heeft zich hier de laatste jaren ook al een aantal logistieke dienstverleners gevestigd, waaronder DHL Exel, TDG en CEVA Logistics. Er is momenteel echter nog geen mogelijkheid om containers vanuit deze regio op het spoor van de Betuweroute te zetten. Bovendien ontbreekt het aan logistieke parken nabij de overslagkansen aan de transportcorridors om als logistieke regio tot bloei te komen. Bronnen: TNO (2009)Quick scan: overzicht van netwerk specifieke hot spots in Nederland www.logistiek.nl Rabobank 29
  • 30. Werkloosheid Werkloosheid is het resultaat van twee factoren: de vraag naar en het aanbod van arbeid (de werkgelegenheid en de beroepsbevolking). Binnen de Eurozone behoort Nederland tot de landen met de laagste werkloosheid. Binnen Nederland zijn er echter grote verschillen waar te nemen. Om de werkloosheid in de Liemers in kaart te brengen maken we gebruik van de cijfers van het UWV Werkbedrijf. Hierdoor krijgen we een goed beeld van het aantal niet-werkende werkzoekenden in de regio en in welke mate dit van het landelijke beeld af- wijkt. Uit onderstaande figuur blijkt dat de afgelopen vijf jaar in alle drie de regio’s en in Nederland de werkloosheid is gedaald. In de Liemers is de werkloosheid lager dan in de re- gio Arnhem-Nijmegen en in Nederland. De werkgelegenheidsgroei is in de Liemers ook gro- ter geweest dan in Nederland. Van de niet-werkende werkzoekenden in de Liemers is meer dan de helft 45 jaar of ouder. Dit is conform het landelijke beeld. Voor de beroepen produc- tieplanners, boekhouders en secretaresses en commercieel employés is er een overschot aan kortdurend niet-werkende werkzoekenden in zowel de regio als in de rest van Neder- land. Voor weg- en waterbouwkundige vakkrachten, voor bankwerkers en lassers is de ar- beidsmarkt juist krap in de regio zodat er op dit moment voor werkzoekenden met dit be- roep veel kansen zijn op de arbeidsmarkt.18 Figuur 3.8: Werkloosheidsontwikkeling (niet-werkende werkzoekenden t.o.v. bevolking 15-64 jaar) 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 2% 1% 0% 2005 2006 2007 2008 2009 2010 De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen Nederland Bron: UWV Werkbedrijf, bewerking Rabobank Arbeidsparticipatie De arbeidsparticipatie geeft aan welk deel van de bevolking deelneemt aan het arbeidspro- ces. De netto arbeidsparticipatiegraad19 ligt in de Liemers rond het Nederlandse gemiddelde van 67 procent. De arbeidsparticipatie van mannen in de Liemers is gelijk of hoger dan die in Nederland, terwijl dat van de vrouwen in de regio lager ligt dan die van de gemiddelde Nederlandse vrouw. In het algemeen wordt een hoge arbeidsparticipatie door de meeste 18 UWV (2011). Basisset regionale arbeidsmarktinformatie. Arbeidsmarktregio Midden-Gelderland. Oktober 2011. 19 De netto arbeidsparticipatiegraad geeft aan hoeveel procent van de beroepsbevolking ook daadwerkelijk een betaalde baan heeft van twaalf uur of meer per week. Werklozen worden hierin dus niet meegeteld. 30
  • 31. politieke partijen belangrijk gevonden, onder meer om de kosten van de vergrijzing te beta- len. Factoren die bijdragen aan een lagere arbeidsparticipatie zijn onder meer een lange studieduur, veel arbeidsongeschikten (onder andere mensen in de WAO, Wajong), weinig tweeverdieners en een hoge werkloosheid (mensen die een Werkloosheidsuitkering, wacht- geld of bijstand ontvangen). Dit laatste is echter niet op de Liemers van toepassing. Opleidingsniveau Een sterk veranderende economie, waarin ontwikkelingen elkaar in hoog tempo opvolgen, stelt hoge eisen aan haar beroepsbevolking. Verschillende sectoren zoals de zorg, industrie, handel en logistiek worden steeds innovatiever met complexere (ICT) diensten en pro- ducten. Een hoog opgeleide bevolking die over veel kennis beschikt en deze kan toepassen, is daarom van belang om als regio concurrerend te blijven. De hoogst opgeleide beroepsbe- volking bevindt zich voornamelijk in de sterk verstedelijkte gemeenten in de Randstad, met uitzondering van Rotterdam. Ook in de aangrenzende gemeenten van de steden Amster- dam, Den Haag, Leiden, Haarlem en Utrecht ligt het percentage hoogopgeleiden boven het landelijke gemiddelde. Buiten de Randstad, kennen de gemeenten Arnhem en Zwolle even- als de universiteitssteden Groningen, Nijmegen, Eindhoven en Wageningen een hoog opge- leide beroepsbevolking. Ook voor de meeste van deze gemeenten geldt dat in de aangren- zende gemeenten het percentage hoogopgeleiden vaak boven het landelijke gemiddelde ligt. In Nederland is circa 33 procent van de beroepsbevolking hoogopgeleid. In de Liemers ligt het opleidingsniveau lager: in Duiven is 28 procent van de beroepsbevolking hoogopge- leid, in Montferland 18 procent, in Westervoort 27 procent en in Zevenaar 24 procent.20 De Liemers heeft de ambitie om jongeren sterker aan de regio te binden. Op deze manier tracht de Liemers een verdere ontgroening van het gebied te beperken. Op dit moment ver- laten vooral hoogopgeleide jongeren de regio voor studie en werk en keren dan niet meer terug. De carrièrekansen voor hoger opgeleiden zijn binnen de Liemers dan ook beperkt. Volgens het regiomarketingplan21 heeft de Liemers de ambitie om betere carrièreperspectie- ven te bieden voor hoger opgeleiden uit de eigen regio. Dit kan door bijvoorbeeld kapitaal- krachtige bedrijven naar de regio te trekken. De regio kenmerkt zich immers door lagere vastgoedprijzen dan de kern van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Bovendien is de regio goed bereikbaar en vormt het een aantrekkelijke woonregio voor hoger opgeleiden (veilig, ruim, betaalbaar, vrijstaande woningen). Werkgelegenheidsfunctie gemeenten In 2009 bedroeg de beroepsbevolking van de vijf gemeenten samen bijna 55.000 personen. Van hen woonden er 15.800 in Montferland, 14.300 in Zevenaar, 11.800 in Duiven, 7.400 in Westervoort en 5.100 in Rijnwaarden. Het totale aantal banen bij bedrijven in de Liemers bedraagt 48.210.22 De gemeenten Duiven, Zevenaar en Montferland nemen hiervan alle drie ongeveer 30 procent voor hun rekening. Duiven heeft veruit de grootste werkgelegenheids- functie (uitgedrukt in het aantal banen per 100 leden van de beroepsbevolking). Zelfs in 20 Bron: CBS en Compendium voor de Leefomgeving. Voor Rijnwaarden zijn er helaas geen cijfers beschikbaar. 21 Bron: Regiomarketingplan de Liemers, 2011. 22 Bron: CBS. Stand 1 januari 2010. 31
  • 32. vergelijking met de Stadsregio Arnhem Nijmegen vormt Duiven een belangrijk zwaartepunt qua werkgelegenheid in de regio. De werkgelegenheidsfunctie van Westervoort is het laagst. Figuur 3.9: Werkgelegenheidsfunctie gemeenten (2010) Nederland Arnhem-Nijmegen Achterhoek De Liemers Zevenaar Westervoort Rijnwaarden Montferland Duiven 0 20 40 60 80 100 120 140 Bron: CBS en LISA, bewerking Rabobank. Vooral veel pendel naar Arnhem De werkgelegenheidsfunctie van de verschillende gemeenten en regio’s zien we terug in het pendelgedrag van de beroepsbevolking. Figuur 3.10 geeft weer waar de inwoners van de vijf gemeenten werken. De figuur geeft daarmee een beeld van welk deel van de beroeps- bevolking binnen de eigen gemeente werkt. Eerder kwam al naar voren dat Duiven een sterke werkgelegenheidsfunctie heeft. De bedrijven in de gemeente bieden daarmee ook werk aan werknemers van buiten de gemeente, zoals is te zien in figuur 3.10. Circa een derde van de eigen beroepsbevolking is werkzaam in de gemeente Duiven zelf. Daarnaast is bijna een vijfde van de beroepsbevolking van Westervoort werkzaam in Duiven. Maar ook pendelen veel arbeidskrachten vanuit Rijnwaarden en Zevenaar naar Duiven. Ook valt op dat veel personen in de regio Arnhem-Nijmegen of elders buiten de Liemers werkzaam zijn. De Achterhoek (met name Doetinchem) is voor veel inwoners van Montferland een aantrek- kelijke werkregio. De beroepsbevolking in Rijnwaarden is qua werk het sterkst georiënteerd op de omringende gemeenten. Ruim zeventig procent heeft een baan in de Liemers. Van- wege de relatief kleine economische omvang, weet de gemeente Westervoort de minste werknemers aan zich te binden. Bijna zestig procent van de beroepsbevolking van Wester- voort is werkzaam in de regio Arnhem-Nijmegen. 32
  • 33. Figuur 3.10: Werkgemeente van beroepsbevolking de Liemers Zevenaar 33% Westervoort 11% Rijnwaarden 30% Montferland 34% Duiven 30% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Duiven Montferland Rijnwaarden Westervoort Zevenaar Achterhoek Arnhem-Nijmegen Overig Bron: CBS, bewerking Rabobank, 2000-2009 Als we kijken naar de herkomst van de personen die in de Liemers werkzaam zijn, blijkt dat een derde van deze arbeidskrachten van buiten de regio komt. Opvallend is dat dit aandeel in alle gemeenten (met uitzondering van Rijnwaarden, waar bijna alle medewerkers uit de Liemers komen) ongeveer even groot is. Wel zien we dat bedrijven in Duiven en Wester- voort relatief veel werknemers uit de regio Arnhem-Nijmegen in dienst hebben, terwijl het bedrijfsleven in Montferland juist veel gebruik maakt van arbeidskrachten uit de Achter- hoek. 33
  • 34. Doortrekken A15 Al geruime tijd staan er dagelijks files op de A50, A12, A325 en N325 (Pleijroute). En de verkeersproblemen worden in de toekomst nog groter, ondanks eerder geplande maatregelen (zoals de verbreding van delen van de A50 en A12, opwaardering van de N18 en aanleg van een tweede brug bij Nijmegen). In 2025 is er niet langer sprake van plaatselijke problemen maar is het gehele netwerk rondom Arnhem overbelast. De bereikbaarheid van de regio en de betrouwbaarheid van het rijks- en het regionale hoofdwegennetwerk staan dus onder druk. De verkeersproblemen hebben een negatief effect op de internationale aantrekkelijk- heid van de Randstad en van de Rotterdamse haven. Ook de regio Arnhem - Nijmegen zelf kan zich ruimte- lijk en economisch niet meer goed verder ontwikkelen. Door de overbelasting ontstaan in de regio bovendien problemen met de leefbaarheid (sluipverkeer, luchtverontreiniging). Daarnaast brengt drukte een groter ri- sico op ongevallen met zich mee. Ongevallen die – evenals wegwerkzaamheden – in de huidige situatie niet goed zijn op te vangen met alternatieve routes. Minister Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu heeft 16 januari 2012 haar standpunt voor project ViA15 bekend gemaakt. De minister kiest definitief voor het Doortrekkingsalternatief A15 Noord. Hierbij wordt de nu nog doodlopende A15 doorgetrokken naar de A12 met een brug over het Pannerdensch Kanaal en een halfverdiepte ligging tussen Duiven en Zevenaar. De keuze van het Standpunt is gebaseerd op de re- sultaten uit de Trajectnota/MER en de adviezen en zienswijzen die daarop zijn binnengekomen. De doortrekking van de A15 blijft echter tot discussies leiden. Het besluit van de minister is immers tegen de wens van de regio en natuurorganisaties voor een tunnel onder het Pannerdensch Kanaal en kan daarom rekenen op veel verzet. Bron: Website ViA15, januari 2012. 3.4 De winkelfunctie van de Liemers In de Liemers spelen diverse ontwikkelingen op het gebied van detailhandel. In de eerste plaats zijn er plannen om een grootschalige Retailpark te ontwikkelen bij Zevenaar. Het pro- ject omvat circa 33.000 m² grootschalige retail, leisure en horeca. Daarnaast is er ruimte voor circa 1.000 parkeerplaatsen waarvan een deel op het dak. De opening staat gepland voor medio 2015. De betrokken partijen MAB, KWP en de gemeente Zevenaar onderteken- den een intentieovereenkomst voor de ontwikkeling van dit retailpark. Voorafgaand aan de plannen hebben de marktpartijen een haalbaarheidsanalyse uitgevoerd. De uitkomst hier- van was positief en alle partijen willen graag van start met de ontwikkeling van de Spooral- lee. De Spoorallee ligt aan de oostzijde van Zevenaar direct aan een nieuw te realiseren op- en afrit van de A12 naar Zevenaar en in de nabijheid van de A18. Ook wordt in de toekomst de A15 bij Zevenaar aangesloten op de A12. Het verzorgingsgebied omvat 330.000 consu- menten binnen een reistijd van 15 minuten en binnen een half uur zelfs 1,4 miljoen. Dit aantal neemt nog toe met het doortrekken van de A15. Het project de Spoorallee wordt ontwikkeld met een aansluiting op het geplande treinstation in Zevenaar Oost.23 23 Bron: de Weekkrant, november 2011. 34
  • 35. Daarnaast heeft de Liemers te maken met de kleine kernenproblematiek waarbij het draag- vlak voor winkelvoorzieningen steeds verder afkalft. Dit speelt vooral in de gemeente Rijn- waarden. Op dit moment wordt in opdracht van de Kamer van Koophandel Centraal Gelder- land een regionale detailhandelsvisie ontwikkeld die inzicht zal bieden in de gewenste regio- nale voorzieningenstructuur. In deze paragraaf zullen wij aandacht besteden aan de huidige positionering van het winkelaanbod in de Liemers. Hiervoor maken we onder andere gebruik van de Rabobank KoopstromenMonitor. Koop- stromen brengen in beeld waar consumenten hun aankopen doen. Vooral in de detailhandel wordt veel gebruik gemaakt van koopstromen om het draagvlak van winkelvoorzieningen te onderzoeken. Koopstromen worden vaak geschat aan de hand van enquêtes onder een steekproef van consumenten. Rabobank Nederland heeft een instrument ontwikkeld dat koopstromen in kaart brengt op basis van elektronische betaaltransacties: de Rabobank KoopstromenMonitor. Op basis van de KoopstromenMonitor kunnen we de winkelfunctie van de gemeenten in de Liemers vaststellen. De detailhandel is hierbij ingedeeld in vier bran- chegroepen namelijk dagelijks (levensmiddelen en persoonlijke verzorging), in & om het huis (zoals wonen en doe-het-zelf), mode & luxe (zoals kleding, schoenen, warenhuizen en juweliers) en vrije tijd (zoals boeken en cd-winkels). Consumentenvoorzieningen in de Liemers Figuur 3.11 biedt inzicht in de aanwezigheid van verschillende soorten consumentenvoor- zieningen in de Liemers. Het aanbod is hierbij afgezet tegen het aantal inwoners van het gebied. Uit de grafiek blijkt dat de meeste consumentenvoorzieningen in de Liemers iets minder sterk vertegenwoordigd zijn dan gemiddeld in Nederland. Ook vergeleken met de Achterhoek en de regio Arnhem-Nijmegen hebben de inwoners van de Liemers iets minder voorzieningen tot hun beschikking. Dit geldt bijvoorbeeld voor het aanbod van restaurants en cafés wat waarschijnlijk te maken heeft met de functie van het gebied. Horecavoorzie- ningen in de Liemers zullen op dit moment in de eerste plaats een functie vervullen voor de eigen inwoners. Terwijl stedelijke gebieden (als Arnhem en Nijmegen) en een toeristische regio als de Achterhoek met deze voorzieningen ook een duidelijke functie vervullen voor de bezoekers van het gebied (zakelijk of vrijetijd). Ook het cultuuraanbod blijft in de Liemers enigszins achter. Cultuurvoorzieningen zijn over het algemeen geconcentreerd in meer ste- delijke gemeenten. Inwoners van de Liemers zullen voor deze voorzieningen dan naar Arn- hem en Nijmegen gaan. Hetzelfde geldt voor het aantal scholen in het voortgezet onderwijs. Recreatieve voorzieningen zoals zwembaden en sporthallen zijn juist wel goed vertegen- woordigd in de Liemers. 35
  • 36. Figuur 3.11: Aantal consumentenvoorzieningen per 10.000 inwoners Zwembaden 2011 Sporthallen 2010 Kinderdagverblijven 2011 Scholen VO 2011 Basisscholen 2011 Hotels 2011 Restaurants 2011 Cafés 2011 Theaters 2007 Musea 2010 Bioscopen 2011 0 2 4 6 8 10 12 De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen Nederland Bron: ABF, bewerking Rabobank Detailhandelsstructuur De Liemerse detailhandel telt een totaal winkelvloeroppervlakte van ruim 216.000 m². Een groot deel hiervan (39 procent) ligt in Duiven gevolgd door Zevenaar (35 procent). Rijn- waarden en Westervoort beschikken slechts over een beperkt winkelaanbod met vooral da- gelijkse winkelvoorzieningen. Het belang van de branchegroep “in en om het huis” binnen de totale Liemerse detailhandel is relatief groot. Dit heeft te maken met de aanwezigheid van IKEA en Intratuin in Duiven. In Duiven wordt meer dan drie kwart van het totale win- kelaanbod door deze branchegroep ingevuld. Evenals in de rest van Nederland is de winkelleegstand in de Liemers de afgelopen jaren fors toegenomen. In de Liemers staat ondertussen 5,5 procent van de verkooppunten leeg. Vergeleken met de Achterhoek en de regio Arnhem-Nijmegen (respectievelijk 6 en 5,8 pro- cent) is de leegstand in de Liemers het laagst. Bovendien is enige frictieleegstand (± 5 pro- cent) normaal en nodig voor een gezonde doorstroming op de winkelmarkt. Binnen de Lie- mers ligt het leegstandspercentage het hoogst in de gemeente Rijnwaarden (8,1 procent), gevolgd door Duiven (6,6 procent). In de andere gemeenten bedraagt de leegstand 5,6 pro- cent in Zevenaar, 4,6 procent in Montferland en 4 procent in Westervoort 24. 24 Bron: Locatus 2011. 36
  • 37. Figuur 3.12: Winkelvloeroppervlakte per branche per gemeente (2011) Zevenaar Westervoort Rijnwaarden Montferland Duiven 72.500 0 5.000 10.000 15.000 20.000 25.000 30.000 35.000 40.000 45.000 50.000 Dagelijks Mode & Luxe Vrije Tijd In / Om Huis Bron: Locatus, bewerking Rabobank Regionale koopkrachtbinding beperkt Figuur 3.13 laat zien waar de detailhandelsbestedingen van de inwoners van de Liemers te- rechtkomen. Dan blijkt dat iets minder dan 60 procent van deze bestedingen zijn bestem- ming bij de detailhandel in de Liemers vindt. Het grootste deel van de bestedingen in de ei- gen regio komt terecht in Zevenaar (19 procent) gevolgd door Duiven (17 procent). De de- tailhandel van Zevenaar heeft hiermee de sterkste regionale functie binnen de Liemers. De inwoners van Duiven zijn met een gemeentelijke koopkrachtbinding van 61 procent het sterkst aan hun eigen winkelapparaat gebonden. In de gemeente Rijnwaarden is de ge- meentelijke koopkrachtbinding het laagst (34 procent). Figuur 3.13: Bestemming bestedingen inwoners de Liemers Overig Nederland Arnhem-Nijmegen Achterhoek Zevenaar Westervoort Rijnwaarden De Liemers = 59% Montferland Duiven 0% 5% 10% 15% 20% 25% 30% Bron: Rabobank 37