1. „Joepie, geen activiteiten
vandaag, dan kunnen we
spelen!‟
Over (vrije)tijdsbeleving en spel van kinderen
Johan Meire
Onderzoekscentrum Kind & Samenleving
Gastcollege ‘Kind en vrije tijd’, Pedagogie van het jonge kind
Karel de Grote Hogeschool, Antwerpen, 22 februari 2013
2. Kinderen-in-de-samenleving
Sociology of childhood
◦ Kritiek op ontwikkelingspsychologie:
becoming & being
◦ „Kind‟ en „kindertijd‟ als sociale constructie
◦ Kinderen als sociale categorie
◦ Kinderen als actief in hun eigen leefwereld
Agency / actorschap
Focus op leefwereld van doorsneekinderen in
diverse situaties
3. Belevingsonderzoek
Hoe gaan kinderen om met hun leefwereld
en hoe geven ze er betekenis aan?
Betekenis allereerst gevormd via
belevingen
◦ Aansluiten bij en vragen naar belevingen
◦ Pas in tweede instantie naar meningen/attitudes
Methodologische terughoudendheid
◦ Focusgroepen
◦ Observaties: „reactieve methode‟, semi-participerend
◦ Half-open individuele interviews
◦ Straatinterviews
◦ …
4. Tijdsbelevingsonderzoek
Gezinnen via individuele interviews
Brede school via focusgroepsgesprekken
Vrijetijdscontexten via observaties
◦ Buitenschoolse kinderopvang
◦ Speelpleinwerk
◦ Sportclubs
Hoe gaan kinderen om met de organisatie
van de tijd?
5. Tijdsbelevingsonderzoek
Gezinnen via individuele interviews
Brede school via focusgroepsgesprekken
Vrijetijdscontexten via observaties
◦ Buitenschoolse kinderopvang
◦ Speelpleinwerk
◦ Sportclubs
Hoe gaan kinderen om met de organisatie
van de tijd?
9. Informele vrije tijd
Verantwoording van de voorkeur
«Maar ja, ik weet dat ook wel, ik ben de enige in
de klas zonder van dat soort hobby‟s. Ik vind dat
niets hé, die mogen dat doen. Maar ik heb liever,
allee, mijn vrijheid zo. (Niels)
Ondersteund door ouders (+
netwerk rond gezin,
woonomgeving, …)
«Wij zijn nogal onthaastend, soms een beetje lui,
we willen ons ook een beetje bewust afzetten
tegen de holmentaliteit van de maatschappij. Dus
in die zin gaan we dat niet uitstralen naar onze
kinderen. (ROZANNE)
10. Georganiseerde vrije tijd
Veel hobby‟s hebben is niet: „het druk
hebben‟
«Dat is niet rap na elkaar. (Thaïs)
«Maar ik doe dat graag, ik vind dat niet druk. (Pepijn)
«Want ik ben wel lang thuis, meestal ben ik minstens
tot kwart na vijf thuis [voor de activiteiten beginnen].
(Lente)
Ondersteund door ouders
«Zich uitleven. Ik zeg dikwijls, man worden [lacht].
Zelf uw boontjes kunnen doppen. (F )
ONS
«Wij staan erop dat hij fysiek bezig is. (…) Maar hij
moet ook iets doen voor de geest. (ANTON)
13. Buitenschoolse kinderopvang
IBO
“Voor kinderen is tijd in de opvang vrije tijd”:
pedagogische pijler van de buitenschoolse
opvang … maar mogelijk „verplichte vrije
tijd‟
◦ Engagement?
◦ Vooraf vastleggen van de tijd is niet
vanzelfsprekend
Huiselijke sfeer
Ritme van de opvangdag
14. Temporeel actorschap van
kinderen
Hoe gaan kinderen om met de temporele
organisatie van hun leefwereld?
Temporeel actorschap: drie modi:
Temporele taken
◦ Hoe omgaan met de taken die de tijdsorde je stelt?
Keuzes en tactieken
◦ Hoe omgaan met mogelijkheden en beperkingen v/d
tijdsorde
Temporele esthetiek
◦ Eigen kleur of sfeer van de tijdsorde mee vorm geven
15. Temporele taken
Hoe gaan kinderen om met de taken die de
tijdsorganisatie hen stelt?
Dwingende tijdsorde
Collectieve verplichte momenten
Wegvallen van de tijdsorde: dode momenten
Zich integreren tussen andere kinderen
Door individuele kinderen
Kinderen krijgen hulp in deze temporele taak
16. Temporele taken
Hoe gaan kinderen om met de taken die de
tijdsorganisatie hen stelt?
Temporele taken voor individuele kinderen
Hangen vaak samen met het ritme van de
opvangtijd
Zich losmaken van de thuisomgeving
Wachten op en zoeken naar vrienden
Zoeken naar een activiteit
Nieuwe bezigheid vinden bij einde van spel
Speelkameraden verdwijnen, wat nu?
Afgehaald worden door ouders
Overzicht krijgen over langere opvangperiodes
Kinderen ondersteunen de organisatie
17. Keuzes en tactieken
Hoe gaan kinderen om met de mogelijkheden
die de tijdsorganisatie hen geeft, en met de
beperkingen ervan?
Keuzevrijheid: zelf de tijd bestemmen
Grote keuzevrijheid => heel divers spel en diverse
activiteiten
18.
19.
20.
21. Keuzes en tactieken
Hoe gaan kinderen om met de mogelijkheden
die de tijdsorganisatie hen geeft, en met de
beperkingen ervan?
Tactieken in een gesloten tijdsorde
Betrokkenheid en uitval
Soorten tactieken
Gedoogvrijheid en succesvolle tactieken
Tactieken in een open tijdsorde
Eigen interactieruimte beschermen/uitbreiden
22. Temporele esthetiek
Hoe geven kinderen mee vorm aan de sfeer
of de kleur van de opvang?
Sfeer of kleur reflecteert vaak tijdswensen
Diversiteit in spel reflecteert keuzevrijheid
Complex sociaal spel (b.v. fantasiespel)
Repetitief spel (b.v. strijkpareltjes prikken)
Huiselijke sfeer, rust en informaliteit + intens spel
Verveling en marginalisering
Zich vervelen als temporele taak (nieuwe activiteit
zoeken)
Structureel probleem bij veel oudere kinderen in de
opvang
23. Kwaliteiten van de tijd
• Structuur van de tijd die voor kinderen wordt
georganiseerd
De tijd is herkenbaar en biedt houvast
Er is variatie in de aangeboden tijd
Er is samenhang in de tijd
• Invulbaarheid door kinderen
Kinderen kunnen zich verbinden met de tijd en de
organisatie ervan
De tijd is door kinderen (mee) bestembaar
Als de tijd niet echt bestembaar is, is hij toch nog
manipuleerbaar
De tijd is verbeeldbaar: de betekenis ervan ligt niet
vast
24. Kwaliteiten van de tijd
Voldoende structuur en voldoende
invulbaarheid maken een inhoudelijke
invulling van de tijd mogelijk
• Uit zich in een variatie aan invullingen,
spel
• Intense tijd, rust, sociale tijd, eigen tijd…
Autonomie als temporele
basisproblematiek voor kinderen:
zelfbeschikking over de tijd
25. Spelen
Spelen als manier om je te verbinden
met je leefwereld
◦ meer dan alleen „plezier‟
◦ meer dan alleen „leren‟ en „ontwikkelen‟
◦ „iets wat je doet‟ (een spel, een activiteit)
maar vooral spelen/speelsheid:
een vorm van betekenisgeving (cultuur)
een manier om „in de wereld te staan‟
26. Spelen
• Zelfgekozen en zelf gestuurd
• Inclusief vrijheid om te stoppen
27. Spelen
• Zelfgekozen en zelf gestuurd
• Inclusief vrijheid om te stoppen
• Proces is meer van belang van doel
28. Spelen
• Zelfgekozen en zelf gestuurd
• Inclusief vrijheid om te stoppen
• Proces is meer van belang van doel
• Er zijn regels en grenzen
• Vooral zelfgekozen, onderhandeld,
gedeeld
29. Spelen
• Zelfgekozen en zelf gestuurd
• Inclusief vrijheid om te stoppen
• Proces is meer van belang van doel
• Er zijn regels en grenzen
• Maar die zijn te onderhandelen
• Onderscheid spelcontext en reële
wereld
• Time in/time out
35. Universele spelletjes
Zelforganisatie
Wie is „hem‟, wie mag beginnen,…
Afbakening van het terrein, veilige plek,…
36. Universele spelletjes
Zelforganisatie
Wie is „hem‟, wie mag beginnen,…
Afbakening van het terrein, veilige plek,…
Uitdagen en veiligheid opzoeken
37. Universele spelletjes
Zelforganisatie
Wie is „hem‟, wie mag beginnen,…
Afbakening van het terrein, veilige plek,…
Uitdagen en veiligheid opzoeken
Enorm flexibel: bijna overal, allerlei leeftijden,
weinig materiaal…
38. Peer cultures
Een antropologische kijk op spelen – 7 maart
2012
53. Spelen in kampen als
geritualiseerde inclusie en
exclusie
Bij een kamp horen
Exclusie
Interne rivaliteit
54. Spelen in kampen als
geritualiseerde inclusie en
exclusie
Bij een kamp horen
Exclusie
Interne rivaliteit
Rivaliteit tussen kampen
Bewaken
Stelen, sabotage
Gevoel voor proportie
Een echte aanval?
Geritualiseerd - gedeeld, gestileerd,
ingeperkt
55. Spelen in kampen als
geritualiseerde inclusie en
exclusie
Rivaliteit tussen kampen
Externe vijand
B.v. tieners
56. Spelen in kampen als
geritualiseerde inclusie en
exclusie
Rivaliteit tussen kampen
Externe vijand
B.v. tieners
Wapens
Symbolisch belang
57. Spelen
„In de wereld zijn‟
„Alsof‟-
karakter
van spel