SlideShare uma empresa Scribd logo
1 de 4
Baixar para ler offline
Buurtservice, twee uitwerkingen.
Gert Rebergen, Izare b.v.
Zutphen, februari 2013.
===========================================================================

Omschrijvingen buurtservice.
Onder de vlag ‘Buurtservice’ varen diverse schepen.
De verschillende concepten die in den lande worden aangetroffen, kunnen we uitzetten op
een continuüm met als criterium “wijze waarop de bedrijfsvoering is vormgegeven’.

1. Continuüm.
De ene pool van het buurtservicecontinuüm wordt gevormd door het buurtservicecentrum,
de andere door het buurtservicebedrijf. Noch de missies, noch de doelstellingen, noch de
(bedrijfs)activiteiten, noch de direct betrokkenen, noch de belanghebbende partijen, zijn
beslissend; omdat op al deze aspecten de overeenkomsten tussen praktijkvoorbeelden
groter zijn dan de verschillen. Een fundamenteel verschil is gelegen in de bedrijfsvoering,
met name op het bedrijfskundig aspect van de verdiencapaciteit in relatie tot
stimuleringsmiddelen (donaties in euro’s, in natura, in kennis/kunde). Dat basisverschil doet
andere bedrijfsaspecten van elkaar verschillen.

Continuüm buurtservice.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Buurtservicecentrum                                                                                          Buurtservicebedrijf
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Buurtservicecentrum.
Het multifunctioneel wijkcentrum oftewel een buurtservicecentrum kan worden omschreven als een
centrum met een buurtfunctie waarin diverse activiteiten zijn ondergebracht in de sfeer van het club-
en buurthuiswerk, al dan niet gecombineerd met algemene voorzieningen zoals een bibliotheek en
dienstverlening. Buurtservicecentra leveren een bijdrage aan het leefklimaat in de wijk, verstrekken
informatie, organiseren de ontmoetingsfunctie, zijn vindplaats voor sociale werkers en bieden ruimte
voor uiteenlopende wijkgerichte activiteiten, ook voor activiteiten die door burgers of groepen van
burgers worden georganiseerd.
Het buurtservicecentrum kent een hybride financiering, bestaande uit gemeentelijke subsidies,
fondsen, participatiegelden en/of beschikbaarstellingen om niet, zo mogelijk aangevuld met
inkomsten uit de markt.

Buurtservicebedrijf.
Het buurtservicebedrijf omschrijven we als een bedrijf dat wordt gerund met dan wel door
kwetsbare personen woonachtig in een wijk / buurt, dat zich richt op een samenstel van
bedrijfsactiviteiten, dat tezamen voldoende inkomsten genereert om de continuïteit van de eigen
bedrijfsvoering veilig te stellen.
Het buurtservicebedrijf levert op een bedrijfskundig verantwoorde manier een bijdrage aan het
werk- en leefklimaat in de wijk.
Het buurtservicebedrijf kent een hybride financiële structuur, bestaande uit inkomsten uit de markt,
participatiegelden en/of armoedegelden, aangevuld met beschikbaarstellingen om niet en eenmalige
projectgelden.




                                                                                                                                    1
Activiteiten.
Te onderscheiden zijn wijkgerichte en wijkoverschrijdende bedrijfsactiviteiten. Veel voorkomende
activiteiten die worden aangeboden zijn algemeen of meer specialistisch van aard.
Algemene diensten zijn tuinonderhoud, klusjesdienst, boodschappendienst, verhuisservice,
schoonmaakwerkzaamheden, kauwgomverwijdering.
Meer specialistische diensten zijn: gevelreiniging, graffitiverwijdering, stukadoorswerk, fietsreparatie,
inbraakpreventie, reparatie bestratingen, onderhoud meubilair in de publieke ruimte,
schilderwerkzaamheden, onderhoud bedrijventerrein.

2. Toespitsingen.
Referentie.
Het buurtservicecentrum sluit aan bij enkele deelfuncties van de overheid/-heden:
a. als beheerder van de openbare ruimte.
b. als hoeder van het collectieve belang. (armoede-/gezondheidspreventie, regelruimte voor burgers,
   leefbaarheid, ondersteuning van kwetsbare burgers, veiligheid, onderwijs).
Het buurtservicecentrum levert een bijdrage aan de realisering van genoemde deelfuncties.

Het buurtservicebedrijf sluit aan bij de sociale ondernemer die zich in een MVO oriëntatie richt op de
P van People en wellicht ook de P van Planet. Niet omdat MVO een deelfunctie van de overheid is,
maar omdat de ondernemer zich als zodanig wenst te definiëren in maatschappelijk perspectief.

Belanghebbenden.
In principe zijn de belanghebbende partijen dezelfde. Het verschil zit in de mate van belangrijkheid
van de belanghebbende partij voor de organisatie van continuïteit van de bedrijfsvoering. De
nummering in onderstaande tabel geeft een hiërarchie naar belangrijkheid.
In beide concepten van het buurtservicecontinuüm is sprake van een klantengroep; dus niet van één
klant. Hier spreken we van belanghebbende partij of belanghebbende.

Domein.
Bij welk domein hoort de organisatie (centrum of bedrijf)? Het buurtservicecentrum is een
verlengstuk van de publieke zaak. Het buurtservicebedrijf is een private onderneming die waarde
creëert voor belanghebbende partijen (en niet vooral of uitsluitend voor de eigenaar van het bedrijf).
Het buurtservicecentrum hoort bij het publieke en semipublieke domein. Het buurtservicebedrijf bij
het private domein.

Functie.
We onderscheiden een organisatie met een capaciteitsfunctie (uitvoeren van opdrachten op
specificatie van de klant) en productfunctie ( het naar eigen ontwerp commercialiseren van
producten of diensten). De praktijk leert dat bij het buurtservicecentrum de capaciteitsfunctie
dominant is, bij het buurtservicebedrijf de productfunctie.
Nota bene: met ‘dominant’ bedoelen we de bijdrage die de functie levert aan de organisatie van de
continuïteit van de bedrijfsvoering.

Type organisatie.
Onder en taakorganisatie verstaan we een organisatie die in opdracht van een beleidsorgaan één of
meerdere taken uitvoert. Met het begrip marktorganisatie bedoelen we de organisatie die in staat is
om de inkomsten, verkregen uit de verkoop van de output, te gebruiken om de kosten van de
organisatie te dekken. In de marktorganisatie valt het management en beleidsorgaan dus samen; in
de taakorganisatie niet (geheel).




                                                                                                       2
Rol overheid.
Als belangrijkste financier van het buurtservicecentrum treedt de overheid op als beleidsorgaan. Wat
de overheid wil terugkrijgen voor de in de vorm van een subsidie toebedeelde collectieve middelen,
geeft de overheid aan. Feitelijk is de betalende overheid het richtinggevend beleidsorgaan, met
inachtneming van het gegeven dat de overheid zich in toenemende mate probeert te beperken tot
hoofdlijnen in plaats van gedetailleerde voorschriften met betrekking tot de uitvoering.
Bij een buurtservicebedrijf is de rol van de overheid hooguit die van facilitator.

Keuze activiteiten.
De grondslagen waarop het buurtservicecentrum zijn activiteiten bouwt, zijn de competenties van de
deelnemers in relatie tot de wensen van buurtbewoners. De activiteiten zijn dan ook vaak vooral
algemeen van aard. De diensten die worden aangeboden worden geselecteerd op basis van de
vaardigheden van de deelnemers.
Dit in tegenstelling tot het buurtservicebedrijf. Het buurtservicebedrijf levert producten en/of
diensten en maakt op basis daarvan gebruik van de bij de werkprocessen passende
productiecapaciteit, aanwezig bij buurtbewoners, die als werkuitvoerders worden gerekruteerd. De
verdiencapaciteit van de activiteiten is primair, niet zozeer in absolute zin, wel in het licht van de
dienstenportfolio en de financiële doelstelling die met dat portfolio dient te worden gerealiseerd.

Prijszetting.
De diensten die door het buurtservicecentrum worden geleverd, zijn bedoeld voor buurtbewoners
met een krappe beurs. De prijzen die door het buurtservicebedrijf als tegenprestatie worden
gevraagd, zijn marktconform.

3. Waardeoordeel.
De wereld van het buurtservicecentrum verschilt fundamenteel van die van het buurtservicebedrijf.
Hiervoor noteerden we in geval van het buurtservicecentrum de publieke en semipublieke sector; en
bij het buurtservicebedrijf de private en semiprivate sector.
Om succesvol te zijn in het publieke respectievelijk private domein, zijn onderscheiden competenties
nodig, zowel op strategisch als operationeel niveau.

Ook het imago van het buurtservicecentrum verschilt fundamenteel van dat van het
buurtservicebedrijf. Het buurtservicecentrum wordt maar al te vaak door de private sector als een
gesubsidieerde en uit dien hoofde negatief geconnoteerd als ambtelijke instelling gepositioneerd.
Het buurtservicebedrijf is in een tijd van economische tegenwind en verminderde inzet van
collectieve middelen in het sociale domein, in vele ogen hét antwoord daarop. Waarom? Omdat het
concept zich gemakkelijk laat aansluiten bij modernistische thema’s als ondernemerschap, eigen
broek ophouden, zelfregie, werken primair, samenredzaamheid, terugtredende overheid, eigen
kracht, het nieuwe welzijn, enz. enz.

Zowel de competenties om in het eigen domein succesvol te zijn, als de imago’s die de
buitenwerelden toebedelen, zijn op zichzelf valkuilen. Zo is de ruimte om risicodragend te
ondernemen voor een buurtservicecentrum zeer beperkt. Zo is de ruimte om als buurtservicebedrijf
om productiemiddelen risicovol in te zetten op bedrijfsactiviteiten die gretig worden afgenomen
edoch een zwakke verdiencapaciteit hebben, zeer beperkt.
Geen van de twee concepten van buurtservices is zaligmakend. In een specifieke context past
wellicht het ene concept beter dan het andere. Omtrent dergelijke vormgevingsregels is de
beschikbare ervaringskennis niet of nauwelijks gesystematiseerd.
Er is dan ook geen enkele grond om de ene pool van het buurtservicecontinuüm waardevoller te
doen zijn dan de andere.




                                                                                                    3
4. Conceptuele verschillen.
Hieronder vatten we schematisch de verschillen samen.

Aspect                        Buurservicecentrum                   Buurtservicebedrijf

Referentie            overheid als beheerder van de       sociaal ondernemer met MVO
                      publieke ruimte en hoeder van het   oriëntatie, zowel op de P van
                      collectieve belang                  People als de P van Planet

Belanghebbende        1. gebruikers, deelnemers           1. betalende opdrachtgevers
                      2. overheid/-heden                  2. overheid/-heden
                      3. buurtbewoners                    3. uitvoerenden
                      4. bedrijfsleven                    4. buurtbewoners

Domein                publieke of semipublieke domein     private domein

Functie               capaciteitsfunctie dominant         productfunctie dominant

Rol overheid          beleidsorgaan                       facilitator

Type organisatie      taakorganisatie                     marktorganisatie

Keuze activiteiten    o.b.v. behoefte buurbewoners en     o.b.v. bedrijfscompetenties en
                      deelnemerscompetenties              verdiencapaciteit

Prijszetting          voor de krappe beurt & tegen        marktconform
                      vriendenprijzen


Gert Rebergen
Izare b.v., Zutphen




                                                                                           4

Mais conteúdo relacionado

Mais de Gert Rebergen

Jaarverslag 2013 Stichting Dwarswerk
Jaarverslag 2013 Stichting DwarswerkJaarverslag 2013 Stichting Dwarswerk
Jaarverslag 2013 Stichting DwarswerkGert Rebergen
 
Gezocht: management-assistent & woonbegeleider
Gezocht: management-assistent & woonbegeleiderGezocht: management-assistent & woonbegeleider
Gezocht: management-assistent & woonbegeleiderGert Rebergen
 
Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2
Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2
Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2Gert Rebergen
 
Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!
Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!
Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!Gert Rebergen
 
Cooperatie Laatste Wil
Cooperatie Laatste WilCooperatie Laatste Wil
Cooperatie Laatste WilGert Rebergen
 
De kracht van gewone nomaden.
De kracht van gewone nomaden.De kracht van gewone nomaden.
De kracht van gewone nomaden.Gert Rebergen
 
Zelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf latenZelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf latenGert Rebergen
 
Attent nr. 11; over meedoen / participeren
Attent nr. 11; over meedoen / participerenAttent nr. 11; over meedoen / participeren
Attent nr. 11; over meedoen / participerenGert Rebergen
 
Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.
Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.
Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.Gert Rebergen
 
Ontwerpwedstrijd Tuintotem
Ontwerpwedstrijd TuintotemOntwerpwedstrijd Tuintotem
Ontwerpwedstrijd TuintotemGert Rebergen
 
SROI Coachingstraject
SROI CoachingstrajectSROI Coachingstraject
SROI CoachingstrajectGert Rebergen
 

Mais de Gert Rebergen (20)

Jaarverslag 2013 Stichting Dwarswerk
Jaarverslag 2013 Stichting DwarswerkJaarverslag 2013 Stichting Dwarswerk
Jaarverslag 2013 Stichting Dwarswerk
 
Brief hajo
Brief hajoBrief hajo
Brief hajo
 
Gezocht: management-assistent & woonbegeleider
Gezocht: management-assistent & woonbegeleiderGezocht: management-assistent & woonbegeleider
Gezocht: management-assistent & woonbegeleider
 
Img
ImgImg
Img
 
Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2
Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2
Nieuwsbrief Cooperatie Laatste Wil - nr. 2
 
Misbruik van macht
Misbruik van machtMisbruik van macht
Misbruik van macht
 
Het nieuwe rouwen
Het nieuwe rouwenHet nieuwe rouwen
Het nieuwe rouwen
 
Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!
Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!
Factsheet impact clientgestuurd project Rechtop!
 
Cooperatie Laatste Wil
Cooperatie Laatste WilCooperatie Laatste Wil
Cooperatie Laatste Wil
 
Huntendwarspop
HuntendwarspopHuntendwarspop
Huntendwarspop
 
De kracht van gewone nomaden.
De kracht van gewone nomaden.De kracht van gewone nomaden.
De kracht van gewone nomaden.
 
Zich de dood geven
Zich de dood gevenZich de dood geven
Zich de dood geven
 
Zelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf latenZelf doen en zelf laten
Zelf doen en zelf laten
 
Attent nr. 11; over meedoen / participeren
Attent nr. 11; over meedoen / participerenAttent nr. 11; over meedoen / participeren
Attent nr. 11; over meedoen / participeren
 
Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.
Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.
Hunten(dwars)pop, inclusief openlucht muziekfestival.
 
Moordeinde
MoordeindeMoordeinde
Moordeinde
 
Ontwerpwedstrijd Tuintotem
Ontwerpwedstrijd TuintotemOntwerpwedstrijd Tuintotem
Ontwerpwedstrijd Tuintotem
 
SROI Coachingstraject
SROI CoachingstrajectSROI Coachingstraject
SROI Coachingstraject
 
Het lijden geleid
Het lijden geleidHet lijden geleid
Het lijden geleid
 
Leuk schuurt.
Leuk schuurt.Leuk schuurt.
Leuk schuurt.
 

Buurtservice: twee uitwerkingen. Als centrum en als bedrijf.

  • 1. Buurtservice, twee uitwerkingen. Gert Rebergen, Izare b.v. Zutphen, februari 2013. =========================================================================== Omschrijvingen buurtservice. Onder de vlag ‘Buurtservice’ varen diverse schepen. De verschillende concepten die in den lande worden aangetroffen, kunnen we uitzetten op een continuüm met als criterium “wijze waarop de bedrijfsvoering is vormgegeven’. 1. Continuüm. De ene pool van het buurtservicecontinuüm wordt gevormd door het buurtservicecentrum, de andere door het buurtservicebedrijf. Noch de missies, noch de doelstellingen, noch de (bedrijfs)activiteiten, noch de direct betrokkenen, noch de belanghebbende partijen, zijn beslissend; omdat op al deze aspecten de overeenkomsten tussen praktijkvoorbeelden groter zijn dan de verschillen. Een fundamenteel verschil is gelegen in de bedrijfsvoering, met name op het bedrijfskundig aspect van de verdiencapaciteit in relatie tot stimuleringsmiddelen (donaties in euro’s, in natura, in kennis/kunde). Dat basisverschil doet andere bedrijfsaspecten van elkaar verschillen. Continuüm buurtservice. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Buurtservicecentrum Buurtservicebedrijf -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Buurtservicecentrum. Het multifunctioneel wijkcentrum oftewel een buurtservicecentrum kan worden omschreven als een centrum met een buurtfunctie waarin diverse activiteiten zijn ondergebracht in de sfeer van het club- en buurthuiswerk, al dan niet gecombineerd met algemene voorzieningen zoals een bibliotheek en dienstverlening. Buurtservicecentra leveren een bijdrage aan het leefklimaat in de wijk, verstrekken informatie, organiseren de ontmoetingsfunctie, zijn vindplaats voor sociale werkers en bieden ruimte voor uiteenlopende wijkgerichte activiteiten, ook voor activiteiten die door burgers of groepen van burgers worden georganiseerd. Het buurtservicecentrum kent een hybride financiering, bestaande uit gemeentelijke subsidies, fondsen, participatiegelden en/of beschikbaarstellingen om niet, zo mogelijk aangevuld met inkomsten uit de markt. Buurtservicebedrijf. Het buurtservicebedrijf omschrijven we als een bedrijf dat wordt gerund met dan wel door kwetsbare personen woonachtig in een wijk / buurt, dat zich richt op een samenstel van bedrijfsactiviteiten, dat tezamen voldoende inkomsten genereert om de continuïteit van de eigen bedrijfsvoering veilig te stellen. Het buurtservicebedrijf levert op een bedrijfskundig verantwoorde manier een bijdrage aan het werk- en leefklimaat in de wijk. Het buurtservicebedrijf kent een hybride financiële structuur, bestaande uit inkomsten uit de markt, participatiegelden en/of armoedegelden, aangevuld met beschikbaarstellingen om niet en eenmalige projectgelden. 1
  • 2. Activiteiten. Te onderscheiden zijn wijkgerichte en wijkoverschrijdende bedrijfsactiviteiten. Veel voorkomende activiteiten die worden aangeboden zijn algemeen of meer specialistisch van aard. Algemene diensten zijn tuinonderhoud, klusjesdienst, boodschappendienst, verhuisservice, schoonmaakwerkzaamheden, kauwgomverwijdering. Meer specialistische diensten zijn: gevelreiniging, graffitiverwijdering, stukadoorswerk, fietsreparatie, inbraakpreventie, reparatie bestratingen, onderhoud meubilair in de publieke ruimte, schilderwerkzaamheden, onderhoud bedrijventerrein. 2. Toespitsingen. Referentie. Het buurtservicecentrum sluit aan bij enkele deelfuncties van de overheid/-heden: a. als beheerder van de openbare ruimte. b. als hoeder van het collectieve belang. (armoede-/gezondheidspreventie, regelruimte voor burgers, leefbaarheid, ondersteuning van kwetsbare burgers, veiligheid, onderwijs). Het buurtservicecentrum levert een bijdrage aan de realisering van genoemde deelfuncties. Het buurtservicebedrijf sluit aan bij de sociale ondernemer die zich in een MVO oriëntatie richt op de P van People en wellicht ook de P van Planet. Niet omdat MVO een deelfunctie van de overheid is, maar omdat de ondernemer zich als zodanig wenst te definiëren in maatschappelijk perspectief. Belanghebbenden. In principe zijn de belanghebbende partijen dezelfde. Het verschil zit in de mate van belangrijkheid van de belanghebbende partij voor de organisatie van continuïteit van de bedrijfsvoering. De nummering in onderstaande tabel geeft een hiërarchie naar belangrijkheid. In beide concepten van het buurtservicecontinuüm is sprake van een klantengroep; dus niet van één klant. Hier spreken we van belanghebbende partij of belanghebbende. Domein. Bij welk domein hoort de organisatie (centrum of bedrijf)? Het buurtservicecentrum is een verlengstuk van de publieke zaak. Het buurtservicebedrijf is een private onderneming die waarde creëert voor belanghebbende partijen (en niet vooral of uitsluitend voor de eigenaar van het bedrijf). Het buurtservicecentrum hoort bij het publieke en semipublieke domein. Het buurtservicebedrijf bij het private domein. Functie. We onderscheiden een organisatie met een capaciteitsfunctie (uitvoeren van opdrachten op specificatie van de klant) en productfunctie ( het naar eigen ontwerp commercialiseren van producten of diensten). De praktijk leert dat bij het buurtservicecentrum de capaciteitsfunctie dominant is, bij het buurtservicebedrijf de productfunctie. Nota bene: met ‘dominant’ bedoelen we de bijdrage die de functie levert aan de organisatie van de continuïteit van de bedrijfsvoering. Type organisatie. Onder en taakorganisatie verstaan we een organisatie die in opdracht van een beleidsorgaan één of meerdere taken uitvoert. Met het begrip marktorganisatie bedoelen we de organisatie die in staat is om de inkomsten, verkregen uit de verkoop van de output, te gebruiken om de kosten van de organisatie te dekken. In de marktorganisatie valt het management en beleidsorgaan dus samen; in de taakorganisatie niet (geheel). 2
  • 3. Rol overheid. Als belangrijkste financier van het buurtservicecentrum treedt de overheid op als beleidsorgaan. Wat de overheid wil terugkrijgen voor de in de vorm van een subsidie toebedeelde collectieve middelen, geeft de overheid aan. Feitelijk is de betalende overheid het richtinggevend beleidsorgaan, met inachtneming van het gegeven dat de overheid zich in toenemende mate probeert te beperken tot hoofdlijnen in plaats van gedetailleerde voorschriften met betrekking tot de uitvoering. Bij een buurtservicebedrijf is de rol van de overheid hooguit die van facilitator. Keuze activiteiten. De grondslagen waarop het buurtservicecentrum zijn activiteiten bouwt, zijn de competenties van de deelnemers in relatie tot de wensen van buurtbewoners. De activiteiten zijn dan ook vaak vooral algemeen van aard. De diensten die worden aangeboden worden geselecteerd op basis van de vaardigheden van de deelnemers. Dit in tegenstelling tot het buurtservicebedrijf. Het buurtservicebedrijf levert producten en/of diensten en maakt op basis daarvan gebruik van de bij de werkprocessen passende productiecapaciteit, aanwezig bij buurtbewoners, die als werkuitvoerders worden gerekruteerd. De verdiencapaciteit van de activiteiten is primair, niet zozeer in absolute zin, wel in het licht van de dienstenportfolio en de financiële doelstelling die met dat portfolio dient te worden gerealiseerd. Prijszetting. De diensten die door het buurtservicecentrum worden geleverd, zijn bedoeld voor buurtbewoners met een krappe beurs. De prijzen die door het buurtservicebedrijf als tegenprestatie worden gevraagd, zijn marktconform. 3. Waardeoordeel. De wereld van het buurtservicecentrum verschilt fundamenteel van die van het buurtservicebedrijf. Hiervoor noteerden we in geval van het buurtservicecentrum de publieke en semipublieke sector; en bij het buurtservicebedrijf de private en semiprivate sector. Om succesvol te zijn in het publieke respectievelijk private domein, zijn onderscheiden competenties nodig, zowel op strategisch als operationeel niveau. Ook het imago van het buurtservicecentrum verschilt fundamenteel van dat van het buurtservicebedrijf. Het buurtservicecentrum wordt maar al te vaak door de private sector als een gesubsidieerde en uit dien hoofde negatief geconnoteerd als ambtelijke instelling gepositioneerd. Het buurtservicebedrijf is in een tijd van economische tegenwind en verminderde inzet van collectieve middelen in het sociale domein, in vele ogen hét antwoord daarop. Waarom? Omdat het concept zich gemakkelijk laat aansluiten bij modernistische thema’s als ondernemerschap, eigen broek ophouden, zelfregie, werken primair, samenredzaamheid, terugtredende overheid, eigen kracht, het nieuwe welzijn, enz. enz. Zowel de competenties om in het eigen domein succesvol te zijn, als de imago’s die de buitenwerelden toebedelen, zijn op zichzelf valkuilen. Zo is de ruimte om risicodragend te ondernemen voor een buurtservicecentrum zeer beperkt. Zo is de ruimte om als buurtservicebedrijf om productiemiddelen risicovol in te zetten op bedrijfsactiviteiten die gretig worden afgenomen edoch een zwakke verdiencapaciteit hebben, zeer beperkt. Geen van de twee concepten van buurtservices is zaligmakend. In een specifieke context past wellicht het ene concept beter dan het andere. Omtrent dergelijke vormgevingsregels is de beschikbare ervaringskennis niet of nauwelijks gesystematiseerd. Er is dan ook geen enkele grond om de ene pool van het buurtservicecontinuüm waardevoller te doen zijn dan de andere. 3
  • 4. 4. Conceptuele verschillen. Hieronder vatten we schematisch de verschillen samen. Aspect Buurservicecentrum Buurtservicebedrijf Referentie overheid als beheerder van de sociaal ondernemer met MVO publieke ruimte en hoeder van het oriëntatie, zowel op de P van collectieve belang People als de P van Planet Belanghebbende 1. gebruikers, deelnemers 1. betalende opdrachtgevers 2. overheid/-heden 2. overheid/-heden 3. buurtbewoners 3. uitvoerenden 4. bedrijfsleven 4. buurtbewoners Domein publieke of semipublieke domein private domein Functie capaciteitsfunctie dominant productfunctie dominant Rol overheid beleidsorgaan facilitator Type organisatie taakorganisatie marktorganisatie Keuze activiteiten o.b.v. behoefte buurbewoners en o.b.v. bedrijfscompetenties en deelnemerscompetenties verdiencapaciteit Prijszetting voor de krappe beurt & tegen marktconform vriendenprijzen Gert Rebergen Izare b.v., Zutphen 4