2. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
x-as
3. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A
x-as
4. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1)
x-as
5. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4)
x-as
6. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3)
x-as
7. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
x-as
8. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1)
x-as
9. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5
x-as
10. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
x-as
11. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0)
x-as
12. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
x-as
13. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
Op2a) Welke punten hebben hetzelfde x-
x-as coördinaat?
b) Welke hebben hetzelfde y-coördinaat?
c)Welke punt ligt op de x-as en welke op de y-as?
d) Het punt I ligt 4 boven A, geef de coördinaten van I.
e) Om bij het punt J te komen moet je vanuit C 4 naar links en 1 omlaag. Geef de coördinaten
van J.
14. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
Op2a) Welke punten hebben hetzelfde x-
x-as coördinaat? F & C
b) Welke hebben hetzelfde y-coördinaat?
c)Welke punt ligt op de x-as en welke op de y-as?
d) Het punt I ligt 4 boven A, geef de coördinaten van I.
e) Om bij het punt J te komen moet je vanuit C 4 naar links en 1 omlaag. Geef de coördinaten
van J.
15. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
Op2a) Welke punten hebben hetzelfde x-
x-as coördinaat? F & C
b) Welke hebben hetzelfde y-coördinaat?
A&E
c)Welke punt ligt op de x-as en welke op de y-as?
d) Het punt I ligt 4 boven A, geef de coördinaten van I.
e) Om bij het punt J te komen moet je vanuit C 4 naar links en 1 omlaag. Geef de coördinaten
van J.
16. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
Op2a) Welke punten hebben hetzelfde x-
x-as coördinaat? F & C
b) Welke hebben hetzelfde y-coördinaat?
A&E
c)Welke punt ligt op de x-as en welke op de y-as? F ligt op x-as en G ligt op y-as
d) Het punt I ligt 4 boven A, geef de coördinaten van I.
e) Om bij het punt J te komen moet je vanuit C 4 naar links en 1 omlaag. Geef de coördinaten
van J.
17. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
Op2a) Welke punten hebben hetzelfde x-
x-as coördinaat? F & C
b) Welke hebben hetzelfde y-coördinaat?
A&E
c)Welke punt ligt op de x-as en welke op de y-as? F ligt op x-as en G ligt op y-as
d) Het punt I ligt 4 boven A, geef de coördinaten van I. I(2, 5)
e) Om bij het punt J te komen moet je vanuit C 4 naar links en 1 omlaag. Geef de coördinaten
van J.
18. y-as Assenstelsel
Schrijf de coördinaten van de punten.
A(2,1) B(3,4) C(-2,3) D(-1,2)
E( 3 ½ , 1) of E(3,5; 1)
F(-2,0) G(0,-1)
Op2a) Welke punten hebben hetzelfde x-
x-as coördinaat? F & C
b) Welke hebben hetzelfde y-coördinaat?
A&E
c)Welke punt ligt op de x-as en welke op de y-as? F ligt op x-as en G ligt op y-as
d) Het punt I ligt 4 boven A, geef de coördinaten van I. I(2, 5)
e) Om bij het punt J te komen moet je vanuit C 4 naar links en 1 omlaag. Geef de coördinaten
van J. J(-6, 2)
19. Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
C(-2,2), D(-2,-22) E(5,-2)
b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
figuurtje dat je krijgt op?
20. Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
C(-2,2), D(-2,-22) E(5,-2)
b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
figuurtje dat je krijgt op?
21. y-as
Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
C(-2,2), D(-2,-22) E(5,-2)
b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
figuurtje dat je krijgt op?
x-as
22. y-as
Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-22) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
2 figuurtje dat je krijgt op?
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
-2
23. y-as
Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
A figuurtje dat je krijgt op?
2
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
-2
24. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-22) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
A figuurtje dat je krijgt op?
2
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
-2
25. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
C A
2 figuurtje dat je krijgt op?
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
-2
26. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
C A
2 figuurtje dat je krijgt op?
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
D
-2
27. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
C A
2 figuurtje dat je krijgt op?
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
D D
-2
28. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
C A
2 figuurtje dat je krijgt op?
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
D D
-2
29. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
C A
2 figuurtje dat je krijgt op?
1
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
D D
-2
30. y-as
B Opdracht 1.a) Teken de punten A(5,2), B(1 ½ ,4),
4 C(-2,2), D(-2,-2) E(5,-2)
3 b) Verbind A met B, B met C, enz. Waar lijkt het
C A
2 figuurtje dat je krijgt op?
1 Je figuur lijkt op een huis
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1
D D
-2
31. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(….,…) D(….,…) E(….,…)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat
32. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
Er gaat steeds 2 eraf dus -2
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(….,…) D(….,…) E(….,…)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat
33. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
Er gaat steeds 2 eraf dus -2
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2 Er komt steeds 1 bij dus +1
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(….,…) D(….,…) E(….,…)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat
34. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
Er gaat steeds 2 eraf dus -2
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2 Er komt steeds 1 bij dus +1
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(1,4) D(….,…) E(….,…)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat
35. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
Er gaat steeds 2 eraf dus -2
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2 Er komt steeds 1 bij dus +1
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(1,4) D(-1,5) E(-3,6)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat
36. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
Er gaat steeds 2 eraf dus -2
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2 Er komt steeds 1 bij dus +1
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(1,4) D(-1,5) E(-3,6)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat.
Tussen E(-3,6) en mijn punt(-11, y) zit 8 verschil tussen in de x-coördinaat.
Ik neem steeds stapjes van 2 dus ik heb 8:2 = 4 stapjes nodig.
37. y-as
C
4 Op2.In de figuur hieronder zie je steeds
B driehoeken getekend. De driehoeken hebben een
3
A nummer en een letter bij het hoogste punt.
2
1 a) Wat is de regelmaat bij de x-coördinaat?
Er gaat steeds 2 eraf dus -2
-2 -1 0 1 2 3 4 5 6 x-as
-1 b) Wat is de regelmaat bij de y- coördinaat
-2 Er komt steeds 1 bij dus +1
c) Neem de tabel hieronder en vul hem in
Nr 1 Nr 2 Nr 3 Nr 4 Nr 5
A(5,2) B(3,3) C(1,4) D(-1,5) E(-3,6)
d) Een driehoek heeft als -11 als x-coördinaat, bereken de y-coördinaat.
Tussen E(-3,6) en mijn punt(-11, y) zit 8 verschil tussen in de x-coördinaat.
Ik neem steeds stapjes van 2 dus ik heb 8:2 = 4 stapjes nodig. Bij de y komt
er 1 per stap bij dus y-coördinaat is 6+4 =10